johan venema < 89
eigen zaak interview
als jonge jongen begreep ik al snel dat je moest specialiseren om zeker te zijn van werk waar je achter kunt staan, van een goede boterham en van plezier in je leven
▷ ik zou willen.” Johan Venema ontvouwt
zijn filosofie. “ De waardering voor onroerend goed is niet zoals ik die graag zou zien. Wie dieper nadenkt laat een mooi oud pand niet zomaar zandstralen om het als nieuw te laten overkomen. Dan kun je beter overwegen om in een nieuwbouw wijk te gaan wonen. Zandstralen doe je zeker niet als je je bewust bent van de vele mogelijkheden om een pand er goed uit te laten zien en tegelijk bij te dragen aan de waarde. Dat vergt wel tact en geduld om de klant te vertellen hoe het ook kan. Ik durf te stellen dat er veel mensen zijn die dat gevoel voor smaak niet delen.” Johan Venema waarschuwt: “Een pand dat onoordeelkundig gezandstraald is, een cementvoeg krijgt en daarna - nog slechter wordt geïmpregneerd, loopt een gerede kans over een jaar of tien te gaan ‘schollen’. De toplaag laat los van de ondergrond. Dan is de schade niet te overzien. Ik vecht al jaren om dit in de branche duidelijk te maken.”
Opbouwen
Bouwen zit Johan Venema op een of andere manier in de genen. Zijn vader verliet een betrekkelijk veilige baan in loondienst om in 1972 toch aan die passie voor het gevelrestauratiebedrijf toe te geven. “Als jonge jongen begreep ik begin jaren ‘80 al snel dat je moest specialiseren om zeker te zijn van werk waar je achter kunt staan, van een goede boterham en van plezier in je leven. Dat is in de loop van de jaren ook wel gebleken. Specialiseren en diepgaande kennis van zaken zijn de kern van het huidige bedrijf. Je moet wel weten wat je doet en dat komt tot uiting in het Rijksmuseum. Daar hebben we geen gram cement gebruikt, maar wel 30 ton aan kalkmortel.” Venema verklaart dat: “ Net als bij computers moet je kijken of zaken ‘compatible’ zijn. Is dat niet het geval, dan bak je als het ware materiaalproblemen in, die je vroeger of later opbreken.”
Tijd
Hoe kijkt Johan Venema naar de toekomst? “De markt voor het restylen, opwaarderen, terugbrengen in de oude staat zal naar mijn oordeel alleen maar groeien. Er komt dus, ondanks de huidige periode van recessie, steeds meer werk voor specialisten. Vakmanschap zal steeds meer worden gevraagd en dat blijft ook het kenmerk van ons werk. Tegelijkertijd hoop ik in Apeldoorn daadwerkelijk iets bij te kunnen dragen om al het moois dat er nog is, zo goed mogelijk te helpen beschermen tegen zowel
onoordeelkundige aanpassingen als waardevermindering door het toepassen van minder geschikte renovatie- en restauratiemethoden. Gelukkig zijn er goede contacten met de gemeente en wordt er daar goed over nagedacht. In het verleden is de wijk De Parken meerdere malen verkozen als prettigste en mooiste wijk om te wonen. Laten wij deze als restaurateurs met respect behandelen. Dan behoudt het erfgoed de plaats die het naar mijn idee verdient.”
■