5 minute read

Wat vindt u?

is dE AuTEuRswET wEL uP-To-dATE?

Is de Auteurswet nog wel afgestemd op het moderne informatietijdperk? ‘Verveelvoudigen en openbaar maken’ is nog maar een kwestie van een muisklik. Staat het auteursrecht de vrijheid van informatie en creatie in de weg? Of valt dat allemaal wel mee? Beeldmakers en –gebruikers geven hun mening.

Advertisement

Rudolf van Wezel uitgever BIS Publishers

“Uitgevers exploiteren het werk van auteurs, en daar hoort bij dat de auteurs – dus ook de beeldmakers – daarvan profiteren. Met dat basisprincipe ben ik het helemaal eens. Alleen is het praktisch gezien soms ondoenlijk om alle rechten goed te regelen. We leven in een cultuur van hergebruik en remixen, ik krijg regelmatig voorstellen voor boeken boordevol beelden van over de hele wereld. Vaak heel interessante projecten, maar het is dan niet te doen om alle makers te achterhalen en bereiken. En dan kunnen achteraf uit onverwachte hoek fikse claims komen. Daarnaast is er ook het financiële aspect. Ik zou beeldmakers graag als auteurs willen behandelen conform het standaard contract van de Uitgeversbond. Maar als je de vergoedingen per afbeelding in zo’n verzamelwerk bij elkaar optelt, wordt dat al snel het tienvoudige van de geldende tarieven voor de auteur of samensteller van een boek. Een bedrag dat niet meer in verhouding staat tot de economie van een boek. Soms vormen de auteursrechten dus zo’n obstakel dat ik afzie van publicatie. De Auteurswet is niet afgestemd op het maken van boeken met honderden beelden van verschillende makers.Er zijn wel meer dingen waarover ik me kan verbazen. Ik heb ooit een monografie van een ontwerper uitgegeven waarin een afbeelding stond van een fotokalender waarvoor de ontwerper de typografie had verzorgd. Op die afbeelding was ook een foto zichtbaar. Twintig jaar na dato moest ik een schikking treffen met de fotograaf. De ontwerper had hem niet om toestemming gevraagd voor het plaatsen van de afbeelding. Dat vond ik wel wat ver gaan.”

Paul Keller projectleider Creative Commons Nederland

“Toen de Auteurswet in elkaar werd gezet, bestond de radio nog niet eens. Het openbaar maken van auteursrechtelijk werk was voorbehouden aan een vrij selecte groep professionals. Maar in de afgelopen 25 jaar is dat zó drastisch veranderd, dat de wet niet meer van deze tijd is. Met de intrede van het internet is het verspreiden en openbaar maken van beeldmateriaal ineens iets heel anders geworden.

Met een muisklik op een website kun je een foto of videoclipje aan je oma in Zuid- Afrika laten zien. Een vorm van niet-commercieel gebruik, dat zomaar wel als commercieel gebruik gezien kan worden. De wet gaat daarin veel te ver: hij beschermt transacties die niet beschermd hoeven te worden. Voor mijn foto’s op flickr.com heb ik bijvoorbeeld geen auteursrechtelijke bescherming nodig, maar de Auteurswet dringt je die bijna op. Vanuit die gedachte is in 2003 het initiatief Creative Commons opgezet, waarbij je de situatie omdraait. In plaats van alle gebruikers te verplichten om toestemming te vragen aan de maker, kan de laatste ook van tevoren toestemming geven voor vrij gebruik door anderen, mits je zijn naam vermeldt. We stellen goed uitgewerkte, gestandaardiseerde licenties ter beschikking voor degenen die hun werk kosteloos willen delen met anderen en het zo toevoegen aan de commons. Dat maakt hergebruik makkelijker en stimuleert nieuwe creaties en innovaties. Zie de commons als een poel vol culturele goederen waar iedereen in mag vissen mits hij of zij zich aan een aantal basisregels houdt. Creative Commons is in eerste instantie dus niet bedoeld voor professionals die van hun creatieve werk moeten leven. Toch zouden zij er ook voor kunnen kiezen bepaalde werken vrij te laten circuleren bij wijze van free publicity. Wij zien de CC-licenties als een alternatief bínnen het auteursrecht en niet vóór het auteursrecht.”

Peter van Beek fotograaf

“Ik snap wel dat het een beetje krom lijkt. Als ik een foto maak voor De Telegraaf, krijg ik daarvoor betaald. Als De Volkskrant hem vervolgens ook wil plaatsen, moeten ze hem bij Hollandse Hoogte kopen en dan krijg ik er nog een keer iets voor betaald. Uiteindelijk is het niet krom, want De Volkskrant wordt er ook beter van. En dan is het logisch dat ik daar een deel van meepik, want het is mijn foto. Wie verdient aan mijn werk, zal mij ook iets moeten betalen. Je moet sowieso toestemming aan me vragen, want ik heb ook nog eens te maken met de mensen die op die foto staan afgebeeld. Als ik voor het blad PSY een foto maak van een psychiatrische patiënt, kan ik me zo voorstellen dat die patiënt of zijn familie er niet op zit te wachten dat die foto ook wordt gebruikt voor de cover van een reader op de universiteit. Bij fotografie is het eigenlijk nog heel simpel en direct, het is mijn foto, dus je vraagt mij om toestemming. Bij muziek is dat al veel ondoorzichtiger. Ik zou liever rechtstreeks aan Bono van U2 betalen dan aan al die organisaties die daartussen zitten.”

sOMs VORMEN DE AUTEURsREcHTEN ZO,N OBsTAKEL DAT IK AfZIE VAN PUBLIcATIE

wAT VINDT U?

Lotti Heyboer weduwe van Anton Heyboer

“Je kunt zeggen dat dit de tijd is van vrij informatieverkeer, maar onder dat mom wordt wel heel veel gestolen. Je kunt de maker toch gewoon om toestemming vragen? Ik snap dat met name op internet de verleiding groot is om even een plaatje te gebruiken, maar het blijft een vorm van inpikken. Ik vind dat degene die de tijd en moeite heeft genomen om iets te maken, daar zeggenschap over moet houden. We vragen vaak helemaal geen vergoeding voor het werk van Anton, omdat het ook een beetje reclame is als het ergens in komt te staan. Sinds een maand zijn we lid van Pictoright. Ik hoop dat mensen die het werk willen gebruiken op een manier die ook voor ons positief werkt, toestemming aan ons vragen. Anders krijgen ze dus een rekening van Pictoright. Zomaar gebruiken hoort niet. Misschien dat Pictoright ook iets kan doen aan alle vervalsingen die in omloop zijn. Er worden aan de lopende band vervalsingen gemaakt en te koop aangeboden als echte Heyboers. Heel veel mensen worden hierdoor gedupeerd.”

Systeem met figuren

© Anton Heyboer

This article is from: