22 minute read

Interview: Luc Debruyne, CEPI

COVID-19: Een opstap naar global health risk management

Een vergaande, internationale samenwerking tussen researchcentra, bedrijven en overheden in de zoektocht naar een COVID-19-vaccin is de enige, echte oplossing voor een uitweg uit deze pandemie. Luc Debruyne, Strategisch Adviseur bij CEPI, legt uit.

Advertisement

TEKST MARLEEN WALRAVENS

BEELD IAN HERMANS D e strijd tegen het ebolavirus in 2014 heeft heel wat pijnpunten blootgelegd in de wereldwijde benadering van epidemieën. Een direct gevolg hiervan was de oprichting van CEPI, de ‘Coalition for Epidemic Preparedness Innovations’ op het World Economic Forum in Davos van 2017.

CEPI is nog niet zo goed gekend bij het grote publiek. Wat is precies de functie van deze coalitie? “CEPI is een partnerschap tussen publieke, private en filantropische organisaties met als doel beter voorbereid te zijn op epidemieën. De nadruk ligt op de versnelling van de ontwikkeling van vaccins en van voorbereidende activiteiten voor onder andere de productie en de coördinatie met de regelgevende instanties.”

Samenwerking lukt pas als de politieke wil er is.

Meer concreet betekent dat ... “COVID-19 heeft zich heel snel verspreid en kent geen grenzen. Daarom is een universele samenwerking om deze pandemie klein te krijgen echt cruciaal, en wel op drie niveaus: het wetenschappelijk onderzoek, de productie en de correcte verdeling van het vaccin.’

Houden geopolitieke interesses deze samenwerking niet tegen? “Er zijn natuurlijk veel geopolitieke bewegingen; je hebt China, je hebt de US, Europa, Rusland… Maar uiteindelijk beseft iedereen dat we bezig zijn tegen een virus dat zich niets aantrekt van politiek. Het zal met blutsen en builen gaan, de optimale wereld bestaat niet, en iedereen zal water bij de wijn moeten doen. Samenwerking lukt pas als de politieke wil er is. We proberen alle neuzen in dezelfde richting te krijgen. Dat is nog nooit eerder gedaan, is heel complex, maar absoluut geen reden om te denken dat het niet gaat lukken. Ik blijf positief en optimistisch.”

Wetenschap, innovatie en ondernemen bieden beste garantie voor een veerkrachtige samenleving

In volle coronacrisis overhandigde VARIO een drieluik advies (adviezen 10, 13 en 14) aan minister-president Jan Jambon en viceminister-president Hilde Crevits hoe ze Vlaanderen tegen 2030 naar een toppositie van kennis- en innovatieregio’s kunnen loodsen. VARIO-voorzitter Lieven Danneels: “We vragen de Vlaamse

Regering zich niet te laten verleiden tot kortetermijnpolitiek omwille van de crisis. We moeten de lange termijn voor ogen houden en focussen op wat strategisch belangrijk is en voor een veerkrachtige samenleving zorgt: onze kennis, creativiteit, innovatie en ondernemerschap.”

Door de volgehouden financiële inspanningen van de voorbije decennia heeft Vlaanderen aansluiting gevonden bij de Europese top op het gebied van O&Ouitgaven (volgens de laatste cijfers 2,92% als percentage van het BBPR, privaat én publiek). Desondanks staat Vlaanderen slechts op de 40e plaats in het jongste Europese Regional Innovation Scoreboard en blijft daarmee in de categorie ‘sterke innovators’. Vooral qua impact van zijn investeringen moet Vlaanderen de lat hoger leggen: van sterke innovator naar innovatieleider.

Een eerste deeladvies selecteert de landen en regio’s waarmee Vlaanderen zich de komende jaren moet benchmarken op weg naar de top: innovatieleiders Zwitserland, Zweden, Finland, Denemarken en Nederland, met daarbinnen dertien regio’s, aangevuld met vier Duitse regio’s. Het tweede deeladvies biedt een kwaliteitsvolle set van 20 kernindicatoren om onze vooruitgang op te volgen. Het derde deeladvies gaat dieper in op zeven zwakke schakels in het Vlaamse innovatiesysteem die de komende tien jaar prioritair zijn om het systeem op een hoger plan te brengen: (1) tekorten in STEM; (2) levenslang leren; (3) ambitieus ondernemen; (4) geïntegreerde visie op innovatie; (5) impact van publieke O&Oinvesteringen; (6) hightech export; (7) efficiënt en doeltreffend innovatiebeleid.

Meer over dit drieluik VARIO-advies lees je op: www.vario.be.

INNOVATIE BENCHMARKLANDEN EN -REGIO’S VOOR VLAANDEREN EEN KWALITEITSVOLLE SET INDICATOREN VOOR WETENSCHAP EN INNOVATIE NAAR DE TOP VAN KENNIS- EN INNOVATIEREGIO’S IN 2030

Een goed vaccin tegen de zomer van 2021. Dan moeten miljarden dosissen geproduceerd worden. “Door mijn ervaring als CEO van GSK Global Vaccines, weet ik dat elk vaccin zijn eigen fabriek nodig heeft omwille van de complexiteit ervan. Denken dat je zomaar in elk land een fabriek kunt rechtzetten en zorgen voor een vaccin voor je eigen bevolking, is een vlieger die niet opgaat. Dat duurt gemiddeld vijf jaar. Om beter voorbereid te zijn op epidemieën zijn twee elementen uiterst belangrijk: ten eerste de fungibility of de wendbaarheid van de productiecapaciteit. Dat betekent dat je bestaande fabrieken kunt transformeren of uitbreiden. Ten tweede is er de redundancy of overtolligheid. Het is belangrijk om nu al een voorraad aan te leggen van kandidaat-vaccins die al testproof zijn. Zo kun je kort op de bal spelen bij de uiteindelijke goedkeuring van het vaccin. Van het COVID-19-virus hebben we in januari de genetische code gekregen en werden er heel snel vaccin-prototypes gemaakt. Dankzij grote investeringen en de samenwerking met regelgevers en bedrijven hebben we een versnelling kunnen maken, zowel bij de ontwikkeling als de voorbereiding van de productie van het vaccin. Maar het moet nog beter. We leren heel veel uit deze pandemie.”

Hoe komt het vaccin dan bij de bevolking terecht? “Dat is het punt. Een vaccin is pas een vaccin als het geregistreerd is door de regelgevende instanties die zeggen dat het veilig en efficiënt is. Maar met een vaccin heb je nog geen vaccinatie; dat zijn twee verschillende zaken. Landen moeten er ook klaar voor zijn. Zelfs als we vaccins zouden hebben in voldoende aantallen, is dat nog geen garantie dat de mensen zich laten vaccineren. Er zijn lobbyisten tegen vaccinaties, soms draait het ook om religieuze redenen. Om groepsimmuniteit te bereiken heb je een vaccinatiegraad nodig van 60 à 70 procent. De country readiness is een vraag van belang die dikwijls over het hoofd wordt gezien.”

En zo komen we bij de verdeling van het vaccin. “Een eerlijke verdeling van de vaccins in de wereld is het derde punt van mijn betoog. Het is niet omdat Europa een historische footprint

Het is belangrijk nu al een voorraad aan te leggen van kandidaat-vaccins.

heeft voor de productie van vaccins dat alle geproduceerde vaccins binnen Europa moeten blijven. Het is niet omdat de Amerikaanse overheid meer investeert in bepaalde vaccinontwikkelaars dat ze het voorrecht krijgt van de hoogste bieder. De beschikbaarheid van het vaccin zal niet gelijktijdig verlopen over de hele wereld, maar de Europese Commissie, en ook CEPI, GAVI, WHO en de industrie hebben zich geëngageerd voor global solidarity: een rechtvaardige toegang tot een vaccin voor de hele wereldbevolking.”

Er zijn heel wat projecten opgestart voor de ontwikkeling van een COVID-19-vaccin. Moet er ook niet harder gewerkt worden op medicatie? “Er bestaat momenteel nog geen medicijn tegen dit virus. We kennen het nog te weinig om een efficiënte virusremmer te ontwikkelen. Grote bedrijven en onderzoeksinstellingen hebben al enorme inspanningen geleverd: duizenden componenten werden gescreend, er zijn bestaande virusremmers getest op het virus. Ze zijn daar hard mee bezig. Voorlopig bestaan enkel Dexamethason en Remdesivir, medicijnen die vooral op secundaire effecten werken bij ernstig getroffen patiënten. Maar preventie is nog altijd beter dan interventie.”

SMART FACT.

Stel, je was na je masterstudies Lichamelijke Opvoeding aan de KULeuven niet in de farmaceutische sector terecht gekomen. Waar zou je vandaag staan? “Dat vind ik een moeilijke vraag, maar ik kan daar een gemakkelijk antwoord op geven. Als echte sportkotter was ik ervan overtuigd om het waar te maken in de topsport. Ik was een volleyballer en zag dus een carrière als trainer of coach wel zitten. Uiteindelijk ben ik daar op uitgekomen, want als CEO van een vaccinbedrijf met 17.000 medewerkers ben je coach van een topteam. In een sportwedstrijd moet je ervoor zorgen dat je spelers het beste van zichzelf geven en ook plezier bezorgen aan de toeschouwers. In een bedrijf is dat niet anders: de beste werkomstandigheden creëren zodat de mensen het beste van zichzelf kunnen geven. Dat plezier voor de toeschouwer vertaal ik als positieve impact op de wereld door de inspanningen die je levert. Er was geen werk toen ik afstudeerde; ik ben toevallig in de farmasector terechtgekomen. Ik heb daar ook die competitiegeest, die samenwerking en die intellectuele uitdaging gevonden.” Coalitie voor COVID-tools De ‘Access to COVID-19 Tools ACT-Accelerator’ is een nieuwe baanbrekende globale samenwerking om de ontwikkeling, de productie en de verdeling van COVID-19- diagnostica, therapeutica en vaccins te versnellen. Deze coalitie werd gelanceerd in april 2020 door de WHO, de Europese Commissie, G20- landen en de Bill & Melinda Gates Foundation. Covax is de vaccinpijler van ACT en wordt geleid door CEPI, WHO en GAVI (Global Alliance for Vaccines and Immunisation).

Alle onderzoeken op een rijtje ‘Innovation in Flanders to combat the sars-cov-2 virus and its derived effects’ is het gedetailleerd verslag van alle COVID-19-onderzoeken, opgestart aan de Vlaamse universiteiten en onderzoekcentra, onlangs gepubliceerd door het Vlaamse Departement van Economie, Wetenschap en Innovatie. Op de website covid19-wb.be geeft het FNRS een inventaris weer van alle onderzoeksprojecten en bedrijfsinitiatieven rond COVID-19 in Brussel en Wallonië.

Moonshot: industriële innovatie als duurzame klimaatoplossing

Een koolstofslimme en koolstofcirculaire industrie in 2050. Dat is de ambitie van Moonshot, een industrieel Vlaams innovatieprogramma dat bedrij ven helpt om hun CO2-uitstoot drastisch te verminderen.

Het klimaatakkoord van Parij s uit 2015 stelt Vlaamse bedrij ven voor een gigantische uitdaging: het drastisch reduceren van hun CO2-emissies tegen 2050. Moonshot, een ambitieus industrieel innovatieprogramma van de Vlaamse overheid en het Vlaams Agentschap Innoveren & Ondernemen, gaat die uitdaging aan.

Binnen Moonshot vindt industriegedreven strategisch basisonderzoek plaats aan Vlaamse universiteiten en kennisinstellingen. Dit onderzoek heeƒ tot doel om disruptieve ideeën te testen, baanbrekende technologieën te ontwikkelen en nieuwe klimaatvriendelij ke producten en processen te introduceren in nauwe samenwerking met de industrie. Daarvoor voorziet de overheid jaarlij ks 20 miljoen euro. Tussen 2020 en 2040 gaat het om maar liefst 400 miljoen euro aan investeringen. De regie over het initiatief ligt bij Catalisti, de speerpuntcluster die innovatie in de Vlaamse chemie- en plasticssector faciliteert. Een logische keuze, aangezien de chemische industrie samen met andere energie-intensieve sectoren als petrochemie en staal goed is voor 85% van alle Vlaamse industriële CO2-emissies. “Dankzij doorgedreven innovatie kon de chemie- en plasticssector haar CO2-uitstoot de afgelopen decennia al sterk terugbrengen. Moonshot geeƒ deze innovatiedrive een extra duwtje in de rug”, aldus Jan Van Havenbergh, managing director van Catalisti.

