Op zoek naar zingeving en authenticiteit

Er wordt hier en daar weleens gezegd dat de nieuwe generaties wispelturig zijn, hun neus ophalen voor werk en geen respect en loyauteit kennen ten aanzien van werkgevers. Niets is minder waar, natuurlijk.

Jongeren willen maar blijven studeren en niet werken? Dat geldt zeker niet voor iedereen. Ook al zijn het woelige tijden op de arbeidsmarkt, de jonge generatie blijft hoopvol uitkijken naar de start van hun carrière. Meer nog: “Jongeren nu zijn veel kritischer dan de voorgaande generaties op het gebied van bullshitjobs”, zegt Sébastien Cosentino, woordvoerder van het interimbureau Randstad, dat bekend staat om zijn jaarlijks gepubliceerde studies met betrekking tot de arbeidsmarkt. “Het begrip ‘werk’ was lange tijd een waarde op zichzelf. Het zorgde namelijk voor een inkomen. Wat de nieuwe generaties typeert, is dat ze naar zingeving zoeken binnen de inhoud van een functie.” Volgens de expert willen jongeren zich inzetten voor transversale projecten die hen uitdagen en waarmee ze hun werk waardevol kunnen uitvoeren. “Ze willen een echte rol vervullen binnen het bedrijf en een impact creëren.”

Die (positieve) impact hebben kan op niveau van het bedrijf zelf zijn, of zelfs op de samenleving. Bij de respondenten van een studie van Randstad kwam namelijk nog een ander criterium naar voren in verband met de zoektocht naar zingeving: het maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). “Volgens onze Employer Brand Research 2019-studie is het belang van MVO in een jaar tijd verdrievoudigd en bleef het standhouden in 2020. Jongeren op de arbeidsmarkt gaan op zoek naar een werkgever die ‘zinvol’ is ten aanzien van hun ambitie, met duidelijke idealen en de wil om van morgen een mooiere wereld te maken, die gezonder en leefbaarder is.” te houden. “Geld blijft voor alle generaties weliswaar een krachtige drijfveer, maar het volstaat niet”, vindt Johan Claes, employer branding & sourcing manager bij STIBMIVB. “Loon is zeker belangrijk, maar we weten ook dat het nieuwe werknemers slechts drie à vier maanden motiveert. Want daarna wordt het als een verworven recht beschouwd.”

Bij het aanwerven moeten bedrijven dus bewijzen dat ze meer te bieden hebben dan een reeks nullen op een loonfiche. Creatieve manieren om jongere generaties aan trekken is vandaag dan ook de boodschap. Denk aan het inzetten van sociale media, affiches, jobsites, apps... Er zijn heel wat middelen om in contact te komen met toekomstige kandidaten. Daarbij mag er gerust buiten de lijntjes worden gekleurd en is het aangewezen om te laten zien dat een bedrijf modern is, of toch open minded genoeg om innovatie en verandering te aanvaarden of overwegen. “Wij proberen elke kans te grijpen om jongeren te bereiken”, gaat Claes verder. “Afgelopen zomer publiceerden we een campagne op de broodzakken in bakkerijen. Of we hadden een affichecampagne lopen in de toiletten van cafés en restaurants – toen ze hun deuren nog mochten openen – en die heel goed werkte: “Toffe jobs liggen voorhanden, maar je handen moet je wel eerst wassen, natuurlijk!” Met een creatieve employerbrandingstrategie via verschillende media trekt Johan Claes nieuwe kandidaten voor de vervoersmaatschappij aan. Telkens wordt hier dezelfde boodschap overgebracht: Kom je informeren. “Het is heel motiverend om te werken voor een bedrijf dat ten dienste staat van de gemeenschap, dat een missie vervult. Er schuilt een echte verantwoordelijkheid achter.” Een van de communicatiepareltjes van de vervoersmaatschappij is het smartphonespel ‘Simbus’: “We hebben echte buslijnen gefilmd zodat de spelers virtueel in de schoenen van een buschauffeur in Brussel kunnen kruipen. Er zit een gamingaspect in, met punten die ze kunnen winnen. Ruim 100.000 spelers hebben het spel gespeeld. Bij de lancering hebben we opgemerkt dat het aantal kandidaten voor buschauffeur met 40 procent was gestegen.”

Sébastien Cosentino voegt wel nog een kleine sidenote toe aan dit rekruteringsaspect “Opgelet, de jongeren van deze generatie zijn op zoek naar zingeving. Je liegt dus best niet tegen hen.” Met andere woorden: het is noodzakelijk dat er duidelijkheid bestaat over wat de jobinhoud betreft en welke waarden de onderneming hanteert. De voornaamste boodschap die hij nog aan werkgevers wil meegeven is dan ook om absoluut authentiek te blijven. “Hou je je niet aan je belofte nadat je een kandidaat hebt aangeworven, dan zal die niet alleen vertrekken, maar bovendien een negatieve ambassadeur van je bedrijf worden.”

De jongeren van deze generatie zijn op zoek naar zingeving. Je liegt dus best niet tegen hen.

— SÉBASTIEN COSENTINO, RANDSTAD

YEP, OOK DIT IS FOD FINANCIËN.

En yep, ook jij bent welkom op 11 februari!

Alleen bij start-ups vind je zinvolle jobs? Twee keer raden. Ook bij FOD Financiën heeft wat je doet zin. Want zonder centen draait de wereld niet. En dus werkt elke job hier mee aan hetzelfde doel: een beter België. Voor jezelf, voor bedrijven, voor overheden en voor elke burger. Dat alles met de nodige vrijheid en kansen om op jouw manier te blijven groeien. Daar getuigt vandaag Karen Verstappen van het team Employer Branding over.

“Vollebak vooruit”

Met meer dan 20.000 man is FOD Financiën een van de grootste werkgevers van het land. “Dan kan je moeilijk blijven stilstaan uiteraard. De komende maanden gaan wij weer ‘vollebak vooruit’, zoals wij graag zeggen. Met meer dan 200 startbaanovereenkomsten is er voor jong talent zeer veel plaats bij ons.” Deze overeenkomsten zijn contracten voor jongeren onder 26 jaar. Ze geven hun de kans om een eerste werkervaring op te doen. “Tegenwoordig staat de arbeidsmarkt vol met vacatures voor kandidaten met meer dan X-aantal jaar ervaring,” bevestigt Karen. “Maar dat hoeft geen vereiste te zijn. Wij geloven erin dat gemotiveerde mensen de mogelijkheid moeten krijgen om hun carrière een vliegende start te geven. En dat bieden we hun zo dus ook aan!”

Geen uitdaging te min

FOD Financiën organiseert een online jobday in het kader van eerste carrièrekansen. Die gaat door op donderdag 11 februari van 10u tot 19u. “Onze eigen website Jobfin zal dienen als platform om alle geïnteresseerden te verwelkomen. Gedurende de hele dag zullen er presentaties te zien zijn. Van algemene informatie over FOD Financiën tot getuigenissen van onze verschillende diensten, er zal van alles te ontdekken zijn. En iedereen is welkom uiteraard!”

Maar er is meer

Met deze grote pot vacatures voor jongeren, zou je denken dat het daarbij blijft. “Nee hoor,” ontkent Karen. “De komende maanden blijven we inzetten op nieuw talent, maar ook op profielen met al wat meer ervaring. Er is voor ieder wat wils!” “Moraal van dit verhaal: FOD Financiën is zeker nog niet uitgespeeld. Wij bieden inzake betekenisvolle jobs heel wat kansen aan die eigenlijk voor het grijpen liggen. Eén enkele ontmoeting kan heel wat veranderen voor jou en je carrière.”

We werken aan de toekomst van mobiliteit met verschillende merken en talloze oplossingen.

www.dieteren.be/nl/brands-and-services

weCover

Huur op lange termijn Financiële leasing Financiële renting FlexMoby e-Moby

Klassieke Financiering Autocredit Personal Leases Verzekeringen voor particuliere klanten weCare

Na het afstuderen? Nog meer verdiepen en specialiseren

Leren stopt niet bij het afstuderen. Loopbanen staan vandaag, meer dan ooit, in het teken van levenslang leren. Zeker in de financiële sector, waar bijscholen niet alleen verplicht is, maar klanten ook steeds meer vragen om specialisatie en expertise.

Recht van de schoolbanken het werkveld in, zonder omkijken? Dat beeld is niet meer van deze tijd. Werk en opleiding combineren wordt steeds meer de normale gang van zaken. In de snel veranderende arbeidsmarkt is levenslang leren nu eenmaal noodzakelijk. Iets waar de financiële sector zich onmiskenbaar voorloper in toont. “Gedeeltelijk omdat het een verplichting is. Als kredietbemiddelaar moet je minstens vijf erkende opleidingsuren per twee jaar volgen, als verzekeringsagent zelfs vijftien uren per jaar. Ook voor bankagenten, bij wie dit momenteel nog dertig opleidingsuren per drie jaar is, zullen de uren naar dit aantal evolueren”, kadert Albert Verlinden, voorzitter van BZB-Fedafin, de beroepsvereniging voor zelfstandige financiële tussenpersonen. “Maar ook vooral omdat de financiële markt, en bij navolging de klant, om steeds meer verdieping en specialisatie vraagt.”

