Magazine Arnhem-de Liemers editie 4 2023

ARNHEM - DE LIEMERS

aa rs

ak el

ijf

ODRA: Nieuwe Omgevingswet maakt het makkelijker, sneller en overzichtelijker voor ondernemers

Rondetafelgesprek: Leven lang ontwikkelen: samenwerken, van push naar pull, Gen Z

The Economic Board: Arbeidsmarktkrapte vraagt om onorthodoxe benadering

Nieuwe CEO van DACON gaat sterk fundament uitbouwen

KOM BIJ NETWERKEN MET EEN CULTUREEL TINTJE

DeCultuurclub is de businessclub van Musis & Stadstheater Arnhem. Een groeiende club van enthousiaste ondernemers uit de regio Arnhem. Zij ontmoeten elkaar tenminste acht keer per jaar voor een inspirerende netwerkbijeenkomst met een cultureel tintje. Met een lidmaatschap van DeCultuurclub ga je waardevolle connecties aan. Je draagt bij aan het verrijken van het culturele aanbod in de stad en steunt onze maatschappelijke projecten. Word lid en geef jouw bedrijf het podium wat het verdient! Bel of mail ons voor meer informatie of kom vrijblijvend met ons kennismaken.

026 - 372 07 10 decultuurclub@musisenstadstheater.nl musisenstadstheater.nl/zakelijk MUSIS, ONDERNEMENDER DAN OOIT!

INHOUD ARBEIDSMARKT

TAFELGESPREK

OMGEVINGSWET

ARBEIDSMARKTKRAPTE VRAAGT OM ONORTHODOXE BENADERING

LEVEN LANG ONTWIKKELEN: SAMENWERKEN, VAN PUSH NAAR PULL, GEN Z

De regio Arnhem – Nijmegen staat (net als de rest van Nederland) voor enorme opgaven rond klimaatadaptatie, de energietransitie, woningbouw, zorg en het brede dossier over de water-, lucht, en bodemkwaliteit. De krappe arbeidsmarkt remt een voortvarende aanpak. Waar liggen oplossingen?

Lifeport is het innovatienetwerk rond Arnhem, Nijmegen en Wageningen van ondernemers, opleiders en overheden en is gespecialiseerd in Health, Hightech, Food en Energy. Hoewel de meeste betrokken partijen wel weten dat in de regio Arnhem veel bedrijven actief zijn op energiegebied, landelijk staat het nog niet op de kaart.

NIEUWE OMGEVINGSWET MAAKT HET MAKKELIJKER, SNELLER EN OVERZICHTELIJKER VOOR ONDERNEMERS

LEES VERDER OP PAGINA 18

COVERINTERVIEW

Na jarenlange voorbereiding treedt de nieuwe Omgevingswet in werking. Het idee achter de wet is dat de leefomgeving beter beschermd wordt en dus staat de gezondheid van mens en milieu centraal. Het heeft belangrijke gevolgen voor ondernemers die nieuwe plannen ontwikkelen.

LEES VERDER OP PAGINA 20

LEES VERDER OP PAGINA 26

NIEUWE CEO VAN DACON GAAT STERK FUNDAMENT UITBOUWEN Een jaar geleden trok DACON in het totaal gerenoveerde en levendige Landmark Arnhem. Sindsdien is de ICT dienstverlener doorgegroeid en heeft Eric Gräve, voormalig directeur Microsoft West-Europa, sinds 1 september de dagelijkse leiding. Wat is zijn visie op Dacon?

LEES VERDER OP PAGINA 8

OPLEIDINGEN WENDBARE EN REFLECTIEVE PROFESSIONALS OPLEIDEN Een optimale match tussen arbeidsmarkt en opleidingen, waarbij er alle ruimte is voor scholing en loopbaanontwikkeling om continu in te spelen op veranderingen. Het is de ultieme wens van opleiders en werkgevers. Maar hoe organiseer en realiseer je die? Koersbeeld 2022 – 2028 van de HAN geeft richting: door het inbouwen van flexibiliteit en adaptief vermogen in het opleidingscurriculum.

LEES VERDER OP PAGINA 24

EN VERDER... 4

“Meer fiets, ov en elektrische deelauto’s”

Colofon

De Wind in de rug voor onze jongeren

Samenwerken aan een inclusieve arbeidsmarkt

6 Van boomers tot Gen Z: Circulaire innovatie en levenslang leren 7

Verbonden met de regio

7 Bouwen aan een wijk waar wonen en zorg samenkomen 10 Verschilmakers zetten je aan!

11 Teijin Aramid zet leren centraal

31 Waarderend Faciliteren

12 Verstevig vitaliteit op de werkvloer met HAN

32 Wat is uw bedrijf waard?

Health Campus 14 ROC Rijn IJssel keuzedeel Ervaringsdeskundigheid: 16 Arnhem: gastvrij voor inwoners, bezoekers én ondernemers

33 Winford College ziet leerlingen als actieve wereldburgers 34 “Olympia: Waar Werk Voldoening Vindt” 34 Leven Lang Ontwikkelen: mede mogelijk gemaakt dankzij schoonvader

28 Veni, Vidi, Vici voor meegroeifiets Vici 28 Derksen Verhuizingen 125 jaar! 29 Wetswijzigingen in 2024 die van invloed zijn op uw personeelsbeleid

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

MOBILITEIT

MOBILITEITSMAKELAAR OSCAR ROELOFS HELPT ONDERNEMERS IN DE REGIO ARNHEM SLIM EN SCHOON OP WEG

“ Meer fiets, ov en elektrische deelauto’s” Een mobiliteitsmakelaar zet zich in voor de bereikbaarheid in de regio. Hij gaat met organisaties in gesprek over hun mobiliteitsbeleid en helpt werkgevers op weg om hun medewerkers duurzamer te laten reizen van en naar het werk. Mobiliteitsmakelaar Oscar Roelofs is werkzaam in de regio Arnhem en de A12-corridor, waar ook de Liemers onder valt.

“Als mobiliteitsmakelaar ben ik er voor alle werkgevers in de regio, van klein tot groot, van ondernemer tot overheidsinstelling en van buitengebied tot hartje centrum. Ik neem werkgevers mee in het belang van anders reizen en duurzame mobiliteit en bekijk hoe we daar met elkaar op een slimme manier stappen in kunnen zetten. Dat doen we door middel van een effectieve samenwerking, een proactief aanbod en projectmatig werken.” “Het is zaak om de mobiliteitstransitie in de volle breedte aan te jagen en zoveel mogelijk automobilisten anders, slimmer en schoner te laten reizen. Dat zorgt niet alleen voor minder co2-uitstoot en een verbetering van de luchtkwaliteit, maar zorgt ook voor minder filedruk, een betere bereikbaarheid en een fijner leefklimaat. We willen dat reizigers minder snel de auto pakken, maar vaker op de fiets stappen, met het ov reizen of kiezen voor een elektrische deelauto.”

WAT KUNNEN WE IN 2024 VAN DE MOBILITEITSMAKELAARS VERWACHTEN? Een aantal projecten loopt al, bijvoorbeeld een e-bikeprobeeractie bij de HAN, een fietschallenge van A12 Slim Reizen, de onderwijsaanpak in Arnhem en Velp en zijn we in gesprek met meerdere bedrijven,

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

waaronder Synerlogic in Duiven. Op dit moment zijn we druk bezig met het opzetten van nieuwe projecten en voeren we voor verschillende werkgevers een mobiliteitsscan uit. Een mobiliteitsscan geeft inzicht in het woon-werkverkeer van medewerkers. Het is waardevolle informatie voor het maken van een nieuw mobiliteitsbeleid.”

Oscar Roelofs en Richard Gijsbers (mobiliteitsmakelaar regio Nijmegen)

SLIM & SCHOON ONDERWEG Voor het programma Slim & Schoon Onderweg werken achttien gemeenten in de regio Arnhem-Nijmegen samen aan een beter bereikbare en schonere regio. Met diverse oplossingen worden inwoners, werkgevers en logistieke bedrijven geholpen om duurzamer, slimmer, sneller en gezonder te reizen. Hiervoor wordt nauw samengewerkt met de provincie Gelderland, Rijkswaterstaat, het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, VNO-NCW midden, werkgevers en vervoerders. De Groene Metropoolregio Arnhem-Nijmegen is penvoerder van het programma.

“Daarnaast benaderen we bedrijventerreinen met een actief parkmanagement om op het terrein acties te starten. We zijn gestart met verkenningen op IPKW, IJsseloord 2 en op bedrijventerreinen in de gemeente Zevenaar. Ook ontwikkelen we aanbod op een aantal thema’s, waaronder fietsstimulering, inzicht in de businesscase en spelen we in op de rapportageverplichting werkgebonden personenmobiliteit.” Oscar Roelofs maakt als mobiliteitsmakelaar deel uit van het team Werkgeversaanpak binnen het programma Slim & Schoon Onderweg. Daarmee draagt hij bij aan het programmadoel om in de periode 2023-2026 twintigduizend nieuwe slimme en schone reizigers te realiseren. Op slimschoononderweg.nl lees je meer over de werkgeversaanpak en de andere projecten van het programma.

CONTACT Wil jij weten wat Oscar voor jouw organisatie kan betekenen? Neem dan contact met hem op via 06 52 44 21 12 of stuur een mail naar oscar.roelofs@slimschoononderweg.nl.

COLUMN

DE WIND IN DE RUG VOOR ONZE JONGEREN Hoe begon u ooit aan uw eerste baan? Bleef u hangen na een afstudeerstage? Kwam u ergens via-via terecht? Solliciteerde u voor die ene droombaan waar u uiteindelijk de kans kreeg? Of misschien keek u het ondernemen al jong af en sloeg u die eerste baan over. Hoe dan ook: iedereen verdient het om ambities en dromen waar te maken. En zo’n eerste baan kan daarin het grote verschil maken. Want niet iedereen in onze stad krijgt hiervoor dezelfde kansen. Bijvoorbeeld wanneer je opgroeit in een wereld waar een baan niet vanzelfsprekend is. Of waarin leven meer óverleven is, waardoor het snelle geld op iedere straathoek lonkt. Misschien ben je thuis wel zo hard nodig dat een baan nog wel even op zich kan laten wachten. Of weet je gewoon niet zo goed wat je wilt omdat je nooit de tijd en ruimte hebt gehad om dat te ontdekken. In Arnhem werken we hard voor gelijke kansen voor al onze jongeren. Zo sturen we ze bijvoorbeeld niet weg om eerst vier weken op zoek te gaan naar werk of een opleiding wanneer ze bijstand aanvragen, zoals de Participatiewet eigenlijk van ons vraagt. In plaats daarvan helpen we ze vanaf dag één met hun zoektocht. Zo voorkomen we dat jongeren úit beeld en ín de schulden raken. De volgende stap is een plek waar deze jongeren aan de slag kunnen. Want om onze jongeren te helpen met die zoektocht zijn er ook werkgevers nodig die hen die kansen geven. Dat hoeft niet meteen in de vorm van een fulltime baan te zijn, een stage of een leer-werktraject kan ook al het verschil maken. Als je maar een plek kan bieden waar een jongere het vertrouwen krijgt om zich te ontwikkelen. Als ondernemer krijg je daar veel voor terug. Want jongeren geven een frisse blik. En omdat ze nog aan het ontdekken zijn wat ze leuk vinden en waar ze goed in zijn, kunnen ze vaak nog alle kanten op. Een mooi voorbeeld in Arnhem is servicepunt The Point in Kronenburg en Presikhaaf, een samenwerking tussen vastgoedonderneming Wereldhave, jongerenorganisaties AM-support en Presikhaaf University en ROC Rijn IJssel. Hier kunnen wijkbewoners bijvoorbeeld terecht met vragen, pakketjes, pasfoto’s en om hun rijbewijs te verlengen. Bij het servicepunt maken jongeren de dienst uit. En dat gaat al bijna twee jaar hartstikke goed. Mensen stappen met een glimlach naar buiten. En de jongeren die er werken bouwen genoeg zelfvertrouwen en eigenwaarde op om hun weg in het leven verder te vervolgen. Wees de wind in de rug voor onze jongeren. Want investeren in onze jongeren, is investeren in onze toekomst.

Mark Lauriks, wethouder bestaanszekerheid Arnhem

COLOFON Hét Ondernemersbelang Arnhem–De Liemers verschijnt vier keer per jaar. Achtste jaargang, nummer 4, 2023 Oplage: 5.500 exemplaren Coverfoto: DACON ICT Foto: Dick Leseman

Uitgever Ondernemersbelang Print BV Morra 2-41 9204 KH Drachten Telefoon 06 - 37 44 48 59 E-mail info@ondernemersbelang.nl Eindredactie Johannes Swieringa E-mail j.swieringa@ondernemersbelang.nl Media-adviseur Johannes Swieringa E-mail j.swieringa@ondernemersbelang.nl Telefoon 06 - 37 44 48 59

Website www.ondernemersbelang.nl Vormgeving VDS Crossmedia BV, Emmen Druk Scholma Druk, Bedum Aan deze uitgave werkten mee: Paul de Jager Jacques Kok Dick Leseman Huub Luijten

Adreswijzigingen Adreswijzigingen, veranderingen van contactpersoon of afmeldingen kunt u per mail doorgeven aan info@ondernemersbelang.nl. Vermeld s.v.p. ook de editie er bij, die vindt u bovenaan in het colofon. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of overgenomen zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. De uitgever kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de inhoud van de advertenties.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

COLUMN

VAN BOOMERS TOT GEN Z: CIRCULAIRE INNOVATIE EN LEVENSLANG LEREN Door de generaties heen van de ‘Greed is Good’-mentaliteit via de ‘Patat Generatie’ tot aan Generatie Z: elk tijdperk brengt zijn eigen kenmerken en uitdagingen met zich mee. Hoewel het gevaarlijk is om hele generaties te generaliseren, valt er zeker iets te leren van deze stereotyperingen, vooral nu Generatie Z, geboren tussen pakweg ‘97 en ‘12, de arbeidsmarkt betreedt.

SAMENWERKEN AAN EEN INCLUSIEVE ARBEIDSMARKT In het WerkgeversServicepunt Midden-Gelderland werken we vanuit UWV met een gedreven team van adviseurs aan het duurzaam plaatsen van mensen voor wie een baan niet zo vanzelfsprekend is. In onze arbeidsmarktregio merken we dat steeds meer werkgevers meedoen en zich inzetten als ambassadeur voor inclusief werkgeverschap. Niet alleen de grote organisaties met een afdeling inclusie en diversiteit, maar ook de MKB’er op de hoek. Een hele positieve ontwikkeling! De succesverhalen uit de praktijk laten zien dat het aannemen van medewerkers met een afstand tot werk van grote toegevoegde waarde binnen een organisatie kan zijn. Zij zijn vaak als lokale krachten de meest gemotiveerde en loyale medewerkers en dat werkt door in een team. Door anders te durven kijken naar mogelijkheden, door samen nieuwe kansen te benutten en in te zetten maken we matchingsuccessen mogelijk. Om deze successen vervolgens zo duurzaam mogelijk te maken, doen we er alles aan om werkgevers te inspireren en te informeren over de noodzaak van het binden en boeien van hun personeel. Dit is cruciaal in deze tijd van krapte op de arbeidsmarkt en cruciaal voor de werknemer zodat hij of zij zich volledig gewaardeerd en van belang voelt binnen een organisatie. Daarom organiseren we verschillende events en gaan we met werkgevers in gesprek, om zo werkgevers inzichten te bieden in hoe hun personeel te boeien en binden en handvatten te geven om hier direct mee aan de slag te gaan. Onze adviseurs zetten deze sociale opdracht om in maatwerk: welke wensen heeft een werkgever en welke arbeidskansen kunnen we daarvoor creëren? We adviseren welke instrumenten, regelingen en subsidies daar het beste bij passen. Voor ons is het uitgangspunt de mogelijkheden en talenten van de werkzoekenden, en in mindere mate iemands beperking. Uiteindelijk floreren we allemaal het beste op een plek waar ons talent gezien en gewaardeerd wordt.

