Bb201712

Page 1

DECEMBER 2017

• De eerste ervaringen met de ELO • Rookgassen EPS en bitumen zorgen voor rookgasexplosie • Stalbranden: geen stijgende trend, wel onder vergrootglas vakblad voor brandweer, hulpverlening en rampenbestrijding

Grote brand tijdens carnavalsfeest in centrum Maastricht

B&B Brand&Brandweer

www.brandenbrandweer.nl

12 JAARGANG 41


de 30° Revolutie simpel idee. grote impact. Met zijn unieke gekantelde bek biedt de Inclined Cutter een betere ergonomie en extra werkruimte. Ga naar holmatro.com/inclined.


INHOUD

nummer 12 december 2017

Coverstory 10

26

Zijn er de afgelopen jaren meer stalbranden dan voorheen? ‘We registreren nog te kort om er conclusies aan te verbinden’, laat Wim Verboom weten. Portefeuillehouder Roelf Knoop voegt toe dat de branche aan een programmalijn voor brandveiligere stallen.

Grote brand in binnenstad Maastricht tijdens carnavaldrukte Als direct na het openingsfeest van het carnavalseizoen een grote brand uitbreekt in een van de horecastraatjes van Maastricht staan de brandweereenheden voor een grote uitdaging. Het is erg druk ter plaatse en de kans op overslag is groot.

Artikelen 14

33

De eerste ervaringen met de ELO

36

‘Denk bij niet-alledaagse meldingen in creatieve oplossingen’

Kennis delen staat centraal op symposium waterongevallen

39

Brandweer Fryslân organiseerde begin november een symposium waterongevallen, voor en door collega’s. Er is multidisciplinair volop kennis gedeeld over onder andere arbeidshygiëne, de handreiking oppervlakteredding en slachtofferoverdracht. 23

Pyrolyse gassen van EPS kunnen een spontane rookgasexplosie veroorzaken en pyrolyse gassen van bitumen kunnen plotseling ontbranden. Dat zijn twee conclusies uit het onderzoek Rookgasexplosies van Cindy Veerman. Zij won de scriptieprijs van het IFV en de VVBA.

11 november direct na afloop van het openingsfeest van het carnavalseizoen een uitslaande brand uit. Door de smalle straten is de kans op overslag groot. Fotografie: Raoul Lamberiks.

Brand&Brandweer

4vuurwerkveilig, van regionaal initiatief tot landelijke campagne Veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek bedacht jaren geleden de campagne 4vuurwerkveilig om kinderen bewust te maken van de gevaren van vuurwerk. Pascal de Haas vertelt over het effect ervan.

Rookgasexplosies door uitdampen van EPS of bitumen

Op de cover: In één van de historische panden in de binnenstad van Maastricht breekt op

PPMO in Caribisch Nederland Op Bonaire, Sint Eustatius en Saba wordt al vier jaar toegewerkt naar de invoering van het PPMO. Het is een flinke operatie want brandweerlieden zijn er nog nooit eerder gekeurd.

Bij een bedrijfsongeval in Rotterdam komt een man vast te zitten in een tankwagen vol meel. Hij wordt vastgezogen in de tank. Door een slang met perslucht vast te maken aan een holle bezemsteel kunnen de brandweerlieden lucht blazen in het meel en zo het slachtoffer losmaken. 20

‘Je kunt alleen maar hopen dat het snel voorbij is’ Inwoners van het eiland Sint Maarten zijn begin september getroffen door orkaan Irma. Ook het brandweerkorps. Hoe hebben zij de periode voor, tijdens en na de orkaan beleefd? En hoe is het nu op het eiland?

De ELO moet het landelijk ontwikkelen, raadplegen en delen van nieuwe les- en leerstof versnellen en vereenvoudigen. Een impuls dus voor het vakbekwaam worden en blijven. Na de zomer zijn de eerste landelijke modules voor zittende brandweerlieden online geplaatst. Wat zijn de eerste ervaringen? 18

Stalbranden onder een vergrootglas

Rubrieken 5 6 23 30 40

Van de redactie Actueel Brandweer Nederland Brandweer Buitenland Gespot in de Markt

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

3


Scan de QR-code om een nieuwe stap in veiligheid voor uw MSA SCBA te ervaren http://msane.ws/SLS_EN

LUMINESCERENDE MANOMETER

2E MIDDENDRUK KOPPELING

Gemakkelijk afleesbaar vanwege 20 ° gebogen scherm

Voor verbinding met een tweede persoon of MSA RespiHood (reddingskap)

AUTOMATISCHE MANOMETER VERLICHTING

SLOT VOOR OPTIONELE SLS VEILIGHEIDSSLEUTEL

Geeft de druktoestand aan (groen, geel, rood) wanneer SLS wordt opgetild en wanneer een drukniveau wordt overschreden

Activering van bewegingsdetectie

GELUID KAMER

NOODKNOP

Verschillende geluidspatronen voor druk gerelateerde waarschuwingen en volledig alarm

Voor handmatig alarm

DRAADLOZE INTERFACE

ULTRA HELDERE BUDDYLICHTEN

Voor eenvoudige tracking en documentatie

Geactiveerd met alarm ELEKTRONISCHE DRUKSENSOR

BATTERIJ TOESTANDINDICATIE

Automatische activering met cilinderopening

Hiermee kan de batterij worden gecontroleerd zonder het apparaat in te schakelen

EEN NIEUWE STAP IN VEILIGHEID De MSA SLS geïntegreerde bewakingseenheid combineert de voordelen van MSA's unieke slang-in-slang technologie met een gebruiksvriendelijk persoonlijk alarmsysteem (PASS). Het kan eenvoudig worden geïntegreerd in elke AirGo of AirMaXX SCBA met SingleLine pneumatiek.

facebook.com/MSAsafetyFire

youtube.com/MSAsafety

linkedin.com/company/ msa-the-safety-company

MSAsafety.com


VAN DE REDACTI E

Het jaaroverzicht

N

u de dagen korter worden en de feestdagen in zicht komen, is het een natuurlijk moment om terug te kijken op het jaar dat bijna achter ons ligt. Waren er in Nederland in 2017 branden die de Brandweercanon

gaan halen?

Niet zozeer als individuele branden, maar wel als ‘genre’ noem ik dan allereerst de stalbranden. Dergelijke branden in onder andere Bijsterhuizen, Mill, Woudenberg, Heeswijk-Dinther, Nederweert, Deurne, Agelo, Swifterband en Erichem zorgden voor meer dan 200.000 omgekomen dieren en miljoenen euro’s materiële schade alleen al in het eerste half jaar. Veel media besteedden er aandacht aan, het werd een politiek onderwerp. Impactrijk op een heel andere manier was de flatbrand in Diemen. Niet omdat het op zichzelf nou zo’n bijzondere brand was: uit rapporten en nieuwsberichten komt het beeld naar voren van een pittige, maar niet ondenkbaar complexe woningbrand. Ook nog niet eens impactrijk omdat bij de brand een dodelijk slachtoffer te betreuren viel; het is triest, maar slachtoffers horen nu eenmaal bij ons werk. De impact van deze brand zat vooral in de nafase: het brandweeroptreden werd onderwerp van onderzoek en juridische procedures. Het is een naargeestig beeld dat in de tijdsgeest past: ook professionals die naar eer en geweten handelen, kunnen, wanneer dat handelen niet het gewenste effect heeft, in het beklaagdenbankje komen. Minder treurig, maar zeker opvallend genoeg voor canonnominaties zijn unieke branden. Ik denk dan aan de casinobrand in Groningen, aan de brand in het oude gemeentehuis van Wolvega, en vooral aan de grotbrand in Kanne, bij Maastricht. Weet u het nog? In de Zuid-Limburgse heuvels woedde in juli een brand in een mergelgrot. Hooibalen waren in de grotten opgeslagen, werden in brand gestoken en zorgden dagenlang voor een lastig te bedwingen brand. Specialisten konden niet verhinderen dat uiteindelijk voor de meest defensieve techniek werd gekozen: gecontroleerd uit laten branden.

identiteit en vakinhoud staan minder centraal in de hedendaagse brandweerorganisatie en er wordt een kloof ervaren tussen de werkvloer op brandweerposten enerzijds en de wereld van bestuurders en managers anderzijds. De raakvlakken met het onderzoek dat de commissie-Kuijken deed naar de Nationale Politie zijn interessant. Ook daar klinken de woorden vervreemding en kloof door. Tegelijkertijd: 88% van ons gaat met plezier naar zijn of haar werk. Laten we dat zo houden. Voor mij geen spectaculaire uitrukken in 2017, maar vooral business as usual. Bijzonder om te zien vond ik wel hoeveel energie er op onze brandweerpost vrijkwam toen we rond de zomer een grote wervingscampagne opzetten. Ook onze post kon wel wat versterking gebruiken. Met vereende krachten is via allerlei kanalen en op verschillende manieren geprobeerd nieuwe collega’s te vinden, van flyeren via reverse graffiti tot het slim gebruik van social media. De campagne had het gewenste effect. We hebben vier nieuwe mensen. Maar minstens zo belangrijk: het samen werven van nieuwe collega’s werkt ook verbindend en motiverend voor de huidige collega’s. Er hoeven niet altijd vlammen in de buurt te zijn om het brandweervuur te voelen. Genoeg brandweerzaken om onder de kerstboom of bij een oliebol over door te praten. Ik wens u allen rustige feestdagen toe, en een nieuwjaarsdag waarbij teletekstpagina 101 niet (weer) bericht over op hulpverleners gericht geweld. We zien elkaar veilig en wel in 2018. Gerard Bouwmeester

Kijken we ook even over de grens. De brand die dit jaar de meeste internationale aandacht trok, was ongetwijfeld de brand in de Grenfelltoren in Londen op 14 juni, waarbij een defecte koel-vriescombinatie een brand veroorzaakte met meer dan zeventig doden. In Portugal woedden de grootste bosbranden sinds lange tijd: in juni overleden daardoor meer dan zestig mensen en in oktober nog eens rond de veertig. Ook voor Californië, in de Verenigde Staten, was 2017 het meest dodelijke bosbrandjaar sinds men dat vanaf 1932 is bijhoudt. Verder nog in het nieuws? De uitkomsten van het zogenaamde Belevingsonderzoek repressief brandweerpersoneel zijn in oktober gepubliceerd. Drie hoofdlijnen uit het rapport: schaalvergroting heeft geleid tot professionalisering, maar ook tot formalisering, bureaucratisering en vervreemding; de professionele, repressieve

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

5


ACTU E EL

Casu誰stiek uit brandonderzoek voor de zorg Leren van praktijksituaties is een waardevolle manier om tot nieuwe inzichten te komen als het gaat om brandveiligheid. Het boekje Casu誰stiek uit brandonderzoek voor de zorg is de nieuwste in de serie casu誰stiekboeken. Brandonderzoeker Joost Ebus heeft op 7 november het boek met 24 casussen over brand in de langdurige zorg gepresenteerd. Het is ontwikkeld in samenwerking met De Zorg Brandveilig, een programma van de Brancheorganisaties zorg en Brandweer Nederland.

Daarnaast is elke casus voorzien van nuttige inzichten en tips van brandveiligheidsexperts uit de zorg. De focus daarbij ligt op praktische manieren om in de toekomst met vergelijkbare situaties om te gaan en ze te voorkomen. Het Casuistiekboek uit brandonderzoek voor de zorg is te downloaden via www.dezorgbrandveilig.nl.

Het Casu誰stiekboek uit brandonderzoek voor de zorg laat zien dat een ongeluk in een klein hoekje zit en dat de gevolgen ervan enorm kunnen zijn. Van iedere casus zijn onder meer het type brand, de oorzaak, de gevolgen en de manier van melden en reageren beschreven.

Zelfdovende sigaretten beperkte rol bij terugdringen branddoden

Het doel van het onderzoek was om inzicht te krijgen in het vermogen van zelfdovende sigaretten om gestoffeerd meubilair te ontsteken en in de invloed van deze sigaretten op de brandveiligheid in de woonomgeving. Uit het onderzoek blijkt dat de zelfdovende sigaret maar een beperkte rol speelt en er meer factoren van invloed zijn. Zo spelen onder andere sociaal-economische factoren, de combinatie van de ontstekingsbron (de sigaret) en het voorwerp dat ontbrandt, de bijdrage van voorwerpen in de omgeving aan met name de rookontwikkeling en de omstandigheden van het slachtoffer tijdens de brand een rol. Naar aanleiding van het onderzoek concludeert de Brandweeracademie dat de maatregelen om het aantal branden en het aantal doden te beperken, zich moeten richten op de combinatie van de ontstekingsbron en het voorwerp dat ontbrandt.

6

nummer 12 december 2017 - Sdu Uitgevers

Fotografie: IFV

Er zijn meerdere maatregelen nodig om het aantal doden bij brand door roken terug te dringen. Deze moeten zich richten op zowel de sigaret als het voorwerp dat ontbrandt. De zelfdovende sigaret speelt namelijk maar een beperkte rol bij het terugdringen van het aantal slachtoffers. Dit blijkt uit literatuuronderzoek van de Brandweeracademie.

Brand&Brandweer


Actueel

Grote regionale verschillen in aantal brandclaims Hoewel het totale aantal brandclaims vorig jaar licht daalde, steeg het aantal claims in Overijssel en Drenthe. Dat staat in de Risicomonitor Woningbranden, opgesteld door het Verbond van Verzekeraars in samenwerking met Brandweer Nederland. De minste claims kwamen uit Zeeland en Friesland. In totaal zijn er 103.657 geregistreerd. De belangrijkste brandoorzaken zijn koken, stoken, elektrische apparaten, elektra en roken. Bij de branden vorig jaar vielen in totaal 47 dodelijke slachtoffers, blijkt uit gegevens van Brandweer Nederland en het Instituut Fysieke Veiligheid. De helft van de fatale woningbranden begint in de woonkamer, gevolgd door de slaapkamer (19%) en de keuken (16%). Huisartsen moesten 75.000 brandwonden behandelen, waarvan het bij een kwart ging om brandwondongevallen met kinderen.

Landelijk inzetbare 112 app De Landelijke Meldkamerorganisatie (LMO) werkt aan een landelijk inzetbare 112 app. Een Finse app wordt gebruikt als basis voor de Nederlandse. In Finland kunnen burgers al sinds 2015 noodgevallen via de app melden. De app stuurt de exacte locatiegegevens van de beller automatisch naar de meldkamer. In de toekomst kan ook beeldmateriaal worden meegestuurd.

Brand&Brandweer

‘We brengen in kaart welke technische aanpassingen in bestaande systemen, zoals het GMS, nodig zijn en we bereiden een proef met de app voor in een van de meldkamers’, aldus Wim van Vemde, programmadirecteur LMO over de vervolgstappen. ‘Daarmee krijgen we inzichtelijk wat het gebruik van een 112 app vraagt van centralisten en wat er nog nodig is om het landelijk in te zetten.’

Veiligheidswaarschuwing voor aantal wasmachines Een aantal afwasmachines van Bosch, Constructa, Neff en Siemens, geproduceerd tussen 1999 en 2005 kan door een elektrisch onderdeel oververhit raken. Dit kan potentieel brandgevaar opleveren. Branden in afwasmachines komen vaker voor. Op de website www.dischareaction.com kan worden gecontroleerd welke afwasmachines het mogelijke defect hebben.

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

7


ACTU E EL

Bij incidenten of een dreiging ervan in het havengebied in Zeeland is een snelle informatievoorziening naar direct getroffenen en de omwonenden cruciaal. Daarvoor hebben Veiligheidsregio Zeeland en Zeeland Seaports een nieuw waarschuwingssysteem, Alert4All, laten ontwikkelen. Bedrijven, werknemers en particulieren die de app op hun telefoon hebben, krijgen direct een melding wanneer er een ongeval met gevaarlijke stoffen is gebeurd en als er gevaar dreigt voor de omgeving. Het is een systeem van en voor de bedrijven, het melden gebeurt zonder tussenkomst van Veiligheidsregio Zeeland of Zeeland Seaports. Zodra een incident plaatsvindt met mogelijk gevaar voor de omgeving moet het bedrijf naast het bellen van 112, ook een melding doen in het systeem. Op basis van de risicoscenario’s van het bedrijf en meteo-informatie stuurt het systeem een alert uit naar andere aangesloten bedrijven met een handelingsadvies.

Fotografie: Ginopress

Nieuw waarschuwingssysteem bij incidenten in haven Zeeland

Brandweer IJsselland en Vitens werken samen aan nieuw bluswaterbeleid Brandweer IJsselland gaat in de toekomst minder gebruikmaken van brandkranen en investeert in een nieuwe watertankwagen en watertransportsystemen. Hiermee verbetert de dekking van bluswater. Aanleiding voor deze ontwikkeling is de veranderde wetgeving voor de levering van bluswater en een beter inzicht in de behoefte en het daadwerkelijke verbruik. Deze ontwikkelingen waren voor de brandweer en drinkwaterbedrijf Vitens aanleiding om samen te werken aan een nieuw bluswaterbeleid. Onderzoek wees uit dat de brandweer toe kan met tweederde van het aantal brandkranen dat er

nu beschikbaar is in de gemeenten. Er is dan nog voldoende bluswater voorhanden door inzet van ander materieel en meer gebruik van open water. Brandweer IJsselland en Vitens bepalen samen welke brandkranen afgestoten kunnen worden, zonder dat dit invloed heeft op de veiligheid. In de historische binnensteden en buitengebieden blijven alle brandkranen gehandhaafd. De besparing die de afname van brandkranen oplevert, wordt de komende jaren geïnvesteerd in een nieuwe watertankwagen en watertransportsystemen. Dat levert tevens een verbetering op van de dekking van het bluswater.

Brandweer hoogst gewaardeerde organisatie De brandweer is de hoogst gewaardeerde overheidsorganisatie, blijkt uit het Overheid Merkenonderzoek van Hendrik Beerda Brand Consultancy. Met het onderzoek is eerst de bekendheid van alle overheidsinstellingen gemeten, waarna voor de bekendste honderd een vervolgonderzoek is gedaan naar het

8

nummer 12 december 2017 - Sdu Uitgevers

imago. De politie en Staatsbosbeheer staan op plaats twee en drie. ‘Ook in vergelijking met andere sectoren, zoals bedrijven en goede doelen, scoort de brandweer als merk het beste’, aldus merkadviseur Hendrik Beerda. ‘Dit was de meest verrassende conclusie

uit het nieuwe merkenonderzoek. De toppositie dankt de brandweer aan de kwaliteit van de medewerkers en het vertrouwen in de goede besteding van het geld.’

Brand&Brandweer


Actueel

Nieuwe uitgave EssentiĂŤle bouwkundige controlepunten gepresenteerd De Essentiele Bouwkundige Controlepunten 2017/2018 is gepresenteerd. De uitgave helpt bij het controleren van de brandveiligheid van gebouwen. Het is een uitgave van Brandveilig Bouwen Nederland en is samen met Brandweer Nederland en de Vereniging van Bouw en Woningtoezicht Nederland gemaakt. De uitgave Essentiele Bouwkundige Controlepunten 2017/2018 kent een aantal wijzigingen ten opzichte van de vorige uitgave. Zo is er meer aandacht voor controlepunten in de bestaande bouw, is er een uitgebreid hoofdstuk toegevoegd over Rook Warmte Afvoer en een nieuw stuk over horizontaal geplaatste daklichten. De uitgave EssentiĂŤle bouwkundige controlepunten 2017/2018 is te downloaden via www.bbn.nu. Op deze website zijn ook gedrukte exemplaren te bestellen.

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

9


bran d van de maan d

Grote brand in binnenstad Maastricht tijdens carnavaldrukte

10

nummer 12 december 2017 - Sdu Uitgevers

Brand&Brandweer


bran d van de maan d

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

11


bran d van de maan d

Op het moment dat het grote openingsfeest van het carnavalseizoen op 11 november op het Vrijthof in Maastricht is afgelopen en het plein leegstroomt, ontstaat in één van de smalle zijstraatjes van het plein een grote uitslaande brand. In het straatje staat veel historische bebouwing en zijn veel horecagelegenheden. De eerste grote uitdaging voor de eenheden is dan ook om snel ter plaatse te komen. De tweede is om branddoorslag en overslag te voorkomen.

Door Jildou Visser Fotografie raoul lamberiks, brandweer zuid-limburg

E

erste bevelvoerder Hans Koopman wordt die avond om 20.18 uur gealarmeerd voor een binnenbrand in de Platielstraat. ‘Toen gingen bij mij direct alle alarmbellen af’, laat hij weten. ‘Ik wist dat die dag de opening van het carnavalseizoen op het Vrijthof was, dat het feest net was afgelopen en dat de Platielstraat één van de uitgaansstraatjes in Maastricht is.’ In de stad wordt uitgerukt met een TS4 in combinatie met een ladderwagen en een TS6. ‘Ik had een chauffeur mee die plaatselijk niet bekend was en die ik aanrijdend de weg moest wijzen vanwege wegwerkzaamheden. Tegelijkertijd moest ik de centralist uitvragen. Toen begon mijn dubbelfunctie al‘, blikt Koopman terug. Onderweg zien ze een grote rookkolom vanuit het centrum opstijgen. Koopman schaalt op naar grote brand. Als ze in het centrum aankomen, treffen ze een grote mensenmassa aan. ‘De centralist had me geadviseerd om niet via het Vrijthof aan te rijden, maar dat hebben we toch gedaan. Ik wist dat we via die weg maar 75 meter het straatje in hoefden rijden en dat dat korter was dan vanaf de andere kant. Zelfs dat kleine stukje de straat in was nog een grote uitdaging. De straat is maar vijf meter breed. Er hingen zonneschermen en luifels naar beneden en het wemelde er van de mensen. Mensen stonden tegen de gevels gedrukt om ons erdoor te kunnen laten. Het was een kwestie van stapvoets rijden, passen en meten.’ Als de eerste TS ter plaatse komt, moeten ze noodgedwongen half voor het pand parkeren. ‘Verder konden we niet’, aldus Koopman.

TS hoort aankomen, gaat hij weer naar buiten om de tweede bevelvoerder op te vangen. De nummers een en twee stoten dan door naar de tweede verdieping. Met de tweede bevelvoerder sluit Koopman kort dat hij met zijn eenheid inzet op de brand en de tweede TS op het voorkomen van overslag naar de panden aan de andere kant van de steeg. ‘De kans was groot dat de brand over zou slaan. De vlammen sloegen vanuit de ramen de smalle steeg in’, aldus Koopman. Het is nog erg druk in de straat als de eenheden bezig zijn met de eerste inzet. Koopman: ‘De ladderwagen moest afstempelen tussen de benen van omstanders in. Er waren door het feest gelukkig veel beveiligers en agenten ter plaatse, waardoor ze de straat snel vrij konden maken.’ ‘Later hebben ze alle cafés in de straat één voor één ontruimd’, vult Officier van Dienst (OvD) Jos Laumen aan.

‘Mensen stonden tegen de gevels gedrukt om ons erdoor te kunnen laten’ Hij ziet dat de brand woedt in het hoekpand en op de tweede etage uitslaand is richting de steeg. ‘Die is maar drie meter breed, dus overslag was een grote zorg.’ Ter plaatse wordt de eerste bevelvoerder opgevangen door een collega-bevelvoerder. Hij heeft het carnavalsfeest gevierd en is daarna direct naar het brandadres gegaan. ‘Hij was binnen geweest en kon mij vertellen dat er niemand meer in het pand was en dat het gas en de elektriciteit al waren afgesloten. Bovendien liet hij me weten wat de kortste route naar boven was.’ Koopman laat zijn manschappen hoge druk afleggen en stuurt ze naar binnen. ‘Ik ben er snel achteraan gegaan, want zij zitten normaal gesproken niet bij mij in de ploeg. Ik wilde er zeker van zijn dat ze geen gevaar zouden lopen.’ Als hij de tweede 12

nummer 12 december 2017 - Sdu Uitgevers

Als de brandweerlieden de deuren openen, stroomt het water uit het pand.

Brand&Brandweer


bran d van de maan d

Politie en beveiligers hebben de Platielstraat ontruimd. Feestgangers worden opgevangen op het Vrijthof.

Te weinig handjes Snel nadat de tweede TS is ingezet, komen de manschappen van de eerste TS naar buiten. ‘Het werd te gevaarlijk binnen. Op de tweede verdieping waren flinke hoeveelheden vuur en het stucwerk kwam naar beneden. Voor de buiteninzet moesten we zo snel mogelijk overschakelen op lage druk. Dan loop je tegen de tekortkomingen aan van een TS4. We hadden te weinig handjes om snel de lage druk op te bouwen. Uiteindelijk heb ik daar zelf ook bij geholpen.’ De eerste bevelvoerder besluit zijn manschappen in te zetten op een offensieve buiteninzet, de bemanning van de tweede TS op het voorkomen van overslag en de derde TS voedt de autoladder. Daarnaast zet hij enkele manschappen in de naastliggende panden in om de brandwerende scheidingen te controleren. Zodra de vierde TS ter plaatse is wordt deze aan de achterkant ingezet. Valgevaar Op het moment dat ook de vierde TS is ingezet, krijgt Laumen het idee dat ze de brand goed hebben ingepakt en moeten kunnen houden. ‘Toch houd je er rekening mee dat het zo zou kunnen zijn dat de brand zich nog uitbreidt via de houten draagbalken die mogelijk van het ene pand doorlopen in het andere pand. Bij dit soort oude gebouwen weet je nooit precies hoe er op en in elkaar om is gebouwd.’ Dat blijkt uiteindelijk niet zo te zijn. Een ander groot aandachtspunt is het valgevaar van dakdelen. ‘Je hebt al niet veel ruimte in die smalle straten. Als je daarvan ook nog een stuk moet afzetten, houd je niet veel ruimte over. Het is belangrijk dat je oog blijft houden voor de afzetting en elkaar er ook goed op blijft controleren’, aldus Laumen.

Brand&Brandweer

Veel water Omstreeks half elf die avond durft de OvD het sein brand meester te geven. Daarna is het vooral nog een kwestie van goed nablussen. ‘Daarvoor moesten we het pand in. Dat was nog wel even spannend, want er stond ontzettend veel water in het pand. Toen we de deuren openden stroomde het naar buiten. We wisten niet goed wat het effect van de hoeveelheid water en het gewicht ervan was op de houten draagconstructie’, vertelt Laumen. ‘Bij het beoordelen van de situatie heb ik een bouwkundig constructeur betrokken. Daarnaast heb ik de situatie goed doorgesproken met zowel de bevelvoerder als de ploeg die naar binnen zou. Ze moesten zich er goed van bewust zijn en zich terugtrekken zodra ze iets niet vertrouwden. Gelukkig hebben ze binnen alle resterende brandhaardjes goed kunnen blussen.’ Aandachtspunt Zowel Laumen als Koopman kijken tevreden terug op de inzet. ‘We hebben gelukkig weten te voorkomen dat de brand verder is doorgeslagen en overgeslagen. Als dat was gebeurd, hadden we een groot probleem gehad’, aldus Laumen. Toch vindt Koopman de wijze waarop is uitgerukt een aandachtspunt. ‘Ik blijf het vier plus twee verhaal lastig vinden. Bij deze inzet kwamen we echt handen tekort. Ik moest in de beginfase van de inzet met de manschappen meewerken terwijl ik op dat moment eigenlijk het overzicht moet bewaren. Je hebt continu een dubbelfunctie, waardoor je aspecten uit het oog verliest.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

13


Oplei den & Oefen en

De eerste ervaringen met de ELO

Vol verwachting is de Elektronische Leeromgeving (ELO) in gebruik genomen. De ELO moet het landelijk ontwikkelen, raadplegen en delen van nieuwe les- en leerstof versnellen en vereenvoudigen. Een impuls dus voor het vakbekwaam worden en blijven. Na de zomer zijn de eerste landelijke modules voor zittende brandweerlieden online geplaatst. De eer is aan de module voor chauffeurs en aan Incidentbestrijding Gevaarlijke Stoffen (IBGS). ‘We hebben voor deze modules gekozen, omdat bij deze onderwerpen het verschil tussen de oude en nieuwe les- en leerstof het grootst is’, vertelt Wim Beckmann van de Brandweeracademie van het IFV. Wat zijn de eerste ervaringen met het online leersysteem?

Door Casper Ferwerda fotografie ifv

‘B

randweerlieden kunnen zelf beslissen waar en wanneer ze willen studeren. Ze kunnen zelf bepalen welke modules zij interessant vinden en voor ons is het makkelijker om de les- en leerstof aan te passen. Dat maakt ook dat we dit sneller kunnen doen en 14

nummer 12 december 2017 - Sdu Uitgevers

de modules dus altijd actueel zijn naar de nieuwste inzichten’, somt Beckmann de voordelen van de ELO op. Of die voordelen door het werkveld ook zo worden ervaren, durft hij nog niet te zeggen. ‘De module voor chauffeurs hebben we er na de zomer opgezet, maar dat was slechts een kleine module. De eerste grote landelijke module staat er sinds half november op, dus het is nog te vroeg om daar al iets over te zeggen. Ik ben benieuwd hoe vaak deze al is bekeken en of het voldoet aan de behoefte.’

Brand&Brandweer


Oplei den & Oefen en

Regio’s maken zelf ook gebruik van de ELO. In wat voor mate is volgens Beckmann verschillend. ‘De ene regio is er al veel verder mee dan de andere. De ene plaatst er zelf al producten op, terwijl in de andere de instructeurs er nog niet echt actief mee werken. Dat heeft ook tijd nodig. Het is een traject dat we samen zijn aangegaan. We zijn dus ook nog samen aan het ontdekken hoe we de ELO op de meest optimale manier kunnen inzetten.’

treren. Ik vind het fijn om studeren in stukjes op te delen. Soms neem ik even wat theorie tot me en ga dan even bij het scherm weg.’

Weg met de boeken ‘Ho, nee! Die studieboeken raak ik niet meer aan.’ Manschap en chauffeur Harry Opgelder uit Kampen moet er hard bij lachen. Inmiddels zit er al een dikke laag stof op.’ Opgelder is blij met de komst van de ELO, die hij twee jaar geleden voor het eerst gebruikte bij het bestuderen van lesmateriaal voor de opleiding Specialisme Technische Hulpverlening (STH).

grondinformatie. ‘Onlangs kwamen we bij ons een zoekcamera in de container tegen. Hoe werkt hij ook alweer? Via de ELO vonden we snel de handleiding.’ De mogelijkheid om landelijk dezelfde theorie te delen en er via het forum over te discussiëren, vindt hij ook een pluspunt. ‘Als ik voorheen met een vraag zat, stelde ik die binnen het eigen korps. Nu kan ik antwoord krijgen van heel Nederland, bijvoorbeeld van de andere STH-regio’s. Maar ook zonder een vraag heb je veel aan het forum. Soms kom ik er dingen tegen waarbij ik denk: daar zit ik inderdaad zelf ook mee.’

‘Ik heb het gevoel dat ik het leren nu zelf meer in de hand heb’ ‘Leren uit boeken is niet mijn sterkste punt, nooit geweest ook’, gaat hij verder. ‘Je gaat dan automatisch ook weerstand opbouwen tegen de boeken. Ik vind de ELO goed werken en beter bij mij passen. Achter de computer of met de laptop gaat het studeren mij een stuk beter af. Ik kan in mijn eigen tempo en vertrouwde omgeving met de lesstof aan de slag. Ik heb daarbij het gevoel dat ik het leren nu zelf meer in de hand heb en mij beter kan concen-

Brand&Brandweer

Delen van informatie Opgelder gebruikt de ELO zeker eens per week. Bijvoorbeeld voor lesstof over nieuwe werkpakken. Of voor het opzoeken van achter-

Daniel Bakker gebruikt de ELO nog maar sinds kort. Hij begon afgelopen september met de leergang Manschap A. Hij herkent Opgelders ervaringen. ‘Ik ben 29 jaar en opgegroeid met computers. Voor mij is studeren via de ELO heel prettig, thuis met de laptop. Daarbij vind ik de filmpjes die zijn verwerkt in de lesstof een groot pluspunt. Dit maakt het leren een stuk leuker en makkelijker. Verder zie je vooraf hoeveel tijd je ongeveer aan een hoofdstuk zal besteden, die tijd neem ik ook. Maar leg je de laptop even weg, dan kun je ook weer makkelijk verder gaan waar je was gebleven. Het systeem is vrij eenvoudig, dus ik denk dat ook oudere generaties het zonder problemen moeten kunnen gebruiken.’

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

15


Brandweer, GHOR en Veiligheidsregio Almanak

• Veiligheidsregio’s • Brandweren: regio en gemeente • GHOR/Publieke gezondheid

Kijk voor meer informatie op www.sdu.nl/brandweeralmanak


Oplei den & Oefen en

Kinderziektes Helemaal als een aantal kinderziektes eruit zijn, vult Bakker aan. ‘Zo kun je op meerde manieren naar het einde van een hoofdstuk gaan. Sommige routes zijn wat omslachtig. Je zou er onder andere via Studieroutes kunnen komen, maar mijn ervaring is dat dit niet de meest praktische weg is. Via de agendafunctie is het handiger. Dit kan denk ik simpeler.’ Daarnaast moet er vaak worden geklikt om bij de samenvatting van een hoofdstuk te komen, aldus

Vervolgtraject Na IBGS worden e-modules ontwikkeld rond de verkenning van gebouwbranden en de rol van de mensfactor in de incidentbestrijding. Dit zijn ook elementen uit de nieuwe leergang die zijn veranderd. Welke producten daarna geschikt worden gemaakt voor de ELO, is nog niet bekend. Beckmann: ‘Daarover gaan we met het werkveld in gesprek. Tegelijkertijd is er een hele lijst met producten die nog geschikt

Bakker. ‘In de voorbereiding op een toets, waarbij je meerdere hoofdstukken moet kennen, kan dat onnodig veel tijd kosten. Nu is een van mijn collega’s bezig om alle samenvattingen te bundelen in een document. Dan ontstaat er toch weer een boekwerk. Dit kan niet de bedoeling zijn.’

moeten worden gemaakt. Het is aan het veld in welke volgorde we dat gaan doen.’

‘We gaan als eerst aan de slag met de modules waarnaar de behoefte het grootst is’ Bakker zit zo’n twee keer per week achter het scherm. ‘Ik gebruik de ELO met name bij de voorbereiding op lessen of om na mijn theorieles op maandagavond nog even wat op te zoeken. ‘Het forum kan daarbij van pas komen als opdrachten niet helemaal duidelijk zijn. Je levert opdrachten namelijk in via de ELO en kunt ook uitwerkingen van anderen bekijken. Dit heb ik nog niet nodig gehad, maar als er straks grotere opdrachten komen, kan het zeker handig zijn. Het is dus ook mooi dat we overal in het land dezelfde stof gebruiken.’

Brand&Brandweer

Het duurt nog even voordat alle producten gereed zijn. Toch waarschuwt Beckmann dat dat niet te lang moet duren. ‘Het moet niet langer dan een paar maanden gaan duren voordat de volgende producten beschikbaar komen. We willen bepaalde thema’s graag landelijk hetzelfde vormgeven en dus ook werken met één uniforme les- en leerstof. Als het te lang duurt voordat deze producten beschikbaar zijn, loop je het risico dat regio’s zelf aan de slag gaan. Dat is niet de bedoeling. Dat is ook één van de redenen dat we continu goed blijven afwegen welke module de volgende is. We gaan als eerst aan de slag met de modules waarnaar de behoefte het grootst is. Hierbij staat het doorontwikkelen van de vakbekwaamheid van brandweermensen centraal, ELO is daarbij een hulpmiddel.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

17


Repressi e

Brandweerlieden proberen met handen, voeten en bezems het slachtoffer uit te graven, maar dat lukt niet.

‘Denk bij niet-alledaagse meldi Zoek zo snel mogelijk een bedrijfsdeskundige op als je zelf geen kennis hebt van de processen en de middelen die voorhanden zijn. Zorg dat diegene fungeert als aanspreekpunt voor de ploeg. Probeer inventief om te gaan met de middelen die je ter beschikking hebt. En houd contact met de mensen, ook als een incident niet goed afloopt. Dat zijn enkele conclusies uit de leertafel na een bedrijfsongeval bij Meneba in Rotterdam. Bij het ongeval is een man in een tankwagen vol meel gevallen en vast komen te zitten.

Door Marco van der Leest fotografie Willem Duivestein

D

e man is in de tankwagen geklommen op het moment dat het laden ervan is stopgezet. Als het laadproces toch weer wordt gestart, wordt hij bedolven onder een lading bloem. Zijn collega’s bellen 112. De eerste brandweereenheid wordt om 14.30 uur gealarmeerd voor de melding: man valt in meelsilo. ‘Aanrijdend probeer je te bedenken wat je aan kunt gaan treffen. Je maakt een plan en een plan-plus, maar dat is lastig als je het plaatje nog niet compleet hebt’, vertelt Officier van Dienst (OvD) Erwin de Wit van Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond. Ook eerste bevelvoerder Alwin van Beukenholdt wordt gealarmeerd voor het incident. ‘Het was voor ons misschien twee minuten rijden, we waren er snel. Ter plaatse werden we opgevan18

nummer 12 december 2017 - Sdu Uitgevers

gen door medewerkers. Zij gaven aan dat het om een tankwagen met meel ging waar een persoon in was vast komen te zitten. Dat is toch net een ander scenario dan wat we via de portofoon mee hadden gekregen.’ De manschappen van de eerste TS treffen ter plaatse inderdaad een bulktankwagen aan onder een laadstation. Op en om de tankwagen liggen op dat moment grote hopen bloem en restproduct. Op sommige plekken tot een halve meter naast het voertuig. ‘Al dat poeder maakte dat we een bijzonder stoffige werkomgeving hadden’, vertelt Van Beukenholdt: ‘Het was duidelijk dat er iets mis was gegaan met het laden van het voertuig. Werknemers van het bedrijf stonden bovenop de tankwagen, in de meel. Zij waren bezig met het bevrijden van de persoon die vastzat in de tank. Hij was op dat moment al kopje onder gegaan in de grote hoeveelheid meel.’

Brand&Brandweer


Repressi e

Samen met de medewerkers van het bedrijf zoeken de brandweerlieden naar creatieve oplossingen om het slachtoffer te bevrijden.

ingen in creatieve oplossingen’ bedrijfsdeskundige De Wit laat weten dat het juist bij dit soort incidenten van belang is dat er een bedrijfsdeskundige aanwezig is die als aanspreekpunt kan fungeren voor de eenheden. ‘Dat is het eerste wat ik heb gedaan, de bedrijfsdeskundige zoeken. Ik had iemand nodig die iets afweet van de technieken en de mogelijkheden die binnen het bedrijf voorhanden zijn. Voor ons is het bevrijden van iemand uit een berg meel namelijk geen dagelijkse praktijk.’

bevrijden.’ Vijftig minuten na de melding is het slachtoffer bevrijd, maar blijkt ook dat hij is overleden. Van Beukenholdt: ‘Doordat de medewerkers ons lieten weten welke middelen beschikbaar waren en we daar inventief mee om zijn gegaan hebben we dit slachtoffer kunnen bevrijden. Dat hij dan al is overleden geeft een dubbel gevoel. Bij dit soort nietalledaagse meldingen moet je echt denken in creatieve oplossingen.’

Vacuüm De grootste uitdaging tijdens de inzet is dat het slachtoffer vacuüm is gezogen in de tank, zo laat de eerste bevelvoerder weten. Het fijne meelpoeder levert problemen op bij de bevrijding van het slachtoffer. ‘De meelkorrels zaten stijf tegen elkaar aan geplakt, daarin was het slachtoffer vastgezogen. We hebben met handen, voeten en bezems geprobeerd om de man zo snel mogelijk uit te graven, maar dat lukte niet’, legt Van Beukenholdt uit. ‘Je gaat dan zoeken naar alternatieve middelen die je kunt gebruiken.’

Nagesprek De Wit besluit direct na de inzet om samen met de medewerkers van het bedrijf na te praten. ‘Je weet dat er uiteindelijk altijd slachtofferhulp komt, maar dat is een proces wat later wordt opgestart. Op dat moment sta je met mensen ter plaatse, misschien bekenden van het slachtoffer. Zij hebben geholpen met de bevrijdingsactie, we hebben het met z’n allen gedaan. Het voelde niet meer dan juist om ook samen met hen af te ronden.’ De OvD besluit daarom, in overleg met de directie van het bedrijf en met de brandweerploeg, om met alle betrokkenen samen te komen in de kantine van het bedrijf. ‘Daar hebben we met de politie de mensen toegesproken. Vooral om te vertellen wat een goed werk ze hebben verricht, dat de actie mede dankzij hen zo vlot kon verlopen. Het was goed dat we de nazorg op deze wijze hebben aangepakt.’ ■

Een paar manschappen komen dan op het idee om de perslucht die bij het bedrijf in een slang aanwezig is te koppelen aan een holle bezemsteel. Door de twee aan elkaar te bevestigen wordt een staaf gecreëerd waar aan het uiteinde lucht blaast. ‘Je probeert dingen uit, dit werkte. Met de stok konden we lucht inbrengen, dat zorgde ervoor dat de meelkorrels loslieten. Op verschillende plekken hebben we de stok in de wagen geprikt, net zo lang tot we het vacuüm als het ware ophieven en het slachtoffer konden

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

19


Waterongevallen

Kennis delen staat centraal op symposium waterongevallen Brandweer Fryslân organiseerde op vrijdag 3 en zaterdag 4 november het landelijk symposium waterongevallen. Het programma was op beide dagen gelijk. Een bewuste keuze volgens Brandweer Fryslân, want dit gaf ook vrijwilligers die normaal doordeweeks overdag werken de kans om het programma te volgen. Het was een multidisciplinair symposium, waarbij ook centralisten, politie en ambulance aanwezig waren.

Wim Kleinhuis: ‘We gaan deze dagen vooral kennis delen, elkaar ontmoeten en discussiëren.’

Door JILDOU VISSER Fotografie Kees van der Mark, Brandweer Fryslân

‘D

it is een symposium voor en door collega’s. Ik ben trots dat we dit hier op de kazerne in Leeuwarden kunnen organiseren.’ Met die woorden opende Wim Kleinhuis, directeur van Veiligheidsregio Fryslân, het symposium. ‘Op het water is samenwerken bij uitstek belangrijk, want waterongevallen bestrijden wij niet alleen. Dat doen we samen met de collega’s van bijvoorbeeld de Reddingsbrigade, de meldkamer, politie en ambulance. We gaan deze dagen vooral kennis delen, elkaar ontmoeten en discussiëren, om samen te komen tot een betere aanpak van waterongevallen.’ Op het programma staan onder andere de Handreiking grijp- en Oppervlakteredding (zie Brand&Brandweer nr. 10, oktober 2017), arbeidshygiëne, de LiveOP, XVR en slachtofferoverdracht.

20

nummer 12 december 2017 - Sdu Uitgevers

Arbeidshygiëne Frans van der Veen uit Veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek opent de workshop over arbeidshygiëne met de vraag: is schoner werken alleen een thema bij brandbestrijding? De aanwezigen zijn het erover eens dat de arbeidshygiëneprocedure vaak alleen bij brandbestrijding wordt toegepast. Toch is het ook bij waterongevallen van belang, laat Van der Veen weten. ‘Bij de bestrijding van waterongevallen kun je te maken krijgen met bacteriële besmetting of chemische besmetting. Denk bijvoorbeeld aan de ziekte van Weil.’ Deze ziekte wordt veroorzaakt door de Leptospirabacterie en wordt overgebracht door ratten. En daar komen er steeds meer van. Van der Veen haalt een voorbeeld aan van een boer die eerder dit jaar de ziekte heeft gekregen. Eén van zijn geiten is op 5 september in de sloot beland, die heeft de boer na drie uren ploeteren eruit gehaald. Op 16 september krijgt hij last van aangezichtspijn, hevige koorts en pijn in de kuiten. Een dag later

Brand&Brandweer


Waterongevallen

bezoekt hij het zeikenhuis met de mededeling dat hij waarschijnlijk de ziekte van Weil heeft. Die ziekte is bij de behandelend arts onbekend. Er wordt bloed afgenomen en dit wordt vijf dagen op kweek gezet. De boer wordt naar huis gestuurd en bij verslechtering moet hij terugkomen. Die nacht krijgt hij een koortsaanval en belandt hij op de intensive care. Zijn bloeddruk is dan 40/85. Hij wordt volgens protocol behandeld en krijgt een infuus met vocht en antibiotica. Hij overleeft het. ‘De ziekte van Weil kent een lange incubatietijd van twee tot dertig dagen. Het kan levensbedreigende vormen aannemen’, waarschuwt Van der Veen. ‘Het is van belang dat we het protocol volgen. Ga niet duiken met verwondingen en voorkom dat je water in je mond krijgt, hanteer strenge hygiëne maatregelen na de inzet en zorg dat je personeel en het materieel wordt gedesinfecteerd.’ Waterverontreiniging is een ander besmettingsrisico, laat Van der Veen weten. Dit komt met name door lozingen vanuit het verleden, bodemverontreiniging, overbemesting, overgelopen riolen en indirecte waterverontreiniging. Botulisme en blauwalg zijn twee risico’s waarbij er grote verschillen zijn tussen de protocollen die de verschillende regio’s hanteren. Botulisme kan met name worden herkend door dode vissen en watervogels, verlammingsverschijnselen, het slecht verdragen van licht en dubbel zien. Blauwalg kan voorkomen bij een hogere watertemperatuur en is te herkennen aan de typerende kleur van het water en een dikke groene olieachtige drijflaag. Van der Veen: ‘Voor beide geldt dat we toe moeten naar een procedure die in overeenstemming is met schoner werken. Desinfecteer na een inzet grondig. Welk middel daar het beste voor is, weten we niet. Er zijn grote verschillen tussen de regio’s in de manier waarop ze ontsmetten. Voor blauwalg geldt daarnaast dat je nooit een inzet moet doen in een waadpak.’ Van der Veen pleit voor meer eenheid in het land als het aankomt op arbeidshygiëne bij waterongevallen. Dit wordt gedeeld met de vakgroep waterongevallen en vakgroep arbeidsveiligheid. ‘We moeten toe naar dezelfde ontsmettingsprocedures en -middelen in heel Nederland. De verscheidenheid in de regionale protocollen is te groot. Het zou goed zijn als we die in de toekomst landelijk gelijktrekken.’ LiveOP en XVR In een naastliggende ruimte demonstreert Brandweer Fryslân de LiveOp en XVR. De LiveOP is een applicatie waarin brandweer-

Brand&Brandweer

lieden bijvoorbeeld realtime incidentinformatie kunnen inzien, toegang hebben tot actuele statussen van actieve eenheden en in verschillende kaartlagen geografische informatie kunnen inzien. De XVR is een op virtual reality gebaseerd trainingsplatform voor het opleiden en oefenen van brandweerlieden. In de module kan bijvoorbeeld een waterongeval van begin tot eind worden nagespeeld. Slachtofferoverdracht Hoe kan een slachtoffer van een waterongeval het beste worden overgedragen aan de ambulancedienst? Die vraag staat centraal bij de workshop slachtofferoverdracht die wordt gegeven door Robert van Foeken van Kijlstra Ambulancegroep Fryslân. Veel antwoorden staan in het Landelijk Protocol Levensreddend Handelen door de Brandweer 3.0 (LPLHB). ‘In het nieuwe protocol staan maar drie onderdelen die van belang zijn bij waterongvallen. Dan gaat het om duikletsel, onderkoeling en bevriezing en de overdracht aan de ambulancezorg’, begint Van Foeken. ‘Bij duikletsel moet je het slachtoffer vooral plat laten liggen. Geef het slachtoffer 100% zuurstof met een norrebreathingmasker met een flow van 15t/ min. Voorkom verdere afkoeling, noteer het duikprofiel, de diepte, tijd en bijzonderheden en bewaak de vitale functies.’ Bij onderkoeling is het volgens Van Foeken belangrijk om het slachtoffer horizontaal uit het water te halen. ‘Het lichaam zorgt ervoor dat de vitale delen het langst op temperatuur blijven. Als je een lichaam verticaal uit het water haalt, kan de zwaartekracht ervoor zorgen dat koud bloed omhoog stroomt en zorgt voor een hartritmestoornis. Behandel het slachtoffer verder alsof hij van glas is, verwijder natte kleding en voorkom verdere afkoeling door het slachtoffer in isolerende folie te wikkelen.’ Bij de overdracht van het slachtoffer aan de ambulancedienst staat de SBAR centraal. ‘Dit staat voor Situation, Background, Assessment en Recommendation. Maak jezelf bekend, vertel ons informatie over het slachtoffer, het letsel en de omstandigheden. Zorg dat je weet wat de medische achtergrond van het slachtoffer is, zoals ziektes. Vertel ons in wat voor staat je het slachtoffer hebt aangetroffen en wat je vervolgens hebt gedaan’, vertelt Van Foeken. ‘Stem dan de verdere behandeling, assistentie of afhandeling met de ambulanceverpleegkundigen. Voor ons is het fijn als we alle gegevens uit de SBAR direct paraat hebben. Het is een handvat voor eenduidige communicatie en het verbetert de patiëntveiligheid en de onderlinge samenwerking.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

21


Ik ben er als het nodig is Dat verwacht ik ook van mijn zorgverzekeraar.

e Keuze

IZA Ruim

,82

â‚Ź 102

10%

incl. viteitscollecti g kortin

IZA is er al 65 jaar voor de mensen die ons land besturen en veilig houden. Ruime vergoeding fysio Wachtlijstbemiddeling Gratis leefstijlcheck Korting voor je hele gezin

Meer weten?

www.iza.nl/brandweer


On derzoek

Rookgasexplosies door uitdampen van EPS of bitumen

Bij de brand aan de Ringersstraat in Schiedam vorig jaar raakten brandweerlieden gewond door een plotselinge rookgasexplosie. Fotografie: Joey Bremer, MediaTV

Pyrolyse gassen van EPS kunnen een spontane rookgasexplosie veroorzaken en pyrolyse gassen van bitumen kunnen plotseling ontbranden. Dat zijn twee conclusies uit het onderzoek Rookgasexplosies van Cindy Veerman van de opleiding Chemie, Crime Science van de Saxion Hogeschool. Beide stoffen kunnen voorkomen in dakbedekking en dakisolatiematerialen. Op het Fire Safety & Science (FSS) congres won zij met haar onderzoek de scriptieprijs van het IFV en de Vereniging van Brandveiligheidsadviseurs (VVBA). Door JILDOU VISSER

R

ookgasexplosies kunnen zorgen voor gevaarlijke situaties bij een brandweerinzet. Dat bleek ook tijdens de brand aan de Ringersstraat in Schiedam waar vorig jaar enkele brandweerlieden gewond raakten. Achteraf blijkt dat bij die brand het EPS van het isolatiemateriaal is gaan uitdampen. Die hebben gezorgd voor de explosie. ‘Rookgasexplosies zie je niet aankomen. Dat maakt ze ook zo gevaarlijk. Het is belangrijk dat we hier meer over te weten komen, daarom heb ik

Brand&Brandweer

dit onderzoek gedaan’, aldus Veerman. Ze onderzocht de invloed van thermische ontleding van bitumen dakbedekking en dakisolatiematerialen op het ontstaan van rookgasexplosies en concludeert dat alle materialen brandbare pyrolyseproducten produceren, maar niet allemaal in dezelfde verhouding. Zo produceren PUR en PIR minder rook dan EPS en bitumen. Daardoor hebben de laatste twee, onder de testomstandigheden uit het onderzoek, invloed op het ontstaan van rookgasexplosies. Mogelijk wordt het risico op en het gevaar van een rookgasexplosie verhoogd door vermenging van de gassen van beide materialen.

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

23


TOEGEWIJD AAN PROFESSIONALS DEFENSIE EN VEILIGHEID // INDUSTRIE // NOODDIENSTEN // OPENBARE DIENSTEN // GEZONDHEIDSDIENSTEN VERZORGING EN DE GEZONDHEIDSORG // AUTO-INDUSTRIE // TRANSPORT EN LOGISTIEK

In moeilijke situaties is een sterke partner en een robuuste computer nodig om dagelijkse uitdagingen aan te gaan. Getac heeft vele jaren ervaring en aantoonbare successen in een breed scala van industrieën. Wij bieden u betrouwbare apparaten en aangepaste en persoonlijke efficiënte oplossingen. Wanneer veeleisende professionals behoefte hebben aan een geschikte uitrusting van de gewenste kwaliteit, is Getac de juiste keuze.

getac.com


On derzoek

Herkennen De aanwezigheid van EPS en bitumen is niet altijd even goed te zien, laat Veerman weten. Toch zijn er wel signalen die brandweerlieden kunnen zien waaraan kan worden herkend dat de stoffen mogelijk in de dakconstructie verwerkt kunnen zitten. ‘Het uitdampen van EPS kun je vooral herkennen aan de aanwezigheid van lichte, redelijk koude rook. Je hebt dan eigenlijk sprake van twee rookpluimen. De eerste is rechtstreeks afkomstig van de brand, die is erg warm en stijgt op. De tweede komt door het uitdampen van de gassen uit het EPS. Deze rook blijft laag hangen. Als je dit ziet, bedenk je dan dat mogelijk EPS in het dak is verwerkt en dat deze gassen kunnen ontploffen’, vertelt Veerman.

‘het hoeft niet warm aan te voelen in de ruimte’ Bitumen heeft totaal andere kenmerken. In hoeverre bij bitumen zichtbare rook vrijkomt is volgens de onderzoekster mogelijk afhankelijk van de zuurstoftoevoer. ‘Bij de proefopstelling waarbij veel zuurstof in de ruimte aanwezig was, was er nauwelijks rook zichtbaar. Bij een zuurstofarme proefopstelling, zorgde het uitdampen van bitumen voor veel rook. De aanwezigheid van bitumen kan dus bij een hoge zuurstofconcentratie lastiger waar te nemen zijn. Kenmerkend voor bitumen is wel dat je op de muren of op de grond olieachtige, vettige en bruine residuen kunt zien, maar dat hoeft niet. Het kan immers ook zo zijn dat

het wel uitdruipt, maar het nog ergens boven het plafond wordt opgevangen. In dat geval is het er dus wel, maar zie je het niet. Bitumen wordt bij verhitting niet echt vloeibaar, maar is eerder vergelijkbaar met de stroperigheid van bijvoorbeeld karamel. Echt een dikkere substantie.’ Andere factoren Naast de uitdamping van EPS en bitumen zijn nog veel meer factoren van invloed op het ontstaan van een rookgasexplosie, bijvoorbeeld de aanwezigheid van zuurstof, de aanwezige energie en de temperatuur. ‘Die moeten in een goede verhouding zijn om tot explosie te komen. Dat betekent niet dat er in de ruimte op leefniveau sprake hoeft te zijn van warmte of hitte. De gassen die vrijkomen bij de verwarming van EPS hebben niet veel energie nodig om tot ontploffing te komen’, legt Veerman uit. ‘Een vonk is bijvoorbeeld al genoeg.’ Combinatie Veerman laat weten dat EPS en bitumen vaak in combinatie worden gebruikt en daardoor bij brand mogelijk een zeer explosief mengsel van gassen kan ontstaan. ‘Dit was ook het geval bij de brand in Schiedam. Na afloop zijn daar olieachtige substanties op de muren aangetroffen. Daar zijn monsters van genomen en dat blijkt afkomstig te zijn van de bitumen dakbedekking.’ Of EPS en bitumen in een pand aanwezig zijn kan volgens de onderzoekster het beste worden gevraagd aan de gebouweigenaar of iemand met bouwtechnische kennis. ‘Dan weet je het zeker. Is die niet aanwezig, wees dan gewaarschuwd als je lichte rook ziet of olieachtige, vettige en bruine residuen op de muren of de vloer ziet.’ ■

Cindy Veerman neemt de scriptieprijs van jurylid Ruud van Herpen in ontvangst. Fotografie: IFV

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

25


repressi e

Stalbranden onder een vergrootglas De afgelopen jaren is veel te doen om het aantal grote stalbranden en het aantal slachtoffers dat erbij valt. Toch is volgens Wim Verboom niet direct te concluderen dat het gaat om een trend waarbij er meer branden zijn met meer slachtoffers. ‘Daarvoor registreren we nog te kort.’ Wel is duidelijk dat er iets moet veranderen. De branche is samen met het ministerie en de brandweer een programmalijn gestart om te komen tot brandveilige stallen.

Bij de brand in Erichem komen op 27 juli 20.000 varkens om het leven.

26

nummer 12 december 2017 - Sdu Uitgevers

Brand&Brandweer


repressi e

Door JILDOU VISSER fotografie ginopress

S

talbranden krijgen volgens Verboom vooral veel aandacht door het aantal dieren dat erbij omkomt. ‘Het komt niet zozeer door het aantal branden. Tot 2016 zagen we daarin een licht dalende trend. Het zijn de paar grote branden die het nieuws halen. Door het aantal dieren dat daarbij omkomt, is de impact van één brand groot. Met de schaalvergroting in de sector is het ook niet gek dat bij één brand veel dieren overlijden.’ Daarnaast heeft het grote aantal dierlijke slachtoffers volgens Verboom ook te maken met de brandveiligheid van stallen. ‘Dieren zitten vaak in één brandcompartiment. De materialen die zijn toegepast zorgen voor een snelle branduitbreiding en veel rook.’

Brandoorzaken De meeste stalbranden worden veroorzaakt door elektrische installaties, werkzaamheden of oververhitting en zelfontbranding. ‘Maar de elektrische installaties staat met stip op één. Veertig procent van de stalbranden ontstaat door slecht onderhoud van de installatie, wat zorgt voor oververhitting. Vervolgens gaat isolatiemateriaal of het stro branden’, legt Verboom uit. ‘We zien ook dat werkzaamheden als lassen en slijpen in de stal vaak zorgen voor brand. Het kan zelfs leiden tot een explosie doordat in de stal ook mestgassen aanwezig zijn. En we zien dat zelfontbranding of broei vaak een oorzaak zijn van brand. Dat kan bijvoorbeeld doordat de tractor binnen wordt gezet en in brand vliegt.’ Daarnaast concludeert Verboom dat ook blikseminslag relatief vaak voorkomt. Brandveilig Leven Waar voorlichting over brandveiligheid aan burgers vooral wordt gedaan door de brandweer, wordt dit bij agrariërs gedaan door de Land- en Tuinbouw Organisatie (LTO). ‘Ze moeten een intrinsieke wil hebben om te veranderen, dat moet echt vanuit henzelf komen’, laat Verboom weten. ‘Natuurlijk helpen wij ze er wel bij. Vorig jaar hebben we zo’n vijftien tot twintig keer een presentatie gegeven over oorzaken van stalbranden. We laten dan allerlei foute voorbeelden zien en laten mensen nadenken in hoeverre zij ook deze voorbeelden op hun erf terugzien. Het allerbeste is als we op het erf afspreken, een rondje maken en de voorbeelden in het echt laten zien. Dat raakt ze.’ Daarnaast zijn er sporadisch agrariërs die zelf een brand hebben meegemaakt die bij hun collega’s een presentatie geven. ‘Dat komt dichtbij. Niemand wil meemaken dat z’n varkens staan te gillen in een brandende stal.’ Van actieplan naar programmalijn Al in 2012 kwamen LTO Nederland, de Dierenbescherming, Brandweer Nederland, het Verbond van Verzekeraars en de Rijksoverheid tot het Actieplan Stalbranden 2012 - 2016. Het plan moest zorgen voor brandveilige stallen, een brandveilige bedrijfsvoering en verbeterd inzicht in de oorzaken van stalbranden en de beheersbaarheid. Het effect van het actieplan is positief, maar levert pas op de lange termijn meetbare resultaten op. Door nieuwe regels in het Bouwbesluit van 2014 zijn nieuwe stallen brandveiliger. ‘Ze zijn uitgerust met brandveilige materialen en de compartimentering is beter. In de toekomst zou dat betekenen dat er minder stalbranden zijn’, vertelt portefeuillehouder Roelf Knoop van Brandweer Nederland. ‘Maar het duurt nog wel even voor het zover is, want de meeste stallen vallen nog onder het oude regime. De staatssecretaris wil daarvoor nu samen met de branche komen tot een nieuwe programmalijn waarmee bestaande stallen brandveiliger worden gemaakt. Daar moet de branche, de agrariërs zelf, mee aan de slag. Wij kunnen daarbij adviseren.’ Knoop heeft een eerste schets gezien van de programmalijn die in 2018 wordt uitgerold. ‘Ik heb goede hoop dat stallen hiermee brandveiliger worden. Ze willen de brandveiligheid van stallen meenemen in een keurmerk. De maatregelen die worden genoemd, liggen in het verlengde van de brandoorzaken en risicofactoren.’ Daarnaast is het volgens de portefeuillehouder ook belangrijk om te blijven kijken naar het vergroten van bewustwording bij boeren en naar innovaties. ‘Wat kunnen we bedenken om stalbranden klein te houden?’

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

27


18 & 19 april 2018 Vliegveld Twenthe

‘Dé beurs voor de veiligheidssector’

• 50.000 m2 expoterrein • Dynamisch conferenceprogramma • Meer dan 200 exposanten

www.exporic.nl


repressi e

Aantal stalbranden

Aantal slachtoffers

Gedrag dieren bij brand

2012: 15

2012: 90.634

gedrag van dieren bij brand, laat Hans Hopster van de Wageningen

2013: 23

2013: 25.300

Universiteit & Research weten. Hij is onderzoeker dierenwelzijn en

2014: 28

2014: 37.803

lector diergedrag, diergezondheid en dierenwelzijn. ‘Dieren kunnen

2015: 26

2015: 133.200*

heel verschillend reageren op brand. Voor een deel heeft dat te maken

2016: 35

2016: 199.051*

met de persoonlijkheid van een dier en voor een deel ook met wat ze

Er is nog maar weinig wetenschappelijk onderzoek gedaan naar het

gewend zijn. Voor veel dieren is de stal een veilige omgeving, die ze niet snel verlaten.’ *Het hoge aantal slachtoffers komt met name door enkele grote

Bij dieren is een onderscheid te maken tussen dieren die eigenlijk

branden in de pluimveehouderij.

altijd in de stal zitten, zoals kippen en varkens en dieren die regelmatig buiten komen, zoals koeien en geiten. ‘Dieren die altijd binnen

Bron: Evaluatie Actieplan Stalbranden 2012 - 2016, Wageningen

in de stal zitten, ervaren dat als hun veilige plek. De buitenwereld is

University & Research

onbekend, voelt gevaarlijk aan en dat levert stress op. Bij brand zijn zij dan ook al snel geneigd om binnen te willen blijven. Ze maken een gevaarsinschatting, waarbij de veilige stal zelfs in de meest gevaarlijke situatie veiliger aanvoelt. Zelfs als ze al buiten zijn, kunnen ze geneigd

Brand varkensstal Deurne Vrij snel nadat Officier van Dienst (OvD) Frank van Oorschot op maandagavond 6 november om 20.47 uur wordt gealarmeerd voor een industriebrand, hoort hij dat het om een brand in een varkensstal gaat. ‘Ik ken het gebied en weet dat er veel oude veestallen staan. Je houdt er dan automatisch rekening mee dat er asbest aanwezig kan zijn.’ Aanrijdend hoort hij dat de brand uitslaand is. De brand woedt in het dak en bij de afzuiginstallatie tussen het dak en het verlaagde plafond. In de stal staan ongeveer tweehonderd varkens en 450 biggen. Op het leefniveau van de dieren is op dat moment nog niet veel aan de hand. ‘Het was een ruimte van ongeveer veertig meter lang en twintig meter breed. Er hing geen rook en het was er niet warm. We kennen allemaal het geluid van krijsende varkens, omdat ze in nood zijn. Dat was hier totaal niet het geval, de dieren waren vrij rustig. Omdat al snel vast stond dat er asbest was vrijgekomen, heb ik besloten de varkens in de stal te laten. Een aantal varkens zat namelijk onder het asbest en op deze manier konden we de asbestverspreiding tot die ene stal beperken We hebben toen van binnenuit en van buitenaf ingezet op de dakbrand’, vertelt Van Oorschot. ‘Toen we zagen dat op sommige

zijn terug naar binnen te lopen’, aldus Hopster. Dieren die regelmatig buiten komen, zullen eerder geneigd zijn om zich naar buiten te laten leiden. ‘Open de stallen, en zorg dat je de leider meekrijgt, dan volgt de rest vanzelf. Belangrijk is wel dat de uitgang die je gebruikt regelmatig wordt gebruikt. Hoe bekender het is, hoe beter.’ Eenmaal buiten is het volgens Hopster zaak dat er een veilige plek voor de dieren is gecreëerd. ‘Over het algemeen is dat een omheinde plek waar ze samen tot bedaren kunnen komen. Laat ze verder met rust, dat werkt het beste. Voor varkens geldt dat ze het fijn vinden om nat gesproeid te worden, daar worden ze kalmer van.’

plekken stukken isolatiemateriaal naar beneden kwamen, zijn we volledig overgeschakeld naar een buiteninzet. Mijn overweging hierbij was dat er door de brandende isolatieplaten direct gevaar ontstond voor de brandweercollega’s. Door de blussing van buitenaf koelde de rook af en trok naar beneden de stal in. Om de lucht op het leefniveau van de dieren goed te houden, hebben we op een gegeven moment een overdrukventilator geplaatst.’ Terwijl de manschappen de inzet doen, overlegt de OvD met de veearts en de boer. ‘Ik heb mijn inzetplan met ze gedeeld en laten weten dat ze alvast moesten nadenken over wat er moest gebeuren zodra wij klaar waren. Zij zijn mede verantwoordelijk voor het dierenwelzijn. Uiteindelijk hebben we niet alle varkens kunnen redden. Dat geeft een dubbel gevoel. Ik betwijfel ook of dat wel was gelukt als we de stal hadden ontruimd. Buiten was het tegen het vriespunt, ook daardoor kunnen ze overlijden.’ In zijn verzorgingsgebied maakt Van Oorschot meerdere stalbranden per jaar mee. ‘Ik draai tien weken OvD-dienst per jaar. Ik denk dat we gemiddeld genomen iedere week wel een stalbrand ertussen hebben. Dat terwijl we in dit deel van Zuidoost-Brabant niet de meeste veestallen hebben. Ik weet niet of er de afgelopen jaren meer stalbranden zijn, waarschijnlijk liggen ze door de schaalvergroting in de veehouderij en het feit dat er daardoor bij brand meer dieren overlijden onder een vergrootglas.’ ■

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

29


Bran dweer Bu iten lan d

Duitsland: veilig spelen met vuur

Fotografie: Kain Karawahn

Internationaal wordt steeds meer kennis uitgewisseld over Brandveilig Leven. Zo nodigde het Duitse Forum Brandschutzerziehung und -aufklärung in november voor het eerst buitenlandse gastsprekers uit. Beleidsadviseur risicobeheersing van Brandweer Fryslân Renate Hogeterp was een van hen. De Nederlandse visie en aanpak van Brandveilig Leven lijkt in meerdere opzichten op het Duitse, maar er zijn ook verschillen. Zo worden Duitse kinderen op jonge leeftijd gestimuleerd om onder begeleiding met vuur te experimenteren.

Door te experimenteren met vuur leren kinderen in een gecontroleerde omgeving met brand om te gaan.

Door Ellen Schat

N

ederland kreeg afgelopen zomer een mooie kans om kennis op het gebied van Brandveilig Leven uit te wisselen met andere landen. Tweehonderd bezoekers uit twaalf landen spraken tijdens het International Safety Education Seminar, georganiseerd door Brandweer Nederland, het Instituut Fysieke Veiligheid en de Nederlandse Brandwonden Stichting, onder andere over wetenschappelijk onderzoek, gedragsbeïnvloeding en projecten voor de jeugd, scholen en multiculturele samenleving. Voorzitter Frieder Kircher van de Gemeinsamen Ausschusses Brandschutzerziehung und 30

nummer 12 december 2017 - Sdu Uitgevers

-aufklärung, het Duitse platform voor iedereen die zich vrijwillig of beroepsmatig bezighoudt met brandpreventie, brandveiligheid en de operationele brandweer, was ook aanwezig en zeer enthousiast. Kircher besloot daarom ook internationale gasten uit te nodigen voor het jaarlijkse Forum Brandschutzerziehung und -aufklärung afgelopen november in Duitsland. Naast 250 Duitsers werden ook een Belg, twee Oostenrijkers en een Nederlander uitgenodigd. ‘We zijn erg geïnteresseerd in de Europese visie op Brandveilig Leven en willen ons Europees netwerk opzetten en verbreden’, aldus Kircher. Beïnvloeders Renate Hogeterp, beleidsadviseur

risicobeheersing bij Brandweer Fryslân, mocht in november namens Brandweer Nederland op het Forum Brandschutzerziehung und -aufklärung spreken. In haar workshop ging ze in op de ontwikkelingen tot nu toe en gaf ze een doorkijk naar de vier speerpunten voor Brandveilig Leven in de aankomende jaren. De interesse voor de Nederlandse aanpak was groot. Hogeterp kreeg allerlei vragen van Duitse brandweerlieden. ‘Dat ging bijvoorbeeld over onze benadering van risico- en kansgroepen, maar ook over de wijze waarop wij invulling geven aan woningchecks.’ Volgens Hogeterp waren de Duitse brandweerlieden erg geïnteresseerd in de samenwerking tussen de verschillende veiligheidsregio’s op het

Brand&Brandweer


terrein van Brandveilig Leven en de wijze waarop de Nederlandse brandweer de samenwerking zoekt met externe partijen die de meeste invloed hebben op risicogroepen. Hogeterp drukte de Duitse brandweer vooral op het hart om niet alles zelf te willen doen. ‘Het inschakelen van beïnvloeders, mensen die directer en effectiever bepaalde doelgroepen kunnen bereiken, is een belangrijk onderdeel van onze aanpak. Denk bijvoorbeeld aan gemeenten, zorgaanbieders, woningcorporaties en verzekeraars. Het vraagt om anders te denken: minder vanuit de brandweerorganisatie, meer vanuit belanghebbenden, de omgeving en verantwoordelijkheden. Dat werkt goed.’ Parallellen en verschillen Of Duitsland verder of minder ver is op het gebied van Brandveilig Leven, is lastig te beoordelen. ‘Ook omdat de organisatie van de brandweer daar anders is. Wel zie ik dat ook in Duitsland fors wordt ingezet op dit onderwerp. Ik zie parallellen tussen beide landen, maar ook verschillen. Zo richten de Duitsers zich net als wij nadrukkelijk op bepaalde doelgroepen, zoals ouderen en schoolkinderen. Het idee jong geleerd, oud gedaan is ook bij hen duidelijk zichtbaar. Er zijn bijvoorbeeld brandpreventieprojecten specifiek gericht op kinderen en er zijn speciale educatieve centra ingericht (zie kader).’ Het valt Hogeterp verder op dat Brandveilig Leven in Duitsland ook op erg jonge kinderen is gericht. ‘Dat begint al in de kinderopvang en de crèche. Wij beginnen pas op basisscholen met gerichte voorlichtingsprojecten. Wat ook duidelijk anders is: de aantrekkingskracht die vuur op kinderen heeft, wordt minder afgeremd. Duitse kinderen worden op jonge leeftijd vaak juist gestimuleerd te experimenten met vuur, onder begeleiding natuurlijk. Het idee erachter is dat we kinderen niet zo gespannen moeten weghouden van vuur maar hen juist al op jonge leeftijd moeten leren om hier veilig mee om te gaan.’

Fotografie: Renate Hogeterp

Bran dweer Bu iten lan d

Op het congres in Duitsland wisselen verschillende landen ervaring en kennis uit op het gebied van Brandveilig Leven.

Karawahn is niet geaccepteerd in WestEuropa maar in Duitsland zelf wel. Zo krijgt hij onder andere steun van brandweer, verzekeraars en scholen. Hij trainde de afgelopen dertien jaar veel kinderen en onderwijzers om met vuur te experimenteren en dit te controleren. Zijn methode is niet wetenschappelijk onderzocht of gefundeerd. Net als de gangbare opvat-

ting om kinderen weg te houden van vuur overigens. Ouders worden ook betrokken in de methode, bijvoorbeeld doordat het kind iedere dag thuis laat zien wat het heeft geleerd, zoals het aansteken van een lucifer. De kinderen leren ook hulp vragen wanneer ze bang worden of er iets fout gaat. ■ www.mitfeuerspielen.de

Floriansdorf Bij een derde van van de Duitse woningbranden zijn kinderen de onvrijwillige veroorzaker. Ongeveer achthonderd kinderen raken daarbij zo zwaar gewond dat ze levenslang getekend zijn of overlijden. Het veiligheidscentrum Floriansdorf wil door kinderen veilig te laten experimenteren met vuur, ze zelfstandig en verantwoordelijk maken. Floriansdorf is een centrum voor veiligheidsonderwijs dat ieder jaar door tienduizenden kinderen, jongeren en volwassenen wordt bezocht. Het richt zich naast algemene veiligheid ook op brandveiligheid. Het pioniersproject bestaat sinds 2000 en staat wereldwijd in hoog aanzien. Floriansdorf begon in Iserlohn en sindsdien zijn er in Aachen, Frauensee und Karlsbad soortgelijke scholen ontstaan. Kinderen zijn van kleins af aan gefascineerd door vuur. Ze willen ontdekken en uitproberen en daarbij overschatten ze het gevaar. Vroeger was dagelijkse omgang met vuur gewoon, maar tegenwoordig is het vooral onzichtbaar, ‘verstopt’ in verwarmingen en stroomkabels. Open vuur wordt gezien als bedreigend en volwassenen proberen kinderen meestal dan ook zo ver mogelijk van open vuur weg te houden. Juist door het verbod om te experimenteren met vuur neemt het gevaar toe, zo stelt Floriansdorf. Kinderlijke spelletjes vinden dan in het geheim plaats, als er geen volwassene in de buurt is.

Een andere denkwijze Kinderen vanaf hun vroege jeugd met vuur laten experimenteren, om ze verantwoordelijk met vuur om te leren gaan. Dat is de visie van Duitse kunstenaar en pedagoog Kain Karawahn, die in 2004 een methode op basis van deze visie ontwikkelde. De zienswijze van

Brand&Brandweer

De kinderlijke nieuwsgierigheid en ontdekkingsdrang krijgt daarom in Floriansdorf de vrije hand. Kinderen mogen kaarsen aansteken, een kookplaats maken, koken, bakken en experimenteren. Ze leren veilig met vuur omgaan. Ook leren ze hoe ze bij een eventuele gevaarlijke situatie kunnen optreden. Er zelfs kan een kleine brandweerauto worden opgeroepen om te helpen. Naast brandveiligheid komen ook andere thema’s aan bod, zoals eerste hulp, verkeer en milieu. Altijd is het doel zelfstandigheid en verantwoordelijkheid te leren. Pedagogen, sociaal werkers en ouders werken er nauw samen met de brandweer, politie en verschillende hulporganisaties.

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

31


WIJ LEVEREN AAN BRANDWEER POLITIE - AMBULANCE - BEDRIJVENPARTICULIEREN

KWALITEIT, VEILIGHEID EN

DRAAGCOMFORT. Safety Fire Products

Safety Fire Products is gespecialiseerd Brandweermaterialen in de levering van veiligheidsproducten in het algemeen en van brandveiligHaix laarzen/schoenen heidproducten in het bijzonder.

Tel: +31 (0) 597 53 25 08 Fax: +31 (0) 847 377 048 www.safetyfireproducts.nl

J.D. van der Veenstraat 16 9672 AC Winschoten

00094.pdf 1

12/27/2016 12:54:23 PM

brandweer gerelateerde materialen.

Complete bepakkingen

Galjoen is een onderdeel van Safety Fire Products bv.

Galjoen Waadpakken Safety Fire Products J.D. van der Veenstraat 16 9672 AC Winschoten

Galjoen is een bedrijf gespecialiseerd in

Brandslangen de markt van waadpakken en

Galjoen J.D. van der Veenstraat 16 9672 AC Winschoten

Tel: +31 (0) 597 53 25 081 E-mail: info@galjoen.nl www.galjoen.nl www.galjoenwaadpakken.nl

Tel: +31 (0) 597 53 25 08 Fax: +31 (0) 847 377 048 www.safetyfireproducts.nl

KWALITEIT, VEILIGHEID EN KWALITEIT, KWALITEIT, VEILIGHEID VEILIGHEID ENENEN KWALITEIT, VEILIGHEID DRAAGCOMFORT. DRAAGCOMFORT. DRAAGCOMFORT. DRAAGCOMFORT. KWALITEIT, VEILIGHEID EN DRAAGCOMFORT. Galjoen eenbedrijf gespecialiseerd Galjoen Galjoen isiseen is bedrijf een bedrijf gespecialiseerd gespecialiseerd in inin Galjoen een bedrijf gespecialiseerd in de markt de is markt van waadpakken van waadpakken en en en de markt van waadpakken de markt van waadpakken en brandweer brandweer gerelateerde materialen. materialen. in brandweer gerelateerde materialen. Galjoen is gerelateerde een bedrijf gespecialiseerd brandweer gerelateerde materialen. de markt van waadpakken en Galjoen isGaljoen een onderdeel is een onderdeel van Safetyvan Fire Safety Products Fire bv. Products bv. Galjoen is een onderdeel van Safety Fire Products bv. brandweer gerelateerde materialen. Galjoen is een onderdeel van Safety Fire Products bv. Galjoen

Galjoen

Tel: +31 (0)Tel: 597 +31 53(0) 25 597 081 53 25 081

J.D. van der J.D. Veenstraat vanonderdeel der Veenstraat 16 E-mail: 16 E-mail: info@galjoen.nl Galjoen is een van Safety Fire Galjoen Tel:info@galjoen.nl +31 (0)Products 597 53 25bv. 081

9672van AC Winschoten 9672 AC Winschoten www.galjoen.nl Galjoen Tel: +31 (0) 597 53 25 081 J.D. der Veenstraat 16 www.galjoen.nl E-mail: info@galjoen.nl www.galjoenwaadpakken.nl J.D. van der Veenstraat 16 www.galjoenwaadpakken.nl E-mail: info@galjoen.nl

9672 AC Winschoten 9672 AC Winschoten Galjoen J.D. van der Veenstraat 16 9672 AC Winschoten

00098.pdf 1

1/9/2017 11:43:24 AM

Gevaarlijke Lading is vernieuwd! Het online platform voor vervoer en opslag van gevaarlijke stoffen

www.galjoen.nl www.galjoen.nl www.galjoenwaadpakken.nl Tel: +31 (0) 597 53 25 081 www.galjoenwaadpakken.nl E-mail: info@galjoen.nl www.galjoen.nl

Wat vindt u op de nieuwe Gevaarlijke Lading:  Europese regelgeving voor het

vervoer van gevaarlijke stoffen: ADR, RID, ADN, IMDG  Uitgebreide stofinformatie per

UN-nummer en/of stofnaam, per vervoerswijze  Praktijkinformatie, tools en

checklists (1000-puntentool, tabel(len) A in Excel-formaat, etc.)  Nieuws, blogs, artikelen en meer

Voor wie? Gevaarlijke Lading wordt gelezen door functionarissen bij transport- en opslagbedrijven, toezichthouders, overheden, incidentenbestrijdingsdiensten, toeleveranciers, producenten, opleiders, adviesbureaus en brancheverenigingen. Er zijn ook andere abonnementsvormen mogelijk zoals Wegvervoer, Binnenvaart, Spoorvervoer en Zeevervoer.

Ga voor meer informatie naar www.sdu.nl/gevaarlijkelading


repressi e

‘Je kunt alleen maar hopen dat het snel voorbij is’ Orkaan Irma raasde begin september over Sint Maarten en liet een spoor van vernieling achter. Nooit eerder kreeg het eiland te maken met zo’n zware orkaan. ‘Je bereidt je erop voor en je wilt mensen helpen, maar als het zover is kun je niet meer dan afwachten tot het voorbij is’, blikt Clive Richardson, brandweercommandant van Sint Maarten terug.

Na de orkaan proberen de brandweerlieden zo snel mogelijk de grootste ravage op te ruimen.

Door JILDOU VISSER fotografie brandweer sint maarten

E

en week voordat de ramp zich voltrekt wordt steeds meer bekend over de kracht en de koers van Irma. Deze orkaan kondigt zich aan als extreem gevaarlijk. Naarmate de tijd verstrijkt, wordt steeds duidelijker dat hij het eiland vol zal treffen. Het brandweerkorps begint op 31 augustus in een CoPI met het treffen van de voorbereidingen. Vanaf 1 september wordt gewerkt vanuit het Emergency Operations Centre (EOC). ‘Je doet op dat moment wat je kunt doen om de brandweerorganisatie, maar ook de inwoners en het land optimaal voor te bereiden. Vanaf 1 juni krijgen alle inwoners van Sint Maarten via de krant en radio dagelijks berichten hoe ze zich moeten voorbereiden op het orkaanseizoen. Iedereen moet een noodpakket in huis hebben met eten uit blik, water, batterijen en een zaklantaarn, zodat iedereen zichzelf in ieder geval vijf dagen kan redden’, legt Richardson uit. ‘Vanuit de EOC hebben we afspraken gemaakt over militaire

Brand&Brandweer

bijstand voor en na de orkaan, de infrastructuur gecontroleerd en we hebben elkaar geholpen om te zorgen dat de deuren en ramen van ieders huis goed waren afgeschermd. Op het moment dat je dienst hebt op de kazerne, wil je zeker weten dat je familie veilig is. Als je niet zeker weet of dat zo is, kun je ook niet met een gerust hart op de kazerne zitten.’

‘Op het moment dat je dienst hebt, wil je zeker weten dat je familie veilig is’ De orkaan In de avond van 5 september komt orkaan Irma aan land. Richardson weet zich het moment nog goed te herinneren. Hij zit

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

33


repressi e

op dat moment thuis, omdat hij met de andere officieren heeft afgesproken dat ze na de orkaan ieder voor zich een ronde gaan doen door hun eigen district om de schade op te nemen. Op de kazerne zitten die nacht ongeveer twintig brandweerlieden. Zij bereiden zich voor op de eerste hulp na de orkaan. ‘We hadden afgesproken dat de rest van ons korps nadat de storm voorbij was, naar de kazerne zou komen. Het enige dat je tijdens de orkaan kunt doen, is hopen en bidden dat het zo snel mogelijk voorbij is en je er goed doorheen komt. Je weet dat hoe sneller de orkaan over raast, hoe minder schade hij achterlaat. Dit was de eerste keer dat ik een orkaan van de zwaarste categorie, categorie vijf meemaakte. Ik hoop ook de laatste keer.

‘je kunt niets, terwijl je zo graag mensen wilt helpen die hulp nodig hebben’ Het gaf een gek gevoel. Je kunt niets, terwijl je zo graag iets wilt doen, mensen wilt helpen die hulp nodig hebben. Tijdens de orkaan was alles donker. We hoorden alleen het lawaai van de wind en de regen en materialen die voorbij vlogen.’ Als de storm over raast maakt Richardson zich vooral zorgen dat zijn dak het gaat begeven en eraf vliegt. ‘Wat als…? Wat doe je dan? Echt bang was ik niet, maar je zit wel steeds in onzekerheid. Continu flitsen er allerlei scenario’s door je hoofd. Zeker als je huis dan ook nog begint te lekken. Je doet zo’n nacht geen oog dicht. De kabels van mijn radio en internetverbinding lopen onder de grond, dus ik heb continu verbinding gehouden. Je hebt het idee dat je moet handelen en wilt continu weten wat er gaande is.’ In totaal duurt het ongeveer acht tot negen uren voordat de storm gaat liggen.

Als de storm voorbij is, heerst bij Richardson vooral opluchting. ‘Ik was één van de gelukkigen waarvan het huis het niet heeft begeven.’

‘Waar gaan we beginnen en hoe moeten we al die mensen helpen?’ Verwoesting Rond tien uur de volgende ochtend is de wind voldoende gaan liggen en is het veilig genoeg om de straat op te gaan. De brandweercommandant maakt dan een ronde om de schade op te nemen. ‘Het was één grote puinhoop. Alles was verwoest. Wegen waren geblokkeerd, puin lag overal en in de stad werd al geplunderd. Echt bang ben ik daarvoor niet geweest. Iedereen had het gemunt op de bedrijven. Wel schoot even kort door mijn hoofd wat er zou gebeuren als de bedrijven leeggeplunderd waren. Zou men dan overgaan op huizen?’ Richardson gaat die ochtend ook even bij zijn ouders langs, voordat hij doorloopt naar de kazerne. ‘Je moest uitkijken waar je liep en manoeuvreren door het puin. Er lagen omgewaaide lantaarnpalen in plassen water waarvan ik niet wist of er nog spanning op stond. Onderweg ga je nadenken. Waar gaan we beginnen en hoe moeten we al die mensen helpen? We hebben maar een beperkte slagkracht en er was zo’n grote hulpvraag. Je hoopt dat men dan ook een beetje omkijkt naar elkaar. Dat inwoners andere bewoners die geen waterbak meer hebben, helpen aan drinkwater. Ik vroeg me ook af hoeveel mensen overleden waren en waar eventueel mensen bekneld zaten. Hoe kom je daar in zo’n chaos achter?’

Brandweerlieden helpen om de daken van huizen te repareren.

34

nummer 12 decemebr 2017 - Sdu Uitgevers

Brand&Brandweer


repressi e

De hulpvraag na de orkaan is groot, terwijl de brandweer maar een beperkte slagkracht heeft.

Als de brandweercommandant bij de kazerne aankomt, ziet hij dat die nog in goede staat is. Alleen de deuren van de remise zijn eruit gewaaid. ‘We hadden expres voor de storm de auto’s met de achterkant naar de uitgang geparkeerd. Mocht er iets gebeuren, dan zou de voorkant heel blijven en bleef de auto dus inzetbaar. Dat was maar goed ook.’ Bij de kazerne is bovendien nog water en elektriciteit. ‘We waren echt een van de gelukkigen.’

‘Er was zoveel werk te doen, dus je gaat aan de slag en schakelt je gevoel uit’ Vanaf dat moment schakelen alle brandweerlieden over op de automatische piloot. ‘Ik heb even met de jongens gepraat en ben daarna in gesprek gegaan met de Officieren van Dienst. Samen met de mariniers hebben we een beoordeling gemaakt van de situatie en het vrijmaken van de hoofdwegen. Ook is er gezorgd dat de wegen naar de minister-president, de minister van justitie, gouverneur en de president van het parlement vrij waren, zodat we daar konden overleggen over de aanpak in het EOC.’ In de dagen en weken die volgen concentreert de brandweer zich op het creëren van veilige situaties op het eiland en het ondersteunen van de inwoners van Sint Maarten. ‘Er was zoveel werk te doen, dus je gaat aan de slag en schakelt je gevoel uit. Je werkt lange dagen, slaapt een paar uren en daarna ga je weer door. Pas

Brand&Brandweer

na vijf of zes weken, kreeg ik iets meer rust in mijn lichaam. Pas toen merkte ik hoe vermoeid ik was.’ ‘Normale’ situatie Sinds 1 november werkt de brandweer op het eiland weer volgens de normale roosters. ‘We helpen nu alleen nog als het echt nodig is, maar niet meer hele dagen. Als meldingen niet meer in ons takenpakket vallen, doen we het niet meer. We hebben onze rust nodig. Onze jongens hebben elke dag gewerkt. Het waren zware maanden, niet alleen fysiek, ook mentaal. Wij hebben ook jongens die hun huis zijn kwijtgeraakt, dat is heftig. Tegelijkertijd wil je wel iedereen helpen, maar dat is onmogelijk. Ook dat maakt indruk.’ Richardson geeft aan dat hij vrij snel na de ramp ondersteuning heeft gevraagd bij de korpsen van Aruba, Curaçao en de BESeilanden. ‘Maar zij konden ons niet komen helpen, omdat we ze niet konden huisvesten. Gelukkig kregen we wel veel steun van de Raad van Brandweercommandanten (RBC) uit Nederland, kregen we militaire ondersteuning en heeft het team van USAR.NL geholpen. Samen hebben we veel kunnen bereiken.’ Hoewel de brandweercommandant de situatie weer normaal noemt, is het alles behalve dat. Hij laat weten dat het eiland maar langzaam weer op gang komt. ‘Veel is verwoest, dus veel is ook nog dicht. Gelukkig doen het internet en de elektriciteit het op negentig procent van het eiland weer. Het zal nog wel een tijd duren voordat alles echt weer normaal is.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

35


Vakbekwaamh ei d

Hoewel er maar weinig hoge gebouwen zijn en de brandweerlieden in Caribisch Nederland de ladder relatief weinig opstellen, zit deze wel in het PPMO.

PPMO in Caribisch Nederland Op Bonaire, Sint Eustatius en Saba, de bijzondere gemeenten van Nederland, wordt al vier jaar toegewerkt naar de invoering van het PPMO. Halverwege volgend jaar worden de brandweerlieden op de eilanden met deze keuring getest. Het is een flink traject, beseft projectleider Michiel Crul van het Brandweerkorps Caribisch-Nederland. ‘We willen zorgen voor een zo groot mogelijk draagvlak voordat we het invoeren. Daarom hebben we de afgelopen jaren veel dingen in werking gesteld, zoals lifestyle coaching.’ Door JILDOU VISSER Fotografie SOO-CN communicatie

D

e eilanden vallen als bijzondere gemeenten van Nederland, rechtstreeks onder het ministerie van Justitie & Veiligheid. Dat betekent dat ze ook moeten voldoen aan wetgeving die deels is afgeleid van de Nederlandse wet- en regelgeving. ‘Het grootste deel van de wet is hetzelfde’, laat Crul weten. ‘Omdat wij een ander risicoprofiel hebben, met bijvoorbeeld orkanen, vulkanen en tsunami’s, is het op punten iets aangepast. Daarnaast hebben we geen spoor- en snelwegen. In onze wet staat wel dat we moeten voldoen aan het 36

nummer 12 december 2017 - Sdu Uitgevers

PPMO, dat deel van de wet is volledig gelijk aan die in Europees Nederland.’ Draagvlak Crul laat weten dat de invoering van het PPMO nogal wat met zich meebrengt. ‘Brandweerlieden in Caribisch Nederland zijn nog nooit gekeurd, op geen enkele manier. We moeten dus vanuit een situatie waarin er nooit iets is getest, toewerken naar het PPMO. Dat is best spannend. Wij willen voorkomen dat mensen afgekeurd worden, want dat heeft grote consequenties. In de eerste plaats voor de mensen zelf, maar ook voor ons korps. We zitten op

Brand&Brandweer


Vakbekwaamh ei d

een eiland en hebben geen overschot aan gekwalificeerde mensen. Dat maakt dat we het hele traject zorgvuldig doorlopen. We doen niets overhaast.’ Een groot deel van de tijd gaat zitten in het vinden van draagvlak voor de keuring, zo laat de projectleider weten. In het korps is wisselend op de invoering van het PPMO gereageerd. ‘Onze mensen kijken ook op internet en lezen daar ook kritiek. We hebben daarom veel geïnvesteerd in het gesprek met onze werknemers en het contact met de participatieraad, vergelijkbaar met de medezeggenschapsraad in Nederland. Dat werkt. We maken mensen ervan bewust dat de keuring voor hun eigen veiligheid is, om het werk goed uit te kunnen voeren. Niet iedereen vindt dat leuk, maar ze snappen het wel.’ Op de eilanden is de afgelopen jaren ook flink geïnvesteerd in sportzalen bij nieuwe kazernes. Crul: ‘We willen het sporten zoveel mogelijk stimuleren. We merken dat naarmate er op de kazernes meer sportmogelijkheden zijn, mensen er meer mee aan de gang gaan.’ Daarnaast is het korps Caribisch Nederland gestart met lifestyle coaching. ‘De Antilliaanse eetcultuur is anders dan die in Europees Nederland. Het eten is hier erg lekker, maar niet altijd even gezond. Met lifestyle coaching monitoren we bijvoorbeeld de BMI, spierkracht en het vetpercentage periodiek. We doen dat op vrijwillige basis. Als brandweerlieden dat fijn vinden, kunnen ze op basis daarvan advies krijgen over hoe ze fitter kunnen worden.’

‘Met lifestyle coaching monitoren we bijvoorbeeld de BMI en het vetpercentage’ Sociaal plan Crul legt uit dat op dit moment nog wordt gewerkt aan een sociaal plan PPMO. ‘We moeten vooraf duidelijk vastleggen wat er gebeurt als iemand wordt afgekeurd. Wat bieden we dan? We zijn een redelijk platte organisatie met weinig mogelijkheden voor herplaatsing, dus daarin gaan we ook kijken of mensen dan bijvoorbeeld naar een van de andere diensten op het eiland kunnen worden overgeplaatst, zoals de douane of de politie. Dat is belangrijk, want het sociale vangnet op de eilanden is veel beperkter dan in Europees Nederland. Dat maakt ook dat de consequenties groter zijn op het moment dat iemand wordt afgekeurd.’ Opleiding testleiders In het traject zijn de afgelopen periode onder de manschappen en bevelvoerders testleiders geselecteerd en opgeleid. ‘De opleiding was een uitdaging’, laat Crul weten. ‘De opleidingen moesten volgens de wet verplicht in het Nederlands worden gegeven, terwijl Nederlands vaak niet de eerste taal is van onze mensen. Vaak is de moedertaal Papiamentu of Caribisch Engels.’ Daarom is besloten om zeven dagen uit te trekken voor de opleiding die in Nederland in drie of vier dagen kan worden gegeven. Docent Ellen Buskens is afgereisd naar Bonaire om daar de negen testleiders op te leiden, één van Saba, drie van Sint Eustatius en vijf van Bonaire. ‘Het was fijn dat we meer tijd hadden dan normaal. Dat gaf me de mogelijkheid om langer stil te staan bij de achtergrond en vaker te controleren of iedereen daadwerkelijk alles begreep’, vertelt Buskens. ‘Daarnaast was hun startniveau niet hoger dan dat ze wat filmpjes

Brand&Brandweer

Het PPMO is volledig hetzelfde als in Nederland.

hadden gezien en verhalen hadden gelezen. Er bestond wat koudwatervrees, want ze zijn niet gewend om gekeurd te worden. Dat verdween snel, ze werden steeds enthousiaster.’ Hoewel er verschillen zijn in incidenten waarvoor brandweerlieden in Europees Nederland en Caribisch Nederland uitrukken, is het PPMO volledig hetzelfde. ‘Zij hebben bijvoorbeeld maar weinig hoge gebouwen en stellen dus in hun dagelijks werk relatief weinig de ladder op. En de traplooptest symboliseert een piekbelasting die ook zij moeten aankunnen. Bovendien zijn er wel hotels en resorts met gebouwen van vier verdiepingen’, aldus Buskens. Een groot verschil bij de uitvoering van het PPMO is volgens haar het klimaat. ‘Het is er erg warm en de luchtvochtigheid is relatief hoog. De mensen zijn eraan gewend en moeten ook in die omstandigheden hun werk uitvoeren. Daarom is voor Caribisch Nederland de norming ten aanzien van de omstandigheden op de baan aangepast. In de opleiding van de testleiders heb ik wel extra aandacht besteed aan hittestres en een ademcrisis. Het is belangrijk dat ze daar alert op zijn en blijven in de testen die zij gaan afnemen. Door bijvoorbeeld in de pauze tussen de baan en de traplooptest de jas uit te doen of mensen zelfs te laten douchen kunnen ze op een actievere manier koelen.’

‘Een groot verschil bij de uitvoering van het PPMO is het klimaat’ Crul laat weten dat Buskens bij het afnemen van het examen van de testleiders extra streng is geweest. ‘De testleiders moeten volledig zelfstandig kunnen opereren. Waar in Europees Nederland een bijscholing redelijk makkelijk te regelen is, kan dat hier niet. Je bent dan al snel een paar dagen onderweg, dat kan logistiek gezien niet. Om informatie uit te wisselen hebben ze wel een appgroep aangemaakt. Ook Ellen Buskens is daarin opgenomen, zodat ze op afstand advies kan geven’, vertelt de projectleider. De brandweerlieden op de eilanden hebben nog een half jaar de tijd om te oefenen op de PPMO-baan. Als het sociaal plan in de eerste helft van volgend jaar is vastgesteld, kan de keuring met het PPMO officieel beginnen. ■

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

37


Brandveiligheidsindex 2017

Brandveiligheidsindex 2017/1 Brandveiligheidsindex 2017/1

De Brandveiligheidsindex is een onmisbare uitgave voor de brandweer, zowel in het kader van de repressie (herkennen van toegepaste materialen) als in de preventie (toezicht en advisering).

ISBN 9789012400770

Kijk voor meer informatie op www.sdu.nl/brandveiligheidsindex


Risicobeh eersi ng

4vuurwerkveilig, van regionaal initiatief tot landelijke campagne Veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek geeft al enkele jaren voorlichting over vuurwerk aan kinderen van groep acht op de basisschool. Wat in 2009 klein begon is inmiddels uitgegroeid tot een landelijke campagne. ‘Elke jaarwisseling zijn er veel jonge kinderen slachtoffer van vuurwerk. Vaak spelen onwetendheid rondom het gebruik van vuurwerk en groepsgedrag een rol in de oorzaak van die verwondingen. Ook raken veel omstanders gewond. Dat willen we voorkomen’, vertelt Pascal de Haas uit Veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek.

Door JILDOU VISSER

A

WWW.4VUURWERKVEILIG.NL

ls in 2015 uit een meting op de Spoedeisende Hulpafdelingen in de regio blijkt dat er door de voorlichting minder jeugdige slachtoffers binnen worden gebracht, ontstaat de samenwerking met VeiligheidNL en het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Tot dat moment werden vanuit de overheid verschillende initiatieven gesteund in het kader van vuurwerkpreventie. ‘Ze waren op zoek naar een nieuw, preventief en gezamenlijk initiatief om het aantal vuurwerkslachtoffers terug te brengen. Dat hadden wij’, aldus De Haas. Een samenwerking is opgezet en de landelijke campagne is uitgerold. Lespakket In de campagne is veel aandacht voor vier stappen die kinderen moeten doorlopen voordat ze vuurwerk gaan afsteken. Zo wordt ze verteld dat ze eerst de gebruiksaanwijzing moeten lezen, dan de vuurwerkbril moeten opzetten, een aansteeklont moeten gebruiken en voldoende afstand moeten nemen. ‘Het mooie is dat het laagdrempelig is. Wij zijn er op de scholen in onze regio al jaren heel actief mee bezig. Regio’s die dat niet doen, kunnen zo onze presentatie kopiëren en ermee aan de slag. De conceptbrief die naar de scholen gestuurd kan worden is zo over te nemen. Deze staat op MijnBrandweer in de map Brandveilig leven’, vertelt De Haas. ‘We proberen de campagne ieder jaar te verbeteren en ook iedere keer iets nieuws erbij te verzinnen. Je moet blijven verrassen. Het lespakket bestaat nu uit een presentatie met een video, promotiemateriaal en een quiz. Deze kunnen door de scholen zelf worden afgespeeld.’ Ze laat weten dat de noodzaak voor de voorlichtingscampagne groot is. Van de 473 personen die vorige jaarwisseling op de Spoedeisende Hulp terechtkwamen is twaalf procent jonger dan negen jaar en 24 procent is tussen de negen en negentien jaar. ‘Daar zijn de kinderen die bij de huisartsenpost terechtkomen nog niet eens in meegerekend. ‘ Meetgegevens In hoeverre de campagne echt effect heeft op het aantal slachtoffers, weet De Haas niet. ‘Onze regio is eigenlijk te klein om een goede meting te kunnen doen. Dit jaar gaan we proberen om

Brand&Brandweer

landelijk meetgegevens te verzamelen, zodat we een beter beeld kunnen krijgen van het echte aantal slachtoffers. Want ook mensen die bij de huisartsenpost terechtkomen, zijn slachtoffer. Als je die meerekent, denk ik dat we al snel richting de duizend personen gaan die schade ondervinden van vuurwerk. Maar dat is een gok, meten is weten en daar gaan we nu mee aan de slag.’ Daarnaast hoopt ze in de toekomst ook meer gegevens op te doen over het aantal slachtoffers op wijkniveau, zodat eruit herleid kan worden of de kinderen de voorlichting hebben gehad. ‘Als we dat weten, kunnen we er volgend jaar weer op voortborduren.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 12 december 2017

39


gespot i n de markt

Safety Fire Products ontwikkelde de Cleaning Wipes Een veilige, schone helm en uitrusting heeft u nu binnen enkele seconden en op een snelle manier uw spullen reinigen. Het is de allesreiniger die speciaal is ontwikkeld voor toepassingen op het brandweervoertuig en in de kazerne.

Op een veilige manier uw helm schoonmaken Een schone, veilige helm en uitrusting is belangrijk voor uw arbeidshygiëne. Roet, as en vuil blijven vaak achter op uw spullen. Dat kan schadelijk zijn voor uw gezondheid. Met de SFP Cleaning Wipes kunt u deze gevaren en risico’s beperken

Veiliger en schoner werken SFP Cleaning Wipes zijn geschikt om uw uitrusting en materialen weer hygiënisch schoon te maken. Veiliger en schoner werken betekent ook een betere gezondheid voor u en uw collega’s. U trekt de doekjes makkelijk uit de dispenser. Morsen en geklieder met zeep en water is vanaf nu verleden tijd. Universeel te gebruiken De SFP Cleaning Wipes zijn vrij van oplosmiddelen, schuurmiddelen en alcohol. U

kunt ze daarom overal voor gebruiken. Zelfs voor uw handen, en gezicht. De doekjes zijn namelijk PH-neutraal, dus ook geschikt voor een zeer gevoelige huid.

SFP Cleaning Wipes zijn onmisbaar op het voertuig, en in uw kazerne U krijgt deze geleverd in een handige emmer met dispenser opening/sluiting. Daarbij krijgt u een rol met grote doekjes 25x30cm (met perforatie) voorzien van zeep, voor extra grote oppervlakten. Uw materialen zijn weer hygiënisch schoon en volledig inzetbaar. Een schone start van iedere uitruk!

Natuurbeschermingsrecht

Natuurbeschermingsrecht editie 2017

Leidraad voor de uitvoeringspraktijk Tevens geschikt voor het (academisch) onderwijs Prijs: ¤ 59,50 incl. btw

Teksten Wet Natuurbescherming c.a. Bundeling van alle relevante wetgeving zoals die geldt per 1 maart 2017 Prijs: ¤ 57,75 incl. btw

Teksten Wet Natuurbescherming c.a. Kijk voor meer informatie op www.sdu.nl


B&B REGISTER

B&B Brand&Brandweer

vakblad voor brandweer, hulpverlening en rampenbestrijding

Adviesbureau Brandpreventie

Floriaan B.V. Postbus 220 5300 AE Zaltbommel Tel. 0418 573800 Fax 0418 573801 info@floriaan.nl www.floriaan.nl

Vaste adverteerders (contract­ houders) worden gratis in één rubriek opgenomen voor een heel jaar. Heeft u ook interesse, stuur dan uw gegevens naar het aangegeven adres, zie bon.

Waar kunt u terecht voor producten en diensten? Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Advertentieverkoop: I.S.-acquisitie, tel. 06-23700323, www.is-acquisitie.com

Hulpverlenings­gereedschappen

Verhuur & Brandweerpersoneel

Holmatro Rescue Equipment Postbus 33 4940 AA Raamsdonkveer Tel. 0162 589200 Fax 0162 522482 www.holmatro.com

RegioSafe Fire & Rescue B.V. Nieuwe Schaft 9/B 3991 AS Houten Tel. 030 6704815 info@regiosafe.nl www.regiosafe.com

Droogkasten & reinigingsmachines

Brandveiligheid P&G Safety Burgerstraat 26 5311 CX Gameren Tel. 0418 561761 info@pengsafety.nl www.PenGsafety.nl

Laundry b.v. Industrieweg 10 Postbus 7015 3286 ZG Klaaswaal  Tel. 0186 572900 Fax 0186 573210 laundry@laundry.nl www.laundry.nl

Ook wij willen opgenomen worden als bedrijf! Stuurt u mij vrijblijvend informatie over hoe mijn product of dienstverlening vermeld kan worden in deze rubriek. Bedrijf/organisatie Postadres Postcode/woonplaats Telefoonnummer Faxnummer Gewenste rubrieken

o per rubriek, per uitgave € 45,o per rubriek heel jaar (10 uitgaven) € 355,Prijzen exclusief BTW Datum

Handtekening

B&B Brand&Brandweer

U kunt deze bon inscannen en mailen naar: info@is-acquisitie.com. Voor deze en andere advertentiemogelijkheden in B&B, Ambulancezorg, Brandweer-, GHOR- en Veiligheidsregio-almanak e.a.: I.S.-Acquisitie, tel. 06-23700323, www.is-acquisitie.com

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2017

41


brandweer in actie om ontsnapte gans Een ontsnapte gans te water, voor die melding zijn brandweerlieden uit het Friese Zwaagwesteinde begin november gealarmeerd. Het dier bleek was samen met zijn maatje ontsnapt en was, tot de eigenaar een tip kreeg, spoorloos. Vangen lukte niet en dus schakelde de eigenaar de brandwer in. Één van de brandweerlieden is met een waadpak de vijver ingegaan en kon uiteindelijk het dier in een hoek drijven waar het gevangen kon worden. Bron: 112zwaagwesteinde.nl

brandweerpost krijgt bijzondere post De brandweer in Zwolle kreeg eind oktober wel erg bijzondere post. Een kaartje van een jonge brandweerfan, met daarbij zijn speen. Op de kleurig versierde kaart bij de speen gaf de jongen uitleg. ‘Ik ben nu te oud geworden voor mijn speentje’, schrijft hij. ‘Als er ergens brand is geweest en een klein kindje heeft geen speen meer, mogen jullie mijn speentje aan dat kindje geven.’ Bron: rtvoost.nl

BRAND&BRANDWEER Brand&Brandweer is het vakblad voor brandweer, hulpverlening en rampenbestrijding, en het communicatiemagazine van Brandweer Nederland. December 2017 - nummer 12 jaargang 41 REDACTIE-ADRES

Brand&Brandweer t.a.v. redactiesecretariaat Brand&Brandweer, Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, tel. (058) 2160862, e-mail: brand&brandweer@sdu.nl REDACTIE

Ing. Stephan J.M. Wevers, commandant brandweer Twente (voorzitter redactie) Drs. Albert-Jan van Maren, brandweer Gelderland-Midden Frans van der Veen, brandweer Gooi en Vechtstreek Marcel van Galen, hoofd risicobeheersing Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland Frank Huizinga, woordvoerder Brandweer Nederland Lucas de Lange, Vernieuwde repressie Veiligheidsregio Haaglanden Gerard Bouwmeester, vrijwilliger Veiligheidsregio Utrecht EINDREDACTIE

Jildou Visser e-mail: info@jildouvisser.nl AAN DIT NUMMER WERKTEN MEE

Gerard Bouwmeester, Raoul Lamberiks, Brandweer Zuid-Limburg, Casper Ferwerda, IFV, Marco van der Leest, Willem Duivestein, Kees van der Mark, Brandweer Fryslân, Joey Bremer, MediaTV, Ginopress, Ellen Schat, Kain Karawahn, Brandweer Sint Maarten en SOO-CN Communicatie. ONTWERP EN OPMAAK

SD Communicatie, Rotterdam DRUK

Wilco BV - Amersfoort UITGEVER

Sdu Uitgevers: Roel W. Roos Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, e-mail: r.roos@sdu.nl BLADMANAGEMENT

drs. Karel Frijters Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, e-mail: k.frijters@sdu.nl ADVERTENTIE-ACQUISITIE

Lijst van adverteerders Cooperatie VGZ UA Getac Technology GmbH Holmatro Rescue Equipment Interspiro BV Laundry BV Letas Stickerservice Loyalis MSA Safety Fire Products SDU

22 28 C2 C4 36 36 C3 4 36 16, 36, 42

Tarieven, reserverings- en sluitingsdata voor (combinatie)advertenties in B&B, Ambulancezorg, Brandweer-, GHOR- en Veiligheidsregio-almanak e.a. op aanvraag beschikbaar bij: I.S.-Acquisitie, tel. 06-23700323, e-mail: info@is-acquisistie.com www. is-acquisistie.com Aanlevering van advertentiemateriaal bij loap@sdu.nl

Sdu Klantenservice, Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, tel. (070) 378 98 80, fax (070) 378 97 83, e-mail: sdu@sdu.nl, www.sdu.nl/brandweer Vanwege de aard van de uitgave, gaat Sdu uit van een zakelijke overeenkomst; deze overeenkomst valt onder het algemene verbintenissenrecht. Het abonnement op Brand&Brandweer (10 nummers) kost 95 euro excl. BTW (100,70 euro incl. BTW). Deze prijs is inclusief verzendkosten. Prijs los nummer: 11 euro (incl. BTW). Een abonnement op B&B geeft tevens toegang tot B&B-digitaal, nieuwsdossiers, forum en het archief van B&B via www. brandenbrandweer.nl. Inlogcodes worden schriftelijk aan abonnees verstrekt. Prijs online-abonnement los: 79 euro excl. BTW (95,59 euro incl. BTW). Een abonnement geldt voor een jaar en wordt automatisch met een jaar verlengd, tenzij uiterlijk twee maanden voor het verstrijken van het abonnementsjaar schriftelijk wordt opgezegd bij Sdu Klantenservice (zie adres hierboven). Wilt u reageren op een artikel, of een onderwerp/artikel aandragen voor publicatie in B&B, neem dan contact op met de redactie via brand&brandweer@sdu.nl. De redactie houdt zich het recht voor artikelen in te korten dan wel journalistiek aan te passen. © Sdu Uitgevers 2017 Alle rechten voorbehouden. Alle auteurs­ rechten en databankrechten ten aanzien van deze uitgave worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze rechten berusten bij Sdu Uitgevers bv. Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen, mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Op al onze producten zijn onze leveringsvoorwaarden van toepassing. Zie hiervoor onze website www.sdu.nl Persoonsgegevens worden bewerkt voor de uitvoering van de (abonnements)overeenkomst en om u van informatie te voorzien over Sdu Uitgevers bv en andere zorgvuldig geselecteerde bedrijven. Indien u geen prijs stelt op deze informatie, kunt u dit schriftelijk melden bij Sdu Klantenservice. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden auteurs, redac­teuren en uitgever geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten of onvol­komenheden. ISSN 01656-4675

SLUITINGSDATA ADVERTENTIES EN BIJSLUITERS 2017/18

nummer Nr. 1/2 Nr. 3 nr. 4

verschijning sluiting 20-01 22-12-2017 03-03 06-02 07-04 13-03

TERMIJN VAN ANNULERING:

6 weken voor verschijningsdatum Termijn van inzending:

3 weken voor verschijningsdatum ABONNEMENTEN

Opgave van abonnementen en adres-wijzigingen:

42

nummer 12 december 2017 - Sdu Uitgevers

Brand&Brandweer


Een goed inkomen bij arbeidsongeschiktheid? Zó geregeld!

U zet zich in voor onze veiligheid. Bij een brand of in een crisissituatie. En preventief door het beoordelen van overheidsplannen op veiligheid en met het oog voor milieu. Verantwoordelijk en risicovol werk. Belangrijk dat u goed voor uzelf zorgt. Want als u uit de running raakt, heeft dat veel impact. Ook op uw inkomen. Dat kan afzakken tot bijstandsniveau! Voorkom geldzorgen met dé arbeidsongeschiktheidsverzekering speciaal voor iedereen die werkt bij de brandweer. Uw voordelen    Altijd verzekerd van minstens 70% inkomen tot  uw AOW-leeftijd

   U blijft bij arbeidsongeschiktheid pensioen  opbouwen

   Minimaal 20% premiekorting via uw werkgever

   Geen medische vragen als u zich aanmeldt binnen  6 maanden na indiensttreding

   Sluit perfect aan op de WIA, uw cao en  pensioenregeling

Wacht niet te lang, u hebt het zó geregeld! Bereken uw premie op: www.loyalis.nl/brandweer


nkel.se

Reddingsgreep maakt het redden van een drager Reddingsgreep maakt hetin nood mogelijk redden van een drager in nood mogelijk

Lichaamsgevormde Lichaamsgevormde schouderbanden enschouderbanden heupriem en optimale heupriem voor voor optimale gewichtsverdeling engewichtsverdeling comfort en comfort

Verplaatsbare Verplaatsbare aansluitingspunten aansluitingspunten voor accessoires voor accessoires

Heupriem enen schouderbanden Heupriem schouderbanden bewegen onafhankelijk bewegen onafhankelijkvan van elkaar voor maximale elkaar voor maximalemobiliteit mobiliteit

Sneldrogende Sneldrogende Kevlar-riemen Kevlar-riemen

Snelkoppeling Snelkoppeling voor reduceereenheid, voor reduceereenheid, geen gereedschap geen gereedschap nodig nodig

Grootte is gemakkelijk aan te Grootte is gemakkelijk aan te passen, zelfs bij het dragen van passen, zelfs bij het dragen van het draagstel het draagstel

™ De Incurve De Incurve™SCBA SCBA

Draag het het voor voor uw Draag uw gezondheid, gezondheid, niet alleen alleen voor niet voor de de veiligheid veiligheid Lang na het verlaten van een brandhaard kunnen brandweerlieden worden blootgesteld Lang het en verlaten van een brandhaard worden blootgesteld aan na giftige kankerverwekkende stoffenkunnen die hun brandweerlieden persoonlijke beschermingsmiddelen aan giftige en kankerverwekkende stoffen die hun persoonlijketebeschermingsmiddelen besmetten. Om het risico van langdurige gezondheidsproblemen verminderen hebben we een SCBA voorlangdurige alle cilindertypes, met een minimumteaan textiel waardoor besmetten. Omontwikkeld het risico van gezondheidsproblemen verminderen hebben heteen minder voorvoor verontreiniging en gemakkelijker schoon teaan maken is. Als een we SCBAgevoelig ontwikkeld alle cilindertypes, met een minimum textiel waardoor toegevoegde bonus:voor het isverontreiniging waarschijnlijk 'senwerelds meest comfortabele draagstel. het minder gevoelig gemakkelijker schoon te maken is. Als een toegevoegde bonus: het is waarschijnlijk 's werelds meest comfortabele draagstel.

interspiro.com

interspiro.com


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.