3 minute read

Archief Well

Oorlogsmonument eindelijk officieel onthuld.

Op zaterdag 9 april werd het oorlogsmonument voor Wellse oorlogsslachtoffers door Burgemeester Manon Pelzer en wethouder Claudia Ponjee officieel onthuld. (Zie foto) De ceremonie bij het historische kerkhof aan de Maas werd voorafgegaan door een bijzonder concert van het Stemmenorkest Well ‘de Kracht van een Lied’ in de Wellse parochiekerk.

Advertisement

Tijdens de Japanse bezetting van het toenmalige Nederlands-Indië waren ruim honderdduizend niet Aziatische vrouwen in kampen geïnterneerd. Veel van die vrouwen, die de ontberingen van het kamp overleefden, hebben een blijvende herinnering aan de rol die muziek en zang speelden in hun strijd om te kunnen overleven. Er werd een koor samengesteld dat zingend, maar zonder woorden, klassieke muziek ten gehore bracht.

De arrangementen overleefden de oorlog en worden nu nog steeds uitgevoerd. Het Stemmenorkest Well is een van de koren die dit concert regelmatig ten gehore brengt. Zo ook nu ter gelegenheid van het verlate ‘75 jaar vrijheid, vieren en herdenken’ in Well. Tijdens het drukbezochte concert werden de Wellse oorlogsslachtoffers in het bijzijn van vele nabestaanden en familieleden, op een passende en ontroerende manier herdacht. Na het concert liepen genodigden en belangstellenden onder begeleiding van het Sint Antoniusgilde naar de locatie waar de onthullingsceremonie plaatsvond. Er staat nu een monument in Well, een blijvende herinnering aan die ellendige periode. Op de gedenkplaat staan de zestien namen van slachtoffers. Zes personen kwamen om tijdens de oorlog door geallieerde bombardementen op Well. De bombardementen duurden van 12 oktober 1944 tot begin 1945, de zgn. granatenperiode die veel schade en verwoesting veroorzaakte aan gebouwen, de kerk en de molen. Vijf personen, waaronder twee keer twee broertjes in de leeftijd van vijf tot tien jaar, stierven na de oorlog tijdens het spelen en opruimen van landmijnen en munitie. Ook vier Wellse militairen die in voormalig Nederlands-Indië tijdens de Japanse bezetting in de oorlogsperiode het leven lieten kregen een plek op de gedenkplaat.

Een krantenbericht van eind juni 1945 stond iets verschrikkelijks vermeldt:

‘Vier kinderen slachtoffer van een mijn’.

- Bij hun spel in een wei, achter een boerderij te Well, brachten kinderen een mijn tot ontploffing. Met het noodlottig gevolg dat drie hunner op slag werden gedood en een vierde na korte tijd aan zijn zware verwondingen is bezweken. Twee families zijn in rouw gedompeld door het verlies van twee jongens ieder. Vier jonge kinderen vielen op die dag 25 juni 1945 met één klap uit ons midden weg: Harrie (6) en Pietje (10) Deckers en Albert (6) en Sraarke (5) Thijssen.-

Immens verdriet bij de twee gezinnen in het Knikkerdorp. Het hele dorp was in rouw gedompeld. Enkele dagen later gingen de twee buurjongetjes Giel en Sjef Verrijdt afscheid nemen van hun vriendjes. Hun leven lang vergeten ze de kistjes niet meer die elk op twee keukenstoelen stonden. Het was een verschrikkelijke ervaring. Op 27 juni kwam bisschop Lemmens naar Well om zijn medeleven te betonen en hij probeerde de beide gezinnen te troosten. Op 16 augustus overleed de eenentwintigjarige Grad Eickmans die de dood vond in het Wellsmeer bij het opruimen van oorlogsmateriaal. Waarschijnlijk ontplofte er een handgranaat. Een andere wrede gebeurtenis had plaats aan het andere eind van de wereld in voormalig Nederlands-Indië. KNIL militair Jan Mercus, die in 1938 voor vijf jaar had getekend, was krijgsgevangen genomen en in een Jappenkamp geplaatst. In de nacht van 21 april 1942 verdwenen vijf gevangenen. De volgende dag bleek dat drie mannen waren gegrepen, waaronder Jan. Ten overstaan van honderden krijgsgevangenen werden ze met een bajonet gedood. Medegevangene Joop Verbaarschott was ooggetuige van de moord op Jan Mercus en schreef zijn ervaring op. Een andere medegevangene en ooggetuige was Charles Burki. Hij was tekenaar en heeft in het geheim, op straffe van de dood, honderden situaties uit de kampen geschetst. Dankzij Burki is er een beeld van het drama op 22 april 1942.

Rechts Hendrik Karssen, midden Andries Hielkema en links Jan Mercus. Dat is in 1979 door Burki bevestigd.

This article is from: