14
DE KATWIJKSCHE POST
In de voetsporen van I
k heb mijzelf op het ergste voorbereid.’ Het is inmiddels vier jaar geleden dat Gerard Haasnoot zijn laatste stap in de Visserijschool zette. Het pand is in de laatste jaren steeds verder verpauperd. De witte kleur verdwijnt, de muren brokkelen af en in de vloer zitten scheuren. Maar de herinneringen en de geschiedenis van de school weet Haasnoot nog op iedere vierkante meter te vinden.
Door Elske van der Valk
De 68-jarige Haasnoot (foto midden) was een van de vele Katwijkers die op deze plek zoveel mogelijk kennis vergaarde over de zeevaart. Hij was als leerling naar eigen zeggen geen lieverdje. Hij wilde liever de zee op dan leren. Als 15-jarige ontdekte hij echter snel dat doorleren misschien toch een beter idee was. ‘Iedere dag de zee in je gezicht. Ik wilde dit niet tot mijn pensioen doen’,
lacht hij. Haasnoot werd uiteindelijk leraar en gaf van 1999 tot 2012 les op de Visserijschool Katwijk.
Behoud Maritiem Verleden
Samen met Willem van der Plas en Maarten van Rooijen (rechts en links), zijn medeleden van Stichting Behoud Maritiem Verleden Katwijk, staat Haasnoot weer net als vroeger bij de voordeur van de oude zeevaartschool. De mannen herkennen nog het gekraak van de originele deuren uit 1951. De oud-leraar herinnert zich gelijk het ‘zweetbankje’ (foto rechtsboven). Het bankje was voor leerlingen die in spanning moesten afwachten op hun examen. Maar Haasnoot heeft het ook nog als praatbankje gebruikt. ‘Ik heb hier met menig leerling gezeten voor een praatje. Vooral om ze weer op de rails te krijgen.’ Naast de deuren is ook de vloer nog origineel. De lokalen op de begane grond waar Haasnoot voorheen op de borden nog aantekeningen maakte, zijn nu in gebruik door antikrakers. Een medewerker van woning-
corporatie Dunavie - de eigenaar van het pand - weet nog te vertellen dat in één van de lokalen de kennis van een leraar nog op het bord bewaard is gebleven. Als hij wijst naar het lokaal fleurt Haasnoot op. ‘Dat moeten mijn aantekeningen dan zijn.’ Naast de theorielokalen is het zogenaamde ‘vislokaal’ (linksonder). De ruimte is nu op een koelcel na vrijwel leeg. De leerlingen stonden hier vroeger met hun messen aan de snijtafels. Op de snijplanken kwamen alle soorten vis voorbij. Studenten moesten de vis herkennen en keuren. ‘Belangrijk, want je moet wel weten wat je eigenlijk vangt.’ Op de begane grond was ook de kantine. De muur is nog zwart geblakerd van de brand die vorig jaar door deze ruimte woedde. De brand bleef gelukkig beperkt tot de kantine. De trap naar beneden leidt naar de schiemansruimte. Onderaan ligt een laagje water van een lekkage, maar dat houdt het gezelschap niet te-