BB201903

Page 1

MAART 2019

• Complexe redding na instorting Den Haag • Veranderingen in de vaardigheidstoetsen • PC-LOG, een nieuwe logistieke functie

vakblad voor brandweer, hulpverlening en rampenbestrijding

Overslag voorkomen bij zeer grote brand papieropslag Tilburg

B&B Brand&Brandweer

www.brandenbrandweer.nl

3

JAARGANG 43


DOWNLOADT CHECKLIST

GEBRUIKT STAPPENPLAN

KRIJGT OVERZICHT VAN WETGEVING MET COMMENTAREN ZOEKT BINNEN ALLE ARBO INFORMATIEBLADEN

PRINT GEVONDEN INFORMATIE

BEDENKT OPLOSSING EN BORGT DEZE IN DE ORGANISATIE

GAAT NAAR HSE.SDU.NL

WIL DAT IEDEREEN ’S AVONDS WEER VEILIG THUIS IS

ANALYSEERT SITUATIE EN RISICO’S

WIL DAT ALLE MEDEWERKERS VEILIG KUNNEN WERKEN

Als het om ondersteuning van de HSE expert draait Met behulp van Sdu HSE beantwoordt u vragen vanaf de werkvloer én vanuit het management snel en accuraat. U speelt makkelijk in op veranderende omstandigheden en weet zeker wat de volgende stap is. Met Sdu HSE heeft u altijd en overal toegang tot alle noodzakelijke bronnen. En kunt u aan de slag met innovatieve tools voor de praktijk.

Neem een proefabonnement en ervaar Sdu HSE zelf. Ga naar hse.sdu.nl

 Arbo Informatiebladen  Safety! Magazine artikelen  Arbocatalogi  Wetgeving met toelichting

en commentaar  Jurisprudentie  Updates over regelgeving  Tools voor de dagelijkse praktijk (checklists, vragenlijsten en stappenplannen)


INHOUD

nummer 3 maart 2019

COVERSTORY

27

20 Overslag voorkomen bij zeer grote brand papierloods Tilburg Lange tijd dreigt branddoorslag en brandoverslag als op 4 februari brand uitbreekt in een opslagloods van 3500 m2 met wc-papier en keukenrollen. Het risico wordt groter als na enkele uren de bovenkant van de brandwerende scheiding bezwijkt en vliegvuur in het naastgelegen compartiment komt.

Grote uitdaging bij brand gerenoveerde portiekwoning Vlaardingen Als een dakbrand uitbreekt in gerenoveerde en volledig geïsoleerde portiekwoningen in Vlaardingen, staan ingezette brandweerlieden voor een uitdaging. Zowel het dak als de muren zijn voorzien van een dikke laag EPS isolatie dat zorgt voor een ongebruikelijk snelle branduitbreiding.

ARTIKELEN 30 10 Eerste droneteams in het land opgeleid en operationeel Nadat in juni vorig jaar de ontheffing is verleend voor de droneteams in Twente en Midden- en West-Brabant, is gestart met het opzetten van een opleiding voor piloten en sensorbedieners uit andere regio’s. Droneteams uit Veiligheidsregio Haaglanden en Rotterdam-Rijnmond hebben de opleiding inmiddels gevolgd en zijn operationeel. 14 Gezondheidsmonitoring, integreer PPMO en PAGO Integreer het verplichte Periodiek Preventief Medisch Onderzoek (PPMO) met het vrijwillige Periodiek Arbeidsgezondheidskundig Onderzoek (PAGO), meet en registreer blootstelling aan rook en roet en verzamel op structurele wijze data, zodat er ook onderzoek mee kan worden gedaan. Dat is het advies uit het project Gezondheidsmonitoring bij de brandweer. 16 Complexe inzet na explosie en instorting in Den Haag Vier personen raken bedolven onder het puin wanneer zondagmiddag 27 januari als gevolg van een grote explosie enkele portiekwoningen instorten. Ingezette brandweerlieden en later ook het Specialisme Technische Hulpverlening (STH) staan voor een grote uitdaging bij het redden van de slachtoffers.

Pelotonscommandant logistiek, een nieuwe functie In het onderdeel logistiek van het programma Grootschalig en Specialistisch Optreden Brandweer Nederland (GBO-SO) is het afgelopen jaar hard gewerkt aan de nieuwe functie van pelotonscommandant logistiek (PC-LOG). Wat houdt deze functie in? En hoe heeft de eerste lichting de pilotopleiding ervaren?

RUBRIEKEN 5 6 34 36

Van de redactie Actueel Ingezonden Gespot in de Markt

24 Vaardigheidstoetsen veranderen mee met brandweerpraktijk Door nieuwe ontwikkelingen in het veld te integreren in de vaardigheidstoetsen wil het ABWC de aansluiting met de brandweerpraktijk borgen. Zo wordt gekeken naar het veranderen van de klasse TS-HD in de klasse Brandbestrijding en komt er mogelijk een nieuwe klasse: TS4. Bovendien wordt ook gekeken naar realistischere scenario’s.

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

3


Voor meer informatie: WWW.REGIOSAFE.COM

BRANDWEERPERSONEEL AFLOSSING NABLUSSING BEDRIJFSBRANDWEERZORG VERHUUR MATERIAAL

vakblad voor brandweer, hulpverlening en rampenbestrijding

Ook online en op smartphone

Pensar

’s-Werelds eerste dual-spectrum visie computerplatform. Real-time inzichten mogelijk gemaakt door kunstmatige intelligentie AERIALTRONICS

NEEM CONTACT OP

WASSENAARSEWEG 75 / 1E MIENTLAAN

T: +31 (0) 70 3223224

2223 LA KATWIJK

E: SALES@AERIALTRONICS.COM

NEDERLAND

WWW.AERIALTRONICS.COM


VAN DE REDACTI E

Samenwerken met nieuwe technologieën

H

et werk bij de brandweer vraagt veel kwaliteiten. Kunnen werken onder druk, veilig en creatief omgaan met de beschikbare middelen en op stel en sprong klaarstaan voor de klus. Werken bij de brandweer vraagt ook dat je kunt samenwerken. Of het nu gaat om onze klus op straat, de opleidingen, oefeningen, het maken van nieuwe procedures of het bevorderen van brandveiligheid. Wij doen het samen. Er zijn in deze tijd veel technische mogelijkheden om die samenwerking te ondersteunen. Begin deze eeuw kreeg eerst de mobiele telefoon een vaste plaats bij de brandweer. Daarna kwamen de snellere, betere pc’s, gevolgd door een volgende belangrijke stap: de mobiele data terminal. Ineens kon vanaf afstand informatie rechtstreeks naar een voertuig worden gebracht. De eerste stappen met routenavigatie werden door collega’s gezet. Om daarmee maar gelijk aan te geven; er zit innovatiekracht bij de brandweer. De laatste jaren is er veel ontwikkeling op het gebied van business intelligence, het slim benutten van beschikbare data. Het goed beeldend weergeven van die informatie is hier een belangrijk element. Ik denk dat we daarmee nog aan het begin staan.

getoond worden terwijl je naar de brand kijkt. Informatie over gevaren bij gevaarlijke stoffen die wordt weergegeven terwijl je de verkenning doet. Door het combineren van augmented reality met slimme programmatuur kunnen we onze eigen waarneming sneller aanvullen met informatie. Persoonlijk kijk ik uit naar de komst van deze nieuwe technologieën. Niet alleen vanwege de functionele toepassing. Ik ben vooral nieuwsgierig naar de manier waarop deze technieken onze samenwerking gaan versterken. Tenslotte brengt samenwerken onze brandweer echt vooruit. Albert-Jan van Maren

Rond de kerstdagen was er veel aandacht voor de komst van interactieve speakers in je huis. Nadat eerst onze telefoon kon luisteren naar opdrachten en daarna de televisie, gaat nu ook de rest van ons huis mee in de mogelijkheden om met stembesturing geregeld te worden. Steeds beter zijn computersystemen in staat om te reageren op onze stem. Dat niet alleen, de techniek kan ook steeds beter voorspellen wat je nodig hebt door zogenaamde machine learning. Slimme algoritmes die proberen te voorspellen wat je volgende vraag is. Op internet en vooral op de sociale media platformen is dit veelvuldig en al lang in gebruik. Nu komt dit ook steeds dichter bij het gebruik in onze hulpverlening. Ik had het al over de beschikbaarheid van informatie in en om onze auto’s. Was er ooit een tijd waarin we al blij waren met een kaart van de brandkranen of de route op een pc, inmiddels kan er veel meer. Talloze informatiebronnen kunnen via één druk op de knop worden gepresenteerd. De vraag is niet meer of je het kan zien, maar of je het wilt zien. Er is niet zozeer behoefte aan méér informatie. Er is vraag naar een heldere presentatie van het noodzakelijke. Met de komst van brillen of schermen in ademluchtmaskers ontstaat de mogelijkheid om weer een stap verder te gaan. Waarom een tablet pakken als het ook voor je ogen kan worden gepresenteerd? En dan helemaal: wat is het mooi als die informatie geprojecteerd kan worden op de wereld die je ziet. Dat is de belofte van augmented reality. Niet meer vooraf op een kaart kijken naar de brandkranen, maar om je heen kijken en direct kunnen zien waar ze liggen. Gebouwtoegangen die

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

5


ACTU E EL

Stijging van aantal meldingen voor Stichting Salvage Vorig jaar is Stichting Salvage 78 keer betrokken bij branden met een miljoenenschade, waarvan elf in de droge maand juli. In Noord-Brabant waren met negentien branden, de meeste branden met miljoenenschade. Bij twee incidenten heeft Stichting Salvage vorig jaar de Mobiele Unit geplaatst. Deze wordt met name ingezet bij incidenten met een groot aantal gedupeerden. Het gaat om een brand in een woonzorgcentrum in Breukelen waarbij 117 senioren zijn geëvacueerd uit 110 appartementen zijn ontruimd en om asbestverspreiding bij een flatgebouw met 75 gedupeerden in Amsterdam. KLIMAAT Volgens de stichting spelen klimaatinvloeden een grote rol bij het ontstaan van schade en de benodigde inzet door Salvage. De piekbelasting is direct toe te schrijven aan de veranderende weersomstandigheden, schrijft de stichting. ‘Als we de cijfers van 2018 in vogelvlucht langsgaan, dan zien we dat de gevolgen van de

Fotografie: Stichting Salvage

Stichting Salvage heeft vorig jaar aan 17.752 slachtoffers hulp verleend. Dat is een stijging van tien procent ten opzichte van een jaar eerder. In totaal ging het om 8.069 objecten, waarbij het grootste aantal (82%) het gevolg was van brand. Het overige deel van de meldingen had betrekking op schade door water, storm, blikseminslag of explosie.

klimaatverandering zichtbaar worden. Dat begon al met de storm in januari die ook een grote impact had op de verzekeraars. Ook de extreme droogte in de zomermaanden zorgde voor een toename van het aantal meldingen.’ PILOT Vorig jaar is Stichting Salvage in overleg met betrokken verzekeraars en het Verbond van Verzekeraars, gestart met een versnelde aanpak voor de inventarisering en sanering van asbestverspreiding na brand. Dit jaar wordt besloten of de pilot is geslaagd en

Twee dodelijke branden op Cold Case kalender politie De Nationale Politie heeft dit jaar twee dodelijke branden opgenomen op de coldcasekalender. Het gaat om een brand in de nacht van 15 op 16 september 2007 in Hilversum waarbij de 20-jarige Kim Veerman is omgekomen en om een brand op 5 juli 2007 in Tilburg waarna de 41-jarige Abdeljabbar Tebbaa dood wordt gevonden. Met de coldcasekalender brengt de politie langlopende zaken opnieuw onder de aandacht, hopend op een doorbraak.

6

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

Brand&Brandweer


ACTU EEL

Handreiking buurtbatterijen en opslag lithium-ion accu’s Brandweerlieden, bedrijven en overheidspartijen hebben de handen ineengeslagen en twee handreikingen geschreven, één voor buurtbatterijen en één voor de opslag van lithium-ion accu’s. Deze handreikingen geven zowel overheidspartijen als het bedrijfsleven houvast hoe om te gaan met buurtbatterijen en de opslag van lithium-ion accu’s. ‘We hebben met deskundigen op papier gezet wie welke maatregelen kan nemen om de veiligheid te vergroten’, zegt Sander Lepelaar van Veiligheidsregio Haaglanden. ‘We wilden af van de wildgroei aan tips en adviezen. Hoewel de documenten geen juridische status hebben, wordt de inhoud breed gedragen en geven ze duidelijkheid. Er zijn dus twee handreikingen en daar komt nog een derde bij: over gerecyclede batterijen. Er komt een Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen (PGS) 37. Dit wordt uiteindelijk het definitieve document. Het opstellen van een PGS is een lang en formeel traject, daarom werken wij tot die tijd met deze handreikingen.’

aspecten van de energietransitie. Deze handreikingen voor de opslag van lithium-ion batterijen en elektriciteitsopslagsystemen geven met name brandpreventieve tips. Een mooi voorbeeld is de tip om de wanden van de buurtbatterij aan de binnenkant wit te schilderen. Mocht er brand uitbreken, dan kan met brandonderzoek makkelijker informatie worden afgelezen van een witte muur, dan van bijvoorbeeld een donkergroene muur.’ VAN NUT ‘Uiteraard zetten we verdere stappen’, vertelt Rosmuller. ‘Deze documenten kunnen nu al van nut zijn voor collega’s uit de regio’s die te maken hebben met brandveiligheidsvraagstukken over energieopslagsystemen en lithium-ion batterijen. De versies die nu online staan, zijn werkdocumenten en dus aan verandering onderhevig. In de komende COP battery packs worden beide handreikingen besproken en, indien nodig, bijgesteld.’

BRANDPREVENTIEVE TIPS Nils Rosmuller van het Instituut Fysieke Veiligheid is als lector nauw betrokken bij de energietransitie. Hij maakt deel uit van de Community of Practice battery packs, waarin meerdere deskundigen zitting hebben. ‘Wij zijn volop bezig met de veiligheids-

Studenten ontwerpen mobiel meetstation voor natuurbranden Studenten van de Academie Creatieve Technologie van Saxion Hogeschool hebben in opdracht van Veiligheidsregio Noord- en OostGelderland de technische basis van een mobiel meetstation ontworpen dat alle weersomstandigheden monitort. De komende periode wordt het meetstation klaargemaakt om in het veld te testen.

De opdracht die de studenten hebben meegekregen was dat het mobiele station op ongeveer anderhalve meter boven de grond in ieder geval de windsnelheid en –richting moet kunnen meten. Maar het moet ook de temperatuur, vochtigheidsgraad, en mogelijk ook bepaalde gassen meten en aangeven. Het station moet

Brand&Brandweer

weerbestendig zijn en op batterijen of zonne-energie werken. De gegevens moeten naar een, eveneens te ontwikkelen dashboard, gestuurd kunnen worden, zodat de operationeel leidinggevende die kan inzien. En natuurlijk moeten de gegevens op een veilige manier worden verstuurd.

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

7


ACTU E EL

Cyberveiligheid thema bij zesde Landelijke Veiligheidsdag Het thema van de zesde Landelijke Veiligheidsdag is cyberveiligheid. Tijdens deze dag op zaterdag 25 mei laten landelijke en regionale hulpdiensten zien wat hun werk precies inhoudt. Daarbij hebben ze dit jaar speciale aandacht voor de gevaren van digitale criminaliteit. Ook besteden ze aandacht aan preventie. Het uitgangspunt van de dag is dat het publiek zich bewust wordt van de risico’s die samenhangen met het gebruik van

social media en internet. Bezoekers op het evenement worden bewust gemaakt van de risico’s die zij ongemerkt lopen bij het gebruik hiervan. De focus ligt op bewuster omspringen met het internet. Dit gebeurt op een leuke, interactieve en verrassende manier. Naast de activiteiten op het gebied van cyberveiligheid worden ook verschillende demonstraties georganiseerd, waaronder het blussen van branden en het redden van slachtoffers.

Fotografie: Fred Rotgans

Zaanstreek-Waterland organiseert proefproject burgerhulpverlening Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland organiseert samen met Stan een proefproject voor burgerhulpverlening aan de senioren van wooncomplex Lambert Melisz in Westzaan. Deelnemende burgerhulpverleners worden in geval van een calamiteit 8

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

gealarmeerd om in de eerste minuten hulp te verlenen. Zij krijgen vooraf voorlichting over brandveiligheid en een training hoe ze om moeten gaan met blusmiddelen.

Brand&Brandweer


ACTU EEL

Risico op koolmonoxidevergiftiging onderschat Uit onderzoek van de Nederlandse Brandwonden Stichting blijkt dat 85% van de mensen denkt geen risico te lopen op een koolmonoxidevergiftiging. Ook komt naar voren dat een derde niet weet hoe hij een koolmonoxidevergiftiging voorkomt. Een schril contrast met de praktijk. ‘Alleen al in de regio Rotterdam-Rijnmond krijgen we dagelijks meerdere meldingen over een mogelijke koolmonoxidevergiftiging. In bijna de helft van de gevallen blijkt het ook daadwerkelijk te gaan om een koolmonoxidevergiftiging. Een verontrustend aantal’, aldus Peter Schuurmans, Officier van Dienst bij Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond. ‘Het feit dat er dagelijks meerdere meldingen van koolmonoxide bij de brandweer binnenkomen is zorgelijk. Wij brengen nu in kaart hoeveel incidenten er in alle 25 veiligheidsregio’s plaatsvinden’, vult Jet Vroege aan. Zij is Dossierhouder Koolmonoxide bij Brandweer Nederland. ‘Een koolmonoxidevergiftiging kan echt iedereen overkomen. Het maakt je ziek en leidt in het ernstigste geval tot de dood. Het is van levensbelang dat mensen zich wél bewust zijn van het risico op een vergiftiging en hoe je deze kunt voorkomen. Daarom zijn we begin februari, samen met de Nederlandse Brandwonden Stichting, de campagne Stop CO-vergiftiging gestart.’ In de campagne wordt aandacht besteed aan het voorkomen van een koolmonoxidevergiftiging en aan de lichamelijke klachten bij een (sluipende) CO-vergiftiging.

Brandweer met eigen boot in Canal Parade Het Brandweernetwerk Roze Rood vaart ook dit jaar met een eigen boot mee in de Amsterdam Canal Parde. ‘Het is en blijft belangrijk om de boodschap uit te dragen dat wij als brandweer in Nederland staan voor een organisatie waarin iedereen zichzelf kan zijn’, aldus Bernadette Bakker, bestuurslid van het netwerk Roze Rood. ‘Met onze deelname willen we laten zien dat ook LHBTI bij de brandweer passen. Niet alleen voor de burgers, maar ook aan onze brandweermensen. Door de deelname aan de Canal Parade willen wij hen stimuleren ruimdenkend te zijn en open te staan voor diversiteit. Uiteraard steken we hiermee ook alle collega’s die nog niet uit de kast durven komen een hart onder de riem: de brandweer omarmt je.’ Stephan Hanegraaf was namens Brandweer Nederland aanwezig bij de bekendmaking. ‘Ieder jaar vaart de Canal Parade met een eigen thema. Dit jaar is het algemene thema: remember the past, create the future. Wij richten ons vooral op de toekomst met onze slogan: samen naar een kleurrijke toekomst. Want daar staan we voor en daar gaan we voor. Samen sterk, samen veilig.’

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

9


VAKB E KWAAMH EI D

Drones, op weg naar een landelijke dekking De pilotregio’s Twente en Midden- en West-Brabant hebben in juni vorig jaar een ontheffing gekregen voor het dichter vliegen op mensenmenigtes, boven aaneengesloten bebouwing, industrieobjecten en infrastructuur en om te vliegen in het donker. Het was de start voor het opzetten van een landelijk dekkend dronenetwerk van de brandweer. Een opleiding is opgezet. Het droneteam uit Veiligheidsregio Haaglanden en Rotterdam-Rijnmond hebben die gevolgd en zijn inmiddels operationeel.

DOOR JILDOU VISSER

M

et de ontheffing voor de twee regio’s heeft ook Brandweer Nederland als geheel een ontheffing gekregen in de luchtvaartwet, waardoor ook andere regio’s een droneteam kunnen opzetten. Wel moeten de waarnemers, sensorbedieners en de piloten de opleiding volgen die door de twee pilotregio’s is opgezet. Piloten moeten bovendien eerst een basisvliegbrevet halen voordat ze kunnen starten met de branchespecifieke opleiding die door Twente en Midden- en West-Brabant is ontwikkeld. DE OPLEIDING De branchespecifieke opleiding duurt in zijn geheel acht dagen. In de totale opleiding worden alle drie functies in een droneteam behandeld. Wie alleen wil worden opgeleid voor de functie van waarnemer of sensorbediener volstaat met een opleiding van vier tot vijf dagen. In het eerste blok wordt voornamelijk ingegaan op de theorie. ‘We gaan in op het operationeel handboek, wat daarin staat en hoe regio’s dat kunnen toepassen. Dat handboek hoef je niet uit het hoofd te leren, maar we leren de deelnemers wel om conform die methode te werken en de processen te leren kennen en toe te passen. Verder is het handboek vooral ook een naslagwerk waarin je alles kunt vinden. In het theoriedeel behandelen we ook de vluchtvoorbereiding en de verschillende scenario’s en procedures bij een inzet en de risico’s met een speciale RI&E. Dat blok bestaat uit twee tot drie dagen’, vertelt Martijn Zagwijn van Veiligheidsregio Twente. De theorie die in het eerste blok is behandeld, wordt vervolgens tijdens tweede en derde blok in de praktijk toegepast. ‘In het tweede blok gaan we in op het werken met sensoren die onder de drone hangen, zoals de warmtebeeldcamera en een optische camera. Bij het deel over de warmtebeeldcamera leer je de technieken, maar ook de valkuilen en de interpretatie van de beelden. Met de optische camera kun je normale foto’s maken’, aldus Zagwijn. ‘In dit blok gaan we in de middagsessies op basis van scenario’s ook daadwerkelijk aan de slag. Het is belangrijk dat zowel de waarnemers als de sensorbedieners en de piloot zich de vaardigheden eigen maken. Alle rollen komen in die oefeningen ook aan bod.’ In het derde en laatste deel van de opleiding worden volgens Zagwijn veel scenario’s gedraaid, waaronder een industriebrand, een incident met

10

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

gevaarlijke stoffen, een natuurbrand, technische hulpverlening en het zoeken van een slachtoffer. ‘Bij de mensen die de opleiding nu starten, zit de nachtvluchtmodule daar direct bij in. Voor de teams uit Twente en Midden- en West-Brabant, die al eerder in de pilot zijn opgeleid, geldt dat zij deze module nog aanvullend moeten volgen om ook in het donker te mogen vliegen.’ SENSOREN In de opleiding ligt volgens Zagwijn de focus op de warmtebeeldcamera en de optische camera. ‘Dat zijn de sensoren die we nu tot onze beschikking hebben. We zijn wel aan het kijken of we die kunnen uitbreiden met bijvoorbeeld een sensor waarmee gevaarlijke stoffen kunnen worden gedetecteerd. We verwachten dat daar in de loop van dit jaar wel goede producten voor beschikbaar komen. Als het zover is, voegen we die uiteraard toe aan het programma.’ Zodra andere sensoren beschikbaar komen is het volgens Zagwijn ook van belang dat de huidige teams een bijscholing volgen. ‘Eigenlijk willen we dat alle piloten, waarnemers en sensorbedieners jaarlijks een bijscholingsprogramma volgen om vakbekwaam te blijven. Zover is het nog niet. Dat programma moeten we nog volledig opzetten. We willen nu eerst alle teams in het land de opleiding geven en gaan daarna aan de slag met de bijscholingsprogramma’s.’ VEEL PRAKTIJK IN DE OPLEIDING Rotterdam-Rijnmond en Haaglanden zijn de eerste twee regio’s die een droneteam hebben opgeleid. Robbert Heinecke is één van de teamleden die de opleiding heeft gevolgd. ‘Het eerste deel met de theorie is niet het leukste deel, maar het is wel belangrijk. De theorie wordt wel goed gedoseerd en op een zo leuk mogelijke manier gegeven’, erkent Heinecke. ‘Gelukkig zitten er veel praktijkoefeningen in de opleiding, die delen zijn echt leuk. We hebben geleerd hoe we de drone kunnen voorprogrammeren, zodat hij zelf een route vliegt en we onderweg 3d-foto’s konden maken. We hebben geoefend met het zoeken van vermiste mensen in het bos met een warmtebeeldcamera aan de drone. We hebben verdachte personen in een trein gezocht. Bij een industriebrand de warmtebronnen in kaart gebracht en gezocht naar drugsafval.’ Heinecke vindt het jammer dat het opsporen van gevaarlijke stoffen met bijvoorbeeld een e-nose nog niet in de opleiding zit. ‘Die hebben we in Rotterdam wel, dus technisch kan het. Het zat alleen nog niet in de opleiding, daarvoor moeten we wachten op een bijscholing.’

Brand&Brandweer


VAKBEKWAAMH EI D

De leukste functie uit een droneteam vindt Heinecke de sensorbediener. ‘Als piloot vliegen met een drone is leuk, maar als sensorbediener maak je echt het verschil. Je stuurt de piloot aan, bepaalt de inzet en maakt de beelden.’ NACHTVLIEGEN Eén van de leukste onderdelen uit de opleiding vindt Heinecke het nachtvliegen. Dit deel is net als de andere praktijkonderdelen, in Twente gevolgd. ‘Door de lichtvervuiling is het in Rotterdam nooit helemaal donker, maar in Twente is nog echte duisternis. Als de drone in de lucht hangt, kijk je in een zwart gat’, vertelt hij. ‘Ineens snap je dan ook waarom het nachtvliegen echt een apart deel in de opleiding is. Dat is wel nodig. De drone beschikt over nachtverlichting, maar dan nog zie je ‘m veel minder goed dan overdag. Het is lastig om dan goed de oriëntatie te houden, zodat je continu weet waar je met de drone vliegt. Dat is lastig. “Waar zit dat ding nou”, heb ik meerdere keren gedacht. Het nachtvliegen geeft echt een hele andere dimensie aan het vliegen met drones. Erg leerzaam en zeker een meerwaarde in de opleiding. Het bijzondere was dat zodra we de opleiding hadden afgerond, we diezelfde avond nog gealarmeerd zijn voor een nachtvlucht. Er was een melding binnengekomen dat bij Ouddorp een zeiljacht op zee in nood was geraakt. We zijn toen met de drone gaan zoeken, maar hebben niks kunnen vinden. Achteraf bleek het om een valse melding te gaan.’ OPERATIONEEL De teams uit Haaglanden en Rotterdam-Rijnmond hebben de opleiding afgerond en zijn inmiddels operationeel. In RotterdamRijnmond is gekozen om de inzet van het team iets anders in te richten dan in Twente is gedaan. Dat heeft volgens Heinecke

Brand&Brandweer

vooral te maken met de aanwezigheid van Rotterdam The Hague Airport. ‘Vanwege het vliegveld hebben we te maken met een gecontroleerd luchtruim. Bij ons wordt de piloot als eerste gealarmeerd. Hij vraagt de melding uit en bepaalt of we kunnen vliegen. Als het bijvoorbeeld harder waait dan 12 m/s dan kunnen we niet vliegen. Gaan we wel vliegen, dan meldt hij de vlucht aan bij het vliegveld, alarmeert hij het droneteam en gaat hij rechtstreeks naar de locatie. Daar kan hij de start- en landingsplaats klaarmaken en een schouw doen, zodat het team direct ingezet kan worden als ze ter plaatse zijn. In tegenstelling tot Twente, waar het team als geheel uitrukt, is onze gezagvoerder een soort van vooruitgeschoven post.’ Het team in Rotterdam-Rijnmond wordt vanaf middelbrand in het uitrukgebied van de Gezamenlijke Brandweer gealarmeerd en in de rest van de regio vanaf grote brand. ‘Dat betekent niet dat we dan ook altijd worden ingezet. De gezagvoerder neemt dan contact op met de meldkamer of een inzet daadwerkelijk meerwaarde biedt. Daarnaast bieden we ons soms zelf aan bij interessante incidenten waarvan wij denken dat het een toegevoegde waarde kan zijn.’ NIEUWE REGIO’S Met enkele andere regio’s worden nog gesprekken gevoerd over het opzetten van een droneteam. ‘We willen graag nog minimaal een regio uit het noorden van het land. En Zuid-Limburg heeft interesse. Als we die regio’s hebben opgeleid, dan hebben we een redelijk dekkend landelijk netwerk, maar het is natuurlijk wel zo dat hoe meer regio’s aanhaken, hoe beter de dekking wordt. We willen dat uiteindelijk binnen een uur overal in het land een drone ter plaatse kan zijn.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

11


Hoe AVG-proof bent u?

Doe de AVG Maturity check Zou het niet handig zijn als u inzicht krijgt in waar in de organisatie de grootste risico’s met betrekking tot de AVG zich voor kunnen doen? Met de AVG Maturity check doorloopt u stapsgewijs een vragenlijst. Aan de hand van de uitkomsten komt u per organisatie-onderdeel te weten of er risico’s zijn.

Doe de AVG Maturity check op sdu.nl/sdu-privacyrecht


Inzicht in de Ondernemingsraad NIEUW!

Hét standaardwerk voor iedereen die de medezeggenschap naar een hoger niveau wil tillen

“Goed functionerende medezeggenschap zorgt voor goed presterende organisaties en werknemers die met plezier hun werk doen.” Robbert van het Kaar, auteur van Inzicht in de OR. ISBN: 9789012402873 Prijs: €66,04 excl. btw.

De 30ste editie van Inzicht in de ondernemingsraad bevat een uitvoerige, artikelsgewijze toelichting bij de Wet op de ondernemingsraden, aangevuld met een actueel overzicht van relevante jurisprudentie en een aantal bijlagen met nuttige informatie over de rol van de ondernemingsraad in andere regelgeving. Deze editie is inclusief: Wijzigingen in de privacy wetgeving (AVG) Komende wijzigingen in de wetgeving; o.a. overlegrecht over beloningen, medezeggenschap over pensioenen in kleine ondernemingen Belangwekkende rechterlijke uitspraken over onder meer de rechten van de OR bij benoeming en ontslag van bestuurders en over OR-verkiezingen

Meer informatie en bestellen via www.sdu.nl/inzicht-in-de-or


PERSON EEL & ORGAN ISATI E

Gezondheidsmonitoring, integreer PPMO en PAGO Kan de individuele gezondheidsmonitoring bij de brandweer worden verbeterd? Die vraag stond centraal in het project Gezondheidsmonitoring bij de brandweer. Een projectgroep van medewerkers uit verschillende veiligheidsregio’s, het IFV en PreventPartner hebben die vraag uitgebreid onderzocht. Het advies? Integreer het verplichte Periodiek Preventief Medisch Onderzoek (PPMO) met het vrijwillige Periodiek Arbeidsgezondheidskundig Onderzoek (PAGO), meet en registreer blootstelling aan rook en roet en verzamel op structurele wijze data, zodat er ook onderzoek mee kan worden gedaan. DOOR JILDOU VISSER FOTOGRAFIE JEFFREY KOPER

H

et rapport is opgesteld in het kader van het traject Samen gezond oud worden. ‘Een aantal jaar geleden zagen we in het buitenland berichten over dat brandweerlieden eerder dood gaan en vaker kanker krijgen. In Nederland hadden we geen idee. Dat was toen aanleiding om verschillende onderzoeken te doen naar de effecten van rook en roet op het lichaam en te starten met schoon werken’, vertelt Ellen Buskens, voorzitter van de vakgroep arbeidsveiligheid. ‘Daarbij ontstond ook de vraag hoe we de gezondheid van onze medewerkers in beeld gaan brengen. Gezondheidsmonitoring gaat verder dan alleen de blootstelling aan rook en roet, de wisselende diensten en daardoor verstoorde nachtrust, blootstelling aan hitte en de mentale gezondheid vallen hier ook onder.’ PPMO EN PAGO Voor het opzetten van de gezondheidsmonitoring heeft de projectgroep advies ingewonnen bij verschillende gezondheids-

kundigen en andere branches. Met hen is gekeken naar de huidige systematiek binnen de brandweer. ‘Het PPMO is verplicht en wordt binnen de brandweer gezien als functie-eisentest terwijl er ook vragen worden gesteld die meer ingaan op of je gezond genoeg bent om je werk uit te kunnen voeren. Daarnaast bestaat het PAGO dat meer ingaat op gezondheidskundige vragen. Het

‘BEIDE ONDERZOEKEN SAMEN GEVEN EEN GOED BEELD VAN DE GEZONDHEID’ PAGO is vrijwillig en is bedoeld voor de vroege opsporing van arbeidsgerelateerde klachten en ziekten waarvoor een behandeling mogelijk is. Binnen PPMO meten we veel dingen die in het PAGO thuishoren, denk bijvoorbeeld aan de buikomvang in relatie tot het gewicht en de mentale vragenlijst’, aldus Buskens. ‘Beide onderzoeken samen geven een goed beeld van de gezondheid van een medewerker. Ons advies is daarom ook om beide onderzoeken te integreren en daarbij een onderscheid te maken tussen de verplichte vragen die betrekking hebben op de functieeisen en de vrijwillige vragen die meer gaan over preventieve gezondheid.’ BORGING KWALITEIT Een tweede advies van de projectgroep is dat het PPMO in het hele land op dezelfde manier moet worden vormgegeven en uitgevoerd. ‘We willen kijken of we het centraal kunnen gaan organiseren, zodat we de data ook centraal anoniem kunnen opslaan. Op die manier krijgen we veel beter inzicht in de gezondheid van onze medewerkers en kunnen we eerder signaleren dat dingen niet goed gaan’, aldus Buskens. ‘Op dit moment kan dat niet. Alle regio’s voeren PPMO op hun eigen manier uit. Je krijgt dan een situatie waarin je appels met peren gaat vergelijken. Als dit advies wordt opgevolgd, betekent dat wel een grote organisatorische verandering. Daarnaast willen we kijken of we de frequentie van het PPMO en het PAGO aan kun-

14

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

Brand&Brandweer


PERSON EEL & ORGAN ISATI E

nen passen naar één keer in de twee jaar voor alle medewerkers, ongeacht leeftijd. Het vroegtijdig opsporen van arbeidsgerelateerde ziektes is immers voor alle leeftijden van belang. Ik ben ervan overtuigd dat dat haalbaar is. Als we echt samen gezond oud willen worden, moeten we beter op dit soort interventies gaan inzetten.’ REGISTREREN BLOOTSTELLING Binnen het project gezondheidsmonitoring is het volgens Buskens van belang om niet alleen te kijken naar de gezondheid van de medewerkers, maar ook om de blootstelling aan rook en roet te registreren. ‘Op die manier kunnen we in de toekomst veel beter onderzoeken of er verbanden te vinden zijn tussen de blootstelling en bepaalde ziektes. Op dit moment hebben we

‘ALS WE SAMEN GEZOND OUD WILLEN WORDEN, MOETEN WE OP DIT SOORT INTERVENTIES INZETTEN’ geen idee hoe vaak en waaraan we onze medewerkers blootstellen en wat daar eventueel de risico’s van zijn. Om dat inzichtelijk te krijgen en er echt wetenschappelijk onderzoek naar te kunnen doen, is het van belang dat alle regio’s het op dezelfde

Brand&Brandweer

manier gaan registreren.’ Ingewikkeld is dat volgens Buskens niet. ‘We weten immers al wie naar welke melding uitrukt en hoe lang die inzet duurt. Op basis daarvan kun je al iets zeg-

‘HET IS VAN BELANG DAT ALLE REGIO’S OP DEZELFDE MANIER GAAN REGISTREREN’ gen over de blootstelling en de duur ervan aan rook en roet. Dit zouden we ook per functie vorm kunnen geven, zodat we hierin ook instructeurs, medewerkers van de ademluchtwerkplaats en officieren mee kunnen nemen.’ VERVOLG Of de adviezen daadwerkelijk worden opgevolgd, weet de voorzitter van de vakgroep arbeidsveiligheid niet. ‘We hebben te maken met 25 werkgevers. Zij moeten hierover een besluit nemen. Wij gaan daarom nu met dit rapport het land in om uit te leggen wat het advies betekent en wat ermee organisatorisch gaat veranderen. Vervolgens is het aan de regio’s als werkgever om te beslissen of ze de adviezen willen opvolgen. Wij hopen uiteraard van wel, omdat we hiermee echt een slag kunnen slaan in het samen gezond oud worden.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

15


REPRESSI E

Complexe inzet na explosie en instorting in Den Haag Vier personen raken bedolven onder het puin wanneer zondagmiddag 27 januari als gevolg van een grote explosie enkele portiekwoningen instorten. Het is een grote ravage. Verdiepingsvloeren zijn naar beneden gekomen en het aantal slachtoffers is lange tijd onduidelijk. Ingezette brandweerlieden en later ook het Specialisme Technische Hulpverlening (STH) staan voor een grote uitdaging bij het redden van de slachtoffers. De redding duurt in totaal ruim acht uren.

DOOR JILDOU VISSER FOTOGRAFIE REGIO 15

O

mdat het vermoeden bestaat dat de explosie is veroorzaakt door gas, wordt ook Adviseur Gevaarlijke Stoffen (AGS) Marijn van Eijsden gealarmeerd. ‘Bij een explosie is gas een van de eerste dingen waar je aan denkt. In dit geval wilde ik andere oorzaken als een cocaïnewasserij of de voorbereiding van een terroristische aanslag niet direct uitsluiten’, begint van Eijsden. Aanrijdend luistert hij mee met de eerste berichten. ‘De centralist kon meekijken met camerabeelden en wist dus precies wat er aan de hand was. Als je hoort dat er mogelijk meerdere mensen onder het puin liggen, dan weet je direct dat het een serieuze inzet wordt.’ Van Eijsden weet op dat moment ook dat het reddingsteam van USAR.NL niet beschikbaar is. Zowel het team als het materieel zijn voor een herclassificatie in Denemarken. Alleen de hondengeleiders zijn beschikbaar. ‘Ik heb de meldkamer toen als tip meegegeven om het STH achter de hand te houden.’ Ter plaatse ziet Van Eijsden in één oogopslag dat de voorgevel er volledig uit ligt, de verdiepingsvloer is ingestort en er een grote bult puin ligt. Bovendien ruikt hij bij vlagen gas. De eerste eenheden zijn op dat moment al ter plaatse. De AGS meldt zich bij de eerste bevelvoerder. ‘Hij wilde de auto’s die voor het ingestorte 16

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

Brand&Brandweer


REPRESSI E

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

17


REPRESSI E

pand stonden en waar het puin tegenaan lag, weg laten halen. Ik heb geadviseerd dat niet te doen, omdat het risico bestond dat het puin zou kunnen gaan schuiven en heb in overleg met hem een eerste schouw uitgevoerd.’ Van Eijsden is ook een van de group leaders search and rescue van USAR.NL en heeft kennis van ingestorte gebouwen. ‘Tijdens mijn schouw zag ik dat het pand aan de voorkant van boven naar beneden was ingestort. De scheidingsmuren naar de naastgelegen portiekwoningen waren nog in tact, maar wel hun steun kwijt. De eerste verdiepingsvloer was volledig weg, de tweede verdiepingsvloer lag schuin op de berg puin. Het dak hing door, want die was het draagvermogen van de weggeblazen voorgevel kwijt. Met de explosiegevaarmeter meette ik op enkele punten 28% LEL gas. Doordat het in de open lucht was, waaide dat snel weg. Toch houd je in je achterhoofd dat er punten kunnen zijn waar het gas onder het puin kan ophopen. Zowel het gas als de elektriciteit moesten dus zo snel mogelijk worden afgeschakeld. Ik zag niets dat kon duiden op een drugslab of een terroristisch motief en dus ga je vanaf dat moment ervan uit dat gas de oorzaak van de explosie is geweest.’ REDDEN SLACHTOFFERS Schaduw Hoofdofficier van Dienst (HOvD) Martijn van Straten komt dan net ter plaatse. ‘Er was gelukkig al veel politie ter plaatse om de straat te ontruimen en alles af te zetten. Ik zag dat Van Eijsden als AGS ter plaatse was. Ik weet dat hij ook bij USAR.NL zit en heb hem daarom gekoppeld aan de eerste Officier van Dienst (OvD). We konden zijn kennis goed gebruiken.’ In overleg met de HOvD, de OvD en de AGS wordt het plan gemaakt om de slachtoffers die ze onder het puin zien liggen, zo snel mogelijk eronder vandaan te halen. ‘Aan de voorkant lagen er twee onder het puin, aan de achterkant één. Daarnaast was er nog een vierde slachtoffer waarmee wel contact was, maar die iets dieper onder het puin lag. Verder hebben we het STH gealarmeerd en Stedin laten komen om zo snel mogelijk het gas en de elektriciteit af te schakelen’, aldus Van Straten. Van Eijsden: ‘Toen zijn we de inzet

18

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

gestart. Je weet dat daar risico’s aan zitten, maar snelheid was geboden, want er lagen levende slachtoffers onder het puin. Bij dit soort instortingen kun je nooit veilig opereren, maar wel zo veilig mogelijk. Om dat te doen hebben we zowel aan de voor- als aan de achterkant iemand gezet die op de rechter muur lette en iemand die het dak in de gaten hield. Zodra in de constructie iets zou veranderen, zouden we direct terugtrekken. Verder was het een kwestie van met de handen grote brokstukken weghalen en op die manier de slachtoffers uitgraven.’ De eenheden weten al vrij snel twee slachtoffers aan de voorkant onder het puin vandaan te halen en één aan de achterkant. Het vierde slachtoffer kunnen ze op dat moment niet bijkomen. ‘Het was te risicovol. De bevelvoerder aan de achterkant heeft me op een gegeven moment geroepen om te komen schouwen. Tijdens de redding van het slachtoffer zag hij een steeds groter wordende scheur in de zijmuur ontstaan. Op dat moment was de scheur ongeveer vijf centimeter. Het risico dat deze groter zou worden en de constructie verder zou verzwakken was te groot en dus hebben we ons teruggetrokken.’ In het CoPI wordt dan nog druk gewerkt aan het in kaart brengen van het mogelijke aantal slachtoffers. ‘Het waren in ieder geval vier, maar konden er ook meer zijn. Agenten hebben in de buurt veel gesprekken gevoerd met omwonenden om precies in kaart te brengen wat er is gebeurd en of er mogelijk nog vermisten waren. Daarbij is ook de Gemeentelijke basisadministratie (GBA) geraadpleegd en zijn telefoons uitgepeild en familieleden gebeld’, aldus Van Straten. ‘Dat was een flinke klus. Lange tijd konden we niet met zekerheid zeggen hoeveel slachtoffers er waren.’ STH Dan komt ook het STH ter plaatse. Van Straten geeft hen de opdracht om samen met Van Eijsden, de OvD en bouw- en woningtoezicht een inzetplan te maken. ‘Vanuit mijn USAR. NL achtergrond kende ik de teamleider STH goed. Dat werkt snel en prettig. We hadden aan een half woord genoeg’, vertelt Van Eijsden. ‘Ik heb hem meegenomen in mijn beeld dat het

Brand&Brandweer


REPRESSI E

aan de achterkant te onveilig was. Nadat hij zelf heeft gekeken, bevestigde hij dat. Toen bleven nog twee inzetopties over. Via de naastgelegen woning onder de grond en onder het puin door naar het slachtoffer toewerken. En van bovenaf al het puin weghalen. Dat laatste wilden we eigenlijk niet, omdat het risico bestond dat het puin zou kunnen gaan schuiven. We hebben toen eerst geprobeerd om via de buren onder de grond bij het slachtoffer te komen.’ De teamleden STH maken een gat in de grond en zijn een tunnel gaan graven richting het slachtoffer. Met stempelmateriaal wordt de tunnel continu verstevigd. ‘Het is een redelijk veilige manier van werken, doordat je onder het puin doorgaat. Eenmaal bij het slachtoffer kwamen ze alleen tot de ontdekking dat hij klem lag onder een balk. Hij was onmogelijk van onderaf te bevrijden. Dat was balen. Na zes uren hebben we deze inzet alsnog moeten staken.’ Het STH, Van Eijsden, de OvD en bouw- en woningtoezicht besluiten dan dat nog slechts één optie over is: het verwijderen van het puin van bovenaf. Hiervoor moeten eerst de auto’s aan de voorkant van het puin worden weggehaald. Van Eijsden: ‘Ik was bang dat het puin daardoor zou kunnen gaan schuiven, maar we hadden geen andere optie meer. Om dit zo veilig mogelijk te doen hebben we een portofoon aan een stok bevestigd en die naar het slachtoffer toegeschoven. Op die manier konden we tijdens de inzet met hem communiceren. We hebben hem ook gevraagd om het aan te geven als hij het puin voelde schuiven, dat heeft hij ook een paar keer gedaan.’ Nadat de auto’s zijn verplaatst kunnen met een grote kraan de verdiepingsvloer en de grote stukken beton worden verwijderd. Vervolgens worden alle brokstukken voorzichtig met de hand verwijderd, net zo lang tot de reddingswerkers bij het slachtoffer kunnen komen. Met hydraulisch redgereedschap weten ze de balk waaronder de jongen klem ligt, te stabiliseren en hem te bevrijden. ‘Als dat lukt, ben je ontzettend blij. Je weet dat zodra je in een berg stenen stukken gaat weghalen, de boel kan gaan schuiven. Wat dat betreft is het net mikado. Je bent continu bezig met het maken van en voorbereiden op een plan

Brand&Brandweer

plus en een worst case scenario. Vier slachtoffers levend onder het puin vandaan halen is voor Nederlandse begrippen uniek, maar ook bij USAR.NL maken we dat niet vaak mee. Dat dat nu lukt, maakt me trots.’ Nadat het vierde slachtoffer is bevrijd, worden de honden van USAR.NL op de puinberg losgelaten. Zij kunnen zoeken en aangeven of er mogelijk nog meer mensen onder het puin liggen. Dat blijkt niet het geval. EXPERTISE Zowel Van Straten als Van Eijsden kijken terug op een geslaagde inzet. Eén van de succesfactoren is volgens de AGS, dat optimaal gebruik is gemaakt van de expertise van de mensen ter plaatse en de specialistische eenheden in het land. ‘We spreken nu een paar jaar over situationele commandovoering. Bij dit incident hebben we het specialistische commandotype goed toegepast. De aanwezige kennis is goed benut en binnen tien minuten na aankomst is STH gealarmeerd. Ik ben blij dat de OvD, HOvD en Van Straten ook mijn kennis hebben gebruikt en daarin verder hebben gekeken dan de rol die ik op dat moment had. Het lijkt misschien wat gek als een AGS adviseert op bouwkundige onderwerpen, maar in dit geval was het de beste keuze. De afkorting AGS stond in dit geval voor Adviseur Gevaarlijke Situaties’, grapt Van Eijsden. Hoewel de complexe inzet goed is gegaan, heeft Van Straten nog wel een leerpunt. ‘Het koppelen van de experts van buiten aan de eigen eenheden is een aandachtspunt. Je merkt dat je dat niet dagelijks doet. De uitdaging is dan met name om iedereen in hetzelfde beeld mee te krijgen. Een expert van bouw- en woningtoezicht heeft bijvoorbeeld veel verstand van constructies, maar wel bij gebouwen die in tact zijn. Je moet investeren in het delen van beelden om iedereen uiteindelijk op één lijn te krijgen en samen de inzet te bepalen’, besluit Van Straten. ‘Een ander aandachtspunt is de aflossing. Voor de eenheden zijn we daar al na een paar uur mee begonnen, maar je merkt dat de aflossing van leidinggevenden er weleens bij blijft. Dat kan beter.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

19


BRAN D VAN DE MAAN D

Overslag voorkomen bij zeer grote brand papierloods Tilburg

20

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

Brand&Brandweer


BRAN D VAN DE MAAN D

Als in de ochtend van 4 februari een grote brand uitbreekt in een opslagloods voor papier, dreigt lange tijd branddoorslag en brandoverslag. Het brandcompartiment is in totaal 3500Â m2 en staat vol met wc-papier en keukenrollen. Het tweede compartiment in de loods is een papieropslag van nog eens 5500 m2. Er zit een brandwerende muur tussen beide compartimenten, maar de deur erin staat open. Bovendien bezwijkt in de loop van het incident het bovenste deel van de brandwerende scheiding, waardoor vliegvuur in de tweede papierloods terechtkomt.

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

21


BRAN D VAN DE MAAN D

DOOR JILDOU VISSER

O

fficier van Dienst (OvD) Sasbout Korting wordt die ochtend rond kwart voor elf gealarmeerd voor een brand industrie. ‘Op de vraag wat voor bedrijf het was, kreeg ik het antwoord dat het ging om een opslaglocatie voor papier. De hal was in z’n totaliteit ongeveer negenduizend m2. Als je aanrijdend al grote rookwolken ziet, weet je dat je flink aan de bak moet.’ Ter plaatse schaalt Korting direct op naar grote brand en rijdt naar de achterkant van het gebouw. ‘Daar zag ik dat de brand in de hal bijna uitslaand was en heb ik opgeschaald naar zeer grote brand. Vervolgens ben ik een verkenning gaan doen. Ik zag dat de loods van het naastgelegen bedrijf met een grootte van ongeveer 25.000 m2 op ongeveer vijf meter afstand stond. Daar stond een enorme watertank voor de sprinklerinstallatie voor de deur. Verder zag ik aan de buitenkant van de brandende loods veel kunststof kratten en zag ik dat de loods bestond uit twee grote compartimenten. In de loods stonden vier pallets opgestapeld met op iedere pallet ongeveer twee meter hoog opgestapelde keukenrollen en wc-papier. De loods stond helemaal vol. Toen ik dat zag, wist ik dat we de brand in de loods niet konden blussen en in moesten zetten op het voorkomen van overslag naar het aangrenzende compartiment en het naastgelegen bedrijf.’ Korting schaalt dan ook op naar zeer grote brand, GRIP 1 en laat een tweede peloton alarmeren. Daarnaast laat hij

22

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

ook de Fire Defender komen. ‘Die buizen wilden we leggen tussen de brandende hal en de loods van het naastgelegen bedrijf om daarmee overslag te voorkomen.’ Daarnaast zet hij een ploeg in het voorste compartiment in om te voorkomen dat de brand door de deur in de brandscheiding doorslaat. De hoogwerkers worden rondom het brandcompartiment ingezet op het voorkomen van uitbreiding en de eerste twee TS’en op de brandscheiding. ‘De compartimentering deed zijn werk.’ Dan komt ook Hoofdofficier van Dienst (HOvD) Joost Pot ter plaatse. ‘De complicerende factor was dat er tegelijkertijd een grote brand in Etten-Leur woedde. Een deel van de Fire Defender. Het was een behoorlijke klus om in kaart te brengen wat waar stond en welke delen nog beschikbaar waren. Daarnaast heb ik bij de gemeente informatie opgevraagd over het buurbedrijf. Er stond een sprinklertank voor dat bedrijf, dus dan weet je dat daar een aandachtspunt zit.’ Rond 12.15 uur start het eerste CoPI. De grootste aandachtspunten daarin zijn de brandbestrijding, maar ook het verkeersinfarct op het industrieterrein waarvoor een verkeerscirculatieplan wordt opgesteld. Als alle eenheden zijn ingezet en de Fire Defender is geplaatst, wordt duidelijk dat de inzettactiek van Korting werkt. ‘Door de plaatsing van het waterscherm tussen de brand en de naastgelegen loods neemt de stralingshitte erg af. Het materiaal van die loods was al aan het uitdampen, dat is door de Fire Defender gestopt. Daarnaast deed de brandscheiding in de loods zijn werk.’

Brand&Brandweer


BRAN D VAN DE MAAN D

VLIEGVUUR De brandscheiding in de loods is een uur brandwerend. Na een paar uur begint de scheiding aan de bovenkant te bezwijken. ‘In de bovenste twee meter zijn gaten gevallen. Het waaide stevig. De wind stond vol op de brand. Delen brandend papier vlogen door de gaten in de brandscheiding naar het aangrenzende compartiment. Ze kwamen op de opgestapelde wc-rollen terecht. Dat was een spannend moment. We konden daar met de stralen niet bij. Tegelijkertijd wil je zo weinig mogelijk water gebruiken, want je weet dat de stapels wc-papier kunnen inzakken als ze aan de onderkant nat worden. We hebben dus bewust geprobeerd met zo weinig mogelijk water het deel op ongeveer achter meter hoogte nat te houden. De kans op branduitbreiding was groot’, vertelt Korting. Hij besluit om alle deuren in de hal te sluiten, om de wind zo weinig mogelijk vrij spel te geven. ‘Dat werkte. Door het sluiten van de deuren nam de trek door het pand af. Ik wist dat het niet te lang moest duren. Gelukkig bezweek op dat moment ook het brandcompartiment. Ik wist dat we de brand zo snel mogelijk moesten blussen. Ik heb kranen laten komen om daarmee de brandende delen uit elkaar te kunnen trekken en af te kunnen blussen.’ BRAND MEESTER Pas rond een uur of acht ’s avonds geeft Pot het sein brand meester. Op dat moment is het grootste deel van de brand geblust.

Brand&Brandweer

‘We hadden de brand al een tijd onder controle, maar door het vliegvuur was er steeds het risico dat het papier in de aangrenzende loods kon gaan branden. Als dat was gebeurd, was de kans groot dat ook het naastgelegen bedrijf in vlammen op zou gaan. Die kans op escalatie hebben we lange tijd in ons achterhoofd gehouden. Pas toen dat echt uitgesloten was, heb ik het sein brand meester gegeven.’ AFLOSSING Hoewel zowel Korting als Pot met een goed gevoel terugkijken op de inzet, heeft Pot wel een leerpunt. ‘We hebben veel aandacht gehad voor de aflossing van de eenheden, maar als je naar jezelf kijkt, ben je daar toch te makkelijk in. Je denkt al snel dat de inzet bijna voorbij is en het daardoor niet nodig is, maar al met al duurt het zo een paar uur langer dan je verwacht en dan is het een lange inzet. We moeten net zo scherp zijn op de eigen aflossing als dat we zijn op de aflossing van de eenheden.’ Ook Korting heeft een leerpunt overgehouden aan de inzet. ‘Door de hectiek in de beginfase van het incident bespreek je het inzetplan met één of twee bevelvoerders. De rest heeft daar niets van meegekregen. Een volgende keer is het denk ik beter om in één keer alle bevelvoerders bij te praten, zodat iedereen hetzelfde beeld heeft’, aldus de OvD. ‘Verder ben ik vooral tevreden over de inzet. De brandwerende scheiding heeft echt geholpen en zijn meerwaarde bewezen.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

23


VAKBEKWAAMH EI D

Vaardigheidstoetsen veranderen mee met brandweerpraktijk Met de vaardigheidstoetsen wil het Algemeen Brandweer Wedstrijd Comité (ABWC) het lerend vermogen van de brandweer bevorderen. Aansluiting houden met de realiteit van de brandweerpraktijk is van belang, door nieuwe ontwikkelingen in het veld te integreren. De klasse TS-HD verandert daarom in de klasse Brandbestrijding en mogelijk komt er een nieuwe klasse: Klasse TS4. De scenario’s van de toetsen kunnen volgens landelijk coördinator Gert Mulder nog realistischer. ‘In ruim de helft van de brandscenario’s vallen twee of meer slachtoffers. Dit strookt niet met de werkelijkheid.’

DOOR ELLEN SCHAT FOTOGRAFIE EVELINE HOFMAN

D

e lente breekt aan, het ‘wedstrijdseizoen’ staat voor de deur: vanaf begin maart zetten 585 brandweerploegen hun beste beentje voor tijdens de provinciale, gewestelijke en landelijke vaardigheidstoetsen van het ABWC. Tot in september organiseren enthousiaste ploegen en veiligheidsregio’s bijna honderd vaardigheidstoetsen. Het aantal

deelnemers dat zich voor dit jaar heeft opgegeven, stemt landelijk coördinator Gert Mulder, Officier van Dienst (OvD) en specialist operationele voorbereiding bij brandweer Zeeland, tevreden. ‘Het zijn zes ploegen meer dan vorig jaar, een kleine stijgende lijn dus.’ De vaardigheidstoetsen hebben zich ontwikkeld van een spel tot hoogwaardige testen waarin het wedstrijdelement een krachtig element is. ‘Omdat de stress die bij een wedstrijd komt kijken, lijkt op de stress bij de realiteit van het brandweerwerk.’ Die aansluiting bij de praktijk vraagt om veranderingen, want de praktijk verandert. Onderzoeken en visies bieden de laatste

De komende tijd onderzoekt het ABWC hoe de vaardigheidstoetsen voor het publiek zichtbaarder kunnen zijn.

24

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

Brand&Brandweer


VAKBEKWAAMH EI D

Klasse Oppervlakteredding stopt Slechts zes ploegen hebben zich dit jaar opgegeven voor de klasse Oppervlakteredding. Te weinig, oordeelde het ABWC met pijn in het hart. ‘We hebben er hard aan getrokken, maar het potentieel is er niet. Het strookt ook met het relatief lage aantal ploegen dat oppervlakteredding als specialisme heeft. Er is geen groei meer mogelijk.’ Op 7 september wordt de laatste toets voor de zes ploegen gehouden, als afscheidswedstrijd.

De klasse Oppervlakteredding stopt. Op 7 september wordt de laatste toets voor de zes ploegen gehouden.

jaren nieuwe inzichten op het gebied van brandbestrijding, bijvoorbeeld over de noodzaak van een buitenverkenning. Ook werken met hoge druk is niet meer vanzelfsprekend. Mulder: ‘De toets heeft als doel een brand effectief, veilig en verantwoord te bestrijden. Met welke middelen je dat doet, is van ondergeschikt belang. Er zijn ploegen die al met lage druk o-bundels en schuim werken. Vorig jaar deed een ploeg van Veiligheidsregio Utrecht mee, zij hebben alleen maar o-bundels op de TS. Ook dat dwingt ons om kritisch te kijken naar de klasse TS-HD.’ De klasse TS-HD wordt dit jaar in een pilot omgevormd naar de klasse Brandbestrijding. Die kan dan volgend jaar in de toetsen worden aangeboden. In deze klasse krijgen de ploegen brandscenario’s voorgeschoteld die met verschillende blusmiddelen bestreden kunnen worden, maar wel gericht en beargumenteerd. De dynamische enscenering zorgt bij een verkeerd ingezet blusmiddel voor een verslechtering van het scenario. In maart wordt een toetsdag (pilot) gehouden met zeven ploegen om te onderzoeken hoe zo’n toets eruit zou komen te zien en wat dit van de beoordelaars vergt. ‘Dat is nog niet zo eenvoudig. Je moet als jurylid meer kennis hebben over brandgedrag en brandverloop, het onderzoeksterrein van lector brandweerkunde Ricardo Weever.’ VARIABELE VOERTUIGBEZETTING Het ABWC onderzoekt of er behoefte is aan een nieuwe klasse TS4. Steeds meer brandweerposten werken met een variabele voertuigbezetting. Zeven ploegen die met de TS4 werken komen dit jaar tijdens een pilotdag samen. Het ABWC kijkt wat zij eventueel kan bieden. Als er voldoende belangstelling is, zou ook deze klasse in 2020 van start kunnen gaan. Omdat er geen les- en leerstof is waarop getoetst kan worden, is ook dit geen makkelijk te beoordelen klasse. ‘Iedere regio heeft variabele voertuigbezetting op een eigen manier geïmplementeerd, dus we kijken naar veiligheid, efficiëntie en effectiviteit. Daarvoor moeten we een goed beoordelingssysteem opzetten.’ Aansluiten bij de realiteit betekent ook een zo realistisch mogelijk

Brand&Brandweer

scenario voor alle vaardigheidstoetsen. Hoewel de organiserende ploegen alles uit de kast trekken, zijn de scenario’s volgens Mulder soms te ingewikkeld. ‘In ruim de helft van de brandscenario’s vielen vorig jaar twee of meer slachtoffers. Dat strookt niet met de praktijk. Je kan op een andere manier ook zwaartepunten inbouwen, bijvoorbeeld door een plotseling branduitbreiding.’ SITUATIONELE FEEDBACK Het geven van directe effectieve persoonlijke feedback via een vast stramien is volgens Mulder een van de beste veranderingen die het ABWC de afgelopen jaren heeft doorgevoerd. ‘Dat is heel waardevol. Ik hoor daar eigenlijk alleen maar positieve reacties over.’ Nu wordt een volgende stap gemaakt, naar situationele feedback. ‘Dit betekent dat feedback gegeven wordt over de situatie, eventueel groepsgewijs. Brandweerwerk is ook bij uitstek

Het ABWC onderzoekt of er behoefte is aan een nieuwe klasse TS4.

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

25


VAKBEKWAAMH EI D

een teamprestatie. In de toetsen wordt die rol nu vaak onderbelicht. Ook wordt de digitale verwerking van scores verder onderzocht. De waarnemers werken dan met tablets in plaats van papieren om de beoordelingslijsten in te vullen. Dat scheelt tijd. Lastig hierbij is wel dat altijd en overal internet beschikbaar moet zijn.’ VERBINDING MET PROGRAMMA’S VAKBEKWAAMHEID De verbinding tussen de vaardigheidstoetsen en de regionale programma’s vakbekwaamheid is een blijvend punt van aandacht. De afgelopen twee jaar zijn hierin al stappen gezet. Volgens Mulder doen bijna alle regio’s wel iets aan de koppeling tussen vakbekwaamheid en de vaardigheidstoetsen. De provinciaal coördinator die de rode draad in de toets vertaalt in het programma vakbekwaamheid bijvoorbeeld, of de toets die in het portfolio van een manschap wordt opgenomen. ‘Maar Het ABWC wil de volgende stap zetten, van persoonlijke feedback naar situationele feedback. deze koppeling kan nog veel sterker. We gaan in maart een presentatie houden voor de Raad van Brandweercommandanten, waarin we over de vaardigheidstoetsen voor het publiek zichtbaarder en beter onze doelstelling en nieuwe ontwikkelingen vertellen en ook te volgen kunnen zijn. Mulder: ‘Voorzitter Stephan Wevers van laten weten wat de commandanten voor ons kunnen betekenen.’ Brandweer Nederland daagde ons vorig jaar tijdens een themadag uit: laat je zien! Dat heeft ons aan het denken gezet, dus ZICHTBAARHEID gaan we kijken naar de mogelijkheden. Denk aan het plaatsen Vaardigheidstoetsen zijn een perfecte gelegenheid om het van grote schermen of het inzetten van drones. We zijn overigens publiek te laten zien wat de brandweer doet. Geïnteresseerden altijd afhankelijk van de apparatuur die de organiserende regio’s zijn vaak welkom tijdens de toetsen, maar worden regelmatig hebben. Maar ook zonder apparatuur kun je als regio wel iets achter een rood-wit afzetlint gezet en krijgen weinig mee van de doen. Zo zou de provinciaal coördinator het scenario in de media actie. Soms is de locatie ook niet geschikt voor publiek, zeker als persoonlijk kunnen toelichten, waardoor het publiek al een de toets binnen is. De komende tijd onderzoekt het ABWC hoe duidelijker beeld heeft van de inzet.’ ■

Hoe kunnen de vaardigheidstoetsen het leervermogen verder stimuleren? Het ABWC liet vorig jaar een interne audit uitvoeren. Hoe kan het meer eenheid in de uitvoering en organisatie van de vaardigheidstoetsen krijgen, om zo het lerend vermogen van de toetsen te verhogen? De negen aanbevelingen in het rapport DoIT hebben veranderingen in de vaardigheidstoetsen in gang gezet of versneld.

team en coach van de waarnemers. Geef situatie afhankelijke feedback aan het team of aan individu’s. 5 Laat de (assistent) provinciaal coördinator een meer coachende, sturende en corrigerende rol aannemen voor waarnemers op het gebied van directe feedback. 6 Geef niet alleen de waarnemer van de OvD en bevelvoerder, maar

Scenario en enscenering: 1 Voor de organiserende ploegen: bepaal een centraal leerdoel in het scenario, voorkom dat de locatie het scenario bepaalt.

ook die van de manschappen een meeluisterset mee. 7 Vereenvoudig waarnemen en beoordelen van manschappen en beperk het papierwerk.

2 Zorg dat realiteit en nieuwe ontwikkelingen worden opgenomen in de vaardigheidstoetsen, zoals die uit de publicatie Casuïstiek uit

Organisatie en vrijwilligheid

Brandonderzoek, Trends om van te leren.

8 Verbeter de (ver)binding tussen de vakbekwaamheid in de veilig-

3 De enscenering moet bijdragen aan de centrale leerdoelstelling(en) en passen in haar omgeving.

heidsregio’s en het ABWC. Zorg voor een kwalitatieve inbedding in de afdeling vakbekwaamheid in de vaardigheidstoetsen en waardeer en stimuleer deelnemers.

Waarnemen en beoordelen: 4 Laat de teamleider waar mogelijk een bredere rol aannemen als

9 Maak de rol van de teamleider prominenter en beschrijf deze zowel inhoudelijk als functioneel.

bewaker van de centrale leerdoelstelling(en), waarnemer van het

26

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

Brand&Brandweer


REPRESSI E

Uitdaging bij brand gerenoveerde portiekwoning Vlaardingen Een dakbrand in een portiekwoning in Vlaardingen stelt de ingezette brandweerlieden in de nieuwjaarsnacht voor grote uitdagingen. De brand breidt zich tegen de windrichting in bijzonder snel uit en er komt veel vieze rook vrij. Waar het op het eerste oog gaat om een dakbrand bij nieuwbouwwoningen, komen de brandweerlieden pas later in het incident tot de ontdekking dat het gaat om oude gerenoveerde en volledig geïsoleerde woningen. Zowel het dak als de muren zijn voorzien van een achttien centimeter dikke laag EPS isolatie.

DOOR JILDOU VISSER

D

Fotografie: Ginopress

e eerste TS wordt rond 1.12 uur gealarmeerd voor een brand aan de Insulindesingel in Vlaardingen. Bij aankomst is de brand uitslaand op het dak en zijn alle bewoners het huis uit. Om 1.30 uur wordt opgeschaald naar grote brand. ‘De eerste eenheden zijn direct na aankomst naar binnen gegaan om de brand op de zolder van binnenuit te blussen, maar dat lukte niet. Er was binnen nog geen brand zichtbaar vDoordat de brand zich zo snel ontwikkelde, hebben ze zich al snel moeten terugtrekken’, vertelt Officier van Dienst (OvD) Bryan Visser. ‘Op het eerste oog leken de woningen

net nieuw gebouwd te zijn, dan ga je ervan uit dat je te maken hebt met een betonnen constructie en dat alles goed is gecompartimenteerd. De brand ontwikkelde zich ontzettend snel en breidde zich op het dak snel van rechts naar links uit, tegen de windrichting in. Het was een race tegen de klok. Er kwam ook veel dikke, zwarte rook vrij die op straatniveau bleef hangen. Dat maakte het een zware inzet, binnen drie kwartier waren we door een ademluchtfles heen. De Adviseur Gevaarlijke Stoffen (AGS) liet me weten dat hij buiten behoorlijke waarden NOx had gemeten, dat duidde op veel bij de brand betrokken isolatiemateriaal. Het strookte niet met het beeld dat ik in eerste instantie had. Ik zat met veel vraagtekens.’

De dakbrand breidt zich tegen de windrichting in snel uit.

