De Boomklever Juni 2002

Page 4

Buiten gekeken

Hoogdagen op de fjäll Gisteravond om 19u00 ben ik hier aangekomen, aan de Gasenstuga. De laat­ ste 5 kilometer gingen gezapig omhoog en bij elk nieuw tussenhellingkje dacht ik opnieuw: Nu moet ik er zijn". De laatste kilometers duren langer dan je denkt " maar nu is de hut toch in zicht. Ze zit in een U-dal en met de verrekijker zie ik andere wandelaars op het terras naar mij wijzen. Vermits het doel nu toch binnen voetbereik is, kijk ik nog even naar een goudplevier die naast het pad alarmeert. Telkens dribbelt hij parmantig naar een iets hoger liggende veen­ bult om vandaar zijn ongenoegen over mijn passage te uiten. Een heftig alarm " kan je zijn "tuuu niet noemen, meer een melancholisch protest alsof de vogel teleurgesteld is dat je hem komt storen op zijn eenzaam broedplekje. Gelukkig baadt zijn broedplaats wel onder een weldoende zon die eigenlijk de hele dag tot een summum van wandelplezier maakte. Een zalige 20°, een indrukwekkend landschap en -vooral- géén muggen. Wat kan de Scandinavi­ sche fjäll mooi zijn ! Deze dag veegde in één klap ook de sombere afgelopen 2 dagen weg met

48 uur ononderbroken regen die ik in het dal heb doorgebracht . Mijn pogin­ gen om interessant gevogelte te zien vielen, ondanks het afschuwelijke hoe­ veelheden hemelwater, best mee. Maar toch, als je urenlang door een veen rondploetert waarbij ook het pad veranderd is in een volgezogen spons, wor­ den vogels plots minder belangrijk. Ook 's avonds blijft het weer kalm en mooi. Terwijl ik mijn avondeten nuttig lopen plots enkele Zweden naar het raam. Hun ( en even later ook de mijne) interesse blijkt gewekt door een rendier met jong dat op zo n 30 meter van de •

hut staat te grazen.

Sommige "Scandinavofielen" vinden rendieren maar

stomme beesten, maar ik vind ze geweldig. Allereerst zijn ze veel kleiner dan je zou verwachten voor een

hert". Hun oogopslag heeft ook iets aandoenlijk, " broos bijna. Het geklikklak van hun brede 11sneeuwschoen"hoeven als ze over een rotsig stuk lopen is voor mij één van de meest typische noordelijke gelui­ den. Dat ze niet écht wild zijn maar gedomesticeerd en dus eigenlijk vrij loslo­ pende huisdieren laat me steenkoud want ze passen wonderwel in deze mini­ male bergwoestenij. Je ziet het er niet aan maar het moeten ongelooflijk taaie dieren zijn. Als je hier de winterse halfschemer, bij temperaturen die ver onder O duiken, kan overleven op een dieet van onder de sneeuw uitgekrabde korst­ mossen moét je wel van goeden huize komen. 's Morgens hangen mist en laaghangende wolken tussen de omringende berg­ hellingen maar de vrouw die de hut uitbaat is er vrij gerust in dat het gaat uitklaren. De andere trekkers verdwijnen de een na de ander gepakt en ge­ zakt naar hun volgende bestemming maar ik besluit nog even de hellingen boven de hut te verkennen vooraleer ook op weg te gaan. Grote en kleine rotsblokken liggen hier her en der verspreid. Steengruis, natte rotsen, een plek

26


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.