Masterplan I water
De aanwezigheid van water zal in de toekomst maximaal benut worden. Het masterplan definieert grosso modo twee soorten watergebieden die elk hun eigen karakter ontwikkelen: de vaartkom zelf en de oevers van de Dijle. 1. Het versteend waterfront rond de vaart Rond de vaart wordt het versteende waterfront verder ontwikkeld. Het wordt dé publieke ontmoetingsplaats bij uitstek met een monumentaal karakter, terrasjes, de jachthaven en toegankelijke kades. Vooral op twee plaatsen wil men de waterbeleving versterken: op de zogenaamde “staart” van de vaartkom - waar de vaartkom overgaat in de vaart - en op het Entrepotplein voor het gelijknamige gebouw. Om dit te realiseren onderzoekt men ondermeer of trapconstructies mogelijk zijn die de kade met het water verbinden. 2. De oevers van de Dijle De oevers van de Dijle worden, waar mogelijk, groen. Ook hier kunnen trappen (in gras) de verbinding met het water versterken. Deze trappen zullen vooral in de verblijfsplekken aangelegd worden. Concreet gaat het over het park Tweewaters, het park Sluisstraat en het activiteitenplein bij de Molens Van Orshoven. Andere trappen naar de Dijle kunnen aangelegd worden aan de Terclaversite. 3. Bruggen Door het openleggen van de Dijle komen er ook meer dan 10 voornamelijk voetgangers- en fietsersbruggen bij. De meeste exemplaren zijn licht gebogen en overbruggen de Dijleoevers. Zo markeren ze het water en versterken ze de link tussen beide zijden. De nieuwe brug over de vaart tussen het Engels Pein en het Artoisplein voor auto’s, bussen en fietsers, zal er gelijkaardig uitzien.
opdrachtgever stad Leuven
ontwerpers OMGEVING cvba i.s.m. OKRA landschapsarchitecten bv en Atelier Ruimtelijk Advies bvba
medefinancier INTERREG IVB NWE programma Functioneel groen
afbeeldingen © OMGEVING cvba
5 MOZAIEK-25_2011.indd 5
30/05/11 12:10