Leesplezier leidt tot betere schoolresultaten Eén jaar proeftuin ‘Bib op School’ in de Tuinwijkschool Je moet hen gewoon daarin stimuleren. En dat lukt dus niet als er maar tien boeken in de kast staan, hè.”
Anderhalf jaar geleden besliste Hasselt om haar bibtruck af te schaffen. In de plaats kwam het project ’Bib op School’, waarbij in alle 28 Hasseltse basisscholen een bibliotheek werd georganiseerd.
Dat probleem is er vandaag niet meer, want zelfs poëzie heeft een plek in de school bibliotheek. ”Sommige leerkrachten vinden poëzie tof”, reageert juf Nathalie. ”Zij vinden dat daar superveel uit kan gehaald worden en brengen dat over op de kinderen. Die zien dat dan weer als een aanleiding om te babbelen over van alles, of zelfs over hun gevoelens. Ze leren via poëzie anders nadenken, ze zien dat je met taal kan spelen en dat je er zinnen in vindt die kracht geven op momenten dat het eens minder goed gaat.”
Afhankelijk van het aantal leerlingen voorzien de stad en de Bibliotheek HasseltLimburg (BHL) een collectie van 1.500 tot 3.000 boeken per school - of zelfs nog meer. In zes pilootscholen, waaronder de Tuinwijkschool, hielp de stad ook actief bij de uitbouw van de nodige bib-infrastructuur, kasten of boekenrekken. In de nabije toekomst krijgen de scholen nog de nodige apparatuur voor het digitaal beheer van de uitleningen. Wij gingen mee tijdens een evaluatiemoment en zagen alleen maar blije gezichten – jonge én oude.
Weetjesboeken doen het goed bij jongens, vertelt de juf verder. ”Ze testen ons dan over hetgeen ze gelezen hebben. ’Juf, wist je dat...?’ Als je daarop inspeelt, dan prikkelt dat hun klasgenootjes. En dan verdwijnen boeken heel vlug in een andere boekentas”, lacht ze. ”Sommige jongens maken daar een sport van, en dat is eigenlijk wel fijn om vast te stellen. Want zo vinden ze een boek plotseling niet meer saai of te dik. Ze lezen nu zelfs de krant!”
”Als die boxen vol boeken binnenkomen, dan lijkt het wel sinterklaas voor ons”, lacht juf Nathalie van de Tuinwijkschool. ”Nu is er voor elk kind iets om te lezen, en we zien het leesplezier toenemen.” Het dagelijkse leeskwartier is daarvan een heel mooi bewijs: geen enkel kind heeft aansporing nodig. ”Ik maak me trouwens ook sterk dat élk kind eigenlijk graag leest”, vertelt Nathalie heel overtuigd. ” Misschien moet je even samen zoeken naar de juiste interesse, dat wel. Sommige kinderen vinden die heel vroeg, andere hebben er wat meer tijd voor nodig.
Uit de verschillende proeftuinscholen komen tal van goede en leuke initiatieven, vult Ine Janssen van Bibliotheek HasseltLimburg even enthousiast aan. ”Ik denk dat deze bib voor de Tuinwijkschool een enorme
- 20 -