3 minute read

Prestatiedruk in de maatschappij

• boek •

‘Ik ben er niet’ van Lize Spit

Advertisement

Boekbespreking: Annemie Berckmans

Ode aan de liefde

Vier jaar geleden verslond ik Het smelt, de wonderlijk knap geschreven debuutroman van Lize Spit. Het was dus even wachten op haar tweede pennenvrucht, Ik ben er niet. Deze turf vertelt het aangrijpende verhaal van Simon en

Leo(nie), 2 eenzame zielen die ieder op hun eigen manier al heel wat tegenslagen geïncasseerd hebben. Toch doen ze hun uiterste best elkaar in evenwicht te houden, door onvoorwaardelijk lief te hebben.

“Ik leefde, behalve een dubbelleven, ook nog anderhalf leven. Ik was de ‘i’ in zijn ‘ik’ geworden, hield zijn puntje in de lucht” (p. 449).

Hooggespannen verwachtingen

Vol verwachting dook ik in dit boek … Ik wist al dat Lize Spit literair heel sterk staat. Als geen ander hanteert ze een kleurrijke, beeldende schrijfstijl. Maar ik wist niet dat dit drama me zo diep zou raken, dat ik aan het eind stil en verweesd zou achterblijven, niet in staat abrupt afscheid te nemen van de twee hoofdpersonages, zo waren ze onder mijn huid gekropen!

Het erg genuanceerd, tegelijk schrijnend verhaal van Leo, die door toedoen van Simon ongewild terechtkomt in een sociaal isolement, laat je niet meer los. Haar enige link met de buitenwereld is Lotte, met wie ze samen een winkel voor zwangerschapskledij runt, en die een relatie krijgt met Coen, Simons collega in het grafisch bureau. Lotte raakt zwanger, de kloof tussen de twee koppels wordt groter. De setting, een klein appartement tweehoog in Brussel, versterkt nog het gevoel van eenzaamheid.

Psychisch malheur

Dit boek ademt over de hele lijn inleving uit, op een heel respectvolle en gevoelige manier. Gevoelens van verdriet en onmacht spatten van de pagina’s. Net als Leo in het boek, proberen familieleden en de partner van een psychisch kwetsbaar persoon, tegelijkertijd te zorgen voor en te houden van hun Simon. Ze wisten het immers niet vooraf. Eindelijk een boek dat hierover gaat, en hoe! Meteen naar de kern: de confrontatie met de waanzin van een manie, de uitzichtloosheid van een depressie, de terreur van een paranoïde psychose, de dwingende, existentiële angst … Simon wordt geplaagd door een groot psychisch malheur en dreigt zichzelf helemaal te verliezen. En toch is de liefde van Leo groot genoeg om al die zwaarte blijvend te dragen.

“Ik probeerde me zo goed als ik kon in te leven in wat hij voelde. Ik voorzag een medeleven dat zo groot was dat zijn hele ellendige bestaan erin zou passen, er mocht niet één hoekje onbedekt blijven.” (p .453).

Als een sneltrein

Maar het boek is ook superspannend, het leest 570 pagina’s lang als een sneltrein waar je onmogelijk vanaf kan springen. Al op de eerste pagina legt Lize Spit de bouwsteentjes van een onwaarschijnlijke afloop, doorheen het ganse boek pusht ze je richting catharsis.

We weten dat Simon kampt met grote psychische problemen, maar waar drijven die hem toe? Waartoe is hij in staat? Wat gebeurt er als Simon uiteindelijk oog in oog komt met de duistere kant van zijn persoonlijkheid?

“ Vertrouwen is als een pleister, eenmaal losgetrokken blijft het nooit meer helemaal kleven.” (p.540).

Uit de taboesfeer

“Geregeld zag ik de schets voor me die Eenhoorn had getekend: twee lijnen waar Simon vanaf nu tussenin zou blijven. Ze hadden hem met medicatie vastgeklemd in een spatie die haast te smal was om te ademen, om te bestaan.” (p.450).

‘Ik ben er niet’ plaatst een pertinent thema – dat maar al te vaak in de taboesfeer schuilt – in het volle voetlicht. De onmacht van iemand die aan de zijkant moet toekijken, én de vervreemding krijgen woorden. De pijn van het verliezen komt rauw in beeld. Dit boek gutst over je heen als een literair stortbad van herkenning, misschien zelfs van troost.

Verplicht leesvoer voor elke psycholoog en psychiater?

This article is from: