
4 minute read
Pulp Noir cannabis
from High Life NL 17-02
by SoftSecrets
Marihuana-smokkel in Maastricht
Door: Rob Tuinstra
Is er echte Nederlandse pulp zoals de oude Amerikaanse misdaadromans over het duivelskruid cannabis in Nederland? Een zoektocht levert in eerste instantie niets op. Wat we wel hebben is Marihuanasmokkel in Maastricht, een boek van Jan de Winter dat in 1972 verscheen. Het is net zo hilarisch als die oude paperbacks uit de USA.
Jan de Winter, werkzaam bij de KLM, schreef in zijn vrije tijd een enorme stapel boeken, deels jeugdliteratuur, waarvan de titels altijd alliteraties waren, zoals Marihuana-smokkel in Maastricht, Hellekermis in Helmond of Schaduw over Scheveningen. Wat de boeken gemeen hebben met de Amerikaanse pulpromans is de cover; die is erg geïnspireerd op de illustere voorgangers aan de andere zijde van de Atlantische Oceaan.
Verdiende loon
Marihuana-smokkel in Maastricht (verschenen bij De Eekhoorn) is een van de jeugdboeken die De Winter schreef. Hoofdpersoon is de scholier Fons Verdam. Hij vertelt privé-detective Paul Nijst, die ooit hoofdinspecteur bij de politie Maastricht was, dat er op zijn school ‘marihuana-sigaretten’ worden gerookt. Nijst ‘verafschuwt de handel in verdovende middelen, en als hij hoort dat er jonge mensen bij betrokken zijn, wordt hij erg fel.’ Wat volgt is een oud-Hollandsch avontuur, waarbij aan het eind onze held Fons natuurlijk aan het langste eind trekt, en de smokkelaars hun verdiende loon krijgen.
Marihuana!
Wie was Jan de Winter? Zijn volledige naam was Jan Johannes Gerrit de Winter (1900 – 1992). Hij schreef minstens 60 tot 70 boeken, vooral misdaadromans en westerns, maar dus ook een kleinere serie jeugdboeken. Zijn westerns schreef hij onder de pseudoniemen Peter Harris en Jack Donald Williams. Interessant is dat hij naast de hier genoemde jeugdroman Marihuanasmokkel in Maastricht in 1954 het boek Marihuana! schreef, dat in de S.O.S. reeks verscheen. Dit was het derde deel in zijn oorspronkelijke serie over hoofdinspecteur Paul Nijst. Meer informatie over deze uitgave is echter niet te vinden.
Formuleschrijver
Of het veel soeps is geweest? Lastig, als je het boek niet kent. Thrillerkenner en schrijver Rinus Ferdinanudusse schreef in Vrij Nederland ooit het volgende over Jan de Winter: ‘In 1952 startte nog een formuleschrijver: Jan de Winter, die tot ver in de jaren zestig de avonturen van een Limburgse politieman, inspecteur Paul Nijst, boekstaafde. Hoe jongensboekachtig-sensationeel dat gebeurde is al aan de titels te zien: Rumour in Rotterdam, Bravour in Brazilië, Hellekermis in Helmond en Gruwel in Gouda. Het was heel érg toen wat die misdadigers allemaal in hun schild voerden.’ In dat artikel plaatst hij een mooi citaat van schrijver Joop van den Broek (Parels voor Nadia), die ooit zei: “De meeste Nederlandse detectives ruiken vanzelf naar spruitjes, zoals de Amerikaanse pockets vanzelf ruiken naar bloed en sperma.”
Een ‘duivelse drug’
Door: Rob Tuinstra
In Highlife las je al regelmatig over oude Amerikaanse films als Devil’s Harvest en Reefer Madness, waarin marihuana als een ‘duivelse drug’ wordt voorgesteld. Maar ook in oude Amerikaanse misdaadromans vind je dergelijke voorbeelden. We noemen hier een aantal. En bekijk ook de covers goed.
Een Franse uitgave
Marijuana
Cannabis was in de ogen van velen in de VS een levensgevaarlijke drug. Dat kwam natuurlijk vooral omdat de overheid en de FBI, onder leiding van Harry J. Anslinger, een compromisloze oorlog tegen cannabis voerde. En het onderwerp werd dankbaar gebruikt door pulpschrijvers die jaarlijks wel twee of drie dime novels afleverden, waarin marihuana regelmatig werd opgevoerd. Eén van de meest bekende boeken was Marijuana van William Irish, een pseudoniem voor Cornell Woolrich, dat voor 10 dollarcent werd verkocht. In deze vroege pulp uit 1941 transformeert de hoofdpersoon onder invloed van cannabis in een kille moordenaar. Marihuana verandert normale mensen in moordenaars, dat was de boodschap.
The Marijuana Mob
James Chadley Chase was een topper in de hard boiled misdaadliteratuur. Hoewel hij in Groot-Brittannië woonde, speelden zijn bijna honderd boeken zich vooral af in het Amerikaanse gangstermilieu. The Marijuana Mob (1952) voldoet aan alle kenmerken van de pulp noir criteria; een heldhaftige privé-detective weet een onschuldige voluptueuze blondine uit de handen van meedogenloze misdadigers te redden. Uiteraard gebruiken die criminelen de ‘devil’s weed marijuana’ voor hun snode plannen: ‘She was in one of those soft, clingy blue nightgowns. I walked towards her and took her hand. It was cold and the room stank from marijuana smoke!’ En: ‘He came in quietly, cautiously and there was a faded, fixed smile on his dead white face. His drugged, enlarged pupils gave him a blind look. In his right hand he carried a vicious blade!!!’
Marijuana Girl
Het boek Marijuana Girl van N.R. DeMexico uit 1951 is een uitzondering in het genre. De schrijver is minder negatief over cannabis dan zijn meeste tijdgenoten. Het boek gaat over ene Joyce Taylor die van school wordt gestuurd. Als serveerster maakt ze kennis met de wereld van de jazz, en voor ze het weet heeft ze wat van die ‘sweet, sweet smoke’ geïnhaleerd. Uiteraard was de auteursnaam een pseudoniem. Later werd onthuld dat het om Robert Campbell Bragg ging. Het cult boek werd in 2008 opnieuw uitgebracht door CreateSpace Independent Publishing Platform.