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

27


REPRESSI E

ISOLATIE MET PIEPSCHUIM Visser schaalt dan op naar zeer grote brand en GRIP1. Als even later stukken gevel naar beneden lijken te zakken, ziet hij dat het niet om de daadwerkelijke gevel gaat, maar om stukken geperste bitumen steenstrips die tegen de buitenmuur aan zijn gezet. Tussen de steenstrips en de gevel zit ongeveer twintig centimeter piepschuim. ‘Ik had dus helemaal niet te maken met nieuwbouw woningen, maar met oudbouw dat met een dikke laag EPS aan de buitenzijde was geïsoleerd. Dat verklaarde ook de snelle brandontwikkeling en de dikke vieze zwarte rook die vrijkwam. Dat veranderde het beeld volledig.’ Inmiddels zijn ook Hoofdofficier van Dienst (HOvD) Henk Steens en de piketfunctionaris preventie ter plaatse. De piketfunctionaris wijst Steens dat op de overkant van de straat, waar de renovatie van de oude portiekwoningen nog gaande is. ‘Daar konden we in de verschillende fases van de renovatie goed zien hoe dit was uitgevoerd en met welke materialen dat is gedaan. Dat bevestigde het vermoeden dat we op dat moment hadden. De volume van het isolatiemateriaal verraste ons, er was een enorme hoeveelheid brandstof aanwezig’, aldus Steens. Visser geeft de manschappen de opdracht om twee woningen verder een stoplijn in het dak te maken. ‘Ze hebben de dakpannen weggehaald en sleuven in de isolatie en de houten beplating aan de binnenkant gezaagd. Ook dat ging gepaard met uitdagingen, want de dakpannen zaten om de zoveel meter vastgeschroefd. Die kon je er dus niet zomaar even afhalen. Het maken van de stoplijn heeft daardoor de nodige tijd gekost, maar het was de enige manier waarop we de brand konden tegenhouden. Uiteindelijk is dat ook gelukt.’ ZONNEPANELEN Aan de achterkant ligt het dak van de portiekwoningen vol met zonnepanelen. ‘Dat was een uitdaging’, erkent Visser. ‘Het 28

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

probleem was met name dat de brand onder de zonnepanelen en de dakpannen zat. We konden er met geen mogelijkheid bij en konden dus niet anders dan de boel uit laten branden. Van binnenuit blussen was te gevaarlijk, want het dak met de panelen erop kon instorten.’ Een bijkomend aandachtspunt, waar volgens de OvD veel tijd in is gaan zitten is het uitschakelen van de stroom op het zonnepanelensysteem. De omvormers blijken bij alle woningen te zijn weggewerkt in het plafond boven het toilet. ‘Die zaten dus volledig weggestopt. We hebben in iedere woning moeten zoeken en het plafond moeten slopen. Het was veel makkelijker geweest als er één noodknop ergens aan de buitenkant van het pand had gezeten. Bij deze brand hadden we geluk dat het nacht was en de panelen tijdens de inzet geen stroom opwekten.’ Als de brand is geblust, wordt de installateur gealarmeerd. ‘Alle kabels waren doorgebrand, je weet dan dat zodra het licht wordt er een gevaarlijke situatie kan ontstaan, omdat ze dan weer energie gaan opwekken. Die panelen moesten dus zo snel mogelijk van het dak worden gehaald. Vanwege een eerdere ervaring met de zorgen rondom het veiligstellen van zonnepanelen hebben wij er bij de afhandeling en overdracht van het incident richting de eigenaar. extra aandacht aan besteed.’ VERRAST Zowel Visser als Steens zijn het eens dat ze door deze brand, de constructie en de toegepaste materialen zijn verrast. ‘Wat je ziet is blijkbaar niet altijd wat het is’, vertelt Visser. ‘Ik werd gealarmeerd voor een dakbrand, dat is meestal niet zo spannend en redelijk goed te bestrijden. De woningen zagen er nieuw uit. Dan verwacht je dit niet. Als ik vooraf had geweten hoe dit in elkaar zat, had ik eerder ingezet op het maken van de stoplijn. Je kunt de eenheden dan eerder op het dak inzetten, proberen de brand te blussen heeft

Brand&Brandweer


REPRESSI E

geen zin.’ In totaal zijn vijftien van de 24 woningen uit het blok onbewoonbaar verklaard. De brand heeft het dak over een lengte van 43 meter verwoest. ‘We merken dat dit soort branden de laatste jaren vaker voorkomen. Dat we van buiten niet meer altijd even goed kunnen zien hoe de constructie in elkaar zit en dat we voor woningbranden moeten opschalen naar zeer grote brand en een logistiek peloton ter plaatse moeten laten komen.’ REGELGEVING Een groot knelpunt zit volgens Visser en Steens in de wet- en regelgeving. ‘Deze wijze van renoveren is helaas toegestaan. Het is toch bizar dat een woning vele malen onveiliger kan worden na een renovatie? Dit gaat ons, denken wij, vaker overkomen. We moeten snel meer invloed krijgen op de wet- en regelgeving, zodat ook brandpreventie in dit soort renovatietrajecten wordt meegewogen op basis van de huidige wet- en regelgeving, in plaats van het van rechtswege verkregen brandveiligheidsniveau’, aldus Steens. ‘We moeten ons ook realiseren dat deze brand heel anders had kunnen aflopen. Doordat de brand vlak na middernacht op 1 januari uitbrak, stonden veel bewoners buiten te kijken naar het vuurwerk of waren in huis in ieder geval wakker. De grote hoeveelheid en soort rook die vrijkomt door het brandende EPS is in korte tijd dodelijk. Als hier mensen hadden geslapen, weet ik niet of ze tijd hadden gehad om te vluchten via het gezamenlijke trappenhuis, de enige vluchtweg van deze jaren vijftig portiekflat.’ De brandweer is bij dit soort renovaties geen gesprekspartner, omdat dit binnen de verleende vergunning niet hoeft. Steens: ‘De toegevoegde waarde van de collega’s brandpreventie wordt hierbij niet benut, terwijl zij van grote waarde kunnen zijn in het gesprek van de gemeente met de eigenaar. Juist de kennis die zij hebben van brandpreventieve constructies, de consequenties van renovatie en de verbinding die zij hebben met repressie en daardoor inzicht in incidentbestrijding, moet mijns inziens optimaler benut kunnen worden. Dat kan anders.’ Brandonderzoeker Kenneth van Veen vraagt zich bovendien af waarom piepschuim op deze wijze wordt gebruikt bij de renovatie

Brand&Brandweer

van woningen. ‘We zijn al een paar jaar het gedrag van EPS bij brand aan het onderzoeken, onder andere bij rookgasexplosies. Bovendien brandt het razendsnel. De aannemer is ook ontzettend geschrokken van dit incident. Hij had niet in de gaten dat piepschuim zich bij brand zo zou gedragen’, aldus Van Veen. ‘Dat hij dat niet weet, is ook niet gek. De rook die vrijkomt bij brandend piepschuim, is brandbaar. Dat wordt niet meegenomen in de brandproeven die de basis zijn voor de huidige bouwregelgeving. Bovendien wordt de brandweer niet altijd meegenomen in dit soort renovatietrajecten. Piepschuim is een prima bouwmateriaal, maar je kunt vraagtekens zetten bij de wijze waarop het soms wordt toegepast. Er wordt enkel gekeken naar lage kosten en isolatiewaarde en niet naar de veiligheid van de bewoner in geval van brand. Dat moet anders.’ In het brandonderzoek dat Van Veen heeft gedaan, concludeert hij ook dat de brandscheiding die horizontaal door de woningen loopt niet in orde is, waardoor de bovenste bouwlaag en de zolderverdieping één compartiment zijn. Daarnaast is de compartimentering tussen de woningen in de zolderverdieping niet in orde, waardoor de zolder van alle woningen ook één compartiment is. Van Veen: ‘Als het gaat om de compartimentering, kun je er dus niet altijd van uitgaan dat dit in orde is.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

29


VAKBEKWAAMH EI D

Pelotonscommandant logistiek, een nieuwe functie In het onderdeel logistiek van het programma Grootschalig en Specialistisch Optreden Brandweer Nederland (GBO-SO) is het afgelopen jaar hard gewerkt aan de nieuwe functie van pelotonscommandant logistiek (PC-LOG). Voor deze functie is ook een cursus ontwikkeld. De pilot daarvan is inmiddels afgerond. Wat houdt deze functie in? En hoe heeft de eerste lichting de pilotopleiding ervaren?

DOOR JILDOU VISSER

S

amen met een projectgroep uit verschillende regio’s in het land heeft projectleider Frank Lutke Schipholt de functie en het kwalificatiedossier het afgelopen jaar uitgewerkt. ‘De PC-LOG is verantwoordelijk voor het logistiek peloton. Deze functie is in het leven geroepen om meer structuur en leiding te geven aan de logistieke processen bij grote incidenten. Hij of zij moet in het veld actief meedenken met de taakcommandant, Officier van Dienst (OvD) of de Hoofdofficier van Dienst (HOvD) en vooruit denken in wat in een incident nodig gaat zijn. Dan gaat het bijvoorbeeld om de aflossing, eten, drinken en ademlucht, die op dit moment in de regio’s verschillend wordt ingevuld. ‘De ene regio heeft deze taak neergelegd bij een OvD, een andere bij een HOvD en weer een andere regio laat een specialist komen. Die verschillen blijven voorlopig nog even. De bedoeling van deze nieuwe functie en de cursus is dat de personen die deze taak hebben, in ieder geval dezelfde taal spreken en er nadrukkelijker mee bezig zijn. Aandacht voor de logistieke processen tijdens een grote of langdurige inzet is belangrijk. Het is vaak een taak die je er niet zomaar even bij doet. Bovendien is het ook handig dat de personen die belast zijn met deze taak, vooraf weten hoe een en ander in de regio is geregeld en waar ze wat kunnen bestellen.’ CURSUS Schipholt heeft de cursus samen met zijn projectgroep en de Brandweeracademie ontwikkeld. De pilotopleiding bestaat uit vier cursusdagen. Er is ruim aandacht voor de rol van PC-LOG, de taken in het veld en de opbouw van logistiek. ‘We hebben de opleiding vooral praktisch ingestoken’, vertelt Jaap Molenaar van de Brandweeracademie. ‘Iedere ochtend was er een theoriedeel dat in de middagsessie direct praktisch kon worden toegepast. Aan de hand van de FAB-CM methodiek, die ook in de OvD-leergang wordt gebruikt als opvolger van de BOB-methode, zijn we ingegaan op hoe je voldoende eten en drinken, de aflossing en overdracht, het schoon werken, bijzondere blusmiddelen, ademluchtmaterieel en brandstof tijdens een incident kunt regelen. Daarnaast hebben we aandacht besteed aan het inrichten van een verzorgingsplaats en het organiseren van de uitgangsstelling. Waar doe je dat? En waar moet een uitgangsstelling aan voldoen?’ Eén van belangrijke aspecten bij alle onderdelen in de opleiding 30

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

is volgens Molenaar het plannen. ‘Als je weet hoeveel tijd je nodig hebt om iets te regelen, weet je ook veel beter wat je wel en niet kunt en wat je wel of niet nodig hebt. Er zijn kengetallen voor bijvoorbeeld de behoefte aan eten en drinken bij lichte, middelzware of zware arbeid gerelateerd aan de temperatuur. Als je dat weet, kun je daar makkelijker en sneller op inspelen.’ In de vier dagen wordt veel gewerkt met praktijkcasussen. Daarbij wordt gestart met overzichtelijke incidenten en wordt toegewerkt naar langdurige en complexe incidenten die veel meer vragen van de logistieke organisatie. ‘We bouwen het op in duur en complexiteit. Hoe langer en complexer een incident is, des te belangrijker het is om goed vooruit te denken en te plannen en te zorgen voor een goede overdracht.’ GOEDE BASIS Jules Bertrand uit Veiligheidsregio Zuid-Limburg is een van de deelnemers geweest aan de pilotopleiding. Hij vindt de cursus een goede basis waarmee het logistieke proces verder kan worden ontwikkeld. ‘Logistiek was tot nu toe vaak een taak waarin veel moest worden geïmproviseerd. Tijdens de opleiding hebben we geleerd om de stap te maken naar het organiseren. Door vooruit te denken, kun je zaken sneller regelen en er meer structuur aan geven. Het is echt een specialisme, waarbij je naast de inzet ook oog moet hebben voor de voorbereiding en de afbouw. Het was fijn dat er oog was voor het beheersen van alle fasen en dat veel praktijkvoorbeelden werden behandeld. Bijvoorbeeld de brand in de mergelgrot in mijn regio. Een bijzondere casus, waarbij niet alleen de duur van de inzet, maar ook de internationale bijstand een complicerende factor was. Bij een inzet die meerdere dagen duurt, loop je tegen een punt aan waarin de behoefte overstijgt wat je kunt leveren. Dat is een uitdaging.’ Bertrand noemt de cursus ook nadrukkelijk een goede basis, want hij vindt niet alleen dat de opleiding waardevol is, maar ook dat er een vervolg moet komen. ‘We moeten een netwerkomgeving zien neer te zetten waarop we met de logistieke mensen uit het land van elkaar kunnen leren. We moeten ervaringen en kennis uit kunnen wisselen. Alleen op die manier kunnen we dit specialisme echt naar een hoger niveau tillen. De PC-LOG moet worden geborgd binnen Brandweer Nederland.’ In Zuid-Limburg wordt gewerkt met coördinatoren logistiek. Bertrand is daar een van. In de regio zijn ze een logistiek plan aan het opstellen. Veel dingen zijn volgens Bertrand al geregeld, maar

Brand&Brandweer


VAKBEKWAAMH EI D

het is te versnipperd. ‘Ik wil alles bundelen en herijken. Waar kunnen we wat vandaan halen en wat kunnen partners voor ons betekenen? Als we daar in de planvorming al meer structuur in hebben, helpt dat tijdens een inzet. Zo heb ik nu al cateraars gevonden die binnen anderhalf uur voor tweehonderd personen een warme maaltijd op locatie kunnen verzorgen. Als je die afspraken vooraf maakt, kun je het sneller regelen en beter afstemmen op de behoefte, zodat je meer kwaliteit kunt leveren.’ REKENMODELLEN Vanuit Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond heeft Maarten Worp aan de cursus meegedaan. Binnen de regio is hij beleidsadviseur risico- en crisisbeheersing. ‘Ik wilde er graag een operationele taak bij, omdat ik ervaring heb met logistieke processen is dat een voor de hand liggende keuze.’ Eén van de dingen die Worp tijdens de cursus opviel is dat de variëteit tussen de regio’s groot is. ‘De ene regio belegt de taak bij een OvD, terwijl een andere regio er een specialisme van maakt. De meeste regio’s organiseren het monodisciplinair, terwijl wij in Rotterdam-Rijnmond dit multidisciplinair invliegen. Die verschillen maken de opleiding uitdagend. Het is interessant om ook van andere regio’s te horen hoe zij het doen en waarom ze daarvoor gekozen hebben.’ Die verschillen hebben tijdens de pilotopleiding volgens Worp ook gezorgd voor discussies. ‘Soms ging het erg over operationele details, zoals een type ademluchtfles met een type koppeling. Dat vind ik minder belangrijk. Voor mij is het juist de bedoeling dat ik op tijd signaleer dat er ademlucht nodig is en dat laat komen. Van de details hoef ik geen verstand te hebben.’

Brand&Brandweer

In de cursus worden ook rekenmodellen behandeld waarmee de PC-LOG kan berekenen hoeveel waarvan nodig is. Erg handig, vindt Worp. ‘Al hoef ik de details van de rekensom niet te weten. In het veld hebben we geen tijd om alles uit te rekenen. We hebben een tool nodig waarmee we snel kunnen zien hoeveel eten en drinken we bij welk weertype en aantal personen nodig hebben. Dat geldt ook voor de andere materialen die we moeten regelen, bijvoorbeeld brandstof en ademlucht. Het is makkelijker als we snel alle kengetallen die we nodig hebben, inzichtelijk krijgen. Je ziet dat logistiek nu vaak achter de incidentbestrijding aanhobbelt. Het is mijn ambitie om te zorgen dat snel in beeld is wat er nodig is en dat ook ter plaatse komt. Dan hoeven we niet langer te improviseren en vanuit schaarste te werken. Daar heeft deze opleiding zeker bij geholpen.’ Wel ziet Worp graag dat ook echte oefeningen voor de PC-LOG worden georganiseerd. ‘In de cursus hebben we al het geleerde kunnen toepassen in table-topoefeningen. Het nadeel daarvan is dat als ik zeg dat ik de klus heb geklaard, dat in die oefening ook zo is. In de realiteit hoeft dat niet zo te zijn. Bij grote oefeningen in de regio zou ik dit deel dus graag willen toevoegen. Daarnaast zouden terugkomdagen denk ik een welkome aanvulling zijn. Op die manier kun je een community organiseren, zodat we ook van elkaar kunnen leren. De intentie om dat op te zetten is uitgesproken.’ VOORUIT DENKEN Uit Veiligheidsregio Gelderland-Midden heeft Jan Floorijp de pilotopleiding gevolgd. ‘Wij hebben nog geen PC-LOG in de regio.

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

31


Nieuwe inzichten in brandbestrijding?

Lees het

editie 2018

Handboek Brandverloop. Elke bevelvoerder zou ‘de brand moeten kunnen lezen’. Daar is kennis voor nodig. In de nieuwe editie van Handboek Brandverloop behandelen Karel Lambert, brandweerinstructeur in België, en Siemco Baaij, bevelvoerder in Utrecht, alle aspecten van brandverloop. Nieuw in deze editie: • Hernieuwde inzichten in brandbestrijding • Veranderingen in, aan en op gebouwen • Resultaten uit nieuwe (internationale) onderzoeken • Betere aansluiting op de praktijk van instructie en opleiding met extra voorbeelden isbn: 978 90 12 40267 5

Kijk voor meer informatie en bestellen op www.sdu.nl/brandverloop2018


VAKBEKWAAMH EI D

Ik heb de opleiding vooral gevolgd om te kijken of het iets voor onze regio is en of we dat in de regio beter kunnen wegzetten. Op dit moment doen OvD’s in onze regio de logistieke taak erbij. Hebben ze het te druk, dan wordt een tweede OvD gealarmeerd.’ Eén van de voordelen van de cursus vindt hij dat wordt geleerd om vooruit te kijken en denken en overzicht te krijgen. ‘Op dit moment is het nog veel improviseren. Overal in onze regio staat ook wat. Het is goed dat we daar beter inzicht in krijgen, zodat we tijdens een incident ook beter weten wat we waarvandaan kunnen halen.’ Welke personen in de regio de opleiding gaan volgen en de functie van PC-LOG gaan vervullen, weet Floorijp nog niet. ‘Vanuit vakbekwaamheid willen we eerst kijken welke mensen geschikt zijn voor deze functie. Een tweede stap is om hen wegwijs te maken in de materie en ze de opleiding te laten volgen. Het wordt in ieder geval geen aparte piketfunctie. We denken erover om een dienstdoende OvD deze taak te geven.’

Brand&Brandweer

EVALUATIE In de pilotopleiding is iedere lesdag geëvalueerd. Molenaar: ‘We wilden weten wat de cursisten ervan vonden. Wat vonden ze goed en minder goed? Aan de hand daarvan kunnen we de cursus bijschaven. Het werken met een theoriedeel in de ochtend, gevolgd door praktische toepassing in de middag is erg goed bevallen. De FABCM-methodiek kan wat korter aan bod komen. Deze tijd kan worden gebruikt om meer aandacht te schenken aan de onderdelen leidinggeven en delegeren. Ook de samenwerking met de Hoofd Ondersteuning mag nog wat meer aandacht krijgen. Daarnaast is er de wens om voor de laatste lesdag één of twee casussen veel verder uit te diepen.’ De Brandweeracademie voert op dit moment de aanpassingen door in de cursus. In mei start de tweede opleiding. Molenaar: ‘Hiervoor zijn nog plaatsen beschikbaar. Op onze website is alle informatie te vinden en kunnen belangstellenden zich aanmelden.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

33


I NGEZON DEN

Gezin met drie kinderen schiet brandweer te hulp De alarmbellen in de centrale gaan af, er blijkt brand te zijn tijdens de Opkikkerdag! Commandant Snorrebaard heeft alle troepen opgeroepen om te komen helpen. De Opkikkergezinnen snellen zich in hun outfit en rennen richting de brandweerwagen. Met gillende sirenes scheuren ze over het park. Daar is de brand! Snel stappen ze uit en beginnen ze met blussen. De brand is gelukkig snel geblust. Rustig rijden ze met de brandweerwagen terug naar de centrale. Daar aangekomen staat Commandant Snorrebaard ze al op te wachten, wat blijkt: er zitten (knuffel)dieren vast in de boom! Met de hoogste ladder rennen de kinderen ernaartoe en klimmen stoer de boom in. Wat een dag!

Tycho werd op schoot genomen om samen de brand te blussen

DOOR STICHTING OPKIKKER

D

it is het verhaal van de brandweerbeleving tijdens een Opkikkerdag. Stichting Opkikker zet zich in voor gezinnen met een ziek kind door hen volledig in de watten te leggen tijdens de dagen die ze voor hen organiseren. Voor ieder gezin wordt een op maat gemaakt programma samengesteld. Zo worden ook veel gezinnen meegenomen in de 34

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

beleefwereld van de brandweer en worden ze zelf omgedoopt tot ware brandweerhelden. Een groot succes, blijkt! DE KAZERNE Wat is de brandweer zonder kazerne? Eind 2016 is daarom de Opkikker brandweerkazerne geopend op Center Parcs de Eemhof. Stephan Wevers, voorzitter van Brandweer Nederland en de Raad van Brandweercommandanten, opende de Opkikker kazerne

Brand&Brandweer


I NGEZON DEN

De kinderen redden onder begeleiding van de brandweerlieden knuffels uit de boom.

tijdens de feestelijke opening van het Opkikkerland. ‘Het is natuurlijk wel iets anders ingericht dan een volwassen kazerne, maar het is precies zoals de brandweerkazerne er in de beleving van een kind uitziet. Echt hartstikke leuk!’ Ook is hij blij met het bestaan van de brandweeractiviteit. ‘Het is echt bijzonder en een mooie toevoeging voor de Opkikkerdagen. Veel kinderen zijn brandweerfan of willen later brandweermanof vrouw worden. Hoe leuk is het dan dat je dit een keer écht kunt beleven? Maar dat niet alleen: ook leren kinderen op deze leeftijd veel en daardoor kun je ze ook op een speelse manier een boodschap meegeven. Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst’ Tijdens de opening sprak Wevers brandweerlieden die zich vrijwillig inzetten tijdens deze Opkikkerdagen. ‘Ik wist zelf eigenlijk nog niet precies wat de stichting deed, maar het heeft ontzettend veel indruk gemaakt. De brandweerlieden die ik sprak vertelden mooie en aangrijpende verhalen. Fantastisch om te horen dat zij zich vrijwillig inzetten voor deze gezinnen.’ ERVARING Sinds deze opening hebben maar liefst 240 gezinnen zich in de wereld van de brandweer kunnen wanen. Eén van deze gezinnen is de familie van Driesten, bestaande uit vader Magnus, moeder Paula en kinderen Tycho (12), Enora (7) en David (4). Paula begint meteen te lachen als ze over de Opkikkerdag vertelt. ‘Het was een overspoeling van leuke dingen, op het moment zelf, maar ook achteraf wanneer je de foto’s krijgt. De gezichten van de kinderen zal ik nooit meer vergeten, dat is goud waard. We vielen deze dag van het één in het ander. Het was eigenlijk een soort inhaalslag van leuke dingen die wij soms door de ziekte van Tycho moeten missen. We hadden weer even echt gezinstijd. Alles was geregeld: we hadden een mooi programma, allemaal leuke vrijwilligers die voor ons

Brand&Brandweer

klaarstonden en zelfs een persoonlijke begeleider. We hoefden werkelijk nergens zelf aan te denken.’ Vooral het bezoek aan de brandweer heeft veel indruk gemaakt op het gezin. Paula: ‘Met name de tijd die het team nam voor ons gezin en hoe het spel werd aangepast aan alle gezinsleden, vond ik erg bijzonder. Tycho is namelijk rolstoelgebonden en David zat met beide benen in het gips, maar daar keken ze niet van op of om. Hup, ze werden zo de brandweerauto in getild om naar de brand toe te rijden en er vervolgens weer uit getild. Daarna werd Tycho op schoot genomen om samen de brand te blussen. Het maakte dat Tycho gelijk was aan iedereen en daar heeft hij echt van genoten. Dat zag ik aan hem! Daarnaast maakte het hele spel bij de brandweer het ontzettend leuk. Je lijkt wel onderdeel te zijn van het theater, inclusief commandant, stoere brandweermannen, brandweeroutfits voor onze kinderen en de knuffels die in de boom gestopt waren. Fantastisch!’ Inmiddels een half jaar later, zijn ze de brandweer nog lang niet vergeten. ‘Het was een grote verrassing dat we de brandweerpakjes mochten houden. Deze worden nog vaak aangetrokken als ze bijvoorbeeld met vriendjes en vriendinnetjes spelen. Mooi ook dat er een pakje was in Tycho zijn maat, die hadden wij nog niet gevonden!’ Vooral op David, de jongste, heeft de brandweeractiviteit veel indruk gemaakt. Hij is helemaal fan van de brandweer en wilt niets liever dan brandweerman worden. ‘Hij wil nu al graag bij de jeugdbrandweer, maar daar moet hij nog wel even voor wachten. Daar moet je namelijk twaalf jaar oud voor zijn en hij is pas vier. Wel doen we samen alvast af en toe wat lesjes die op de website staan van de brandweer.’ Zou je het ook leuk vinden om een keer als brandweer te helpen tijdens een van de Opkikkerdagen? Of wil je je op een andere manier inzetten? Neem een kijkje op www.opkikker.nl of stuur een e-mail naar info@opkikker.nl. ■

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

35


GESPOT I N DE MARKT

Slimme camera’s voor onder een drone Aerialtronics’ Pensar is ‘s-werelds eerste slimme camera waarbij kunstmatige intelligentie wordt ingezet voor analyse van beeldmateriaal. De hoogwaardige geïntegreerde SONY daglicht- en FLIR thermische sensor samen met een krachtige Nvidia GPU zorgen voor een uniek samenspel waarbij de gebruiker in real-time informatie ontvangt over zijn missie. Dit wordt mogelijk gemaakt door het veelvoud aan algoritmes in de camera. In combinatie met de Altura Zenith UAV maakt de Pensar tijdens de vlucht gebruik van Deep Learning netwerken om bepaalde

objecten of afwijkingen van interesse te detecteren, herkennen, volgen, classificeren, annoteren of censureren. De gebruiker bepaald de exacte lay-out aangezien de Pensar modulair is opgebouwd. Deze ontwikkeling is revolutionair en tevens is de Pensar als ‘losse’ camera in te zetten tijdens missies om de gebruiker te ontdoen van beeldanalyse in het post-proces. Aerialtronics is de ontwikkelaar van professionele en industriële drone technologie alsook de integrator van meer dan driehonderd verschillende sensoren. ■

Als het om HSE draait

“Ook de jurisprudentie binnen Sdu HSE komt goed van pas.”

Eric van der Steen is Arbo-coördinator bij Port of Amsterdam. Als veiligheidsadviseur is hij getraind in het opsporen en voorkomen van onveilige werksituaties. “Ook de jurisprudentie binnen Sdu HSE komt goed van pas. Voor de schoonmaak van onze vaartuigen maken we gebruik van een extern schoonmaakbedrijf. In de jurisprudentie kon ik eenvoudig terugvinden dat wij als havenbedrijf verantwoordelijk zijn voor de veiligheid van ingehuurde uitzendkrachten. Nu passen we de trappen op het schip aan en komt er persoonlijke valbeveiliging zodat de schoonmakers niet te dicht bij de dakrand komen.”

Eric van der Steen Arbo-coördinator Port of Amsterdam.

Sdu HSE uitproberen? Kijk op sdu.nl/hse

36

0247-Adv HSE_Guidance_Jurisprudentie_170x125.indd 1

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

18-09-18 12:57

Brand&Brandweer


B&B REGISTER

B&B Brand&Brandweer

vakblad voor brandweer, hulpverlening en rampenbestrijding

Vaste adverteerders (contracthouders) worden gratis in één rubriek opgenomen voor een heel jaar. Heeft u ook interesse, stuur dan uw gegevens naar het aangegeven adres, zie bon.

Waar kunt u terecht voor producten en diensten? Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Advertentieverkoop: I.S.-acquisitie, tel. 06-23700323, www.is-acquisitie.com

Alarmeringsystemen

Brandveiligheid

Geboorde brandputten

Stickerservice

P2000 Alarmeringsystemen B.V. De Waterlaat 15 5571 MZ Bergeijk Postbus 15 5563 ZG Westerhoven Tel. 013 2134104 / 0497 712170 Fax 013 7113018 info@p2000shop.nl www.p2000shop.nl

P&G Safety Rondgang 26 5311 PB Gameren Tel. 0418 561761 info@pengsafety.nl www.PenGsafety.nl

Raaijmakers Bronbemaling Erfstraat 8 5408 SJ Volkel-Uden Tel. 0413 273065 Fax 0413 274190 info@raaijmakersbronbemaling.nl www.raaijmakersbronbemaling.nl

Letas Stickerservice Charles Frehenstraat 53 6374 EK Landgraaf Tel. 045 5312580 Fax 045 5691700 info@letas.nl www.letas.nl

Hulpverleningsgereedschappen

Verhuur brandweermaterialen

Brigade Electronics bv Ambachtstraat 8 7587 BW De Lutte Tel. 0541 53 18 01 info@brigade-electronics.nl brigade-electronics.com/nl

RegioSafe Fire & Rescue B.V. Nieuwe Schaft 9/B 3991 AS Houten Tel. 030 6704815 info@regiosafe.nl

Bedrijfskleding HAIX-Schuhe Produktions- und Vertriebs GmbH Auhofstrasse 10 84048 Mainburg Deutschland Tel. +49 (0) 8751 / 8625-0 Fax +49 (0) 8751 / 8625-25 info@haix.de www.haix.de

Detachering RegioSafe Fire & Rescue B.V. Nieuwe Schaft 9/B 3991 AS Houten Tel. 030 6704815 info@regiosafe.nl

Droogkasten & reinigingsmachines Laundry b.v. Industrieweg 10 Postbus 7015 3286 ZG Klaaswaal Tel. 0186 572900 Fax 0186 573210 laundry@laundry.nl www.laundry.nl

Aerialtronics DV B.V. Wassenaarseweg 75 - 1e Mientlaan 2223 LA Katwijk Tel. 070 322 3224 www.aerialtronics.com sales@aerialtronics.com

Ook wij willen opgenomen worden als bedrijf! Stuurt u mij vrijblijvend informatie over hoe mijn product of dienstverlening vermeld kan worden in deze rubriek. Bedrijf/organisatie Postadres Postcode/woonplaats Telefoonnummer Faxnummer Gewenste rubrieken

o per rubriek, per uitgave € 45,o per rubriek heel jaar (10 uitgaven) € 355,Prijzen exclusief BTW Datum

Handtekening

U kunt deze bon inscannen en mailen naar: info@is-acquisitie.com. Voor deze en andere advertentiemogelijkheden in B&B, Ambulancezorg, Brandweer-, GHOR- en Veiligheidsregio-almanak e.a.: I.S.-Acquisitie, tel. 06-23700323, www.is-acquisitie.com

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 3 maart 2019

37


GEVANGENE IN BOOM HOUDT BRANDWEER BEZIG Een gedetineerde van de gevangenis in Veenhuizen heeft de brandweer half februari flink beziggehouden. Hij was op de binnenplaats in een boom geklommen en weigerde naar beneden te komen. De brandweer probeerde de man met een hoogwerker uit de boom te krijgen, maar de gevangene weigerde zich te laten verplaatsen. Of de gedetineerde mogelijk uit de gevangenis wilde ontsnappen, kon de persvoorlichter van Dienst Justitiele Inrichtingen niet zeggen. Bron: waarmaarraar.nl

BRANDWEER BEVRIJDT GELDLOPER UIT GELDAUTOMAAT Brandweerlieden uit Soest stonden half februari wel voor een erg bijzondere klus. Een geldloper had zichzelf opgesloten in een ruimte achter een geldautomaat en was vast komen te zitten. De gealarmeerde brandweerlieden hebben de man snel uit de ruimte weten te bevrijden. Bron: nu.nl

BRAND&BRANDWEER Brand&Brandweer is het vakblad voor brandweer, hulpverlening en rampenbestrijding, en het communicatiemagazine van Brandweer Nederland. Maart 2019 - nummer 3 jaargang 43 REDACTIE-ADRES

Brand&Brandweer t.a.v. redactiesecretariaat Brand&Brandweer, Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, tel. (058) 2160862, e-mail: brand&brandweer@sdu.nl REDACTIE

Ing. Stephan J.M. Wevers, commandant brandweer Twente (voorzitter redactie) Drs. Albert-Jan van Maren, brandweer Gelderland-Midden Frans van der Veen, brandweer Gooi en Vechtstreek Hildemarie Schippers, Brandweer Flevoland Frank Huizinga, woordvoerder Brandweer Nederland Lucas de Lange, Vernieuwde repressie Veiligheidsregio Haaglanden Gerard Bouwmeester, vrijwilliger Veiligheidsregio Utrecht EINDREDACTIE

Jildou Visser e-mail: info@jildouvisser.nl AAN DIT NUMMER WERKTEN MEE

Gerard Bouwmeester, Patrick van Gerner, Compact Media, Ginopress, Jeffrey Koper, Stefan Verkerk, ProRail, Brandweer Haaglanden, Inter Visual Studio en Twente Safety Campus. ONTWERP EN OPMAAK

Imago Mediabuilders, Amersfoort DRUK

Wilco BV - Amersfoort UITGEVER

Sdu Uitgevers: Elise Dokter Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, e-mail: e.dokter@sdu.nl BLADMANAGEMENT

Karel Frijters Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, e-mail: k.frijters@sdu.nl ADVERTENTIE-ACQUISITIE

Lijst van adverteerders DSPA.nl 22 Evenementenhal Gorinchem 4 Fa Haagen Rookgeneratoren 27 FLIR Commercial Systems 4 Laundry BV 4 MSA Nederland BV C4 Instituut Fysieke Veiligheid 22 P2000Shop Alarmeringsystemen C3 PWG Bedrijfsveilige Kleding BV 27 Raaijmakers en Zn 4 Vigiles Brandveiligheid BV C2 VE-Systems BV 27 SDU 4, 22, 36, 42

38

nummer 3 maart 2019 - Sdu Uitgevers

Tarieven, reserverings- en sluitingsdata voor (combinatie)advertenties in B&B, Ambulancezorg, Brandweer-, GHOR- en Veiligheidsregio-almanak e.a. op aanvraag beschikbaar bij: I.S.-Acquisitie, tel. 06-23700323, e-mail: info@is-acquisistie.com www. is-acquisistie.com Aanlevering van advertentiemateriaal bij loap@sdu.nl SLUITINGSDATA ADVERTENTIES EN BIJSLUITERS 2018

nummer Nr. 4 Nr. 5 Nr. 6

verschijning sluiting 06-04 13-03 04-05 10-04 04-06 08-05

ABONNEMENTEN

Opgave van abonnementen en adres-wijzigingen: Sdu Klantenservice, Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, tel. (070) 378 98 80, fax (070) 378 97 83, e-mail: sdu@sdu.nl, www.sdu.nl/brandweer Vanwege de aard van de uitgave, gaat Sdu uit van een zakelijke overeenkomst; deze overeenkomst valt onder het algemene verbintenissenrecht. Het abonnement op Brand&Brandweer Het abonnement op Brand&Brandweer (10 nummers, prijspeil 2019) kost 101 euro excl. BTW (110,09 euro incl. BTW). Deze prijs is inclusief verzendkosten. Prijs los nummer: 12 euro (incl. BTW). Een abonnement op B&B geeft tevens toegang tot B&B-digitaal en het archief van B&B via www.brandenbrandweer.nl. Inlogcodes worden schriftelijk aan abonnees verstrekt. Prijs online-abonnement los: 84 euro excl. BTW (101,64 euro incl. BTW). Een abonnement geldt voor een jaar en wordt automatisch met een jaar verlengd, tenzij uiterlijk twee maanden voor het verstrijken van het abonnementsjaar schriftelijk wordt opgezegd bij Sdu Klantenservice (zie adres hierboven). Wilt u reageren op een artikel, of een onderwerp/artikel aandragen voor publicatie in B&B, neem dan contact op met de redactie via brand&brandweer@sdu.nl. De redactie houdt zich het recht voor artikelen in te korten dan wel journalistiek aan te passen. Š Sdu Uitgevers 2019 Alle rechten voorbehouden. Alle auteursrechten en databankrechten ten aanzien van deze uitgave worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze rechten berusten bij Sdu Uitgevers bv. Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen, mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieÍn, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Op al onze producten zijn onze leveringsvoorwaarden van toepassing. Zie hiervoor onze website www.sdu.nl Persoonsgegevens worden bewerkt voor de uitvoering van de (abonnements)overeenkomst en om u van informatie te voorzien over Sdu Uitgevers bv en andere zorgvuldig geselecteerde bedrijven. Indien u geen prijs stelt op deze informatie, kunt u dit schriftelijk melden bij Sdu Klantenservice. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden auteurs, redacteuren en uitgever geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten of onvolkomenheden. ISSN 01656-4675

TERMIJN VAN ANNULERING:

6 weken voor verschijningsdatum TERMIJN VAN INZENDING:

3 weken voor verschijningsdatum

Brand&Brandweer


nieuwe editie

ai-blad 44: De preventiemedewerker ai-blad 10: Bedrijfshulpverlening en noodorganisatie

Een onmisbaar naslagwerk voor iedereen die voorbereid wil zijn op noodsituaties! Met het AI-Blad 44: De preventiemedewerker heeft u een uitstekend hulpmiddel om uw preventiebeleid effectief en efficiÍnt te organiseren. Het biedt een duidelijk overzicht van de functie, taken en positie van de preventiemedewerker. Deze uitgave besteedt uitgebreid aandacht aan de arbocatalogus, de branchegerichte risico-inventarisatie en -evaluatie-instrumenten en de nieuwe richtlijnen voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Het AI-Blad 10: Bedrijfshulpverlening en noodorganisatie stelt u in staat, afhankelijk van de risico’s en processen in het bedrijf of de organisatie, te beslissen welk niveau van bhv- of noodorganisatie nodig is. In dit AI-blad vindt u diverse checklisten, stappenplannen en voorbeelden waarmee u zelf aan de slag kunt gaan.

Meer informatie en bestellen op www.sdu.nl/preventie-en-hulpverlening


PreCom

Next Generation Pagers

Met PreCom kan eerder actie worden ondernomen, is de betrouwbaarheid van directe inzet van vrijwilligers beter gegarandeerd en wordt de efficiëntie van een alarmering verhoogd. PreCom Pager Next Generation is sneller en efficiënter én heeft meer functies dan de huidige generatie alarm ontvangers. Met een druk op de knop bevestigt de ontvanger na een alarm direct zijn beschikbaarheid. Het systeem waarschuwt bij onderbezetting en schaalt automatisch op waar nodig. Bovendien geeft PreCom een helder overzicht wie wanneer beschikbaar is. Dankzij de ingebouwde kalender met aan- en afwezigheidsfunctie kan onderbezetting tijdig worden voorkomen. PreCom als totaal oplossing heeft zich reeds over meerdere jaren succesvol bewezen.

rdeel onde 00 m o C e P20 Pr nging verva

• Realtime terugkoppelen van beschikbaarheid; • via agenda op pager beschikbaarheid opgeven; • mobiele applicaties voor Android / iPhone / Windows Phone • door een druk op de knop ad-hoc beschikbaarheid afmelden; • beschikbaarheidsinformatie op IP67 pager via PreCom berichtgeving; • LCD kazerne bezetting en opkomst display; • meldkamer applicatie; • gevanceerd beschikbaarheid systeem. Wilt u meer informatie? Kijk op onze website www.p2000shop.nl of bel 013-21 34 104. We helpen u graag.

P2000 Alarmeringsystemen B.V. De Waterlaat 15, Postbus 15, 5571MZ Bergeijk 5563ZG Westerhoven Nederland Tel : +31 13 2134104

www.p2000shop.nl E-mail: info@p2000shop.nl Fax: +31 13 7113018


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.