I_
ICHT&VIDEO: MEDIASERVERS
UN TOEPASSINGEN! GEERT CUSTERS
Meer en meer zien we dat video- en andere beeLden wordën gebruikt aLs onderdeeL van de betichting bij concerten, theatervoor stettingen, tv-programma’s en opera. Mediaservers hebben gezorgd voor een grote vereenvoudiging in de bediening van deze video “content”, en voor een grote fLexibiliteit in gebruik. In dit artikel Leest u wat mediaservers zijn en doen, hoe ze te gebruiken, en wat eventueLe aandachtspunten zijn bij de aanschaf van deze handige tooLs. Eerst en vooral willen we het synchroon starten van beeldcues met licht en eventueel audiocues vergemakkelijken. Door onze beelden DMX aanstuurbaar te maken, kunnen we onder meer het starten en stoppen van beelden gewoon meeschrijven in onze lichtcues, wat de gebruiksvriendeljkheid in hoge mate bevordert. Een gewone druk op de “GO”-button start het gevraagde beeld op het gevraagde moment in de voorstelling. Elke beeldbron produceert ook licht, en als logisch gevolg hiervan is dus ook de lichtontwerper vragende partij om invloed te kunnen uitoefenen op deze videobeelden. In eerste instantie is het belangrijk de intensiteit van de beelden te kunnen matchen met de intensiteit van de rest van het scènebeeld. We willen onze beelden dus kunnen dimmen, net zoals schijnwerpers. Bovendien willen we datde kteurtoonvan onze beelden in overeenstemming kan gebracht worden met het scènebeeld. Quasi elke mediaserver software geeft ons de mogelijkheid om CMY kleurmenging op onze beelden los te laten. Dit wil zeggen dat indien er basic kleuraanpassingen nodig zijn aan onze beelden, we geen gebruik moeten maken van ingewikkelde videoprogramma’s om deze correcties door te voeren. Deze kunnen gewoon Live gebeuren bij het maken van de lichtstanden. Naast deze factoren zijn ook zeker bij concerten en dansvoorstettingen de sneLheid van de beelden en de beetdwisselingen een belangrijke factor, aangezien deze geacht worden het tempo van de muziek te volgen. Met andere woorden: mediaserver software Laat ons toe onze beelden via DMX aan te sturen, en een aantal bewerkingen uit voeren op onze beelden. Hierna overlopen we een aantal mogelijkheden.
combineren in 1 ethernet kabelje. Indien onze tafel niet beschikt over een RJ45 aansluiting, en niet over de mogelijkheid beschikt om ArtNet uit te sturen, kunnen we nog altijd via een zogenaamde “NODE” onze gewone DMX omvormen naar ArtNet (zie bij bvb. Artistic Licence, Luminex,...). Er zijn ook mogelijkheden om DMX om te vormen naar USB, en zo de data op de PC te laten binnenkomen, maar de ervaring leert dat deze streaming veel lager ligt dan bij een ethernetverbinding, wat bij het sturen van video voor problemen kan zorgen. Vandaar dat deze systemen hier niet verder worden uitgewerkt. Via de ethernet kabel en RJ45 connectoren kan in elk geval een verbinding gemaakt worden tussen mediaserver HARDWARE en de lichttafel. Op sotfware niveau gebeurt dit steeds via een ICP/IP verbinding (standaard
Hoe verLoopt de aansturing?
Showtights met Arkaos
—
—
Onze tichttafels sturen in de meeste gevallen DMX 512 uit via een XLR5 connector. Aangezien onze beelden zich op een computer bevinden die standaard niet is uitgerust met dit soort connector, werd er gewisseld naar een “DMX over Ethernet” protocot. Voor media servers is dit ArtNet. ArtNet is een ontwikkeling van Wayne Howetl van de firma ARTISHC LICENCE, en is een vrij (lees gratis te gebruiken) DMX over Ethernet protocot. Een aantal van de stuurtafels op de markt (bvb. Grand MA, Chamsys,...) kunnen naast de DMX die ze uitsturen ook ArtNet sturen via een RJ45 ethernet connector. Dit ArtNet is dus niet meer of minder dan een protocot dat van onze ethernetkabel tussen de tafel en de ontvanger (bvb dimmers, mediaservers,...) een soort van DMX multikabel maakt. Dit DMX signaal bestaat per universe nog steeds uit 512 segmenijes ( kanalen) met een waarde tussen 0 en 255 (of tussen 0% en 100%). Binnen de context van o.m. mediaservers is het heel belangrijk om weten dat toestellen die DMX aanstuurbaar zijn, de waarde van de kanalen die ze moeten uitsturen doorkrijgen in een resolutie van 255 stappen. Waar een gewone DMX lijn beperkt is tot 512 kanalen per lijn, kunnen we via ArtNet (afhankelijk van de sturing!) tot 255 universes of DMX lijnen
netwerkprotocol dat ook gebruikt wordt voor internetverbindingen bvb.). Onze mediaserver software kan nu (net zoals een dimmer of een moving light) de DMX data die hij binnenkrijgt gaan interpreteren. (vb kanaal 1 op vol, kanaal 2 op p128 (=50%), kanaal 3 op 0 enz...).
Wat doet de mediaserver met deze DMX data? Een handig middel om uit te vissen wat een mediaserver met DMX doet, is de Arkaos Software (van Arkaos kanje gratis een demo versie downloaden die gedurende 30 dagen werkt opje PC of MAC. www.arkaos.net). Arkaos biedtje onder meer de mogelijkheid te werken in een zogenaamde DMX SIMPLE MODE. Hierbij kenje een beeldbestand (video, foto, bitmap,...) toe aan een DMX kanaal. Indien de waarde van het betreffende DMX kanaal groter wordt dan 0, zal de beeldflle gestart worden. Voorts bepaalt de DMX waarde van ditzelfde kanaal de intensiteit van het weergegeven beeld, waarbij f000,0 of waarde 255 de originele intensiteit van de beeldflle is. Vertalen we dit naar gebruik in het theater dan krijgt elk filmpje dat in de voorstelling gebruikt wordt een DMX adres via de Arkaos software. In de lichtstanden schrijven we dan niet enkel de intensiteiten en fade tijden
PROSCENIUM: LICHT & VIDEO 13