4 minute read

rhinopneumonie

Next Article
van de paarden

van de paarden

HET VETERINAIR ADVIES Hoe het paard beschermen tegen rhinopneumonie?

Een abortus bij de merrie is een grote ontgoocheling voor iedere fokker. Niet alleen omdat een sportieve droom aan diggelen valt, maar ook en vooral omwille van het financiële verlies en het feit dat er kostbare tijd verloren gaat. Recente uitbraken van rhinopneumonie hebben voor veel onrust gezorgd bij paardeneigenaren en uitbaters van accomodaties voor paarden. Wat is rhinopneumonie en hoe kan u uw paarden beschermen tegen dit virus ?

Advertisement

Wat is rhinopneumonie?

Rhinopneumonie is een besmettelijke infectie, veroorzaakt door het Equine Herpesvirus EHV-1 en EHV-4. Tussen de 80 tot 90% van de paarden komt vóór de leeftijd van 2 jaar al in contact met het virus! Dit zorgt ervoor dat bijna alle paarden in België drager zijn van dit virus en dit zonder symptomen te vertonen. Na infectie, blijft dit virus immers levenslang sluimerend aanwezig in het paard. Men kan dit vergelijken met het herpesvirus dat een koortslip veroorzaakt bij mensen. Als gevolg van stress of een periode van vermoeidheid (bv bij transport, zware inspanning) kan het virus gereactiveerd worden waardoor er opnieuw uitscheiding en verspreiding ervan naar andere paarden mogelijk wordt. Dit verklaart de plotselinge uitbraken en maakt de bestrijding van rhinopneumonie zeer moeilijk.

Rhinopneumonie en abortus bij merries.

Elke fokker wil graag gezonde merries en veulens die blaken van gezondheid. Maar soms gaat het mis en krijgt men te maken met een abortus bij de merrie. Met als gevolg een dood of een sterk verzwakt veulen. EHV-1 is de meest voorkomende oorzaak van een abortus bij drachtige merries. Ofwel gaat het virus over naar de placenta en komt het aldus in de bloedbaan en de organen van het ongeboren veulen terecht, dat hieraan bezwijkt. Ofwel veroorzaakt het virus de nodige schade aan de baarmoeder en de placenta, zodat deze loskomt en het veulen wordt uitgedreven. Besmette veulens kunnen ook levend geboren worden. Deze weinig levensvatbare veulens sterven meestal binnen enkele dagen door ernstige schade aan de longen en de andere organen. Meestal toont de merrie geen voorafgaande symptomen. Een abortus treedt gewoonlijk op in het 3e trimester van de dracht. De merrie kan echter al enkele dagen tot meerdere weken voordien besmet zijn. Bijvoorbeeld: een merrie wordt in de winter besmet via contact met een geïnfecteerd veulen met aandoeningen aan de luchtwegen. Deze merrie kan in de lente, dus enkele maanden later, aborteren. Haar drachtige stalgenote kan door de abortus van deze merrie ook besmet raken en enkele dagen later al aborteren. Bovendien kan een reactivatie van sluimerend virus ook steeds aan de basis liggen.

Wat zijn de symptomen van rhinopneumonie?

Hoewel de term rhinopneumonie mikt op de luchtwegen, kan deze infectie 3 types van symptomen veroorzaken. Zoals bij veel virale infecties is een verhoging van de lichaamstemperatuur (tot 41°C) een eerste alarmsignaal. De infectie van de luchtwegen lijkt erg op griep. De paarden hoesten, hebben afscheiding uit de neus, oedeem aan de benen en verminderde eetlust. De besmetting met het herpesvirus gebeurt 2-10 dagen voor het optreden van de eerste symptomen. Het zijn vooral de jonge paarden die heel uitgesproken griepachtige verschijnselen kunnen vertonen. Oudere paarden tonen minder symptomen, maar kunnen minder goed presteren. In zeldzame gevallen kan rhino ook leiden tot een aantasting van het zenuwstelsel, met ataxie (wankel lopen) en verlammingsverschijnselen tot gevolg. Deze symptomen kunnen plots optreden, zonder voorafgaande luchtwegproblemen, meestal in de tweede week na de besmetting. De symptomen ervan vallen vooral op aan de achterhand, samen met een verlamming van de blaas. Afhankelijk van de ernst van de symptomen kunnen deze paarden herstellen, in het geval van een volledige verlamming is de prognose vaak slecht. Alles moet dan in het werk gesteld worden om het paard niet te laten lijden.

Luchtwegaan doeningen Prestatie Abortus Neurologische symptomen Hoe raakt uw paard besmet?

Overdracht van EHV wordt veroorzaakt door direct contact met de neusafscheiding van een besmet paard, door indirect contact (via de mens, materiaal,…) of op korte afstand via de lucht. In het geval van abortus zijn strikte hygiënemaatregelen essentiëel: de foetus, het vruchtwater, de nageboorte en vaginale uitvloei bevatten enorm veel virus.

Stalmanagement en vaccinatie?

Goed stalmanagament is belangrijk om de verspreiding van het virus tegen te gaan. Enkele maatregelen ter preventie zijn: • Het vermijden van stress • Het onderbrengen van paarden in kleinere groepen • De isolatie van nieuwe paarden bij aankomst Geadviseerd wordt om steeds paarden in training of sportpaarden, jonge paarden en drachtige merries te scheiden van elkaar. Vaccinatie speelt een belangrijke rol bij preventie. Alhoewel vaccinatie geen 100 % bescherming biedt zal een gevaccineerd paard minder symptomen vertonen bij ziekte en ook minder virus uitscheiden naar andere paarden toe, waardoor de verspreiding van het virus vermindert. Het vaccineren van de hele stal zorgt voor een lagere infectiedruk en een nog betere controle van het virus. Vaccinatie tegen rhinopneumonie gebeurt steeds met geïnactiveerde vaccins. Dit wil zeggen dat het vaccin geen aanleiding kan geven tot abortus of zenuwstoornissen. Vaccinatie verkleint sterk het risico op abortus bij drachtige merries (tot 80%). Fokmerries worden 3x gevaccineerd tijdens de dracht. Vraag steeds advies aan uw dierenarts!

This article is from: