72
STAD
Strategie bij het stadsontwerp
STADSDEEL
Amsterdam
Zeeburg (exc. water)
FSi = 0,2
FSi= 0,3
(BVO/grondgebied in km = 4,3/ 219) WIJK
BUURT
Oostelijk havengebied
Borneo eiland
FSi = 0,7
FSi = 1,5
BOUWBLOK
KAVEL
bouwblok
kavel
FSi = 2,1
FSi = 2,1
Dichtheden met een Fsi van bijvoorbeeld 2, zoals in historische stadsweefsels, zijn zowel te bereiken met een bebouwingsper centage van circa 50% in 4 lagen (4x0,5=2), als met moderne licht en luchtstapelingen in 16 lagen en 12,5% bebouwings percentage (16x0,125=2), het uiteindelijk resultaat is zeer verschillend van sfeer. FSi Floor Space index: Bruto vloeroppervlak/ plangebied. De FSi definieert de intensiteit van de bebouwing binnen een gebied. GSi Ground Space index: Bebouwd oppervlak / plangebied. De GSi definieert de compactheid van de bebouwing binnen een gebied. L: Aantal bouwlagen
3 Goed gebruik van de ruimte op elke schaal Het is zaak om op alle schaalniveaus bewust om te gaan met de hoeveelheid ruimte die het te bou wen programma in beslag neemt. Bebouwingsdichtheid ontstaat door het koppelen van bebouwingspercentage (bouwvlak/ footprint) en stapelen. Het tegelijkertijd en bewust inzetten van deze twee strategieën (zoals bij toerental en versnelling) levert het grootste rendement. Voor het realiseren van stedelijke dichtheid kun nen verschillende strategieën worden ingezet. Zo kunnen de vierkante meters uit te geven grond worden vergroot. Het is daarbij van belang ran den, straten en pleinen in het plan compact van maatvoering te maken. Met beperkte maar strate gische collectieve ruimte blijft er binnen de bouw velden veel kaveloppervlak en relatief meer geld over voor een hoogwaardiger afwerking van dat maaiveld. Een andere strategie is om hoog in te zetten op het bebouwingspercentage, oftewel houd de kavels klein ten opzichte van de footprint.