Cursor 8 - jaargang 55

Page 12

12 | Uitgelicht

13 december 2012

Wie wat bew Academisch erfgoed | Norbine Schalij Wat willen we bewaren van ons academisch erfgoed, waar gaan we die spullen opslaan en wat gaan we er dan mee doen? Dat zijn de kernvragen waar de commissie academisch erfgoed zich over buigt. De TU/e heeft, vergeleken met veel Nederlandse universiteiten, een grote achterstand in te halen. De laatste tijd neemt aan de TU/e de belangstelling voor haar geschiedenis toe. In 2006 verscheen ‘De kleine TU/e encyclopedie’ en sindsdien groeit het besef dat historie van belang is voor de toekomst. Uitgangspunten voor de omgang met het gebouwde historische erfgoed zijn in 2007 omschreven. Nu valt op dat er nooit beleid is geweest voor het behoud van academisch erfgoed. En wat er wél bewaard is gebleven, is te danken aan de inzet van persoonlijk geïnteresseerde medewerkers. Maar daar komt verandering in. De TU/e is sinds 2011 vertegenwoordigd in het bestuur van de landelijke Stichting Academisch Erfgoed, waarin negen Nederlandse universiteiten zich verenigd hebben. TU/e-beleidsmedewerker

drs. Joep Huiskamp is lid van het dagelijks bestuur van deze stichting. Hij streeft ernaar begin 2013 de oprichtingsvergadering van TU/e’s ‘Bestuurlijke Commissie Academisch Erfgoed’ te houden. “Wie wat bewaart, heeft wat, maar heeft ook een probleem”, zegt Huiskamp. “Wat is waardevol, wat staat in de weg? Inzicht in wat er in totaliteit aan potentieel waardevol erfgoed aanwezig is, ontbreekt nog aan de TU/e.” Verschillende faculteiten zijn nu wel aan het inventariseren. Wiskunde & Informatica, Technische Natuurkunde en Electrical Engineering zijn, nood­ gedwongen door de verhuizingen, al een heel eind. De criteria waarmee gewerkt wordt, staan niet zwart op wit.

Erik Geelen, coördinator academisch erfgoed van het Informatie Expertise Centrum (IEC): “Je wilt een collectie hebben aan de hand waarvan je de geschiedenis van deze universiteit kunt construeren. De spullen die we bewaren, moeten een TU/e-gebondenheid hebben, in technische zin of doordat ze hier zijn verzameld. Denk bij dat laatste aan de kunstcollectie die de TU/e inmiddels bezit. Verder willen we ook apparatuur bewaren dat een belangrijke rol heeft gespeeld in onderwijs of onderzoek. Ook een voorwerp dat karakteristiek is voor een bepaald persoon willen we niet wegdoen.” De timing van inventarisatie is goed. Op dit moment vindt een ingrijpende hervorming van het bacheloronderwijs plaats. Er is ruimte voor de zogenaamde USE-component (User, Society, Enterprise). Een van de doelstellingen: ‘Iedere student zou in zijn opleiding kennis moeten nemen van de techniekgeschiedenis van de regio Eindhoven.’ De problemen waar de commissie tegenaan loopt, zijn niet allemaal een, twee, drie op te lossen. Er is heel divers materiaal. Het gaat niet alleen om

De emeritus hoogleraar: “ESTHER moet mee” Het is een leuke maar tijdrovende klus, de inventarisatie van Electrical Engineering , vindt professor Wim van Bokhoven. “Tot nu toe heb ik, samen met anderen, drie van de vijftien vloeren afgewerkt en daar een kleine vijftig zaken gevonden die je als academisch erfgoed zou kunnen beschouwen.”

Wim van Bokhoven bij ESTHER.

papieren documenten, foto’s en films zoals het IEC al beheert. Het gaat ook om objecten, apparatuur en onderzoeks­ opstellingen. Sommige hebben heel moeilijke vormen en afmetingen. Daarnaast is de collectie over de hele campus verspreid.

“Het is geen slecht idee om een TU/emuseum op te zetten” Maar de grootste bedreiging is wel het ruimtegebrek. Waar vindt de commissie opslagplaats? Gedacht wordt aan externe opslag, zoals bij het Regionaal Historisch Centrum Eindhoven in de stad. Daar zou historische apparatuur niet bij kunnen. Aanpassing van bestaande ruimtes op de campus lijkt moeilijk haalbaar, volgens Huiskamp. In het oorspronkelijke plan voor MetaForum was geklimatiseerde

opslagruimte gepland, maar niet gerealiseerd. In de nieuwbouw van EE en TN is niets getekend. Hoogleraar techniekgeschiedenis Johan Schot vindt dat de geschiedenis levend moet blijven. “Het is geen slecht idee om een TU/e-museum op te zetten. Maar dan moet je het wel goed doen. Het academisch erfgoed moet je digitaliseren, je moet mensen aan het woord laten met interessante verhalen. Een historische quiz zoals we die met Stichting Historie der Techniek op publieksdagen houden, is ook geschikt in zo’n museum. Maar als er te weinig van ons erfgoed te maken is, moet je geen museum bouwen.” Dat laatste beaamt Gerard Alberts. Hij doceert geschiedenis van Wiskunde en Informatica aan de Universiteit van Amsterdam. In 1999 inventariseerde hij computercollecties in Nederland. In de kelder van het Laplacegebouw zag hij rekenmachines waar Edsger Dijkstra (zie kader EWD’tjes) nog mee gewerkt heeft. “En daarom had zo’n machine waarde.” Ze zijn twaalf jaar later verdwenen. “Wat er nu nog over is bij W&I, is niet

De vinder: “Ik adviseer iedere een EWD’tje te lezen” Met sommige apparaten wordt nog gewerkt, zoals de twee stootspanningsgeneratoren die in de hoogspanningshal van Corona staan. Ze zijn een meter of zeven hoog en gaan zeker niet mee naar de nieuwbouw. “Nu worden ze nog gebruikt voor onderzoek, maar hun taak zal worden vervangen door computersimulaties, waardoor dergelijke apparaten jammer genoeg niet meer nodig zijn”, zegt de emeritus-hoogleraar. Een van de bijzondere erfstukken die Van Bokhoven registreerde, met 3D-foto erbij, is ESTHER. Dit Eerste Schepsel (van de) Technische Hogeschool Eindhoven Reken­ machinegroep is gemaakt tussen 1965 en 1970 en staat nu nog op vloer 9 van Potentiaal. Het is een zelflerende rekenmachine in de vorm van een eenvoudig pionnenschaak­ spel. Het is een compleet en nog functionerend apparaat, inclusief handgeschreven documentatie. De algoritme die gebruikt is om het schaakprogramma te kunnen uitvoeren, is volledig in hardware geïmplementeerd. “Je zou het vast bedraad kunnen noemen. Er is maar één algoritme en die is er vast ingezet. Dit schaakspel is het enige dat de machine kan uitvoeren. ESTHER is zelflerend omdat hij verliezende zetten in zijn geheugen opslaat en blokkeert zodat hij ze nooit meer herhaalt.” Van Bokhoven is ervan overtuigd dat ESTHER meegaat naar het nieuwe onderkomen van EE. “We zullen er vast een mooi plekje voor vinden.”

Een EWD is een handgeschreven kattebelletje waarvan Edsger Wybe Dijkstra (1930-2002) er duizenden maakte, kopieerde en de wereld instuurde. Van 1962 tot 1984 was hij hoogleraar in Eindhoven en verrichtte hij pionierswerk voor het vakgebied dat later informatica zou gaan heten. EWD’s zijn persoonlijke, scherpe observaties over computers en software, autobiografische herinneringen, congresverslagen en boze briefjes.

Maggy de Wert, management assistent SAI-Software Technology programma (voorheen OOTI), vond onverwacht talloze EWD’tjes. “In juni en juli 2012, tijdens het voorbereiden van de verhuizing naar MetaForum, moest ook het archief van wijlen Martin Rem doorgenomen worden. Dit archief stond bij ons sinds zijn overlijden in 2008. Martin was de wetenschappelijk directeur van het OOTI-programma. We hebben uiteraard eerst de familie


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.