Zelf ben ik gevormd in de jaren 90, een periode van ongekende economische groei waar ‘the sky the limit’ was. Zure regen en het voorkomen van het doodknuppelen van zeehondjes waren destijds onze grootste zorgen. De huidige generatie daarentegen, gevormd door een pandemie, oorlog in Europa en een klimaatcrisis, heeft een andere achtergrond. Voor hen is continue verandering en onzekerheid de enige constante. Generatie Z groeide op met een hoge bewustzijn op ecologische uitdagingen en is vastbesloten deze aan te pakken. Ze kiezen hun werkgever op basis van transparante en ethische besluitvorming. De circulaire economie is voor hen geen marketingtruc maar eerder een levensfilosofie. Als ondernemers doen we er goed aan deze mentaliteit te omarmen en circulaire principes integreren in onze bedrijfsvoering. Om Generatie Z aan boord te houden, moeten we ook hun honger naar informatie stillen. De flexibiliteit om mee te gaan in de hoge mate van dynamiek in onze economie, vereisen voortdurend nieuwe vaardigheden en al dan niet aangepaste inzichten. Dit steeds meebewegen en aanpassen; biedt een kans om juist ook andere werknemers mee te nemen in de circulaire transitie, waar Generatie Z de drijvende kracht achter kan zijn. Het investeren in opleidingsprogramma’s die werknemers in staat stellen zich aan te passen aan de voortdurende verandering en te groeien in hun loopbaan is van essentieel belang. Het samenvoegen van de circulaire denkwijze van Generatie Z met een cultuur van levenslang leren zal niet alleen onze ondernemingen toekomstbestendig maken, maar ook leiden tot een meer duurzame, circulaire, en inclusievere economie. Laten we Generatie Z niet alleen zien als consumenten of starters, maar hen juist binden en behouden als partners in het aandrijven van een betere zakelijke toekomst waarin ze bruggen slaan tussen de generaties, van babyboomers tot aan de generatie Alpha; de kinderen van nu.

Wilt u meer weten over inclusief werkgeverschap en hoe wij u hierin kunnen ondersteunen? Onze adviseurs staan voor u klaar.

ANNUSKA SIP Manager UWV Werkgeversdienstverlening & Manager WerkgeversServicepunt Midden-Gelderland

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

JEROEN VAN DEN BOSCH Projectmanager Circulaire Economie www.kiemt.nl

COLUMN

VERBONDEN MET DE REGIO Het was een grote en bijzondere happening op 17 oktober 1923. De Rooms Katholieke Universiteit in Nijmegen opende officieel de deuren. Het Keizer Karelplein stond helemaal vol. Kort daarna vestigden allerlei congregaties, katholieke (klooster) gemeenschappen, zich rondom de universiteit. Ze wilden in de buurt zitten. Je zag daarmee hoe groot de aantrekkingskracht van een universiteit is. Een universiteit doet wat met haar omgeving en de omgeving doet wat met een universiteit. Dat dat nog steeds actueel is, was voelbaar tijdens onze honderdjarige verjaardag die de universiteit in oktober aan hetzelfde plein vierde. Terugkijkend op een eeuw geschiedenis en vooruitkijkend naar de dag van morgen, maakte duidelijk hoe belangrijk een universiteit is voor de regio. Zo feliciteerde de Nijmeegse burgemeester Bruls niet alleen de Radboud Universiteit, maar ook de stad zelf tijdens het eeuwfeest. Want, zo zei hij: “Nijmegen zou de stad van vandaag niet zijn zonder universiteit en het studentenleven. Anno 2023 zijn we een innovatieve kennisstad. Dat was honderd jaar geleden niet vanzelfsprekend.” Daarmee vatte hij een stuk van ons verhaal samen en onderstreepte hij onze functie. De Radboud Universiteit en het Radboudumc zijn netwerken geworden die nauw verbonden zijn met de regio. De interactie met de gemeente Nijmegen en de hele Lifeport-regio vormt een belangrijk onderdeel van ons beleid. In die samenwerking gaat het niet zozeer om economische belangen, maar vooral om het voelen van gezamenlijke verantwoordelijkheid voor wat er speelt. Zijn er bijvoorbeeld genoeg leraren op basis- en middelbare scholen? Is de zorg goed geregeld? Zijn we duurzaam bezig in onze regio? Zo niet, hoe kunnen we dat samen oplossen? Wat kunnen we van elkaar leren? De wisselwerking binnen The Economic Board met bedrijven, overheden en andere kennisinstellingen is hierbij van groot belang. Daar wordt de regio beter van. Een omgeving kan bloeien omdat er een goede universiteit zit vol met jong (en wat ouder) talent en een universiteit kan bloeien wanneer deze in een levendige omgeving ingebed is. We hebben elkaar nodig. Dat geldt zeker ook voor onze relatie met HBO- en MBO-instellingen, waar ik veel waarde aan hecht. We staan samen voor grote uitdagingen, onder meer in de zorg, in het onderwijs, in de technologie, in het omgaan met elkaar en met de wereld. Het zijn op meerdere gebieden roerige tijden. Samenwerking is noodzakelijker dan ooit. Laten we in onze regio het goede voorbeeld geven.

DANIËL WIGBOLDUS Voorzitter college van bestuur Radboud Universiteit en Lid The Economic Board

BOUWEN AAN EEN WIJK WAAR WONEN EN ZORG SAMENKOMEN Hof van Holland in Nijmegen-Noord is als wijk niet alleen bijzonder vanwege de ligging en het woongenot. Het is een wijk waar wonen en zorg samenkomen. Een bijzonder project in deze nieuwe woonwijk is appartementencomplex Ellis, een samenwerking tussen Talis en Driestroom. Ellis is een plek waar mensen met en zonder beperking samen leven, naar elkaar omkijken en een goede buur voor elkaar zijn. De appartementen van Ellis hebben een eigen woonen slaapkamer, keuken en sanitair. Bewoners kunnen elkaar opzoeken bij de gezamenlijke inloop van het wooncomplex. Het gebouw ligt aan het centrale plein van de nieuwe wijk. Behalve een supermarkt komen er op de begane grond meerdere winkels en horecagelegenheden. We verwachten dat de nieuwe appartementen begin 2024 klaar zijn. Met de realisatie van onze nieuwe woonlocatie Ellis in NijmegenNoord willen we bijdragen aan een buurt waar mensen met verschillende achtergronden samen leven. Een fijne plek waarin iedereen meetelt en gezien wordt, waar iedereen kan meedoen en van waarde is. Een samenleving in de letterlijke zin: samen leven. Ook creëren we samen met Talis en ondernemers in de wijk mogelijkheden voor betekenisvol ontmoeten, invulling van de dag, werk en vrijetijdsbesteding. Op deze manier bouwen we aan een inclusieve samenleving waar iedereen zich thuis voelt en mensen minder afhankelijk zijn van enkel professionele zorg.

Meer weten over onze nieuwe woonlocatie Ellis in Nijmegen-Noord? Ga dan naar www.driestroom.nl/ellis.

ESTHER NELISSEN Raad van Bestuur Driestroom esthernelissen@driestroom.nl www.driestroom.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

COVERINTERVIEW

Tekst en fotografie: Dick Leseman

Nieuwe CEO van DACON gaat sterk fundament uitbouwen Een jaar geleden trok DACON in het totaal gerenoveerde en levendige Landmark Arnhem. Sindsdien is de ICT dienstverlener doorgegroeid en heeft Eric Gräve, voormalig directeur Microsoft West-Europa, sinds 1 september de dagelijkse leiding. Wat is zijn visie op Dacon? Oprichter Daniël Dibattista was vanaf het begin onderscheidend door zijn persoonlijke aanpak en zijn visie op het ondernemerschap. Hij merkte dat ICTdienstverleners vaak niet oprecht waren. Te hoge prijzen, geen volledige dienstverlening en de focus op winstmaximalisatie. Dat was voor hem de drive om het zelf beter te gaan doen. Na drie jaar was de zolderkamer te klein geworden, want zijn klantenbestand bleef groeien, business partners sloten zich aan en hij nam medewerkers aan. In 2019 sloot Jos Slootstra aan bij DACON en na 13 jaar eigen vestigingen in onder meer Westervoort, Huissen en Elst, verhuisde DACON recent naar het markante Landmark Arnhem, waar het concept en unieke karakter van DACON beter tot zijn recht komt. De schaal is aanzienlijk vergroot om ondernemend Nederland te kunnen bedienen. Wat bleef is de persoonlijke aanpak, de oprechte dienstverlening en daardoor het onderscheidende vermogen.

ONDERNEMERSBLOED Eric groeide op in Hilversum als zoon van ondernemende ouders. “Mijn ouders hadden een winkel waar hard werken en ‘klant is koning’ de norm waren”, vertelt hij. Het harde werken en het klantgerichte denken kwam hem goed van pas bij KPN en Microsoft. “Bij deze bedrijven heb ik mijn passie voor techniek ontdekt. Ik ben zelf geen techneut, maar ik zie wel hoe technologie ervoor kan zorgen dat mensen en bedrijven meer uit zichzelf halen, dat ze beter worden.” Hij neemt 19 jaar ervaring bij KPN en 10 jaar ervaring bij Microsoft mee; veelal in leidinggevende en

salesfuncties. “Ik ben trots en dankbaar voor de fantastische reis die ik heb gemaakt bij Microsoft en KPN. Trots op de groei en transformatie die we met zoveel impactvolle zakenpartners hebben gerealiseerd. Dankbaar voor de vele geweldige mensen, teams en leiders met wie ik heb gewerkt. KPN en Microsoft zullen voor altijd een speciaal plekje in mijn hart hebben”, schreef de 52-jarige CEO op LinkedIn. Overigens maakten Eric Gräve en Jos Slootstra kennis met elkaar bij KPN. “Jos kwam als jonge nieuwsgierige hond bij KPN en ik zocht als eindverantwoordelijke voor KPN Retail iemand met een frisse ondernemende blik.” Jos vroeg hem een aantal maanden mee te kijken naar hoe de zaken beter, slimmer en sneller kunnen bij Dacon. “Gaandeweg ben ik enthousiast geraakt over een vastere rol binnen Dacon. Wat me vooral aanspreekt is het hechte team, de dienstverlening, de partnerships en de ambitie om het iedere dag een beetje beter te doen voor klanten.” Hij wil met DACON een onderscheidend merk in complete ICT dienstverlening voor ondernemend Nederland neerzetten.

KERNWAARDEN BASIS VOOR DIENSTVERLENING Daniël startte DACON vanuit zijn eigen intrinsieke kracht. “Dat doe je vaak onbewust,” vindt Jos Slootstra. “Maar als je dat wil manifesteren voor de buitenwereld, dan moet je er woorden aan geven. Onze kernwaarden zijn vanuit een gevoel gekomen en niet gecreëerd vanuit een rationele brandstrategie.” De drie kernwaarden van DACON zijn: persoonlijk, oprecht en onderscheidend. “Wij houden van een persoonlijke aanpak, zijn laagdrempelig en voelen

“Als je proactief en oprecht meedenkt met de klant, dan ben je in staat verder te denken dan de vraag” 8

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

“De drie kernwaarden van DACON zijn: persoonlijk, oprecht en onderscheidend” ons oprecht betrokken bij al onze klanten; wij komen onze afspraken na, vinden het belangrijk dat jij krijgt wat je nodig hebt en zijn altijd to the point; wij zijn goed bereikbaar, pakken zaken snel op en bieden altijd een passende oplossing.” Eric Gräve ziet in deze kernwaarden het stevige fundament van Dacon. “Het is een gezond bedrijf met een mooi klantportfolio. Ik wil het fundament uitbouwen en een onderscheidend merk neerzetten in de ICT-dienstverlening. We zijn onderscheidend op onze kernwaarden en met een duidelijke cultuur”, stelt hij en maakt het concreet. “Ten eerste houden we het eenvoudig. ICT is al complex genoeg en natuurlijk hebben we diepe kennis van onze producten en diensten. We richten ons naar de klant toe echter op eenvoud. Makkelijke proposities in begrijpelijke taal, duidelijke afspraken, heldere factuur, top after sales. Geen codetaal maar de taal van de klant. Ten tweede leren we iedere dag met elkaar. Klanten zijn altijd in beweging en verandering is in de ICT een constante. Om van toegevoegde waarde te kunnen blijven voor onze klanten omarmen we die verandering. Daarom leren we van elkaar, met elkaar, iedere dag een stapje beter en slimmer. Dat zit in ons DNA. En ten derde zijn we er voor elkaar. Onze klanten hebben ons het vertrouwen gegeven een cruciaal onderdeel van hun bedrijfsvoering te managen. Om dat goed te doen is teamwerk het allerbelangrijkste. We helpen de klant met gerichte klantteams die er zijn voor de klant.”

BIJ DACON STAAT KWALITEIT HOOG IN HET VAANDEL “We nemen de cultuur serieus, we nemen de klant serieus, maar we nemen ook onze processen serieus”, zegt Jos Slootstra. “Als je proactief en oprecht meedenkt met de klant, dan ben je in staat verder te denken dan de vraag. Daarmee kun je de klanten totaalontzorging gaan bieden. Het gaat ons niet om het woord, maar om het gevoel dat erbij hoort. We bouwen een band op met de klant. Dat vereist oprechtheid naar jezelf, want zo kun je ook oprecht zijn naar de klant. We bouwen op die manier aan een duurzame relatie. Als we dan een keer een fout maken, gaan we dat niet verbloemen, maar eerlijk oplossen.” Met vijf filialen in Nederland ontzorgt Dacon ondernemend Nederland met complete ICT dienstverlening op vijf gebieden: werkplekbeheer, netwerk management & beveiliging, cloud migraties, outsourcing van IT en hardware. “Dacon is een gezonde organisatie met mooie klanten en sterke resellers zoals Azerty, Econocom en NTNT, en daar ben ik trots op”, schetst de kersverse CEO, Eric Gräve. “Dacon is hard met haar klanten meegegroeid de laatste jaren.”

HET BEDRIJF WAAR JE BIJ WILT HOREN “Mijn droom voor de toekomst is dat Dacon het ICT-bedrijf is waar je bij wilt horen. We zijn meer dan een tech-bedrijf; we zijn een naam in de ICT-dienstverlening voor ondernemend Nederland met duidelijke signatuur: persoonlijk, oprecht en onderscheidend. En een bedrijf met veel ruimte voor persoonlijke ontwikkeling. We willen graag dé ervaringsplek voor nieuw IT-talent zijn en waar je jezelf kan zijn, omdat je een sterke passie hebt voor techniek en nooit alleen staat.”

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

VERSCHILMAKERS

Verschilmakers zetten je aan! HET BESTE UIT JEZELF HALEN HOE DOE JE DAT?

Vanuit hun kantoor op de inspirerende locatie Nyma makersplaats in Nijmegen vertellen Marieke van Baars en Rogier van Aanholt hoe ze dat doen. Met het werk dat zij, maar ook hun collega’s, bij de Verschilmakers doen willen ze – hoe kan het ook anders – het verschil maken. Verschilmakers is een toonaangevend bedrijf in persoonlijke ontwikkeling, samenwerken in organisaties of netwerken. Of het nu gaat om individuele coaching, teambuilding, workshops of organisatie- netwerk brede verandertrajecten. Verschilmakers is dé partner in het realiseren van blijvende transformatie en groei. Wij zetten aan tot actie en dragen bij aan het beste uit jezelf en elkaar te halen. Wij streven ernaar om individuen en teams te helpen hun volledige potentieel te bereiken door middel van innovatieve trainingen, coaching en consulting diensten op gebied van verandermanagement. Daarmee zet Verschilmakers mensen aan om na te denken over zichzelf, te verrijken met zelfkennis en zelf inzicht en hoe je daarmee de wereld om je heen kunt verbeteren. Verschilmakers inspireert en motiveert om actie te ondernemen en positieve impact te maken. Daarmee laten Verschilmakers zien dat zelfs kleine veranderingen kunnen leiden tot grote resultaten, en moedigen je aan om een steentje bij te dragen een betere wereld. Dat doen we zoals onze klanten het verwoorden met warme zakelijkheid.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

Bij Verschilmakers geloven we in de kracht van samenwerking en streven we ernaar om een positieve impact te creëren in organisaties en gemeenschappen. Onze aanpak ‘Samen Sterker’ is gericht op het creëren van een cultuur van vertrouwen, open communicatie en wederzijdse ondersteuning, waardoor teams effectiever kunnen samenwerken en betere resultaten kunnen behalen. Met onze aanpak geven we vorm aan een leven lang ontwikkelen in de praktijk. Daardoor dragen we ook bij aan generatiemanagement of intergenerationeel samenwerken en het voorkomen van verzuim. Met onze aanpak ‘Samen Sterker’ en ‘Jonge Helden Academie’ hebben de we de afgelopen jaren in verschillende regio’s en in verschillende sectoren onze expertise ingezet. Onze deskundige trainers, coaches en adviseurs zijn toegewijd aan het leveren van hoogwaardige programma’s die gericht zijn op het versterken van leiderschap, communicatie, teambuilding en persoonlijke effectiviteit. Door middel van interactieve en op maat gemaakte benaderingen, helpen wij onze klanten om hun vaardigheden te verbeteren en hun doelen te bereiken.

