
4 minute read
Het Burgerberaad komt, ook in Dordrecht
Boze boeren die met trekkers de snelweg blokkeren en onze nationale vlag op de kop keren. Toeslagenouders die de regering de rug toekeren. Oost Groningen ziet Den Haag niet meer staan. De kloof tussen overheid en burger is gapend groot. Onze democratie loopt gevaar. Dat zijn de krantenkoppen van het afgelopen jaar. Die kloof, hoe overbrug je die? Hoe kunnen we het vertrouwen voetje voor voetje weer herstellen?
Want ja, de democratie was bedoeld om die kloof te dichten. Sterker nog: om die te voorkomen. Het volk moest het land regeren en daar hadden we voor bedacht dat als de mensen hun vertegenwoordigers zouden kiezen, dat volk zich ook in de regering zou herkennen. Maar dat systeem blijkt in de praktijk te rammelen en ook hulpmiddelen zoals referenda, pakken soms verkeerd uit. Je loopt uiteindelijk het gevaar dat mensen gaan geloven in een sterke leider die wel even orde op zaken zal stellen.
Advertisement
Hoezo een burgerberaad?
Eén van de redenen waarom men zich niet in de overheid herkent, is dat zij niet het hele volk representeert, maar via politieke partijen een be paald slag mensen rekruteert. Vooral hoger opgeleiden en middenklassers die nooit met hun poten in de modder hebben gestaan. Ja, dan krijg je boze boeren en gele hesjes. Die gele hesjes waren voor de Franse president Macron aanleiding om te experimenteren met burgerberaden. Die beraden zijn een goede afspiegeling van de bevolking en de partijpolitici worden even op een zijspoor gezet. Ook wil het beraad dat er meer met de burgers wordt overlegd. Er mag dan wel inspraak zijn, maar er wordt vaak niets mee gedaan.
Hoe werkt het?
De overheid wil een bepaald probleem aanpakken en daarbij de burgers direct betrekken. In Ierland was dat abortus en homohuwelijk. Het advies van het burgerberaad werd als referendum aan de hele bevolking voorgelegd. En overgenomen! Waar staan we nu? De provincie ZuidHolland zette in november vorig jaar een bericht in Dordt Centraal. En er gingen 75.000 brieven de deur uit om mee te praten over drie thema’s. Uit de deelnemers worden dan 360 mensen uitgeloot: drie groepen van 120 die elk een thema hebben: de toekomst van wonen, het plat teland en leefbaarheid, verkeer & vervoer. Naast die burgers komen dan nog 60 werkgevers en 60 ambtenaren en politici. Totaal 480. Die vormen drie werkgroepen van 160 man (en vrouw). Die worden dan elk weer opgedeeld in kleinere werkgroepen en voorzien van onafhankelijke professionele begeleiding. Het resultaat van de drie werkgroepen wordt als een totaal Burgerakkoord meegenomen bij de coalitiebesprekingen na de Statenverkiezingen in maart 2023. De Provinciale Staten kunnen de adviezen naast zich neerleggen, maar moeten dan wel uitleggen waarom. In Dordrecht ligt er een initiatiefvoorstel van de SGP/CU bij de gemeenteraad. Dat is vrij algemeen: het burgerberaad moet zich buigen over een maatschappelijk vraagstuk. Bijvoorbeeld: woningbouw of klimaat. Randvoorwaarden zijn: een duidelijk mandaat, onafhankelijke procesbegeleiding, voldoende tijd en budget. Er moet ter voorbereiding een begeleidingscommissie komen, deels bestaand uit burgers.
Wat kost het? SGP en CU berekenen € 150.000 tot € 200.000. Dat zijn kosten voor een onafhankelijke organisatie voor de begeleiding, de kosten van gespreksleiders, een dagvergoeding voor de deelnemers, communicatie en promotie, de locaties en bijkomende kosten. De werkgroep van Gerda richt zich op één onderwerp: een aanpak om Dordt klimaatneutraal te maken in 2040. Dat is dringend nodig, want we lopen achter (zegt ook de Dordtse Rekenkamer). De weg erheen loopt in stappen. Stap 1: de oproep aan belangstellen den, de selectie van de 150 deelnemers uit alle leeftijden, beroepen, standen en klassen: dus een goede dwarsdoorsnede van de bevolking. Ze krijgen vrij en de ruimte (ook financieel) om er een aantal dagen aan te besteden. Stap 2: de deelnemers gaan informatie verzamelen en opvragen. Ze kunnen daarbij deskundigen oproepen voor de nodige gegevens. In een volgende ronde gaan ze concrete vragen formuleren en bedenken dan gezamenlijk mogelijke oplossingen. Ze leggen die voor aan de gemeenteraad, maar eveneens aan de Dordtse bevolking, die erop kan reageren. Alles is openbaar en iedere Dordtenaar kan input leveren.
Van te voren is afgesproken wat voor gewicht de adviezen van het burgerberaad zullen hebben. Bijvoorbeeld dat minstens driekwart van de voorstellen wordt overgenomen en dat duidelijk gemotiveerd wordt waarom men sommige voorstellen niet overneemt. Dat proces moet bewaakt worden door een begeleidingscommissie. De gedachte is dat op deze manier niet met vooringenomen standpunten wordt gewerkt, maar in een constructieve dialoog, samen gezocht wordt naar werkbare oplossingen. Het wordt spannend of het allemaal lukt, maar we kunnen ons geen mislukking permitteren.
Ton Delemarre