De voorbije jaren zagen we in alle sectoren steeds meer nascholingstrajecten ontstaan. Om die zo naadloos mogelijk in te passen in de arbeidsmarkt worden ze steeds gerichter, flexibeler en toegankelijker. Laten we nog even in de financiële sector blijven: daar zag in 2018 het online leerplatform Edfin het levenslicht – de bol.com van de opleidingssector, zeg maar. “Edfin bundelt alle beschikbare opleidingen voor zelfstandigen in bank- en beleggingsdiensten, verzekeringen en kredieten. Externe opleiders zetten er hun aanbod op en financiële profielen plukken er de opleiding af waar zij, of hun medewerkers, nood aan hebben”, aldus Verlinden, die het platform vanuit de beroepsvereniging oprichtte.

Als digitaal opleidingsplatform kan Edfin een voorbeeld zijn voor andere sectoren, want niet alleen in de financiële wereld botsen leergierige werknemers op een wildgroei aan opleidingen waarvan de ene al makkelijker te vinden is dan de andere. “Dat was alvast de grootste frustratie van onze leden, samen met het feit dat ze een overzicht van de gevolgde opleidingsuren en behaalde attesten misten”, schetst Verlinden. “Edfin heeft daarom ook een monitoringfunctie. Via onze kantoor-tool hou je bijscholingspunten en attesten bij van jezelf en/of je medewerkers, en kun je ook interne opleidingen registreren.”

Het voorbije coronajaar moest dat levenslange leren vooral online gebeuren, met webinars, e-learnings, live en on-demand content… “Edfin steunde al van bij de lancering op een sterke digitale poot. Zo biedt het bijvoorbeeld een auteurstool waarmee je hoogstaande e-learnings kunt ontwikkelen”, vertelt Verlinden. “Dit digitale aspect kwam het voorbije jaar uiteraard in een stroomversnelling terecht: steeds meer opleidingen verlopen nu online, waardoor we er op een half jaar tijd een goede 1.000 gebruikers bijkregen. Vandaag kloppen we af op zo’n 4.000 gebruikers. Wetende dat onze beroepsfederatie 2.500 leden telt, toont dit aan dat zowel de zelfstandigen als hun medewerkers vlot de weg naar ons opleidingsplatform vinden. Het neemt dan ook hoe langer hoe meer plaats in tussen het klassieke financiële bijscholingsaanbod. Een bewijs daarvan is dat we voortaan ook een erkend examencentrum voor de verplichte FSMAopleidingen zijn.” Dat er in de financiële sector zo’n sterke focus op blijvend bijscholen ligt, heeft niets te maken met de kwaliteit van de bachelor- en masteropleidingen, maar alles met de razendsnel evoluerende markt. “Wie vandaag als young potential in de sector stapt, kan onmogelijk voorspellen wat diens job morgen zal omvatten. Gebruik daarom de eerste jaren van je loopbaan om je kennis zoveel mogelijk te versterken en te verbreden”, luidt de goede raad van Albert Verlinden. “Zelfs als je denkt alle noodzakelijke theoretische kennis op zak te hebben, dan zijn er ongetwijfeld nog hiaten in je soft skills. Ons platform biedt naast de verplichte erkende kennisopleidingen dan ook aanvullende commerciële en klantgerichte trainingen.”

Net in die constante focus op opleiding zit de kracht van de financiële sector, zegt Verlinden. “Het lijkt een onzekere sector, met de sluiting van bankkantoren en het stijgend aantal onlinetransacties, maar dat hoeft jongeren niet te doen twijfelen. Integendeel. We zagen de voorbije jaren de financiële geletterdheid van de bevolking alleen maar afnemen. Er komt daardoor steeds meer nood aan gespecialiseerde financiële experts die de klant gericht kunnen begeleiden. Wie zich wapent – en blijft wapenen – met de juiste kennis en vaardigheden, wacht dus een mooie toekomst.”

Zelfs als je denkt alle noodzakelijke theoretische kennis op zak te hebben, dan zijn er ongetwijfeld nog hiaten in je soft skills.

De financiële markt, en bij navolging de klant, vraagt om steeds meer verdieping en specialisatie.

IN SAMENWERKING MET...

Het nieuwe telewerkbeleid van Telenet

Hoewel de coronacrisis ons in veel opzichten beperkte, gaf het bedrijven ook de kans om over de grenzen heen te denken. Niet alleen naar hun corebusiness toe, maar voornamelijk met oog op het welzijn van de werknemers én omgeving. Telecomoperator Telenet nam gretig de uitdagingen met beide handen aan en zet ondertussen volop in op een innovatief en evenwichtig mobiliteits- en duurzaamheidsbeleid. Met hybride werken en een slimmere mobiliteit helemaal bovenaan de agenda.

In deze eerste weken van 2021 is een overgroot deel van de bevolking al helemaal ingenesteld in het idee van thuiswerken. Dat we opnieuw iedere dag de baan op moeten om vijf dagen per week op kantoor aanwezig te zijn, lijkt een vreemder concept dan dat we meetings hebben in een ruimte waar we ook ons huishouden managen. Maar het is niet dat hybride werken helemaal afwezig was in het bedrijfsleven voor maart 2020. Hier en daar vond je organisaties terug die het in een light-versie in hun werking integreerden. Ook Telenet, waar cultuur een bijzonder belangrijke pijler is, had al enkele ambitieuze plannen voor zijn nieuwe telewerkbeleid op de stapel liggen. De coronacrisis heeft de opstart van die plannen in een stroomversnelling gebracht.

Telenet is dan ook voortrekker van het Charter Baanbrekende Werkgever, een initiatief van De Lijn, AMS en Jobat. Dat charter geeft organisaties een kader en bijkomende stimulans om doordacht in te zetten op hybride werken en mobiliteit, de twee grote pijlers waar Telenet naarstig aan timmert. Als telecomoperator bevinden zij zich natuurlijk middenin het momentum van het hybride werken – snel internet en een probleemloze connectiviteit zijn immers onmisbaar in tijden van overwegend virtueel contact. Het bedrijf wil zijn maatschappelijke rol opnemen en het voortouw nemen op het vlak van het hybride werken, het verbeteren van de work-lifebalance van de medewerkers en het verminderen van de woon-werk-verplaatsingen.

De grootste hindernis voor de werknemers van Telenet hierbij is een goed evenwicht vinden tussen thuiswerken en werken op kantoor. De verschillende teams moeten op een hybride manier efficiënt kunnen samenwerken en connecteren. Telenet geeft de werknemers en hun teams de vrijheid om dat evenwicht zelf in te vullen. In het nieuwe telewerkbeleid dat het bedrijf – in nauw overleg met de sociale partners – heeft uitgewerkt, staat aangegeven dat medewerkers tot 60 procent per kwartaal remote mogen werken. Remote working kan voortaan ook vanop een locatie in Europa waar de medewerker efficiënt kan werken en connecteren met de andere teamleden. De overige tijd spenderen de medewerkers samen met hun team op kantoor waar formele vergaderingen en informele koffiemomenten gehouden kunnen worden om de verbondenheid met elkaar en de cultuur van Telenet te vrijwaren. Telenet is ervan overtuigd dat dit op lange termijn tot een effectievere en meer efficiënte samenwerking leidt.

Wanneer er dan toch bijvoorbeeld op kantoor wordt afgesproken, is het niet de bedoeling om daar virtuele meetings te houden, wél om tijd te maken voor elkaar als collega’s. Spreek dus niet langer van kantoor, maar zeg eerder ontmoetingsplek. Het hoofdkantoor in Mechelen zal daarin een voortrekkersrol spelen en zal worden ingericht als een combinatie van samenwerkingsruimtes en individuele werkplekken. Weg met het klassieke kantoorbeeld dus, enter een dynamische werkplek waar technologie en interieurarchitectuur een belangrijke rol spelen.

Mobiliteit speelt in het kader van remote werken uiteraard ook een belangrijke rol. Hoe minder verplaatsingen er nodig zijn, hoe minder kilometers op de teller van de (bedrijfs)wagen. En als er dan toch geen alternatieve manieren van verplaatsing mogelijk zijn, dan is die wagen liefst zo groen mogelijk. Met oog op een slimmere en groenere mobiliteit neemt Telenet ook het kantorenpark onder de loep. Kantoren moeten bijvoorbeeld gemakkelijk bereikbaar zijn met het openbaar vervoer en na verloop van tijd zal ook het wagenpark volledig elektrisch worden. En naast carpooling, zal er ook meer aandacht aan de fiets worden geschonken: een steeds populairdere vorm van verplaatsing bij de medewerkers van Telenet. Dat noopt dan weer tot een uitgebreidere infrastructuur met meer douches en fietsparkings. Ook apps die multimodale mobiliteit in de hand werken moeten het gemakkelijker en aantrekkelijker maken voor medewerkers en bezoekers om op duurzame wijze naar Telenet te komen.