Met de kenmerkende aanpak van Verschilmakers brengt zij verbinding, ontwikkeling en resultaat tot stand tussen samenwerkingspartners. Verschilmakers verschaft steun en continuïteit en stimuleert deelnemers vanuit zichzelf en de gezamenlijke verantwoordelijkheid, veranderingen daadwerkelijk tot stand te brengen. Nieuwsgierig om meer te weten over onze aanpak? Neem dan contact met ons op via onze website www.verschilmakers.nu en ontdek hoe wij u kunnen helpen om het verschil te maken.

VERSCHILMAKERS GROEP Winselingseweg 16, 6541AK Nijmegen Telefoon 06 - 839 962 83 E-mail info@verschilmakers.nu www.verschilmakers.nu

LEVEN LANG LEREN

Tekst: Paul de Jager // Fotografie: Jacques Kok

Teijin Aramid zet leren centraal “Een leven lang leren is belangrijk. Zeker in de huidige maatschappij waarin de techniek zich permanent ontwikkelt.” Aan het woord is Miriam Leenders, Chief People Officer bij Teijin Aramid waarvan het hoofdkantoor in Arnhem staat.

Miriam ziet het als haar taak om leerplezier te vergroten. “Dat begint bij het aantrekkelijker maken van leren. Zodat medewerkers het zelf willen en erom gaan vragen. De vraag hoe dat dan moet, is niet eenvoudig te beantwoorden.” Ze draait al 30 jaar mee in het Human Resource Management en heeft al heel wat initiatieven voorbij zien komen, met goede intenties, maar lang niet altijd met het gewenste resultaat.

ONTWIKKELINGSBUDGET Recent heeft Teijin Aramid in de CAO vastgelegd dat medewerkers gebruik kunnen maken van een vrij te besteden ontwikkelingsbudget van €1500,-. Dat mag naar eigen inzicht ingezet worden. Dus van een cursus fiets repareren tot Chinees leren of een leergang psychologie. “De gedachte is dat medewerkers een positieve leerervaring opdoen”, vertelt Miriam. “Lang niet iedereen heeft een goede herinnering aan zijn of haar schooltijd. Bijvoorbeeld omdat iemand in de klas niet goed mee kon komen, saaie rijtjes moesten stampen en het nut daar niet van inzag, of gewoon liever met hun handen bezig waren. De crux: iedereen leert anders. Ons ontwikkelingsbudget speelt juist dáár op in en stimuleert vertrouwen in het eigen kunnen.”

CURSUSSEN EN OPLEIDINGEN Daarnaast investeert Teijin Aramid ook volop in opleidingen, zodat medewerkers goed hun rol en taken kunnen vervullen. Daarbij valt te denken aan cursussen programmamanagement, timemanagement of praktijkonderwijs bij de machines. “We geven medewerkers de kans zich te ontwikkelen op het werk én daarbuiten. Een medewerker die goed in zijn vel zit, tevreden is, is voor ons de beste medewerker”, vindt Miriam.

CREATIEVE OPLOSSINGEN “In het noorden van het land, waar zich onze Delfzijl vestiging bevindt, maar ook veel industrie rondom de Eemshaven, komen jaarlijks zo’n 25 jonge operators van school. Ten opzichte van de vraag is dat veel te weinig voor deze regio. In tegenstelling tot de beperkte instroom is het aantal medewerkers dat de komende jaren met pensioen gaat juist groot. Dat vraag creativiteit van bedrijven. Luisteren naar wat jong talent zoekt, maar tegelijk ligt er ook een verantwoordelijkheid voor het onderwijs. Het begint eigenlijk al op de lagere school, waar leerlingen op een speelse manier zouden moeten kennis maken met techniek. Technisch onderwijs moet aantrekkelijk gemaakt worden”, zegt Miriam.

OVER TEIJIN ARAMID Teijin Aramid is een wereldwijde organisatie die een supersterke lichtgewicht vezel maakt. Deze vezel wordt toegepast in bijvoorbeeld ruimtevaart, hernieuwbare energie en in de auto industrie. Voor tal van sectoren maakt het bedrijf hoogwaardige beschermende kleding. De vraag naar medewerkers is breed bij Teijin Aramid. Van VMBO tot promovendi en verspreid over alle locaties. Ze hebben mooie vacatures op allerlei gebieden. Het bedrijf heeft productie-, onderzoeks- en ontwikkelingsfaciliteiten in Nederland, Japan en Thailand. Het hoofdkantoor is in Arnhem en de drie Nederlandse productievestigingen staan in Emmen Delfzijn en Arnhem.

TALENT AANTREKKEN ÉN BEHOUDEN Teijin Aramid biedt een breed pakket aan ontwikkelkansen; voor jong en oud. Daarnaast onderzoekt het bedrijf hoe zo goed mogelijk aan te sluiten op de trends in de maatschappij. “We bespreken nu bijvoorbeeld de mogelijkheid om ploegendienstroosters zo te flexibiliseren dat parttime werken gemakkelijker wordt. Verder biedt Teijin Aramid op verschillende plekken in de organisatie traineeships en betrekken we Young Teijin bij de ontwikkelingen.” Hoe leert en communiceert de Generatie Z? “Ik leg mijn oor graag te luisteren bij de jongere generatie. Alleen dan kunnen we aansluiten bij hun wensen. We willen talent aantrekken én behouden”, besluit Miriam.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

Verstevig vitaliteit op de werkvloer met HAN Health Campus Voorkomen is beter dan genezen, een oud gezegde waarvan de betekenis duidelijk is; een doeltreffend preventiebeleid leidt tot een beter georganiseerd systeem. Het is al enige tijd een hot topic in de zorgagenda’s van organisaties. Echter ontbreekt vaak nog een duidelijke uitwerking van het preventiebeleid. Bij de HAN University of Applied Sciences (HAN) weten ze daar wel raad mee en gaan ze zelfs nog een stap verder, of eigenlijk een stap terug. Eén die vaak over het hoofd gezien wordt; de stap vóór preventie, ook wel amplitie genoemd. Wat houdt dit in en hoe kunnen ondernemers dit vormgeven? We spraken Vincent Bastiaans en Kars Abeling over het belang van vitaliteit in organisaties en hoe de HAN ondernemers kan ondersteunen met een vernieuwende aanpak.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

VITALE WERKVLOER EEN WISSELWERKING DIE WERKT Dat vernieuwing van ons zorgsysteem hard nodig is blijkt uit een onderzoek van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR). Die stelde dat, bij ongewijzigd beleid, één op de vier Nederlanders in 2040 in de zorg moet werken om te voorkomen dat de zorgstaat failliet gaat. Vergrijzing, sterk toenemende psychische klachten en chronische aandoeningen onder werknemers zijn aanleidingen voor de toenemende zorgdruk en daarmee gepaard gaande verzuimkosten voor ondernemers. Volgens Vincent Bastiaans (hoofd van HAN Seneca; expertisecentrum voor gezondheid, welzijn en leefstijl) vraagt dit om een vernieuwd systeem waarbij preventie de hoofdpijler is. “Bij HAN Seneca werken we samen aan oplossingen om gezondheidsproblemen te verhelpen en in de toekomst te voorkomen. Dit doen we door alle private activiteiten vanuit de academies Sport en Bewegen (ASB) en Paramedische studies (APS) de markt in te brengen. Dit gebeurt op twee fronten, allereerst werken we preventief aan de gezondheid van de werknemer door het uitvoeren van gezondheidsonderzoeken en adviezen op individueel en bedrijfsniveau. Daarnaast leiden we in de HAN Seneca Health Campus studenten op om buiten het huidige systeem te denken. We proberen ondernemerschap bij zorgstudenten te prikkelen; op die manier herkennen ze problemen in de markt en kunnen daar preventief op handelen.”

“Een fitte werknemer is een harde werker” HAN Seneca is er voor ondernemers die duurzame inzetbaarheid willen vergroten, die hun werknemers verantwoord willen laten sporten en die (preventief) willen werken aan de gezondheid van hun personeel en organisatie. Ook kunnen ondernemers terecht bij HAN Seneca en het paramedisch centrum voor fysiotherapie, logopedie, ergotherapie en voedingsadvies. HAN Seneca legt hierbij een connectie met studenten en ondernemers. Kars Abeling is docent Fysiotherapie HAN en stimuleert het ondernemerschap van studenten. Hij geeft een mooi voorbeeld van een preventieve aanpak: “Onze studenten constateerden dat steeds meer ouderen met hun e-bike vallen. Deze mensen kosten veel geld in het verdere zorgtraject en het zorgt er tevens voor dat mensen minder mobiel worden, omdat ze niet meer op hun e-bike durven te stappen. De studenten maakten een risicoanalyse, gaven een valpreventietraining en namen contact op met de e-bike fabrikanten

Tekst en fotografie: Dick Leseman

“Een verbetering van de vitaliteit op de werkvloer begint bij een verandering in bedrijfscultuur” om aanpassingsadvies te geven, in dit geval een snelheidslimiet. Hier komt ondernemerschap echt om de hoek kijken, ze herkennen een probleem in de markt en gaan er preventief op handelen. Deze aanpak is een verdiepingsslag van het huidige systeem en is wél toekomstgericht. Door het toepassen van ondernemerschap in onze academies leer je studenten een switch te maken van curatieve naar preventieve zorg.”

INVESTEREN IN GEZONDHEID LEVERT GELD OP VOOR ONDERNEMINGEN “Een verbetering van de vitaliteit op de werkvloer begint bij een verandering in bedrijfscultuur,” vertelt Vincent Bastiaans. “En dat betekent ook een vermeerdering of versterking van preventie, wat amplitie heet. Hierbij gaan we een stap terug en zorgen we ervoor dat gezonde werknemers gezond blijven. Dit heeft een toenemende impact op de productiviteit van werknemers. Wij kunnen als opleider veel invulling geven aan hoe je dit het beste kan faciliteren. Daarnaast is het een mooie kans voor onze studenten om innovaties op het gebied van duurzame inzetbaarheid toe te passen.” Gezonde werknemers zijn duurzaam inzetbaar en zijn productiever, blijkt uit een onderzoek van het World Economic Forum die stelt dat werknemers met een goede gezondheid gemiddeld 83 procent productief zijn. Medewerkers met een gemiddelde gezondheid zijn voor 75 procent productief en bij medewerkers in slechte gezondheid daalt de productiviteit tot 65 procent. De HAN kan bedrijven en organisaties helpen met gezondheidsvraagstukken. “Veranderingen in de bedrijfscultuur hoeven niet altijd groot te zijn. Als je een overleg hebt met z’n tweeën, waarom zou je dat zittend doen? Het creëren van kleine beweegmomenten kan al een positieve invloed hebben op de productiviteit. Daarnaast zijn veranderingen natuurlijk gebaseerd op het type organisatie en de hulpvraag die bij ons wordt neergelegd. We kunnen maatwerk bieden, dus kom maar met je vraag over vitaliteit, leefstijl, gezondheid, duurzame inzetbaarheid, sport en bewegen. Ondernemers moeten het lef hebben om te investeren in werknemers, vaak weten ze niet dat ze die kosten fluitend terugverdienen. Inzetten op amplitie zal de noodzaak van ingrijpen bij preventie en curatie doen afnemen. Ook het potentieel van gezonde medewerkers wordt vergroot,” verduidelijkt Vincent Bastiaans. “Een fitte werknemer is een harde werker. Onderzoek wees uit dat iedere euro die een onderneming investeert in gezondheid een onderneming 2,5 tot 6 euro per persoon oplevert.”

Een daling van het ziekteverzuim met 1 procent scheelt alle bedrijven samen jaarlijks 2,6 miljard euro aan kosten. Per werknemer komt dat neer op circa 400 euro per jaar, berekende adviesbureau CapGemini.

OOK MKB HEEFT BAAT BIJ KENNISNETWERK HAN SENECA “Niet elke organisatie heeft de ruimte om te investeren in vitaliteit, maar ook in MKB is het van belang om mee te gaan in de veranderende markt. Als je alleen professionaliseert op je vakgebied, sta je uiteindelijk stil,” aldus Vincent Bastiaans. “We bieden ook oplossingen voor het MKB die laagdrempeliger zijn. Denk aan periodiek medisch onderzoek of een health check van medewerkers, een werkplekonderzoek om de duurzame inzetbaarheid te vergroten of een cursus voor bijvoorbeeld leidinggevenden op het gebied van integraal vitaliteitsmanagement. Gezondheidsmetingen kunnen we verzorgen in Nijmegen of we komen met de bus langs.” Genoeg mogelijkheden dus voor het MKB. Ook studenten fysiotherapie kunnen bedrijven helpen met bijvoorbeeld met innovatieve oplossingen met betrekking tot preventie en gezondheidsbevordering. Kars Abeling noemt een voorbeeld: “Zo hebben we voor een verzorgingstehuis in Wijchen laatst een mooi project gedaan, dat bezuinigde op de beweegzorg. ‘Schandalig’ dachten studenten, die bezig waren met het faciliteren van beweegzorg op de lange termijn. Op dit moment nemen de studenten de beweegzorg volledig op zich en kunnen ervaring opdoen om met ouderen te werken De onderneming heeft baat bij de samenwerking met de Health campus en de gratis oplossingen waarmee de studenten komen.” Een manifest van het Ministerie van Sociale Zaken noemde een voorbeeld van een schoonmaakbedrijf dat het ziekteverzuim van 12 naar 4,5 procent wist te verlagen door onder meer een speciaal spreekuur met een fysiotherapeut. De toenemende gezondheidsklachten op de werkvloer vragen dus om verandering. Volgens Kars Abeling en Vincent Bastiaans begint dit bij inzicht in de huidige situatie en durven investeren in een duurzame oplossing. Mogelijkheden op maat, ondersteunt door de nieuwste, evicence based onderzoeken vanuit lectoraten en een uitgebreid kennisnetwerk maakt HAN Seneca Health Campus een partner voor elke ondernemer met een hulpvraag over vitaliteit en duurzame inzetbaarheid en een leven lang ontwikkelen.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

Stefanie Polkamp (links) en Lydia van der Plas: De ervaringsdeskundige koppelt professionele afstand aan menselijke nabijheid.

RIJN IJSSEL KEUZEDEEL ERVARINGSDESKUNDIGHEID:

Jezelf inzetten als instrument om cliënten te helpen bij herstel Ervaringskennis heeft iedereen. Ervaringsdeskundigheid allerminst. Lydia van der Plas, docent Maatschappelijke Zorg en Stefanie Polkamp, ervaringsdeskundige bij Woonzorgnet, vertellen over het begrip ervaringsdeskundige, de opzet van de studie bij Rijn IJssel en de toegevoegde waarde van het beroep.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

ERVARINGSDESKUNDIGE

Tekst en fotografie: Huub Luijten

Vier jaar geleden startte Rijn IJssel met het keuzedeel Ervaringsdeskundige binnen de opleiding Maatschappelijke Zorg. De studierichting leidt studenten op tot medewerker Maatschappelijke Zorg in de BBL variant. “Onze studenten leren zorg en ondersteuning bieden aan mensen met (chronische) ziekten, ouderdomsziekten, een psychiatrische stoornis, verslavingsproblematiek of gedragsproblematiek. Dat doen ze in de woonen leefomgeving van de cliënten, dat kan in een instelling zijn maar ook in de thuissituatie of bij dagbesteding”, schetst Lydia van der Plas. De opleiding tot Ervaringsdeskundige is geïntegreerd in de opleiding Maatschappelijke Zorg en duurt drie jaar. “Studenten die hiervoor kiezen plaatsen we samen in een groep, omdat de facetten van ervaringsdeskundigheid door de hele studie zijn verweven. Iedereen die ervoor kiest heeft dus een ingrijpende en traumatische ervaring doorgemaakt. Dat geeft de groep een eigen dynamiek.”

KENNIS EN DESKUNDIGHEID “De wijdverbreide en hardnekkige misvatting die mensen hebben is ‘iedereen is toch ervaringsdeskundig’, ‘iedereen maakt toch minder leuke en ingrijpende dingen mee’. Het misverstand heeft te maken met het woord ervaringsdeskundige. Ja, we hebben allemaal ervaringskennis. Maar, kennis van iets hebben en deskundigheid zijn twee heel verschillende zaken”, benadrukt Lydia van der Plas. “Je bent ervaringsdeskundige als je eigen en andermans ervaringen kunt inzetten ter verbetering van de situatie van de ander. Jouw ervaring en beleving zijn van jou. Maar het gaat niet om jouw verhaal. Het gaat om de ervaringen die je hebt geïntegreerd in je beroepsmatig handelen.” “Hierin onderscheidt de ervaringsdeskundige zich van andere hulpverleners. Hij, zij of hen hebben zelf ervaringskennis van het trauma plus ervaringskennis van de methoden die het herstelproces van cliënten kunnen ondersteunen. De ervaringsdeskundige is zelf een voorbeeld van herstel en toont daarmee aan de cliënt dat ook hij, zij of hen het vermogen hebben te herstellen.”

met een GGZ-indicatie bij wonen, sociale relaties, werken en zinvolle dagbesteding in een aantal regio’s in Nederland.

methodische zelfhulp, het doorbreken van stigma´s en het bevorderen van emancipatie en empowerment.”

Stefanie Polkamp maakte gedurende langere tijd een ontwrichtende ervaring door. “Dat is nu zo’n tien jaar geleden. De hulpverlening werkte voor mij averechts ondanks al haar goede intenties. Ik moest vanaf nul opnieuw beginnen en verwerken wat ik had doorgemaakt. Ik moest van mezelf actief zijn en ging als vrijwilliger aan de slag, ook startte ik met een hbo studie, maar mijn trauma’s zaten in de weg. Door een vriendin kwam ik terecht bij Woonzorgnet in Nijmegen. Hier kreeg ik de kans om een ‘vrije rol’ te vervullen en me puur te richten op ervaringsdeskundigheid. Zo kwam ik via Woonzorgnet uit bij de studie Maatschappelijke Zorg van Rijn IJssel.” Ze vervolgt: “Voor ik met de opleiding kon beginnen kreeg ik een intake om te kijken of deze studie voor mij geschikt was. Dat was spannend. Ook binnen de studentengroep was het soms heftig, want iedereen draagt een traumatisch verleden met zich mee.”

Stefanie Polkamp begeleidt en ondersteunt zowel cliënten als begeleiders. “Ik ben veel onderweg voor mijn werk omdat ik op een aantal locaties werk in Arnhem Centrum. Daarnaast ben ik bezig met het uitrollen van laagdrempelige inloop voor jongeren. Ook doe ik individuele gesprekken met mensen, samen met mijn hond Flip. Flip breekt vaak het ijs, helpt mensen om te ‘ontdooien’, zodat ze makkelijker praten over hun kwetsbaarheid. In mijn werk ben ik een bruggenbouwer, een luis in de pels en een maatje.”

BREDER GEBRUIK Ervaringsdeskundigen worden steeds breder ingezet in de directe hulpverlening maar ook op beleidsniveau en in de ondersteuning, zoals het verzorgen van opleidingen en trainingen. “De meeste ervaringsdeskundigen werken in de ambulante- en klinische ggz en beschermd wonen”, vertelt Lydia van der Plas. “Denk aan psychiatrische zorg, forensische zorg, de openbare geestelijke gezondheidszorg (oggz), de verslavingszorg en de psychogeriatrie. Ook vind je ervaringsdeskundigen in de jeugdzorg en maatschappelijke opvang.” “Daarbuiten worden ervaringsdeskundigen ook steeds vaker ingezet door gemeentelijke instanties, bijvoorbeeld binnen de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Ook wijkteams voor integrale zorg, gezondheidscentra en vluchtelingencentra schakelen ervaringsdeskundigen in.”

“De studenten zetten hun eigen ingrijpende levenservaringen om in professionele ervaringsdeskundigheid”

OPNIEUW BEGINNEN Oud student Maatschappelijke Zorg, Stefanie Polkamp, volgde de opleidingsvariant met het keuzedeel Ervaringsdeskundigheid en werkt als ervaringsdeskundige bij Woonzorgnet. Deze zorgaanbieder ondersteunt, zowel ambulant als in kleinschalige woonvoorzieningen, mensen

“Je volgt de reguliere vakken als Nederlands, Rekenen en Burgerschap, maar ook specifiek op het begeleiden toegespitste vakken als verzorging, creatieve vakken, open communiceren en ontwikkelingspsychologie. Tijdens de studie maak je zelf ook weer een proces door en leer je je trauma en de verwerking daarvan om te vormen tot een instrument dat je kunt inzetten om anderen te kunnen helpen. Belangrijk hierbij is professionele afstand te koppelen aan menselijke nabijheid, want je moet met elkaar in verbinding staan en elkaar vertrouwen als hulpverlener en cliënt.”

EIGEN HERSTELERVARING INZETTEN Lydia van der Plas: “De studenten zetten hun eigen ingrijpende levenservaringen om in professionele ervaringsdeskundigheid. Een ervaringsdeskundige leert de eigen herstelervaring in te zetten om het herstel en de eigen kracht van cliënten te ondersteunen. Hun zorg en ondersteuning is gebaseerd op herkenning, erkenning en begrip van ‘binnenuit’. We spreken bewust van herstel en niet van genezing. De ervaringsdeskundige biedt ondersteuning bij het toepassen van

In de nabije toekomst verwacht Van der Plas dat de inzet van ervaringsdeskundigen ook in het kader van HRM en het belang van ‘de mens achter de medewerker’ meer ingang zal vinden. “Ook bedrijven kunnen hun voordeel doen met de inzet van ervaringsdeskundigen waar het problematiek rond verzuim betreft, want die is veelsoortig en heeft ook psychische componenten. Denk ook aan politieagenten, ambulancemedewerkers en brandweerlieden die tijdens hun werk vaak met zeer stressvolle situaties geconfronteerd worden, waarin ze direct moeten handelen. Er is nog een wereld te winnen.”

RIJN IJSSEL Tivolilaan 10, 6824 BW Arnhem Tel.: 026 - 312 90 00 Email: info@rijnijssel.nl www.rijnijssel.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

GEMEENTE ARNHEM

Arnhem: gastvrij voor inwoners, bezoekers én ondernemers Arnhem hecht veel waarde aan een goed ondernemersklimaat. De gemeente zet zich hiervoor niet alleen in voor ondernemers, maar ook voor inwoners en bezoekers. ‘Want fijn ondernemen lukt alleen met voldoende klanten’, zegt Nermina Kundic, wethouder Economische Zaken in de Gelderse provinciehoofdstad. ‘Gastvrijheid staat bij ons hoog in het vaandel. Ook de afgelopen tijd hebben we verschillende initiatieven genomen die voor ondernemers én bezoekers van waarde zijn.’ GREEN DEALS Arnhem kent inmiddels al diverse Green Deals, afspraken tussen partijen waaronder het bedrijfsleven, overheid, onderwijsinstellingen en maatschappelijke organisaties. Met Green Deals slaan we handen ineen om bedrijventerreinen aantrekkelijker en toekomstbestendiger te maken. Samen zorgen we voor vergroening en wateropvang, lokale energieoplossingen, het verduurzamen van mobiliteit en een andere, meer duurzame omgang met afval en materialen. Kundić: ‘Het mooie is dat iedere partij eigen kennis en ervaring inbrengt. Want er zit heel veel kennis en ervaring bij de Arnhemse ondernemers.

Daardoor draagt zo’n Green Deal niet alleen bij aan klimaatambities, maar creëert het ook nieuwe kennis en nieuwe banen.’ Momenteel zijn er Green Deals met de Arnhemse bedrijventerreinen Gelderse Poort en IJsseloord 1, die Nieuwe Haven en met zorgaanbieders en gebedshuizen. Die laatste is een bijzondere. Kundić: ‘Veel gebedshuizen in Arnhem hebben de wens om te verduurzamen, maar weten niet zo goed hoe ze dit aan moeten pakken. Ze zijn heel gemotiveerd om aan de slag te gaan. Deze Green Deal helpt ze daarbij. Het gaat dan om thema’s als energie besparen, duurzame energie opwekken, meer groen en biodiversiteit, goede

omgang met klimaatadaptatie en circulariteit. De gemeente helpt met advies en bijvoorbeeld met het aanvragen van subsidies. Vervolgens moeten ze zelf aan de slag.’

RENOVATIE PARKEERGARAGE Naast Economische Zaken heeft Kundić ook Mobiliteit in haar portefeuille. Ook binnen deze portefeuille ziet de Arnhemse wethouder kansen om de stad aantrekkelijker te maken. Bijvoorbeeld met een upgrade van parkeergarage Musis. Allereerst wordt de bestaande voetgangersentree grondig gerenoveerd. De huidige ingang dateert nog uit de jaren zeventig van de vorige eeuw. Sinds die tijd is er weinig aan veranderd, ook niet toen de garage in 2005 werd uitgebreid. De nieuwe entree wordt veel beter zichtbaar vanaf de buitenkant. Ook komt er een openbaar toilet en wordt de parkeerloge vernieuwd. Na de verbouwing komt de toezichthouder terug in de garage om parkeerders van dienst te zijn en de veiligheid in de garage te vergroten. De renovatie van de voetgangersentree maakt deel uit van een plan om de Musisgarage helemaal te renoveren. In dat plan is onder meer opgenomen dat de garage aan de binnenkant een schilderbeurt krijgt, zodat het er lichter en frisser uitziet. De bewegwijzering in de garage wordt ook verbeterd.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

“De eerste indruk die je van een stad krijgt is enorm belangrijk” Daarnaast worden de parkeervloeren aangepast, zodat duidelijk is waar voetgangers veilig kunnen lopen. Mogelijk komen er boven op het parkeerdek zonnepanelen. Ook wordt onderzocht op welke manier er veilig laadpalen voor elektrische auto’s gerealiseerd kunnen worden. En een deel van de begane grond krijgt een upgrade, zodat het er minder grauw uit ziet. Nermina Kundić: ‘Voor bezoekers uit andere plaatsen begint een dagje in onze stad wanneer je op Centraal Station vanuit de bus of trein richting het centrum loopt. Maar ook wanneer je de auto parkeert in een parkeergarage. De eerste indruk die je van een stad krijgt is enorm belangrijk. De uitnodigende, frisse uitstraling die de gerenoveerde garage straks heeft draagt bij aan een goede eerste indruk. Ook de goede voorzieningen van de garage horen bij de gastvrije stad die we willen zijn voor inwoners, ondernemers en bezoekers.’

BEDRIJVEN INVESTERINGSZONE Ook met een Bedrijven Investeringszone – ook wel BIZ genoemd – werkt Arnhem aan een gastvrije stad. Een BIZ is een afgebakend gebied waarin ondernemers samen investeren. Arnhem heeft nu zo’n BIZ in het Korenkwartier, het gebied rondom uitgaansplein Korenmarkt. In de BIZ Korenkwartier geldt een verplichte bijdrage voor ondernemers, waarmee het geld

voor investeringen bij elkaar wordt gebracht. De investeringen gaan onder andere naar groene aankleding van de entrees, bewegwijzering en initiatieven om het gebied schoon en veilig te houden. Wethouder Kundić van Economische Zaken is erg content met de BIZ: ‘Dit vind ik zo’n mooi initiatief omdat de samenwerking tussen ondernemers en de gemeente erg prettig was en is. Bij de totstandkoming van het activiteitenplan voor de Bedrijven Investeringszone trokken ondernemers en gemeente samen op. Ook bij de invulling van de activiteiten zijn wij nauw betrokken. Tegelijkertijd kan het bestuur van de BIZ zelfstandig opereren. Dit werkt erg goed; ondernemers die zelf de regie pakken in een gebied, met ondersteuning van de gemeente waar nodig.’ Kundić vervolgt: ‘Daar komt bij dat de investeringen die gedaan worden in de BIZ voor iedereen positief uitpakken. Inwoners en ondernemers kunnen wonen en ondernemen in een schone, veilige en mooie omgeving, terwijl bezoekers een aantrekkelijk en uitnodigend gebied binnengaan. Daarom zijn we inmiddels ook een nieuwe Bedrijven Investeringszone in het winkelgebied in de binnenstad aan het voorbereiden.’

ARNHEM STUDENTEN SCHITTEREN TIJDENS GESLAAGDE STUDENT CITY CHALLENGE 2023 Arnhemse studenten hebben één ding gemeen: de toekomst. In een succesvolle herhaling van eerdere edities heeft Arnhem Studiestad opnieuw de Student City Challenge georganiseerd. Tijdens dit evenement werken studenten samen aan creatieve ideeën en oplossingen voor stedelijke uitdagingen. In groepen werkten ze aan diverse kwesties die het dagelijks leven beïnvloeden, zoals zorgen dat er voldoende en goede studentenhuisvesting is en het bevorderen van schone energie. Professionals ondersteunden de studenten tijdens de workshops. De drie beste ideeën werden beloond met geldprijzen en de kans om hun oplossingen verder te ontwikkelen, met ondersteuning van coaches van Start Club Arnhem en financiële steun. Winnaar werd ‘De Geroene broekies’, met een idee voor een revolutionaire manier om duurzame studentenhuisvesting op daken van bedrijfspanden te plaatsen in Het Broek.

DEURBELACTIE De gemeente verstrekte samen met het Arnhems Platform Chronisch zieken en Gehandicapten gratis deurbellen aan ondernemers in het stadscentrum. Dankzij deze deurbellen ervaren mensen met een beperking minder problemen wanneer ze een winkel of horecagelegenheid willen betreden, terwijl de deur dicht is. Het aanbellen attendeert medewerkers, waarna zij direct kunnen helpen bij het binnenkomen. Een toegankelijk pand levert extra bezoekers voor ondernemers. Mensen met een beperking maken immers deel uit van een gezin, familie en vriendengroep. Een niet-toegankelijke winkel of horecagelegenheid loopt daarom vaak niet één persoon, maar een hele groep mis. Kleine aanpassingen als een deurbel kunnen het verschil maken. De eerste reacties op de deurbelactie zijn erg positief. Zowel bezoekers als ondernemers zijn erg blij met deze waardevolle toevoeging.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

ARBEIDSMARKT

Tekst en fotografie: Huub Luijten

Voorzitter The Economic Board Ahmed Marcouch en Strateeg Renate Bouwman: Onze regio wordt concurrerend op de arbeidsmarkt dankzij ons gecombineerde aanbod van werken, leven, onderwijs en gastvrij onthaal.

THE ECONOMIC BOARD EN ARBEIDSMARKT:

Arbeidsmarktkrapte vraagt om onorthodoxe benadering De regio Arnhem – Nijmegen staat (net als de rest van Nederland) voor enorme opgaven rond klimaatadaptatie, de energietransitie, woningbouw, zorg en het brede dossier over de water-, lucht, en bodemkwaliteit. De krappe arbeidsmarkt remt een voortvarende aanpak. Waar liggen oplossingen? De problemen dateren niet van gisteren. Het Centraal Planbureau, het Planbureau voor de Leefomgeving, onderzoekers, politici en ondernemers, allemaal agenderen ze al langer de knelpunten: er moeten NU stappen worden gezet. Oplossingsrichtingen variëren van ‘we innoveren ons uit de problemen met behulp van technologie’ tot ‘we moeten ontgroeien en stappen terug doen.’ Medio april 2023 ondertekenden The Economic Board, Groene Metropoolregio Arnhem–Nijmegen en provincie Gelderland

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

het Human Capital Akkoord. Doel is dat overheden, kennisinstellingen en werkgevers samen toewerken naar een arbeidsmarkt die ‘werkt’. Renate Bouwman, Strateeg Arbeidsmarkt van The Economic Board: “Doel is als regio te zorgen voor voldoende en goed gekwalificeerd personeel. De agenda wordt praktisch ingevuld door werkgeversen werknemersvertegenwoordigers, de arbeidsmarktregio’s, kennisinstellingen en beroepsopleidingen op alle niveaus. Wij verbinden en ondersteunen bestaande en nieuwe initiatieven met kennis en middelen. De agenda focust op drie thema’s; Leven Lang Ontwikkelen

“Onze insteek is de talenten van mensen te ontwikkelen en benutten”

“Ondernemers die kampen met personeelsgebrek, schakelen nu waar mogelijk arbeidsmigranten in” voor iedereen, het aantrekken en behouden van talent en het activeren van onbenut arbeidspotentieel.”

URGENTIE Ahmed Marcouch, burgemeester van Arnhem en voorzitter van The Economic Board, riep tijdens de ondertekening van het akkoord op tot een ‘versnellingstafel’. Hij beoordeelt de situatie als uitermate urgent. “We hebben radicaal andere ideeën nodig om resultaten te boeken wat betreft de gigantische opgaven op het gebied van energie, wonen en werken.” Hij geeft een voorbeeld: “Tot 2030 moeten 981.000 woningen worden gebouwd. En tussen 2030 en 2040 nóg eens circa een miljoen. In onze regio is het doel, afgesproken in de Woondeal en ondertekend door achttien gemeenten, tot 2040 zo’n 50.000 tot 60.000 woningen te bouwen. Daarnaast staan we voor de gigantische klus van de energietransitie. Tot 2030 moeten hiervoor in Gelderland 15.000 nieuwe banen worden ingevuld. Tel daarbij de toenemende personeelskrapte in de zorg. De water-, lucht- en bodemkwaliteit die we sterk moeten verbeteren. Met welke mensen gaan we dat allemaal doen?”

