4 minute read

The New Gospel

© NOISE Film

DE VELE LAGEN IN DE NIEUWSTE OPENBARING VAN MILO RAU

Advertisement

Van wie is de aarde? Van de mensen die haar bewerken of van de mensen die haar als hun eigendom beschouwen? Van de zee die haar opslorpt of vrijgeeft? Van de bomen en planten die haar sieren? Misschien is de aarde enkel eigendom van de lagen waaruit ze bestaat. Van het gesteente dat haar stevigheid biedt, haar gloeiende kern en de schokken die haar dooreenschudden. Of ze behoort toe aan de tijd. Aan die duizenden, miljarden jaren dat ze bestaat. Aan de energie en krachten waarmee ze onophoudelijk rond haar as en om de zon draait. Maar zelfs al is de planeet niet van ons, ze bestaat om zich, weliswaar tijdelijk, te schenken. Dat is een van haar bekwaamheden. Ze scheurt, ze spuwt, ze beeft, ze draagt en schenkt bloesem. In cycli koelt ze af en warmt ze weer op, ze verzandt, ze vervormt, ze verkleurt groen, geel, bruin en soms rood. En met al die transformaties vormt ze sinds millennia het strijdtoneel van menselijke belangen.

Jean-Pierre Vanhee

The New Gospel vertelt het verhaal van een gebied in de laars van Italië, de Basilicata, rond de stad Matera. Het is een verbluffend ruwe maar bloedmooie streek. Zo mooi dat ze door de legendarische Pier Paolo Pasolini als de beste bijbelse filmlocatie ter wereld werd bestempeld — en Mel Gibson gaf hem gelijk. Vandaag is Basilicata tevens de locatie van een van die afschuwelijke kampen voor vluchtelingen: Felandina in Metaponto di Bernalda. Dat is waarom ook Milo Rau hier de setting vond voor zijn artistiek, sociaal, politiek en ecologisch drama. Met vluchtelingen en locals, moslims en katholieken, mensen mét en zonder papieren. Het werd opnieuw een Jezusfilm.

Naar verluidt gebeurde dat niet voetstoots. De regisseur aarzelde. Het idee wenkte maar hij liet het niet meteen toe. De zoveelste processie van de man met het kruis in dat deel van Italië ... Kon zo een idee wel waar maken wat het belooft? Zijn aarzeling deed hem gaandeweg het project heroverwegen en uiteindelijk herschrijven. Zoals je een bestaand doek blijft overschilderen of aan een melodielijn noten en wendingen toevoegt. Het resultaat is een film met meerdere verhaallijnen die door elkaar lopen, zoals de verschillende lagen van de aarde zelf.

De Christus van dienst is een zwarte moslim

Jezus wordt gespeeld door de Kameroense activist Yvan Sagnet en niet door een vrouw wat misschien te veel stof had doen opwaaien. Hij komt al jaren op voor de rechten van de landarbeiders in Italië. Slaven zijn het. Ze verdienen vijf euro per uur terwijl ze in een ruïne verblijven waar de politie ze weer uitzet wanneer de plaatselijke vruchten geoogst zijn. De plaatselijke Pilatus wast zijn handen in onschuld terwijl de donkere seizoenarbeider op zoek is naar een rechtvaardiger lot. Dat Sagnet een moslim is, staat een steengoede vertolking van de Christusrol niet in de weg. Van de vierhonderdvijftigduizend seizoenarbeiders in Italië zijn er in Matera minstens twaalf rebel geworden. Ze stichtten hun eigen land- en tuinbouwbedrijf en kwamen zo in opstand tegen een politiek die enkel wegkeek. Appelsienen, citroenen, tomaten, olijven en vijgen: dat zijn de vruchten van de aarde, de zon en hun vele uren werk in eigen beheer. De Rivolta della dignita of de Opstand van de Waardigheid heeft echt effect. Zo zijn er houses of dignity gekomen waar de figuranten zelfvoorzienend wonen en werken. Eén bedrijf verkoopt tomatensaus onder het motto ‘gemaakt zonder maffia’. Hoe waardigheid een logo wordt. Van wie is het land? Ook van hen dus.

De verhaallijnen van vluchtelingen, plaatselijke boeren, notabelen en politie, acteurs en crewleden vormen een overtuigende film

‘Werk traag’ is hun adagium, een variatie op ‘festina lente’. Ook de film haast zich maar langzaam vooruit. De Christus van dienst is een zwarte moslim. De optocht door de straten is een langgerekt moment van medeleven. Het lijden is universeel. Het onderscheidt mensen van robotten en avatars. Ook al is het verhaal verzonnen, zowel toen als nu, het wil ontroeren. Het komt in fijne laagjes tot stand. Lijzig maar niet loom vormen de verhaallijnen van vluchtelingen, plaatselijke boeren, notabelen en politie, acteurs en crewleden een overtuigende film. Rau weet hoe je sequenties ineenvlecht, zodat de film niet uit elkaar valt.

Maar wat is nu de blijde boodschap? Dat het lijden van revolutionairen helpt voor de naleving van mensenrechten? Dat dapperheid (soms) beloond wordt? Of wil de film zelf bijdragen tot een beter lot voor de seizoenarbeiders? Ongetwijfeld. De aarzeling van de scenarist was in ieder geval de voorzet voor een hybride, sociaal-politiek geëngageerd project. Het is zoals met de Bijbel: je haalt eruit wat je erin wil lezen. Dat oude en nieuwe tijden veel van elkaar kunnen leren. Dat identiteit geen kwestie is van kleur en herkomst, maar wel van je houding ten opzichte van de wet. Dat het leven niet rechtvaardig is maar evenmin gedetermineerd. En in een zeldzaam geval komen dreigement en belofte, geluk en verschrikking, trauma en herstel als bij toeval historisch dicht bij elkaar. Om dat te beseffen heb je de Bijbel niet vandoen, integendeel.

© www.ntgent.be

The New Gospel van Milo Rau, met Yvan Sagnet, Papa Latyr Faye, Samuel Jacobs, Yussif Bamba, Jeremiah Akhere Ogbeide, Mbaye Ndiaye, Duitsland - Zwitserland - Italië, 2020, 1u47m. De film is te downloaden via Cinema bij je thuis, Sooner en Zed.

This article is from: