Proefdierkundig Jaarverslag 2013 Universiteit Utrecht en Universitair Medisch Centrum Utrecht

Page 22

geschiedenis en wat zijn de gevolgen in termen van succes in overleving en voortplanting- als sturing van gedrag in een individu -wat is zijn opgroeitraject en wat leidt tot het uitvoeren- wordt bestudeerd. Hierbij zijn zowel interne processen -hersenen, hormonen en genen-, als externe processen -soortgenoten, concurrenten, roofdieren en de omgeving- van belang. Gedragsonderzoek richt zich op het verklaren van gedrag en de interactie hiervan met interne processen en de omgeving. Het fundamentele begrip van gedrag vindt zijn toepassingen op meerdere vlakken: begrip voor menselijk en dierlijk gedrag, uitleesparameter voor biomedisch onderzoek, het verbeteren van welzijn van dieren in gevangenschap en het ondersteunen van uitzetprogramma’s voor wilde dieren. Gedrag als uitleesparameter Gedrag is een maat voor wat zich afspeelt binnenin een dier. Het wordt beïnvloed door diverse interne processen, zoals de hormonale huishouding, het functioneren van de hersenen, maar ook ziektes en genetische variatie. Vrijwel alle interne processen kunnen het gedrag veranderen en mede hierdoor kan gedrag ook dienen als meetinstrument voor de gevolgen hiervan. Verslaving kan worden gezien als een bovenmatige herhaling van een gedrag. Het is een gedragsuiting van mechanismen die zich in het lichaam afspelen en kan allerlei nadelige gevolgen hebben. Verslaving aan sigaretten (Gert Folkerts), alcohol (Heidi Lesscher) en voedsel (Roger Adan) is hiermee een gedragsuiting van die interne processen. Het gedrag zelf beïnvloedt andersom ook ontwikkelingen in 18

het lichaam: zonder inname van verslavende middelen bijvoorbeeld kan een verslaving niet ontstaan of onderhouden worden. Deze invloed van gedrag op het lichaam is bijvoorbeeld ook onderwerp van het onderzoek naar de effecten van spelgedrag op de ontwikkeling van de hersenen (Louk Vanderschuren). Kortom, gedrag is een belangrijk instrument voor onderzoek naar de invloed van inwendige en uitwendige processen in mens en dier. Gedrag als welzijnsmeter In onze samenleving vinden wij het belangrijk dat het welzijn van dieren gegarandeerd is. Sommige dieren kunnen zich echter in slechte omstandigheden bevinden. Waar het bij dieren met wonden, te weinig eten of beweegruimte vaak overduidelijk is dat ze aangetast zijn in hun welzijn, is dit voor andere dieren soms lastiger te bepalen. Gedrag kan hierbij functioneren als belangrijke graadmeter voor het welzijn van een dier. Dieren die overactief zijn of juist extreem lethargisch zijn bijvoorbeeld vaak ook ernstig aangetast in hun welzijn. Welke condities van opgroeien, hanteren en huisvesting optimaal zijn voor een dier, hangt af van de soort en binnen de soort weer van verschillen in categorieën zoals leeftijd, sekse, historie en individuele eigenaardigheden (Frauke Ohl). Welzijnsonderzoek wordt bijvoorbeeld uitgevoerd bij landbouwhuisdieren (Rebecca Nordquist en Franz Josef van der Staay), proefdieren (Saskia Arndt) en huisdieren (Yvonne van Zeeland). De gezamenlijk inspanning van deze onderzoeken draagt steeds weer een stapje bij aan het verbeteren van het leven van dieren in gevangenschap.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.