AANSLUITEN Bouwman haakt in: “Ten eerste moeten vraag en aanbod op de arbeidsmarkt beter op elkaar aansluiten. Hier ligt een belangrijke taak voor opleiders en werkgevers. Beroepsopleidingen flexibiliseren hun onderwijscurriculum door het aanbieden van modulair opgebouwd onderwijs waarbij diplomering, certificering en skills gerichte erkenning mogelijk is. Zo vinden studenten, om-, her-, en bijscholers beter aansluiting op de arbeidsmarkt. Werkgevers zijn hier nauw bij betrokken, via het aanbieden van stages en het op de werkplek begeleiden van studenten, denk aan een initiatief als leren in bedrijf.” “We gaan ook mensen die nu aan de kant staan en niet meedoen maximaal inschakelen”, aldus Marcouch. “Onze insteek is de talenten van mensen te ontwikkelen en benutten. Zo is er in Arnhem het plan voor het starten van een beroepentuin in 2024, waar jongeren, herintreders en statushouders via leerwerktrajecten en oriëntatie op krapteberoepen naar werk worden begeleid door ROC Rijn IJssel, woningcorporaties, werkgevers en bijvoorbeeld het buurtklusbureau.

Voor zij-instromers en herintreders zijn er opleidingen van Move to Match. Allemaal praktische stappen. We schrijven niemand af, want iedereen kan naar vermogen bijdragen aan onze samenleving.”

TE WEINIG MENSEN “De schaarste is groot. Naast het ontwikkelen van talent dat in de regio voorhanden is zullen we ook arbeids- en kennismigranten moeten werven en ook de talenten van asielmigranten inzetten”, zegt Marcouch. “Al jaren kampen techniek, de IT, de zorg, het onderwijs en logistiek met personeelstekorten. Door de ontgroening en de vergrijzing zijn we eenvoudigweg met te weinig mensen om alle opgaven waar we voor staan het hoofd te bieden.” “Ondernemers die kampen met personeels-| gebrek, schakelen nu waar mogelijk arbeidsmigranten in. Kennisinstituten en organisaties die afhankelijk zijn van kenniswerkers werven actief studenten en universitair opgeleiden in het buitenland. Dat is de feitelijke situatie, ook in onze regio. Dus ondernemers, kennisinstellingen en bestuurders weten dat arbeidsmigratie er substantieel aan bijdraagt om op zowel het gebied van kennis als op het gebied van vaardigheden praktisch stappen te zetten.”

WERVINGSKRACHT “Waar het aan ontbreekt, is het niet openlijk benoemen van de urgentie en de bijdrage die arbeidsmigratie kan leveren”, aldus Marcouch. “Erken de toegevoegde waarde van migranten. Draag uit dat ze hier werk verrichten dat wij niet willen doen of waarvoor wij de mensen niet hebben. Een ander knelpunt is dat werving en selectie ad hoc gebeurt uit eigen behoefte en niet binnen een breder beleidskader van werken en wonen. Wat ook niet helpt, is dat migratie allerwegen wordt geproblematiseerd.” “Om de kennis en kunde van migranten en mensen die nu aan de kant staan te benutten, is een structurele en doordachte aanpak nodig, waarbij wetten en regels maatgevend en ondersteunend zijn”, betoogt Marcouch. “Alleen op die manier kunnen we mensen die nu niet meedoen ertoe bewegen deel te nemen aan de arbeidsmarkt. Zo kunnen wij ook onze wervingskracht maximaliseren richting arbeids- en asielmigranten om met een aantrekkelijk aanbod, ook voor hun partners,

in ons land en in onze regio te komen werken en wonen.” “Het begint met gastvrijheid. Dat mensen zich welkom voelen en gewaardeerd worden. Onze regio is aantrekkelijk om in te wonen, te studeren, te werken en te recreëren. Vinden wij. Maar vinden migranten op zoek naar studie en werk dat ook? Naast werk is het de brede sociaaleconomische en culturele sfeer die bepaalt of mensen hiernaartoe willen komen en willen blijven. Daar zijn we ons onvoldoende van bewust. We moeten arbeidsmigranten, waaronder kenniswerkers, en buitenlandse studenten zodanig faciliteren dat ze hier graag zijn en een bijdrage willen leveren. Net als de kenniswerkers en studenten zullen arbeidsmigranten hun familie, vrienden en bekenden gaan doorgeven in welk land het prettig leven is. Want let wel, wij concurreren met andere landen.” “Het beleid moet structureel gericht zijn op het toelaten van migranten tot de arbeidsmarkt op basis van behoefte en gewenste kwaliteiten, talentontwikkeling en breed ondersteund door goede secundaire faciliteiten. Zo voorkom je ook een braindrain uit de landen van herkomst. Door een helder beleid voorkom je de wantoestanden van onderbetaling, overwerk en slechte behuizing. Bovendien maak je door heldere regels rond arbeidswerving mogelijk dat mensen ook terugkeren naar hun land van herkomst om dankzij actuele scholing en recente werkervaring bij te dragen aan hun land.” Marcouch en Bouwman zijn het erover eens dat stevige keuzes moeten worden gemaakt op basis van de feiten en de praktijk. “We gaan met opleiders, onderzoekers, ondernemers en bestuurders op veel terreinen samen dingen anders doen met het oog op versterking van onze regio.”

THE ECONOMIC BOARD REGIO ARNHEM NIJMEGEN Toernooiveld 300, 6525 EC Nijmegen Telefoon 085 - 040 99 80 E-mail bureau@theeconomicboard.com www.theeconomicboard.com

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

Leven lang ontwikkelen: samenwerken, van push naar pull, Gen Z Door de snel veranderende arbeidsmarkt, alle noodzakelijke transities en technologische ontwikkelingen is het voor jong en oud belangrijk om te blijven leren en ontwikkelen. Hoewel leven lang ontwikkelen een belangrijk thema is kent de huidige arbeidsmarkt weinig impulsen tot permanente ontwikkeling. Het is van cruciaal belang voor werknemers zich te blijven ontwikkelen om inzetbaar te blijven op de arbeidsmarkt. De overheid stimuleert het ontwikkelen tijdens de loopbaan met maatregelen, experimenten en regelingen. Het is echter nog niet voor iedereen vanzelfsprekend om zichzelf te blijven ontwikkelen. Bovendien sluiten reguliere opleidingen niet altijd aan bij de behoeftes van ondernemingen en van de huidige generatie jonge werknemers. Een panel van acht betrokken deskundigen boog zich over deze thema’s.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

TAFELGESPREK

Tekst: Dick Leseman // Fotografie: Jacques Kok

WEL OF GEEN DIPLOMA Veel bedrijven beweren zich te richten op skills en competenties van medewerkers, maar in de praktijk vragen ze toch vooral om een CV of diploma. Dat is wat Esther Gietemans steeds weer ziet terugkomen. “We zijn er al 10 jaar mee bezig om dit los te laten en ons meer te focussen op hun skillset”, zegt ze. “Veel mensen weten niet eens welke skills ze hebben. Die moeten eerst duidelijk zijn.” Naast Esther Gietemans houdt Jos Sanders zich al langer bezig met de transitie van een diplomamarkt naar een skillsmarkt, onder meer door experimenten met skillspaspoorten. Hij vindt dat een diploma vooral het succes in het onderwijs indiceert. “Ik ben van mening dat het zo lang mogelijk op school houden van jonge mensen, funest is voor de LLO-houding”, stelt hij. “Veel praktisch geschoolden hebben matige ervaringen opgedaan in het initieel onderwijs en zijn daardoor minder geneigd daarnaar terug te keren voor LLO. Wij zouden ons minder moeten focussen op het koste wat het kost voorkomen van vroegtijdig schoolverlaten en ons wat meer moeten richten op het ‘tijdig schoolverlaten’.

” Marieke van Baars denkt dat het aantal voortijdige schoolverlaters nog weleens aan het schoolsysteem zou kunnen liggen. “Wij merken dat leren de eerste 15 jaar van de schoolcarrière niet aantrekkelijk is”, legt ze uit. “De Jonge Helden Academie geeft jongeren een plek waar zij op maat, in eigen tempo en onder professionele begeleiding kunnen werken aan hun persoonlijke ontwikkeling en actief kunnen onderzoeken en ontdekken wat voor hen de juiste keuze is. Als begeleiders confronteren we hen met wat er in de beroepspraktijk gevraagd wordt aan kennis, vaardigheden en houding.” Om een bijdragen te leveren aan de tekorten in de techniek kan je volgens Marina van der Steenstraten samen met werkgevers en onderwijs met kleine initiatieven starten. “Het begint bij kleine initiatieven zoals Junior Technovium, waar ontzettend veel basisscholen nu met groepen naar toe gaan. Er zijn nu heel veel meisjes in geïnteresseerd”, weet ze. “Maar de uitdagingen voor werkgevers blijven. We kunnen veel leren van de jongere generatie, dingen waar we zelf niet snel op komen.”

GENERATIE Z De jongeren die nu instromen in het werkveld en beginnen met hun beroepspraktijk is de Generatie Z, geboren tussen 1995 en 2010 en is de eerste volledig digitale generatie. Onderzoek wijst uit dat om deze generatie tevreden te houden, het belangrijk is om een werkomgeving te creëren die past bij hun behoeften. Dit kan bijvoorbeeld door het bieden van flexibele werktijden en thuiswerkmogelijkheden, het creëren van een open en informele werksfeer en het bieden van een moderne en inspirerende werkomgeving. Miriam Leenders ziet dat dat een uitdaging is binnen Teijing Aramid. “We hebben een project lopen waar we kennismaken met hoe Gen Z leert en hoe we die geïnteresseerd houden. Het blijft een uitdaging om hun verwachtingen in te passen in onze bedrijfsvoering”, ziet ze. Miriam denkt overigens ook dat het van deze generatie aanpassingen vraagt. Uit een onderzoek van Deloitte blijkt dat 4 op de 10 Gen Z’ers in Nederland burnoutklachten hebben door hoge werkdruk. Dit is een aanzienlijke stijging ten opzichte van 2022 toen het percentage nog op 29% lag. Esther Gietemans denkt ook dat het komt door

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

TAFELGESPREK

JOS SANDERS

ESTHER GIETEMANS

MARINA VAN DER STEENSTRATEN

DICK AUSEMS

Lector Human Capital Innovations bij de Hogeschool Arnhem en Nijmegen en senior research scientist bij TNO. “Het zo lang mogelijk op school houden van jonge mensen is funest voor de zo belangrijke Leven Lang Ontwikkelen houding bij jongeren.”

Franchiseondernemer bij Olympia werving en selectie. “Nieuwe technologie is het probleem maar ook de oplossing.”

Programmadirecteur Leven Lang Ontwikkelen van Move to Match bij Rijn IJssel en ROC Nijmegen. “Iedereen moet zich een leven lang blijven op-, bij- en omscholen om zo weerbaar te blijven op een snel veranderende arbeidsmarkt. Leven lang ontwikkelen moet daarom een publieke taak zijn van het onderwijs (mbo, hbo en wo).”

Adviseur en eigenaar bij Ausems Vastgoed en Opleidingscoördinator post-HBO vastgoed inspecteur en adviseur aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. “MKB’ers die geen actieve rol spelen in het opleidingsaanbod van de instituten in de omgeving, zullen op termijn geconfronteerd worden met leegloop en verschraling van kennis en innovatie.”

de stressfactor van technologie. “Er zijn zo veel jongeren met burn-outklachten, omdat ze stress hebben en niet weten hoe eruit te komen. Als wij niet met oplossingen daarvoor komen, hebben we naast de vergrijzing een dubbel probleem in de arbeidsmarkt”, voorziet ze. “Het is veel belangrijker om hen te leren leren, dan het vak zelf te leren. Als je bijvoorbeeld ICT studeert en je bent klaar met je studie is het alweer achterhaalt. Als je weet hoe je moet leren en wat past bij jouzelf, dan kan je zelf je stappen maken.” Marieke van Baars denkt dat het belangrijk is dat de jongeren zelf kunnen aangeven wat ze willen leren en schetst het cafetariamodel. “Iedereen moet naar de balie gaan en kunnen aangeven; ik wil een beetje leren van dit en doe ook maar van zus en zo en met een sausje van dat.” Dick Ausems sluit zich aan bij dit model, maar: “Tegelijkertijd ben ik ook kritisch, want als je Gen Z te veel keuzes geeft krijgen ze keuzestress. Ze horen nergens meer bij want de ene dag zit je met die in de klas en de andere dag met die. Je hebt geen groepen meer en wordt nog individueler en dus nog afstandelijker.”

“Ze hebben andere interesses dan onze generatie” 22

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

Hij denkt dat uitval ook te maken heeft met de hoeveelheid keuzes die ze hebben. Esther Gietemans denkt dat die swipecultuur ook opgeld doet in de arbeidsmarkt. “Als ze een negatieve ervaring hebben (soms alleen maar positieve feedback) swipen ze naar de volgende baan. Je moet dus uitgaan van hun basisbehoeften. Ze hebben andere interesses dan onze generatie. Je hoeft er niet helemaal in mee te gaan, maar je moet je ogen er niet voor sluiten.”

EIGEN OPLEIDING STARTEN OF … Maartje Bouma heeft binnen CLAFIS de mens centraal gesteld en is bijvoorbeeld gestopt beoordelingsgesprekken te houden. “Dat hebben we gedaan door het individu centraal te stellen”, legt ze uit. “We kijken niet alleen naar zakelijke ambities, maar ook naar privé dromen en wat wij daarin kunnen betekenen. We hebben op dat vlak mooie stappen gezet door écht te luisteren naar onze collega’s en te horen waar zij gelukkig van worden. Hieruit hebben we opgemerkt dat de scholingsbehoefte van onze collega’s en onze opdrachtgevers, niet altijd aansluit op het opleidingsaanbod in het onderwijs.” Daarop hebben ze bij het ingenieursbureau een eigen academy opgezet, onder meer voor contractmanagers. “Daar is geen duidelijke opleiding voor, maar wel veel behoefte vanuit onze markt. Inmiddels volgen tien zij-instromers bij ons dit traject op hbo- / wo-niveau.” Hetzelfde ondervond Dick Ausems. Voor vastgoedbeheer en aankoopkeuringen

(technical due dillegence, een nichemarkt zo geeft hij aan), bestaat geen goede opleiding. “We merken dat het in de huidige ‘war on talent’ moeilijk is om de juiste mensen te vinden. Dus besloten we om dat anders in te steken en een samenwerking aan te gaan met de Hogeschool Arnhem Nijmegen. Zij hebben immers een posthbo opleiding Vastgoedinspecteur en -adviseur die het best aansluit bij de competenties die wij zoeken”, zegt Dick Ausems, die intussen opleidingscoördinator is van deze opleiding. “De inhoud sluit aan met onze praktijk en ik wil de studenten graag enthousiast maken over ons vak. Zo kan ik zoeken naar nieuw talent, maar blijf ik zelf natuurlijk ook op de hoogte.” Hij weet overigens dat de HAN bezig is met een opleiding voor contractmanagers en zal Maartje koppelen aan de juiste mensen bij de hogeschool. Miriam Leenders denkt ook over eigen opleidingen bij Teijing Aramid. “We zijn een gewilde werkgever maar zien ook hoe lastig het is in de huidige arbeidsmarkt”, schetst ze. “Een groot deel van ons personeelsbestand is aan het vergrijzen. We krijgen daardoor te maken met veel uitstroom, alle hens aan dek op het gebied van werving, onboarding en opleiden van nieuwe collega’s.” Ze denkt dat de bestaande technische opleidingen niet aantrekkelijk genoeg zijn. “We hebben al een eigen Academy maar denken ook na over het opzetten van een eigen bedrijfsschool.” Een kritische noot komt van Marina van der Steenstraten; zij roept op om vooral samen te werken aan het opleidingsportfolio. “Als we het allemaal apart doen gaan we de grote

MAARTJE BOUMA

MIRIAM LEENDERS

JANET HOLLAND

MARIEKE VAN BAARS

Manager HR, Recruitment en Marketing bij CLAFIS Ingenieus. “Om de juiste kennis te blijven ontwikkelen bij potentiële werknemers zijn structurele samenwerkingen noodzakelijk tussen onderwijs, werkgevers en de markt. ”

Chief People Officer Teijin Aramid Global. “Technische opleidingen zijn te weinig aantrekkelijk voor jongeren; we vermarkten het niet goed.”

Coördinator speerpunt Human Capital bij Groene Metropool Regio. “Leven Lang Ontwikkelen is belangrijk voor iedereen maar ook om deze regio economisch en maatschappelijker sterker te maken.”

Directeur/ eigenaar van Verschilmakers en directeur/ medeoprichter Jonge Helden Academie. “Leren in een formele setting is pas van waarde als men zichzelf verrijkt heeft met zelfinzicht en zelfkennis.”

vraagstukken niet oplossen. Dat is mijn pleidooi aanvullend aan die van Miriam. We moeten een aantal kaders loslaten zodat we veel effectiever en sneller kunnen werken. Samen moeten we zorgen dat we de opleidingen veel flexibeler krijgen en beter afgestemd op de ontwikkelingen van de arbeidsmarkt.”

