Cursor 18 - jaargang 57

Page 1

18 21 mei 2015 | jaargang 57

@tuecursor

Tweewekelijks blad van de Technische Universiteit Eindhoven Voor het laatste nieuws: www.cursor.tue.nl en volg tuecursor op

en

6 | Culinair hoogstandje Bij studentenhuis Oost Vest Dijk Best aan de Vestdijk houden ze wel van gevaarlijke kookcapriolen.

8 Het beste idee van de TU/e

Studenten strijden om titel meest innovatieve idee

14 Gamen met

Manus Machina

De datahandschoen die controller, muis en toetsenbord vervangt

18 DIFFER aan de Dommel

De werknemers van DIFFER zijn vorige week in hun splinternieuwe onderkomen op de TU/e-campus getrokken

Check out our English section on pages 24-32


2 | Vooraf

CURTOON

21 mei 2015

Wittebroodsweken

Hoofdredacteur Han Konings

Eindredacteur Brigit Span

Redactie Judith van Gaal Tom Jeltes | Wetenschap Norbine Schalij Monique van de Ven

Medewerkers Freke Sens Nicole Testerink

Fotografie

Coverbeeld Bart van Overbeeke

Opmaak Natasha Franc

Vertalingen Annemarie van Limpt Benjamin Ruijsenaars

Aangesloten bij Hoger Onderwijs Persbureau

Redactieraad prof.dr. Cees Midden (voorzitter) prof.dr. Marco de Baar Angela Stevens- van Gennip Thomas Reijnaerts (studentlid) Arold Roestenburg Anneliese Vermeulen-Adolfs (secretaris)

Redactieadres TU/e, Matrix 1.90 5600 MB Eindhoven tel. 040 - 2474020 e-mail: cursor@tue.nl

Cursor online www.cursor.tue.nl

Druk Janssen/Pers, Gennep

Advertenties Bureau Van Vliet BV tel. 023 - 5714745

Het geld dat de invoering van het leenstelsel gaat opleveren, zal voor een belangrijk deel gestoken worden in het aantrekken van extra docenten, zo beloofde minister Bussemaker. Moeten we die belofte serieus moeten nemen?

Han Koning s

waar de nieuwe rector zich de komende tijd over mag buigen. En ongetwijfeld toveren het ministerie en de politiek weer zaken uit de hoge hoed waarvan we nu nog geen enkele weet hebben. Voor Cursor natuurlijk interessant, want ‘rust in de tent’ levert zelden stof op voor boeiende artikelen. Het is voor ons juist leuk om te onderzoeken en te beschrijven hoe flexibel, vindingrijk en schokbestendig deze instelling is en op welke manier haar bestuurders zich verweren tegen de invloeden van buitenaf. Dus Frank, veel succes in je wittebroodsweken, maar je wens voor meer rust en stabiliteit geef ik weinig kans. Vraag dat maar aan Hans.

Eerlijk duurt tot 3 juni Het leven is niet eerlijk. Neem nou de TU/e-contest. Alle TU/estudenten kunnen daaraan meedoen, maar de ene kan iets meer meedoen dan de andere. Tijdens het projectonderwijs van zijn faculteit, bijvoorbeeld. Of terwijl hij een afstudeerwerkstuk maakt onder de bezielende leiding van een coach. ID­-studenten boffen maar dat de strijd om het beste idee van de TU/e zo goed aansluit bij hun onderwijsmodel. Het kan zijn dat de jury op 3 juni besluit een student te laten winnen die op eigen houtje aan het uitvinden

Norbine

Ja, want beloftes zijn heilig voor OCW

?%

Zeker, waar zou het anders naartoe moeten?

?%

Echt wel, anders breekt de pleuris uit in de universitaire wereld

?%

?%

Nee hoor, dat geld belandt gewoon op de grote overheidshoop

?%

Echt niet, Bussemaker heeft geen visie voor het hoger onderwijs

?%

Onzin, dit wordt vast weer een sigaar uit eigen doos

Schalij

is geslagen. We zullen zien (hoe eerlijk het leven is). Op pagina’s 8 en 9 lees je meer over de TU/e-contest.

Stem nu online op deze stellingen.

EENS

Rien Meulman Bart van Overbeeke

Hoe de ontwikkelingen in het hoger onderwijs gaan verlopen is nauwelijks meer te voorspellen. Het is nog moeilijker om te bedenken wat daarvan de impact zal zijn op je eigen instelling. Want welk effect zal de toenemende instroom van buitenlandse studenten hebben? Nog meer samenwerking met het bedrijfsleven, wat gaat dat betekenen voor ons onderzoek? Stellen we hier in Eindhoven een limiet aan het totaal aantal studenten (mogen we dat überhaupt?), of kiezen we voor groei van ons marktaandeel en meer cash? Het zijn slechts enkele onderwerpen

Poll

NIET EENS

Colofon

Drie weken terug nam Frank Baaijens het roer over van rector Hans van Duijn. Grappig te zien dat de geschiedenis zich herhaalt. Baaijens pleit voor rust en stabiliteit. Alle veranderingen op onderwijsgebied die de TU/e de afgelopen jaren te verstouwen heeft gekregen, hebben veel gevraagd van de medewerkers. Daarom nu effe rust in de tent, zo luidt zijn nadrukkelijke wens. En laat dat nu juist de wens zijn die zijn voorganger ook uitsprak bij zijn aantreden in 2005.


Nieuws | 3

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

Hoe verkoop je natuurlijke compost in Mozambique? 19 mei - Twee TU/e-studenten zitten, samen met hun teamgenoten van twee andere universiteiten, in de finale van de 1% Student Battle 2015. Team RISE bedacht een oplossing voor een organisatie in Mozambique die probeert organisch geproduceerde compost aan de man te brengen. De uitdaging voor de studenten was om ervoor te zorgen dat deze organisatie, Terra Nova, kan opschalen, waardoor de prijs van het product naar beneden kan. De studenten hebben tot 5 juni de tijd om geld binnen te halen voor hun project. Dan is de finaledag waarop alle acht teams in de eindstrijd hun ideeën mogen pitchen.

Nieuwe rector pleit voor stabiliteit tijdens ontbijt 19 mei - Nee, Frank Baaijens heeft geen al te wilde plannen met de TU/e. “De universiteit heeft nu denk ik vooral behoefte aan stabiliteit.” Dat zei de nieuwe rector dinsdagochtend tijdens het jaarlijkse ontbijt voor studenten en het College van Bestuur, georganiseerd door studentenfractie Groep-één. En dat was zeker niet het enige dat die ochtend besproken werd. Internationalisering, blended learning, de Groene Loper, trots, de Intro - de gespreksonderwerpen waren in De Zwarte Doos divers.

Drie Vidi-subsidies voor Scheikundige Technologie 18 mei - Drie onderzoekers van de TU/e krijgen een Vidi-subsidie van NWO van maximaal 800.000 euro om hun eigen onderzoekslijn te ontwikkelen. De drie winnaars, allen werkzaam binnen de faculteit Scheikundige Technologie, zijn Maaike Kroon, Ilja Voets en Timothy Noël. De Vidi-subsidie maakt samen met de Veni- en Vici-subsidie deel uit van de Vernieuwingsimpuls van NWO. Vidi is gericht op ervaren onderzoekers die na hun promotie al een aantal jaren succesvol onderzoek hebben verricht. Deze onderzoekers behoren tot de beste tien à twintig procent van hun vakgebied.

Japie wint ONCS-trofee van 2015 16 mei - Japie is de beste scheikundestudievereniging van Nederland als het gaat om sporten, spelletjes en bierdrinken. Elk jaar rond Hemelvaart wordt om die titel gestreden tijdens de Open Nederlandse Chemie Sportdagen. Japie, ofwel T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’, organiseerde zelf de 28ste editie. In en om het Studenten­sport­centrum deden tien verenigingen, goed voor meer dan zeshonderd chemiestudenten, mee aan de tweedaagse strijd.

TU/e’s Nova zonder RDW-registratie op promotietour 12 mei - Nova, de modulaire elektrische auto van TU/ecomotive, is op 11 mei zonder kentekenregistratie begonnen aan haar promotietour. Het studententeam, dat deze week met Nova meedoet aan de Shell Eco-marathon, mikte erop de RDW-keuring vóór deze tour rond te hebben, maar enkele kleine “technische tegenvallers” gooiden roet in het eten. Voor de deelname aan de Shell Ecomarathon, deze week in Rotterdam, levert het ontbreken van de registratie geen problemen op. TU/ecomotive mikt, net als voorgaande jaren, niet op de winst. De ambitie is bovenal om zo zuinig mogelijk te rijden, het team streeft naar een omgerekend verbruik van 1 op 800.

uws van de ie n e n li n o t e h g Een greep uit ee weken. Kijk voor nol tw afgelopen s op www.cursor.tue.n meer nieuw

Alle tweedejaars aan de slag met reddingsrobots 19 mei - De naar verwachting vijftienhonderd studenten die komend collegejaar aan hun tweede studiejaar beginnen, krijgen een spannende ontwerpopdracht bij het basisvak Engineering Design. Aan hen de taak een search and rescue-voertuig te bouwen waarmee op afstand ‘slachtoffers’ gevonden en verplaatst kunnen worden. Als afsluiting worden driehonderd voertuigen op 24 oktober tegelijkertijd getest in een grootscheepse reddingsoperatie. Het is het eerste jaar dat de faculteit Werktuigbouwkunde voor studenten binnen het Bachelor College het vak ‘Ontwerpen’ organiseert.

olking v e b t p l e h en nt TU/e-studeverwoestende beving Nepal na -student Operations, Managemenen. Dtaaanr dhelLoptgihstijicds,e , TU/e vertrokk die as Ouwerkerk organisatie p naar Nepal ko er ov ls 18 mei - Tobi covery, een ha Re re s po ot ga ro in ss S nuit al Gra is onlangs va ingen via Nep n de aardbev va t. s ch er ri ff ge to h op slac heeft n hem mede een vriend va doel de s al ft ee satie h ringende Deze organi Nepal aan d n va en d m onthee helpen. onderdak te en n p ul lh se voed oessonseizoe naderende m rk ke er uw O s Vanwege het igers volgen ill ijw vr e aa d bieden n werkten g om hulp te da r pe r de uu vijftien e dorpen in de verwoest in k, n ow se ch en ul m de indhup bieden van S afgelegen ge Nepal.

“Waar mensen zijn, zal altijd misdaad zijn” 13 mei - Hij wordt bijna dagelijks bedreigd, “maar kwam net tóch gewoon alléén met zijn auto onze campus op, ook dankzij de beveiliging van de TU/e”. Zo introduceerde Lucas Asselbergs (Studium Generale) woensdag 13 mei Peter R. de Vries - met een opgewekt bruggetje naar het vijftigjarig bestaan van de TU/e-beveiliging ter ere waarvan de bekende misdaadverslaggever te gast was. Een student in de zaal wilde weten of De Vries zou willen leven in een wereld zónder misdaad. De verslaggever is er echter van overtuigd: “Waar mensen zijn, zal altijd misdaad zijn. Al is het maar omdat de één iets heeft wat de ander níet heeft”.

TU/e-hoogleraar Kuipers treedt toe tot KNAW 12 mei - TU/e-hoogleraar Hans Kuipers is één van de zestien nieuwe leden van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. Het lidmaatschap is een groot eerbetoon aan een wetenschappelijke carrière en alleen weggelegd voor excellente Nederlandse onderzoekers. Hans Kuipers (1959) is hoogleraar Multiscale modeling of multiphase flows aan de faculteit Scheikundige Technologie. Hij werkt aan begrip van stromingen die uit meerdere fasen bestaan, zoals vloeistof-gas of gas-vast. Kuipers is de twaalfde TU/e-hoogleraar die wordt gekozen als KNAW-lid.


4 | Gelinkt

21 mei 2015

Blind gelinkt, m De TU/e: dagelijks het tweede thuis van zo’n tienduizend studenten en medewerkers. Een relatief kleine gemeenschap, met ontelbare banden tussen de leden - zakelijk en/of privé. In ‘Gelinkt’ laten we steeds twee van hen aan het woord over hun relatie met elkaar en de universiteit.

Kamergenoten, geliefden, collega’s, muzikale of sportieve soulmates - uiteen­ lopende TU/e-duo’s passeerden op deze Gelinkt-pagina’s al de revue. Maar zijn niet álle TU/e’ers, als campusgenoten, eigenlijk gelinkt? En wat gebeurt er als je twee van hen tijdens een ‘blind lunchdate’ bij elkaar zet? Nico de Mooij en Kim de Boer namen de uitdaging aan en ontmoetten elkaar, in het bijzijn van Cursor, in de Zwarte Doos.

Zij: 20 jaar, derdejaars Bouwkunde (richting Bouwfysica), opgegroeid in Mijdrecht (provincie Utrecht), actief bij studentenvereniging Demos, houdt van een feestje en een biertje, bestelt vandaag de ‘bagel Italian ham’. Eerste gene­ ratie Bachelor College: “Het eerste jaar was één grote chaos, maar je ziet nu wel verbetering”. Is stiekem blij dat ze vertraging heeft opgelopen en straks, bij de start van de Graduate School, niet ook “proefkonijn voor de nieuwe masters” is. Hij: 24 jaar, zesdejaars Werktuigbouwkunde, liep ooit ruim een jaar vertraging op dankzij het vak Warmteoverdracht dat hij vier keer moest herkansen. Afkomstig uit het West-Brabantse Lepelstraat, houdt zich liefst verre van verenigings­ verplichtingen én van alcohol, zwaait in zijn vrije tijd graag met Japanse bamboezwaarden en eet vandaag een ‘burger Baked Cheese’. Ze vinden het leuk om nieuwe mensen te leren kennen. Dus een blind date via Cursor - waarom eigenlijk niet? “Een vriend zei: ‘Jij met je spontane acties altijd, dit is echt iets voor jou’”, aldus Kim. Een blind date met romantische intenties had ze trouwens nog nooit, “maar ik denk dat er aan de TU/e genoeg mensen rondlopen die dat wél graag zouden doen. Zijn niet bijna alle mannen aan de TU/e een beetje wanhopig?”, zo daagt ze haar mannelijke tafelgenoot uit.

Kim haalt een feestje bij Technische Natuurkunde aan, waar ze over mannelijke aandacht niet te klagen had. “Ik denk dat ik misschien één drankje zélf heb betaald.” Ook bij Werktuigbouwkunde is de manvrouwverhouding aan de scheve kant, vertelt Nico: “Bij de vakken die ik volg, zit vaak maar één meisje op zeventig tot honderd mannen. Die krijgt dan inderdaad veel aandacht, maar aangezien iederéén daar al bovenop zit, ga ik niet eens moeite doen”. Hun meeste contacten liggen doorgaans vooral binnen de eigen opleiding, bekennen beiden. Nico: “Zelfs als je een vak aan een andere faculteit volgt, voel je je daar niet meteen ook thúis. Je leert wel wat mensen kennen, maar verschillende studies hebben toch echt verschillende culturen en figuren.” Die verschillen komen volgens hem onder meer naar boven tijdens interfacultaire projecten. “Bouw­ kundestudenten komen bijvoorbeeld altijd met een heel mooi verslag aanzetten, design-technisch ziet dat er allemaal heel leuk uit.” “Ik vóel dat er een belediging gaat aankomen”, merkt Kim met argwaan op, “dat het inhoudelijk niks voorstelt”. Nico sust: “Nee, dat zou ik nooit zeggen. Maar de presentatie is gewoon heel verschillend. Dat zie je bij bedrijfs­ kunde bijvoorbeeld duidelijk aan de vele overhemden en pakken. Bij Werktuigbouwkunde nemen mensen haast nog genoegen met een zwembroek.”

“Jullie zijn toch de fietsenmakers van de TU/e?” Over werktuigbouwers gesproken: “Jullie zijn toch de fietsenmakers van de TU/e?”, slingert Kim een volgend cliché het gesprek in.


Gelinkt | 5

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

maar weinig klik Nico beaamt schaamteloos: “Ja, dat is wel zo”. De masterstudent heeft duidelijk geen moeite met het stempel. “Werktuigbouwkundigen rommelen vaak met robots en auto’s, maar ook een fiets is eigenlijk een heel knap stukje techniek; er zitten zóveel technologische snufjes aan.” En ach, zo heeft iedere opleiding haar kwalificatie. “Wij zijn de knutselclub”, weet aankomend bouwkundige Kim. Al knutselt ze zelf bar weinig meer, “dat is toch vooral bij Architectuur”. Op de middelbare school fröbelde ze eens eigenhandig een radiootje in elkaar, maar heel handig of technisch is de studente naar eigen zeggen niet: “Ik kan een lamp vervangen, maar een fietsband plakken is toch altijd weer een hele uitdaging”. Is er ook iets wat de TU/e-student in het algemeen kenmerkt? Nico: “Het bekende stereotype is dat van de introverte nerd, die alleen maar achter de computer zit. En dat van mensen die teveel bier drinken. Student en bier worden nog net niet als complementaire goederen in de markt gezet.” Een ander cliché over de TU/e’er: gamen, veel gamen, weet Kim. Zelf zoekt ze haar afleiding liever buiten de deur, bijvoorbeeld bij Demos waar ze onder andere commissiewerk doet. “Ik vind het een fijn idee dat ik er altijd heen kan gaan, dat de bar elke dag open is en er mensen zijn met wie ik een praatje kan maken. Als je geen lid bent van een studentenvereniging, mis je echt wel wat.” Nico zoekt de gezelligheid en ontspanning echter vooral bij zijn sportvereniging, waar hij zich sinds een jaar bekwaamt in kendo: een vorm van Japans schermen. Met studentenverenigingen heeft hij duidelijk niet veel op: “Tijdens de Intro heb ik natuurlijk wel kennisgemaakt met de verenigingen, maar SSRE en het E.S.C. schreef ik

vanwege hun ontgroeningen meteen al af. Je hoofd kaalscheren, door een bak rotte vis zwemmen - wat zíjn dat voor belachelijke eisen?” Nico vertelt over de strenge opvoeding van zijn ouders en de vele regels die thuis golden maar het is niet dat hij daarop in Eindhoven juist alle remmen losgooide. Alcohol drinkt hij ook nog steeds niet. “Ik lust het niet, ik hou gewoon niet van de smaak van alcohol.” Kim lijkt met stomheid geslagen: “Maar je hebt toch zoveel verschillende drankjes en smaken? Dat is gewoon een placebo-effect: je weet dat er alcohol in zit en dús lust je het niet”. Nico, stellig: “Nee hoor. Er zijn genoeg mensen die hebben geprobeerd om mij te voeren zonder dat ik wist dat er alcohol in zit.”

“We zijn allebei een beetje een stijfkop” Het is al snel duidelijk: de twee hebben weinig gemeen. Wel wonen ze beiden aan de Tongelresestraat, maar die is láng. Dus buurtgenoten - nee, dat zijn ze ook al niet. “Eigenlijk zijn we vooral héél verschillend”, concludeert Kim na een uur. Nico: “We zijn allebei een beetje een stijfkop. Ik denk dat ik best leuke discussies met haar zou kunnen hebben. Aan de andere kant is ze niet het type met wie ik überhaupt snel in gesprek zou raken.” Spijt van hun door Cursor georganiseerde treffen hebben ze zeker niet, al bekent Kim: “Je hoopt stiekem toch dat je iemand treft met wie je iets meer gemeen hebt.” Ze waagt een allerlaatste poging: “Van wat voor muziek hou je eigenlijk? Misschien hebben we dáár dan overeenkomsten?”. Maar Cursor hoort al snel: een gezamenlijke concert- of festivalbezoek, dat wordt ‘m óók niet.

Als vreemden kwamen ze binnen, als iets-minder-vreemden stappen de studenten weer de deur uit. Telefoonnummers worden er niet uitgewisseld. Interview | Monique van de Ven Foto | Bart van Overbeeke


6 | Student

Clmn

21 mei 2015

Aanschuiven bij

Barbecue, georganiseerd door Ludo

Ludo Kluver, tweedejaars Industrial Engineering & Innovation Sciences, is degene die meestal iets organiseert voor het eten. Vandaag leek het hem leuk om te barbecueën. Naast veel hamburgers, courgette­ plakken en kipspiesjes staan er ook vispakketjes en aardappelsalade op het menu.

Alain Starke, pr omovendus bij Human-Technolo gy Interaction

Mijn snotneusevenbeeld

Vispakketjes Leg op een stuk aluminiumfolie tilapia in mootjes, appelschijfjes, tomatenstukjes, ringetjes bosui en een eetlepel kruidenboter. Doe er ook nog beetje peper en zout en olie bij. Vouw dicht en leg ze tien minuten op de bbq.

Mijn vriendin houdt haar iPad naast mijn hoofd: “Ja, je lijkt er echt een beetje op.” Het zijn zware tijden voor de authenticiteit van mijn gezicht; sinds de machtsovername van Jesse Klaver bij GroenLinks krijgt mijn moeder steeds vaker gelijk: Ik schijn op die snotneus te lijken. “Nee, jij hebt natuurlijk niet zo’n grote neus”, voegt mijn moeder er altijd zalvend aan toe. Al het andere lijkt wel volgens haar: “Dat gezicht, die krullen; wanneer laat jij je haar weer eens groeien?” Wellicht is het wensdenken van mijn moeder: Met haar jungle-achtertuin vol bomen, vijvers en kikkers draagt ze GroenLinks een duurzaam hart toe en hoopt ze dat haar jongste zoon ook de wereld gaat verbeteren. Immers: “Die Klaver komt ook uit Brabant, Alain!” Toen Klaver vorige week aantrad hekelde hij de economisering van Nederland. Hij vond dat de politieke keuzes teveel gericht waren op kortetermijnwinst in plaats van langetermijnproblemen, zoals fossiele brandstoffen. Natuurlijk kun je hier windmolengesnotneuzel van een broekie in zien, maar de economisering is zeker een feit. Dit laat zich het bese typeren door Shell, dat aankondigde jaarlijks de effecten van klimaatverandering op hun business model te rapporteren. Zien ze daar zelf de ironie niet van in? Nadat het IMF maandag rapporteerde dat bedrijven in ‘fossiele brandstoffen’ wereldwijd per minuut $10 miljoen opstrijken hekel ik die economisering nog meer dan Trijntjes jurk. Natuurlijk, het bedrag is vast enigszins opgeblazen, maar het illustreert dat onze politieke prioriteiten verkeerd liggen. Duurzame groei moet juist voor economische quick wins gaan. Daarom kondig ik vandaag aan dat jullie mij op Jesse Klaver mogen vinden lijken. Go ahead, dicht me een Romeinse haakneus, geiten­ wollensokken en half-Indonesisch bloed toe. Zolang we op onze universiteit dan ook minder economiefossielen zullen opleiden, maar meer Klavers, Stella’s en Nova’s. Op www.cursor.tue.nl vind je meer columns. De volgens de redactie beste column plaatsen we hier.

Aardappelsalade volgens Ludo’s moeder Doe in een bak kant en klare voorgekookte krieltjes en uitgebakken spek inclusief het vet. Erbij voor de kleur: lenteui en rode paprika in blokjes. Erbij voor de smaak: gemalen peper.

TU es

Waarom heb je voor deze studie gekozen? Halverwege de middelbare school wist ik al dat informatica wilde studeren. Ik vond CSI altijd erg tof. Ik heb eerst Digital Forensics gestudeerd in Schotland, maar dat viel tegen. Web Science was eigenlijk mijn tweede keus, maar het bevalt me tot nu toe erg goed. Wat zou je aan de TU/e willen veranderen? Ik zou het Bachelor College zodanig willen ombouwen of afschaffen dat je ruimte krijgt om naar het buitenland te gaan. Daar heb ik naar gekeken met de studieadviseur, maar dat bleek erg lastig te zijn. Wat is het meest opmerkelijke dat je ooit op je kamer hebt aangetroffen? Een schone keuken. Ik heb nu geen huisgenoten, maar in Schotland woonden we met acht personen in een huis. Een schone keuken was toen een zeldzaamheid. Wat is volgens jou de ultieme stedentrip? Ik houd er wel van om ergens de toerist uit te hangen, maar ben zelf nooit echt op een stedentrip geweest. Ik zou wel graag eens naar een stad in midden-Europa gaan; naar Praag, Berlijn of Wenen. Daar zijn vrienden van me eens geweest. Als je de kans krijgt om één ding in je leven te doen waar je anders nooit de mogelijkheid voor zou hebben, wat zou dat dan zijn? Ik zou wel eens willen zien hoe het eruit ziet na de dood. Daarna wil ik wel weer levend zijn. Wat zou je tienjarige zelf vinden van de persoon die je nu bent? Ik zou mezelf wel oké vinden en ook wel stoer. Toen ik 10 was, had ik niet van mezelf verwacht dat ik later alleen naar Schotland zou gaan. Ik sta nu wat meer open voor nieuwe ervaringen.

Anne Kok (19 jaar) Eerstejaars student Web Science

Foto | Bart van Overbeeke

Als je jezelf zou moeten omschrijven aan de hand van een pizza, welke pizza is dat en waarom? De pizza Hawaii. Dat is sowieso mijn favoriete pizza. Er zit zoete ananas op, en hij is niet te spicy. Zo zie ik mezelf ook wel.

Anne wil de vraag ove ‘tienjarig e zelf’ eru r de it en vervangt die vraag door: ‘Beschrijf de raarste die je oo droom it gehad hebt’. (JvG)


Student | 7

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

In de voormalige zusterflat aan de Vestdijk, behorend bij het ziekenhuis op de plek waar nu de Heuvelgalerie staat, is nu studentenhuisvesting door Vestide. Tachtig bewoners wonen er verdeeld over vier verdiepingen met elk twee units en enkele een- of tweepersoons­ kamers. Willem Mouwen (vijfdejaars Technische Informatica, wonend in Vestdijk 31 U t/m L) nodigde Cursor uit voor een barbecue op de richel van de tweede verdieping. Om mee te eten met de bbq moeten we door Ludo’s kamer. Via zijn raam aan de Vestdijkzijde klimmen we naar een minder-dan-twee-meter brede richel zonder balustrade. We zijn op de tweede verdieping.

Dit gebouw staat al zes jaar op de slooplijst. Wat betekent dat voor jullie? Willem: “In 2008 zou het platgegooid worden, dat is eerst uitgesteld naar 2010, toen naar 2013. Nu laat de gemeente het nog vijf of tien jaar staan voor de Hub. We wachten op een mailtje van Vestide met meer informatie.” De studenten zien er voor- en nadelen in. Positief: Inschrijftijd bij Vestide blijft behouden en de huur is laag, 312 euro. Negatief: Het riool raakt eens per twee weken verstopt, de douches hebben zo’n hoge instaprand - en geen houvast - dat het gevaarlijk is, geluidsisolatie is niet oké. Ludo zou last kunnen hebben van Elisabeths’ dwarsfluit, als ze vaker zou oefenen.

Waarom barbecueën we op deze gevaarlijke plaats? “Hier schijnt de zon”, zegt Liselotte van Dommelen, eerstejaars Medische Wetenschappen en Technologie (na twee jaar Industrial Design). “Op de galerij aan de andere kant, waar wel een veilig hek is, zijn we eigenlijk nooit.” Speciaal voor de gelegenheid is vandaag een spiksplinternieuwe bbq in elkaar gezet met een IKEA-gereedschapset. Wie is de huisoudste en heeft die de meeste rechten? “Willem woont hier het langst. Hij heeft niet de meeste rechten maar hij klaagt wel het meest”, zegt Elisabeth van Pruissen, tweedejaars Technische Natuurkunde. “Als de Hub voor expats hieronder bijvoorbeeld de muziek zo hard heeft dat die boven mijn tv uitkomt”, verklaart Willem. “Of als vuilniszakken op de gang staan. Daar is het te smal voor en het stinkt. Het mag ook niet van Vestide.” Interview | Norbine Schalij Foto’s | Bart van Overbeeke

Wil jij ook met je culinaire huisgenoten in deze rubriek? Mail dan naar cursor@tue.nl

En hoe is het in Berlijn? Studenten van de TU/e gaan steeds vaker voor hun studie naar het buitenland. Voor stage of voor het verrichten van onderzoek, omdat het verplicht is of omdat ze het leuk vinden. Cursorlezers kunnen iedere twee weken over de schouder van een TU/e-student in het buitenland meekijken.

Het beslaat tweederde van de oppervlakte van de hele provincie Utrecht, het slaapt nooit, ook niet in hartje winter en het heeft een penetrerende lucht van brat- en currywursten. Het is de bruisende metropool Berlijn. Berlijn heeft met haar multiculturele inwoners, talloze studenten en underground parties (die soms dagenlang duren) elke dag wel wat nieuws te bieden. Het is een geweldige ervaring om het Berlijnse nachtleven van dichtbij te bekijken. Maar wees voorzichtig; Berlijns underground scene heeft niet zonder reden een reputatie dat het zijn bezoekers ‘grijpt’. In het weekend spendeert men hier vaak zijn vrije tijd in een van de vele parken die Berlijn te bieden heeft. Daar kun je dan in een uiterst gemoedelijke ambiance grillen, een biertje drinken en luisteren naar de straatmuzikant die zich vijfentwintig meter naast jou gestationeerd heeft. Bevalt zijn stijl je niet, dan draai je je simpelweg om en zoek je de volgende uit. Aan muziek geen gebrek! Ook van de cafeetjes krijg je hier geen genoeg. Er gaat niets boven een goede koffie met een stuk Duitse kuchen op een zondagmiddag terwijl je vol verwondering de hippies die op straat voorbij lopen bestudeert. Ben je een avonturier? Dan is het bezoeken van een van de talloze ruïnes een aanrader. Van verlaten zwembaden, balzalen en anatomische instituten tot ambassades, een verlaten pretpark en zelfs een verlaten vliegveld. Voor vele toeristen is het een sport om zoveel mogelijk ruïnes te bezoeken. Toegegeven, de een is nog indrukwekkender dan de ander. Spreek je geen Duits? Geen enkel probleem, met Engels zit je hier helemaal goed. Maar na een paar maanden babbel je gewoon vlotjes mee!

Da . studneniel den Bo ech er, NatutuT rkunndiesche Vind jij het ook leuk om een bijdrage te leveren aan deze rubriek en ben jij dit collegejaar in het buitenland? Stuur dan een mailtje naar cursor@tue.nl.

Lees alle buitenlandervaringen online op www.cursor.tue.nl


8 | Student

21 mei 2015

Eerste TU/e-contest draait om het uitbroeden van ideeën De TU/e wil graag dat haar studenten innovatief en ondernemend zijn. Daarom heeft ze de TU/e-contest, een wedstrijd voor alle TU/estudenten met een goed idee, laten organiseren door marke­ tingbureau Soapbox. De winnaar wacht vijfduizend euro en een werkplek op de High Tech Campus Eindhoven om het idee door te ontwikkelen. In oktober begon de organisatie deelnemers te werven, onder andere via bezoeken aan studie­ verenigingen en de Bedrijvendagen. Tot 5 april konden deelnemers zich melden en 134 personen of teams hebben dat gedaan. Daaronder

Vraag studenten hun meest innovatieve ideeën uit te werken voor een wedstrijd en je krijgt visioenen van een luxe wereld waar alles erop gericht is jou te helpen. Een spiegel die je coacht bij oefeningen tegen rugpijn, een oplader voor je laptop die tegelijk als antidiefstalkabel werkt en een boodschappendienst die de voordeligste koopjes snel naar je huis brengt. Deze en negentien andere ideeën hebben het gebracht tot de halve finale van de eerste editie van de TU/e-contest. opvallend veel inzendingen van Industrial Design-studenten, maar ook wiskundejongens hebben creatieve plannen. 22 van de 134 inzendingen haalden de halve finale, gebaseerd op het aantal online publieksstemmen én het oordeel van een vakjury. Zij kregen 19 mei in TU/e-gebouw Matrix een workshop door Startupbootcamp

“Samen met een vriend van me ga ik af en toe even zitten om na te denken over coole dingen om te maken. We hebben een lijstje opgesteld met projecten die we in de komende jaren willen uitvoeren. Dit is één van de projecten op het lijstje”, zegt Tijmen van Dien, student Technische Informatica. “Mijn idee is de Phone Projector. Het wordt een bouwpakket waarmee je een oude smartphone kunt ombouwen tot een goedkope, maar krachtige projector. De kern van mijn project is het vervangen van de backlight van het scherm door een veel krachtigere lamp. Door vervolgens het licht weer te focussen, kan het scherm van een smartphone op een muur worden geprojecteerd.” Graag zou hij in contact komen met Huawei. Tot nu toe hebben ASML en ingenieursbureau ACE belangstelling getoond. Eventuele winst van de contest ziet Tijmen als een kans om in contact te komen met mensen bij interessante bedrijven. “Verder geeft het me de mogelijkheid om een leuk idee uit te werken tot een echt product, wat ik voornamelijk wil doen omdat ik het zelf wil hebben.” Hij is er nog niet erg intensief mee bezig geweest. “Ik heb er een uur of tien, misschien vijftien, ingestoken. Een heel groot deel van die tijd was het verzamelen van stemmen voor de wedstrijd. Verder heb ik wat tijd besteed aan rondvragen of ik ergens een goede lamp kon vinden voor dit idee. Uiteindelijk heb ik een paar engineering samples gekregen van het bedrijf Xicato. Hier ben ik ontzettend blij mee. Met een bereik van 0-3000 Lumen geeft deze led-module veel meer licht dan spul dat in de gemiddelde elektronicawinkel te vinden is. Het geeft me de kans om te zoeken naar de optimale lichtintensiteit van de backlight.”

HighTechXL waar ze tips kregen hoe een lollig idee om te zetten in een werkbaar bedrijfsmodel. Op 25 mei maakt de jury bekend welke vijf finalisten op 3 juni tijdens de Dutch Technology Week in de Blauwe Zaal van het Auditorium hun idee mogen pitchen. Dezelfde dag wordt de winnaar bekendgemaakt.

Cursor dook in de ideeën van de twintig halve finalisten en merkte dat er enorme verschillen in uitwerking zijn. De een kan een werkend prototype laten zien, bij een ander zit het idee nog in het hoofd. Sommige studenten werken alleen, “een superheld werkt vaak alleen”, maar zijn nu op het punt dat ze beseffen dat er toch een

multidisciplinair team gewenst is. Anderen werken vanaf het begin in een team. Het ene project komt tot stand aan de keukentafel of in de kroeg, het ander tijdens projecturen in - voornamelijk - Laplace, waar Industrial Design zit. De investeringen variëren in geld van nul tot vijfhonderd euro en in tijd van tien avonduren tot vier maanden fulltime. Op deze pagina’s is ruimte om vier projecten uit te lichten. Wil je ze alle twintig zien, ga dan naar www.tuecontest.nl Tekst | Norbine Schalij Foto’s | Bart van Overbeeke

Phone Projector: oude smartphone wordt beamer


Student | 9

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

Wouter de Wit, student Innovation Management (IE&IS) bedacht in zijn eentje de Safe-Charge. “Ik kreeg dit idee toen ik in het MetaForum aan het studeren was en moeilijk weg kon doordat ik geen slot voor mijn laptop bij me had. Safe-Charge is een oplader voor je laptop die zowel aan de laptopkant als aan de stekkerkant een vergrendelingsfunctie heeft. Het ingebouwde slot maakt het onnodig om een extra kabelslot bij je te hebben, alleen een sleutel die op de stekker past. Het unieke onderdeel van Safe-Charge is het stopcontactslot. Deze maakt het mogelijk om te vergrendelen via het stroomnet. Mits je oplaadt via een stopcontact in een muur, niet in een stekkerdoos. En de elektrici­teitskabel moet omhuld met staal zijn.”

Safe-Charge: draadvast opladen

Wouter doet mee aan de wedstrijd omdat hij zo advies over haalbaarheid kan krijgen en informatie over een eventuele patentaanvraag. “Het winnen van de TU/e-contest zou me veel mogelijkheden bieden voor de toekomst. Voor mij, en waarschijnlijk ook voor alle andere kandidaten, betekent het dat de studie op de tweede plek gezet moet worden. Daarnaast lijkt het me als TU/e-student een extreem grote eer om een wedstrijd te winnen waarin innovatie centraal staat.” Op dit moment staat Wouters idee alleen nog op papier en is het een soloproject waar hooguit enkele avonden werk in zit. Om het plan verder uit te werken, wil hij binnenkort extra hulp inschakelen. Verder dromen doet hij al wel: “Mocht de oplader onveilig blijken dan zie ik als alternatief dat er een alarm in de oplader komt. En zo’n stekkerslot kun je misschien ook toepassen op oplaadpalen voor auto’s.”

Mirrorcle: Zeker winst halen uit de contest

Van boven naar beneden: Jasper Faber, Jelle Wories, Maarten Smith. Voor de spiegel: Daphne Muller.

“Quantu is een handschoen die kinderen het gevoel geeft een superheld te zijn doordat hij kracht geeft om geluiden te veranderen. Een kind vangt een geluid van bijvoorbeeld een dier of stuiterende bal met sensoren in de handschoen op. Door dan met de vuist te bewegen vervormt de handschoen het geluid. Vervolgens kan het kind het nieuwe geluid afspelen door het als een superkracht weg te schieten met zijn hand. De wijze waarop dat gebeurt, bepaalt hoe het klinkt.” Industrial Design-student Jorian Dane werkt alleen aan dit idee, omdat het voor hem een bachelorafstudeerproject is, maar ook omdat hij dan zijn visie op de maatschappij en design goed tot zijn recht kan laten komen. “En ja, superhelden werken ook vaak alleen, logisch toch!”. Hulp heeft hij wel gehad, van zijn vriendin die de handschoen in elkaar naaide, en zijn ID-coach met zijn niet-aflatende motivatie. De investering die Jorian deed, bedroeg iets meer dan tweehonderd euro en een half jaar projecttijd. Al doende heeft hij steeds meer mogelijkheden gezien. Was Quantu eerst een speelgoedobject, nu denkt hij ook aan gebruiksmogelijkheden bij muzieklessen en speltherapieën. Mocht Jorian de contest winnen, dan moet de handschoen nog even wachten op doorontwikkeling. “Ik kan het pas na mijn master volledig oppakken. Maar het gaat mij niet om zoveel mogelijk winst, het gaat mij erom dat ik hiermee kinderen een goed gevoel kan geven.” En dat het werkt heeft hij al gezien; op de basisschool waar zijn moeder werkt liet hij een sociaal onzeker kind met een prototype van het product spelen. “Ik zag hem helemaal loskomen. Dat vind ik het belangrijkste.”

“De Mirrorcle is een spiegel voor als je van je fysiotherapeut oefeningen moet doen om lage rugpijn te verminderen. Je mag hem mee naar huis nemen en kunt zelfstandig oefenen. De spiegel gebruikt motion-tracking om de positie van je rug te meten, en projecteert vervolgens directe visuele feedback in de reflectie van het spiegeloppervlak”, zegt ID-student Maarten Smith. Zijn projectgroep, die nu bestaat uit hemzelf en Jelle Wories, Jasper Faber en Daphne Muller, bedacht de Mirrorcle al in september 2014. Er is begeleiding van revalidatiewetenschapper Annick Timmermans van de Universiteit Hasselt en hoogleraar Loe Feijs van faculteit Industrial Design. Bij de workshop op 19 mei hadden ze contact met Medtronic, ACE, ASML en AOMB. Een eerste prototype is in november 2014 naar de Domotica Beurs geweest. “De lijn die Mirrorcle projecteert, beweegt precies mee met je rug, zodat je kunt zien of je rug recht staat tijdens het oefenen. De spiegel slaat ook alle data op van de oefening zodat je terug kunt kijken op je vooruitgang, en een voorspelling op de toekomst kunt krijgen. De fysiotherapeut kan vanuit zijn computer alle data bekijken en analyseren, om een zo efficiënt mogelijke behandeling te geven.” Meedoen aan de wedstrijd beschouwen de vier studenten als een leerproces. Maarten: “We beoefenen niet alleen onze technische kundigheid en professionele skills, maar ook onze kennis van business, productieprocessen en zelfs marketing in een real-life scenario. Het mooie is dat we hierdoor hoe dan ook winst gaan halen uit deze contest. Voor de rest zien we het allemaal als een mooie kans om ons idee nog verder te ontwikkelen en het markt-klaar te maken.” De kosten die ze tot nu hebben gemaakt zijn voornamelijk materiaal­ kosten voor prototypes en een klein beetje aan promotie. “Deze driehonderd euro kosten hebben we uit eigen zak betaald.”

Quantu: geluid vervormen met je handen


TU/eXperience Day Zondag 31 mei 2015 12.00 - 17.00 uur tue.nl/tuexperience

TU/e festival met demo’s, workshops en lezingen voor kinderen, jongeren en (oud)-studenten

jouw idee

onze techniek


Student | 11

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

Kracht/en/veld Boarden: Avalanche Boarders

Facts and figures Opgericht in 1999: toen een vriendengroep besloot te gaan snowboarden Aantal leden: 35 waarvan een kwart vrouw Doel: in de winter een freestyle-cursus aanbieden Beste prestatie: afgelopen jaar bij Nederlandse Studenten Snowboard Kampioenschappen in Frankrijk 11 plakken binnengehaald. Jacco een derde plaats bij slopestyle, Marlijn Kant (Universiteit Utrecht) een tweede plaats bij boarder-cross Bijzonderheid: Bij Avalanche kun je boarden op sneeuw, straat en water http://avalancheboarders.nl/

Ik zie quarters, rails, curbs, bowls, miniramps, banks, een vert en een ledge. Waar zijn we? Vandaag, dinsdagavond, zijn de Avalanchers in skatepark Area 51 op Strijp-S. De flip tricks, ollies en 360 shove-its die ze maken hebben met snowboarden gemeen dat het allemaal draait om controle van de plank. Op donderdagen boarden ze op de sneeuw van Montana in Valkenswaard. Daar rijden gezamenlijk naartoe met een busje van het Studentensportcentrum.

De moves zien er gevaarlijk uit. Hoe erg is het om iets te breken? “Niet erg”, zegt bestuurslid Kristian Snel (Fontysstudent). Zijn laatste blessure was een breuk van het sleutelbeen bij snowboarden. “Onze blessures zijn kort en krachtig. Je breekt iets, het herstelt binnen een week of zes en je gaat weer verder. Spieren scheuren is veel erger, dat duurt langer.” Het zijn meestal de onervaren mensen die iets breken, hoewel Jacco Hubregtse (masterstudent Werktuigbouwkuinde en voorzitter van de Avalanche Boarders) en David van Impelen (eerstejaars Scheikundige Technologie) er ook iets van kunnen met hún sleutelbeen en pols. Avalanchers trainen op vallen. Ieder lid weet dat het naar achteren strekken van de armen wanneer je op de rug valt, uit den boze is.

Wat is het moeilijkst? Jacco: “Niet het doen zelf. Je maakt eerst een stap in je hoofd. Bij mij begint een move te zeuren in mijn hoofd en voor ik hem ga doen, vraag ik aan anderen of zij denken dat het mij gaat lukken. Als ze het afraden omdat de sneeuw wat ijzig is, doe ik het nog niet. Maar, als ik het uiteindelijk wél doe, en het lukt, dan geeft dat toch zo’n goed gevoel!” Avalanche Boarders heeft één regel: als je valt en je merkt dat je bang bent, doe het dan meteen opnieuw. Hoe langer je wacht, hoe moelijker het wordt.

Zijn jullie allemaal even stoer? “Het leuke van Avalanche is dat het niet uitmaakt hoe goed je bent”, zegt Fontyssudent Lara Hermse. “Iedereen is beter dan ik maar ze zijn blij voor me als ik een babystapje maak. Gaan voor me juichen en zo. Dat motiveert echt.” De leden van Avalanche zien elkaar erg vaak, mogelijk dagelijks. “Zo houd je elkaar warm”, zegt promovendus Biomedische Technologie Sergio Spaans.

Hoe ziet een gemiddelde week eruit voor een Avalancher? Jacco: “Als het op maandag lekker weer is, dan regelen we een barbecue via onze whatsapp-groep. Dinsdag gaan we geregeld naar Area 51 (maar niet elke week), woensdag houden we altijd een borrel bij Aloys op Stratumseind. Donderdag gaan we naar Valkenswaard en vrijdag gaan we of naar huis óf samen dingen doen.” Tekst | Norbine Schalij Foto’s | Bart van Overbeeke

Hello... world?

Comic | Elles Raaijmakers Inkleuren | Minke Nijenhuis


12 | Universiteitsberichten

ALGEMEEN

MENS

Dienst Interne Zaken | Aangepaste dienstverlening DIZ De dienstverlening van de Dienst Interne Zaken is aangepast op donderdag 4 juni i.v.m. het jaarlijkse uitje. Dit houdt in dat de volgende onderdelen een aangepaste dienstverlening hebben: Parkeer­ beheer, Facility Services, Inkoop & Contractmanagement, Waste Management & Logistics, Confe­ rences, Educational Facilities en Printservice zijn die dag niet meer bereikbaar vanaf 13.30 uur. De post die na 12.00 uur binnenkomt, wordt op vrijdag 5 juni verwerkt. De Studentshop (Dictatenverkoop en Reproshop) is wel de hele dag geopend. Aanvragen voor hotel­ reserveringen bij de afdeling Conferences die na 12.30 uur binnenkomen worden de volgende dag verwerkt. De medewerkers van Safety & Security (beveiliging/ brandweer) en Audiovisuele ondersteuning zijn de gehele dag bereikbaar. De medewerkers van Locatiemanagement zijn deels aanwezig met een aangepaste dienstverlening. In dringende gevallen zijn de overige mede­ werkers van DIZ deze dag ook te bereiken via de TU/e-Security, tel. 2020.

Bureau voor Promoties en Plechtigheden | Promoties Donderdag 21 mei, 16:00 uur, CZ4: promotie ir. J. Stegen (TN) Promotoren: prof.dr. H.J.H. Clercx en prof.dr.ir. P.P.A.M. van der Schoot Voorzitter: prof.dr.ir. G.J.F. van Heijst Titel proefschrift: “Non universality and kinetics in soft matter systems: phase separation of proteins and sonication of carbon nanotubes”

UNIVERSITEITSBERICHTEN

Donderdag 21 mei, 16:00 uur, CZ5: promotie P.A.M. Ruijten MSc (IE & IS) Promotor: prof.dr. C.J.H. Midden Voorzitter: prof.dr. I.E.J. Heynderickx Titel proefschrift: “Responses to Human-like Artificial Agents; effects of user and agent characteristics” Dinsdag 26 mei, 14:00 uur, CZ4: promotie Y. Dajsuren PDEng (W&I) Promotor: prof.dr. M.G.J. van den Brand Voorzitter: prof.dr.ir. B. Koren Titel proefschrift: “On the Design of an Architecture Framework and Quality Evaluation for Automotive Software Systems” Dinsdag 26 mei, 14:00 uur, CZ5: promotie H. Montazeri MSc (B) Promotoren: prof.dr.ir. B.J.E. Blocken en prof.dr.ir. J.L.M. Hensen

Voorzitter: prof.ir. E.S.M. Nelissen Titel proefschrift: “Computational modelling of evaporative cooling as a climate change adaptation measure at the spatial scale of buildings and streets” Dinsdag 26 mei, 16:00 uur, CZ4: promotie Dipl.-Math. S.Y.G. Fleischmann (W&I) Promotor: prof.dr. A.M. Cohen Voorzitter: prof.dr. E.H.L. Aarts Titel proefschrift: “A Geometric Approach to Classical Lie Algebras” Dinsdag 26 mei, 16:00 uur, CZ5: promotie A. Zderic PDEng (ST) Promotor: prof.dr. J. Meuldijk Voorzitter: prof.dr.ir. J.C. Schouten Titel proefschrift: “Extraction of key components from cellular material: aspects of product and process design”

Advertenties

Gaan we hopeloos vastlopen op klimaat ? Nu in de boekhandel:

De sociale dimensie van de opwarming Nijssen & Walter Deze lange termijn analyse geeft zicht op enkele samenlevingsregels en sociale werkingen die niet alleen de opwarming aanwakkeren, maar bovendien de vorming van cohesie rond klimaatherstel vrijwel volledig blokkeren. Productspecificaties op www.socdim.info

cursor-nijssen 150423.indd 1

21 mei 2015

Woensdag 27 mei, 16:00 uur, CZ4: promotie R.H. Eggermont MSc (W&I) Promotoren: prof.dr. A.M. Cohen en prof.dr.ir. J. Draisma Voorzitter: prof.dr. E.H.L. Aarts Titel proefschrift: “Finiteness properties of varieties with large group actions” Woensdag 27 mei, 16:00 uur, CZ5: promotie ir. K. van der Vliet (IE & IS) Promotor: prof.dr.ir. J.C. Fransoo Voorzitter: prof.dr. I.E.J. Heynderickx

Titel proefschrift: “Concepts and Trade-offs in Supply Chain Finance” Donderdag 28 mei, 16:00 uur, CZ4: promotie B. Güvenatam MSc (ST) Promotoren: prof.dr.ir. E.J.M. Hensen en prof.dr.ir. H.J. Heeres Voorzitter: prof.dr.ir. J.C. Schouten Titel proefschrift: “Catalytic pathways for lignin depolymerization” Donderdag 28 mei, 16:00 uur, CZ5: promotie ir. F.J.J. Peeters (TN) Promotoren: prof.dr.ir. M.C.M. van de Sanden en prof.dr. N.J. Lopes Cardozo Voorzitter: prof.dr. H.J.H. Clercx Titel proefschrift: “The Electrical Dynamics of Dielectric Barrier Discharges” Vrijdag 29 mei, 14:00 uur, CZ4: promotie Dipl.-Ing. C.A. Vasko (TN) Promotor: prof.dr.ir. G.M.W. Kroesen Voorzitter: prof.dr. H.J.H. Clercx Titel proefschrift: “Microplasmas for Gas Phase Hydrogen Peroxide Production” Maandag 1 juni, 16:00 uur, CZ4: promotie ir. J.H.M. Evers (W&I) Promotor: prof.dr. M.A. Peletier Voorzitter: prof.dr. E.H.L. Aarts Titel proefschrift: “Evolution Equations for Systems Governed by Social Interactions”

Maandag 1 juni, 16:00 uur, CZ5: promotie Dipl.-Geogr. A.W. Reimer (W&I) Promotor: prof.dr. B. Speckmann Voorzitter: prof.dr. E.H.L. Aarts Titel proefschrift: “Cartographic Modelling for Automated Map Generation” Dinsdag 2 juni, 6:00 uur, CZ4: promotie M. van Berkel MSc (W) Promotoren: prof.dr. M.R. de Baar en prof.dr.ir. G. Vandersteen Voorzitter: prof.dr. L.P.H. de Goey Titel proefschrift: “Estimation of heat transport coefficients in fusion plasmas” Dinsdag 2 juni, 16:00 uur, CZ5: promotie D. Kistamurthy MSc (ST) Promotor: prof.dr. J.W. Niemantsverdriet Voorzitter: prof.dr.ir. J.C. Schouten Titel proefschrift: “Fundamental understanding of cobalt FischerTropsch synthesis catalyst deactivation” Afscheidscollege professor Maas Vrijdag 29 mei, 16.00 uur, BZ: afscheidscollege prof.ir. G.J. Maas - dhl (B) Voorzitter: prof.dr.ir. F.P.T. Baaijens Titel: Van productie naar prestatie

DIVERSE Vestide | Studentbeheerder gezocht Vestide vindt een veilige woning en een schone en prettige leefomgeving belangrijk. Daarom zoeken we een studentbeheerder voor een studenten­ complex aan de Marconilaan en omgeving. Als studentbeheerder maak je je sterk voor de leefbaarheid binnen en buiten je directe woonomgeving. Kijk voor meer informatie op www.vestide.nl!

Ook een bericht plaatsen op deze pagina? Mail het bericht (maximaal 100 woorden) dan naar universiteitsberichten@tue.nl.

23-04-15 16:55

Je hebt nu Cursor-magazine in je handen, maar wist je dat we ook online te vinden zijn? Op www.cursor.tue.nl vind je al het nieuws rondom de TU/e. Surf ook eens naar www.facebook.com/tuecursor en volg ons op www.twitter.com/tuecursor Wil jij jouw feest, lezing, symposium of andere activiteit gratis onder de aandacht brengen op www.tue.nl/agenda? Mail ons dan voor inloggegevens (cursor@tue.nl).

We zien je graag online terug! www.cursor.tue.nl


Mens & Mening | 13

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

TUssen de oren

Wat maakt een machine menselijk?

In Cursor worden iedere twee weken studenten, docenten, labs, technische artefacten, de werkomgeving, het weten­ schappelijk bedrijf, de campus, het onderwijs en websites onder een psychologische loep gelegd door de medewerkers van TU/e-opleiding Psychology & Technology.

Illustratie | Sandor Paulus

Op het moment dat deze Cursor uitkomt, op 21 mei, zal Peter Ruijten, promovendus van de Human-Technology Interaction groep van de faculteit IE&IS zijn proefschrift gaan verdedigen, getiteld Responses to Human-Like Artificial Agents. Als deel van zijn proefschrift ontwikkelde hij onder andere een nieuwe vragenlijst voor antropomorfisme - de neiging van mensen om mensachtige kwaliteiten toe te dichten aan niet-menselijke artefacten. Voor de hand liggende voorbeelden zijn robots of avatars, maar ook onze auto, pc, of mobiele telefoon krijgen met regelmaat menselijke eigenschappen toegedicht. Interessante eigenschap van Peters Predispositions to Anthropomorphize Scale is dat het zich laat lezen als een schaal voor wat we als de meest unieke menselijke eigenschappen versus de minst unieke menselijke eigenschappen beschouwen. Hoog op deze schaal staan eigenschappen als dilemma’s doorgronden, empathie, emoties herkennen, woede, en ambitie, terwijl zaken als objecten oppakken, objecten herkennen, lopen, en springen laag op de lijst staan. Intuïtief lijkt deze indeling voor de hand te liggen: wat maakt ons tenslotte meer mens dan ons denken en onze emoties? Ook de Turingtest sluit hierop aan: een anoniem vraaggesprek om vast te stellen of je met een machine of een mens van doen hebt doet een sterk beroep op de eigenschappen die hoog scoren op Peters antropomorfisme-schaal. Gary Kasparov, de bekende Russische grootmeester en voormalig wereldkampioen schaken voorspelde dat een schaakcomputer nooit zou kunnen winnen van een grootmeester. In een toernooi in 1996 verloor Kasparov zijn eerste schaakwedstrijd van IBM’s schaakprogramma

UR-podium In februari maakte het kabinet bekend dat Nederlandse universi­ teiten mogen experimenteren met bursaalpromovendi. Bursaalpromovendi ontvangen geen salaris en hebben geen werknemerstatus, waardoor ze een stuk goedkoper zijn en universiteiten voor hetzelfde geld meer promo­ vendi kunnen opleiden (overigens lijkt het versoberen van de arbeids­ voorwaarden mij niet de juiste manier om meer promovendi aan te trekken, maar dat terzijde). Verder hoeven bursaalpromovendi vanwege hun studentstatus geen

Deep Blue. Ofschoon je nog zou kunnen beweren dat schaken een te beperkte vorm van denken is, wordt dat al lastiger wanneer je de prestaties van IBM’s Watson bekijkt, nu al weer meer dan vier jaren geleden. Watson nam het op tegen twee all-time kampioenen van de Amerikaanse tv kennisquiz Jeopardy, en won overtuigend. Maar hoe zit het met emoties dan? In een gebied dat bekendstaat als affective computing - op het raakvlak tussen psychologie, informatica , en elektrotechniek - gebeuren ook hier spannende dingen. Zo hebben we (TU/e in samenwerking met Philips Research) recentelijk aangetoond dat machines beter zijn in het herkennen van menselijke emoties dan mensen, wanneer de context buiten beschouwing wordt gelaten.

De Turingtest van de toekomst: een potje frisbee

Het blijkt dat veel van de zaken die we als uniek menselijk beschouwen, niet per se de zaken zijn die zich moeilijk laten simuleren. Het omgekeerde lijkt eerder waar: juist die capaciteiten die we zelf als triviaal ervaren, omdat ze automatisch en goeddeels onbewust verlopen, en ‘een kind ze kan doen’ - denk aan herkenning van gezichten, manipulatie van objecten, of zaken als lopen, rennen en springen - juist dát zijn de capaciteiten die verrassend moeilijk na te maken zijn. De Turingtest van de toekomst zal geen gesprek meer zijn, maar een potje frisbee. Wijnand IJsselsteijn | hoogleraar Cognition and Affect in Human-Technology Interaction

Promovendigolf

onderwijstaken te verrichten, met als beoogd gevolg een verhoging van het promotieniveau en een verkorting van de promotieduur. Opvallend is dat het huidige stelsel indertijd juist is ingevoerd om precies dezelfde redenen. Dat het heeft gewerkt, blijkt uit de grote stijging in (succesvol afgeronde) promoties en het feit dat Nederlandse promotietrajecten internationaal hoog staan aangeschreven. Echter, het verhogen van het aantal promo­ vendi zal vanwege de beperkte

beschikbare tijd van begeleidende hoogleraren juist leiden tot een daling van het promotieniveau. Toegegeven, de gemiddeld lange promotieduur en hoge uitval verdienen aandacht, al scoort de TU/e wat dat betreft het beste van het land. Ik vind het dan ook een goede beslissing van het huidige College van Bestuur om niet aan het experiment mee te doen. Overigens is er voor het merendeel van de promovendi na de promotie geen plek op de universiteit. Natuurlijk kan ook het bedrijfsleven profiteren van de kennis

en kunde van gepromoveerden, maar een groot deel vindt zich hierop onvoldoende voorbereid tijdens het promotietraject. Het lijkt mij dan ook beter om, in plaats van de arbeidsmarkt met promovendi te overspoelen, de promovendi beter voor te bereiden op het bedrijfsleven. Of dit op de TU/e ook noodzakelijk is, zal moeten blijken uit de ‘PhD survey’ die onlangs is gehouden. De resultaten hiervan zullen in het najaar in de universiteitsraad worden besproken.

Stan Korzili us, Personeels fractie U-r aad


14 | Focus

21 mei 2015

Tekst | Freke Sens Achtergrondfoto | Ronald Smits Met je handen door een virtuele wereld navigeren. Dat is het idee achter de Manus Machina, kortweg de Manus. Een datahandschoen die controller, muis en toetsenbord vervangt. Ontwikkeld door een groepje Eindhovense (ex-)studenten die met hun handschoen inspringen op de razendsnelle opkomst van virtual reality.

In twee weken van idee naar prototype | Het was juni 2014 en virtual reality was hot. Vooral de hype rondom Oculus Rift had grote vormen aangenomen. Maar terwijl er van alles gebeurde op het gebied van brillen en loopbanden, bleef het rondom controllers opvallend stil. Bob Vlemmix, net klaar met de Fontysopleiding communicatie, vroeg zich af waarom er eigenlijk niks met handen gebeurde. Het idee voor de Manus was geboren. Er volgde een telefoontje naar Tim van Veenendaal, medelid van studentenrollengenootschap Knights of the Kitchen Table. De student Software Science knutselde binnen twee weken een werkend prototype in elkaar.

Gamen met de magische

v.l.n.r. Bob Vlemmix, Tim van Veenendaal en Jelle Stumpel. Foto | Bart van Overbeeke

Manus Machina Huis-tuin-en-keukencomponenten | Hoewel ze hun deelname aan crowdfunding­ platform Kickstarter voortijdig stopzetten, leverde het zoveel publiciteit op dat ze geselecteerd werden voor de StartupBootcamp HighTechXL. Tijdens het acceleratorprogramma voor hightechstartups ontwikkelde het inmiddels vijfkoppige team in een paar maanden tijd een alfaversie van de Manus. Tijdens een pitch op een beurs in februari bleek een Chinese investeerder ter plekke bereid zes ton te investeren. Hoewel ze er tijdens de onderhandelingen niet uitkwamen, vond Manus al gauw een andere investeerder. Sindsdien is het team gegroeid naar elf man, waaronder (fashion) designers en programmeurs. De ‘huis-tuin-en-keukencomponenten’ uit de beginfase zijn definitief verleden tijd. Vlemmix: “Een paar maanden terug zat de gyroscoop nog op de handschoen gelijmd en moest de handschoen met klittenband vastgezet worden omdat de behuizing zo groot was. Inmiddels kunnen we de producten en machines aanschaffen die we nodig hebben.”


Focus | 15

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

Honderd euro per stuk | De Manus is niet de eerste datahandschoen. Mechanische hand | De draadloze handschoen bevat vijf flexsensoren die onder meer de buiging van de vingers en de rotatie en positie van de hand meten. De handschoen is daarmee muis, toetsenbord en controller ineen. De technologie zit deels verborgen in een behuizing van 1,5 millimeter en is deels geïntegreerd in de handschoen van lycra. Het stuurprogramma dat de verkregen data verwerkt is open source.

“Maar wel de eerste die betaalbaar is”, stelt ID-alumnus Stijn Stumpel. Eén handschoen mag niet meer dan honderd euro kosten, maximaal tweehonderd euro voor een set. Die prijs is onder meer gebaseerd op de uitkomsten van een enquête in en rondom MetaForum.

Gat in de markt versus toekomstvisie | De datahandschoen heeft voor iedereen zijn eigen aantrekkingskracht. Stumpel is, naast in het draagbaar maken van technologie, vooral geïnteresseerd in het zetten van nieuwe stappen op het gebied van virtual reality. “VR en de Manus maken deel uit van een toekomstbeeld dat een stuk dichterbij is dan veel mensen denken.” Vlemmix bekijkt het ook vanuit marketingoogpunt. “Het is een gat in de markt. Gamers willen relaxt kunnen gamen. Met de Manus kan dat vanuit de luie stoel.” Voor technische man Van Veenendaal is het weer anders. “Als kind dacht ik al dat het niet zo moeilijk moest zijn om met een paar sensoren een robothand te maken.”

Onduidelijk gebied | Een exacte releasedatum voor de Manus is er nog niet. Virtual reality is voor veel bedrijven nog een onduidelijk gebied, stelt Stumpel. “Releasedata worden continu opgeschoven. Want wanneer is een product goed genoeg? Met die vraag worstelen wij ook.” Desondanks wil het team uiterlijk in 2016 een consumenten­ versie op de markt brengen. In juni wordt de handschoen aan de gamewereld gepresenteerd tijdens de E3-beurs in Los Angeles.

Magisch | Eén van de grootste struikelblokken bleek Meer dan VR | De Manus is in eerste instantie ontwikkeld om personages binnen VR-games aan te sturen. Desondanks wil het team alle opties openhouden wat betreft de toepassing van de handschoen. Vlemmix: “Als augmented reality straks groot wordt, willen we ook daarop kunnen inspelen.” Ook het besturen van een drone of het bedienen van huishoudelijke apparatuur behoort tot de mogelijkheden. “En denk aan het bedienen van machines in een fabriek, in zo’n omgeving kan een handschoen heel waardevol zijn”, vult Stumpel aan.

het vinden van een producent van handschoenen. Sinds een paar weken levert een bedrijf gespecialiseerd in bedrijfskleding de lycra Manus-handschoen. Stumpel erkent dat vooral de integratie van de techniek in de handschoen wel eens tot hoofdbrekens leidt. “We willen een goed ademende handschoen, waarin op den duur alle techniek bevestigd is. Dat zorgt voor de nodige designprobleempjes, maar we willen het zo magisch mogelijk maken.”

Stabiel product | De mannen maken zich geen zorgen dat de techniek achter de Manus in de tussentijd voorbijgestreefd wordt door andere technologieën. Zo zitten aan infraroodcamera’s nog teveel haken en ogen. “Ze zijn niet stabiel genoeg om mee te gamen en de reactiesnelheid is veel lager”, aldus Van Veenendaal. Vlemmix: “Misschien dat het over een paar jaar wel zover is, maar daar gaat de wereld van virtual reality niet op wachten. Juist voor de komende twee jaar wordt een explosieve groei verwacht.”


16 | Uitgelicht

21 mei 2015


Uitgelicht | 17

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

Slapeloze nachten voor een tentamen Iedereen gaat wel eens met een gespannen gevoel richting tentamen­zaal. Heb ik wel genoeg gestudeerd, wat moet ik verwachten? Maar voor sommige studenten betekent elk tentamen een periode van zware stress en onzekerheid. Er is gelukkig iets aan te doen. Bouwkundestudente Mariëlle (21) en eerstejaarsstudente Technische Bedrijfskunde Mai (18) pakten met succes hun tentamenstress aan.

“Het begon met een Engelstalig tentamen. Engels is niet mijn sterkste kant en ik vond het spannend of ik alle vragen wel goed zou begrijpen. En dat werd steeds erger. Op een gegeven moment had ik slapeloze nachten van de twijfel en onzekerheid voor elk tentamen dat in het Engels werd afgenomen. Erover praten deed ik niet, zodat het echt een interne worsteling werd.” Mariëlle, bezig met het laatste jaar van haar bachelor Bouwkunde, weet wat het is om in de greep te worden gehouden door tentamenstress. Iets wat ook Mai, studente Technische Bedrijfskunde - letterlijk - aan den lijve ondervindt. “Ik heb vooral last bij herkansingen, de druk om goed te moeten presteren is dan heel hoog. Slecht eten, slecht slapen en heel zenuwachtig. Na het laatste tentamenblok kreeg ik lichamelijke klachten. Bovendien loop je door al dat piekeren voortdurend met een zwaar gevoel rond. Ik wist dat ik er iets aan moest gaan doen.” Er zijn vlak voor elk tentamenblok veel studenten zoals Mariëlle en Mai die aankloppen bij STU, vertellen studentenadviseurs Lonneke Aalpol en Hedwich van Engelen. “We zien studenten die door allerlei oorzaken last hebben van tentamenstress, twee categorieën springen er wel uit. Studenten die door negatieve gedachten dichtklappen bij een tentamen en studenten die problemen hebben met plannen en door uitstelgedrag te laat beginnen met het bestuderen van de tentamenstof. Bij die laatste groep studenten verdwijnt de spanning meestal zo gauw ze het vragenvel onder de neus geschoven krijgen, terwijl studenten met bijvoorbeeld faalangst nog steeds met klamme handen iets op papier proberen te krijgen. We proberen altijd te kijken waar de spanning vandaan komt en hoe we die zo veel mogelijk kunnen reduceren. Voor de een betekent dat de avond van te voren geordend de tas inpakken en opzoeken op welke locatie je moet zijn, voor de ander leren negatieve gedachtes om te buigen.”

Sinds kort heeft STU ook een cursus specifiek gericht op het omgaan met tentamenstress (zie kaders) in hun aanbod. “Sinds de invoering van het Bachelor College, maar ook door zaken als het bindend studieadvies en de ‘harde knip’ ervaren sommige studenten druk om direct goed te presteren op een tentamen. Tijdig ondersteuning vragen helpt hen, zodat zij met meer vertrouwen de tentamenweek tegemoet kunnen.” Mariëlle zag op OASE een STU-bericht over een nieuw cursusblok, waar ook de training Positief Denken genoemd werd. “Uit interesse heb ik me daarvoor ingeschreven en al snel had ik door dat je aan onzekerheid zelf wel degelijk iets kunt doen. Hoewel het bij mij in eerste instantie voortkwam uit een mindere beheersing van het Engels, groeide het uit tot iets groters. Al bij de start van een Engelstalig vak maakte ik me zorgen over het tentamen en zag ik het als een blok aan het been, liever werkte ik aan de andere vakken. Ik leerde dat het vaak een kwestie is van ‘de knop omzetten’, maar soms duurt dat wel even voor je gevonden hebt hoe dat dan moet.”

“Het duurt soms even voor je doorhebt hoe je de knop moet omzetten” Ze stroomde door naar de praktische korte cursus ‘Help, tentamens!’, ook bij STU, waar ze met diverse tips aan de slag kon. “De avond voor het tentamen even goed ontspannen bijvoorbeeld. Ik ging altijd al sporten om mijn hoofd leeg te maken en dat werkte prima. Zo goed dat ik daarna vol nieuwe energie opnieuw de boeken indook om alles nog een keer door te nemen - voor de zekerheid. En dan sloeg de stress in alle hevigheid toe. Nu weet ik dat ik op mezelf moet vertrouwen en laat ik de boeken dicht. Maar voor mij was de grootste plus eigenlijk het er open over praten en zien dat er meer studenten rondlopen met dezelfde problemen. Ik heb het toen ook verteld aan een aantal vriendinnen en heb daar nog steeds veel steun aan. Even je ei kwijt kunnen of studiestof waar je over twijfelt samen doornemen geeft soms net dat extra steuntje in de rug. Ik begin straks vol vertrouwen aan mijn master, geheel in het Engels!” Mai kreeg al op de middelbare school diverse faalangsttrainingen en individuele begeleiding om haar van haar angsten af te helpen. “Ik blijf het heel moeilijk vinden om de geleerde theorie in de praktijk toe te passen. Je zit toch vast in een ingesleten denkpatroon. Toen ik van de huisarts kalmeringsmedicatie kreeg om mijn lichamelijke klachten te verminderen besloot ik toch om bij STU langs te gaan. Ik wilde voor een tentamen niet afhankelijk zijn van een pilletje. Via een studiegenoot hoorde ik positieve verhalen, zodat voor mij die drempel niet groot was.” Studenten wachten vaak lang voordat ze hulp zoeken, merken STU-studenten­ adviseurs Lonneke en Hedwich. “Na een aantal slapeloze nachten vlak voor de tentamenweek zitten ze vaak in paniek bij ons. We kunnen dan nog wel wat kleine handreikingen meegeven, maar echt veel kunnen we niet meer betekenen. Trek daarom ruim op tijd aan de bel zodat we kunnen werken aan studievaardigheden of je kunnen leren om steviger in je schoenen te staan. Die combinatie van studie- en psychologische vaardigheden zie je ook in de cursussen terug. En we laten de studenten elkaar tips geven, wat vaak voor een stuk herkenning zorgt, ook heel belangrijk.” Dat beaamt Mai. “Je kijkt vanuit een ander perspectief naar je eigen problemen. ‘Zo’n ramp is het niet als je een keer een vraag niet weet’, reageer je tijdens een bijeenkomst op een verhaal van een student. Terwijl je daar juist zelf juist altijd helemaal van in paniek raakte. Eigenlijk heel dubbel, maar door te praten ga je er pas echt over nadenken. En leer je los te komen van je eigen, vaak negatieve, gedachtegang.” Ze merkt dat ze al na een paar cursusbijeenkomsten realistischer kan denken, ook onder druk. Want niet alles hangt van dat ene tentamen af.

Tekst | Nicole Testerink Foto | Bart van Overbeeke

Help, tentamens! Omgaan met examenstress - STU04 Van 3 tot 17 juni kun je bij STU de training ‘Help, tentamens!’ volgen. In drie bijeenkomsten kom je meer te weten over de effecten van stress, maak je een realistische tentamenplanning en leer je omgaan met negatieve gedachten. Meer informatie en aanmelden kan via OASE.

Positief denken kun je leren! - STU71 In deze training leer je positief én realistisch te denken met als doel dat je positief en zelfverzekerd in het leven komt te staan. De cursus bestaat uit 8 bijeenkomsten van 2 uur. Deze cursus wordt gegeven in oktober, februari en april. Actuele startdata kun je vinden in OASE. Natuurlijks kun je ook altijd terecht voor een persoonlijk gesprek. Via een bezoekje aan de Servicedesk in MetaForum, per e-mail (stu@tue.nl) of telefonisch (040-247 4747) kun je een afspraak maken met een van de studentenadviseurs.


18 | Onderzoek

21 mei 2015

DIFFER

aan de Dommel

Sinds vorige week zijn de werknemers van het Dutch Institute for Fundamental Energy Research (DIFFER) aan de slag in hun splinter­ nieuwe onderkomen op de campus. Om een indruk te geven van het onderzoek dat bij DIFFER wordt gedaan - en van de dwarsverbanden die worden gesmeed met de TU/e-gemeenschap - maakte Cursor een inventarisatie en sprak vlak voor de verhuizing met een viertal onderzoekers van dit instituut voor funderend energieonderzoek. Op 11 mei betrokken de 140 medewerkers van DIFFER officieel hun nieuwe kantoren op de TU/ecampus. De nieuwe fysieke nabij­ heid vergemakkelijkt uiteraard de al bestaande samenwerking tussen het instituut en onze universiteit - onder

meer fusie-experts Marco de Baar en Tony Donné hebben al een aanstelling als deeltijdhoogleraar aan de TU/e. Daarnaast kunnen medewerkers van DIFFER gebruikmaken van TU/e-faciliteiten zoals het NanoLab@TU/e, collegezalen,

de bibliotheek en het sportcentrum, als ware DIFFER de tiende TU/e-­ faculteit. Omgekeerd staan ook de experimentele opstellingen en de werkplaats van DIFFER in principe open voor TU/e’ers. Het onderzoek binnen DIFFER valt op te delen in twee thema’s: kernfusie en zonnebrandstoffen (solar fuels). Het fusieonderzoek was al een belangrijke tak binnen het instituut toen het nog bekendstond als het FOM-instituut voor Plasmafysica Rijnhuizen. Het instituut droeg en draagt op diverse manieren bij aan de voorbereidingen van ITER, de

experimentele kernfusiereactor die momenteel in het Zuid-Franse onderzoekscentrum Cadarache verrijst. In ITER zal kernfusie worden opgewekt in een extreem heet plasma, dat door middel van magneetvelden op zijn plaats wordt gehouden. DIFFER beschikt over wereldwijd unieke opstellingen om de omstandigheden bij de wand van de fusiereactor na te bootsen: de plasmageneratoren Magnum-PSI en Pilot-PSI. Die worden door ITER gebruikt als testomgeving om te onderzoeken hoe wandmaterialen zich houden onder realistische

plasmabelasting. Ook de dynamiek van het fusieplasma is van grote invloed op het rendement van de reactor. Binnen DIFFER wordt daarom gerekend aan plasma’s en worden technieken ontwikkeld om aan plasma’s te meten. Daarnaast ontwerpen ze regelsystemen om de omstandigheden in het plasma te reguleren en wordt er nagedacht over hoe het onderhoud aan de reactor moet plaatsvinden. Toen Rijnhuizen in 2012 met een nieuwe missie verderging als DIFFER, is er geleidelijk een onderzoekslijn bijgekomen die zich richt op het


Onderzoek | 19

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

“We komen nog dichter bij de omstandigheden in ITER”

De Brit Thomas Morgan werkt met Magnum-PSI, wereldwijd de enige onderzoeksopstelling waarin de blootstelling van de uitlaat van ITER aan hete deeltjes experimenteel kan worden nagebootst. Dit wordt gedaan door een plasma met magneetvelden op een target te sturen. Magnum-PSI is vijftien meter lang en het lab waarin dit gevaarte staat, heeft ijzeren muren van vijf centimeter dik om het magneetveld binnen te houden. “Eén van de grote uitdagingen voor ITER is om een materiaal te vinden dat bestand is tegen de stroom van extreem hete deeltjes uit het plasma”, zegt Morgan. “De zoge­heten warmtestroomdichtheid bedraagt tientallen Megawatts per

vastleggen van duurzaam opgewekte energie (met name uit zonlicht) in de vorm van brandstoffen. Die zijn nodig om de duurzaam opgewekte energie efficiënt voor langere tijd op te slaan en te kunnen transporteren, zodat je de energie kunt gebruiken waar en wanneer dat nodig is. Als basis voor deze zonnebrandstoffen dienen koolstofdioxide en water. Omdat dit tevens de reactieproducten zijn na verbranding, ontstaat een gesloten kringloop. In de zoektocht naar solar fuels wordt binnen DIFFER zowel gekeken naar directe methoden om waterstof en zuurstof te maken met zonlicht, als naar katalytische

processen om elektrische energie op te slaan in chemische verbindingen. Ook wordt er gewerkt aan het splitsen van CO2 met behulp van plasma’s. Het plan is om binnen DIFFER een soort dependance te stichten van de groep van universiteitshoogleraar René Janssen op het gebied van solar fuels. Hiervoor wordt momenteel gezocht naar een onderzoeker die de rol van groepsleider op zich kan nemen.

Interviews | Tom Jeltes Foto’s | Bart van Overbeeke

Thomas Morgan.

vierkante meter, dat is zelfs vergelijkbaar met de zon. Met de magneetvelden geleiden we het plasma en houden het warm; zo creëren we omstandigheden die overeenkomen met die in ITER.” Waar ze in Nieuwegein nog werkten met koperen spoelen, krijgen ze in Eindhoven een supergeleidende magneet, vertelt Morgan. Hierdoor kunnen ze de te testen materialen praktisch continu blootstellen aan het plasma. “Tot dusverre waren we gedwongen om met pulsen van een paar seconden te werken, omdat de spoelen te heet werden. Dat probleem hebben we straks niet meer, en daardoor komen we

nog dichter bij de omstandigheden in ITER, die telkens zes tot zeven minuten in bedrijf zal zijn.” Morgan en zijn collega’s zijn niet alleen van plan om de reactie van materialen op de blootstelling aan extreme plasmaomstandigheden te onderzoeken, maar ook om te kijken of de plasmastroom misschien valt af te koelen door een koud gas te injecteren. In de nieuwbouw komt daarnaast een ionenbundelfaciliteit voor in-situ materiaalonderzoek, een unieke uitbreiding voor het PSI-lab én de solar fuels-groep. De groep van Morgan werkt al jaren nauw samen met de TU/e via de Fusion-groep van hoogleraar Niek Lopes-Cardozo en de interdisciplinaire master Science and Technology of Nuclear Fusion. Bovendien hebben DIFFER en de TU/e sinds vorig jaar zes gezamenlijke promovendi, van wie een deel ook door Morgan wordt begeleid. “Het contact met die promovendi wordt nu veel eenvoudiger. Om elkaar te spreken volstaat voortaan een korte wandeling over de campus.”


20 | Onderzoek

21 mei 2015

“De definitieve materialen moeten nog gevonden worden”

De Duitse Anja Bieberle is in dienst van DIFFER, maar heeft al een jaar een plek bij het Instituut voor Complexe Moleculaire Systemen (ICMS) van de TU/e. Daar heeft ze ook al een kleinschalige onderzoeksopstelling staan voor zogeheten foto-elektrochemische experimenten. Zij is op zoek naar materialen (met name metaaloxiden) die in dunne laagjes als elektrode kunnen dienen in een brandstof producerende foto-elektro­ chemische cel. Onder invloed van zonlicht wordt in een dergelijke cel water opgesplitst in waterstof en zuurstof. Vervolgens kan de waterstof nog worden gecombineerd met koolstof uit CO2 om een vloeibare brandstof te vormen, vertelt ze, maar het is eerst zaak om de essentiële eerste stap te perfectioneren. “Het moet nog veel efficiënter. Iedereen is het er dan ook over eens dat de definitieve materialen nog gevonden moeten worden.” Bieberle moet concurreren met methoden waarbij eerst elektriciteit wordt opgewekt in standaard zonnecellen, die vervolgens wordt gebruikt voor chemische omzettingen ten behoeve van brandstof­ productie - ook hieraan wordt bij DIFFER onderzoek gedaan. En ook elektrolyse-apparaten (voor het splitsen van water) bestaan al, benadrukt ze. “Maar dan maak je de brandstof in twee stappen. Wij willen het hele proces in één keer doen.”

Anja Bieberle

In haar tijd op de TU/e heeft de Duitse al banden gesmeed met groepen van verschillende faculteiten. Niet alleen maakte ze gebruik van het NanoLab@TU/e, ook was ze te gast bij Bert Koopmans (Fysica van Nanostructuren) en werkte ze in de labs van de groepen van universiteits­ hoogleraar René Janssen (Macromolecular and Organic Chemistry) en Emiel Hensen (Moleculaire Katalyse) aan het maken en bestuderen van dunne lagen. Daarnaast is ze ook van plan om samen te werken met de werktuigbouwkundigen van Control Systems Technology om haar elektrochemische systeem met behulp van simulaties te optimaliseren. En ook binnen DIFFER ligt een samenwerking in het verschiet. “Materialen die zijn blootgesteld aan het plasma van Magnum-PSI blijken een nanostructuur te krijgen die mogelijk heel gunstig is voor toepassing in elektrodes voor elektrochemische processen. We zijn nu bezig dit effect in dunne lagen toe te passen.”

Werktuigbouwer Dennis Ronden werkt al dertien jaar in Nieuwegein. De laatste jaren heeft hij zich gespecialiseerd in de vraag hoe je onderhoud uitvoert in een nucleaire omgeving, zoals het binnenste van de fusie­ reactor ITER. “Dat gebeurt allemaal met robots omdat het voor mensen te gevaarlijk is”, vertelt hij. “Die robots kunnen niet hard voorgeprogrammeerd worden zoals in bijvoorbeeld de auto-industrie, want de onderhoudswerkzaamheden zijn onvoorspelbaar en de meeste te onderhouden systemen zijn uniek. De ogen en het brein van een mens zijn dus noodzakelijk. Daarom maken we gebruik van telemanipulatie, waarbij de robot op afstand wordt bestuurd door een mens.” Van belang is bijvoorbeeld dat de robots overal goed bij kunnen. Het zou immers zonde zijn als een miljardenproject als ITER in de soep zou lopen omdat er ergens geen ruimte is om een bout los te draaien. Voordat je gaat bouwen zijn daarom uitgebreide simulaties nodig. En dat is wat ze bij het Remote Handling Study Center van DIFFER doen: visua­ lisaties maken van onderhoudsprocessen. Niet alleen voor ITER, maar ook voor andere opdrachtgevers. Ronden en zijn collega’s hebben daarbij een belangrijke troef in handen: een techniek waarmee ze virtuele objecten voelbaar kunnen maken. Dergelijke haptische feedback maakt de simulaties een stuk realistischer. Onlangs mochten ze hun systeem showen op de Hannover Messe, waar ze zich in de enthousiaste belangstelling van minister Henk Kamp mochten verheugen. “We hebben daar gezien dat we nog voor liggen op de concurrentie”, zegt Ronden.

“Het belang van controleprocessen wordt onderschat”

Om die voorsprong te behouden, zullen aan de TU/e de banden met de groep Control Systems Technology worden aangehaald. “Onze groeps­ leider, Marco de Baar, is al hoogleraar in die groep. Voor ons is de verhuizing een enorme kans om beter ingebed te raken in netwerken buiten de fysica, met name in de werktuigbouwkunde.” En dat kan ook geen kwaad voor de plasmafysici van DIFFER en ITER, meent hij. “Controleprocessen zijn ontzettend belangrijk voor het succes van een fusiereactor. Dat wordt nog wel eens onderschat omdat veel mensen vooral gericht zijn op de fysische aspecten van het experiment.”

Dennis Ronden. Op de voorgrond SAPTIC, een nieuw 7-DoF Master device, ontwikkeld door studenten en promovendi van de drie TU’s, in samenwerking met Heemskerk Innovative Technology, een partner in het Remote Handling Study Center van DIFFER.

Na jaren op de zolder op het kasteel van Landgoed Rijnhuizen is de overgang naar het moderne onderkomen van DIFFER op de TU/e-campus een flinke stap voor Ronden. “Rijnhuizen ga ik wel missen, maar het is ook fijn om met zijn allen in één gebouw te zitten. En bovendien woon ik al een jaar met mijn vriendin in Schijndel, dus zelf hoef ik niet meer te verhuizen.”


Onderzoek | 21

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

Voor Gerard van Rooij betekent de komst van DIFFER een terugkeer naar zijn alma mater: hij studeerde begin jaren negentig aan de TU/e. De plasmafysicus werkte in Nieuwegein oorspronkelijk aan het fusieproject, vertelt hij. “Maar nu de wanden van reactoren niet langer van koolstof, maar van het chemisch minder interessante wolfraam worden gemaakt, ben ik opgeschoven naar de solar fuels.” Hij wil plasma’s gebruiken om zo energiezuinig mogelijk een zuurstofatoom los te maken uit CO2. De koolmonoxide die daardoor ontstaat kan als basis dienen voor een vloeibare brandstof. In indirecte zin kun je zo een zonnebrandstof maken, mits de elektriciteit waarmee het plasma wordt gecreëerd, is opgewekt met zonlicht.

Sluitstuk

In de rubriek Sluitstuk vertellen afstudeerders over hun afstudeeronderzoek. Wil je ook in deze rubriek, mail dan naar cursor@tue.nl.

Maar de onderzochte methode, waarbij het plasma inwendige trillingen veroorzaakt in het CO2-molecuul waarna dit vanzelf uiteenvalt, is breder toepasbaar. “Ook voor de chemische industrie is dit procedé interessant, bijvoorbeeld voor de productie van ammoniak.” Een dergelijke toepassing van plasma’s is betrekkelijk nieuw, vertelt Van Rooij. “In het verleden zijn plasma’s voornamelijk gebruikt om dure materialen te maken, zoals zonnecellen. Maar als je er brandstof mee wilt maken dat moet concurreren met de gas en olie uit de bodem, dan telt plotseling iedere cent. Dat is een grote uitdaging.” De banden met de TU/e zijn volgens Van Rooij na zijn studie altijd hecht gebleven. “In het begin kwam ik er zelfs nog wekelijks voor overleg.” Het is dan ook geen wonder dat hij met meerdere Eindhovense collega’s samenwerkt. Met Qi Wang bijvoorbeeld van Micro Flow Chemistry & Process Technology. En via zijn directe collega Waldo Bongers heeft DIFFER ook banden met Jan van Dijk van Elementaire Processen in Gasontladingen. Van Rooij: “Om de trillingsdynamica van CO2 te bestuderen, werk ik al langer samen met Richard Engeln van Plasma & Materials Processing. Hij beheerst de laserspectroscopie die daarvoor nodig is, en wij de plasmadynamica.”

“Bij zonne­brand­stoffen telt iedere cent”

Teun Raijmakers. Foto | Rien Meulman

Efficiëntere waterstofproductie om camper te laten rijden Waterstof is een van de meest gebruikte chemicaliën in de chemische industrie en is onder meer nodig bij de productie van benzine en kunstmest. Waterstof zelf wordt momenteel grotendeels uit fossiele brandstof geproduceerd, via een proces dat veel energie kost. Er wordt veel onderzoek gedaan om deze reactie met minder energie te laten verlopen. Zo testte ST-masterstudent Teun Raijmakers, die midden juni afstudeert, het gebruik van speciale membranen in het reactorvat. Waar je bij waterstofproductie aan grote vaten en opslagtanks denkt, is het reactorvat waar Teun Raijmakers mee experimenteert op dat punt enigszins teleurstellend. Met zijn hand geeft hij de maten aan: grofweg vijfendertig centimeter hoog en zo’n vijf centimeter in doorsnede. Maar, haast Teun zich te zeggen: “De kleine reactor die ik gebruik is puur voor experimentele doeleinden, dat zegt nog niets over de uiteindelijke grootte. Wel draait het in ons onderzoek juist om kleinschalige waterstofproductie in zogenoemde fuell cells, een soort accu’s. Die kun je bijvoorbeeld als energiebron gebruiken om voertuigen zoals campers aan te drijven.” In het reactorvat zitten katalysatordeeltjes die reageren met het gas (methaan) dat erdoorheen geblazen wordt, waardoor waterstof gevormd wordt middels een evenwichtsreactie. Door speciale membranen in het reactorvat te plaatsen, kun je het evenwicht verplaatsen zodat er meer ultrapure waterstof wordt geproduceerd, legt Teun uit. “Zo’n membraan ziet eruit als een mat metalen staafje en zuigt het gevormde waterstof af. Dat werkt op zich prima. Maar door die hoge zuigende werking trekt het ook katalysatordeeltjes aan die als zandkorreltjes de boel verstoppen. Daardoor wordt de waterstoftoevoer richting membraan belemmerd, iets wat je juist wil voorkomen. Ik heb veel experimenten gedaan om deze concentratiepolarisatie - een verschil in concentratie van waterstof rondom het membraan in vergelijking tot het reactiemengsel zelf - beter te kunnen begrijpen.” Volgens Teun is het lastig concentratiepolarisatie helemaal te voorkomen bij het gebruik van een fluidized bed membrane, zoals het membraan voluit heet. Wel kan het iets afnemen door extra schotten in het reactorvat te plaatsen die voor een betere mixing zorgen of door de stroomsnelheid aan te passen. Belangrijker is het om rekening te houden met concentratiepolarisatie in de rekenmodellen die de waterstofproductie beschrijven, iets wat nog niet gebeurde. Daarom schreef Teun een nieuw model dat de daadwerkelijke waterstof flux beter kan benaderen. “Het is weer een klein stapje vooruit om waterstofproductie efficiënter te maken. Mijn begeleider presenteert mijn model waarschijnlijk binnenkort op een internationale conferentie, toch wel bijzonder.” Nu de laatste experimenten bijna klaar zijn, is er vooral tijd voor leuke dingen zoals het recente vakgroepuitje. Daar trommelde de professor er samen met alle studenten en andere medewerkers op de djembé lustig op los, waarna ze elkaar met laserguns te lijf gingen. Een vakgroep met een fijne atmosfeer, beaamt Teun. Toch wil hij na zijn afstuderen de overstap maken richting bedrijfsleven, een stageplek heeft hij al geregeld. Eind juni start hij als technoloog bij Nyrstar Budel waar hij aan de slag gaat met de productie van zink. “Nieuw element, nieuwe uitdaging.”

Gerard van Rooij

Tekst | Nicole Testerink


22 | Onderzoek

21 mei 2015

4 brandende vragen

Peter Ruijten | IE&IS

Technologie met een gezicht

1 we op n e i z Wat er van v o c de hrift? c s f e je pro

2 Ho op f e leg j waa eestj e e r je ond s uit e ove r ga rzoek at?

1 | cover

3 Welke persoon, techniek of apparaat is onmisbaar geweest voor je onderzoek?

2 | feestjes Mijn onderzoek gaat over gedragsbeïnvloeding door middel van technologie. Mensen veranderen hun gedrag het snelst wanneer je ze informatie op een sociale manier geeft, dus kun je een interface gebruiken die er als een mens uitziet. In hoeverre is het nu belangrijk dat zo’n interface ook (onbewust) wordt waargenomen als menselijk? Mijn verwach­ ting was dat, als deze als menselijk wordt waar­ genomen, hij ook in staat is om jouw gedrag te beïnvloeden zoals mensen elkaars gedrag ook beïnvloeden.

3 | onmisbaar

4 eft

Op de cover zien we de twee artificial agents die ik gebruikt heb in mijn onderzoek. Dit zijn digitale representaties van mensen die door de computer bestuurd worden.

e Wat h

ing

lev men

de sa uw werk? aan jo

(Onder redactie van Tom Jeltes) Foto’s | Bart van Overbeeke

De artificial agents. Zonder die agents was ik natuur­ lijk nergens geweest, omdat ik iets nodig had dat er menselijk uitzag. Daarnaast was het niet zo zeer één persoon, maar meer de hele sfeer binnen de HTI-groep die mij op momenten van tegenslag er doorheen hielp.

4 | samenleving In de nabije toekomst zal technologie alleen maar socialer worden. We gaan er steeds vaker tegen praten, en er worden steeds vaker gezichten in inter­ faces gebruikt. Mijn onderzoek laat zien hoe men hierop reageert, en welke factoren belangrijk zijn om dergelijke technologie succesvol te laten integreren in ons leven.


Onderzoek | 23

Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl

Floran Peeters | Technische Natuurkunde

Vonkjes als chemische fabriek 1 | cover De bliksemschicht is een impressie van een ontlading in een zogeheten dielectric barrier discharge. Dat is een kunstmatige plasmabron, ontwikkeld door Werner von Siemens (inderdaad, de grondlegger van) om ozon te produceren op industriële schaal.

2 | feestjes Als je twee metalen platen neemt met een kleine kier ertussen en er een spanning over zet die tientallen keren hoger is dan wat er uit het stopcontact komt, dan ontstaat er één enorme vonk tussen de platen. Als je eerst de platen bedekt met een niet-geleidend materiaal (de dielectric barrier), ontstaat er niet één enorme vonk, maar honderden kleintjes, verspreid over het oppervlak. Ik onderzoek die kleine vonkjes, die allemaal kunnen dienen als miniatuur chemische fabriekjes.

3 | onmisbaar Dat is zonder twijfel Rein Rumphorst, gepensioneerd elektronicus. Hij heeft een groot deel van mijn plannen werkelijkheid gemaakt door zeer precieze meetapparatuur te bouwen.

4 | samenleving Plasma’s, zoals mijn kleine vonkjes, kunnen zeer efficiënt chemische processen aandrijven. Met deze vonkjes kun je bijvoorbeeld al op milieuvriendelijke wijze drinkwater steriliseren via ozon, maar ze kunnen ook gebruikt worden om CO2 uit de atmosfeer af te breken, of om ‘groen’ waterstof uit aardgas te winnen.

Allison Schaap | Werktuigbouwkunde

Algen identificeren 1 | cover Op de cover zien we water en algen. De afbeeldingen van algen zijn gebaseerd op micro­ scopische plaatjes van de soorten die ik in mijn onderzoek heb gebruikt, en het water op de achtergrond is afkomstig van een foto van een meer waarin deze technologie kan worden toegepast.

2 | feestjes Ik maak een klein apparaatje dat algen in water kan identificeren op soort, kan tellen en kan sorteren. Dat gebeurt normaal gesproken nog handmatig, dus ik wilde een apparaat maken dat dit goedkoper en sneller kan doen. Het ‘hart’ van het apparaat is een kleine glazen chip met piepkleine kanaaltjes en (licht)golfgeleiders die hierin zijn aangebracht met een speciale laser.

3 | onmisbaar Toegang tot allerlei machines was erg waardevol voor me. In onze groep doen we veel experimenteel werk. Daarbij is het belangrijk om snel je eigen apparaatjes te kunnen fabriceren om vlug je ideeën te kunnen testen en aanpassen.

4 | samenleving De meeste mensen zullen niet vaak aan algen denken, maar ze produceren het merendeel van de zuurstof die we inademen, dus ze zijn erg belangrijk! Het in de gaten houden van algen helpt ons om de complexe processen die in onze omgeving plaatsvinden te begrijpen, om de veiligheid van zwemwater te waarborgen, en om gevaarlijke en kostbare algenbloei in een vroeg stadium te herkennen.


18 21 May 2015 | year 57

Biweekly magazine of the Eindhoven University of Technology For the latest news: www.cursor.tue.nl/en and follow @TUeCursor_news on

TU/e student helps people of Nepal after devastating earthquakes 19 May - TU/e student of Operations, Management and Logistics Tobias Ouwerkerk has recently left Singapore suddenly to head for Nepal. He’s there to help the victims of the earthquakes by joining the Nepal Grassroots Recovery organization, which was co-founded by a friend. “Our goal is to provide emergency food and shelter for the displaced people of Nepal. With monsoon season less than one month away, we have been working 15hr days, providing both immediate and long term aid to the devastated villages in the remote regions of Sindhupulchowk, Nepal, the most affected district region of Nepal. Since we are a small organization, we can act faster, more flexible and with less overhead then the bigger disaster relief organizations.”

How to order bitte rballen in Dutch 13 May - There’s

a new game that helps foreign students learn Dutch even before they arrive in the Neth erlands. They acqu ire the language with the help of six Dutch friends, thirty mini games, and five levels. Th e free app Hoi Holland! has been designed es pecially for foreign student s who are about to spend some time here. Th ey learn their way around the grocery store and what to say at birthday parties or in publ ic transportation. They’re also taught how to order bitterballen .

and tuecursor on

Major NWO grants for three TU/e chemists 18 May - Three researchers from TU/e have received a Vidi grant from NWO (Netherlands Organisation for Scientific Research) for a maximum of 800,000 euros to set up their own research line. The three winners, all of them from the Department of Chemical Engineering and Chemistry, are Maaike Kroon, Ilja Voets and Timothy Noël. The Vidi grants are part of the NWO’s Research Incentives Scheme, which consists of Veni, Vidi and Vici awards. Vidi is aimed at excellent scientists who have already completed a number of years of successful research. These researchers are among the top ten or twenty percent in their field.

TU/e professor Hans Kuipers joins KNAW 12 May - TU/e professor Hans Kuipers is one of sixteen new members of the Royal Netherlands Academy of Arts and Sciences (KNAW). Membership is a great honor for scientists, and only attainable for excellent Dutch researchers. Kuipers is the twelfth TU/e professor who has been elected a KNAW member. The professor of Multiscale Modeling of Multiphase Flows at the Department of Chemical Engineering studies multiphase flows like liquid-gas or gas-solid. This year marks the first time KNAW welcomes as many women as men to the exclusive science society. KNAW now has 248 members, including 46 women.

More news on www.cursor.tue.nl/en

Clmn

Hoi Holland!, a serious game about Dutch language and culture - a quick review

Earlier this week EP-NUFFIC launched what is meant to be “your first step towards mastering the Dutch language. It shows you how much fun it can be to learn Dutch” and also helps you discover some typical aspects of culture. This is serious business because “by playing Hoi Holland! you will learn some basics of Dutch: understanding and speaking Dutch makes everyday activities, such as grocery shopping or going to a restaurant, a little easier and more fun”. And because of its intercultural nature, it also helps you “to connect with Dutch students and make new friends!” Next to this clearly playful approach the app also provides information about looking for an internship, volunteer work or a (part-time) job. All situations where speaking Dutch proves very useful or even a requirement. Although I don’t directly belong to the target group (i.e. internationals already here or about to come to study or work), I was, as a professional involved in intercultural matters, curious to take the journey into this survival kit for Dutch language and culture. My first impression: No gray shades but an attractive, energetic orange (of course!) color and symbolic tulips throughout the game, so never a dull moment. It offers 5 levels of language learning and cultural, behavioral information. After completing all 5 of them, you are rewarded: you can read (in Dutch of course) the success story of Xavier, who is an international student who came here 2 years ago and has now settled because he has learned the language. A clear encouraging message and a good example to follow. Each level

(Schiphol as #1) contains language situations and the cultural item ‘Typisch Nederlands’ along with the somewhat mysterious game all Dutch kids know: ‘Ik zie, ik zie wat jij niet ziet’ (I spy with my little eye). Other levels feature topics ranging from ‘In de kroeg’, ‘Boodschappen’ to the ultimate level of cultural premastery: … ‘Verjaardag’ (birthday), oh it’s so Dutch in there! Methodologically, the game pursues the dual intercultural approach of combining external adaptation of the locals toward their international guests with internal integration of the internationals into Dutch society. A solid didactic foundation. It is fun, informative in its use and indeed reflects the uniqueness of some aspects of Dutch life, i.e. : ‘Ga toch fietsen’ (isn’t this a bit moralistic?), ‘Borrelen’, but also ‘Melk is goed voor elk’, ‘Een bloemetje voor meneer’ (the Netherlands is about the only country in the world where giving flowers to men is common), and finally the highly typical ‘Gefeliciteerd’ when guests at a birthday party congratulate one another about the birthday of their common friend. Personally, I found navigating sometimes tricky and some instructions not entirely clear, but maybe I’m not as agile as the younger generation that clearly constitutes the intended users. Curious? Go to: http://www.studyinholland.nl/hoiholland and play! Oh and by the way, rumor has it they are now preparing a less serious game as a follow-up to Hoi Holland! Its topic? Sports. Its name? Hup Holland!

Vincent M erk, traine communic r intercultural ation


People | 25

See for more news www.cursor.tue.nl/en

And how are things in Berlin? More and more TU/e students go abroad for their studies to follow courses, internships or a doctorate path. What is it like to find your way in a new country? Students tell their stories.

It’s two-thirds the size of the entire province of Utrecht, it never sleeps, not even in the middle of the winter, and there’s a constant, pungent smell of bratwurst and currywurst in the air. We’re talking Berlin, the flourishing metropolis. With its multicultural inhabitants, umpteen students and underground parties that can last for days, Berlin offers up daily new encounters. It is great to experience the Berlin night life from up close. But be careful: the Berlin underground scene can be addictive. Weekends are usually spent in one of the many public parks Berlin has to offer. You grill, enjoy beers with friends and listen to the street performer that is never more than twenty-five meters away, all in a jovial atmosphere. Don’t like his tunes? Just turn around and pick the next musician. There is no shortage of music in this city! And there’s always time for Berlin coffeehouses. There’s nothing like a good coffee and a slice of ‘Kuchen’ on a Sunday afternoon watching in amazement at all the hippies passing by. Are you an adventurer? Then I recommend visiting one of the many ruins. You can venture into deserted swimming pools, ballrooms, anatomical institutes, embassies – even an amusement park and airport! To many tourists it’s a sport to visit as many ruins as possible. I have to admit, each of them is more impressive than the last. You don’t speak German? No problem, if you speak English you’ll do just fine. After a few weeks you will have no trouble chatting in German, anyway.

Daniel s den B Appltiuedent of oer, d Phys ics Would you also like to write an article about your time abroad? Please send an email to cursor@tue.nl.

Read more stories online: www.cursor.tue.nl/en

Life after TU/e

Name: Jorge Alves Lino Place of Birth: Lisbon, Portugal Date of Birth: September 24, 1979 At TU/e: In 2007, I started as a communication designer in the marketi ng and communication team of ID, and as a coach in the education department. In 2008, I started a PhD track in ‘Responsive Environments’ at the Designed Intelligence research group, that moved to the Department of Media at the University of Amsterdam in 2011. I continued coaching, later at the ‘Light Time Space Movement’ theme, until Februar y of 2015. Current position: I have a double position as Managing Director at the STRP Biennial (since November 2014), and as Director of Designhuis Eindhoven (since April 2014), which will reopen its doors in the course of 2015.

Photo | Kim Balster

What happens to international students after they graduate from TU/e? Do they go job hunting in the Netherlands, pack their bags and explore the world, or return to their home countries? International TU/e graduates talk about their lives after TU/e.

Was this what you intended to do? In this field yes, but not necessarily in these particular positions. Having said that, I’m very proud of where I am. As a foreigner, being given the trust and responsibility to lead such emblematic public organizations of the Eindhoven cultural sector gives me a huge sense of acceptance and recognition. Was it difficult to find a job? Not really. I see jobs as projects, regardless of how long they will take. There are points where I feel there is time for change, and embracing that change I reflect on how to conclude what I am doing, and what is it that I would like to do next. Sometimes there are huge coincidences and you meet the right people at the right time, but essentially, I tend to take action and create opportunities to share my vision and ideas with relevant parties. I am engaged in the contexts I want to work with naturally and in a pro-active way. How do you reflect on your time at TU/e? I met one of the Industrial Design professors, Matthias Rauterberg, at the FMX Festival in Stuttgart in 2006. Both our work was featured at the festival, and after a few conversations, the opportunity arose to work with him in Eindhoven. To me it makes sense that many of my friends were originally colleagues at TU/e, so whether I’m employed by TU/e or not I will always feel connected to and part of it. It has been a time of professional and personal development. Will you stay in the Netherlands? I was born and raised in Portugal. Since 2002, I have lived in Belgium , Norway, the Czech Republic, and France. I moved to the Netherlands in 2007. While it was very exciting to live in different countries for a while, at some point you want to be based somewhere. Portugal will always be my home, but right now the Netherla nds feels quite like home, too. What advice would you give current students? You cannot travel enough. The more you see, the broader your horizon . What I always advised my own students was to look at their studies as part of their career development. A career doesn’t start upon graduation. A career starts when you start developing yourself. Studying is a great opportunity to network and show what you can do. If by the end of your studies you have been in touch with the right people and organizations professionally, in the context of your studies and, then that gives you a more realistic professional preparation for the future.


26 | Research

21 May 2015

DIFFER-

upon-Dommel

Last week, employees of the Dutch Institute for Fundamental Energy Research (DIFFER) started in their brand new home on campus. To get an idea of what DIFFER researches and how that connects with the TU/e community, Cursor took stock and interviewed several researchers at the institute just before the move. On May 11, 140 DIFFER employees moved into their new offices on TU/e campus. Being physically close, existing collaborations between the institute and the university - fusion experts Marco de Baar and Tony DonnĂŠ were

already part-time professors at TU/e, for example -will become even easier. DIFFER and its employees will have TU/e facilities at their disposal, including NanoLab@TU/e, lecture theaters, the library, and the sports center -almost as if DIFFER

were the tenth TU/e department. And it works both ways, because the experimental setups and workshop of DIFFER are open to TU/e people, too. Research at DIFFER can be divided into two themes: nuclear fusion and solar fuels. Fusion research was an important subject already when the institute was still known as the FOM Institute for Plasma Physics Rijnhuizen. The institute was and is contributing to preparations for ITER, the experimental nuclear fusion reactor that is being

constructed at the Cadarache research center in the south of France. The aim of ITER is to generate nuclear fusion in extremely hot plasma that is being held in place by means of magnetic fields. DIFFER has one-of-a-kind setups to mimic the conditions near the fusion reactor wall: plasma generators Magnum-PSI and Pilot-PSI. ITER uses these to test and research how wall materials hold up under realistic plasma pressure.

The dynamics of the fusion plasma greatly affect the efficiency of the reactor as well. That’s why DIFFER works on computer simulations of the plasma and develops diagnostic techniques to measure the plasma parameters. The institute also develops control systems to regulate the conditions inside the plasma and is thinking of the best ways to maintain the reactor. When in 2012 Rijnhuizen changed its mission and continued as DIFFER, a new line of research was introduced gradually: one


Research | 27

See for more news www.cursor.tue.nl/en

“We are getting closer to ITER conditions still”

Brit Thomas Morgan works with Magnum-PSI, which is the only setup in the world that can mimic the ITER exhaust being exposed to hot particles experimentally. A plasma is directed by magnetic fields to a target. Magnum-PSI is fifteen meters in length and the lab it is located at has five-centimeter thick iron walls to keep the magnetic field inside. “One of the great challenges for ITER will be finding a material that can withstand the electricity coming from the blazing hot particles from the plasma”, says Morgan. “The heat flux, as it is called, is in the dozens Megawatts per square meter, comparable to that of the sun. We use the magnetic fields to guide the plasma and keep it warm, and so we create conditions that are similar to those in ITER.” Whereas in Nieuwegein they worked with copper coils, Eindhoven will have a superconducting magnet at its disposal, says Morgan. The magnet enables DIFFER to expose materials to the plasma pretty much continuously.

“So far, we have had to work with pulses lasting only a few seconds lest the coils get too hot. Soon, that will be a thing of the past and that will bring us closer to the actual conditions in ITER, which will be running for six to seven minutes on end.” Morgan and his colleagues plan to study how materials react to being exposed to extreme plasma conditions,

but they also intend to find out if perhaps the plasma flow can be cooled by injecting a cold gas. The new building will also feature an ion beam facility for in situ material research, a unique extra for both the PSI lab and the Solar Fuels group. Morgan’s group has been working in close collaboration with TU/e for years, both with Professor Niek Lopes-Cardozo’s Fusion group and the interdisciplinary master track Science and Technology of Nuclear Fusion. On top of that, DIFFER and TU/e appointed six common PhD candidates last year, several of whom are supervised by Morgan himself. “It has become much more convenient to supervise those candidates. If we want to meet, we just walk across campus.”

Thomas Morgan

that focuses on efficiently storing sustainably generated energy (particularly sunlight) as fuels. The fuels are needed to store the sustainably generated energy for an extended period of time and to transport it, so the energy may be used wherever and whenever. The basic components of these solar fuels are carbon dioxide and water. And since those happen to be released upon combustion, it’s a closed cycle. In their search for solar fuels, DIFFER investigates both direct ways to create hydrogen

and oxygen from sunlight, and catalyst processes to store electrical energy in chemical compounds. DIFFER plans to set up a kind of solar-fuel annex for the group of University Professor René Janssen. They are now looking for a researcher to lead the group.

Text | Tom Jeltes Photos | Bart van Overbeeke

Anja Bieberle from Germany is employed by DIFFER, but has been working at the Institute for Complex Molecular Systems (ICMS) at TU/e for a year now. At ICMS, she works with a small-scale research setup for photo­el­ectronic experiments. She searches for materials (particularly metal oxides) that, in thin layers, might function as electrodes in fuel-producing photoelectrochemical cells. Sunlight splits water in these cells into hydrogen and oxygen. Then, the hydrogen can be combined with carbon extracted from CO2 to form liquid fuel, she explains. First, however, the first essential step must be perfected. “We have to be much more efficient. We all agree the right materials have not been discovered yet.” Bieberle has to compete with methods that generate electricity in standard solar cells first, which is then used for chemical conversions to produce fuel - a process that DIFFER is researching as well. She also stresses that electrolysis devices (that can split water) have been around for a while already. “But that requires two steps. We want to cover the entire process at once.” During her time at TU/e, Bieberle has connected with groups of various departments. Not only

“Definitive materials not found yet”

did she use the facilities at NanoLab@TU/e, but she also worked at Bert Koopmans’ group Physics of Nanostrcutures, and frequented the labs of professors René Janssen (Macromolecular and Organic Chemistry) and Emiel

Hensen (Molecular Catalysis) to create and study thin layers. She is now planning to collaborate with the mechanical engineers of Control Systems Technology to develop simulations to optimize her electro­ chemical system. A joint project within DIFFER is at hand, too. “Materials that have been exposed to the plasma from the Magnum-PSI turn out to have a nanostructure that might just be suitable for use in electrodes for electrochemical processes. We are working on the transfer of that effect to thin layers as we speak.”

Anja Bieberle


28 | Research

21 May 2015

4 burning questions

Peter Ruijten | IE&IS

Technology with a face

1 ’s on f your o r e ov the c rtation? disse What

2 Wh a peo t do y ou t ple a t par ell whe n t abo ut y they a ies our s rese k arch ?

1 | cover

3 What person, technology, or device has been essential for your research?

4

does w o H efit n e b ty socie our work? y from

On the cover, you see two artificial agents I have used for my research project. They’re digital representations of people being controlled by computers.

2 | parties My research project focuses on behavior modifi­ cation through technology. People change their behavior fastest if they are provided with information socially, so you could use an interface that looks human for that, for example. But does it matter whether or not such interfaces are observed as human (subconsciously), and to what extent? I hypothesized that if they are perceived as human, they can influence your behavior like humans influence each other.

3 | essential The artificial agents. I would have been lost without them, as I needed something that looked human. Other than that I wouldn’t name any one person in particular, but rather the overall atmosphere within HTI. It really helped me through the rough patches.

4 | society benefit In the near future technology will become more and more social. We’ll be talking to it, and faces will become increasingly common in interfaces. My research shows how people respond to that, and what factors are vital for the successful integration of this technology in our everyday lives.

(edited by Tom Jeltes) Photos | Bart van Overbeeke


Research | 29

See for more news www.cursor.tue.nl/en

Floran Peeters | Applied Physics

Sparks functioning as chemical factory 1 | cover The lightning flash is an impression of a discharge in a dielectic barrier discharge device. It’s an artificial plasma source developed by Werner von Siemens (founder of) to produce ozone at an industrial level.

2 | parties If you put together two metal sheets but leave a small opening between them, and then charge them with dozens of times the voltage coming from an outlet, you’ll create one giant spark between the sheets. If you were to cover the sheets with a non-conductive material (the dielectic barrier), instead of a single giant spark, you’ll get hundreds of little ones, scattered across the surface. I’m researching those tiny sparks, as they can be used as miniature chemical factories.

3 | essential Without a doubt, that’s Rein Rumphorst. He’s a retired electrician. He has realized many of my plans by constructing very sensitive measuring equipment.

4 | society benefit Plasmas like my tiny sparks can drive chemical processes very efficiently. For example, the sparks can be used to sterilize drinking water eco-friendly using ozone, but they can also break down carbon dioxide in the atmosphere or extract ‘green’ hydrogen from natural gas.

Allison Schaap | Mechanical Engineering

Identifying algae 1 | cover The cover shows water and algae. Specifically, the algae pictures are based off actual microscope images of the species I used in this project, and the water background is from a photo of a typical lake where this technology could be applied.

2 | parties I’m building a tiny device that can count, identify, and sort the species of algae in water. Normally this is done manually, so my goal was to provide a tool that can make this process cheaper and faster by automating the measurements and analysis. The “heart” of the device itself is a small glass chip that has tiny channels and waveguides machined into it with a specialized laser.

3 | essential Having access to a lot of fabrication tools has been very valuable. Our group does a lot of experimental work, and being able to create our own devices quickly from scratch is vital for rapidly testing and improving our ideas.

4 | society benefit Algae may not be something we think about often in daily life, but they produce the majority of the oxygen we breathe so they’re very important! Monitoring algae is useful for understanding the complex processes happening in our environment, for ensuring the safety of recreational water, and for identifying dangerous and expensive algae blooms as they grow.


30 | Linked

21 May 2015

Music with roots to TU/e: a home away from home for about thirteen thousands of employees and students. The international community is a relatively small one, with infinite connections between its members, be they professional or private. In ‘Linked’, two community members talk about their mutual relationship and their connection to the university.

Whereas she grew up with the instrument, he is a novice. She has been here for many years, he for only a few months. Now the two members of Angklung Eindhoven are teaming up to organize their annual concert. For Desiree Abdurrachim (31), a researcher at Biomedical Engineering, and Anto Daryanto (24), a Master student of Electrical Engineering, the angklung means more than just music. It also symbolizes the Indonesian culture. “When you’re abroad, the feeling that you’re Indonesian sort of grows on you.” Its warm tinkling sound is reminiscent of a bamboo wind chime or a marimba. It’s an exotic note in the chilly market hall of MetaForum. Here both members of Angklung Eindhoven are trying to explain the beauty of their instrument by demonstrating it. The angklung is one of the cultural icons of Indonesia, together with the kris, batik and wayang puppet theatre, but probably

the least known. “For me it’s a soothing and peaceful sound. It reminds me of nature and faraway places”, says co-founder Desiree. “But it’s also very rich. It can be flowing, but also really loud”, fellow group member Anto adds. Desiree: “People are always amazed by all the things you can do with such a small piece of wood.”

Desiree is from Bandung in West Java, the birthplace of the angklung. “Where I come from the angklung is part of education. That starts even in kindergarten, where children learn to play the instrument by means of dots with colors.” In high school she joined an angklung group that even toured Europe for a few weeks. In 2010, when Desiree had already been living in Eindhoven for some years, one of her old team-mates also moved to the city. It was not long before Angklung Eindhoven was born. Unlike Desiree, Anto, who is from Solo (Surakarta) in Central Java, didn’t grow up with the angklung. Until a few months ago he had never even played the instrument. In primary school he learned to play that other typical Indonesian instrument, the gamelan. It was only in high school that he learned about the angklung. “I saw it on television sometimes, where hundreds or thousands of people were playing the instrument at the same time.” Prior to his departure for Eindhoven, while searching the Internet for information, he ended up on Angklung’s Facebook page. A video of the group playing music from the Lord of the Rings films made a huge impression. “Although I didn’t have any experience, from that moment on I was determined to join this group.” He didn’t break his promise. Last September he joined the ensemble, which has seen a lot of changes since its foundation five years ago. Back in the earliest days it was a pioneering effort, Desiree remembers. Only two of the eighteen group

members could play and they had to borrow their instruments from the Indonesian consulate in Brussels. Nowadays the group has four conductors and almost thirty members, mainly TU/e and Fontys students. Moreover, they have about 150 angklungs stored in the Bunker, imported from Indonesia or donated by group members.

“Playing together has a magical effect” Playing the angklung is relatively simple. To produce a tone you just have to shake it. Each instrument represents one tone and each group member plays his own tone or tones. While beginner Anto sticks with the C, Desiree plays six different notes. “But it gets complicated when you want to play a melody”, Desiree explains. It takes several players to play a composition. The ensemble forms a delicate balance. Anto: “When you make a mistake you’re likely to affect your neighbor.” Desiree: “You really need to stick to what you have in mind.” Then again, if everything goes well, playing together has a magical effect. Which is not only the case for their own performances. For instance, twenty thousand people played together in Bandung at the end of April. Anto: “I was like: ‘Wow I want to be there!’” They are not the only angklung group in the Netherlands. Indeed, just a few miles farther in Nuenen there is another angklung society. Desiree: “That group consists mainly of older people who were born or grew up in Indonesia. They play especially because they miss their country so much.” Still, for the younger generation, too, the angklung is more than just music. “Meeting up with fellow Indonesians and speaking Indonesian is also some kind of cure for my homesickness”, Anto admits.


Linked | 31

See for more news www.cursor.tue.nl/en

cure homesickness Desiree adds: “In Indonesia I never thought about promoting Indonesian culture. But when you’re abroad the feeling that you’re Indonesian sort of grows on you. And you want to show it.” Those feelings were even stronger when Desiree came to Eindhoven nine years ago. At the time there were only four Indonesian students at TU/e. Professors expected her to correspond in Dutch. “The university didn’t do a lot to promote itself abroad at the time. When I told my friends I was going to do my Master here, their reaction was: ‘Eindhoven? Never heard of it.’” Anto does not recognize this. As far as he is concerned, the international nature of the university community could even be emphasized a bit less occasionally. “Although I would like to learn Dutch, I hardly get the opportunity to do so because most of my fellow students come from China and India.”

“My friends in Indonesia don’t believe I’m playing an instrument” She may not like to hear this, but by now Desiree is one of the oldest members of Angklung Eindhoven. Anto admits that at first he was looking up to her. “I was present when she defended her thesis. She’s so multi-talented and smart. But lately we’ve been working together a lot to organize our annual concert and I’ve realized she’s just a normal person”, he laughs. Desiree, on the other hand, admires Anto’s endless enthusiasm and drive. Maybe it’s because of this that the newbie has been asked to coordinate Angklung’s annual concert

in the Muziekgebouw. Anto: “My friends in Indonesia don’t believe it. They know me as a guy who doesn’t do musical things and now I’m not only playing an instrument but also organizing a concert.” During their annual concert Angklung will be assisted among others by a Chinese music group, a string ensemble and members of Quadrivium. In addition to Indonesian music they will play classical pieces and pop music. Which makes for a change from the initial years. Desiree: “In the beginning we were more idealistic. Our main goal was to promote the instrument and Indonesian culture. Slowly we started to combine traditional music with western music to appeal to a wider community.” She thinks that the original goal

- making the angklung more widely known among the general public has been reached, yet the survival of the group is something she worries about. “Most Indonesian people only stay in Eindhoven for a few years. After finishing their studies or PhD they move back. I’m happy about how it has all worked out. But our next homework is to ensure it stays this way.”

‘Folk Songs of the World’ will take place in the Muziekgebouw Eindhoven on Saturday May 30. On June 6 Angklung Eindhoven will perform during the Muziek op de Dommel festival.

Interview | Freke Sens Photo | Bart van Overbeeke

More angklung The angklung came into existence on West Java many centuries ago. Originally the instrument, which consists of two to four bamboo tubes attached to a bamboo frame, was mainly used during rituals. Since the development in the 1930s of an angklung based on the diatonic scale, the instrument has also been used to play western music. In 2010 UNESCO recognized the angklung as world heritage.


21

Thursday May, 13h:45-15h:30, college room 15, Auditorium

Cyberwar is a real threat

The leading expert in thi Benschop (author of a bos field in the Netherlands, dr. Albert university to give his vie ok on Cyberwar), is coming to our parties are involved, wh w on the reality of a cyberwar. Which at has happened and wh happen in the next future ? Be there at this actualat will possibly lecture! Event language: English Entrance fee: none

don’t TU/e and Eindhoven so you Cursor collects all events at , and nts eve ic athletic and academ have to. Symposiums, films, notify can You nl. ue. or.t urs w.c at ww to parties: you can find them all ail em an d sen website, please e us of new events through our her will ine gaz Ma sor Cur do so. cursor@tue.nl if you want to ing happenings. publish a selection of upcom

27

Wednesday May, 20h:00-21h:4 5, filmhouse De Zwarte Doos

0, , 20h:00-21h:3 mpus y a M y a Tuesd TU/e ca Zwarte Doos, e D e s u o h lm fi ows

26

in What we do

Big hero 6

the shad

Prodigy Hiro Ha robot Baymax mada and plus-sized infla table devastating tu develop a special band. Whe middle of a da rn of events throws Hiro into n a Baymax and hingerous plot, he transform the of high-tech hes other friends into a bands roes. Event language Entrance fee: : English with Dutch subtitl students 3,50 euro, others 7,5es 0 euro

four vampire adventures of always hospitable e th es cl ni ro t ch the shadows world that’s no tary crew What we do inying to get by in a modernor, rather, to the documen tr ! us Hilarious roommates . The friends reveal to daily routine. to the undead them, the details of their that’s filming itles ith Dutch subt 7,50 euro ge: English w Event langua students 3,50 euro, others Entrance fee:

Dinsdag

we Zaal, Auditorium

26 mei, 16:00-23:00 uur, aanvang in Blau

GET STARTED!

waar jouw ‘startknop’ zit. Laat je inspireren en ontdekmen over een eigen onder­ Voor alle studenten die dros om op 26 mei de eerste stap te neming, bestaat er de kan studenten-ondernemersevent zetten! GET STARTED is hétniet wilt missen. Ben je al op de TU/e-campus dat jear nog niet bekend met de student-ondernemer, ma

is e jou kan bieden? Ook dan mogelijkheden die de TU/te maken met onze groeiende dit jouw kans om kennis nemers op de TU/e. community student-onder ed/ enda/26-05-2015-get-start www.tue.nl/innoveren/ag Entreekosten: 5 euro

0 uur,

7:0 mei, 12:00-1 1 3 g a d n o Z us TU/e-camp

15 ce Day 20

n

TU/eXperie

jdens de ience Day tiukste gratis er p X /e TU e le Beleef d nology Week. Het ereld! Dutch Tech imste regio van de w van sl d e el d er in w e je d uit ireren door Laat je insp en wetenschap. ie g lo techno ce tuexperien www.tue.nl/ n ee g : Entreekosten

27

Wednesday May, 18h:00-22h:00, Kapel, Kanaalstraat 6, Eindhoven

Non-verbal comm

inucation

Contact is essential for human beings, bu establish contact? An t how do you harder with others? d why is it easier with some and Mo st of ou r co mmunication is non-verbal. Therefor your way of commune it is valuable to gain insight in ica tin g non-verbally. Sign up: info@tint-e indhoven.nl. www.tint-eindhoven.n Entrance fee: 10 Euro l students, 15 Euro oth ers ( incl dinner)

13h:35, , 12h:40e n Ju ay Wednesd l, Auditorium aa r Movie Blauwe Z olecula

3

Making

the M

the st is one of gle atom is an extremely faall in s a f o t m it n s ; e ly rd m e o e c v m Mo ings to re nds) on an extrentists work ie hardest th 0-13 seco future s how sc (1 s proces m Luiten explain apshots, and in . n n s Jo o . e ti k le o a a m c m s iques to atoms in on techn even movies, of s p a perh nglish guage: E Event lan fee: none Entrance

4

Thursday June, 20h:00-23h :30, Gaslab, TU/e campus

De Kleine Prijs van Nederla

nd

First round of THE one and only Eindhoven Technical University.band competition of the This evening amongst others The Droeftoeters, Hour Zero, Overhaul and Bombardier Muf Complete with judges, decibel fy. -devices and for you an opportunity to discover new mus ical heroes. Entrance fee: none


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.