> Identikit Naam: Till-Holger Borchert Geboortedatum: 4 januari 1967 Geboren in Hamburg, woont in Brussel Hoofdconservator Groeningemuseum, auteur van talloze boeken over de Vlaamse Primitieven.
Till-Holger Borchert bezingt Brugge als een uniek mooie stad
Vlaamse Primitieven in de kijker Till-Holger Borchert zet schitterende vaste collectie in de kijker Laurens De Keyzer is columnist bij De Standaard en auteur van uiteenlopende journalistieke en literaire publicaties.
Hij is geboren in Hamburg, woont in Brussel en werkt en geniet tussen zes eeuwen schone kunsten in Brugge, in en om de schittering van de Vlaamse Primitieven. In 2002 was Till-Holger Borchert een van de curatoren van Brugge, Culturele Hoofdstad van Europa, vandaag is hij conservator van het Brugse Groeningemuseum en het Arentshuis. ‘Elke dag ga ik in deze stad twee meesterwerken groeten.’ 56
‘En met mij de meeste Duitsers, wees gerust. Het is bovendien ook een heel leefbare stad, deels ongetwijfeld omwille van de intelligente en omzichtige manier waarop haar middeleeuwse karakter in een moderne ambiance bewaard blijft. Want Brugge is zeker geen geïsoleerde stad, dat heb ik intussen zelf genoeg ervaren. De Vlaamse Primitieven vonden dat eeuwen geleden ook al. Brugge was een formidabele trekpleis-
ter voor kunstenaars. In de 13de eeuw al leefde hier een concentratie van rijke burgerij en groeide de stad uit tot het commerciële centrum van NoordwestEuropa. In de 15de eeuw trof het Bourgondische bestuur met succes structurele maatregelen om de bevolking aan te sterken, ook dat heeft de ontwikkeling van de stad goed gedaan. En last but not least was Brugge een goed bewaarde stad, want ze was in veel mindere mate dan andere steden aangetast door de Beeldenstorm. Die geest van respect heerst hier vandaag nog, ik geniet daarvan, en onnoemelijk veel bewoners en bezoekers met mij.’
Een vrouw van om de hoek ‘Nagenoeg elke dag ga ik hier twee meesterwerken groeten: de Madonna met kanunnik Van der Paele van Jan van Eyck in het Groeningemuseum, en de diptiek Madonna en Maarten van Nieuwenhove van Hans Memling in het
57