VAN PUSH NAAR PULL STRATEGIE De medewerkers van Teijing Aramid krijgen een persoonlijk ontwikkelbudget van 1.500 euro dat ze vrij kunnen besteden. “Ik denk dat het leven lang ontwikkelen voor veel mensen niet aantrekkelijk genoeg is. Wij bieden onze medewerkers heel veel aan. Maar wat mij bezighoudt is, hoe je deze push strategie naar een pull strategie kunt krijgen”, scherpt Miriam Leenders aan. “Met andere woorden hoe kunnen we ervoor zorgen dat we leven lang ontwikkelen zo aantrekkelijk mogelijk maken, zodat de mensen er zelf om gaan vragen.” Marina van der Steenstraten vindt dat het ook echt bij de werknemers ligt en wat als die niet wil… Maartje Bouma ziet bij collega’s dat men niet altijd bewust is van zijn of haar eigen ontwikkelpad. . “We komen erachter dat collega’s wel degelijk ambities en doelstellingen hebben en dus zich continu ontwikkelen. In onze ‘groeigesprekken’ focussen we daarop.” Jos Sanders herkent de pushstrategie wel. “We schieten vaak in de opleidingsreflex en niet iedereen deelt die reflex. Je kunt de theorie van gepland gedrag hanteren om te kijken wat ervoor zorgt dat iemand intrinsiek gemotiveerd is.

Een positieve leerervaring is er een van”, verduidelijkt hij. “Maar ook de sociale norm of context -wat vinden voor mij relevante anderen eigenlijk van ‘leren’-, de eigen competentiebeleving ten aanzien van leren -kan ik het wel- en eventuele belemmerende gedachten, zoals ‘ik kan helemaal niet leren’.” Marina van der Steenstraten wordt ook enthousiast van het push- en pullverhaal. “Ik denk dat we daar met elkaar iets in gang zouden kunnen zetten en dat begint hier aan zo’n tafel. Laten we samen klein beginnen.” Ze kijkt Janet Holland aan om te bevragen wat de Groene Metropool kan betekenen.

SAMENWERKEN OM DE REGIO TE VERSTERKEN Janet weet dat er middelen zijn om dergelijke initiatieven te ondersteunen. “We hebben met vijftig partijen het Human Capital Akkoord gesloten en met de regiodeal middelen daarvoor verworven. Met de Groene Metropool hebben we vooral een coördinerende, verbindende en faciliterende rol”, verduidelijkt ze. “We zien veel initiatieven in de regio, maar de bedrijven kennen elkaar nauwelijks. We willen de samenwerking tussen bedrijven en het onderwijs versterken. Daarnaast is het nodig om de regio te versterken en economisch op de landelijke kaart te zetten.” Analoog aan de marketing van Brainport in de regio Eindhoven wil de regio Arnhem, Nijmegen en Wageningen zich focussen op ‘energy, health & food’ onder de noemer Lifeport. Ze denkt dat de mkb-ers nauwelijks tijd en middelen hebben om bezig te zijn met

“We willen de samenwerking tussen bedrijven en het onderwijs versterken” HR-vraagstukken. “Om talent te behouden moeten we breder kijken dan alleen een goede afstemming met de arbeidsmarkt. Onder andere mobiliteit en woningaanbod.” Hoe het onderwijs vervolgens flexibel om kan gaan met rigide regelgeving en het wat starre curriculum is een andere zorg. “Als we alles tot zesvoud achter de komma moeten verantwoorden schiet het niet op”, stelt Marina van der Steenstraten. “Als mensen goede ideeën hebben is er bijna altijd subsidie voor om een pilot te starten en uit te bouwen. Gelukkig kan je als ondernemer tegenwoordig ook gebruik maken van subsidies. De overheid zou zijn beleid meer kunnen aanpassen en inzetten op structurele financiële ondersteuning in plaats van tijdelijke subsidies, zodat sneller ingespeeld kan worden op de transities. Als leven lang ontwikkelen niet de norm wordt dan blijven we pilots uitvoeren maar brengen we geen structurele verandering in onze maatschappij.”

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

OPLEIDINGEN

Tekst en fotografie: Huub Luijten

HAN UNIVERSITY OF APPLIED SCIENCES:

Wendbare en reflectieve professionals opleiden Een optimale match tussen arbeidsmarkt en opleidingen, waarbij er alle ruimte is voor scholing en loopbaanontwikkeling om continu in te spelen op veranderingen. Het is de ultieme wens van opleiders en werkgevers. Maar hoe organiseer en realiseer je die? Koersbeeld 2022 – 2028 van de HAN geeft richting: door het inbouwen van flexibiliteit en adaptief vermogen in het opleidingscurriculum.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

De arbeidsmarkt verandert voortdurend en naar het lijkt steeds sneller. Branches groeien en krimpen. Bestaande banen verdwijnen, nieuwe verschijnen. Verdergaande automatisering en digitalisering leiden tot andere organisatievormen en manieren van werken. Beroepsopleiders en werkgevers zijn het erover eens: snelle verandering op de arbeidsmarkt is een constante. Tel daarbij het structurele tekort aan personeel en het is zonneklaar dat werkveld en opleidingsinstituten strategieën moeten ontwikkelen om samen aan deze uitdagingen het hoofd te bieden.

KOERSBEELD In Koersbeeld 2022 -2028 wordt het onder de noemer ‘Wendbare en reflectieve professionals’ als volgt verwoord: De beroepspraktijk vraagt (…) om wendbare medewerkers die veranderingen signaleren en herkennen en die zich nieuwe vaardigheden eigen maken. Om reflectieve professionals die weten wat ze kunnen en wie ze zijn. Die met veranderingen kunnen omgaan en bewust in de wereld staan. Met Koersbeeld 2022 – 2028 en het LLO porfolio voor hbo professionals sluit de HAN aan bij de ambities van het werkveld in de regio en de Human Capital Agenda, zoals die is beschreven door de Groene Metropoolregio Arnhem-Nijmegen, The Economic Board en de provincie Gelderland. Het gezamenlijke doel is het realiseren van een toekomstbestendige arbeidsmarkt, waar vraag en aanbod goed op elkaar aansluiten en waarin professionals zich kunnen blijven ontwikkelen naar eigen wens en behoefte. Jacintha Bonsma, teamleider Leven Lang Ontwikkelen (LLO) bij de Academie Business en Communicatie van de HAN University of Applied Sciences, is nauw betrokken bij het ontwikkelen van opleidingsprogramma’s voor werkende professionals die willen om-, her-, en bijscholen. “Deze programma’s omarmen het principe van LLO en geven er ook praktisch invulling aan. Per academie – en dat zijn er veertien – is er een verantwoordelijke voor LLO. Onderling, met docenten en het werkveld, werken wij samen aan het theoretisch en praktisch vormgeven van beroepsonderwijs waarin LLO een natuurlijk ingebouwde component is. Zo werken we aan oplossingen voor de maatschappelijke opgaven waar we voor staan.”

Dat gaat niet van de ene op de andere dag. Ook de docenten staan voor de uitdaging om zich LLO eigen te maken. Bonsma: “Het betekent dat ook zij hun mindset ten aanzien van hun vak en de manier waarop ze dat aanbieden al werkende transformeren. Het is kortom een heel brede beweging. Ze raakt aan alle organisatorische en vakinhoudelijke facetten van de opleiding en aan de manier waarop wij als kennisinstelling het werkveld tegemoet treden en betrekken bij wat we doen.” “Ook van de kant van werkgevers is commitment onontbeerlijk”, beklemtoont Bonsma. “We zullen samen moeten optrekken. Het is belangrijk goed inzicht te hebben in de wensen en behoeften van het werkveld om zo het opleidingenportfolio optimaal in te richten. Het uitgangspunt hierbij is co-creatie en samenwerking met het werkveld.”

“Wij leiden changemakers op” EXPLICIET EN CONCREET Jos Sanders, lector Human Capital Innovations van de HAN Academie Organisatie, Ontwikkeling en Educatie en senior onderzoeker bij TNO, zegt over deze ontwikkeling: “LLO is niet nieuw. Iedere serieuze beroepsbeoefenaar ontwikkelt zich permanent. Nieuw is dat we het permanente karakter van leren en ontwikkelen expliciet maken door het te vertalen naar concrete programma’s over het hele opleidingsportfolio.” “Daarnaast is er de beweging die is gericht op het eenduidig inzichtelijk maken van skills. Naast diploma’s als (start)kwalificatie maken skills, vaardigheden, ook duidelijk wat iemand kan. Waar we naartoe groeien is een vervlechting van een op diploma’s en op skills gestoelde waardering én kwalificatie. Dat is een ingewikkelde route voor zowel het middelbaar als het hoger beroepsonderwijs en het werkveld. Het is dan ook een zaak van lange adem.”

Zowel bij LLO als de skills gerichte benadering zijn flexibiliteit, adaptatie en reflectie kernbegrippen. “Opleidingen worden en zijn al deels flexibel ingericht door een modulaire benadering”, aldus Bonsma. “Hierbij kan de student zijn eigen leerroute inrichten. Naast ons aanbod van associate degree, bachelor, master en professional doctorate opleidingen, bieden we ook maatwerktrajecten en gecertificeerde programma’s op hbo-, post-hbo- en master-niveau. Op deze manier worden en blijven professionals wendbaar. Ze kunnen op basis van wat ze zelf zien en ervaren in hun werk (reflectie) en op aangeven van hun werkgever stappen zetten om door scholing aan te blijven haken bij nieuwe ontwikkelingen en zo hun organisatie een stapje verder te helpen. Wij leiden changemakers op.” “Flexibiliteit, reflectie en adaptatie zijn geen doelen op zichzelf”, zegt Jos Sanders. “Ze vormen een set van ‘vermogens’ die je handvatten biedt om blijvend gebruik te maken van kansen en mogelijkheden in je professionele loopbaan – en ook daarbuiten trouwens. Wie doet wat bij hem/ haar past zal niet alleen beter functioneren, maar daar ook voldoening uit halen. Om die ‘set’ te ontwikkelen maken studenten tijdens de studie naast de theorie al vroeg en uitvoerig kennis met facetten van de praktijk van hun toekomstige werkveld. Dat kan zijn in een leerwerkplaats of hybride leeromgeving. Bijvoorbeeld in non-profit samenwerkingsverbanden, waar mbo-, hbo- en wo-studenten multidisciplinair samenwerken bij het uitvoeren van onderzoeks- en innovatieprojecten.” Het opleiden van wendbare en reflectieve professionals vergt van opleiders en werkgevers nauwe structurele samenwerking. “We gaan de relaties met het werkveld van onze studenten verder verdiepen en laten zien dat LLO en skillsgericht opleiden werkt en aanwijsbaar toegevoegde waarde heeft voor het succes van een organisatie”, zegt Bonsma afsluitend.

HAN UNIVERSITY OF APPLIED SCIENCES Ruitenberglaan 31, 6826 CC Arnhem Kapittelweg 33, 6525 EN Nijmegen E mail info@han.nl www.han.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

OMGEVINGSWET

Tekst en fotografie: Dick Leseman

Nieuwe Omgevingswet maakt het makkelijker, sneller en overzichtelijker voor ondernemers Na jarenlange voorbereiding treedt de nieuwe Omgevingswet in werking. Het idee achter de wet is dat de leefomgeving beter beschermd wordt en dus staat de gezondheid van mens en milieu centraal. Het heeft belangrijke gevolgen voor ondernemers die nieuwe plannen ontwikkelen. De wet moet het ook makkelijker maken, want er komt nog maar één loket voor alle vergunningen. De Omgevingsdienst Regio Arnhem is er klaar voor, zo laat directeur Ruben Vlaander weten. Wat verandert er voor de ondernemer?

Omgevingsdiensten zijn regionale uitvoeringsorganisaties die voor gemeenten en provincies taken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving met betrekking tot milieu uitvoeren. Omgevingsdienst Regio Arnhem werkt in opdracht van tien gemeenten in de regio en provincie Gelderland en verzorgt in deze regio de vergunningen, het toezicht en handhaving op het gebied van milieu, bouw en leefomgeving. “We werken aan een gezonde, veilige en duurzame leefomgeving,” verduidelijkt Ruben Vlaander. “Maar ons werk verandert. Als je kijkt naar ons werk van vijf jaar geleden, dan is er veel veranderd.” Hij legt uit dat de maatschappij anders kijkt naar de leefbaarheid en economische ontwikkeling niet automatisch meer op nummer één zet.

Dat is de kern van de wet.” In de Eerste Kamer was recentelijk nog veel te doen over de haalbaarheid van de uitvoering, met name het digitale stelsel. “Wat betreft het VTH-gedeelte (red. vergunning, toezicht en handhaving) zijn we er klaar voor”, weet hij. “In het nieuwe jaar valt iedere vergunningaanvraag onder het nieuwe toezicht. Ik ben geen IT-er, maar ons gedeelte van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) is voldoende stabiel.” Dit DSO is feitelijk het loket waar alle aanvragen binnenkomen. Waar voorheen voor een enkel project nog wel eens drie tot vijf aanvragen ingediend moesten worden bij vaak verschillende partijen volstaat nu één aanvraag en één loket. “Aan achterkant bekijken de verschillende bevoegde gezagen of een aanvraag kan en mag. Daar merkt de aanvrager niets van.”

VANAF 1 JANUARI 1 WET EN 1 LOKET

SNELLERE PROCEDURES, MAAR GRAAG VOORAF OVERLEG

De Omgevingswet bundelt 26 bestaande wetten, waaronder de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), de Wet ruimtelijke ordening, de Wet natuurbescherming en de Waterwet. Ook het Activiteitenbesluit en het Bouwbesluit worden vervangen. Duizenden bestaande bestemmingsplannen worden komende jaren gebundeld in één omgevingsplan per gemeente. “Als omgevingsdienst willen we de dienstverlening naar burgers en ondernemers verbeteren. Voor ondernemers en ook de inwoners wordt het vanaf 1 januari eenvoudiger een vergunning aan te vragen.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

De Omgevingswet zal het ondernemen voorspelbaarder maken, procedures sneller en goedkoper laten verlopen, en regels overzichtelijker maken voor burgers en bedrijven. “Interessant is de doorlooptijd van een aanvraag”, vervolgt Ruben Vlaander. “Voor bouwvergunningen en omgevingsvergunningen geldt al een termijn van acht weken, die eventueel verlengd kan worden met zes weken. Dat gaat straks ook gelden voor milieuvergunningen. Daarna moet de vergunning toegekend dan wel afgewezen worden.

Daar valt voor ondernemers een enorme winst te behalen, want voorheen kon dat makkelijk oplopen tot 26 weken.” Hij geeft ook aan dat het best spannend gaat worden. “Het begint al dat een aanvraag volledig moet zijn en dat is lang niet altijd het geval. Dat snap ik best, want de regelgeving rondom ruimtelijke ordening zijn veel complexer dan bijvoorbeeld verkeersregels. Ik zou hier een tip willen geven aan ondernemers: zorg dat de aanvraag compleet is, laat je daar goed over adviseren, dan kunnen wij sneller de vergunning verlenen.” Een onvolledige aanvraag kan ODRA niet in behandeling nemen en wordt dus afgewezen. “We stemmen een aanvraag graag van tevoren goed af met de ondernemer, zodat we zeker weten dat de aanvraag goed en volledig is en of het past in de leefomgeving.” Ook checkt ODRA liever aan de voorkant of de plannen passen in de omgeving. “Een grote productiefaciliteit in het centrum van de stad gaat het niet halen, dat zal een ondernemer ook begrijpen.

“We werken aan een gezonde, veilige en duurzame leefomgeving”

“Bedrijven moeten hun maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen” Maar er is vaak een ‘grijs gebied’ dus bespreken we dat liever voorafgaand van een vergunningsaanvraag of de plannen reëel en haalbaar zijn”, aldus de directeur van ODRA.

LOKALE AFWEGINGSRUIMTE Met het van kracht worden van de Omgevingswet komt er meer aandacht voor gezondheid van mens en milieu. “We hebben er allemaal belang bij dat het milieu en de leefomgeving gezond en veilig zijn en dat we duurzame oplossingen vinden voor de maatschappelijke opgaves”, schetst Ruben Vlaander. “Met allemaal bedoelen we bedrijven, overheden en inwoners. Maar de verantwoordelijkheid voor het voorkomen van milieuschade ligt ten principale bij de bedrijven. Wij zijn van vergunningen, toezicht en handhaving.” Bedrijven moeten hun maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen. Dat wordt ook makkelijker, want het voordeel van de Omgevingswet is dat het veel inzichtelijker en voorspelbaarder is wat er in de regio kan en mag. Regionaal kan de wet wat specifieker aangevuld worden. “We leven in een regio met veel logistiek; met grote

vaarwegen, een knooppunt van snelwegen en goede verbindingen op het spoor, ook met Duitsland. Lokale bestuurders hebben lokale afwegingsruimte. De regio Arnhem-Nijmegen is redelijk vooruitstrevend en zet de ambitie voor de luchtkwaliteit en geluidsnormen wat hoger. Mocht een ondernemer overwegen te verhuizen naar een regio waar de normen minder scherp zijn, nodig ik die uit om koffie te komen drinken om hem te overtuigen in wat voor een prachtige regio we hier leven en ondernemen.”

AAN DE SLAG In de Eerste Kamer vond een pittige discussie plaats over de invoering van de Omgevingswet. Op 1 november werd met ruime meerderheid een motie aangenomen die uitspreekt dat het onverantwoord is om op 1 januari 2024 de Omgevingswet in te voeren. Demissionair minister Hugo de Jonge noemde de motie ‘onwerkbaar’ en wees erop dat de Eerste Kamer in maart heeft ingestemd met de uitvoering van de Omgevingswet. Een woordvoerder van de minister zei: “Systemen zijn ingeregeld, werkprocessen en lokale regelingen zijn aangepast.

Terugdraaien daarvan is niet mogelijk.” De Vereniging van Nederlandse Gemeenten is het daarmee eens: “In aanloop naar het aangevraagde debat willen we als VNG aangeven dat wij met gemeenten achter de wet staan en dat een eventueel uitstel onverantwoord is. Terugkomen op genomen besluiten nu iedereen bezig is met de voorbereiding, is onbezonnen.” Voor ODRA betekent de wet vooral een cultuuromslag. “We moeten nog meer leren denken vanuit het perspectief van de gebruikers, lees ondernemers”, legt Ruben Vlaander uit. “We zijn als ODRA al een tijd bezig om de omslag te maken naar meer integraal en gebiedsgericht werken. Ondanks een goede voorbereiding intern, zal de invoering van de wet niet vlekkeloos verlopen. We hebben 250 mensen in de uitvoering en dan gaat er altijd wel wat mis. Dat was voorheen ook. Je kunt niet alles dichtregelen met wetten en kaders. Het uitgangspunt van de Omgevingswet is dat we bij initiatieven met alle betrokken partijen aan de voorkant meer samenwerken. Dat geeft zowel de initiatiefnemer als omwonenden sneller duidelijkheid. Ik denk dat dat aansluit bij de huidige vraag vanuit de samenleving, of je de Omgevingswet nu invoert of niet. Dat zal meer van onze medewerkers en diensten gaan vragen. Ik denk dat het vooral van belang is dat we straks een goed werkend digitaal stelsel hebben en dat we aan de gang gaan. Waar nodig kunnen we de wet na invoering nog wel moderniseren en verbeteren.”

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

VICI

REPORTAGE

Veni, Vidi, Vici voor meegroeifiets Vici

Derksen Verhuizingen

Wat er gebeurt als je een paar inventieve ondernemers en een concreet probleem bij elkaar brengt? In het geval van LifeCycleConcepts werd dat een innovatief product dat al in het eerste jaar van het bestaan zijn meerwaarde bewijst: de 3-in-1 meegroeifiets Vici.

125 jaar!

VAN STAPPEN NAAR TRAPPEN Mark Nijenmanting kwam op het idee van een meegroeifiets toen hij rondkeek in zijn woonkamer en al drie fietsjes zag staan, terwijl zijn dochter nog niet eens de kleuterleeftijd had bereikt. Samen met ondernemer Hans de Wolff, merkenbouwer Pim van den Bos en het team van Dynteq werd een kinderfiets voor meerdere fases ontwikkeld. De lichtgewicht design Vici is in één handige draai aan te passen van lage naar hoge loopfiets en daarna naar trapfiets. Zo heeft een kind jarenlang plezier van één fiets.

VOORDELEN De 3-in-1 meegroeifiets is een slimme, esthetische én duurzame oplossing. Een gezin heeft minder kinderfietsen nodig (wat productie, transport en verpakkingsmateriaal scheelt) en de Vici kan eenvoudig worden doorgegeven binnen het gezin. Omdat de fiets moeiteloos met kinderen meegroeit, kan fietsen met zijwielen worden overgeslagen. Want nadat een kind op een loopfiets heeft leren balanceren, leren ze in dezelfde zithouding (op hetzelfde frame en met dezelfde materialen) te trappen. Belangrijk voordeel is dus ook dat kinderen op een Vici sneller leren fietsen.

GROEI In nog geen jaar tijd vond Vici zijn weg naar ruim 180 dealers in binnen- en buitenland. Ook werd de meegroeifiets genomineerd voor een Fiets Innovatie Award en ontving Vici de Red Dot Design Award voor zijn slimme, heldere design. Om goed en snel te kunnen groeien als merk, is Lennard Toes dit jaar partner geworden bij LifeCycleConcepts. Zo kan Vici’s ambitie - om uiteindelijk alle online verkopen van de kinderfietsen via de vakhandel uit te leveren - vlotter worden gerealiseerd. Naast verdere uitbreiding in binnen- en buitenland wordt binnenkort gestart met de ontwikkeling van 16, 20 en 24 inch modellen, wederom met design en duurzaamheid als basis.

Meer informatie: www.vici.bike

Als je naar de vitaliteit, de frisheid en de jeugdigheid van het bedrijf kijkt, zou je het niet zeggen, maar toch is het waar: dit jaar viert Derksen Verhuizingen B.V. zijn 125jarig bestaan. Geen geringe prestatie! Wij spraken met directeur Harold Hofman over de historie van het bedrijf, en vroegen hem meteen naar de toekomst. Want hoe belangrijk een rijke geschiedenis ook is, bij Derksen kijken ze graag vooruit. “Het bedrijf Derksen bestaat sinds 1898,” vertelt Hofman. “Toen ging het nog niet echt om verhuizingen, dat kwam pas later. Oprichter J.C. Derksen hield zich in het begin vooral bezig met het transport van melkbussen van de boer naar de melkcorporaties.” Van vrachtwagens was natuurlijk ook nog geen sprake. Transport ging nog met paard en wagen. En het bedrijf zat ook nog niet in Arnhem, zoals tegenwoordig. Dat kwam in 1902, toen Derksen van Herveld naar Arnhem verhuisde.

VERHUIZINGEN ÉN PROJECTINRICHTING Derksen Verhuizingen B.V. leverde goed werk en groeide gestaag. Hofman: ““Na drie Derksen generaties heb ik met mijn toenmalige compagnon in 2004 het bedrijf overgenomen”. De organisatie groeide naar 25 medewerkers, diverse grote en kleinere verhuiswagens en verschillende opslagmodaliteiten. Sinds 2019 hebben Rob Hasselbach en Marijn Nieuwenhuis van de AtmR Groep een deelneming van 50%. “De zakelijke markt is sterk aan verandering onderhevig. Door de intensievere samenwerking met de AtmR Groep zijn we nog beter in staat om samen logistieke concepten te ontwikkelen. Thuiswerkplek.nl en totaaloplossingen voor diensten en producten voor grote landelijke organisaties zijn daar voorbeelden van. De combinatie is uniek in beide branches. Wij nemen eigenlijk letterlijk alles uit handen. Al doen we dat natuurlijk wel in goed overleg!”

EN DE TOEKOMST? Naar de toekomst kijkend, wordt Hofman enthousiast. “Ik zie vooral groei van de zakelijke dienstverlening. Er zullen meer expats komen, maar ook naar het buitenland vertrekken. Internationale en overzeese verhuizingen zullen blijven toenemen. We verhuren elke maand meer opslagruimten en ook de archiefopslag (en het beheer daarvan) groeit ondertussen verder”. De enige beer op de weg die Hofman ziet, is de mogelijke stagnatie als er minder gebouwd wordt. “Maar voorlopig merken we daar nog niets van. Als Nederland de komende jaren de beloofde woningen bouwt, dan valt het voor ons misschien ook nog wel mee.”

DERKSEN VERHUIZINGEN BV International Movers and Packers De Overmaat 39, 6831 AE Arnhem Telefoon +31 26 32 30 320 www.derksen.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

COLUMN

Wetswijzigingen in 2024 die van invloed zijn op uw personeelsbeleid Het is alweer de laatste maand van 2023. De feestdagen komen eraan en veel ondernemers zijn bezig met de jaarafsluiting. Maar het nieuwe jaar komt al snel dichterbij. En daarmee ook een aantal belangrijke wetten die impact hebben op uw personeelsbeleid. Als u hier nog geen rekening mee heeft gehouden, dan heeft u daar nog een paar weken de tijd voor. Graag wijs ik u op enkele relevante wijzigingen. MINIMUMUURLOON Op 1 januari treedt een wet in werking die een uniform minimumuurloon bepaalt voor alle werknemers, ongeacht hoeveel uur de werknemer per week werkt. Met het huidige minimummaandloonbegrip verschilt het per sector en de normale voltijd arbeidsduur (36 of 40 uur) hoe hoog het minimumuurloon is. Dat zorgt voor ongelijkheid. Deze wet neemt die ongelijkheid weg. Het minimumloon stijgt met 3,75% naar een bedrag van € 13,27 per uur voor werknemers van 21 jaar en ouder. Houd hier rekening mee.

SCHOLINGSSUBSIDIE Het STAP-budget stopt per 2024. Er komt een nieuwe scholingssubsidie genaamd SLIM. Deze is bedoeld als stimulans voor leren en ontwikkelen in het mkb. De aanvraag kan worden gedaan door individuele mkb-ondernemingen, samenwerkingsverbanden in het mkb en grootbedrijven uit de sectoren recreatie, landbouw en horeca. Ga na of u hiervoor in aanmerking komt.

VRIJE RUIMTE WERKKOSTENREGELING De vrije ruimte van de werkkostenregeling wordt (tot en met het fiscale loon van € 400.000) in 2024 weer verlaagd naar 1,92%. De ruimte was dit jaar tijdelijk verhoogd naar 3% vanwege de hoge inflatie. Anticipeer op deze beperktere ruimte.

HOGERE REISKOSTENVERGOEDING, THUISWERKVERGOEDING EN ONBELASTE OV-KAART Voor 2024 geldt een verhoging van de maximale onbelaste reiskostenvergoeding voor zakelijke reiskosten van € 0,21 naar € 0,23 per kilometer. De huidige onbelaste thuiswerkvergoeding van € 2,15 per dag gaat waarschijnlijk ook omhoog. Hoe hoog dit bedrag zal zijn wordt later deze maand duidelijk. Ook wordt later deze maand eveneens duidelijk of een Ov-kaart vanaf 2024 altijd onbelast mag worden vergoed of verstrekt. Een voorwaarde zal zijn dat de werknemer de Ovkaart voor zakelijk reizen gebruikt. Stel vast wat verhoging van deze kosten voor uw onderneming betekent en of u dit als arbeidsvoorwaarde aanbiedt of niet.

RAPPORTEREN OVER CO2-UITSTOOT Vanaf (naar verwachting) juli 2024 moeten ondernemingen met 100 werknemers of meer rapporteren over de vervuiling van het zakelijkeen woon-werkverkeer van hun werknemers. Deze gegevens moeten ondernemers insturen naar de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Inventariseer hoe uw onderneming dit gaat rapporteren.

CERTIFICERINGSPLICHT VOOR UITZENDBUREAUS Deze plicht wordt vermoedelijk pas op 1 januari 2026 ingevoerd, maar vereist wellicht wat voorwerk. Vandaar dat ik dit toch benoem. Deze wet heeft tot doel de positie van uitzendkrachten beter te beschermen. Een aanvraag voor certificering moet halverwege 2025 geschieden. Op dat moment moet het uitzendbureaus al over onder meer een SNA-certificaat beschikken en aan eisen voldoen zoals de NEN-norm 4400. Maak een plan om hieraan tijdig te voldoen. Daarnaast staan er nog meer belangrijke en interessante onderwerpen op de agenda in 2024, zoals: • meer zekerheid voor flexwerkers • hervorming van het concurrentiebeding • gelijke beloning voor mannen en vrouwen • overleg tussen werkgever en werknemer over bereikbaarheid buiten werktijd • de verplichtstelling van een vertrouwenspersoon • gelijke kansen bij werving en selectie. Deze wetsvoorstellen brengen ook wijzigingen voor uw onderneming en bedrijfsvoering mee. Houd dit dus goed in de gaten.

Pauline Nijboer is advocaat arbeidsrecht bij Stellicher advocaten in Arnhem. Neem bij vragen contact op met Pauline via 026 - 377 71 11, of via e-mail: p.nijboer@stellicher.nl.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

KENNIS VAN ZAKEN HELDERE ADVISERING Alle administratieve en fiscale zaken perfect op orde: samenstelling jaarrekeningen en belastingaangiften, verwerken van salarissen en administratie, fiscaal en bedrijfseconomisch advies. Het kantoor voor (startende) mkb’ers en directeur-grootaandeelhouders. Deskundig, no-nonsense, persoonlijk, accuraat, enthousiast, écht maatwerk.

rianne mulder

joost mulder

anton mulder

annemieke mulder

Begroting, administra-

Accountancy, financiële

Jaarrekeningen voor

Mkb-adviseur online

tie en jaarstukken van

en fiscale werkzaam-

bedrijven, verenigingen

boekhouden in een

ANBI-instellingen.

heden en advisering in

en stichtingen.

pakket naar keuze (o.a.

Administratie voor be-

de ruimste zin van het

Accountantsverkla-

Moneybird, e-Boekhou-

drijven en particulieren.

woord.

ringen, opzetten van

den en Exact Online).

administraties en

Salarisadministratie,

fiscale alsmede overige

advisering arbeidsover-

advisering.

eenkomsten/-voorwaarden en overig hr-advies.

MULDER arnhem

accountancy & advies

Ton Theloosen

WIJ GELOVEN IN MEDEWERKERKRACHT:

Werken aan gezondheid en toegevoegde waarde voor je werkgever ontwikkelen

REGIONALE &

KERKENBOS 1075 6546 BB NIJMEGEN DEBEDRIJFSPOLI.NL 024-3717799 INFO@DEBEDRIJFSPOLI.NL

GECERTIFICEERDE ARBODIENST

Heiliglandsestraat 13C, Groessen | Kronenburgsingel 60-21, Arnhem info@mulderarnhem.nl | www.mulderarnhem.nl | Bel voor een (vrijblijvende) afspraak: 026 – 323 3343

Samen maken we

Gelderland coherenter steeds

“Ik vond het erg waardevol om dit traject samen met andere ondernemers te doorlopen” “Deze training geeft mij houvast en meer grip in mijn dagelijkse werk”

Doe je mee?

“Alles hangt met elkaar samen. Alleen dán kun je vanuit je intentie ook impact maken” “Door de training lukt het om de organisatiestrategie te vertalen naar de HR-strategie”

Toekomstgericht installeren Is jouw bedrijf klaar voor de volgende stap? Tiel, Franklinstraat 2, (0344) 61 61 47 Nijmegen, Weurtseweg 301, (024) 350 30 00 Culemborg, Rolweg 45, (0345) 47 09 60 mulders-opel.nl

Boeijend Ondernemen | www.boeijend-ondernemen.nl

ARBEIDSMARKT

Waarderend Faciliteren

“EEN SLEUTEL TOT ARBEIDSMARKT MOBILITEIT EN SOCIALE INCLUSIE VOOR WERKGEVERS” In een wereld die constant evolueert, is het essentieel om innovatieve benaderingen te omarmen om de arbeidsmarkt in beweging te krijgen en sociale inclusie te bevorderen. Een van de krachtigste instrumenten die hiervoor kunnen worden ingezet, is “waarderend faciliteren.” Deze aanpak richt zich op het herkennen en versterken van positieve aspecten binnen individuen en gemeenschappen, wat niet alleen de arbeidsmarkt dynamischer maakt, maar ook sociale inclusie bevordert. WAARDEREND FACILITEREN Waarderend faciliteren begint met het erkennen van de unieke talenten en vaardigheden van elk individu, ongeacht hun achtergrond. In plaats van te focussen op tekortkomingen, concentreert deze benadering zich op het identificeren en uitbreiden van de sterke punten van mensen. Door dit te doen, wordt niet alleen het zelfvertrouwen van individuen vergroot, maar wordt ook een inclusieve omgeving gecreëerd die diversiteit omarmt.

Traditionele wervingsprocessen kunnen soms onbewust discriminerend zijn, maar waarderend faciliteren legt de nadruk op gelijke kansen voor iedereen. Werkgevers worden gestimuleerd om te kijken naar wat een persoon te bieden heeft in plaats van te focussen op vooroordelen gebaseerd op leeftijd, geslacht, etniciteit of andere kenmerken. Dit bevordert een inclusieve werkomgeving waar diversiteit wordt gevierd en gewaardeerd.

MOBILITEIT

VERSTERKEN GEMEENSCHAP

Een van de voordelen van waarderend faciliteren in relatie tot de arbeidsmarkt is de bevordering van mobiliteit. Door de focus te verleggen van wat iemand mist naar wat ze te bieden hebben, ontstaat er ruimte voor groei en ontwikkeling. Werkzoekenden voelen zich aangemoedigd om hun vaardigheden verder te ontwikkelen, terwijl werkgevers worden aangemoedigd om talenten te herkennen en te benutten. Deze positieve wisselwerking draagt bij aan een dynamische en veerkrachtige arbeidsmarkt.

Bovendien heeft waarderend faciliteren niet alleen betrekking op individuen, maar kan het ook gemeenschappen versterken. Door de sterke punten van lokale gemeenschappen te erkennen en te benutten, kunnen initiatieven voor arbeidsmarktontwikkeling worden aangepast aan de behoeften van die specifieke regio, dorp, wijk en buurt. Dit versterkt niet alleen de lokale economie, maar creëert ook een gevoel van gemeenschapszin en saamhorigheid.

SOCIALE INCLUSIE

“Waarderend faciliteren is samen te vatten als een houding, werkvormen en vaardigheden die mensen met verschillende zienswijzen, ervaringen of belangen helpen (faciliteren)

Daarnaast draagt waarderend faciliteren bij aan sociale inclusie door barrières en vooroordelen te doorbreken.

WAARDEREND FACILITEREN

toch samen stappen te zetten”, bron: Werken vanuit Kracht. Tijdens het, door ons ontwikkelde, Vitaliteitsprogramma Op Eigen Kracht voor mensen die een grote afstand op de arbeidsmarkt ervaren, worden onder meer de principes van Waarderend Zelfonderzoek (Appreciative Inquiry) geïntroduceerd. Meer dan 100 mensen hebben inmiddels al deelgenomen aan dit programma. 60% daarvan komt in beweging richting maatschappelijk en werk fit. 25% van de deelnemers stroomt duurzaam uit naar werk.

CONCLUSIE Waarderend faciliteren is een krachtige hefboom om de arbeidsmarkt in beweging te krijgen en sociale inclusie te bevorderen. Door de nadruk te leggen op de sterke punten van individuen en gemeenschappen, ontstaat er een positieve en stimulerende omgeving die mobiliteit bevordert, barrières en patronen doorbreekt...

VERHAAF CONSULTANCY Facilitator | Adviseur | Trainer-Coach | Telefoon +31 (0)6 831 66 796

VERHAAF CONSULTANCY

“Vanuit Verbinding Beweging creëren”

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

WAARDEBEPALING

Wat is uw bedrijf waard? Ongeveer 35-40% van alle bedrijven zijn familiebedrijven, gezamenlijk zijn deze bedrijven goed voor bijna de helft van de werkgelegenheid van ons land. Het percentage familiebedrijven dat drie generaties of zelfs meer teruggaat is klein, slechts 3%. In dit artikel gaat Edith Nobels, adviseur bij BDO, in op de verkoop van je bedrijf aan derden, wat zijn de mogelijkheden en hoe kun je een waardebepaling doen? DE WAARDEBEPALING: WAT IS MIJN BEDRIJF WAARD? Om te bepalen wat een bedrijf waard is, bestaan er verschillende methodes. Edith bespreekt hier de drie meest voor de hand liggende methodieken. Allereerst de DCF Methode, waarbij DCF staat voor Discount Cash Flow, welke is gestoeld op de toekomstige kasstroom; winsten, investeringen. Deze methode wordt door de belastingdienst goed geaccepteerd. Dat is vooral van belang bij overdrachten binnen de familie, om te voorkomen dat de indruk gewekt zou kunnen worden dat er sprake is van schenking. De DCF methode is een vrij ingewikkelde en tijdrovende methode. Het is ook een enigszins subjectieve en tijdsgebonden methodiek. Bijvoorbeeld de makelaar die je een taxatie laat doen; als je er drie vraagt krijg je drie andere uitkomsten. Het zal niet enorm verschillen, maar de uitkomst zal nooit exact hetzelfde zijn. Het belangrijkste uitgangspunt van de DCFmethode is dat het verleden slechts een beperkte rol speelt en vooral wordt gekeken naar de toekomstige verdiencapaciteit van een bedrijf. Een alternatieve methode om de goodwill van je bedrijf te bepalen kan zijn de EBITDA. Hierbij kijk je juist wel naar het verleden, wat heeft het bedrijf in de afgelopen jaren gedaan qua EBITDA: Earnings Before Interest Taxes Depreciation en Amorcitation, ofwel, verdiensten voor belasting, afschrijving en aflossing. Concreet: wat werd er verdiend de afgelopen drie, vier jaar en dat vermenigvuldigen we dan met bijvoorbeeld factor drie. Afhankelijk van wat er in de betreffende branche gebruikelijk is.

Deze ‘multiples methode’ wordt veelal ingezet wanneer er sprake is van verkoop van een bedrijf aan derden (niet binnen de familie). Je gaat daarbij uit van de gemiddelde genormaliseerde cijfers van de afgelopen x aantal jaren en dan ga je onderhandelen. Wat is gebruikelijk in de branche, maar ook: wat is je onderhandelingspositie, hoeveel gegadigden zijn er, hoe snel en graag wil je verkopen? En dan is er nog de VR Methode, de verbeterde rentabiliteitswaardemethode. Deze methode combineert de rentabiliteitsmethode met de intrinsieke waarde van het bedrijf. De rentabiliteit, meer concreet: wat hou je onderaan de streep over per jaar. Bijvoorbeeld: je hebt een omzet van 10 miljoen, onderaan de streep hou je een netto winst over van 1 miljoen. Dan is je rentabiliteit 10%. In de praktijk wordt vaak een gewogen gemiddelde genomen van bijvoorbeeld twee keer de rentabiliteitswaarde plus één keer de intrinsieke waarde. Het gewogen gemiddelde zou duiden op de marktwaarde. Bij deze waardebepalingsmethode wordt geen rekening gehouden met de toekomst en eventueel benodigde toekomstige investeringen dan wel met stille reserves, zonder daarbij de vermogenspositie van het bedrijf mee te wegen. Er is niet één voorgeschreven methodiek voor de waardebepaling van het bedrijf. De DCF is overigens de meest geaccepteerde waardebepalingsmethode door de belastingdienst bij verkoop binnen de familie. Bij verkoop aan derden is over het algemeen in de praktijk uiteindelijk vooral bepalend wat een verkoper voor zijn bedrijf wil hebben en wat een koper bereid is te betalen.

Edith Nobels heeft meer dan 30 jaar ervaring in de accountancy, met een focus op het MKB. Zij werkt daarbij vanuit een full-service gedachte op financieel, bedrijfseconomisch en fiscaal gebied. Haar specialisatie is de begeleiding van ondernemers bij financieringsaanvragen.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

REPORTAGE OPEN DAG Zaterdag 13 januari

Tekst: Paul de Jager // Fotografie: Jacques Kok

KENNISMAKING MET DE (PRE) BRUGKLAS Donderdag 8 februari

Winford College ziet leerlingen als actieve wereldburgers “We hebben ons kind weer terug”, zeggen blije ouders soms tegen Daniëlle Bhoelan-Derkse, directeur van het Winford College in Arnhem. Kleinschaligheid en aandacht maken dat leerlingen hun draai weer vinden op school.

Het Winford College is een kleine school voor particulier basisonderwijs en leerlingen kunnen vmbo, havo en vwo volgen, van brugklas tot en met het eindexamen in klas vmbo-4, havo-5 en vwo-6. Er zijn acht vestigingen door het hele land. In de Randstad wordt ook tweetalig onderwijs gegeven. De leerlingen zijn in een aantal gevallen vastgelopen op een reguliere school. Bijvoorbeeld vanwege de klasgrootte. “We zien dat ouders zich in toenemende mate bezig houden met het onderwijs van hun kind. Soms zien ze dat het op school niet lekker loopt. Beter dan wachten tot het helemaal niet meer gaat, is op tijd op zoek gaan naar een school die beter past bij het kind. Het Winford College, met kleinschaligheid en aandacht als kernwaarden, kan dan in beeld komen”, vertelt Daniëlle.

LEERMETHODE Het Winford College voorziet in een vloeiende overgang van basisschool naar middelbare school. Daarmee wordt voorkomen dat leerlingen het moeilijk krijgen met die overgang. De school zet voorts stevig in op het aanleren van studievaardigheden. Hoe leer je Franse woordjes en hoe krijg je inzicht in wiskunde? Leerlingen krijgen de kans om te onderzoeken welke leermethode het beste bij ze past. Daniëlle: “Probeer het maar en kijk of het voor je werkt. Het belangrijkste is dat we de leerlingen genoeg vaardigheden meegeven voor hun vervolgonderwijs. Of het nu gaat om de

PRAKTIJKOPDRACHT

Het Winford College is een school die veel aandacht heeft voor de individuele ontwikkeling van een leerling. Dat biedt een grote kans op succes. Want succes heeft volgens de filosofie van de school niet alleen te maken met intelligentie, maar ook met motivatie, vaardigheden, concentratie, zelfvertrouwen en een veilige omgeving.

Sinds enkele jaren biedt het Winford College ook VMBO-kaderonderwijs aan. Het gaat om de profielen Economie en Ondernemen en Media Vormgeving en Design. Bij economie en ondernemen leren ze onder andere hoe een product in de markt gezet wordt. Een voorbeeld van een praktijkopdracht is te onderzoeken hoe een etalage ingericht wordt. De leerlingen krijgen op die manier inzicht in de achterliggende gedachten bij de inrichting van een etalage. Ook krijgen ze les in de prijsopbouw van een product. Bij Media, Vormgeving en ICT leren de leerlingen over webdesign en grafische vormgeving. Verder wordt onder andere aandacht besteed aan het opzetten van een webshop.

Het Winford College vertaalt de eigen identiteit naar vier doelen voor de leerlingen: • aantoonbare leerwinst, • het plezier en de voldoening die leerlingen uit school halen, • de mate waarin zij met zelfvertrouwen en zelfstandig de volgende stappen in hun leven kunnen zetten, geholpen door een gezonde dosis zelfreflectie • en tot slot de manier waarop zij de wereld instappen, met een nieuwsgierige open blik, als actief wereldburger.

overgang van basis- naar voortgezet onderwijs of de stap naar universitair of beroepsonderwijs.”

ONDERNEMERSKRINGEN “VMBO-ers vormen een belangrijke groep, want we zien een tekort aan dit soort praktisch ingestelde leerlingen in Nederland”, weet Daniëlle. Veel van de leerlingen op het Winford College komen uit ondernemerskringen. En daar wordt de praktische insteek van het VMBO gewaardeerd, is haar ervaring. Ze ziet een wisselwerking met ondernemers in het verschiet. Namelijk daar waar het bedrijfsleven openstaat voor een (korte) snuffelstage van de leerlingen.

WINFORD ARNHEM Izaak Evertslaan 1 6814 JH Arnhem Telefoon 026 - 744 00 59 www.winford.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

COLUMN

LEVEN LANG ONTWIKKELEN: MEDE MOGELIJK GEMAAKT DANKZIJ SCHOONVADER

“OLYMPIA: WAAR WERK VOLDOENING VINDT” In de ratrace van het moderne leven, waar deadlines en doelstellingen de boventoon voeren, worden we gedreven door de noodzaak om te werken, om de rekeningen te betalen en onze levensstijl te handhaven. Maar in deze hectiek, rijst de vraag: Hoe vinden we betekenis in ons werk? Betekenisvol werk gaat verder dan de banale handeling van taken afvinken. Het reikt dieper dan de dagelijkse sleur van het woon-werkverkeer en de kantoormuren. Het is een roeping om een positieve impact te hebben, niet alleen op onszelf, maar op de wereld om ons heen. Helaas lijkt deze zoektocht naar betekenis in het werk vaak verloren te gaan in de tumultueuze stroming van de arbeidsmarkt. We worden geconfronteerd met een paradox: we willen werk dat onze passies voedt, dat bijdraagt aan een groter geheel, maar worden tegelijkertijd geduwd in richtingen die misschien wel financieel lucratief zijn, maar emotioneel uitputtend. Betekenisvol werk omvat de voldoening van een doelgerichte bijdrage in wat we dagelijks doen. Het gaat dus niet alleen over het verdienen van een salaris. Het is het verschil maken, hoe klein ook, in het leven van anderen en in de wereld. Maar betekenisvol werk is geen eenrichtingsverkeer. Het vereist een wisselwerking tussen individuen en de organisaties. Werkgevers moeten niet focussen op winst en efficiëntie, maar ook op het creëren van een omgeving waarin werknemers zich gewaardeerd voelen, waar hun inspanningen een positieve impact hebben. Het is tijd om anders naar werk te kijken. Het gaat niet om het beklimmen van de carrièreladder, maar om het bouwen van een ladder die stevig rust op betekenis en zingeving. Het is een collectieve verantwoordelijkheid om te streven naar een wereld waarin elke baan, ongeacht het niveau, betekenisvol is. In de wereld van Olympia is werk niet slechts een contract; het is een reis naar betekenisvolle prestaties en persoonlijke groei. Het herinnert ons eraan dat wanneer werk en betekenis samenkomen, het geen dagelijkse sleur wordt, maar eerder een viering van wat we kunnen bereiken wanneer we onze vaardigheden en passies verenigen met een doel dat groter is dan onszelf.

Willemsplein 3 6811 KA Arnhem 026 351 4110 | 06 520 348 49 www.olympia.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 04 • 2023

Hij moet de paniek in mijn ogen hebben gezien. Want wáárom zou ik in hemelsnaam op het hout tekenen welke vorm de kast moest krijgen die ik wilde bouwen? “Ach, van die potloodstrepen zie je straks niets meer, hoor”, probeerde mijn schoonvader me gerust te stellen. Dat ik met mijn spontane actie om die lelijke vuilnisbak in de tuin aan het zicht te onttrekken me in een leersituatie stortte, besefte ik later pas. Leren is namelijk niet alleen aan school gerelateerd. Soms komt het bovendrijven vanuit een soort noodzaak (lees: de vuilnisbak). Soms is het omdat je bepaald werk anders niets meer goed kunt uitvoeren. Andere keren gaat het om de behoefte om een andere baan te vinden. Wat het ook is: LLO is er. Altijd en overal. Ook mijn schoonvader moest er een paar jaar voor zijn pensioen aan geloven, toen de digitalisering zijn ambacht had bereikt. Ineens waren er machines die het zaagwerk overnamen. Mijn schoonvader besefte ineens dat een potlood en zijn vaardigheden niet meer voldoende waren om zijn werk uit te voeren. Hij leerde op de werkvloer hoe hij een computer de juiste opdracht kon geven. Vandaag de dag vinden we het belangrijk om werknemers een bewijs te geven van extra kennis en kunde die ze hebben opgedaan. Een bewijs met civiele waarde, net als een diploma. Of een bewijs dat daar in de buurt komt, zoals een praktijkverklaring. Bij die laatste leert de werknemer op de werkvloer. Maar hij kan ook kiezen voor een hele opleiding, of een specifiek stukje daarvan, in de schoolbanken. Zorg er als werkgever in ieder geval voor dat je kiest voor een manier die het beste past bij jou en je werknemers. En: verlies het raakvlak met de praktijk niet uit het oog. Want daarmee wordt leren vooral leuk en uitdagend. En zeg nou zelf: dat is toch hoe het hoort?! Leren hóeft dus niet in de schoolbanken, maar kan ook heel goed op het werk of ergens anders. Zoals in de tuin, dankzij je eigen schoonvader.

RINSKE SCHAFFERS Projectleider Leven Lang Ontwikkelen; Move to Match Move to Match is een samenwerking tussen Rijn IJssel en ROC Nijmegen op het gebied van LLO.

CLAFIS Academy Contractmanagement

Samen met ons de Contractmanagers van de toekomst opleiden? In Nederland groeit de vraag naar Contractmanagers, maar het vinden van gekwalificeerde specialisten blijkt moeilijk. Wij leiden specialisten op tot bekwame Contractmanagers. Ook uitdagingen op gebied van contractmanagement? Profiteer van alle voordelen en doe mee als opdrachtgever. • Project- en capaciteitsondersteuning op contractmanagement • Deelnemers van de Academy krijgen begeleiding van ervaren Contractspecialisten vanuit CLAFIS Benieuwd naar meer informatie? Lees alles over de CLAFIS Academy Contractmanagement via onderstaande QR-code.

Een dynamisch en mensgericht ingenieursbureau met een sterk verankerd netwerk in heel Nederland, dat is CLAFIS Ingenieus.