“De eerste Moonshot-projecten werden begin dit jaar opgestart. Een tweede reeks innovatieprojecten zit in de pipeline”, vertelt Van Havenbergh. “Innovatie is dé tool voor Vlaamse bedrij ven om de grote sprong te maken: koolstofslim en koolstofcirculair in 2050.”

©VIB - Ine Dehandschutter

VLAAMS ONDERZOEK GEEFT WERELD HOOP OP CORONAMEDICIJN

De COVID-19-pandemie zet onze wereld op zijn kop. Om deze crisis het hoofd te bieden zijn wetenschappelijk onderzoek en innovatie belangrijker dan ooit. Als onderzoeksinstituut met meer dan 25 jaar ervaring in de levenswetenschappen zet VIB zich ten volle in om het nieuwe coronavirus af te remmen.

VIB is een Vlaams onderzoeksinstituut dat internationaal tot de top behoort in de levenswetenschappen. VIBwetenschappers strijden op verschillende fronten tegen COVID-19.

Belgische lama als wapen tegen coronavirus

Sinds het begin van de virusuitbraak werken de VIB-UGent labs van prof. Xavier Saelens en prof. Nico Callewaert onvermoeibaar door aan de ontwikkeling van een gloednieuw geneesmiddel tegen COVID-19. Aan de basis ligt een specifieke antistof tegen het virus, geïsoleerd uit het bloed van een lama genaamd Winter.

Xavier Saelens legt uit: “De antistoffen van de lama beletten dat het virale eiwit zich gaat binden op de menselijke cel. Dit voorkomt dat het virus de menselijke cellen binnendringt en zich zo in het lichaam van de mens vermenigvuldigt. Het effect hiervan is dat de besmette persoon niet afglijdt naar de gevreesde ernstige vorm van de ziekte.” Zijn collega Nico Callewaert voegt toe: “Intussen hebben we de werkzaamheid tegen COVID-19 en de stabiliteit van de antistoffen in proefdieren getest met positief resultaat.”

Het komt er nu op aan om de antistoffen om te zetten tot een geneesmiddel dat kan getest worden op mensen in klinische proeven. Hiervoor werd reeds in april een intense samenwerking opgestart met het biofarmaceutisch bedrijf UCB. Het project kreeg onmiddellijk de steun van Vlaams minister van Wetenschap en Innovatie Hilde Crevits die budget vrijmaakte om de eerste ontwikkelingsstappen te financieren. Nauwelijks een half jaar nadat het virus voet aan wal kreeg in Europa, richtte VIB de startup ExeVir Bio op met 23 miljoen euro durfkapitaal op zak. Het nieuwe bedrijf start eind dit jaar met klinische studies om de antistoffen te testen op veiligheid en doeltreffendheid in COVID19-patiënten. De wetenschappers hopen dat het medicijn in de loop van 2021 inzetbaar is.

Dit ontwikkelingstraject - van doorbraak in het labo tot een nieuwe startup - kon zo vlot doorlopen worden mede dankzij de unieke expertise die VIB in huis heeft inzake geneesmiddelenontwikkeling en technologietransfer.

Kunnen bestaande medicijnen COVID-19 verlichten?

Bij ongeveer 20% van de COVID-19- patiënten die in het ziekenhuis opgenomen worden, ontstaat ernstige longschade. De patiënt kan daarbij onvoldoende zuurstof opnemen in het bloed waardoor er kortademigheid optreedt. In de long speelt zich op dat moment een overdreven reactie van het afweersysteem af die leidt tot ontsteking en longschade. Die ontsteking wordt in gang gezet door cytokinen, ontstekingsstoffen die ook bij patiënten met reuma en jicht een belangrijke rol spelen. VIB onderzoekt nu samen met het UZ Gent en het Federaal Kenniscentrum voor Gezondheidszorg of reumamedicatie kan helpen. De nieuwe behandeling is erop gericht om met reumamedicatie de overmatige ontstekingsreactie en verdere longschade af te remmen. “We hopen dat we patiënten kunnen behoeden van een opname op de afdeling intensieve zorg door de anti-cytokinetherapie vroeg op te starten,” zegt prof. Bart Lambrecht (VIBUGent), coördinator van de studie aan het UZ Gent.

Daarnaast evalueren VIB en UZ Gent het geneesmiddel Leukine® voor de behandeling van longproblemen ten gevolge van COVID-19. “Patiënten met COVID-19 die acute ademhalingsproblemen ontwikkelen hebben niet veel behandelingsopties en een verhoogde kans op overlijden,” zegt Bart Lambrecht. Leukine® is ontwikkeld uit gist door Partner Therapeutics en bootst een menselijk eiwit genaamd GMCSF na. GM-CSF speelt een cruciale rol in de verdediging tegen virussen en een goed functionerend immuunsysteem. De veiligheid van het middel bij mensen is al uitvoerig getest.

Massaal testen

In maart dit jaar riep federaal minister Philippe De Backer op om de testcapaciteit voor COVID-19 uit te breiden. VIB reageerde prompt op deze oproep. In minder dan drie weken tijd sloegen Biogazelle, VIB, UGent, UZ Gent, Cerba Research (CRI Labs) en Anacura de handen in mekaar om een volledige infrastructuur op te zetten voor COVID19-tests. Verschillende teams van VIBvrijwilligers gingen onmiddellijk aan de slag met het registreren en inactiveren van patiëntstalen, zodat ze nadien veilig konden getest worden om te bepalen of ze besmet waren met het nieuwe coronavirus. Ondertussen werden via deze weg reeds 115.000 stalen geanalyseerd.

Worley helpt bij het opschalen van innovatieve technologieën...

Worley wil één van de leiders zijn in de transitie naar een duurzamere wereld op vlak van energie en grondstoffenverbruik.

Worley’s kennis en ervaring met de klassieke chemische processen is bijzonder waardevol bij verdere ontwikkeling van pilootprojecten naar “full scale“ industriële installaties.

Het opschalen van een piloot installatie naar een industriële schaal is complex. Niet zelden ontstaan er gedurende de engineering fases nieuwe inzichten die leiden tot veranderingen in de processen.

Een voorbeeld van een dergelijk opschalingsproces is de samenwerking met Avantium. Dat bedrijf heeft een aantrekkelijke technologie ontwikkeld om gebaseerd op biomassa, hoogtechnologische producten te maken.

Het groeipotentieel voor de biomassa gebaseerde chemie is groot. De verwachting is dat de bio plastics markt zal uitgroeien tot een belangrijke speler.

op weg naar een groene raffinaderij...

Biomassa is de hernieuwbare versie van aardolie met een levenscyclus van enkele jaren in plaats van miljoenen jaren. Omdat biomassa geen lange transformatie onder het aardoppervlak heeft doorgemaakt, zoals het geval is bij aardolie, bestaat het uit andere technische bouwstenen. De drie hoofdbestanddelen zijn cellulose, hemi-cellulose en lignine.

Voor lignine zijn nog geen processen gekend die toelaten om deze stroom op grote schaal te valoriseren, behalve als brandstof.

Worley en de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO), ontwikkelen een piloot installatie om de conversie van lignine naar waardevolle producten verder te onderzoeken. Studies hebben aangetoond dat het mogelijk is allerlei chemische stoffen, brandstoffen en in het bijzonder aromaten te produceren vertrekkende vanuit lignine.

Deze zeer waardevolle aromaten worden in verdere chemische processen gebruikt voor het maken van allerhande materialen, parfums, enz. Het samenbrengen van alle verwerkingsprocessen voor (hemi-)cellulose en

inclusief een duurzame waterhuishouding!

Daarnaast is ook de markt voor recyclage van de meer traditionele plastics in volle ontwikkeling. Ook daar ziet Worley een uitgelezen kans om haar ervaring in te zetten.

De uitdaging op langere termijn is om deze biomassa gebaseerde processen verder te ontwikkelen, zodat ze competitief worden met de meer klassieke productie, rekening houdend met de beschikbaarheid van de nieuwe grondstoffen en een minimaal energieverbruik.

lignine leidt tot de biomassa raffinaderij van de toekomst.

De noodzaak om traditionele op oliegebaseerde processen om te buigen naar processen die deze meer complexe, maar hernieuwbare grondstoffen gebruiken, vormt een bijkomende uitdaging. Aandacht voor de behandeling van nevenstromen is hierbij ook een essentieel onderdeel.

Warmte-integratie, energie-pinch, energie-optimalisatie: sleutelbegrippen die meer en meer geïntegreerd worden in het ontwerp van nieuwe installaties. De herhaaldelijke droogteperiodes en watertekorten als gevolg van de klimaatopwarming onderstrepen het belang van deze aanpak, maar wijzen ook op de noodzaak van een analoge aanpak voor water.

Water is net als energie onmisbaar voor de meeste productieprocessen. Door al tijdens het ontwerp rekening te houden met het 5R principe (Reduce, Reuse, Recycle, Recover, Restore) kan de watervoetafdruk van een product op een kosteneffectieve manier gereduceerd worden. Bij de transitie naar een meer circulair systeem hoort water op de eerste plaats te staan. Groene grondstoffen vragen meestal een extensieve voorbehandeling, maar door een goede waterintegratie kan het verbruik geminimaliseerd worden.

Een koelwatersysteem is een vaak vergeten, maar belangrijke waterverbruiker in groene en klassieke processen. De optimalisatie ervan kan zowel in bestaande systemen als in nieuwe processen tot een belangrijke waterreductie leiden.

In de geest van circulaire systemen is het verregaand zuiveren van afvalwater een belangrijke stap die ook het ontvangende oppervlaktewater ten goede komt.

belgium.info@worley.com www.worley.com

Wetenschapspark Universiteit Antwerpen boomt. En dat is een understatement

Het Wetenschapspark Universiteit Antwerpen boomt. En dat is een understatement. De Provinciale Ontwikkelingsmaatschapp� (POM) Antwerpen, ontwikkelaar van het park, tekende een nieuw masterplan uit en realiseert momenteel zo’n 8.500m² b� komende laboen kantooroppervlakte. Vandaag z� n er op de campus in Niel al een dertigtal bedr� ven actief, denk b� voorbeeld aan YUN Probiotherapy, eTheRNA, Sodecon en iFlux, waarvan een fl ink aantal startups, samen goed voor 600 banen. Ook ViTalent, het nieuwe trainingscentrum voor farma en biotech, kr� gt er binnenkort een plaats, net als VIL er een logistiek demonstratieen belevingscentrum optrekt, Log!ville. De focus van het park ligt echter in de eerste plaats op onderzoek en innovatie. In het licht van de Covid-19 crisis participeert eTheRNA b� voorbeeld in een internationaal consortium mee aan de ontwikkeling van een vaccin dat de T-cellen van het immuunsysteem zo traint dat ze een virusaanval herkennen en afslaan. Fluidda draagt via haar FRI technologie (Functional Respiratory Imaging) ook b� aan de str� d tegen Covid-19. Om het kennisniveau omtrent het werkingsmechanisme van Covid-19 te vergroten, heeft FLUIDDA een consortium opgericht om met behulp van hun Functional Respiratory Imaging (FRI) technologie de eigenschappen van dit virus te onderzoeken en hierdoor artsen te helpen de behandeling van hun Corona-patiënten te optimaliseren.

“Ik geloof zeer sterk in het vermogen van start-ups en groeiers om te innoveren, te vernieuwen en te durven. Ik geloof ook dat we er alles aan moeten doen om ervoor te zorgen dat ondernemers in de eerste plaats kunnen ondernemen en zich niet hoeven te bekommeren om b� zaken. Om die reden is POM Antwerpen een fl exibele partner die proactief meedenkt en inzake ruimtebehoefte telkens gaat voor de beste oplossing. Een bedr� f kan b� ons starten als co-worker, groeien in incubator Darwin, verder doorgroeien in één van onze andere gebouwen en uiteindel� k zelfs kiezen voor een eigen pand. W� willen als katalysator helpen b� het versterken van de dynamiek van bedr� ven door hun groei te faciliteren. Voor m� is dat onze kerntaak.”, zo licht Luc Broos, algemeen directeur van POM Antwerpen toe.

Behalve ruimte op maat, zet POM Antwerpen met steun van de Provincie Antwerpen ook sterk in op de uitbouw van een netwerk dat ondernemers in contact brengt met elkaar én met relevante experten. “De zoektocht naar fi nanciering, de beste experts of de juiste partners is best t� drovend. Maar als je ze vindt, geeft dat jouw bedr� f een enorme boost. Binnen ons netwerk kunnen we beroep doen op onder meer fi nanciers, CRO’s of IP bedr� ven. Ook leggen we graag de connectie met kennisinstellingen en onderzoekscentra.”, zo gaat Luc Broos verder.

Luc Broos, algemeen directeur POM Antwerpen

Op zoek naar labo’s of kantoren in een unieke, inspirerende groene omgeving?

POM Antwerpen heeft op korte term� n kantoren en labo’s beschikbaar van diverse afmetingen. Dankz� ons dynamisch team dat instaat voor facilitymanagement en mobiliteitsbeheer op het park, kan je als ondernemer focussen op wat telt, de uitbouw van je eigen business. Interesse? Plan nu een plaatsbezoek.

Op korte term� n beschikbaar op het park : kantoren en labo’s van diverse afmetingen. Op zoek naar nieuwe locatie? Plan een bezoek en ontdek wat het Wetenschapspark voor jou kan betekenen. www.wetenschapsparkuantwerpen.be • darwin@wetenschapsparkuantwerpen.be • 03 443 04 00 Sinds 2013 werkt biotechbedr� f eTheRNA immunotherapies aan onderzoek en ontwikkeling op het vlak van mRNA, een onderdeel dat helpt b� de transcriptie van ons DNA naar eiwitten. Doel? Een nieuwe vorm van kankerbestr� ding uitwerken. “Nadat we de VUB ontgroeid waren, konden we hier terecht en dat bevalt ons prima. Het park is goed gelegen en makkel� k te bereiken vanuit alle richtingen. Het team van het wetenschapspark creëert een heel eigen sfeer. Netwerken met de andere bedr� ven wordt gefaciliteerd en er z� n interessante lezingen en trainingen. Voor ons is de aanwezigheid van andere branchebedr� ven, zoals anicells, interessant. Ook het ecosysteem at.las rond ATMP oogt veelbelovend. Zo wordt er hier een interessante microcosmos gecreëerd die ons goed bevalt.” Aan het woord: Dirk Vanbroekhoven, eTheRNA immunotherapies.

Your precision medicine paner

MEE VORM GEVEN AAN KLINISCH ONDERZOEK ONDERZOEK

Cerba Research is de Belgische afdeling van de Franse groep Cerba Healthcare. Het bedrijf faciliteert klinische studies en labotests en verzorgt daarvoor de volledige logistieke keten. Wat zijn de ontwikkelingen in deze markt en wat brengt de toekomst? CIO Peter Vermeylen en Lab Manager Joachim Vandroemme leggen uit.

Bij het grote publiek is Cerba Research misschien niet zo bekend, maar het bedrijf heeft wel gereputeerde farma-kleppers als klanten. Waarom gaan zij in zee met Cerba Research en wat is de toegevoegde waarde die het Gentse bedrijf kan bieden? “De farmabedrijven hebben misschien wel testcapaciteit, maar heel het logistieke proces dat daarrond zit, is onze specialiteit”, zegt Peter. “Hoe kan je bijvoorbeeld snel, efficiënt en zonder problemen kits voor een staalafname gaan verdelen? Zoiets een kolfje naar onze hand. Wij prepareren alle materiaal om stalen af te nemen en leveren die netjes in kits aan. Ook bijvoorbeeld al het papierwerk met patiëntengegevens bereiden we voor en verwerken we. Als alle data binnen zijn, bestellen wij dan labotesten, in ons eigen labo of bij een partner. De resultaten worden daarna ter beschikking gesteld via PDF’s, maar evengoed via een elektronisch portaal.”

Bovendien kan Cerba Research ook heel wat wetenschappelijke expertise leveren, onderstreept Joachim. “Bij de opzet van de studies werken we nauw samen met onze klanten. Hoe gaan we de test definiëren? Hoe gaan we die opzetten? Welke markers gaan we opsporen? Ook daarin spelen we onze rol.”

De omvang van dit soort studies is in de loop van de jaren almaar complexer geworden, zegt Peter. “Vijf jaar geleden kregen alle patiënten in een studie dezelfde tests. Doordat we almaar meer naar “personalised medicine” evolueren, zijn dat bijna honderd individuele parcours geworden. Op basis van de resultaten worden de tests continu bijgestuurd. Dat maakt de uitdaging natuurlijk een stuk groter.”

“De interactie tussen de labotests en de behandeling is almaar toegenomen”, pikt Joachim in. “Daar is nu bijna directe feedback tussen. De “patiënt” was voor de farma-industrie vroeger een homogene groep. Tegenwoordig is dat anders. Neem nu de COVID-testen, daar wordt onderscheid gemaakt tussen verschillende subpopulaties. Niet alleen naar geslacht, maar ook bijvoorbeeld of iemand diabetes heeft.”

De rol van Cerba Research zelf is trouwens ook aan het veranderen, stelt Peter. “Afhankelijk van welke technologie nodig is, zullen wij studies met tests aan verschillende partijen uitbesteden. Waarmee we een soort “broker” van data worden. Net zoals in veel andere industrieën nam ook in de farma het belang van data en dataverwerking een enorme vlucht. Omdat wij met patiënten werken is die data per definitie trouwens zeer gevoelig. Het is dus van het allergrootste belang dat er voorzichtig mee wordt omgesprongen. Respect voor privacy is geen loos begrip voor ons.”

Door de enorme hoeveelheid data die tegenwoordig ontsloten kan worden, worden ook nieuwe toepassingen mogelijk waar vroeger alleen over gedroomd kon worden. En dan komen al snel begrippen als ‘artificiële intelligentie’ en ‘machine learning’ op de proppen. “Klopt”, zegt Peter, “dat heeft een enorme revolutie veroorzaakt. In ons Franse lab in Montpellier wordt heel veel met medische beeldvorming gewerkt. Tot een paar jaar geleden werden weefselstalen nog letterlijk bekeken op glazen lamellen. Tegenwoordig wordt dat volledig digitaal verwerkt. Dat betekent ook dat je daar algoritmes op kan loslaten die kunnen helpen bij diagnoses.”

Maar ondanks de enorme sprongen die in IT en AI worden genomen, is de rol van de mens in het labo nog lang niet uitgespeeld, maakt Joachim zich sterk. “Natuurlijk zal technologie almaar prominenter worden, maar in de eerste plaats vooral om de medicus te ondersteunen. De rol van de arts blijft cruciaal om data en gegevens te interpreteren. Je zult als patiënt maar eens de uitzondering op de regel zijn die niet precies in de plooien van het algoritme past. Dat kan zeer ongewenste gevolgen hebben. Daarom zal menselijke verificatie nog heel lang de norm blijven. Tegelijk zal het labo van de toekomst er natuurlijk heel anders uitzien dan nu. Denk bijvoorbeeld aan alle ontwikkelingen in labtesten op chips of in Point-of-Care-testing, waarbij artsen almaar vaker zelf test zullen uitvoeren. Tot slot zie ik ook een explosie aan biomarkers in de toekomst, bovenop alle klassiekers die we nu al kennen. Wat betekent dat ik me, als labospecialist, me nog lang niet bedreigd voel (lacht).”

This article is from: