Bb2016 11

Page 1

B&B Brand&Brandweer

vakblad voor brandweer, hulpverlening en rampenbestrijding

november 2016

• Drie onderzoeken voor meer inzicht arbeidshygiëne • Eerste regio’s van start met nieuwe fleetmap C2000 • Doen, denken en beleven bij het Brandweercongres

Zware binneninzet bij brand centrum Delft

B&B Brand&Brandweer

www.brandenbrandweer.nl

11 jaargang 40


Duikers die de wereld willen zien Falck Fire Academy zoekt: brandweerduikers, duikploegleiders en brandweerduikinstructeurs.

Falck Fire Academy leidt brandweerduikers op en ondersteunt wereldwijd sportevents met gespecialiseerde duikteams. Heb jij een passie voor duiken, een groot veiligheidsbesef en ben jij een teamspeler, ďƒ&#x;exibel inzetbaar, in het bezit van de juiste papieren en daarnaast bereid om interne trainingen te volgen? Stuur dan je CV en motivatie naar m.tobe@falck.com

Falck Fire Academy Tel +31(0) 181 376 666 falckďƒžreacademy.com

Well prepared for the heat of the moment


INHOUD

nummer 11 november 2016

Coverstory 10

35

Zware en complexe inzet bij brand in restaurant in Delft

IJsselland, Noord- en Oost-Gelderland en Meldkamer Oost Nederland hebben als eerste de nieuwe landelijke fleetmap C2000 ingevoerd. Een grote verandering voor zowel operationele diensten als de centralist.

Een in eerste instantie simpele vlam in de pan bij restaurant Bierfabriek in Delft bezorgt de brandweer zaterdag 8 oktober urenlang kopzorgen. De brand is overgeslagen in het afzuigkanaal. Vijf personen moeten uit het pand worden gered. Lang is onduidelijk waar de brand precies woedt. 39

Artikelen 14

Het Brandweercongres: doen, denken en beleven

43

De Brandweer Experience was de noemer voor het Brandweercongres dit jaar. Twee volle programmadagen stonden in het teken van doen, denken en beleven en honderd jaar samenwerkende brandweer. 20

Hoop op meer inzicht in arbeidshygiëne door onderzoeken

Visie Natuurbrandbeheersing: samen en slimmer Met de Visie Natuurbrandbeheersing moeten zowel de bestrijding als beheersing van natuurbranden naar een hoger niveau worden getild. De visie valt onder het landelijk specialisme natuurbranden.

32

Situationele commandovoering al doende verder ontwikkelen

De kampioenen van de jeugdbrandweer Twee teams van de jeugdbrandweer in Zuid-Holland Zuid zijn dit jaar kampioen geworden. De jeugdleden vertellen over hun ervaring en hoe zij de titel hebben behaald.

Het Kenniscentrum Arbeidsveiligheid gaat onderzoeken welke stoffen er op en in bluspakken zitten, hoe de stoffen het lichaam binnenkomen en welke maatregelen brandweerlieden kunnen treffen. Daarnaast start de Vakgroep Arbeidsveiligheid een gezondheidsmonitor. 28

Sturen op brandrisico’s door samenwerking met zorginstellingen Door meer te denken vanuit brandrisico’s en minder vanuit de geldende wet- en regelgeving willen 25 zorgorganisaties in de regio Amsterdam de brandveiligheid in hun instelling verbeteren.

100% nabellen woningbranden geeft inzicht De veiligheidsregio’s uit Oost 5 hebben een jaar lang alle woningbranden nagebeld. Daarnaast is iedere vijfde woningbrand onderzocht. Het levert volgens brandonderzoeker Joost Ebus bruikbare inzichten op.

16

Grote veranderingen bij nieuwe landelijke fleetmap C2000

Rubrieken 5 6 23 31 39 44

Van de redactie Actueel Brandweer Nederland Onder de Helm Brandweer Buitenland Gespot in de Markt

Om de conclusies uit Situationele commandovoering bij de brandweer verder te ontwikkelen, start de Brandweeracademie een pilot. Daarnaast wordt situationele commandovoering doorgevoerd in de opleidingen. Op de cover: De bestrijding van de binnenbrand bij restaurant Bierfabriek in Delft op 8 oktober is een zware klus. Fotografie: Regio 15

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

3


Bouwt voort op het superieure comfort en de wereldklassefunctionaliteit van het S-Face Mask

Geprepareerd voor spraakcommunicatie, "Heads-Up Display" en brillenkit

Ergonomisch hoofdbandenstel met eenvoudig te bedienen gespen

Vraaggecontroleerd ademhalingsautomaat geactiveerd vanuit het binnenmasker, met een snelle responstijd en uitstekende ademhalingsprestaties

Veiligheidshevel is zichtbaar wanneer de frisseluchtklep open is; herinnert de gebruiker deze te sluiten bij het betreden van een gevaarlijke omgeving

Snelle verbinding van de ademhalingsautomaat naar het gezichtsmasker

Drukhendel om de frisseluchtklep te sluiten

Het Inspire™-masker

Nooit meer uw adem inhouden voor een frisse neus Buitenlucht is zeer geschikt voor het opslaan van de luchttoevoer, maar het haastig aansluiten van de ademhalingsautomaat brengt onnodige risico's met zich mee. Om ervoor te zorgen dat uw masker zich nooit vult met rook hebben we een frisseluchtklep geĂŻnstalleerd waarmee de ademhalingsautomaat altijd is aangesloten en u desgewenst buitenlucht kunt inademen. De klep wordt geopend door middel van een veilige dubbele actie-ontgrendeling, en door er simpel op te drukken, wordt de klep gesloten.

interspiro.com


VAN DE REDACTI E

Verhalen met een vervolg

B

randweer en verhalen zijn een goede combinatie. Een bezoeker van een brandweerkazerne vermaken wij moeiteloos met de prachtigste verhalen over bijzondere meldingen, spectaculaire reddingen of hilarische situaties. Een uur is snel gevuld en de bezoeker verlaat onder de indruk de kazerne. Onze verhalen zijn niet alleen vermakelijk of interessant. Wij hebben brandveilige verhalen voor burgers en ondernemers die bijdragen aan ons doel van minder branden, minder slachtoffers en minder schade. De verhalen uit onze bestrijding zijn waardevol bij het overtuigen van anderen dat zij zelf erger kunnen voorkomen. Een vakkundig advies met praktijkervaring die aanzet tot actie bij anderen. Ook onderling zijn onze verhalen leerzaam. Een goed verhaal van een collega of deskundige zet aan tot een vervolg. Nadenken, discussie, verder lezen en misschien een eigen experiment. Zeker bij verhalen over ons vak en onze collega’s die je niet zomaar loslaten. Het Brandweercongres startte met drie van dat soort indrukwekkende verhalen. De spreekstalmeester Laurens ten Den en voorzitter van Brandweer Nederland Stephan Wevers vertelden drie indrukwekkende verhalen van collega’s uit de frontlinie van ons werk. Het verhaal van een bevelvoerder die na een binneninzet een achtergebleven collega redde. Het verhaal van een complex waterongeval waarbij twee voertuigen met zeven inzittenden in bevroren water vast kwamen te zitten. En het verhaal van de brand in het appartementencomplex in Nijmegen waar een onvoorstelbaar aantal reddingen moest worden gedaan.

Juist daarom ben ik fan van de Mythburners. Deze gedreven groep collega’s uit de wereld van (brand)onderzoek pakt het vakinhoudelijke deel van de mythen aan waar we lang over praten en vooral elkaar lang over napraten. De Mythburners nemen de proef op de som en organiseren experimenten die mythen soepel ontkrachten of bevestigen. Sinds hun experimenten weet ik een antwoord op de vraag of een gaspak krimpt bij brand, of je in het water zinkt in een bluspak en of een hogedrukreiniger een goedkope rookgaskoeling is. De Mythburners doen voor dat een verhaal echt aanleiding is voor een vervolg. Niet alleen om verder te praten, maar om mee aan de slag te gaan en verder te leren. De echte verhalen van ons werk verdienen het om geen mythe te worden, maar een verhaal vol vakmanschap en mensenwerk te blijven. Er ligt weer een editite van Brand&Brandweer op tafel. Genoeg aanleiding voor een vervolg met koffie, gesprekken, zoekopdrachten en experimenten. Lucas de Lange

Dit zijn de verhalen waar we veel koppen koffie of thee lang over verder kunnen praten. Wat zou ik in zo’n geval doen? Welke aanpak zou jij hebben gekozen? En zouden wij dit hebben gedurfd? De leerzaamste verhalen komen direct van de betrokken collega’s door hun beschrijving, overweging en emoties. Het doorvertellen van verhalen kent valkuilen. Voor je het weet is een situatie net even anders, iets verdraaid of is het leerzame vergeten. Na een paar jaar is het verhaal verworden tot een mythe waar niemand meer van weet wat er precies is gebeurd en wat we ervan leerden. Je kan er makkelijk blindelings in geloven, want iedereen vertelt het je.

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

5


ACTU E EL

Veiligheidsregio Utrecht geeft brandveiligheidsadvies via WhatsApp Brandveiligheid leeft, maar je moet mensen de kans geven om op een laagdrempelige manier hun vragen te stellen. Dat is een van de eerste bevindingen van Veiligheidsregio Utrecht nadat zij begin oktober zijn gestart met het beantwoorden van vragen over brandveiligheid via WhatsApp. ‘Sinds we zijn begonnen, krijgen we iedere dag een aantal vragen binnen. Het zijn er meer dan verwacht’, vertelt Joost Polak, voorzitter van de themagroep Voorlichting van Veiligheidsregio Utrecht. Polak laat weten dat burgers uit de regio bovendien andere vragen stellen dan hij vooraf had kunnen bedenken. ‘We gingen ervan uit dat de vragen met name zouden gaan over rookmelders, maar dat is slechts een klein deel. De vragen zijn tot nu toe uiteenlopend. Zo is ons in de eerste week al gevraagd hoe de brandweer omgaat met gehandicapten bij een ontruiming. Of een vrouw die zich afvroeg of de versiering die haar buren in de galerij van de flat hadden opgehangen, verantwoord was. Het belemmerde de vluchtroute.’ Inwoners van Veiligheids-

regio Utrecht kunnen dag en nacht via WhatsApp vragen stellen, laat Polak weten. ‘Wij reageren alleen tijdens kantooruren. Met een aantal preventisten kunnen we 99% van alle vragen beantwoorden. Vragen over incidenten beantwoorden we niet. Die mensen verwijzen we door naar onze woordvoerders.’ Inloopspreekuur Veiligheidsregio Utrecht heeft langere tijd gezocht naar een manier waarop burgers op een laagdrempelige manier vragen kunnen stellen over brandveiligheid. ‘In

mei zijn we begonnen met het inloopspreekuur op iedere eerste maandag van de maand. Wij dachten dat het voor de burger een makkelijke manier zou zijn om vragen te stellen, maar dat bleek niet het geval’, aldus Polak. ‘De drempel om naar een kazerne te komen was blijkbaar te hoog, het tijdstip was niet goed en mensen moesten soms een tijd wachten tot ze op de eerste maandag van de maand hun vraag konden stellen.’ In de zoektocht naar andere laagdrempeligere manieren om met de burger te communiceren is de regio bij WhatsApp uitgekomen. Polak: ‘Bedrijven en gemeenten werken al op die manier. Bij hen hebben we informatie ingewonnen. Tot nu toe zijn onze ervaringen erg positief.’

Publicatie geeft informatie brandveiligheid veestallen

Fotografie: Ginopress

In de eerste zes maanden van dit jaar waren er in Nederland 23 stalbranden. 91.869 dieren kwamen daarbij om. Met de publicatie Brandweerzorg bij veestallen hoopt Lector Brandpreventie René Hagen van de Brandweeracademie een bijdrage te leveren aan het beperken van het aantal branden en het aantal dierlijke slachtoffers.

De publicatie geeft informatie over wetten, regels en kwaliteitssystemen die van invloed kunnen zijn op de brandveiligheid van dierenverblijven en het gaat in op de brandveiligheidsrisico’s en oorzaken en gevolgen van brand in veestallen. Voor een veilig en effectief repressief optreden worden in de publicatie ook de verschillende soorten stalinrichting, de meest gebruikte bouw- en isolatiematerialen en de aanwezige technische installaties toegelicht. In het laatste hoofdstuk worden bovendien de verschillen toegelicht tussen het repressief optreden bij brand in een dierenverblijf en brand in een opslagloods. De publicatie Brandweerzorg bij veestallen is te downloaden via www.ifv.nl.

6

nummer 11 november 2016 - Sdu Uitgevers

Brand&Brandweer


Actueel

Bonden en Brandweerkamer zetten stappen in onderhandelingen FLO-overgangsrecht Fotografie: Ginopress

De vakbonden en de Brandweerkamer hebben stappen gezet in de onderhandelingen over de reparatie van het FLOovergangsrecht. Beide partijen zijn het eens over een nieuwe staffel van uittreedleeftijden. Hierdoor is een akkoord bereikt over de uitgangspunten voor het langer doorwerken voor brandweerlieden in de repressieve dienst. Beide partijen hebben afgesproken om een aantal onderdelen verder uit te werken. Zij hopen bij een volgend overleg, op 29 oktober, de contouren van een akkoord duidelijk te krijgen. Bert de Haas, onderhandelaar namens FNV Overheid is blij met de ontwikkeling. ‘We zijn er nog niet, maar de eerste stappen richting een oplossing voor de problemen met het FLO-overgangsrecht zijn gezet.’

Drie plaatsingsadviezen voor ophangen koolmonoxidemelder De Brandweeracademie van het IFV heeft een literatuuronderzoek uitgevoerd naar de optimale plaatsing van koolmonoxidemelders. Over de beste locatie voor koolmonoxidemelders, zowel in hoogte als de afstand ten opzichte van de bron was discussie. De onduidelijkheid en de verschillende adviezen waren voor Brandweer Nederland en de Nederlandse Brandwonden Stichting reden om er nader onderzoek naar te laten doen. De Brandweeracademie komt op basis van de literatuurstudie nu met drie plaatsingsadviezen. In de plaatsingsadviezen maakt de Brandweeracademie onderscheid tussen de bronruimte, de slaapkamer en overige ruimtes. De bronruimtes zijn alle ruimtes waar zich een potentiële koolmonoxidebron bevindt. Voorbeelden hiervan zijn een cv-installatie, geiser of kachel en de ruimtes waar de afvoer van rookgassen doorheen voert. In deze ruimtes kan volgens de Brandweeracademie de

Brand&Brandweer

melder zowel aan het plafond als aan de muur of een schuin plafond worden gehangen. Het advies is om de melder op het plafond te hangen op een horizontale afstand van een tot drie meter tot de koolmonoxidebron, op een minimale afstand van dertig centimeter van omliggende muren en niet naast aanwezige luchtinlaten, luchtuitlaten of andere objecten. Indien plaatsing op het plafond

niet mogelijk is, kan de melder aan de muur worden gehangen op een hoogte tussen vijftien en tachtig centimeter van het plafond. De melder moet altijd hoger hangen dan de bovenzijde van aanwezige ramen en deuren. Dit geldt ook voor plaatsing op een schuin plafond. Hierbij geldt bovendien dat de melder het beste aan de hoge zijde van het schuine plafond kan worden bevestigd. In de slaapkamer kan de koolmonoxidemelder het beste worden opgehangen op de hoogte waarop men slaapt, niet naast aanwezige luchtinlaten of -uitlaten en niet achter objecten zoals gordijnen of kasten. In overige ruimten is de meest ideale locatie op zit- of loophoogte.

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

7


ACTU E EL

IFV publiceert handvatten voor veilig optreden bij moderne voertuigen Met de nieuwe publicatie Brandweeroptreden bij incidenten met moderne voertuigen biedt het IFV brandweerlieden informatie over het veilig optreden bij incidenten met moderne voertuigen. De publicatie geeft, in de vorm van een handelingsperspectief en een aandachtskaart, handreikingen voor een gestructureerde manier van optreden bij verkeersongevallen, ongeacht het type voertuig dat erbij betrokken is. In de verschillende hoofdstukken van de publicatie wordt ingegaan op de verschillende constructiesoorten, de veiligheidsvoorzieningen voor bestuurder en inzittenden, de incidentbestrijding bij alternatief aangedreven voertuigen en de aanwezige veiligheidsvoorzieningen. Daarnaast wordt specifiek ingegaan op de kenmerken en gevaren van voertuigen op LPG, aardgas en waterstof en op de hoog voltageaccupakketten. De publicatie is te downloaden via www.ifv.nl.

Fotografie: [Fotografie: Verbond van Verzekeraars

Meer brandclaims door zomerstormen Zomerstormen hebben vorig jaar regionaal voor een piek in het aantal brandclaims gezorgd. Dat blijkt uit de Risicomonitor Woningbranden die het Verbond van Verzekeraars samen met Brandweer Nederland heeft opgesteld. Het totale aantal brandclaims was ongeveer even hoog als in 2014. Opvallend is dat in Noord-Holland maar liefst negentien procent meer claims zijn gedaan. Eind juli vorig jaar is deze provincie getroffen door een zomerstorm. Datzelfde patroon ziet het Verbond van Verzekeraars bij Flevoland waar elf procent meer claims waren, Drenthe met een stijging van dertien procent en Gelderland met zeven procent meer claims. Het extreme weer zorgde bovendien voor meer pieken in claims. ‘Stormen met bliksem hebben voor brand gezorgd, maar ook hevige neerslag en wolkbreuken met onweer vormen een belangrijke oorzaak’, zegt algemeen directeur Richard Weurding van het Verbond van 8

nummer 11 november 2016 - Sdu Uitgevers

Verzekeraars. ‘Denk dan aan kortsluiting bij huishoudelijke apparaten.’ Het Verbond heeft de Risicomonitor dit jaar voor het eerst samen met de brand-

weer ontwikkeld. Brandweer Nederland heeft hierbij concrete preventieadviezen aan de meest voorkomende brandoorzaken gekoppeld.

Brand&Brandweer


Actueel

Pilot multi-intake LMO van start De Landelijke Meldkamerorganisatie (LMO) is gestart met de pilot multiintake. De pilot is een eerste stap waarmee getest wordt wat de optimale reikwijdte van de multidisciplinaire intake is. Daarbij wordt gelet op de kwaliteit, snelheid en de uitwisseling van informatie, die recht doet aan de verantwoordelijkheid die iedere discipline draagt. De pilot wordt door twee groepen, met in totaal 66 centralisten uit de verschillende disciplines, gedraaid. In een simulatieomgeving testen zij maximaal 32 gesimuleerde meldingen, waarbij ze gebruik maken van het protocolsysteem dat voor de pilot ontwikkeld is. Na afloop worden alle centralisten gevraagd naar hun ervaringen. ‘Met de multi-intake hoeft de melder niet meer te kiezen welke discipline hij of zij wil spreken. De centralist kan aan de hand van het verhaal bepalen welke hulpdiensten nodig zijn’, aldus Ilse Mollet van de LMO. ‘De hulpverlener gaat goed geïnformeerd onderweg, alle specifieke informatie die relevant is om veilig en vakkundig op te treden is bekend. En de burger wordt in heel Nederland op eenzelfde manier geholpen in het eerste contact’. Mollet is blij dat de pilot start. ‘Door de heroriëntatie starten we later dan gepland. We hebben de afgelopen periode hard gewerkt aan het uitwerken van de juiste casussen en scenario’s, de bijbehorende protocollen en het systeem waarmee we gaan werken in de pilot. Daarnaast zijn centralisten geworven en zijn de criteria geformuleerd waarop wordt getoetst.’ Aan het einde van het eerste kwartaal in 2017 moet er een adviesrapport met de resultaten liggen. Op basis daarvan wordt een besluit genomen over de vervolgstappen.

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

9


bran d van de maan d

10

nummer 11 november 2016 - Sdu Uitgevers

Brand&Brandweer


bran d van de maan d

Zware en complexe inzet bij brand in restaurant in Delft Als in restaurant Bierfabriek in het historische centrum van Delft op zaterdagavond 8 oktober een vlam in de pan overslaat naar het afzuigkanaal is in korte tijd de hele zaak ontruimd. Op vijf personen na, zo blijkt nadat de brandweer ter plaatse komt. Twee koks doen tegen beter weten in nog een bluspoging en op zolder zijn drie personen ingesloten door de rook. Brandweerlieden weten uiteindelijk iedereen te redden. Bovendien wordt met hard werk voorkomen dat het volledige pand afbrandt.

Met de hoogwerker wordt geprobeerd om de ingesloten slachtoffers te bevrijden. Fotografie: Regio 15

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

11


Fotografie: Veiligheidsregio Haaglanden

bran d van de maan d

Door Jildou Visser

S

ander Kukler wordt rond 19.30 uur als eerste bevelvoerder gealarmeerd. ‘Het zou gaan om een vlam in de pan die waarschijnlijk in de afzuigkap was geslagen. Dan gaan er veel dingen door je heen. Hoe groot is de afzuigkap? Zijn er mensen binnen? Het was zaterdagavond, vaak het moment dat een restaurant vol zit. Gelukkig kwam de melding dat het personeel iedereen naar buiten had begeleid. Een opluchting’, blikt Kukler terug. ‘Aanrijdend heb ik de aanvalsploeg laten omhangen. Zij zouden binnen verkennen. Toen we bijna ter plaatse waren vertelde de centralist dat binnen koks bezig waren met een bluspoging. Daarop heb ik ook de nummers drie en vier laten omhangen.’ Als de eerste bevelvoerder ter plaatse de bedrijfsleidster aanspreekt, komt een van de koks hoestend naar buiten. Hij wordt gevolgd door twee personen. Dan blijkt dat nog twee koks in het pand zijn. ‘Haal ze eruit. Dat was de opdracht die ik mijn aanvalsploeg heb meegegeven.’ De ruimte binnen is hoog met halverwege een vide. Kukler: ‘Daar stonden de koks met flesjes water al schuddend en spuitend een poging te doen om de brand in de afzuigkap te blussen. In het kanaal was een licht rode gloed zichtbaar. Op de vide hing dikke zwarte rook. Die zakte steeds verder.’ Beide personen worden naar buiten gebracht. ‘Redding gelukt, denk je dan’, vertelt de bevelvoerder. Buiten probeert hij met zijn ploeg een plan te maken. Waar brandt het? Hoe brandt het? Personen ingesloten Terwijl Kukler een inzetplan maakt, komt bij centralist Erik Prins een telefoongesprek binnen van iemand die op vierde verdieping samen met twee anderen is ingesloten. ‘De persoon aan de andere kant van de lijn vroeg: “Klopt het dat jullie een melding hebben gekregen van een brand in de Bierfabriek?” Ja, we zijn onderweg was mijn antwoord. “Ik ben er ook, op de vierde verdieping. We kunnen niet weg”, antwoordde de melder. Op zo’n moment moet je even slikken. De adrenaline giert ineens door je lijf. Ik heb hem gevraagd aan de lijn te blijven en mijn vragen te beantwoorden. Hij was een ideale melder. Hij antwoordde rustig, kort en zakelijk. Hij vertelde dat hij zicht had op de afzuigpijp en vlammen zag, dat er één trap was en dat die stond vol rook stond. De brandweerlieden moesten daar helemaal omhoog, dan zouden ze bij hen komen. Als we een grote ladder hadden, konden we hen ook buitenom bereiken.’ Prins tikt alles in in het Geïntegreerd Meldkamer Systeem (GMS) en hoort zijn collega de eerste TS aanroepen. ‘Er zitten drie personen vast op de vierde etage.’ ‘Toen ik dat hoorde, schrok ik. Ineens moest ons plan om’, vertelt Kukler. ‘Ik heb de bedrijfsleidster de route laten bevestigen, zij gaf me de sleutels om er te komen. Daarop heb ik mijn manschappen naar binnen gestuurd. Met de 120 sloot ik kort dat wij ons zouden focussen op de redding en zij in zouden zetten op de brand. Mijn manschappen lieten weten dat vanaf de vide en de eerste verdieping alles vol rook stond. Het pand heeft verbouwing op verbouwing gehad, dus op iedere verdieping was het in de rook zoeken naar de trap naar boven.’ ‘Ondertussen was het mijn taak om de jongen aan de lijn te houden en te zorgen dat ze rustig zouden bijven’, vertelt Prins. ‘Ik heb ze een handdoek voor de kieren van de deur laten leggen, om de rook zoveel mogelijk tegen te houden. Toch hoorde ik ze na een tijdje hoesten. Je weet dat het serieus is. De personen aan de andere kant van de lijn zitten in een levensbedreigende situatie. De jongen vertelde dat de rook steeds erger werd en hun ogen begonnen te prikken. Ineens 12

nummer 11 november 2016 - Sdu Uitgevers

zagen ze het bakje van de hoogwerker voor het raam. Tegelijkertijd kreeg ik de bevestiging van mijn collega dat de brandweerlieden van de eerste TS ook de ruimte binnenstapten. Een grote opluchting. Ze zijn veilig. Blijer kon je mij op dat moment niet maken. Dat de brandinzet nog een grote klus ging worden wist ik, maar deze klus, de belangrijkste, hadden we geklaard.’ Lokaliseren brandhaarden Tijdens de inzet op de redding geven de manschappen de eerste bevelvoerder al veel informatie door. ‘Zij vertelden dat ze onderweg veel rook tegenkwamen en dat in sommige kamers de wanden brandden.’ Vanwege het karakter van het pand en de verstopte brandhaarden schaalt de OvD in overleg met de 110 en 120 op naar grote en zeer grote brand. Als de manschappen van de eerste TS na de redding weer buiten staan, wordt een inzetplan gemaakt. Kukler: ‘De 120 was beneden bezig om alles rondom de afzuiging te slopen en in te zetten op de brand. Wij zijn naar de eerste verdieping gegaan, de derde TS naar de derde verdieping. We wisten niet waar het afzuigkanaal langsliep en waar het brandde. Langzaamaan hebben we met z’n allen de hele schacht in kaart gebracht’, aldus Kukler. Terwijl alle eenheden binnen druk aan het werk zijn, komt ook Hoofdofficier van Dienst (HOvD) Job Kramer ter plaatse. ‘De OvD vertelde dat men binnen nog op zoek was naar de brandhaarden. Ik zag dat het pand van alle kanten was ingeklemd door andere panden. Bovendien wist ik dat het oude gebouwen zijn. Ik heb de tweede OvD de opdracht gegeven een rondomverkenning te doen en mogelijke escalatiescenario’s uit te werken.’ Kramer houdt zich ook bezig met de multidisciplinaire afstemming en start al snel de aflossing op. ‘Het oude centrum van Delft is een hoogrisicogebied. Het is belangrijk om zo vroeg mogelijk een escalatiescenario te maken. Op het moment dat je het nodig hebt, ben je al te laat. Ook de aflossing moet snel worden geregeld. Bij dit type complexe inzetten moeten de eenheden veel inspanning leveren. Dat houd je niet lang vol. Als je te lang op aflossing moet wachten, glipt zo’n incident tussen je vingers door.’ Binnen hebben de eenheden onderling veel contact. Kukler: ‘Wat zie je? Waar gaat de schacht bij jou door het plafond? Waar komt hij door de vloer of de muur? Stukje bij beetje kwamen we steeds een stukje verder. Het was een enkelwandige blikken schacht, betimmerd met hout. Door de hittestraling waren veel plaatsen rondom de schacht gaan branden. Het was een kwestie van blussen en veel slopen, zowel muren als plafonds en vloeren. Een zoekplaatje en

Brand&Brandweer


Fotografie: Regio 15

bran d van de maan d

De drie slachtoffers staan weer veilig buiten.

een flinke klus. Uiteindelijk hebben we drie volle flessen ademlucht leeggewerkt. Toen werden we afgelost.’ Terwijl binnen nog hard wordt gewerkt aan het onder controle krijgen van de brand, zit voor Kramer het meeste werk erop. ‘Een ongemakkelijk moment. Je hebt genoeg eenheden, zowel binnen als buiten. De omliggende panden waren ontruimd. De escalatiescenario’s waren mono- en multidisciplinair voorbereid De inzet loopt. Ik kon niet zien wat er binnen gebeurde, dus kon ik niet meer dan wachten op het goede nieuws. Toen ik rond 23.30 uur dat bericht kreeg, was de opluchting groot. We hebben vijf personen gered, een groot deel van het gebouw behouden en uitbreiding naar naastgelegen panden voorkomen. Dat geeft een goed gevoel, blikt de HOvD terug. Als rond 2.00 uur de brand volledig uit is, wordt besloten het pand nog niet over te dragen aan de eigenaar. ‘Wij hebben een eenheid laten blijven. Bij een eerdere vergelijkbare brand, laaide het vuur een tijd nadat we terug waren gekeerd naar de kazerne, opnieuw op. Bij dit incident wilde ik die snel kunnen detecteren en erop in kunnen zetten. De brand zat verborgen, het was een complex gebouw, veel oudbouw, daar wil je middenin de nacht niet nog eens voor verrassingen komen staan. Een bevelvoerder en manschap hebben de hele nacht wachtrondes gelopen.’ In de ochtend wordt nog een controleronde gelopen en wordt het pand overgedragen aan de eigenaar. Leerpunten Alle betrokkenen zijn het erover eens dat de inzet bijzonder is geweest. ‘Een brand als deze maken we nooit weer mee. Voor mij was deze extra bijzonder, het was mijn eerste grote, complexe inzet als bevelvoerder’, vertelt Kukler. ‘Dat op een zeker moment iedereen die binnen aan het werk was wist hoe de situatie in elkaar stak en waar de schacht langsliep, is wel gaaf. Daar ben ik

Brand&Brandweer

trots op.’ Ook Prins zal deze inzet nooit vergeten. ‘Dit is de meest memorabele melding in mijn zes jaar als centralist. Ik voelde de stress door de telefoon. Het zijn de zeven langste minuten uit mijn carrière. Deze drie personen waren afhankelijk van mij. Als ik mijn werk niet goed had gedaan, had het anders kunnen aflopen. Ik had het geluk dat ik een voorbeeldige melder trof. Hij deed alles wat ik zei’, aldus Prins. De centralist geeft aan dat hij veel heeft geleerd van de brand in het centrum van Leeuwarden drie jaar geleden. ‘Dat scenario speelde tijdens het gesprek door mijn hoofd. Het is belangrijk dat we van dit soort casussen leren. Je maakt het waarschijnlijk maar één keer in je carrière mee, dan moet je het goed doen. Achteraf heb ik de band met mijn gesprek een paar keer teruggeluisterd. Je hoort dan zelf dat je stiltes laat vallen en dat die functioneel zijn. Ik had met de melder de afspraak dat als er iets was, we het zouden zeggen. Daar moet je iemand de ruimte voor geven.’ Hoewel Kramer uit de vorige recente branden al leerpunten heeft opgedaan die hij bij deze brand heeft toegepast, heeft hij er ook een nieuw leerpunt bij. ‘Die zit met name in de commandovoering. Op een zeker moment merkte ik bij mezelf en bij collega’s een ongemakkelijk onderbuikgevoel. Zij hadden in het recente verleden ook vergelijkbare branden meegemaakt. Je wilt bij de incidentbestrijding graag een brand zien die steeds kleiner wordt. Aan de buitenkant zagen wij niets. Het incident kon voor ons alle kanten op, van het onder controle krijgen van de brand tot een onverwachtse uitbreiding of het later opnieuw oplaaien. De laatste twee varianten hadden we al eens meegemaakt. Tijdens de inzet heb ik dit bespreekbaar gemaakt. Je merkte dat doordat ik het op tafel legde, er eenzelfde beeld bij iedereen ontstond. We hadden weliswaar de brand nog niet onder controle, maar de incidentbestrijding wel. Het feit dat we op de brand vooruit liepen, gaf rust. Het had niet beter gekund.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

13


on derzoek

100% nabellen woningbranden geeft inzicht 84 procent van de woningbranden blijft beperkt tot de ruimte waarin de brand is ontstaan. Bij zestig procent van de branden verspreidt de rook zich door meerdere ruimten. 33 procent van de woningbranden ontstaat in de schoorsteen en een op de vier woningbranden is al geblust als de brandweer ter plaatse komt. Het zijn enkele conclusies uit het project 100% nabellen van de regio’s uit Oost5. Door JILDOU VISSER

D

e veiligheidsregio’s Twente, Noord- en OostGelderland, Gelderland-Zuid, Gelderland-Midden en IJsselland hebben gedurende een jaar in totaal 1099 woningbranden onderzocht. ‘We hebben na iedere woningbrand de bevelvoerder gesproken en iedere vijfde woningbrand met het Team Brandonderzoek onderzocht’, begint brand-onderzoeker Joost Ebus van Brandweer Gelderland-Midden. ‘Het levert bruikbare informatie op. Maar, we moeten ervoor waken dat de conclusies niet generaliseerbaar zijn naar de rest van Nederland. In onze regio’s zagen we bijvoorbeeld een groot verschil tussen landelijk en stedelijk gebied.’ Ebus legt uit dat in het landelijk gebied 42% van het aantal woningbranden is veroorzaakt door stoken en is ontstaan in de schoorsteen. In totaal komt het percentage schoorsteenbranden over de vijf regio’s uit op 33%. ‘In de steden zagen we aanzienlijk minder schoorsteenbranden.’ Voorlichting De resultaten gebruiken de regio’s met name voor voorlichting. Zo is er een folder ontwikkeld waarin alle belangrijke conclusies overzichtelijk zijn samengevat. ‘Bewoners schrikken als ze de gegevens zo helder gepresenteerd krijgen. Ineens zien ze waar het ook bij hen mis kan gaan’, aldus Ebus. ‘We maken in de voorlichting een onderscheid tussen een actief risico veroorzaakt door menselijk handelen en een passief risico waarbij de brandoorzaak bijvoorbeeld in een apparaat zit. In de voorlichting richten we ons vooral op de actieve risico’s, die zijn makkelijker te beïnvloeden. Al moeten we daarbij wel de kanttekening maken dat we de precieze oorzaken van een schoorsteenbrand nog niet weten. Daarbij spelen veel indicatoren een rol. Vervolgonderzoek is op dat punt nodig.’ Daarnaast worden de gegevens uit het onderzoek gebruikt voor voorlichting naar de repressieve dienst. ‘Op de posten in de regio’s bespreken we de resultaten. Als je een willekeurige brandweerman of -vrouw vraagt naar de meest voorkomende oorzaak van woningbranden, zul je uiteenlopende antwoorden krijgen. Iedereen antwoordt op basis van zijn of haar ervaring. Het is goed dat ook zij het complete plaatje kennen’, vertelt Ebus. ‘Bovendien maken deze gegevens hen ook duidelijk waarom het zo belangrijk is om deuren te sluiten. Van brandweerlieden verwachten we dat ze burgers kunnen adviseren, misschien niet direct bij voorlichting in het kader van Brandveilig Leven, maar wel in het dagelijks 14

nummer 11 november 2016 - Sdu Uitgevers

33%

2% 1%

2% 2%

6%

1% 7%

22%

3%

2%

contact met mensen. Dan moet je de juiste gegevens paraat hebben. Dit project geeft ons meer verstand van woningbranden. Het laat zien wat kan gaan branden en wat de gevolgen zijn.’ Vervolg Het project 100% nabellen krijgt volgend jaar een vervolg. ‘We gaan met de brandonderzoekers uit de Oost5 regio’s de een aantal vragen toevoegen aan het onderzoek, bijvoorbeeld of de deuren naar de brandruimte open of dicht zijn. Met die vraag hopen we een duidelijker beeld te krijgen van het effect daarvan op de rookverspreiding’, legt Ebus uit. ‘Daarnaast hopen we nog meer inzicht en kennis op te doen.’ De onderzoeker raadt andere regio’s ook aan om alle woningbranden na te bellen. Ebus: ‘Het geeft waardevolle inzichten. Daar kun je je communicatie naar de burger op afstemmen. Zo kunnen we echt het aantal woningbranden verminderen. Als je ermee start, is het goed om vooraf alle definities van begrippen helder te hebben. Wat versta je onder een brand buiten het compartiment? Valt een uitslaande brand daar ook onder? En wat is een slachtoffer? Is dat iemand die naar het ziekenhuis wordt gebracht of iemand die ter plaatse wordt behandeld? Daarnaast is onze ervaring dat het lastig is om te registreren of rookmelders aanwezig zijn en of ze werken. We hebben weleens bevelvoerders gesproken die zich op de terugweg pas realiseerden dat ze vergeten waren te kijken of een rookmelder aanwezig was. Andere keren is er wel op gelet.’ ■

Brand&Brandweer


Een goed inkomen bij arbeidsongeschiktheid? Zó geregeld!

U zet zich in voor onze veiligheid. Bij een brand of in een crisissituatie. En preventief door het beoordelen van overheidsplannen op veiligheid en met het oog voor milieu. Verantwoordelijk en risicovol werk. Belangrijk dat u goed voor uzelf zorgt. Want als u uit de running raakt, heeft dat veel impact. Ook op uw inkomen. Dat kan afzakken tot bijstandsniveau! Voorkom geldzorgen met dé arbeidsongeschiktheidsverzekering speciaal voor iedereen die werkt bij de brandweer. Uw voordelen    Altijd verzekerd van minstens 70% inkomen tot  uw AOW-leeftijd

   U blijft bij arbeidsongeschiktheid pensioen  opbouwen

   Minimaal 20% premiekorting via uw werkgever

   Geen medische vragen als u zich aanmeldt binnen  6 maanden na indiensttreding

   Sluit perfect aan op de WIA, uw cao en  pensioenregeling

Wacht niet te lang, u hebt het zó geregeld! Bereken uw premie op: www.loyalis.nl/brandweer


Congres

Het Brandweercongres: doen, denken en beleven De Brandweer Experience was de noemer voor het Brandweercongres dit jaar. Twee volle programmadagen stonden in het teken van doen, denken en beleven en een mooi wapenfeit stond centraal: honderd jaar samenwerkende brandweer. In Enschede is op donderdag 6 en vrijdag 7 oktober in vogelvlucht teruggeblikt op de brandweerhistorie, maar er is vooral een blik op de toekomst geworpen en van elkaar geleerd. dat van je dierbaren, als je huis of je bezittingen aan de vlammen ten prooi dreigen te vallen, dan is professioneel optreden van de brandweer je enige hoop en houvast.’ Het staatshoofd prees de ontwikkelingen bij de brandweer. ‘In onze tijd kunt u beschikken over uitstekend materieel, de opleidingseisen zijn streng en de samenwerking met andere hulpverleners en veiligheidspartners is hecht. En wat misschien nog belangrijker is: preventie staat op een steeds hoger plan.’ Samenwerking binnen de brandweer is ook van groot belang, merkte de koning op. ‘Bij de bestrijding van een brand of een ramp komt alles aan op vertrouwen en teamwork. Je moet honderd procent op elkaar aan kunnen. Een ieder heeft een essentiële rol, of je nu chauffeur of bevelvoerder bent.’

Stephan Wevers overhandigt het boek Verhalen van de brandweer. Door Casper Ferwerda en Jildou Visser Fotografie Ad Hupkes, Brandweer Nederland

Verhalen De koning ontving uit handen van Wevers het eerste exemplaar van het boek Verhalen van de brandweer. ‘Verhalen moeten worden gedeeld’, aldus Wevers. ‘Brandweerwerk blijft mensenwerk. We maken emoties mee. Verhalen van succes, verdriet, hoop en angst. Door ze te delen, krijgen we meer begrip en waardering voor elkaar en ons werk.’ Daarbij haalde hij drie indrukwekkende verhalen aan. Van een brand in Amsterdam waarbij een achtergebleven collega is gered. Van een waterongeval in Hengelo waarbij

I

n het Wilminktheater benoemde Stephan Wevers, voorzitter van Brandweer Nederland, in zijn openingswoord een aantal cruciale momenten in de ontwikkeling van de brandweer. Hij ging terug tot de middeleeuwen, de tijd van brandpreventie en burenhulp. Hij stipte onder andere de uitvinding van de brandemmer, brandspuit en de TS aan. ‘We brengen nog steeds water naar het vuur, alleen doen we het steeds sneller, beter en moderner. Maar de geschiedenis herhaalt zich ook. Omdat het veiligheidsdenken van de burger is weggeëbd, wordt ook nu nog veel aandacht besteed aan het voorkomen van branden. We moeten daarnaast blijven inzetten op brandonderzoek, repressie, innovaties en samenwerking met burgers en bedrijven. We moeten ons voorbereiden op toekomstige risico’s.’ Teamwork Eregast koning Willem-Alexander toonde zich onder de indruk en onderstreepte in Enschede het belang van de brandweer. ‘Veel Nederlanders realiseren zich niet hoe belangrijk het is dat we een goede brandweerzorg hebben. Als je leven gevaar loopt, of

16

nummer 11 november 2016 - Sdu Uitgevers

Björn Kuipers: ‘Durf elkaar te corrigeren op cruciale momenten.’

Brand&Brandweer


Congres

Adriaan Verstoep heeft met de RAM de Jan van der Heydenprijs gewonnen

De oudste stoomspuit van Europa rijdt over de Twente Safety Campus.

voertuigen onder het ijs kwamen en zeven personen zijn gered. En het verhaal van de redding bij appartementencomplex De Notenhout in Nijmegen. De zaal werd steeds stiller. Nellie Ras, de eerste Urker brandweervrouw, zorgde met haar verhaal voor evenwicht. Ze nam de aanwezigen mee in haar persoonlijke brandweerreis, van de eerste stappen als vrijwilliger in 1987 tot Officier van Dienst en teamleider multidisciplinaire vakbekwaamheid.

vergeten.’ De boodschap die Hetterscheid meegeeft is om ook aan jezelf te denken. ‘Jij en je thuisfront zijn het allerbelangrijkst. Het werk moet op de tweede plaats komen.’

Teamverantwoordelijkheid Keynotespreker Björn Kuipers gaf met voorbeelden uit zijn werk als voetbalscheidsrechter en manager van een supermarkt een inspirerend college over samenwerking, ondernemerschap en teamverantwoordelijkheid. ‘Je kunt alleen maar goed presteren met de juiste voorbereiding. Met goed teamwork. Heldere communicatie is onmisbaar. Gebruik geen ellenlange verhalen en protocollen. Durf elkaar aan te spreken. Durf elkaar te corrigeren op cruciale momenten. Daarvoor moet je elkaar goed kennen, een hecht team zijn.’ Vuurwerkramp Op donderdagmiddag werd er geshopt bij negentien uiteenlopende workshops. Er werd met elkaar gezongen, aan improvisatietheater gedaan, djembé gespeeld en ongegeneerd gecomplimenteerd. Maar er waren ook aangrijpendere workshops, zoals die over de vuurwerkramp. In een wijkcentrum in Roombeek namen John van Aart en Fred Hetterscheid, bevelvoerder in Enschede de aanwezigen mee naar 13 mei 2000. Er vielen die dag 23 doden, waaronder vier brandweerlieden, en bijna duizend gewonden. 42 hectare, ofwel een gebied ter grootte van zestig voetbalvelden, werd verwoest. ‘Het was een oorlogsgebied’, blikt Van Aart terug. ‘Ik ben het rampgebied in gelopen. Het was die dag mooi weer, maar ineens werd het pikdonker. Alles brandde’, aldus Hetterscheid. ‘In een hotel hebben we voor alle brandweerlieden, politie en ambulance de opvang geregeld. Het moment dat collega’s elkaar in het hotel terugzagen, vergeet je nooit meer. Eén van de vermiste collega’s was mijn maatje, mijn buurman die mij het vak heeft geleerd. Hij heeft het niet overleefd. Een jaar lang zijn we bezig geweest met de opvang van collega’s. Het was een erg moeilijke tijd. Na een jaar hadden we geen langdurig zieken, daar was ik trots op. Maar ik was mezelf en mijn gezin in dat jaar

Brand&Brandweer

VERWERKEN In de workshop Verwerken van ingrijpende gebeurtenissen gaven Martijn Dame en Jo van Hoef de aanwezigen handvatten voor het verwerken van ingrijpende gebeurtenissen. ‘Het dempen van emoties werkt niet’, vertelt Dame. ‘Je kunt beter proberen een constructieve houding aan te nemen door te praten en je ademhaling te reguleren. Herken en erken je probleem, alleen dan kun je er iets aan doen. Als je na een heftige inzet de eerste nacht niet goed slaapt, is dat normaal. Dat neemt langzaam af. Als dat niet zo is, moet je hulp zoeken, bijvoorbeeld bij het nieuwe Steunpunt Brandweer. Wees proactief, neem de verantwoordelijkheid voor je eigen gezondheid.’ Geodata Populair was de workshop over GEO4OOV. De deelnemers kregen een indruk van van de landelijke geodatavoorziening met zijn vele kaartlagen. Hoogspanningsmasten, brandkranen, monumenten, gasleidingen en studentenhuizen. Allerlei cruciale plekken zijn met GEO4OOV snel zichtbaar en voorzien van informatie. De data is te raadplegen door een koppeling met bronnen van diverse partijen. Daarmee moeten goede afspraken gemaakt worden. ‘De focus ligt op kwaliteit, niet op kwantiteit’, aldus Jan-Willem van Aalst van GEO4OOV. VIDeo Een workshop over het maken van filmpjes zat ook vol. Videomarketeer Pelpina Trip gaf vijf tips voor een goede video die met een smartphone gemaakt kan worden. Voorbereiding is cruciaal. Zo moet een video een helder doel hebben. Technische vraagstukken als de audio en een korte montage verdienen ook aandacht. Trip liet zien dat ze vrij simpel zijn op te lossen, bijvoorbeeld met een selfiestick. Twente Safety Campus De tweede dag van het Brandweercongres op de Twente Safety Campus stond in het teken van doen, denken en beleven. Yvonne

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

17


Congres

van den Eerenbeemt trapte de dag af met een stuk uit haar cabaretvoorstelling SIRENE. De voorstelling is gemaakt rondom een ontruimingsoefening in het theater. Nadat de dag lachend was begonnen, was het tijd voor serieuzere zaken: de uitreiking van de Jan van der Heydenprijs. De eerste genomineerde was de Talentenbank van Veiligheidsregio Utrecht. ‘Met de Talentenbank kun je van iedereen alle kwaliteiten vastleggen, zodat we er gebruik van kunnen maken op een moment dat het nodig is. Hiermee krijg je betrokken medewerkers’, aldus Sjaak Haasnoot. Mike Wagevoort van Veiligheidsregio Twente presenteerde het tweede genomineerde project, MoSeS. ‘Samen met hogeschool Saxion zijn we bezig met sensoronderzoek waarmee we veiliger en effectiever kunnen inzetten. Met sensoren kunnen we bijvoorbeeld de gezondheid van de manschappen tijdens een

Het contract voor bijna duizend nieuwe dienstvoertuigen wordt ondertekend.

binneninzet in de gaten houden.’ De derde en laatste genomineerde was de RAM van Veiligheidsregio Noord- en Oost Gelderland. Adriaan Verstoep: ‘Met de Risico Analyse Monitor kun je per gebouw in beeld brengen waar werk aan de winkel is, zowel in de risicobeheersing als de incidentbestrijding. De afbeelding maakt het inzichtelijk.’ En toen was het tijd om te stemmen. Omdat het internet niet functioneerde, gebeurde dit ouderwets met het opsteken van de hand. Het was snel duidelijk dat bij de RAM de meeste handen de lucht in gingen. ‘Lang verwacht en toch gekregen’, reageert Verstoep. Drie soorten branden Na het plenaire deel was het tijd voor de workshops, lezingen en demonstraties. Met 27 activiteiten was er een meer dan vol programma. Eén van de lezingen was van Karel Lambert van de brandweer uit Brussel. Hij sprak over drie soorten branden en drie werkwijzen. ‘Brand is dynamisch, het verandert door de jaren heen. Er is geen reden om niet mee te veranderen’, begint hij. ‘Iedereen vindt evolutie normaal, behalve wij bij de brandweer in België. Ik zeg dan altijd dat we dan ook geen brandweer nodig hebben. Als maatschappij hebben we het langer zonder gedaan dan met.’ In zijn presentatie nam hij de zaal mee in drie verschillende soorten branden: geventileerde brand, ondergeventileerde brand en een construction fire. Hij legde uit dat door de grotere hoeveelheid brandstof in een woning geventileerde branden tegenwoor18

nummer 11 november 2016 - Sdu Uitgevers

dig al binnen twee tot vier minuten na ontstaan van de brand tot een flashover kunnen komen. Ondergeventileerde branden zijn veel gevaarlijker, zo waarschuwde Lambert. ‘Die kunnen lang blijven smeulen tot een deur wordt geopend. Dan heb je plotseling de poppen aan het dansen.’ Dit type branden kan op verschillende manieren worden aangepakt, door anti-ventilatie door tijdens de offensieve binnenaanval de deur dicht te doen of een rookstopper te gebruiken of door een cobra of piercing nozzle te gebruiken. Het derde type brand dat Lambert benoemde is een gebouw in brand waarbij de constructie meebrandt. ‘Die zien we nog niet veel, maar houten huizen met baksteen eromheen worden steeds vaker toegepast. Dit is onze uitdaging van de toekomst. Zijn we hiervoor opgeleid? Eén ding is zeker, we moeten realistisch blijven oefenen. Een huis is iets anders dan een container, dat verschil moeten we tijdens trainingen uitleggen. Cursisten moeten weten dat bij rookgaskoeling in een container een korte puls genoeg is. In een woning is meer water nodig en moeten we dus langere pulsen gebruiken.’ Demonstratieplein Op het demonstratieplein stonden diverse voorlichtingsvoertuigen, de oudste stoomspuit van Europa reed rond en Veiligheidregio Haaglanden toonde er de Motorondersteuning Brandweer (MOB). Kour van der Laan sprak enthousiast over de inzet van de motoreenheid. ‘We moeten er zijn voor de klant, de burger. De MOB is een echte first responder. We kunnen voorverkennen, de situatie veilig stellen bij aanrijdingen, objectcontroles uitvoeren, routes controleren en activiteiten voor Brandveilig Leven doen.’ Wel benadrukte Van der Laan dat de selectie van het personeel voor de motorfunctie belangrijk is. ‘Je moet sociaal zijn, klantgericht en niet impulsief. Je moet geen cowboy willen zijn, want dan gaat het fout. Op de motor ben je kwetsbaar. Je moet kunnen multitasken en technisch aangelegd zijn. Met het juiste personeel en de juiste opleidingen is de MOB perfect voor alle grote steden. Je bent veel sneller ter plaatse. Niet door idioot snel te rijden, maar wel door de kortere wegen die je op de motor kunt nemen.’ Dienstvoertuigen Tijdens het Brandweercongres worden ook vier overeenkomsten ondertekend voor de levering van bijna duizend dienstvoertuigen voor 24 regio’s en het IFV. Het gaat om personenvoertuigen, logistieke voertuigen, terreinwaardige voertuigen en bijzondere voertuigen. ‘Voertuigen, daar zit emotie in. Dat maakte deze aanbesteding niet altijd even makkelijker, maar het is gelukt’, aldus Anton Slofstra, voorzitter van de stuurgroep Aanbesteding dienstvoertuigen. arbeidsveiligheid In een van de laatste workshops van de dag werd de discussie over arbeidsveiligheid gevoerd. Wat wordt in de regio’s gedaan? En wat zou moeten worden gedaan? In deze workshop draaide het niet om goed of fout, maar wel om het uitwisselen van gedachten en ervaring. Aan de hand van stellingen, vragen en casussen werden diverse aspecten besproken. Eén van de vragen luidde: ‘Wat moeten we met ongevallen en bijna-ongevallen?’ Eén van de aanwezigen merkt daarbij op dat het regionaal leren van ongevallen goed is, maar dat het niet zo moet zijn dat men erop wordt afgerekend. ‘We moeten af van de blame and shame cultuur.’ Ook de veiligheid tijdens oefeningen komt aan de orde. Duidelijk is dat met name bij kleine korpsen nog een wereld te winnen is. ■

Brand&Brandweer


Naamloos-1 1

10/20/2016 10:01:27 AM

TEXPORT is a manufacturer of high quality PPE for firefighters and the industry. As the Austrian market-leader and winner of prestigious international tenders, we established ourselves as one of the leading brands for fire protective clothing. For the expansion of our team, we are looking for you as:

Field Sales Manager / Belgium, the Netherlands, Luxembourg, France (m/f) Job description: • Sales of our products in field service in Belgium, the Netherlands, Luxembourg, France • Consulting and caring of existing customers • Development of new long-term customer relationships • Customer support: trainings, service features and presentations • Tour planning and reporting • Market analysis, preparation and reporting to General Sales Director • Participation in trade fairs and independent implementation of small events Qualifications: • A strong personality with completed vocational training • Experience in sales, particularly in field sales • Very good IT user knowledge (MS Office) • Language skills - prerequisite: Dutch, German or English • Language skills – beneficial: French • Keen perception • Team player with strong communication skills • Smart and convincing outward appearance • Knowledge of the fire brigades business environment would be an advantage We offer you: • Representation of one of the leading brands in the fire brigades sector Europewide • Premium quality products with innovative unique selling propositions • Fixed service area around the home office • Permanent position with fixed salary and performance-related annual bonus • Home-Office package • Exhibition kit for small events • Product sample collection • Support by a strong sales team • Training and continuous support If you are interested in working for one of the leading companies in the firefighting sector, please send the complete written application with photo to: TEXPORT® HandelsgesmbH, Ms. Edith Schneider, e.schneider@texport.at, Tel. 0043-(0)662-423244, Franz-Sauer-Str.30, A – 5020 Salzburg


Person eel & Org an isati e

Hoop op meer inzicht in arbeidshygiëne door onderzoeken Het Kenniscentrum Arbeidsveiligheid start met drie onderzoeken naar arbeidshygiëne. De stoffen op bluspakken worden onderzocht en met behulp van bijvoorbeeld huidmonsters van konijnenoren wordt onderzocht hoe de schadelijke stoffen door de huid dringen. De Vakgroep Arbeidsveiligheid van Brandweer Nederland is daarnaast bezig een gezondheidsmonitor op te zetten. ‘We nemen een praktische insteek, want het antwoord op de vraag hoe schadelijk rook en roet zijn zullen we waarschijnlijk nooit helemaal krijgen. Daarvoor is de materie te complex’, vertelt Ricardo Weewer, lector Brandweerkunde bij de Brandweeracademie.

Het Kenniscentrum Arbeidsveiligheid gaat onderzoeken welke stoffen er zitten in vervuilde bluspakken.

Door JILDOU VISSER Fotografie Jeffrey Koper

E

en jaar geleden publiceerde het Kenniscentrum Arbeidsveiligheid van het IFV het literatuuronderzoek Rook als beroepsrisico bij de brandweer. De onderzoekers concludeerden daarin dat direct bewijs dat rook en roet kanker kunnen veroorzaken ontbreekt. ‘De literatuur is niet eenduidig. Er is een statistisch verband met bepaalde soorten kanker, maar er is geen overtuigend causaal verband aangetoond’, aldus Weewer. ‘Er is voldoende indicatie dat we iets moeten doen, daarom hebben we direct gezegd dat onderzoek nodig was, gericht op praktische aspecten van de bescherming 20

nummer 11 november 2016 - Sdu Uitgevers

tegen roet en rook. Dat gaan we nu doen.’ Het Kenniscentrum Arbeidsveiligheid gaat de drie onderzoeken uitvoeren. Onderzocht wordt welke stoffen in de bluspakken zitten en in hoeverre die gereinigd kunnen worden, hoe de stoffen in het lichaam worden opgenomen en welke maatregelen brandweerlieden kunnen treffen. Weewer: ‘Daarnaast blijven we goed in de gaten houden wat in het buitenland wordt gedaan. Met name in Amerika investeren ze veel in onderzoeken naar arbeidshygiëne. Zij doen bijvoorbeeld al toxicologische proeven met hun kleding. Die resultaten zijn alleen niet een op een over te nemen voor de Nederlandse situatie, want zowel hun kleding als hun inzetprocedures wijken sterk af van die in Nederland.’

Brand&Brandweer


Person eel & Organ isati e

Vervuiling bluspakken Voor het onderzoek naar de stoffen in de bluskleding verzamelt het Kenniscentrum Arbeidsveiligheid in eerste instantie tien gebruikte bluspakken. Deze worden naar het Finnish Institute of Occupational Health gestuurd. ‘Zij hebben ervaring met dit type onderzoek. Toxicologie is ontzettend complex, daarom hebben we ervoor gekozen dit door de Finnen te laten doen. Zij hebben de expertise’, vertelt Ronald Heus, projectleider bij het Kenniscentrum. Uit die tien pakken worden monsters genomen. Er wordt vervolgens gekeken waar op het pak sprake is van de meeste vervuiling en door welke stoffen dit komt. Zowel de binnen- als buitenkant van het pak wordt onderzocht. Als hiermee in kaart kan worden gebracht welke schadelijke stoffen op of in de pakken zitten en of de analysemethode werkt, dan kan het onderzoek echt starten. Vanuit verschillende regio’s worden dan ongeveer tweehonderd bluspakken verzameld en onderzocht. Dat geeft een representatief beeld van de Nederlandse situatie.’ ‘Het is belangrijk dat we goed in kaart brengen om welke stoffen het gaat, waar de stoffen op de bluspakken zitten en of er verschillen zijn tussen de bluspakken uit de verschillende regio’s. Dat is de basis’, vult zijn collega Maurice Kemmeren aan. ‘Pas daarna kunnen we onderzoeken of de huidige reinigingsinstructies goed zijn en of er andere reinigingsmethodieken zijn die wellicht beter functioneren.’ Opname stoffen in het lichaam Het tweede onderzoek van het Kenniscentrum Arbeidsveiligheid richt zich op de opname van de stoffen in het lichaam. ‘De suggestie wordt gewekt dat dit door de huid gebeurt, maar de stoffen kunnen het lichaam ook binnendringen door bijvoorbeeld ademhaling of met voedsel in het spijsverteringskanaal komen. We weten uit eerder onderzoek dat stoffen die via de ademhaling het lichaam binnenkomen, het grootste effect hebben op het lichaam. Het is dus ook van belang om te kijken of de helm-maskercombinatie echt volledig is afgedicht. Een minimale lekkage kan al effect hebben.’ Samen met experts van de Radboud Universiteit ontwikkelt het kenniscentrum modellen waarin inzichtelijk wordt gemaakt hoe de stoffen het lichaam in en uit kunnen gaan. Aan de hand van experimenteel onderzoek wordt bekeken of dit klopt en hoe het transportmechanisme in het lichaam functioneert. Als stoffen

‘Het is van belang om te kijken of de helm-maskercombinatie volledig is afgedicht.’

Brand&Brandweer

door de huid het lichaam binnendringen, hoe verplaatsen ze zich dan? ‘We doen dit met echte stukjes huid, maar uiteraard niet met echte mensen’, aldus Heus. ‘We gebruiken hiervoor huidmonsters van bijvoorbeeld de binnenkant van konijnenoren, die lijken sterk op de menselijke huid. De stoffen die we op de bluspakken aantreffen, kunnen we op de huidmonsters aanbrengen. Met medische apparatuur kunnen we door de huid heen kijken en zien welke stoffen door de huid heen dringen. Vervolgens kunnen we onderzoeken hoe die door het lichaam gaan.’ Kemmeren: ‘Dit onderzoek is uniek in de wereld. We zien dat vooraanstaande instituten als het National Institute of Occupational Health uit Amerika dit met belangstelling volgen. Het duurt nog even voor we hiermee kunnen starten. We moeten immers eerst weten welke stoffen er in de bluspakken zitten.’ Maatregelen Over het onderzoek naar de maatregelen kunnen Heus en Kemmeren nog niet veel vertellen. ‘Daar kunnen we pas mee beginnen op het moment dat de andere twee onderzoeken klaar zijn. Dan weet je waar je je op moet richten. Tot die tijd adviseren we vooral om de dingen die nu al gedaan worden, te blijven doen. Was je handen, eet niet in vervuild gebied, spoel je af na een inzet en alles wat je meer kunt bedenken’, vertelt Kemmeren. ‘Neem zoveel mogelijk risico’s weg door de blootstelling aan rook en roet zo klein mogelijk te houden. Houd dit ook tijdens een inzet in het achterhoofd. Als er in een brandend pand niets meer te redden is, is het dan nog een binnenaanval waard? Door van buitenaf in te zetten, neem je een groot deel van de blootstelling weg.’ Gezondheidsmonitor Naast de onderzoeken door het Kenniscentrum Arbeidsveiligheid start ook Brandweer Nederland met een onderzoek. ‘Vanuit de vakgroep Arbeidsveiligheid helpen we de regio’s waar mogelijk als het gaat om arbeidshygiëne, zowel in materieel als in procedures’, begint Ellen Buskens, voorzitter van de vakgroep. ‘Daarnaast vinden we het belangrijk om te onderzoeken hoe het nou echt gesteld is met de gezondheid van onze mensen. Dat kan op twee manieren. Je kunt kijken naar wie in het verleden ziek is geworden of de gezondheid van de huidige medewerkers registreren en volgen. Het eerste bleek lastig, omdat door de regionalisering veel gegevens uit het verleden nog bij de gemeente liggen. We kiezen ervoor om de komende vijf tot tien jaar repressieve beroepsbrandweerlieden uit drie verschillende regio’s te volgen. De regio’s moeten een goed beeld geven van de verschillen tussen stedelijk en landelijk gebied. We gaan ervan uit dat beroepsbrandweerlieden het meest worden blootgesteld aan schadelijke stoffen. Als er dus iets te vinden is, is het bij hen.’ Welke data in het onderzoek precies wordt gemeten, weet Buskens nog niet. ‘Daarover zijn we nog met bijvoorbeeld het RIVM en TNO in gesprek. Het idee is wel om dit breder te trekken dan alleen de gevaren door blootstelling aan rook en roet. We kunnen dus ook longfalen of hart- en vaatziekten meenemen. Ook de Inspectie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, het ministerie van Veiligheid en Justitie, VNO en de Raad van Brandweercommandanten zijn nauw betrokken. Pas over vijf of tien jaar denken we de eerste conclusies te kunnen trekken. Dat duurt nog even. Tot die tijd is het belangrijk dat we ervan uitgaan dat het schadelijk is en moeten we zo schoon mogelijk blijven werken.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

21



BRANDWEER NEDERLAND Brandweer Nederland is het samenwerkingsverband van alle brandweerkorpsen. Wij staan voor 30.000 brandweermensen die zich met hart en ziel inzetten voor hun medemens. Die 24 uur per dag en 7 dagen per week werken aan een brandveilige samenleving. Wij treden eensgezind en slagvaardig op, met als doel: minder branden, minder slachtoffers, minder schade.

Brandweer Nederland: samen sterk, samen veilig

Beleef de brandweer! Het blussen van grote en kleine branden, assisteren bij ernstige ongevallen, redden van mensen en dieren in nood. Dag en nacht staan 30.000 brandweermannen en -vrouwen klaar om hulp te verlenen waar dat nodig is. In het boek ‘Verhalen van de brandweer’ delen collega’s hun heftige, bizarre, ontroerende en soms ook komische verhalen. Van een bijna niet te blussen brand in een bandengroothandel tot een weggelopen konijntje. Van zoekacties te water tot een zeer onverwachte situatie op een heel gewone zolder. Het boek staat garant voor urenlang leesplezier en meebeleven. Vijftien brandweercollega’s, oud en jong, man en vrouw en met veel en weinig dienstjaren delen hun verhalen. Schrijfster Mariëtte Middelbeek: ‘Door de verhalen heb ik een heel mooi beeld gekregen van wat de brandweer allemaal doet. Het is veel meer dan ik had vermoed. Enorme branden en grote ongevallen, maar ook 97 kalveren in een gierput of een man die niks weg kon gooien, met alle gevolgen van dien.’ Mariëtte schreef naast romans en jeugdthrillers ook bundels met waargebeurde verhalen van hulpverleners. Alle medewerkers van de brandweer krijgen een korting op het boek van drie euro. Dus knip de kortingsbon uit en ga snel naar een erkende Nederlandse boekwinkel!

Sdu uitgevers - nummer 11 - november 2016

Dit katern is tot stand gekomen onder redactie van Brandweer Nederland


Dé kracht van vakbek

Hoe zorg jij dat je vakbekwaam bent én blijft? Het ABWC (Algemeen Brandweer Comité) bevordert de vakbekwaamheid van de brandweerkorpsen door het orga vaardigheidstoetsen. Want vakbekwaam blijven is zeker zo belangrijk als vakbek

“We organiseren door heel Nederland vaardigheidstoetsen in verschillende klasse Amerongen, voorzitter ABWC, aan. “Praktijkscenario’s worden door zo realistisch nagebootst. Dit jaar was het scenario bij de landelijke finale van de Hoofdklasse z dat de ploegen dachten dat ze daadwerkelijk een echte bruiloft verstoorden. En o ‘tegen elkaar strijden’ wordt er ook nog stress en tijdsdruk aan het oefenmoment kunde en kwaliteit van de deelnemers kan zo op een goede manier worden beoo al inschrijven voor het nieuwe seizoen. Dus de brandweerkorpsen die gebruik will (extra) realistisch oefenmoment, ontmoeten wij graag in het seizoen 2017!”

“Het valt mij op hoeveel passie, toewijding en enthousiasme de deelnemers hebben voor het brandweervak. Het brengt kennis, kunde, kwaliteit, gezonde spanning en teambuilding samen” Jan van Amerongen

Dit katern is tot stand gekomen onder redactie van Brandweer Nederland


kwaamheid!

r Wedstrijd aniseren van de kwaam worden!

Het ABWC in cijfers

en,� geeft Jan van h mogelijke scenario’s zelfs zo realistisch omdat de ploegen t toegevoegd. Kennis, ordeeld. Je kunt je len maken van een

- Er worden jaarlijks 978 vaardigheidstoetsen georganiseerd - Dat zijn 9.145 brandweermensen - In 629 deelnemende ploegen

Het ABWC en Brandweer Nederland feliciteren alle ploegen die in september 2016 deelnamen aan de landelijke vaardigheidstoetsen van het ABWC. Gefeliciteerd! Komend jaar mogen de volgende ploegen zich landskampioen noemen: Klasse TS-HD: Oppervlakteredding: Hoofdklasse: Klasse 112:

Brandweer Oeffelt, Brabant-Noord Brandweer Oude-Tonge, Rotterdam-Rijnmond Brandweer Neerijnen-West, Gelderland-Zuid Brandweer Marken, Zaanstreek-Waterland

Wil je meer weten over de vaardigheidstoetsen van het ABWC of wil je je aanmelden voor het nieuwe seizoen? Kijk op www.abwc.nl! Sdu uitgevers - Brand & Brandweer - nummer 11 - november 2016


(Ont) moeten

we vaker doen!

Vorig jaar organiseerde het Netwerk Brandweervrouwen de netwerkdag “De Kracht van Anders”. De deelnemers reageerden zo enthousiast dat er op vrijdag 18 en zaterdag 19 november 2016 in Haarlem een vervolg aan wordt gegeven. Tijdens deze tweedaagse, met het thema “Ontmoeten”, is er van alles te beleven en te leren. ‘In het gevarieerde programma staat diversiteit en het belang daarvan centraal’, vertelt Ellen Buskens, voorzitter van het Netwerk Brandweervrouwen. ‘Diversiteit is veel meer dan alleen man-vrouw. Diversiteit zit ook in de verschillende kwaliteiten van mensen, in de manier van werken en de manier van denken. Diversiteit is nodig om als organisatie mee te kunnen gaan met een veranderende samenleving.’ ‘Uiteraard is iedereen welkom bij deze tweedaagse van het netwerk Brandweervrouwen! Houd de komende tijd dus onze website in de gaten voor aanvullingen op het programma en een aanmeldformulier. We ontmoeten je dan graag!’ De tweedaagse wordt georganiseerd in samenwerking met de collega’s van Veiligheidsregio Kennemerland. Meer informatie vind je op: www.brandweernederland.nl/ brandweervrouwen

Een greep uit het programma: Vitaal coach – Psychosciale hulpverlening – THV Praktijk PPMO – Ademlucht en straalpijpvoering voor niet repressieve mensen Crisisbestrijding Schiphol – Sluizen IJmuiden Rondleiding Mick – Dieren in Nood – Brandweervrouwen en de overgang Cobra Cutter – Bijzondere ontmoetingen en irritante onderonsjes Bootcamp – Reddingsbrigade Zandvoort – LMO Rondleiding oude St. Bavo toren – Mindfullness Wil je 24/7 op de hoogte blijven? facebook.com/NLBrandweer

linkedin.com/groups?gid=3225709

twitter.com/Brandweer_NL

instagram.com/BrandweerNL

pinterest.com/BrandweerNL

brandweernederland.nl

Sdu uitgevers - nummer 11 - november 2016

Schrijf je in voor de nieuwsbrief van Brandweer Nederland op www.brandweernederland.nl/nieuwsbrief Dit katern is tot stand gekomen onder redactie van Brandweer Nederland


Aanbestedingsreglement Werken 2016 NIEUW Procedures en -voorwaarden voor de aanbesteding van Europese en nationale overheidsopdrachten

Het nieuwe Aanbestedingsreglement Werken 2016 (ARW 2016) bevat het Aanbestedingsreglement waarin de standaardprocedures en -voorwaarden voor de aanbesteding van Europese en nationale overheidsopdrachten inzake de uitvoering van werken zijn opgenomen. Dit reglement is, bij de aanbesteding van werken, verplichte stof voor de aanbestedende diensten en wordt van harte aanbevolen voor integrale toepassing bij opdrachten voor werken en aan werken gerelateerde leveringen en diensten. Een breed gebruik van dit reglement verbetert de herkenbaarheid, verlaagt de administratieve lasten en leidt zo tot een verbetering van de aanbestedingspraktijk.

Meer informatie op sdu.nl


Risicobeh eersi ng

Visie Natuurbrandbeheersing: samen en slimmer

Om natuurbranden te kunnen beheersen is de visie Natuurbrandbeheersing opgesteld. Dit is een integrale benadering van risicobeheersing en incidentbestrijding, waarbij ook ideeën en meningen van natuurbeheerorganisaties zijn verwerkt. ‘Hiermee tillen we de beheersing en bestrijding naar een hoger niveau’, aldus opsteller Jan Slakhorst. ‘Over twee jaar is dit specialisme ingericht en werkt het zoals in de visie omschreven. Er worden diverse projectgroepen gevormd om dit te realiseren.’

Door Jolanda Haven

A

lle veiligheidsregio’s hebben in meer of mindere mate te maken met risico op een natuurbrand, achttien regio’s met een verhoogd risico. Reden voor de Raad van Brandweercommandanten (RBC) om in de visies op grootschalig brandweeroptreden (GBO) en specialistisch brandweeroptreden (SO) natuurbrandbeheersing als landelijk specialisme te benoemen. ‘We brengen de risico’s op natuurbranden landelijk in beeld door ze te inventariseren, te bundelen en te analyseren. Op basis van dit landelijk beeld sturen we op preventie en preparatie en implementeren we maatregelen op het gebied van incidentbestrijding’, aldus Slakhorst. Vorig jaar juni is Slakhorst, vanuit het programma Samen werken aan grootschalig en specialistisch optreden van Brandweer Nederland, gestart met het ontwikkelen van de visie waarbij de visies op GBO en SO als uitgangspunt worden gebruikt. In die visies staat omschreven hoe Brandweer Nederland bij grote en bijzondere incidenten, waaronder natuurbranden, gezamenlijk wil optreden. Toch kantelde de naam snel van natuurbrandbestrijding naar natuurbrandbeheersing, want nog meer materieel inzetten is niet de manier om onbeheersbare branden te voorkomen. Slakhorst: ‘Natuurbranden zijn er altijd geweest en zullen ook altijd blijven. Menselijk handelen is de grootste oorzaak van natuurbranden, dit is niet of nauwelijks weg te nemen.’ Landelijk wordt al jaren door diverse werk- en vakgroepen, waaronder de Landelijke Kerngroep Natuurbranden (LKN), gewerkt aan het verbeteren van natuurbrandbestrijding. Slakhorst: ‘De visie 28

nummer 11 november 2016 - Sdu Uitgevers

borduurt voort op de al in gang gezette ontwikkelingen van deze groepen en geeft tevens inhoud aan het brandweeraandeel.’ De inspanningen zijn gericht op het voorkomen van onbeheersbare natuurbranden. ‘Dat is de kern van de visie: inzicht verkrijgen in de risico’s en het voorkomen van onbeheersbare natuurbranden door het nemen van preventieve maatregelen en een gericht aangestuurde repressieve inzet.’ Gebiedsgerichte aanpak, uniforme werkwijze ‘We missen overzicht en een generieke benadering van de risico’s die leiden tot het ontstaan van onbeheersbare natuurbranden, de wijze waarop we deze risico’s kunnen verkleinen en de gevolgen kunnen beperken’, vervolgt Slakhorst. ‘Er zijn initiatieven waarin goede gegevens zijn verkregen, maar het is arbeidsintensief. Het verkrijgen van inzicht en vooral overzicht vergt een specifieke inspanning. Daarom willen we dit zo goed mogelijk faciliteren en ondersteunen om zo aan de regio’s een eenduidige set gegevens beschikbaar te stellen. Ook willen we aan de hand van de verkregen inzichten samen met natuurbeheerorganisaties kijken wat we kunnen doen om de risico’s op natuurbranden te verkleinen.’ Omdat er altijd natuurbranden blijven, is in de visie ook incidentbestrijding opgenomen. Het bestrijden van een natuurbrand kan bestaan uit diverse vormen van inzet met basiseenheden en specialistische natuurbrandbestrijdingseenheden. ‘We streven naar een meer op samenwerking gerichte incidentbestrijding waarbij zo slim mogelijk gebruik wordt gemaakt van de beschikbare of te ontwikkelen middelen.’ Welke goede initiatieven zijn er in het land? Wat kan beter? En wat moet nog worden ontwikkeld?

Brand&Brandweer


Risicobeh eersi ng

voorbranden. Hierbij wordt preventief een strook natuur in brand gestoken zodat de brandbaarheid van de vegetatie afneemt. In het buitenland wordt deze tactiek gebruikt. Volgens Slakhorst gebeurde dat in het verleden ook in Nederland, maar is het in de vergetelheid geraakt. ‘Hoog tijd om dit opnieuw toe te passen en de kennis en vaardigheden weer op te doen.’ Ook wordt de komende jaren geïnvesteerd in het verzamelen van informatie over brandstatistieken. Welke soorten vegetatie zijn er, hoeveel vierkante meter, wat is de brandbaarheid enzovoort. ‘Het CBS biedt op dit moment onvoldoende informatie’, besluit Slakhorst. ‘De aanvullende informatie willen we gebruiken om onze inzichten te verbeteren en onze werkwijze te optimaliseren.’ Met LCMS-mobiel kunnen eenheden digitaal worden aangestuurd.

Slakhorst: ‘Goed kaartmateriaal met satellietgegevens is van groot belang. We willen in samenwerking met universiteiten, instituten, natuurbeheerorganisaties en brandweercollega’s uit het land een applicatie ontwikkelen om satellietdata te vertalen naar risico- en vegetatiekaarten en brandstofmodellen. Daarnaast is centrale verwerving van deze satellietfoto’s, een jaarlijkse vertaling naar risico- en vegetatiekaarten en brandstofmodellen, centrale opslag en beheer op een Geo-dataserver belangrijk. En risicobeheersers en mensen van Bos- en Natuurbeheeropleidingen moeten dezelfde taal spreken door het aanpassen van de les- en leerstof voor deze sector. Brandveiligheid moet een belangrijke rol spelen bij het inrichten van een natuurgebied.’ Meer inzicht Slimmer samenwerken door bijvoorbeeld het verlenen van bijstand en het uitwisselen van informatie, kennis en ervaring en deze te bundelen en borgen, staat voorop. Maar het gaat ook om gezamenlijk meer inzicht te krijgen in de brandbaarheid van natuurgebieden. Slakhorst: ‘We werken nu vaak met standaardkaarten met een beperkte aanduiding van vegetatiesoorten. Dat moet beter omdat het brandgedrag van de vegetatiesoorten uiteenloopt. Maar dat niet alleen, we willen ook weten wat het effect is van de leeftijd en dichtheid per soort. Die informatie is van belang voor het in kaart brengen van de brandbaarheid van een gebied.’ Het natuurbrandverspreidingsmodel, dat een aantal jaar geleden is ontwikkeld, wordt binnenkort landelijk beschikbaar gesteld voor gebruik door het brandweerveld. Door gegevens in te voeren over bijvoorbeeld de brand, vegetatie en meteorologie heeft de brandweer voor een periode van zes uur een prognose van de ontwikkeling van de brand in richting en afstand.

Expertisenetwerk Om alle speerpunten van de visie vorm te geven wordt een kennis- en expertisenetwerk opgericht. Daaronder vallen de deelprojecten. Albert-Jan van Maren wordt kartrekker van het netwerk. Hij is voorzitter van de stuurgroep Natuurbrandbeheersing binnen Brandweer Nederland. Van Maren: ‘Mijn doel is om samen met het veld de visie om te zetten naar de praktijk. Ik ga projectleiders zoeken bij de diverse deelprojecten. Het is ambitieus om alles binnen twee jaar te realiseren, maar er is al veel in ontwikkeling of al ontwikkeld. We beginnen niet blanco, dat is een groot voordeel. Nu gaan we dat bundelen, borgen en ten uitvoer brengen. De komende weken wordt een projectplan gemaakt. Eén van de eerste zaken die we oppakken is het ontwikkelen van een natuurbranddoctrine zodat er meer eenheid komt en we dezelfde definities hanteren. In geval van bijstand is dat van essentieel belang. Het opleidingsmodel gaat daarbij ook op de schop om meer uniformiteit te creëren.’ ■

Samen werken aan grootschalig en specialistisch optreden Brandweer Nederland Het specialisme Natuurbrandbeheersing valt onder het programma Samen werken aan grootschalig en specialistisch optreden Brandweer Nederland. Anton Slofstra is voorzitter van de stuurgroep. ‘In Nederland kennen we een aantal specialismen: Industriële Veiligheid, Technische Hulpverlening, Grootschalige Ontsmetting en Logistieke & Ondersteuning. Het programma faciliteert de ontwikkeling en borging van deze specialismen. Dat gebeurt gefaseerd’, aldus Slofstra. Technische Hulpverlening is klaar en gaat in de december operationeel. Voor het specialisme Logistiek en Ondersteuning moet nog een visie worden geschreven. ‘Voorheen bereidde iedere regio zich voor op deze scenario’s. Dat is niet realistisch en hoeft nu niet meer zoals dat

Van digitaal tot statistiek Werken met Command and Control is een belangrijk punt. ‘We willen eenheden digitaal aansturen. Het LCMS-mobiel heeft deze mogelijkheid. Enkele regio’s hebben hier ervaring mee. Via een beeldscherm is te zien waar de voertuigen zich in het gebied bevinden en waar nieuwe eenheden zich moeten positioneren’, aldus Slakhorst. Ook het Fire Bucket Operation (FBO) team, de blushelikopter die in heel Nederland wordt ingezet, moet worden gehandhaafd en geborgd worden binnen het specialisme, evenals natuurbrandonderzoek. In de afgelopen jaren is het initiatief genomen om een team natuurbrandonderzoek te vormen. Dit specialisme wordt geformaliseerd, waarbij ook wordt gekeken naar opleiding en vakbekwaamheid. Dan zijn er nog de andere vormen van brandbestrijding, zoals

Brand&Brandweer

voorheen ging met de brandweercompagnieën. We werken nu meer vraaggestuurd’, vertelt Slofstra. ‘Belangrijk is dat regio’s een eerste klap kunnen uitdelen, maar ze hoeven niet over alle kennis en materialen te beschikken om het incident volledig te bestrijden.’ Natuurbrandbeheersing is volgens de voorzitter een bijzonder en dynamisch specialisme. ‘Het is het enige specialisme waar de risico’s in alle regio’s op hetzelfde moment plaatsvinden. Bij de inrichting van dit specialisme is het van belang dat ondersteuning geboden kan worden aan andere regio’s zonder dat het eigen verzorgingsgebied in gevaar komt. Bijzonder is ook dat alle aspecten aan bod komen. Van kennis, risicobeheersing, operationele voorbereiding tot vakbekwaamheid, onderzoek en ICT. Niet één persoon of regio is de specialist op dit gebied. Dat zijn we gezamenlijk.’

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

29


Brandweer, GHOR en Veiligheidsregio Almanak

• Veiligheidsregio’s • Brandweren: regio en gemeente • GHOR/Publieke gezondheid Kijk voor meer informatie op www.sdu.nl/brandweeralmanak

PREFICON.COM BRANDWERENDE PLAATMATERIALEN

PREFICON BOARD C

PREFICON BOARD M

PREFICON EUROPE B.V. HAVENWEG 20C 5145 NJ WA ALWIJK

Naamloos-5 1

PREFICON BOARD P

F +31(0)416 69 71 71 INFO@PREFICON.COM W W W.PREFICON.COM

PREFICON BOARD S

FERMACELL AESTUVER

EEN RBPLUS ONDERNEMING W W W.RBPLUS.NL

10/18/2016 10:31:46 AM


On der de h elm

‘Er staat iemand in brand’ De meest bijzondere inzet die Marcel de Jong in zijn carrière heeft meegemaakt is die van een persoon in brand. De Jong is tegenwoordig hoofd repressie bij de brandweer in Breda, maar werkte toen bij het korps in Almere. Ongeveer twintig jaar geleden rijdt hij samen met zijn collega Frans van der Veen terug naar de kazerne als ze ineens een zwarte rookpluim zien. Wat ze aantreffen is allesbehalve hetgeen ze verwachten.

Door JILDOU VISSER

D

e Jong en Van der Veen zijn op pad voor een koolmonoxidemeting. ‘Iemand had de dag ervoor een documentaire over koolmonoxide gezien en was bang dat hij het gas in zijn huis had. Of we wilden komen meten’, zo begint De Jong. De brandweerlieden constateren niets verontrustends en keren terug naar de kazerne. Onderweg zien ze ineens zwarte rook uit een garage komen. ‘We reden verder en zagen dat er iets in brand stond. Er liepen wat jongens weg. Ze hebben vast een paar vuilniszakken in de brand gestoken, dacht ik nog. Via de mobilofoon vroeg ik om assistentie, maar zag tegelijkertijd de rook minder worden en liet de centralist weten dat we het zelf wel afkonden’, aldus De Jong. Van der Veen is dan aan het kijken wat er aan de hand is. ‘Hij kwam rennend terug. “Er staat iemand in brand”, zei hij. Door de manier waarop hij sprak en zijn gespannen en geschrokken gezicht wist ik direct dat er iets goed mis was, al snapte ik nog niet helemaal wat hij bedoelde. Hij vertelde dat hij iets zag branden bij een tuintafel, maar dat de tafel bewoog. Pas daarna zag hij twee voeten naast de tuintafel en ontdekte hij dat een persoon zichzelf in brand had gestoken. Dit hadden we nog nooit meegemaakt. De paniek sloeg op me over. Ik wilde assistentie oproepen, maar wist ineens niet goed meer hoe de mobilofoon werkte. Ik moest echt mijn rust herpakken om het ding aan de praat te krijgen. “Zo snel mogelijk brandweer. Er staat iemand in brand”, riep ik door de mobilofoon. Of de centralist iets van mijn melding begreep weet ik niet, maar hij heeft ongetwijfeld aan mijn stem gehoord dat er iets niet goed was’, blikt De Jong terug. Samen met Van der Veen gaat hij terug naar het slachtoffer. Met de uitrukjassen proberen ze het vuur uit te slaan, maar er is geen houden meer aan. ‘We hebben beide jassen over het slachtoffer gelegd. Hij was op dat moment al overleden. Het was een afschuwelijk gezicht. Je hoort het pruttelen en spetteren. De helft van het gezicht was al weggebrand. Daar sta je dan vol ongeloof, stuiterend en trillend door alle adrenaline. Binnen een of twee minuten moet je schakelen van de gedachte dat je te maken hebt met een paar brandende vuilniszakken naar een slachtoffer in brand. Achteraf ben je blij dat je niet drie seconden eerder langsreed. Dan hadden we gezien dat het gebeurde en hadden we een gezicht erbij. Dat hadden we nu gelukkig niet.’ Zodra de politie ter plaatse komt dragen De Jong en Van der Veen het slachtoffer over.

Brand&Brandweer

Marcel de Jong

Na de inzet besluiten de twee brandweerlieden in een café een bakje koffie te drinken. ‘We moesten maar wat aan nazorg doen. Dat was in die tijd net in opkomst. Eigenlijk staken we de draak er wat mee. We hebben wat zitten ouwehoeren, zoals we vaker deden’, vertelt De Jong. ‘Daarna zijn we weer overgegaan tot de orde van de dag. Ik heb er geen minuut minder om geslapen. We waren een ervaring rijker, maar dan wel een erg bijzondere. De dag erna hebben de agenten onze jassen teruggebracht. De vellen hingen er nog aan. Die zijn direct de container in gegaan. Er was geen haar op mijn hoofd die eraan dacht die jas ooit weer aan te doen. Ik wil niet het idee hebben dat er nog een deel van iemand om mijn schouder hangt.’ ■

Oproep: mooie verhalen Voor de rubriek Onder de Helm is de redactie van Brand&Brandweer op zoek naar brandweerlieden die hun verhaal willen delen. Heb jij net als Marcel de Jong een complexe, indrukwekkende of emotionele inzet meegemaakt? Mail dan naar b&b@sdu.nl.

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

31


On derzoek

Situationele commandovoering al doende verder ontwikkelen

Fotografie: Ginopress

Voor de meest optimale wijze van commandovoering moet de structuur worden afgestemd op het type incident. Ook moet rekening worden gehouden met de menselijke feilbaarheid. Die conclusies trok de Brandweeracademie vorig jaar in het rapport Situationele commandovoering bij de brandweer. Wat is er sindsdien met deze conclusies gedaan? Hoe worden deze geïmplementeerd?

‘OvD’en hebben een sleutelrol in de commandovoering. Zij komen vaak in een hectische fase ter plaatse en hebben geleerd direct de leiding te pakken.’

Door JILDOU VISSER

‘R

uim een jaar geleden trokken we op basis van ons onderzoek de conclusie dat de huidige wijze van commandovoering, zoals we die in de theorie aangeleerd krijgen, niet aansluit bij de operationele praktijk’, begint onderzoeker Hans Hazebroek van de Brandweeracademie. ‘Daarmee stond de theorie van situationele commandovoering op papier. We weten alleen nog niet hoe het er in de praktijk precies uit gaat zien.’ Om dat te ontdekken start de Brandweeracademie na overleg met Brandweer Nederland een pilot waaraan de kwartiermakersorganisatie meldkamer brandweer en multi-opschaling en vier veiligheidsregio’s deelnemen. ‘De regio’s vormen als je kijkt naar het verzorgingsgebied en de medewerkers een goede afspiegeling van de brandweer in Nederland’, aldus Hazebroek. Voor de start van de pilot krijgen in de deelnemende regio’s Officieren van Dienst (OvD’en) een bijscholing situationele commandovoering. ‘OvD’en hebben een sleutelrol in de commandovoering. Zij komen bij grote of bijzondere incidenten vaak in een hectische fase ter plaatse en hebben geleerd direct de leiding te pakken. Uit ons onderzoek blijkt echter dat het beter is om eerst een compleet beeld te vormen van het incident. Dat 32

nummer 11 november 2016 - Sdu Uitgevers

vergt een andere manier van denken. In de vijfdaagse bijscholing gaan we de OvD’en uit de deelnemende regio’s situationele commandovoering bijbrengen’, legt Hazebroek uit. ‘De andere functionarissen die een belangrijke rol spelen in commandovoering, zoals bevelvoerders, centralisten, Adviseurs Gevaarlijke Stoffen (AGS’en) en Hoofdofficieren van Dienst (HOvD’en) nemen deel aan een workshop van één dagdeel. We zien dat bevelvoerders op basis van hun vakmanschap en daadkracht al vaak in onderling overleg de goede dingen doen. De HOvD komt vaak pas ter plaatse als er iets meer overzicht is. Daarom leggen we de nadruk op de bijscholing van de OvD.’ Na de bijscholing wordt de commandovoering bij alle grote operationele inzetten een jaar lang gevolgd. ‘We kijken daarbij naar het type incident, de gekozen aanpak en wat dat betekent voor de incidentbestrijding. Op deze manier willen we kijken of hetgeen we in de theorie van situationele commandovoering hebben bedacht, in de praktijk werkt. In de pilot hebben we een aantal periodieke evaluatiemomenten. Als blijkt dat onze theorie niet klopt, kunnen we die bijstellen. De OvD’en krijgen dus ook de rol van onderzoeker om te bepalen in hoeverre de theorie in de praktijk klopt. Op deze manier hopen we te ontdekken of situationele commandovoering bij iedereen en bij alle incidenten werkt.’

Brand&Brandweer


On derzoek

Hans Hazebroek: ‘We hopen te ontdekken of situationele commandovoering bij iedereen en bij alle incidenten werkt.’

Lucas de Lange: ‘Wie je als persoon bent, maakt ook wie je als OvD bent.’

Opleidingen Hoewel de pilot nog moet starten, is de basis van situationele commandovoering al doorgevoerd in de leergang OvD die in september is gestart. Ook bij de leergangen HovD en AGS worden de principes steeds verder ingebracht. Alle docenten hebben eerst zelf een bijscholing gevolgd. ‘Een mooie ervaring’, aldus docent Lucas de Lange. ‘Ik volg het onderwerp sinds de leerarena na de brand bij Chemie-Pack in Moerdijk in 2009 met veel belangstelling. De eerste onderzoeksresultaten liggen er nu, maar het onderwerp is nog lang niet uitonderzocht. Er zijn nog veel losse eindjes. Dat maakt het spannend en boeiend om er nu al mee aan de slag te gaan. Het zijn echt nieuwe inzichten. Als docent moet je continu goed blijven opletten waarom je op een bepaalde manier kijkt naar een incident. Je moet aan de slag met nieuwe patronen. Dit is typisch zo’n onderwerp dat je niet alleen op papier verder kunt ontwikkelen. Je hebt de praktijk erbij nodig en dat begint bij de opleiding. Vakmanschap en wetenschap gaan hand in hand.’ Jelmer Dam van Veiligheidsregio Fryslân is in september begonnen met de leergang OvD. ‘Het is fijn dat we in deze opleiding leren om af te stappen van de hiërarchische wijze van commandovoering. Het past bij mijn ervaring tot nu toe.’ Hij legt uit dat hij lang als natuurbrandspecialist in het buitenland heeft gewerkt, ook in de rol van OvD. ‘Uitspraken waarin je aangeeft dat je het incident overneemt, heb ik altijd lastig gevonden. Je ontkracht

daarmee de mensen die al bezig zijn. Dat past niet bij me’, vertelt Dam. In de leergang leren we nu juist om uit te gaan van je eigen kracht en om mensen de ruimte te geven. Dat werkt fijn. Je kunt de eenheden in hun eigen kracht laten. Als iedereen in zijn kracht staat, presteer je als team het best. Bovendien voelt het ook goed dat wanneer je als OvD iets even niet weet, je dat aan moet geven. Het geeft de mogelijkheid om hulp in te roepen.’ ‘We proberen in de opleiding veel ruimte te laten voor de human factor. Wie je als persoon bent, maakt ook wie je als OvD bent’, vult De Lange aan. ‘We helpen de studenten dus ook zichzelf te ontdekken.’ Hoewel Dam enthousiast is over situationele commandovoering heeft hij ook zijn bedenkingen. ‘Ik vraag me af in hoeverre je swarming bij complexe incidenten kunt toepassen als je te maken hebt met posten die slechts enkele uitrukken per jaar hebben. Krijg je dan de tijd en ruimte om swarming toe te passen? Of wordt direct na het ter plaatse komen om leiding en sturing gevraagd?’ ‘Zeker in de beginfase zal het toepassen van situationele commandovoering in de praktijk voor deze lichting studenten wennen zijn’, erkent De Lange. ‘Zij komen met nieuwe kennis in een omgeving die hier nog niet mee bekend is. Die eerste stap is spannend, maar wel essentieel om het in de praktijk verder te ontwikkelen.’

Jelmer Dam: ‘Situationele commandovoering past bij mijn ervaring tot nu toe.’

Brand&Brandweer

Database Tot slot is de Brandweeracademie ook bezig met het bijhouden van een landelijke database. Hazebroek: ‘Hierin leggen we alle grootschalige incidenten in Nederland vast. Om wat voor type object gaat het? Voor welke wijze van commandovoering is gekozen? Wat zijn de gevolgen voor de brandweerinzet?’ De gegevens worden verkregen door het uitlezen van P2000, het bekijken van de BAG viewer en het volgen van berichten in de media en op social media. ‘Landelijk hebben we ongeveer zes grootschalige inzetten per week. Meer dan we hadden verwacht’, vertelt Hazebroek. Van die zes kiezen we er één per week uit waar we door middel van interviews met operationeel leidinggevenden dieper op in gaan. Uiteindelijk hopen we dat deze database beter inzicht geeft in de typen incidenten en de bijzondere kenmerken bij grootschalig optreden. Dat helpt bevelvoerders en officieren om betere keuzes te maken als ze voor een grootschalig incident komen te staan. Op termijn hopen we ook uitspraken te kunnen doen over de wijze van commandovoering bij grootschalig optreden. Het is een onderwerp dat echt in beweging is’, concludeert de onderzoeker. ‘De komende tijd concentreren we ons daarbij vooral op hoe situationele commandovoering in de praktijk werkt.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

33


85% van de CEO’s weet niet welke chemische stoffen aanwezig zijn in hun bedrijf Dat levert een groot gevaar op voor de gezondheid van uw medewerkers. En is bovendien zeer schadelijk voor de continuïteit van de onderneming. Temeer omdat ondernemingen en hun leveranciers die niet voldoen aan een deugdelijke administratie van chemische producten door de komende gewijzigde Aanbestedingswet uitgesloten worden van deelname aan tenders. En dat terwijl een goede administratie niet veel tijd en geld hoeft te kosten. Tenminste, wanneer u werkt met Toxic. DOWNLOAD DE WHITEPAPER VAN TOXIC OVER DE NIEUWE AANBESTEDINGSWET OP TOXIC.NL

ALLES ONDER CONTROLE


tech n i ek

Grote veranderingen bij nieuwe landelijke fleetmap C2000 C2000 is volop in ontwikkeling. Het netwerk wordt vernieuwd en de brandweer werkt toe naar één landelijke fleetmap volgens eenzelfde verbindingsschema. Voor zowel de operationele diensten als de meldkamercentralist verandert veel. Belangrijk uitgangspunt is om het zo simpel mogelijk te houden. Veiligheidsregio’s IJsselland en Noord- en OostGelderland en Meldkamer Oost Nederland zijn de uitdaging aangegaan en hebben op basis van het handboek C2000, gemaakt door Brandweer Nederland, nieuwe verbindingschema’s ontwikkeld. Door Jolanda Haven

Werkwijze C2000

I

ncidenten uit het verleden leren dat C2000 op cruciale punten heeft gefaald. Deels door menselijk handelen en deels door de techniek. Om dat te verbeteren is in opdracht van het ministerie van Veiligheid en Justitie gestart met de Implementatie Vernieuwing C2000 (IVC), waarbij zowel de techniek als het bedienen van het communicatiesysteem tegen het licht wordt gehouden. Vanuit Brandweer Nederland is in het kader van IVC een vakgroep Verbindingen opgericht om onder andere eenduidigheid te creëren binnen de brandweer. Iedere regio gebruikt de portofoon anders, heeft een eigen indeling, gespreksgroepen en schema’s. Dat komt de kwaliteit niet ten goede. Het is de bedoeling dat alle regio’s met dezelfde gespreksgroepen gaan werken volgens één en dezelfde vernieuwde verbindingsstructuur. Handboek C2000 Begin september is het handboek C2000 vastgesteld door de programmaraad Incidentbestrijding. In het concept handboek waren echter geen verbindingsschema’s opgenomen. ‘Wij zijn de uitdaging aangegaan om de theorie in de praktijk om te zetten’, aldus projectleider Jeroen Mulder uit IJsselland. ‘In juni zijn we gestart’, vervolgt Mulder. ‘De deadline lag begin oktober. Hoewel de deadline voor het IVC is opgeschoven, wilden wij niet tornen aan onze deadline. Groot voordeel: we hadden in beide regio’s onze randapparatuur op orde. De meeste portofoons en mobilofoons waren geschikt voor IVC. De focus lag dus op de verbindingsschema’s die we op elkaar moesten afstemmen. Hoewel we sinds 2011 een gemeenschappelijke meldkamer hebben en al veel is geharmoniseerd en gestandaardiseerd, werkten we nog met twee fleetmaps.’ Dynamisch Hoe ziet de nieuwe werkwijze eruit? Als een TS de kazerne uitrijdt, zet de bevelvoerder de mobilofoon aan om contact te krijgen met de meldkamer via het incidentnet. Dat is dynamisch, de centralist wijst een net (met snelkeuze 1-20) toe. Op de pager wordt aangegeven op welke incidentnet ze zich moeten inmelden. Nu gebeurt dat vaak pas tijdens het aanrijden. Als het incident groter wordt, moest vaak nog worden geschakeld. Dat hoeft nu niet meer. ‘De

Brand&Brandweer

Verbindingshuis nieuwe werkwijze C2000 vanaf 4 oktober

Algemeen Commandant BRW

L-CoPI

OL

Meldkamer

BV-NET

21-40

OvD-BZ

L-CoPI

INCI-NET

1-20

Regionale Inmeldnet (100) • Inmelden voor niet incidentgerelateerde aanvragen • Aanvraag spraak (7)

gespreksgroep blijft hetzelfde vanaf de start van het incident’, vervolgt projectleider Christiaan Velthausz van Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland. ‘Ook het type incident maakt niet uit. Een incident schaal je ook op. Datzelfde geldt nu ook voor de verbindingen.’ Verbindingshuis Het verbindingsschema is opgebouwd als een huis, het verbindingshuis. Van incidentnet (INCI-NET), bevelvoerdersnet (BV-NET),

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

35


tech n i ek

Officier van Dienstnet (OD-net) tot commandonet (CDO-NET). Ieder net heeft eigen snelkeuzes (1-20, 21-40, 51-56 en 61-66). Is het incidentnet 7, dan wordt het bevelvoerdersnet automatisch 27. Het OD-NET en CDO-NET zijn ook dynamisch toegewezen door de centralist. Als de bevelvoerder ter plaatse is, communiceert hij via het bevelvoerdersnet met de meldkamer. De mobilofoon in het voertuig blijft op het incidentnet. Manschappen onderling blijven, net zoals voorheen, met elkaar communiceren via hun objectportofoon. Als het incident groter wordt en meerdere voertuigen ter plaatse komen, melden zij zich in op hetzelfde incidentnet. Als de OvD ter plaatse is, neemt hij het commando over en communiceert via het OD-net met de meldkamer. De bevelvoerders kunnen via het BV-net met elkaar blijven communiceren. Functionarissen in het veld hebben nu nog maximaal twee portofoons. Eenvoud ‘Voor sommige regio’s zijn de veranderingen groter dan voor een andere regio, omdat iedereen op dit moment anders met C2000 omgaat’, aldus Mulder. ‘De kracht van de nieuwe verbindingsschema’s zit in de eenvoud en toepasbaarheid voor elke regio, hoe groot of klein deze ook is. Voor alle collega’s is dit een andere werkwijze. Niet omdat het kan, maar omdat het moet. Dat gaat niet van de ene op de andere dag. Daarom adviseren wij om goed te investeren in opleiding en training.’ In september hebben beide regio’s ingezet op vakbekwaamheid en zijn er oefeningen speciaal gericht op het nieuwe verbindingshuis georganiseerd. Hiervoor hebben beide regio’s kerninstructeurs opgeleid om zowel manschappen als officieren op te leiden.

Herprogrammering Op technisch gebied moesten alle portofoons geherprogrammeerd worden. Velthausz: ‘Dat hebben we afgelopen zomer gedaan. Er werd een groot beroep gedaan op de flexibiliteit, want ook de herprogrammering betekende tijdelijk een aangepaste werkwijze. Dat ging gelukkig goed, daarom hadden we ook vertrouwen in de overgang naar de nieuwe fleetmap. Belangrijk is dat je het gefaseerd brengt. Werk stap voor stap toe naar de nieuwe werkwijze.’ Op 4 oktober is de nieuwe werkwijze in de regio’s IJsselland en Noord- en Oost-Gelderland en op de Meldkamer Oost Nederland operationeel gegaan. In een week tijd kreeg de meldkamer te maken met een zeer grote brand en GRIP-incident. Mulder: ‘Dit is verbazingwekkend goed verlopen, bijna vlekkeloos. Natuurlijk is het voor iedereen wennen, maar het voordeel is dat het vrij simpel is, logischer. Je moet alleen weten en snappen hoe het nieuwe verbindingshuis is opgebouwd.’ Verbindingsstructuur versus opschalingsstructuur Alwin Kers is brandweercentralist op de meldkamer Oost-Nederland en vertegenwoordiger binnen het platform werkprocessen. In die hoedanigheid was hij ook betrokken bij het regionale projectteam LKF-B. ‘De vakgroep binnen Brandweer Nederland had een prachtig en gedetailleerd document gemaakt, maar niet werkbaar in de praktijk’, begint Kers. ‘Er moest een vertaalslag komen. Omdat een incident wordt opgebouwd, is het idee van een huis ontstaan om het visueel in kaart te brengen. Een incident begint vaak klein. Je begint met een ‘vrije kamer’ op de onderste

Projectleiders Jeroen Mulder (links) en Christiaan Velthausz (rechts) zijn tevreden over de ontwikkeling en invoering van de nieuwe fleetmap C2000.

36

nummer 11 november 2016 - Sdu Uitgevers

Brand&Brandweer


tech n i ek

‘We zijn trots dat we dit met z’n allen in korte tijd hebben gerealiseerd’, besluit Mulder. ‘Of we klaar zijn voor de LMO? Grotendeels wel. Dat wil niet zeggen dat er niets meer verandert, maar aan de werkwijze zal waarschijnlijk niet veel wijzigen. De vraag is of het voldoet aan de schaalgrootte. Het kan zijn dat er meer gespreksgroepen moeten komen. Zeker op momenten dat het erg druk is.’ Verdiepingsslag centralisten Operationeel Leidinggevende Meldkamer Brandweer Emiel Horstink ontwikkelde samen met onder andere Alwin Kers een training voor centralisten. Circa twintig centralisten zijn in vier dagen tijd omgeschoold. Een PowerPointpresentatie met theorie en een film uit de praktijk is getoond. Horstink: ‘Je hebt verschillende gradaties met betrekking tot de verbindingsstructuur. Voor centralisten is het van belang alles te weten en voor hen moet een verdiepingsslag worden gemaakt. Oefenen in de praktijk is vooral voor centralisten van belang. We hebben een table-top oefening Centralist Alwin Kers was vertegenwoordiger namens de centralisten binnen het platform werkprocessen en bouwde mee aan het verbindingshuis.

verdieping. Is de eerste bevelvoerder ter plaatse, dan neemt hij het commando over en gaan we dus naar de eerste verdieping (BV-NET). Zodra de OvD ter plaatse is, neemt hij het commando over en gaan we naar de tweede verdieping (OD-NET). Het verbindingshuis loopt dus synchroon met de opschaling. Je kunt het één op één op de opschalingsstructuur plakken. Voor een centralist is het van belang om eenheden in het veld meteen in het goede incidentnet te zetten. Dan heb je een stevig fundament gebouwd.’ Elkaar versterken Indien meer eenheden of voertuigen, zoals een extra watervoorziening nodig, zijn kan volgens Kers ook in de breedte worden gebouwd. ‘Dan bouwen we een nieuwe kamer en maken we een nieuwe gespreksgroep aan of koppelen we die aan een bestaand peloton. Als centralist denk je actiever mee met de OvD, bijvoorbeeld over het plaatsen van een extra hoogwerker, die moet je aan de betreffende groep koppelen. We moeten het met elkaar doen. De LKF-B is een mooi middel en een mooie kans om als meldkamercentrale en veld meer tot elkaar te komen. We kunnen laten zien wat we voor elkaar kunnen betekenen.’ Kers is blij dat hij van de compagniestructuur af is. ‘Dat was een vreselijke structuur. In een keer alarmeer je veel eenheden die niet altijd nodig waren. Nu kunnen we vraaggestuurd alarmeren bij een grootschalig brandweeroptreden.’ Naast centralist is Kers ook vrijwilliger op de post Hattem. ‘In het veld is de training goed ontvangen. Er waren vrijwilligers bij die na vijftien jaar ineens weten dat er bijvoorbeeld een derde spreeksleutel op zit en hoe het zit met statuscodes. Goede training is van essentieel belang.’ Landelijk document Brandweer Nederland heeft gevraagd om de nieuwe verbindingsschema’s landelijk beschikbaar te stellen. Velthausz: ‘Het voordeel is dat dit document landelijk doorgevoerd kan worden. Het is niet specifiek ingericht op onze regio’s omdat het gebruikt kan worden voor alle type incidenten, van klein tot groot. In het schema kijken we naar de classificering, niet of het om een treinongeval, natuurbrand of gebouwbrand gaat.’ Als wordt opgeschaald naar GRIP en het dus om een multi-inzet gaat, wordt gebruik gemaakt van de gespreksgroep Samenwerkingsgroepen Oost Nederland (SON).

Brand&Brandweer

Operationeel Leidinggevende Meldkamer Brandweer Emiel Horstink ontwikkelde samen met onder andere Alwin Kers een training voor centralisten.

gedraaid hoe je van een klein naar groot incident wegzet in de verbindingsstructuur. Bij een grootschalig brandweeroptreden kun je nu bijvoorbeeld vraaggestuurd waterwagens inzetten. Belangrijk is wel dat je ze in de goede groep wegzet zodat deze eenheden niet gaan zweven in de verbindingen. Weet wat je doet, weet hoe de lijnen lopen.’ Bij ieder incident is de structuur hetzelfde en dat maakt de basis van het hele brandweeroptreden. Van alarmering tot afschaling. De kracht van het project is volgens Horstink de snelheid. ‘Geen maanden voorbereiding, maar voortvarend aan de slag. Bovendien is het een perfect voorbeeld van een gezamenlijk traject tussen twee veiligheidsregio’s en de meldkamer. Het werd niet bij ons over de schutting gegooid. Iedereen heeft zijn eigen waardevolle aandeel geleverd.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

37


Health & Safety Jaarcongres Veilig en gezond werken, dat raakt iedereen!

Sdu klanten ontvangen mooie korting!

maandag 28 november 2016 Tijdens dit congres wordt stilgestaan bij alle facetten van veilig en gezond kunnen werken. Tijdens deze interactieve dag, waarbij u grotendeels zelf uw programma samenstelt, overlegt u met sprekers en vakgenoten. Wat mag u deze dag verwachten? > Praktische tips en heldere argumenten hoe u een Arbobeleid kunt vorm geven > De feiten en cijfers om in de toekomst de juiste beleidskeuzes te maken > Een stappenplan voor het op de kaart zetten van het arbobeleid binnen uw organisatie en creĂŤer van het juiste draagvlak > Praktische workshops met maximaal dertig personen waarbij u in 1,5 uur de diepte in gaat

Kijk voor het programma op www.hsejaarcongres.nl

Sponsoren:


bran dweer bu iten lan d

Een week meewerken in Detroit, een wereld van verschil Dat de brandweer in Detroit op een volledig andere manier werkt dan de brandweer in Nederland, is Paul IJtsma vorig jaar tijdens zijn vakantie al opgevallen. Om te ervaren hoe ze daar werken heeft hij in september met vier collega’s van de vrijwillige brandweer in Beverwijk, Veiligheidsregio Kennemerland, een week diensten meegedraaid bij het Amerikaanse korps. ‘Een unieke ervaring’, zo concludeert hij. Door JILDOU VISSER

E

én van de eerste dingen die IJtsma in Detroit opvalt is dat niet alleen de stad Detroit arm is, maar de brandweer ook. ‘Het materieel dat ze hebben, is oud. Langzaam komt er wat geld beschikbaar om spullen te vervangen, maar veel zaken zijn nog kapot. Het is behelpen. Zo lekt het bijvoorbeeld in de kazerne en het voertuig waarop wij diensten meedraaiden miste een luik’, vertelt IJtsma. De vijf Nederlandse brandweerlieden worden verdeeld over twee kazernes. Ze worden gekoppeld aan een Amerikaanse brandweerman en rukken als extra bemanning mee uit. ‘Ik zat bij de bemanning van de squad. Dit is een voertuig dat alle opsluitingen en beknellingen voor zijn rekening neemt, maar ook mee uitrukt bij brand. Bij brandinzetten is de squad er met name voor de reddingen en de extra handjes. Er zit geen bluswater op het voertuig.’ Inzettactiek Bij iedere woningbrand in Detroit rukken standaard drie TS’en, een ladderwagen, OvD en een squad uit. ‘Waar wij in Nederland bijna alleen maar te maken hebben met een brand in een woning, staan hier soms volledige woningen in brand. Veel huizen zijn gebouwd van hout. Alles brandt dan mee’, legt IJtsma uit. Daarbij valt hem ook de inzettactiek op. ‘Indien mogelijk gaan de brandweerlieden hier naar binnen, zelfs bij sloopwoningen waar niets meer te redden is. Ze zijn ontzettend trots op hun aanpak. Wij snappen daar niets van, want je loopt onnodig risico. In hun ogen zijn de risico’s onderdeel van het vak. Eén van de meest bijzondere inzetten die ik daar heb meegemaakt is een woningbrand waarbij het brandde in de kelder. Wij waren met de squad als eerste ter plaatse. Waar ik dacht aan een buitenomverkenning tot er water ter plaatse was, renden zij zonder water naar binnen. Ze waren overigens ook vrij snel weer naar buiten, want zonder water kon je binnen niks. Toen de TS ter plaatse kwam ben ik met mijn Amerikaanse brandweerman naar binnen gegaan om in de kelder te blussen terwijl het dak al brandde. Achteraf heb ik me wel afgevraagd of dat nou zo verstandig was. Je vertrouwt ergens toch ook op hun ervaring en oordeel. Maar ook zij zitten er weleens naast. Een week nadat we er waren, is een van de brandweerlieden op de eerste verdieping van een brandend gebouw door de vloer gezakt. Hij ligt met ernstige brandwonden in het ziekenhuis.’

Brand&Brandweer

V.l.n.r.: Maurice Meijer, Ruud IJtsma, Paul IJtsma, Hans Blok en Vincent Arends.

Arbeidshygiëne Eén van de aspecten waar IJtsma van schrikt is hoe de brandweerlieden in Detroit omgaan met arbeidshygiëne. ‘In Nederland is dat een belangrijk onderwerp. Daar leeft het totaal niet. De brandweerlieden in Detroit hebben twee bluspakken, die worden nooit gewassen. Hetzelfde geldt voor de helmen. Daar geldt echt nog de regel dat hoe zwarter je helm is hoe meer branden je hebt meegemaakt en hoe meer je gerespecteerd wordt’, vertelt IJtsma. ‘Terug op de kazerne stink je een uur in de wind van de rook. Op de kazerne is één douche. Wij zaten onder de zwarte vegen en gingen douchen. Zij stapten zo in bed. Het is leuk om een week mee te maken, maar niet langer. Deze jongens worden niet oud en dat weten ze. Toch maakt het ze niet uit. Ze zijn trots op hun vak en daar horen in hun ogen zwarte pakken bij.’ Hoewel IJtsma op veel punten constateert dat de brandweer in Nederland verder is, kan in Nederland ook iets worden geleerd van de collega’s uit Detroit. ‘Zij rijden ook mee op medische alarmeringen, omdat het soms erg lang duurt voordat een ambulance ter plaatse is. Dat varieert van een hartinfarct tot schietpartijen en ernstige bloedingen. Van de staat hebben ze een training gekregen voor alle levensbedreigende handelingen, van het aanleggen van een tourniquet tot intubaties. In Nederland rukken veel posten uit met een AED, maar ik denk dat wij op medisch gebied meer kunnen betekenen.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

39


Risicobeh eersi ng

25 zorginstellingen uit de regio Amsterdam hebben het convenant Brandveiigheid in de zorg ondertekend.

Sturen op brandrisico’s door samenwerking met zorginstellingen Twee onderzoeksrapporten schudden zowel Brandweer Amsterdam-Amstelland als de zorginstellingen in de regio in 2011 wakker. Nu, vijf jaar later, heeft een deel van de zorginstellingen het convenant brandveiligheid in de zorg met Brandweer AmsterdamAmstelland ondertekend. Deze samenwerking is een eerste stap om in de zorg op brandrisico’s te sturen in plaats van alleen de wet- en regelgeving te volgen. Door JILDOU VISSER

‘W

e hebben lang gedacht dat als je voldeed aan de wet- en regelgeving het veilig was, maar het onderzoeksrapport naar de brand bij Rivierduinen in Oegstgeest leerde ons dat dat niet zo is’, vertelt Ton van der Horst, voorzitter van het Regionaal Preventienetwerk Brandveiligheid in de Zorg en manager Bouw en Beheer van de Zonnehuisgroep Amstelland. ‘Die instelling voldeed aan de eisen, maar bij de brand in 2011 vielen daar toch doden en gewonden. Dat is het schrikbeeld voor iedere zorginstelling. Het

40

nummer 11 november 2016 - Sdu Uitgevers

heeft ons wakker geschud.’ De zorginstellingen in de regio Amsterdam zijn verenigd in SIGRA. Daar merkt Van der Horst dat er meer bestuurders zijn die zich zorgen maken om brandveiligheid. ‘Met name organisaties die veel oude gebouwen hebben, worstelen ermee. De budgetten in de zorg zijn beperkt. Het geld dat je vrijmaakt voor het verhogen van de brandveiligheid wil je goed besteden. We merkten dat er bij het bevoegd gezag weinig ruimte was voor alternatieve oplossingen. Alles moest volgens de wet- en regelgeving, terwijl we juist hadden gezien dat je dan nog niet altijd een veilige instelling hebt.

Brand&Brandweer


Risicobeh eersi ng

Handhaving hing als een soort zwaard van Damocles boven ons hoofd. Er was weinig communicatie mogelijk.’ Ook binnen Brandweer Amsterdam-Amstelland wordt brandveiligheid in de zorg een belangrijk thema. ‘Wij schrokken met name van het rapport van de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Zij concludeerden voor de tweede keer in vijf jaar dat de brandveiligheid in de zorg tekort schoot. Daarmee zijn wij naar SIGRA gegaan. We raakten in gesprek en hebben na een aantal bijeenkomsten in 2012 het Regionaal Preventienetwerk Brandveiligheid in de Zorg opgericht’, aldus Ron Galesloot, adviseur Risicobeheersing bij Brandweer Amsterdam-Amstelland. De brandweer, SIGRA en de zorgorganisaties richten samen een denktank op om het onderwerp op te pakken en de eerste teksten voor het huidige convenant op te stellen. ‘Die waren eenzijdig. Het bevoegd gezag was immers niet betrokken. Langzaam maar zeker zijn we met behulp van de brandweer de discussie met het bevoegd gezag aangegaan. De eerste contacten waren aarzelend. We moesten hen echt overtuigen’, aldus Van der Horst. ‘Op een gegeven moment zaten ze echt bij ons aan tafel en ontstond er een open, enthousiaste en constructieve manier van samenwerken. In goed overleg hebben we de tekst van het convenant opgesteld.’ Galesloot is blij met het huidige convenant. ‘Het was een langdurig proces, maar het resultaat ligt er. 25 zorgorganisaties hebben het ondertekend. Zij gaan nu zelf een plan van aanpak maken waarmee zij de brandveiligheid kunnen verbeteren. Indien gewenst kunnen wij daarbij adviseren, maar de instellingen zijn aan zet.’ Drie niveaus In het convenant wordt onderscheid gemaakt tussen drie verschillende brandveiligheidsniveaus. Galesloot legt uit dat het bij het bronzen niveau met name gaat om de wettelijk bouwkundig vastgestelde eisen en daarbij een kleine extra inzet op de organisatie. ‘Daarbij is de afspraak gemaakt dat wanneer grootschalig gerenoveerd wordt of er nieuwe gebouwen worden gebouwd wij als adviseur betrokken worden, nog voordat een architect wordt ingeschakeld. Door in een vroeg stadium al vanuit de brandveiligheid te denken, kun je voorkomen dat het voorzieningenniveau is afgestemd op een beperkte doelgroep. Indien bijvoorbeeld een gebouw wordt neergezet voor beginnend dementerenden, moet je eigenlijk zorgen dat het ook brandveilig is voor ernstiger demente personen. Nu loopt het vaak langzaam uit de pas. Door hier vooraf al over na te denken, kun je veel geld en moeite besparen.’ Het tweede niveau is zilver. Hierbij wordt brandveiligheid geborgd in de hele organisatie. Bij zorginstellingen die op dit niveau zitten, voldoet het gebouw aan de eisen voor nieuwbouw of is het eraan gelijkwaardig. Het gouden niveau is het hoogst haalbare. Galesloot: ‘Deze gebouwen zijn volledig afgestemd op de organisatie. Het veiligheidsbewustzijn staat hier centraal. Eigenlijk is dit alleen realiseerbaar bij nieuwbouw of grootschalige renovatie. Dit is natuurlijk ons ideaal, maar als alle organisaties voldoen aan het bronzen niveau is dat ook goed. De keus ligt bij de instellingen, maar van alle instellingen die het convenant hebben ondertekend verwachten we wel dat ze zich inzetten om het brandveiligheidsniveau naar een hoger plan te tillen.’ Voor de Zonnehuisgroep Amstelland betekent het convenant vooral een steun in de rug om verbeteringen door te voeren. ‘We streven ernaar om in de toekomst in al onze vestigingen brand-

Brand&Brandweer

veiligheid risicogericht te benaderen. We gaan kijken of alle vereiste zaken aanwezig zijn en het brandveiligheidsdenken in de organisatie verbeteren. Al ons personeel wordt hierin betrokken. Iedereen moet weten waar de brandscheidingen zitten en hoe ze in geval van brand zichzelf en de cliënten in veiligheid kunnen brengen. Daarnaast hopen we dat het nadenken over alternatieve oplossingen met dit convenant makkelijker wordt’, aldus Van der Horst. ‘Ik denk niet dat het zonder convenant had gekund. De cultuur in je organisatie kun je te allen tijde veranderen, dat kost tijd en inzet, maar daar is een convenant niet voor nodig. De grote waarde van het convenant is denk ik vooral dat je met elkaar en met het bevoegd gezag makkelijker ideeën kunt uitwisselen. Het brengt alle partijen in een juiste mindset om de dialoog aan te gaan.’

‘we hopen dat het toepassen van alternatieve oplossingen makkelijker wordt’ Daarnaast maakt het convenant het volgens Van der Horst makkelijker om geld vrij te maken voor brandveiligheid. ‘Je kunt je afvragen of dat meer geld moet zijn. Ik denk dat je met vergelijkbare bedragen als voorheen nu meer kunt bereiken. Het convenant toont richting de besturen wel de noodzaak aan om er structureel middelen voor vrij te maken.’ Nulmeting De komende periode gaan alle instellingen aan de slag met een risico-inventarisatie, een nulmeting. Op basis van die uitkomsten wordt een plan opgesteld om de brandveiligheid in de komende drie jaar te verbeteren. Galesloot: ‘Dat gaan de instellingen zelf doen. Wij treden slechts op als adviseur als daar behoefte aan is. Met deze aanpak hebben we een proces doorbroken. Door nu gezamenlijk over de problemen na te denken, werk je efficiënter. Bovendien kunnen instellingen de uitgaven hiermee makkelijker plannen. Wij zijn ervan overtuigd dat met deze aanpak brandveiligheid duurzaam geborgd kan worden.’

‘ik denk dat het goed is als er landelijk een soort van denktank komt’ Van der Horst is het hiermee eens. ‘Ik zou zelfs nog een stap verder willen gaan. Wij doen dit nu in de regio Amsterdam, maar ik denk dat het goed is als er landelijk ook een soort van denktank komt waar je vraagstukken neer kunt leggen. Een groep van experts die op een innovatieve manier nadenkt en los kan opereren van de regelgeving. Op die manier kun je echt nadenken vanuit de risico’s. Zij zouden adviezen moeten kunnen uitbrengen die haaks staan op de regelgeving, maar wel zorgen voor een hoger brandveiligheidsniveau. De brand in Rivierduinen heeft aangetoond dat het handelen volgens de regelgeving alleen niet voldoende is.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

41


De Blauwe VNW brengt u verder

E D I T I E 2016 - 2017

De Blauwe VNW biedt in drie handzame delen het complete overzicht van de Nederlandse wet- en regelgeving: Staats- en bestuursrecht, Burgerlijk (proces) recht en Straf(proces)recht. De betere wettenbundel voor studenten en docenten Recht, Notarieel recht, Criminologie, Bestuursrecht in HBO of WO, advocaten en juristen. Bij aanschaf ontvangt u ook gratis het e-book en aanvullende tussentijdse downloads bij wetswijzigingen. Dit jaar maakt u bij aanschaf kans op mooie prijzen: een Cortina U4 Transportfiets, een iPad Air of â‚Ź 500,- aan boodschappen.

Meer informatie vindt u op sdu.nl/blauwevnw


Jeugdbr an dweer

De kampioenen van de jeugdbrandweer De landelijke finales van de jeugdbrandweer hebben ook dit jaar weer geleid tot leerzame momenten. Het draaide om details. In de landelijke finales moesten de ploegen uit de drie verschillende klassen alles uit de kast halen om de winst in de wacht te slepen. In de klasse Junioren wisten de jeugdige brandweerlieden uit Leerdam het uitdagende scenario als beste op te lossen. In de klasse Aspiranten LD was dit de groep uit Oud-Beijerland en de jeugdbrandweerlieden uit Goes wonnen in de klasse Aspiranten HD.

Door JILDOU VISSER

D

e Junioren kregen een brandmelding bij een loonbedrijf. ‘Zowel beneden als boven brandde het. Op de eerste verdieping zat een slachtoffer’, vertelt Arjan van Manen (14) van de jeugdbrandweer Leerdam, Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid. Hij heeft het plaatje snel compleet en zet zijn manschappen eerst in op de vuurhaarden bij de trap. ‘Zo konden we het slachtoffer snel redden. Binnen een kwartier hadden we hem eruit. Daarna hebben we ons gericht op het blussen van alle brandhaarden. In totaal hebben we twintig minuten over de totale inzet gedaan. Best snel.’ Na de inzet moet de ploeg de middag in spanning afwachten. ‘Natuurlijk hoop je dat je wint, maar het was wel een verrassing. Op de kazerne werden we onthaald met sirenes en een feest. Ik heb al drie keer een finale gespeeld, maar dit was de eerste keer dat we wonnen. Dat maakt het extra leuk’, aldus Arjan. Hij denkt dat ze hebben gewonnen doordat ze tijdens de oefenavond voor de wedstrijd een vergelijkbaar scenario hebben geoefend. ‘Toeval. Door die oefening dacht ik er tijdens de wedstrijd aan dat ik ook de schuifdeur in de loods moest verkennen. Tijdens de oefening was ik dat vergeten.’ De kampioen in de klasse Aspiranten LD, Oud-Beijerland, komt ook uit Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid. Bevelvoerder Maries Willemsen (18) stond met zijn ploeg voor de derde keer in de landelijke finale. ‘Drie keer scheepsrecht’, grapt hij. ‘Het was ook mijn laatste kans, want dit is mijn laatste jaar bij de jeugdbrandweer.

Brand&Brandweer

Ik ben inmiddels aangenomen bij de vrijwillige brandweer en begonnen met de opleiding Manschap A.’ Tijdens de wedstrijden moet Maries met zijn ploeg een brand in een loods op een industrieterrein blussen. ‘De bhv was de ontruiming al gestart. Toen wij ter plaatse kwamen, kwam de bhv’er in paniek naar buiten. Hij vertelde ons dat er nog een slachtoffer in het pand was. Daarop heb ik opgeschaald naar middelbrand en de aanvalsploeg op verkenning uitgestuurd. Toen ze buiten kwamen vertelden ze me kort waar het slachtoffer was en dat zij een waterstraal nodig hadden om hem veilig te redden. De nummer drie is toen mee naar binnen gegaan, zodat het slachtoffer veilig gered kon worden.’ Vervolgens blijkt de brand te zijn doorgeslagen. Bij die branddoorslag is een elektrische heftruck betrokken. ‘Die accu moesten we met een poederblusser blussen. Al met al hebben we deze klus in 34 minuten geklaard’, vertelt Maries. ‘We waren niet de snelste, maar in combinatie met onze veilige aanpak en de gebruikte technieken hebben we toch gewonnen. De bekendmaking tijdens de uitreiking is altijd spannend. Toen de burgemeester bekend maakte dat Zwijndrechtse Waard tweede was en wij de enige ploeg waren die nog niet waren genoemd, drong nog steeds niet goed tot me door dat het ons was gelukt kampioen te worden. Als klap op de vuurpijl was ik ook nog de beste bevelvoerder.’ Dat het de derde keer was dat de ploeg in de finale stond heeft volgens de bevelvoerder geholpen. ‘Als je veel wedstrijden speelt, leer je met de spanning om te gaan.’ ■

Sdu Uitgevers - nummer 11 november 2016

43


gespot i n de markt

Fipro Benelux wordt Preficon Europe

Overlander richt kazerne op Bonaire in

Voortbordurend op jarenlange ervaring en kennis in bouwkundige brandpreventie, voorheen onder de naam Fipro Benelux, brengt Preficon een scala aan nieuwe brandwerende plaatmaterialen op de markt. Met de nieuwe producten heeft Preficon voor vrijwel elke situatie een brandwerende oplossing: liggers, kolommen, wanden, schachten en plafonds, voor zowel binnen- als buitensituaties (water-, vorst- en rotbestendig). De producten zijn Europees getest en voldoen aan de actuele wet- en regelgeving. De complete productlijn bestaat uit: - Preficon Board C (nieuwe calciumsilicaat plaat) - Preficon Board S (minerale vezelplaat, voorheen Thermacor-S) - Preficon Board P (nieuwe gipsvezel versterkte plaat) - Preficon Board M (lichtgewicht vermiculietplaat, voorheen Mansard) - Fermacell Aestuver (nieuwe cementgebonden, glasvezel versterkte plaat) Voor meer informatie: www.preficon.com.

Overlander BV uit Zeewolde heeft onlangs de nieuwe brandweerkazerne op de luchthaven van Bonaire mogen inrichten in opdracht van Het Ministerie van Veiligheid en Justitie en Rijksvastgoedbedrijf. De Brandweerkazerne staat halverwege de landingsbaan van Flamingo International Airport en bedient zowel het eiland als de luchthaven. De remise heeft in totaal tien uitrukdeuren en twee deuren voor de werkplaats. Overlander BV heeft voor in totaal tien brandweervoertuigen een volledig automatisch werkend afzuigsysteem voor de uitlaatgassen mogen aanbrengen. Het systeem wat gekoppeld wordt aan de uitlaat rijdt met het voertuig mee en koppelt automatisch af bij de uitrukdeur. Hierdoor is men gewaarborgd van een veilig en snel vertrek en komt er geen emissie in de remise.

Fire Defender ontwikkelt nieuwe techniek voor stoplijn natuurbrandbestrijding Met het Wild Fire Defender systeem heeft Fire Defender Systems BV een nieuwe techniek ontwikkeld voor het maken van een natte stoplijn. Het is een buissysteem dat onder een watertank gemonteerd kan worden, zodat men rijdend kan blussen. Het systeem is 4,5 meter lang en heeft een capaciteit van 1200 Liter per minuut ‘We kunnen met dit systeem snel een bijna perfecte natte stoplijn realiseren door het gebruik van 24 speciale nozzles’, aldus Fire Defender Systems BV. Met de wild fire defender kan met een watertank van 10.000 liter een natte stoplijn van 5 meter breed en 500 meter lang in negen minuten worden gerealiseerd. Het bedrijf geeft de garantie dat er geen stukken vegetatie zijn overgeslagen en dat er voldoende water wordt aangebracht. Ook is rekening gehouden met de druppel44

nummer 11 november 2016 - Sdu Uitgevers

grootte die neerkomt op de vegetatie. Doordat het voertuig aan beide zijden is uitgerust kan altijd de juiste kant van het bospad nat worden gemaakt. Het systeem is ontworpen naar de uitkomsten van het rapport Benodigde hoeveelheid bluswater voor natuurbrandbestrijding van Efectis Nederland en de Landelijke Vakgroep Natuurbrandbestrijding. Het grote voordeel van de nieuwe techniek is dat er aanzienlijk minder personeel nodig is en de garantie dat de stoplijn op de juiste manier is uitgevoerd. Dit geeft een OvD zekerheid en vergroot de slagkracht in de eerste fase van de brand enorm. Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant heeft vier voertuigen met dit systeem in gebruik genomen. De komende periode wordt gekeken of de inzetprocedures erop aangepast moeten worden.

Deze pagina is tot stand gekomen met bijdragen uit de markt


B&B REGISTER

B&B Brand&Brandweer

vakblad voor brandweer, hulpverlening en rampenbestrijding

Adviesbureau brandpreventie

Floriaan B.V. Postbus 220 5300 AE Zaltbommel Tel. 0418 573800 Fax 0418 573801 info@floriaan.nl www.floriaan.nl

Vaste adverteerders (contract­ houders) worden gratis in één rubriek opgenomen voor een heel jaar. Heeft u ook interesse, stuur dan uw gegevens naar het aangegeven adres, zie bon.

Waar kunt u terecht voor producten en diensten? Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Advertentieverkoop: I.S.-acquisitie, tel. 06-23700323, www.is-acquisitie.com

Brandveiligheid

Geboorde brandputten

Stickers

Vluchtdeurbeveiliging

P&G Safety Burgerstraat 26 5311 CX Gameren Tel. 0418 561761 info@pengsafety.nl www.PenGsafety.nl

Raaijmakers Bronbemaling Erfstraat 8 5408 SJ Volkel-Uden Tel. 0413 273065 Fax 0413 274190 info@raaijmakersbronbemaling.nl www.raaijmakersbronbemaling.nl

Letas Stickerservice Postbus 32016 6370 JA Landgraaf Tel. 045 5312580 Fax 045 5691700

Nooduitgang.nl Doezastraat 37 2311 HA Leiden Tel. 071 3611628 Fax 071 3611869 info@nooduitgang.nl www.nooduitgang.nl

Droogkasten & reinigingsmachines Laundry b.v. Industrieweg 10 Postbus 7015 3286 ZG Klaaswaal  Tel. 0186 572900 Fax 0186 573210 laundry@laundry.nl www.laundry.nl

Hulpverlenings­ gereedschappen Holmatro Rescue Equipment Postbus 33 4940 AA Raamsdonkveer Tel. 0162 589200 Fax 0162 522482 www.holmatro.com

Verhuur & Brandweerpersoneel RegioSafe Fire & Rescue B.V. Nieuwe Schaft 9/B 3991 AS Houten Tel. 030 6704815 info@regiosafe.nl www.regiosafe.com

Ook wij willen opgenomen worden als bedrijf! Stuurt u mij vrijblijvend informatie over hoe mijn product of dienstverlening vermeld kan worden in deze rubriek. Bedrijf/organisatie Postadres Postcode/woonplaats Telefoonnummer Faxnummer Gewenste rubrieken

o per rubriek, per uitgave € 45,o per rubriek heel jaar (10 uitgaven) € 355,Prijzen exclusief BTW Datum

Handtekening

B&B Brand&Brandweer

U kunt deze bon inscannen en mailen naar: info@is-acquisitie.com. Voor deze en andere advertentiemogelijkheden in B&B, Ambulancezorg, Brandweer-, GHOR- en Veiligheidsregio-almanak e.a.: I.S.-Acquisitie, tel. 06-23700323, www.is-acquisitie.com

Brand&Brandweer

Sdu Uitgevers - nummer 11 - november 2016

45


Duikwagen brandweer neemt een duik De splinternieuwe duikwagen van het duikteam uit Almere is begin oktober tijdens een oefening te water geraakt. Door nog onbekende oorzaak belandde de duikwagen bij een boothelling in het water. Een berger heeft de duikwagen uit het water getakeld en afgevoerd. Het is onbekend wat de schade aan het voertuig is. Om het duikteam van Almere operationeel te houden is een vervangend voertuig geregeld. Bron: hv-almere.nl

Brandweer bevrijdt konijn uit motorkap Een brandweerman uit Rotterdam heeft begin Rotterdam met veel moeite een doodsbang konijn bevrijd. Het dier was knel komen te zitten onder de motorkap van een auto.

BRAND&BRANDWEER Brand&Brandweer is het vakblad voor brandweer, hulpverlening en rampenbestrijding, en het communicatiemagazine van Brandweer Nederland. November 2016 - nummer 11 jaargang 40 REDACTIE-ADRES

Brand&Brandweer t.a.v. redactiesecretariaat Brand&Brandweer, Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, tel. (058) 2160862, e-mail: brand&brandweer@sdu.nl REDACTIE

Ing. Stephan J.M. Wevers, commandant brandweer Twente (voorzitter redactie) Drs. Albert-Jan van Maren, brandweer Gelderland-Midden Frans van der Veen, brandweer Gooi en Vechtstreek Marcel van Galen, hoofd risicobeheersing Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland Frank Huizinga, woordvoerder Brandweer Nederland Lucas de Lange, Vernieuwde repressie Veiligheidsregio Haaglanden Gerard Bouwmeester, vrijwilliger Veiligheidsregio Utrecht EINDREDACTIE

Het dier was in een onbewaakt ogenblik onder de kap gekropen. De bestuurder sloeg alarm toen hij een raar geluid hoorde. Bron: Algemeen Dagblad

Wij van PS: Ingrid Spijkers, Jildou Visser e-mail: jildou@wijvanps.nl AAN DIT NUMMER WERKTEN MEE

Lucas de Lange, Ginopress, Patrick van Gerner, Regio 15, Veiligheidsregio Haaglanden, Ad Hupkes, Casper Ferwerda, Jeffrey Koper, Jolanda Haven, IFV, Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland, Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid. ONTWERP EN OPMAAK

SD Communicatie, Rotterdam DRUK

Wilco BV - Amersfoort UITGEVER

Sdu Uitgevers: Roel W. Roos Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, e-mail: r.roos@sdu.nl BLADMANAGEMENT

drs. Karel Frijters Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, e-mail: k.frijters@sdu.nl ADVERTENTIE-ACQUISITIE

Lijst van adverteerders APG Group NV 15 Falck BHV Consultancy C2 Fire Defender Systems 19 Interspiro BV 4 P2000Shop Alarmeringsystemen C4 P&G Safety 30 Raaijmakers en Zn 30 RB+ Management BV 30 S2N BV 22 Texport 19 W&G Nederland 19 SDU 27, 30, 34, 38, 42, C3

46

nummer 11 november 2016 - Sdu Uitgevers

Tarieven, reserverings- en sluitingsdata voor (combinatie)advertenties in B&B, Ambulancezorg, Brandweer-, GHOR- en Veiligheidsregio-almanak e.a. op aanvraag beschikbaar bij: I.S.-Acquisitie, tel. 06-23700323, e-mail: info@is-acquisistie.com www. is-acquisistie.com Aanlevering van advertentiemateriaal bij loap@sdu.nl SLUITINGSDATA ADVERTENTIES EN BIJSLUITERS 2016

nummer nr. 12 nr. 1/2 nr. 3 nr. 4 nr. 5

verschijning sluiting 03-12 08-11 21-01-2017 27-12-2016 04-03 07-02 01-04 07-03 06-05 11-04

Termijn van inzending:

3 weken voor verschijningsdatum ABONNEMENTEN

Opgave van abonnementen en adres-wijzigingen: Sdu Klantenservice, Postbus 20014, 2500 EA Den Haag, tel. (070) 378 98 80, fax (070) 378 97 83, e-mail: sdu@sdu.nl, www.sdu.nl/brandweer Vanwege de aard van de uitgave, gaat Sdu uit van een zakelijke overeenkomst; deze overeenkomst valt onder het algemene verbintenissenrecht. Het abonnement op Brand&Brandweer (10 nummers) kost 89 euro excl. BTW (94,34 euro incl. BTW). Deze prijs is inclusief verzendkosten. Prijs los nummer: 10 euro (incl. BTW). Een abonnement op B&B geeft tevens toegang tot B&B-digitaal, nieuwsdossiers, forum en het archief van B&B via www. brandenbrandweer.nl. Inlogcodes worden schriftelijk aan abonnees verstrekt. Prijs online-abonnement los: 74 euro excl. BTW (89,54 euro incl. BTW). Een abonnement geldt voor een jaar en wordt automatisch met een jaar verlengd, tenzij uiterlijk twee maanden voor het verstrijken van het abonnementsjaar schriftelijk wordt opgezegd bij Sdu Klantenservice (zie adres hierboven). Wilt u reageren op een artikel, of een onderwerp/artikel aandragen voor publicatie in B&B, neem dan contact op met de redactie via brand&brandweer@sdu.nl. De redactie houdt zich het recht voor artikelen in te korten dan wel journalistiek aan te passen. © Sdu Uitgevers 2016 Alle rechten voorbehouden. Alle auteurs­ rechten en databankrechten ten aanzien van deze uitgave worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze rechten berusten bij Sdu Uitgevers bv. Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen, mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Op al onze producten zijn onze leveringsvoorwaarden van toepassing. Zie hiervoor onze website www.sdu.nl Persoonsgegevens worden bewerkt voor de uitvoering van de (abonnements)overeenkomst en om u van informatie te voorzien over Sdu Uitgevers bv en andere zorgvuldig geselecteerde bedrijven. Indien u geen prijs stelt op deze informatie, kunt u dit schriftelijk melden bij Sdu Klantenservice. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden auteurs, redac­teuren en uitgever geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten of onvol­komenheden. ISSN 01656-4675

TERMIJN VAN ANNULERING:

6 weken voor verschijningsdatum

Brand&Brandweer


Toxic on Tour

50% korting voor klanten

Toxic

7 december 2016 | startlocatie: inntel hotels rotterdam

Vaar en rij met ons mee door het Rotterdamse Havengebied! Wat mag u van Toxic on Tour verwachten? > Een unieke rondleiding door het Rotterdamse Havengebied > Een update van de laatste ontwikkelingen op het gebied van chemische stoffen, procesveiligheid, explosieveiligheid en alle facetten van veiligheidscultuur en veiligheidsgedrag > Uitgebreide kans voor het delen van kennis en ervaringen met vakgenoten

Rijdt en vaart u met ons mee? Inschrijven op www.toxicontour.nl

Sponsor:


PreCom

Next Generation Pagers

Met PreCom kan eerder actie worden ondernomen, is de betrouwbaarheid van directe inzet van vrijwilligers beter gegarandeerd en wordt de efficiëntie van een alarmering verhoogd. PreCom Pager Next Generation is sneller en efficiënter én heeft meer functies dan de huidige generatie alarm ontvangers. Met een druk op de knop bevestigt de ontvanger na een alarm direct zijn beschikbaarheid. Het systeem waarschuwt bij onderbezetting en schaalt automatisch op waar nodig. Bovendien geeft PreCom een helder overzicht wie wanneer beschikbaar is. Dankzij de ingebouwde kalender met aan- en afwezigheidsfunctie kan onderbezetting tijdig worden voorkomen. PreCom als totaal oplossing heeft zich reeds over meerdere jaren succesvol bewezen.

el derde m on 2000 o C e r P P nging verva

• Realtime terugkoppelen van beschikbaarheid; • via agenda op pager beschikbaarheid opgeven; • mobiele applicaties voor Android / iPhone / Windows Phone • door een druk op de knop ad-hoc beschikbaarheid afmelden; • beschikbaarheidsinformatie op IP67 pager via PreCom berichtgeving; • LCD kazerne bezetting en opkomst display; • meldkamer applicatie; • gevanceerd beschikbaarheid systeem. Wilt u meer informatie? Kijk op onze website www.p2000shop.nl of bel 013-21 34 104. We helpen u graag.

P2000 Alarmeringsystemen B.V. De Waterlaat 15, Postbus 15, 5571MZ Bergeijk 5563ZG Westerhoven Nederland Tel : +31 13 2134104

www.p2000shop.nl E-mail: info@p2000shop.nl Fax: +31 13 7113018


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.