Zicht op verleden

Page 1

Zicht op verleden



Zicht op verleden

Vervolging en deportatie van de Sinti en Roma in Nederland 1940­â€“ 1945

Stichting Rechtsherstel Sinti en Roma, 2010


Inleiding

Sinti en Roma… grote vraagtekens in de ogen. Zigeuners, oh. Tot op de dag van vandaag moet worden uitgelegd over wie je het hebt. Wie het over zigeuners heeft beseft waarschijnlijk niet dat dit een scheldwoord is, afgeleid van het Duitse Gauner, dieven of boeven. 2 Weinig mensen weten dat Sinti en Roma een met Joden vergelijkbare vervolgingsgeschiedenis hebben. Ook Sinti en Roma werden lang vóór de Tweede Wereldoorlog gediscrimineerd en vervolgd. In Nazi-Duitsland maakte Hitler dankbaar gebruik van de negentiende-eeuwse rassentheorie van een Franse graaf, Arthur de Gobineau. Diens boek over de ongelijkheid van de menselijke rassen verscheen in 1853. Hitlers na­ tionaal-socialisten, voortbordurend op deze rassentheorie, zagen blonde Germanen met blauwe ogen als de zuiverste vorm van Ariërs. Waar zou, in de opvatting van de nazi’s, deze oude beschaving anders hebben kunnen ontstaan dan in het gebied, dat later Duitsland zou gaan heten. Andere volken, zoals Slavische volken, werden door de nazi’s als minderwaardig beschouwd. Als uiterste consequentie van deze rassenideologie moesten Joden en Sinti en Roma uiteindelijk van de aardbodem verdwijnen.

‘Ik dacht wel eens dat de bijen net zo zijn

In zijn boek, ‘En men noemde hen zigeu-

als wij. Ze vliegen van plaats naar plaats

ners’… De geschiedenis van Kaldarasch,

om in leven te blijven. Ze zijn ook vrij

Ursari, Lowara en Sinti in Nederland (1750-

om te gaan en staan waar ze willen, als

1944), Amsterdam/’s-Gravenhage 1990, heeft

er maar bloemen zijn. Voor ons waren

Leo Lucassen overtuigend aangetoond hoe

de steden, de dorpen en de boerderijen

en waarom in Nederland, sinds de middel­

de bloemen.’

1

eeuwen de houding ten opzichte van zigeu-

4


ners langzamerhand veranderde. Een oor-

Mijn dank gaat uit naar Dirk Mulder, Guido

spronkelijk goed en gastvrij ontvangen groep

Abuys, Erik Guns en Bas Kortholt, respectie-

nieuwkomers zou in de loop der tijd worden

velijk directeur en medewerkers van het Her-

gediscrimineerd, vervolgd en tenslotte ver-

inneringscentrum Kamp Westerbork die mij

moord.

alle nodige ondersteuning voor het schrijven

In het voetspoor van Lucassen heb ik om de

van dit boekje hebben gegeven.

vervolging van Sinti en Roma in de Tweede

Ik wil graag Sani van Mullem en Joseph Pe-

Wereldoorlog inzichtelijker te maken op ba-

talo bedanken voor hun bereidheid mij te

sis van zijn boek in grote lijnen de geschie-

vertellen – ondanks de emoties die daardoor

denis van discriminatie en vervolging vóór

opnieuw werden opgeroepen – hoe zij de

de Tweede Wereldoorlog geschetst.

oorlog in de onderduik zijn doorgekomen.

Geschat wordt dat er in het begin van de

Ook ben ik erkentelijk voor de toestemming

Tweede Wereldoorlog ongeveer 2.000 à 2.500

van Hannes Weiss, Zoni Weisz en Augusta

Sinti en Roma in Nederland woonden. De

om hun oorlogservaringen zoals deze in

meesten zijn niet gepakt. Veel mensen wis-

Auschwitz in de tentoonstelling in het Ne-

ten al vóór de oorlog van familie in Duitsland

derlands Paviljoen zijn te lezen ook in deze

waartoe de nazi’s in staat waren. Vindingrijk

publicatie op te nemen. Hetzelfde geldt voor

hebben velen zich onzichtbaar weten te ma-

de toestemming van Beike Steinbach de foto

ken. De Duitse bezetter had geen haast. Dat

van Settela Steinbach in dit boek op te ne-

was in hun voordeel. De vervolging en de-

men.

portatie van de joodse bevolking had ‘voor-

Tevens dank ik mevrouw Hanne Aerts,

rang’. Pas toen na de laatste grote razzia op

assistent-archivaris van het Joods Museum

26 mei 1943 de meeste Joden waren opge-

van Deportatie en Verzet te Mechelen, die

pakt, kwamen de Sinti en Roma aan de beurt,

mij de deportatielijst van het Z transport uit

op vergelijkbare wijze: In beslagname van al-

Mechelen toestuurde.

les van waarde, concentratie in verzamelkam-

Tenslotte is er met grote inzet van de be-

pen en tenslotte deportatie.

roemde musici van het Koninklijk Zigeunerorkest Tata Mirando, Adolf Weis Mirando

Dit boekje is geschreven in opdracht van de

(Tata Mirando jr.) en zijn zoon Nello Weis

(inmiddels opgeheven) Stichting Rechtsher-

Mirando, een CD bij dit boek tot stand geko-

stel Sinti en Roma. In het tweede deel van

men. Hun muziek vertelt meer dan woorden

deze publicatie schetst Raoul Nijst, commu-

kunnen beschrijven.

nicatieadviseur van het nieuwe Nederlands Instituut Sinti en Roma, sinds januari 2010

Carry van Lakerveld

gevestigd in ‘s Hertogenbosch, de geschiedenis van de Stichting Rechtsherstel.

5


Zicht op verleden Carry van Lakerveld

Gastvrij ontvangen

De discriminatie en

vervolging van Sinti en Roma heeft, evenals die van Joden, een lange voorgeschiedenis zowel in de Nederlanden als in het Duitse Rijk. In de Nederlanden worden zij voor het eerst vermeld in 1420. Zij kwamen met grote families, opvallend van uiterlijk en kleding, voerden titels als hertog of graaf en zeiden dat zij pelgrims waren afkomstig uit ‘Klein-Egypte’. Waar dit land lag is niet duidelijk. In het algemeen wordt aangenomen dat het een streek in Oost-Europa of Klein-Azië zou kunnen zijn. Uit verschillende geschreven stukken uit de vijftiende eeuw blijkt dat de ‘Egyptenaren’ of ‘Heydenen’ zoals zij werden genoemd goed en gastvrij werden ontvangen. Waarom zij in de Nederlanden ook werden aangeduid als ‘Heydenen’ is evenmin duidelijk. Het zou kunnen betekenen dat zij niet als christenen werden gezien maar ook dat zij op de heide (platteland) verbleven. Op taalkundige gronden wordt door de meeste auteurs aangenomen dat zij uit het noorden van India afkomstig zijn en via het westen van Azië en de Balkan naar West-Europa zijn getrokken. 3 Op grond van hun pelgrimstatus kregen zij in 1423 van keizer Sigismund (1410-1437) een geleidebrief. Wie zo’n brief bij zich had kon rekenen op bescherming van kerkelijke of wereldlijke overheden. Pelgrims mochten bijvoor­ beeld gebruik maken van gasthuizen om te overnachten. Ook plaatselijke autoriteiten zoals de hertog of de graaf gaven voor het gebied waarover zij heersten tot in de zeventiende eeuw geleidebrieven of vergelijkbare documenten af.

6


In het nauw gedreven In de zestiende

In de zeventiende eeuw werd het de ‘Heyde-

eeuw begon de verdraagzaamheid ten op-

nen’ zo mogelijk nog moeilijker gemaakt. In

zichte van rondtrekkende groepen te vermin-

de Gouden Eeuw, misschien beter geken-

deren. Meer en meer werd, wat later een

schetst als de eeuw met een gouden randje,

vaste woon- en verblijfplaats zou heten, ge-

was geen plaats voor rondtrekkende ‘Heyde-

bruikelijk. Niet alleen ‘Egyptenaren’ of ‘Hey-

nen’. Zij werden gelijkgesteld met vagebon-

denen’ behoorden tot groepen mensen zon-

den, zwervers, bedelaars, dieven, kortom cri-

der een vaste woon- en verblijfplaats. In de

minelen. Dat hield in dat zij bijna alle beroe-

late middeleeuwen trokken pelgrims, ker-

pen waarmee zij traditiegetrouw in hun le-

misklanten, minstreels (zangers), maar ook

vensonderhoud konden voorzien, niet meer

afgedankte soldaten en struikrovers met en

konden uitoefenen. Zij mochten dus bijvoor-

zonder wapens, langs steden en dorpen om

beeld niet meer langs de deuren gaan om ge-

bedelend goedschiks of kwaadschiks aan de

neeskundige kruiden en andere zaken te ver-

kost te komen.

kopen. Toch werden de ‘Heydense’ kruiden-

De geleidebrief van keizer Sigismund werd

dokters die naar men zei wonderen konden

op de Duitse Rijksdagen, in Lindau in 1497

verrichten op verschillende plaatsen gedoogd

en in Freiburg in 1498, ongeldig verklaard.

en erkend als meesters in de kruidengenees-

Twee jaar later werden deze besluiten op de

kunst. De autotochtone bevolking had alle

Rijksdag van het Heilige Roomse Rijk door

vertrouwen in de kruidendranken en maakte

keizer Maximiliaan I (1459-1519) nogmaals

overigens ook graag gebruik van de kunst van

bekrachtigd. Vervolgens verschenen op be-

de waarzeggerij.

vel van zijn zoon keizer Karel V, tevens koning van Spanje en daarmee van de Neder-

Er is niet veel fantasie voor nodig om te te be-

landen, plakkaten (verordeningen) waarin

grijpen hoe de gevolgen van deze maatrege-

het de ‘Heydenen’ verboden werd zich in

len uitpakten voor de opgejaagde groepen

verschillende gewesten op te houden: Hol-

‘Heydenen’. Waar moesten zij van leven nu zij

land in 1524, Friesland in 1526, Utrecht en

hun traditionele beroepen niet ongestraft kon-

Zeeland in 1533, Groningen en Overijssel in

den uitoefenen? Het aantal tegen vagebonden

1537 en Drenthe in 1559.

4

en ‘Heydenen’ gerichte plakkaten nam toe.

Zware straffen stonden degenen die het ver-

Het aantal vonnissen wegens diefstal, oplich-

bod overtraden te wachten. Alleen al hun

ting of inbraak eveneens, van 7 in de periode

aanwezigheid was strafbaar. Verbanning was

1601-1650 tot 29 tussen 1651-1700. 5

nog de lichtste straf. Zij werden ook in stin-

Het is aannemelijk dat tijdens het Twaalfjarig

kende kerkers gesmeten en lijfstraffen (gese-

Bestand (1609-1621) in de oorlog tegen Span-

ling) waren aan de orde van de dag.

je en na de vrede van Münster (1648) afgedankte huursoldaten die plunderend door het

7


land trokken voor ‘Heydenen’ werden aange-

den. Felle klopjachten moesten zij met hun

zien. In een aantal gevallen trokken zij inder-

leven bekopen. Een onbekend aantal vlucht-

daad samen op met de vaak nog bewapende

te naar het Zuiden, het huidige België en

soldaten.

Frankrijk.

Niet in alle gewesten was de vervolging even

Sinds omstreeks 1750 werd er door de di-

genadeloos. Het beleid in Zeeland en Holland

verse overheden vanuit gegaan dat zij defi-

was aanzienlijk gematigder dan de bloedige

nitief uit Nederland waren verdwenen.

vervolging in Overijssel, Gelderland en Utrecht. Hoe dat komt is niet duidelijk. Het kan zijn dat het groeiende aantal bendes sinds omstreeks 1650 gezien moet worden als reactie op de toenemende vervolging. In een plakkaat uitgevaardigd in Overijssel in 1726 werden de ‘Heydenen’ met of zonder schietgeweer vogelvrij verklaard en een ieder krijgt de vrijheid om alle soo-danige ge-

Rivierlandschap met zigeuners

naamde Heidenen… van het Leven te bero-

In het midden betaalt een vissersvrouw en

ven sonder enige de minste Straffe dies we-

rechts leest een zigeunerin een visser de hand.

gen te incurreren.

6

Arent Arentsz., ca. 1585-1631, paneel,

Na 1730 is er nauwelijks nog sprake van

monogram AA op houten bakje bij de

‘Heydenen’ of ‘Egyptenaren’ in de Nederlan-

vissersjongen. Rijksmuseum, Amsterdam

8


Roma

de burgemeesters van Almelo en Delden of zij artikel 9 van de Vreemdelingenwet had-

Hongaarse ketellappers In De Ensche-

den toegepast. In dat artikel staat dat vreem-

dese Courant van 18 maart 1868 is er voor

delingen zonder geldige papieren over de

het eerst weer sprake van ‘Heydenen’, Hon-

grens gezet moeten worden. Zijn zorgen wa-

gaarse ketellappers, hier voor het eerst ook

ren zo groot dat hij niet op antwoord wachtte

zigeuners genoemd: Almelo 17 maart. Giste-

maar een dag later aan de minister van Justi-

ren avond arriveerden alhier 4 wagens met

tie meldde dat deze Bohemers er verschrik-

zeer vreemde gasten, welke na in korte oog-

kelijk uitzagen, op blote voeten liepen en

enblikken hunne tenten op de veemarkt alhier

lange haren hadden, waardoor zij veel be-

te hebben opgeslagen, zich aldaar legerden.

kijks hadden; hun kinderen maakten daarvan

Het was namelijk een troep Heidenen of

gebruik door bij het publiek te bedelen.

Zigeuners, afkomstig uit de Oostenrijksche Staten en voornemens zijnde zich naar Bel-

Zigeuners reisden in deze tijd nog niet in

gië te begeven. De hele stad liep uit om de

woonwagens, waarin zij ook konden over-

vreemdelingen te bekijken en de politie deed

nachten. De Hongaarse ketellappers, mees-

de hele nacht geen oog dicht ten einde een

ters in het repareren van pannen en ketels,

waakzaam oog op hen te houden…

7

trokken rond in wagens, maar sliepen in grote

Het is mogelijk dat de benaming zigeuners

tenten. Woonwagens kwamen pas tegen het

in Nederland snel inburgerde omdat in Duit-

einde van de negentiende eeuw in zwang.

se politiebladen al sinds 1865 over Zigeuner

De burgemeester van Deventer was aller-

werd geschreven. Die bladen lagen ook op

minst ingenomen met hun verblijf en schreef

de bureaus van de Nederlandse justitiële au-

aan de commissaris des Konings dat hij niet

toriteiten.

geloofde dat de ketellappers genoeg geld

In de pers verschenen talloze artikelen waar-

verdienden met hun beroep en dat zij zich

in werd gewezen op de overeenkomst tus-

vooral bezighielden met bedelen en stelen.

sen de ‘Heydenen’ van vroeger en de nieuw-

De burgemeester van Delden dacht er anders

gekomen zigeuners, met het bijbehorende

over en schreef aan de procureur-generaal

beeld van bedelaars en oplichters. De autori-

van Overijssel dat de ketellappers zich goed

teiten wensten deze ongewenste vreemde-

hadden gedragen en voor hun levensonder-

lingen zo snel mogelijk te zien vertrekken.

houd hadden betaald.

Dat ging niet zonder slag of stoot want de

Ook de commissaris van politie in Breda

ketellappers hadden geldige reispapieren en

schaarde zich niet in het koor van diegenen

geld en konden dus volgens de Vreemde­

die deze ongewenste vreemdelingen zo

lingenwet niet zomaar worden uitgezet. De

spoedig mogelijk het land wilden uitzetten.

procureur-generaal van Overijssel vroeg aan

Hij verklaarde: dat de uitoefening van hun

9


handwerk hen wel in staat stelt om genoeg-

schien wel niets gedaan hadden wat onge-

zaam in hunne reiskosten en onderhoud te

oorloofd was om in hun onderhoud te voor-

voorzien, vermits zij zich voor de door hen

zien, maar dat zij zoveel geld uitgaven dat

verrigte werkzaamheden zeer goed laten be-

dat niet door de inkomsten van ketellappen

talen, dat volgens verklaring van den heer

kon worden gedekt. Kortom, dat zij zoveel

Kapitein der Maréchausée welke het door

mogelijk geweerd moesten worden. Het is

die zigeuners gedane werk heeft gezien,

opvallend dat in de 30 brieven van diverse

geen koperslager in dit Rijk in staat is zoo­

autoriteiten die over de aanwezigheid van

danige herstellingen op gelijke wijze te ver-

de Hongaarse ketellappers bewaard zijn ge-

rigten, als kunnende dit, als het ware, kunst-

bleven alle stereotiepe negatieve uitingen

werken worden genoemd. Deze positieve

over zigeuners zelfs na meer dan een eeuw

verklaring had overigens geen invloed op

afwezigheid van zigeuners in Nederland nog

het beleid van de procureur-generaal van

steeds werden gehanteerd. Hetzelfde beeld

’s Hertogenbosch die de minister van Justi-

is waarneembaar in kranten en in populaire

tie liet weten dat deze zwervers dan mis-

weekbladen zoals Eigen Haard en De Katholieke Illustratie. Zigeuners bleven zwervers,

Zigeuners gekampeerd te Deventer buiten

dieven en oplichters. In een brief van de pro-

de Bergpoort, 22 maart 1868. Jan Striening

cureur-generaal van Overijssel aan de minis-

(1827-1903), tekening. Atlas van Stolk, Rotterdam

ter van Justitie schrijft deze dat zij: half naakt

10


en blootvoets lopen, en zeer lange haren dragen, daarom hebben zij een zeer afzigtelijk aanzien… 8 De minister van Justitie reageerde koel op al deze negatieve reacties op het verblijf van de ketellappers en de voorstellen hen het land uit te zetten. Dat kon alleen als zij niet voldeden aan de eisen van de Vreemde­ lingenwet zoals het bezit van geldige papieren en de mogelijkheid om in hun eigen levensonderhoud te voorzien. De families Kaldarasch Hoeveel moeite

De Hongaarsche en Italiaansche Reizigers 10

er ook werd gedaan om groepen en groepjes

Advertentie in de Provinciale Overijsselsche

zigeuners uit Nederland te weren, in het laat-

en Zwolsche Courant, 14 juli 1879

ste kwart van de negentiende eeuw is er opnieuw herhaaldelijk sprake van groepen Hon-

en waarmee de ‘Heydenen’ of ‘Egyptenaren’

gaarse ketellappers, de families Kaldarasch(i),

eeuwen eerder werden gekarakteriseerd: die-

die mèt geldige papieren en voldoende mid-

ven, bedelaars en oplichters, parasiterend op

delen van bestaan Nederland binnentrokken.

fatsoenlijke burgers. Hoewel vrouwen en kin-

De Kaldarasch(i) maken deel uit van de Roma,

deren bij druk bezochte gelegenheden bedel-

de verzamelnaam van zigeuners die op de

den als aanvulling op het inkomen, is deze

Balkan leven of vandaar in de negentiende

beeldvorming niet met bewijzen aan te tonen

eeuw zijn weggetrokken. Hun gemeenschap-

omdat deze groepen uitstekend in hun le-

pelijke taal is Romanes.

9

vensonderhoud konden voorzien.

In de meeste gevallen werd hun verblijf in

De meeste groepen ketellappers verbleven

stad of dorp door de burgemeesters toege-

van ca. 1860 tot 1890 in Nederland en emi-

staan omdat zij volgens de Vreemdelingen-

greerden toen naar Amerika.

wet legaal in Nederland waren, zeer tegen de zin van de rijksoverheden die van mening

Ursari

waren dat deze vreemdelingen, legaal of

groepen Berenleiders, Ursari (urs betekent

niet, een gevaar waren voor de openbare

beer) uit Bosnië en Italiaanse beestenleiders

orde en veiligheid. De ketellappers werden

afkomstig uit Noord-Italië, door Nederland.

vanaf het moment dat zij in Nederland arri-

Zij komen zelden voor in overheidscorres-

veerden onder de nieuwe benaming zigeu-

pondentie over zigeuners. Dat neemt niet

ners voorzien van alle stereotiepe aanduiding­

weg dat zij vreemdelingen waren, met hun

11

In dezelfde periode trokken ook


gezinnen rondtrokken en er opvallend an-

openbare weg. De inwoners van Simpelveld

ders uitzagen. En dus, zelfs na een eeuw af-

waren bang en er moest onmiddel­lijk wor-

wezigheid van ‘Heydenen’ in Nederland ble-

den opgetreden. Onder strenge bewaking

ken de negatieve associaties die zij bij de

van de marechaussee moesten de paarden-

rijksoverheid opriepen nog springlevend en

handelaren weer vertrekken en kon Simpel-

werden zij als (ongewenste) vreemdelingen

veld rustig slapen. 12

nauwlettend in de gaten gehouden.

De wachtmeester ging nog een stap verder.

Het publiek vond de voorstellingen leuk en

Hij was van mening dat de paardenhandela-

kwam tot in de jaren twintig van de twintig-

ren onmiddellijk het land uitgezet moesten

ste eeuw naar de kunsten van de beren en

worden als hun reis- en verblijfpassen, afge-

de kleine circussen van de Italiaanse bees-

geven in Stein, Simpelveld en Wittem, wa-

tenleiders kijken.

ren verlopen.

De Lowara, paardenhandelaren In het

De strenge rijksoverheid en de soe-

begin van de twintigste eeuw kwamen nieu-

pele gemeentelijke autoriteiten Er zijn

we groepen nomadische vreemdelingen Ne-

geen statistieken of andere duidelijke aanwij-

derland binnen. Het waren vooral Duitse,

zingen dat zigeuners meer dan andere bevol-

Franse en Scandinavische paardenhandela-

kingsgroepen de wet overtraden. Integendeel

ren, Lowara (Lo of Lov is paard in het Hon-

uit berichten van lokale overheden blijkt dat

11

die door de overheid werden gezien

zij uitstekend in hun eigen levensonderhoud

als zigeuners, maar die ook wel als ‘zoge-

konden voorzien, en geen gevaar voor de

gaars)

naamde zigeuners’ werden aangeduid. In de

openbare orde vormden.

visie van de overheid konden mensen met

Gedurende de negentiende en de twintigste

geldige Duitse en Franse paspoorten, in te-

eeuw tot 1944 blijven de verschillen in bena-

genstelling tot de Hongaarse ketellappers,

dering tussen Rijk en Gemeenten bestaan.

toch geen zigeuners zijn. Maar toch, zij woon-

Ook in de twintigste eeuw gaven de meeste

den in woonwagens, de vrouwen en kinderen

gemeentelijke autoriteiten zonder problemen

waren echte zigeunertijpe die bedelden en

reis- en verblijfpassen af zodat bijvoorbeeld

stalen: Bovengemelde lieden leven geheel

de paardenhandelaren in Nederland konden

op dezelfde wijze als een troep zigeuners,

reizen om op de paardenmarkten zaken te

schreef de wachtmeester van de marechaus-

doen. Het is mogelijk dat de eigenlijke be-

see in Simpelveld (Limburg) aan zijn district-

doeling was om zo gauw mogelijk een groep

commandant in Maastricht. Het ging om

zigeuners te zien vertrekken, maar er zijn tal-

twee gezinnen, die in zijn schrijven werden

loze voorbeelden van een uitgesproken posi-

beschuldigd van bedelen, oplichterij, kippen

tieve benadering.

stelen en lastig vallen van mensen op de

12


Tevergeefs probeerde de rijksoverheid, Jus-

elders aan den belanghebbenden uitgereikt.

titie, de procureur-generaals en de mare-

Eindelijk meende ik, dat het afgeven der be-

chaussee, de gemeentelijke overheden te

doelde papieren zonder bezwaar kon ge-

dwingen zich aan hun richtlijnen aan te pas-

schieden, daar deze lieden zich gedurende

sen. Het negatieve beeld dat de diverse rijks-

hun verblijf in mijn gemeente steeds ordelijk

overheden van zigeuners gaven door hen af

en behoorlijk hebben gedragen en niemand

te schilderen als straatarme, stelende rovers-

overlast hebben aangedaan. 13

benden, (de schrik van het platteland) kwam

Terwijl in de vreemdelingenwet zelfs ook

totaal niet overeen met de ervaringen die de

nog was opgenomen dat uitzetting kon

gemeenten hadden.

plaatsvinden als er sprake was van hinderlijk

In het algemeen beschikten zigeuners over

gedrag, bleek dat er in de meeste gevallen

geldige passen en voldoende middelen van

geen rechtsgronden aanwezig waren om

bestaan. Daarmee voldeden zij aan de eisen

daartoe over te gaan, tot ongenoegen van

zoals die in de Vreemdelingenwet waren ge-

de rijksoverheid. Uiteraard was het niet zo

formuleerd en konden zij niet het land wor-

dat er nooit problemen waren met de paar-

den uitgezet.

denhandelaren, dat zou wel erg merkwaar-

De bevolking zowel in de stad als op het

dig zijn. Dat blijkt onder meer uit een voorval

platteland had werk voor zigeuners zoals ke-

in juni 1912, toen er klachten kwamen – las-

tellappers, stoelenmatters, mandenmakers,

tig en brutaal optreden – over een groep van

verkopers van allerlei huishoudelijke spul-

negen woonwagens waarmee in Brabant

len, muzikanten, instrumentmakers en -repa-

werd rondgereisd. Zij waren in het bezit van

rateurs enz.

geldige passen, dus formeel kon de mare-

Typerend is het wat kriegelige antwoord van

chaussee, district Breda, niets doen.Vervol-

de burgemeester van Breukelen op de vraag

gens werd besloten hen op de voet te vol-

van de procureur-generaal van Amsterdam

gen, ‘stalken’ in hedendaagse terminologie,

waarom hij passen aan twee zigeunerfami-

uiteraard om hen bij de minste of geringste

lies, het gezin van Frans Annies met vrouw

overtreding van de wet weg te kunnen stu-

en vijf kinderen en dat van Karel Kaskowie

ren. Uiteindelijk vertrokken de zigeuners,

met vrouw en drie kinderen had afgegeven:

niet in de laatste plaats omdat de plaatselijke

Vooreerst waren zij in het bezit van een

bevolking zich aan de kant van de mare-

groote som gelds in bankpapier en waren zij

chaussee schaarde, hen niets meer wilde

door het beroep, dat zij uitoefenden in staat

verkopen en hen zelfs met geweld wegjaag-

in hun onderhoud te voorzien. In de tweede

den.

plaats strekte de hier afgegeven verblijfspas, althans voor een hunner, ter vervanging van een pas, vroeger door een ambtgenoot van

13


Sinti

duizenden vreemdelingen uit de omringende landen, Duitsland, Frankrijk en België die

Nog vóór de Hongaarse ketellappers in 1868

in verband met de ongewisse politieke situ-

naar Nederland kwamen waren er ca. 1840

atie in hun land van herkomst een veiliger

al Duitse en Franse rondtrekkende groepen

heenkomen zochten. Bovendien oefenden zij

die met name als muzikanten en kunstenma-

beroepen uit die veel voorkwamen. Pas te-

kers (bijvoorbeeld marionettentheater) de

gen het einde van de eeuw werden Sinti als

kost verdienden. Leo Lucassen schrijft in zijn

zigeuners aangeduid zoals in het Algemeen

proefschrift (1990) dat zij in de meeste litera-

Politieblad van 1880 een troep kermisreizi-

tuur over zigeuners Sinti of Manush worden

gers, vrouwen gekleed als zigeunerinnen.

genoemd, zoals zij dat zelf ook heden ten

Het gaat om 12 personen met 2 wagens. On-

dage doen. Manush betekent mens, oud-In-

der het hoofd wi [wisseltruc] staat j [ja]. Blijk-

diaas Manusya. Sinti, zoals zij zichzelf heden

baar waren sommige Sinti vrouwen handig

ten dage noemen, zou afgeleid zijn van Sin-

in de wisseltruc waarbij ze in winkels vroe-

dhu = Indus, het vermeende herkomstgebied

gen naar een speciale munt bijvoorbeeld

van zigeuners in Noord-India. Spijkerhard is

met koningin Wilhelmina met loshangend

dit niet te maken. Er is wel een mogelijke re-

haar erop. Dan mochten zij in de geldla kij-

latie te leggen via de taal. Migratiegeschie-

ken en dan was een beetje geld stelen niet

denis laat echter in het algemeen zien dat

moeilijk. Veroordeeld werd er bijna nooit

uiteindelijk de meeste volken in de loop der

omdat niemand het had gezien, en er dus

tijd een mengelmoes zijn geworden.

14

geen getuigen waren. Een ware plaag kan

Merkwaardig genoeg beschouwde Justitie

het niet geweest zijn. 15

Sinti voor 1928 niet als zigeuners, in tegen-

De wisseltruc wordt in het Algemeen Politie-

stelling tot de Lowara, de paardenhandela-

blad tussen 1877 en 1905 5x vermeld. Overi-

ren die als (‘zogenaamde’) zigeuners werden

gens kwam het veel voor en werd deze vorm

aangeduid. Ook de marechaussee deed dat

van oplichting tot 1928 vrijwel nooit met zi-

niet. Dat wil niet zeggen dat zij niet het land

geuners in verband gebracht.

werden uitgezet, maar dan als ongewenste

Sinti waren in bijna alle opzichten verschil-

vreemdelingen. De vraag is hoe dat is te ver-

lend van de andere groepen zigeuners. Zij

klaren. In de eerste plaats vielen zij veel min-

woonden niet in tenten zoals de Kaldarasch

der op dan de door hun bonte en dure kle-

of zoals de Lowara in woonwagens. Zij ver-

ding en sieraden opvallende Hongaarse ke-

bleven in volkslogementen en pas tegen het

tellappers of de berenleiders met beren en

einde van de negentiende eeuw is er sprake

de paardenhandelaren. Zij hadden Duitse en

van woonwagens. De meeste Sinti hadden

Franse namen en waren uiterlijk niet of nau-

specifieke beroepen, samengevat vooral in

welijks te onderscheiden van de honderd-

de amusement sector. Zij waren onder meer

14


kunstenmakers, toneelspelers, acrobaten, goo-

muziekinstrumenten en bouwden en repa-

chelaars en violisten en traden op op kermis-

reeerden zelf violen.

sen en jaarmarkten. Ook vrouwen waren actief

Opvallend is de afzijdige houding van de

in dergelijke beroepen. Zij bespeelden de luit

rijksoverheid. Succesvolle Sinti werden met

en zongen. Ook worden zij vermeld als kun-

rust gelaten. Hetzelfde geldt voor de popu-

stenmaaksters.

laire Hongaarse zigeunerorkesten die in de

Deze Sinti werden als kermisklanten aange-

jaren dertig in Nederland optraden.

duid. Zij trokken langs de vele kermissen en jaarmarkten en hadden geen gebrek aan werk.

De woonwagenwet van 1918 Intussen

In de jaren zeventig van de negentiende eeuw

was er een woonwagenwet tot stand geko-

werden in steeds meer steden en dorpen ker-

men uiteraard bedoeld om minder succes-

missen verboden omdat er vaak (te) veel werd

volle Sinti onder controle te houden. Voorbe-

gedronken en er daardoor allerlei ongeregeld-

reidingen voor een woonwagenwet om con-

heden plaatsvonden. In Amsterdam brak een

trole op het doen en laten van Sinti en Roma

ware volksopstand uit toen de burgemeester

te verscherpen werden al in 1907 getroffen.

in 1876 de jaarlijkse kermis verbood, hèt volks-

In dat jaar verscheen het verslag van een

vermaak van de gewone man. Ook in andere

Staatscommissie, ingesteld in 1903, waarin

plaatsen leidde het afschaffen van de kermis

werd geconcludeerd dat burgemeesters van

tot ongeregeldheden. Voor Sinti betekende

mening waren dat zigeuners een groot maat-

het een aanzienlijke verslechtering van hun

schappelijk gevaar opleverden. 16 Zij zijn een

beroepsmogelijkheden. Zonder middelen van

sociale hinder, eene ware plaag. Alle beken-

bestaan werden zij meer dan voorheen door

de vooroordelen komen weer aan de orde,

de marechaussee opgepakt en het land uitge-

bedelen, vooral door kinderen, stelen, over-

zet.

last, drankmisbruik enz. Om hoeveel mensen

De kermis verdween echter niet uit het Ne-

die ‘een groot maatschappelijk gevaar’ ople-

derlandse amusementsleven. Sinti bleven

verden het ging, kon de commissie niet aan-

ook in de twintigste eeuw bij kermissen be-

geven. Pas in 1911 vond de eerste landelijke

trokken. Tegelijkertijd trad een verschuiving

telling plaats. Er waren 584 woonwagens

op in de beroepssfeer en kwamen er meer en

door ongeveer 2800 personen bewoond. De

meer succesvolle muzikantengroepen, voor-

totale bevolkingsomvang in Nederland werd

namelijk met snaarinstrumenten, viool, gi-

in 1909 op ca. 6 miljoen geschat.

taar, luit en contrabas. Zigeunermuziek werd

Het zal niemand verbazen dat de conclusie

populair bij het burgerpubliek en sommige

van de commissie was dat er een wet moest

orkesten werden beroemd zoals het Konink-

komen op woonwagens en woonschepen om

lijk Zigeunerorkest Tata Mirando van de fami-

het rondreizen aan banden te leggen en daar-

lie Weis. Veel muzikanten handelden ook in

door verscherpte controle mogelijk te maken.

15


De woonwagenwet van 1918 voerde voor be-

zochten in Nederland leidde de aandacht van

woning van woonwagens een vergunning in,

‘het zigeunerprobleem’ tijdelijk af.

die uitsluitend werd afgegeven als de wagen

Met een schuin oog werd naar Duitsland ge-

‘ter bewoning geschikt’ was en de aanvrager

keken waar de registratie al eerder was be-

voldoende middelen van bestaan had.

gonnen en waar in 1930 de Zentralstelle für

De wagens moesten voorzien worden van

die Zigeunerbekämpfung in Deutschland (Cen-

een duidelijk herkenbaar kenteken, achterop

trale voor bestrijding van zigeuners in Duits-

de wagen. In de praktijk werd het de aanvra-

land) was opgericht. 18 Ook in Nederland wer-

gers van vergunningen niet al te moeilijk ge-

den sinds 1936 plannen ontwikkeld voor de

maakt.

oprichting van een dergelijke centrale. Prakti-

De wagens moesten echter wel ergens staan

sche en financiële redenen vertraagden de

en dus waren de gemeenten verplicht om te

plannen meer dan een jaar maar tenslotte

voorzien in een plek. De gemeenten waren de

werd eind 1937 de oprichting in het Algemeen

woonwagens en hun bewoners liever kwijt

Politieblad van 30 december bekend gemaakt.

dan rijk nu ze opgezadeld werden met kosten

Vooralsnog ging het alleen om: Zigeuners

voor onderhoud van het kamp en eventuele

waaronder in dit verband zijn te verstaan:

uitkeringen in het kader van de armenzorg. Zij

woonwagenbewoners en andere zwervende

wezen daarom locaties aan die zo ver mogelijk

personen, welke naar Zigeuner-aard rond-

buiten het centrum waren gelegen, naast de

trekken en alzoo geen vaste woon- of verblijf-

vuilnisbelt of een begraafplaats.

plaats hebben. 19 Het ging nog uitsluitend om

In september 1928 kwam er opnieuw een ver-

diegenen die niet de Nederlandse nationaliteit

scherping van de controle in het kader van de

bezaten. De Zigeunercentrale was aangeslo-

opdracht aan de marechaussee om het vreem-

ten bij de in Wenen gevestigde Internationale

delingenbeleid strikter na te leven. Dat werd

Zentralstelle zur Bekämpfung des Zigeuner­

mede veroorzaakt door het feit dat er tiental-

unwesens en gaf haar gegevens aan dit insti-

len jaren zigeunersfamilies (Sinti) bleken te

tuut door. De Anschluss (inlijving van Oosten-

zijn die onopgemerkt in Nederland woonden.

rijk bij Duitsland) in maart 1938 had geen di-

De speciaal aangestelde Administrateur voor

recte gevolgen voor de internationale samen-

de Grensbewaking en de Vreemdelingendienst

werking. De ambtenaren van de Zigeunercen-

(AGVD) ging zich voor het eerst structureel

trale fronsten de wenkbrauwen, maar konden

met het ‘zigeunerprobleem’ bezighouden en

er mee leven.

daarvoor was nauwkeurige registratie van alle Langzaam maar zeker drong het tot de over-

voor de term zigeuner in aanmerking komende 17

De stromen politieke

heid door dat Sinti ook zigeuners waren. Dat

en joodse vluchtelingen die na het aan de

klopte in het geheel niet met wat de overheid

macht komen van Hitler in 1933 hun toevlucht

onder zigeuners verstond. Vele Sinti hadden

personen noodzakelijk.

16


Nederlandse paspoorten, leefden al generaties

landse leger hield, onverwacht, bij de Greb-

lang in Nederland maar verbleven in de ne-

beberg drie dagen de Duitse troepen tegen.

gentiende eeuw aanvankelijk vooral in volkslo-

Daarop besloot de Duitse legerleiding Rot-

gementen en pas later in woonwagens. Zij wa-

terdam met brandbommen te bombarderen.

ren kortom niet ‘ontdekt’ en zoals andere zi-

Binnen tien minuten stond de binnenstad in

geunergroepen door de overheid gestigmati-

lichterlaaie. Een dag later, op 15 mei, na de

seerd als ‘criminelen’. Zoals Lucassen conclu-

dreiging dat ook andere steden gebombar-

deert: ‘Deze analyse heeft namelijk duidelijk

deerd zouden worden, was de capitulatie

gemaakt dat niet het met zigeuners geassoci-

van het leger een feit.

eerde criminele gedrag (met name kleine dief-

De Duitse bezettingspolitiek in Nederland

stallen en oplichting) doorslaggevend was

verschilde van die in Oost-Europa, waar Ein-

voor de etikettering, maar de openlijk nomadi-

satzkommandos massaal Joden en zigeu-

sche levenswijze.’

20

ners vermoordden. De bijna spreekwoorde-

Dat het met het ‘criminele’ gedrag nogal mee-

lijke Nederlandse tolerantie ten opzichte van

viel heeft Lucassen overtuigend aangetoond.

vreemdelingen en andersdenkenden, hoe

Het feit dat niet het gedrag maar de ‘nomadi-

genuanceerd men daarover ook kan denken,

sche levenswijze’ als ongewenst werd be-

was ook in Duitsland bekend. Dus ging de

schouwd had dus ook consequenties voor an-

bezetter te werk langs lijnen van geleidelijk-

dere woonwagenbewoners.

heid en deed het rustig aan.

In 1939 was de functie van de Administrateur

‘Ze doen ons niets’ 21 dachten dus veel jood-

voor de Grens en Vreemdelingendienst (AGVD)

se Nederlanders opgelucht. Toch was er in

opgeheven en werd het vreemdeling­enbeleid

de pers nadat Hitler in 1933 aan de macht

rechtstreeks onder het ministerie van Justitie

kwam veel geschreven over de boekverbran-

geplaatst. De registratie van alle zigeuners die

dingen, de vernedering van Joden, de boy-

in de correspondentie sinds 1928 voorkwa-

cot van joodse winkels, de concentratiekam-

men, waarmee de AGVD in 1937 was begon-

pen etc. In het veel gelezen geïllustreerde

nen, werd door de Rijksvreemdelingendienst

tijdschrift Het Leven, stond in 1933 een foto

voortgezet. De Zigeunercentrale was inmid-

van het eerste concentratiekamp Dachau,

dels al weer opgeheven.

heel onschuldig naast een foto van de nieuwste badpakkenmode.

De Duitse bezetting

De inval van de

We hadden radio, je las wel wat in kranten,

Duitse troepen in de nacht van 9 op 10 mei

maar ach Duitsland. We dachten dat het erg

kwam voor de meeste inwoners van Neder-

overdreven was. We hadden daar geen fa-

land als een totale verrassing. Voorbij was de

milie of kennissen, en we dachten het zal

illusie dat Nederland net als in de Eerste We-

zo’n vaart niet lopen. Hier in Nederland ge-

reldoorlog neutraal kon blijven. Het Neder-

beuren zulke dingen niet. En zelfs toen de

17


oorlog uitbrak in 1940, dachten we nog dat

elementen’ geteld, waarvan slechts 318

het wel los zou lopen. Simon Peereboom

woonwagenbewoners. 23

1923-2003. 22

Nu er eenmaal was begonnen met registratie was het hek van de dam. Registratie van

Hoe de nazi’s in Duitsland over zigeuners

woonwagenbewoners in het Centraal Bevol-

dachten kwam in de Nederlandse pers niet

kingsregister (CBR), dat in 1936 tot stand

of althans niet opvallend aan de orde.

was gekomen, was een lang gekoesterde

In het begin van de bezetting hadden de

wens van J.L. Lentz, dezelfde Lentz die in

Duitse autoriteiten betrekkeljk weinig be-

1941 een moeilijk te vervalsen persoonsbe-

langstelling voor de aanwezigheid van zi-

wijs liet ontwerpen. Het persoonsbewijs

geuners. Zij worden genoemd in de corres-

werd voor alle Nederlanders ingevoerd. Jo-

pondentie van de Sicherheitsdienst in sep-

den kregen een grote, zwarte J in hun per-

tember 1940 in verband met de verordening

soonbewijs gestempeld. Nergens in Europa,

dat alle woonwagenbewoners uit de kust-

zelfs niet in Duitsland, bestond tijdens de

streek moesten vertrekken.

oorlog een identiteitsbewijs dat technisch en

Een aantal Nederlandse topambtenaren gre-

administratief zo perfect was als het Neder-

pen de nieuwe situatie aan om het ‘woon-

landse persoonsbewijs.

wagenprobleem’ en de ‘asociale’ woonwa-

De secretaris-generaal van Binnenlandse Za-

genbewoners eens grondig aan te pakken.

ken K.J. Frederiks stemde in met het regi-

De directeur L.A. van Doorn van een Utrecht-

stratie voorstel van Lentz en in juni 1942 wa-

se instelling voor Maatschappelijk Hulpbe-

ren al bijna 10.000 woonwagenbewoners in

toon wond er geen doekjes om. In 1940

het CBR geregistreerd. 24

schreef hij een aantal artikelen met de niets

Alle initiatieven tot registratie kwamen van

aan de verbeelding overlatende titel: De

Nederlandse zijde, pas toen pogingen om

woonwagens moeten verdwijnen. Flink aan-

woonwagenbewoners in bewaakte verza-

pakken en heropvoeden die ‘asociale’ woon-

melkampen onder te brengen niet van de

wagenbewoners, was zijn opvatting. De uit-

grond kwamen gaf de SS-er H.A.Rauter,

voering liet nog even op zich wachten. In

hoofd van de politie in Nederland, in mei

oktober 1942 werd een inventarisatie ge-

1943 het bevel alle woonwagenbewoners

maakt van alle ‘asociale elementen’ in Ne-

een vaste staanplaats te geven. Per 1 juli

derland, waarbij woonwagenbewoners apart

1943 werd vervolgens een trekverbod inge-

moesten worden vermeld. Van alle woon-

voerd. Woonwagenbewoners die al een vas-

wagenbewoners werd slechts 5 à 10 % door

te staanplaats haddden konden daar blijven.

de gemeentelijke overheden als ‘asociaal’

Kermisreizigers, ingeschreven bij de Vak-

opgegeven. In cijfers uitgedrukt werden in

groep Kermisinrichtingen, werden, ‘gezien

1015 gemeenten 3030 (volwassen) ‘asociale

hun werkkring en beschavingspeil’ niet tot

18


de zwervende woonwagenbevolking gere-

king met de Nederlandse politie organiseer-

kend en konden blijven trekken; hetzelfde

de de Crisiscontroledienst eind mei 1943 een

gold voor directies van bouwondernemin-

razzia, waarbij 355 paarden in beslag werden

25

Wat de

genomen. Het grootste deel van de paarden

kermisklanten gingen doen toen Rauter half

kwam via het Vee- en Vleesaankoopbureau

maart 1943 het houden van kermissen ver-

bij opkopers terecht. 27

bood is onbekend. Wat moest je doen?

Wie niet met paarden leeft kan zich waar-

Van de ongeveer 2700 woonwagens moes-

schijnlijk niet voorstellen wat het verlies van

ten uiteindelijk 1163 wagens naar 27 verza-

je paard of paarden betekend moet hebben.

melkampen vertrekken. Voor zover bekend

De nazi’ s wisten precies hoe ze mensen in

kwam het enige protest tegen deze maatre-

het hart konden treffen

gen die in woonwagens woonden.

gel van de burgemeester van Zwollerkerspel die ‘de gewestelijke politiepresident te Arn-

Wonen bij de boeren Johannes Kuiper,

hem verzocht hem wel mede te willen delen,

Rolde. ‘In de buurt waar ik woonde was een

waarop zijn bevoegdheid berustte, de vrij-

woonwagenkamp. Ik woon­de zelf met mijn

heid van beweging van woonwagenbewo-

ouders, of met mijn moeder dus hè, mijn va-

ners in te trekken’.

26

der leefde toen al niet meer. Ik was dus zelf

Veel woonwagenbewoners lieten zich niet

boer en daarom had ik ook geen last met de

zomaar als makke schapen in een verzamel-

bezetting, omdat ik boer was. Dus ik hoefde

kamp onderbrengen. Zij verkochten hun wa-

niet in Duitsland te gaan werken.

gens en paarden of brachten deze bij ver-

Wij woonden in Witteveen. Dat is een dorp in

trouwde boeren onder. Een aantal ging in

de gemeente Westerbork… Dat woonwagen-

(onbewoonbaar verklaarde) huizen wonen,

kamp lag bij Eursinge. Dat ligt onder Wester-

vooral in Den Haag en Amsterdam of doken

bork. Het was niet zo groot. Er stonden niet

onder in de bossen of op de hei.

alleen zigeuners, er stonden ook andere woon­­wagens. De woonwagenbewoners gin-

Ook Rijkscommissaris Seyss-Inquart droeg

gen aardappels rooien in Witteveen.

een steentje bij om de ‘asociale elementen’

Toen kwamen wij op het woonwagenkamp

nog meer in hun bewegingsvrijheid te be-

terecht en toen wilden de zigeuners ook wel

perken. Het was hem een doorn in het oog

wat verdienen. Ik zei toen: “Kom dan maar bij

dat er in de noordelijke provincies in zijn

ons, dan kun je bij ons ook wel wat verdie-

woorden massa’s germanischer Zigeuner

nen”. Ze kwamen met de wagen bij ons staan,

met wagens en paarden rondscheuren. Hij

op het land. Ik heb ze zelf opgehaald met

droeg Rauter op om de paarden in beslag te

paard en wagen. Ze hadden geen eigen paar-

nemen en ter beschikking te stellen van de

den, helemaal niks. Die mensen stonden daar

Wehrmacht of de landbouw. In samenwer-

niet als woonplaats. Ze stonden aardappelen

19


te rooien. Overal in het veld stonden wagens

beetje Nederlands, maar ze konden geen Ne-

en waren ze aan het aardappelen rooien.

derlands lezen en dan konden ze de hele film

Er waren twee families met twee wagens. Ze

niet volgen. Ik denk dat ze helemaal niet lezen

hadden ook nog een wagen, daar hadden ze

konden. En wat gebeurde er dan? Dan zat ik

violen en zo in. Dat was een kleinere wagen

tussen die groep zigeuners in, daar was die

en daar sliepen ze ook in. Die ene was de fa-

Marietje bij en die jongens allemaal en dan

milie Weiss en de andere, dat weet ik zo niet.

las ik hardop, dan las ik dat voor, niet elke

Het waren zo’n 20, 22 mensen. Kinderen en

zondag, zo nu en dan een keer. Ik was niet

ook ouden, een oude waarzegster zelfs. Daar

bang dat ze iets zouden stelen, nee, nou, ja

hebben we altijd zo’n lol mee gehad. Die had

dat is net zoals een vos die een hol heeft on-

zo’n bultien onder het kin, en die rookte altijd

der een woning, en dan zit ie onder het kip-

een pijp. En dan kon je daar naartoe. Er kwa-

penhok en dan steelt ie de kippen bij de bu-

men ook wel mensen om de toekomst en het

ren en de eigen kippen blieven zitten. Zo zeg-

verleden te laten voorspellen.

gen ze ‘t altied, ja. Zij kregen dus altied aard-

Het was in 1942, ik was toen 21. We zaten met

appels en ze haalden melk op. De aardappels,

de meisjes en jongens wel eens in hotel

gratis: melk moesten ze betalen.’

Meursinge in Westerbork. Daar werden altijd

De interviewer vraagt of de zigeuners tijdens

films gedraaid, Duitse films. En daar stond

de razzia’s van mei 1944 nog op het land van

ook wel eens een Nederlandse tekst onder,

de heer Kuiper stonden. Een moeilijke vraag.

maar die mensen konden dat Duits niet altijd

‘Nee, ze waren dus… ik heb ze dus… dat was

volgen. Die spraken zigeunertaal, hè. Ik weet

opdracht… die kregen ze dus zelf, die op-

niet wat het was, hoor. Ze spraken wel een

dracht… die kreeg ik niet, ja… of mijn moeder

Boer Kuiper, Marietje en Sinti

20


Woonwagens aan de rand van Kamp Westerbork, januari 1944. Joseph Henri Gosschalk (1875-1952), tekening. Collectie Joods Historisch Museum, Amsterdam

moet die gekregen hebben. Dat weet ik niet

Begin november 1943 werd er opnieuw een

meer zo precies. Maar op een gegeven mo-

aanslag gepleegd op het bezit van zigeuners,

ment heb ik ze weer teruggebracht naar hun

na de paarden waren nu de wagens aan de

eigen kamp… in Eursinge. Wij… alle wagens

beurt. Op bevel van de Major der Gendar-

achter elkaar. Ik had zelf een wipkar, waar de

merie, Befehlshaber der Ordungspolizei, Nit-

paarden voor liepen en daarachter alle wa-

sche, werd in de gewesten Arnhem en Gro-

gens in één trein daarachter, van Witteveen

ningen geïnventariseerd welke woonwagens

over Orvelte naar het kampje in Eursinge en

nog voor vervoer geschikt waren. In decem-

daar hebben we ze weer neergezet. Ja, en op

ber werden wagens die in een goede staat

zeker moment, daar heurden we: “Ja, jon-

verkeerden gevorderd. Deze wagens zouden

gens, de woonwagenbewoners bint ook alle-

in geval van een eventuele ramp huisvesting

maal opgepakt”. Alleen de zigeuners.’

moeten bieden aan de bewoners van het ge-

Bent u er nog achteraan gegaan? vraagt de

troffen gebied. De eigenaren moesten zelf

interviewer.

maar een ander onderkomen zoeken. De po-

‘Nee, o nee, daar stond je immers machte-

litie wilde wel graag weten waar dat dan

loos tegenover. Net als met de Joden, daar

was, in verband met een eventuele schade-

stond je immers ook machteloos tegenover.’

vergoeding. Eventueel!

Interview 26 november 1998 door Egbert

In Groningen werden ongeveer 200 wagens

Doosje; in opdracht van Herinneringscentrum

in beslag genomen. Het merendeel werd in

Kamp Westerbork.

Kamp Westerbork gestald. 28

21


Onderduiken in de bossen Joseph Pe-

M’n vader ging venten op de fiets en dan had

talo, 1936 IJsselstein. ‘Wij woonden in een

hij een bak met boenwas en met haarsham-

huis in IJsselstein, m’n vader en moeder en

poo en weet ik wat, pannensponsen. En wij

m’n broers en zusters. Toen zijn we gevlucht

als kinderen moesten aardappels gaan ste-

naar Den Haag, en daar zijn we nog een hele

len, en dan door die Duitse posten met een

tijd geweest en toen in Den Haag kwamen

trui vol aardappels. Als kinderen lieten ze ons

alle Sinti en die moesten zich dan ook alle-

gewoon gaan, als kinderen, ja. Grote men-

maal laten registreren. Toen zijn wij weer

sen, die moesten papieren laten zien, maar

gevlucht naar ‘s Hertogenbosch en kwamen

wij konden door, en een kind is snel weg hè,

we te wonen op de Sieb. Dat was een buurt

dat kunnen kinderen.

in de Vogelwijk. Die werd Sieb genoemd, dat

Maar iedere keer kwamen wij er goed vanaf.

kwam van Siberië omdat het zo afgelegen

En er was ook nog een Nederlandse NSB-er,

was. Daar was een woonwagenkamp, bij

maar een goeie NSB-er ja, je had goeie en

het kanaal, en daar woonden we weer in

slechte. En die kende m’n vader, en die heeft

een woonwagen. En toen hadden we ook de

toen gezegd, pas op want er komt een razzia.

paarden.

Wij waren net gevlucht, maar al m’n familie

Wij hadden wel een beetje goud en dingen,

hier, allemaal weggebracht. Allemaal. Alle-

maar we dorsten dat niet op de bank te doen,

maal weg, niet alleen de Roma, er waren ook

want we waren bang dat ze ons weg kwa-

Sinti bij, allemaal naar Westerbork. Dat was

men halen. Maar op het laatst toen werden

16 mei 1944.

de paarden afgenomen door de Duitsers, en

M’n ooms zijn gebleven, m’n tantes zijn ge-

de wagens.

bleven, m’n nichtjes eh, zijn… alleen m’n

Wij zijn gebleven, en later konden wij vluch-

grootvader, m’n grootvader heeft zich nog

ten naar de boeren, op zolders, soms in het

kunnen redden. Maar m’n ooms en m’n tan-

water met de vliegtuigen boven ons hoofd.

tes, alles weg. Mijn grootouders zijn in 1908

Niet iedere boer liet ons toe hè. Nee, want

in Nederland gekomen, uit Duitsland. Ze

die waren bang, die dachten dat we Joden

woonden in een huis en zo zijn ze met twin-

waren, begrijp je wel. Dus dan gingen wij

tig families naar Nederland gekomen. Mijn

stiekem, stiekem hè dat die boer ons niet

vader is in 1913 in Nederland geboren, een

zag, en dan zaten we boven op zolder in het

jaar voor de Eerste Wereldoorlog. Hij en zijn

stro, en ‘s morgens dan gingen we weer weg

broers zijn in 1927 Nederlander, genaturali-

bij die boeren. Veel boeren die wisten het

seerd Nederlander geworden.

wel, die lieten ons wel slapen en daar kregen

Ja, en m’n grootouders hebben ook nog de

we eten van, brood en weet ik wat allemaal

Eerste Wereldoorlog meegemaakt en dan

voor dingen, eieren voor de kinderen, dat

nog die Tweede een keer.

kregen we wel, maar niet bij iedere boer hè.

22


Vóór die razzia waren wij met het hele gezin

Herdenking van de deportatie van de Sinti en

gelukkig net weg, de boeren op en schuren

Roma met Joseph Petalo en Lalla Weiss,

in. Nou en zo hebben we het overleefd. We

Westerbork 19 mei 2008.  Foto Rogier Fokke

hebben met het hele gezin vanaf die tijd gezworven, gezworven bij de boeren.

Nou en toen kwam de winter. Oh, oh, oh juf-

In de buurt van Den Bosch zaten we een tijd

frouw, we zeggen de eerlijke waarheid hè,

in een groot bos, en daar hadden we een

dan kwamen de vliegtuigen, die kwamen

grote kuil. Nou, vuur durfden we niet te ma-

over en dan zag je allemaal Duitsers in de

ken en dan ging m’n vader vissen, wat ie

bossen met Duitse tanks en dan hartje ‘s

deed met zo’n klein dingetje en wat garen of

winters, koud! Dan zaten wij in de sloot tot

wat, ging die vissen. Als hij een paar vissen

aan je middel, ijskoud, met de kinderen,

had gevangen – maar rauw hè want we dors-

want we waren bang. M’n moeder en vader

ten geen vuur te maken. Dan ging hij ze

hadden ons op de arm. En dan zo zachtjes

schoonmaken en slachten en dan zaten we

aan zijn we uitgehongerd, wat denk je… een

zo die rauwe vis op te eten. Ja, als kind zijn-

harde winter. Kijk in de zomer was het goed,

de, want ja, je weet niks – we aten uit de wei-

kon je vluchten, maar wat denk je… harde

landen ook, we hadden goed te eten, knolra-

winter, hoog gras, koud en dan hadden we

pen, wortels, aardappels, maar die konden

oude kleren aan – we waren blij als we er-

we ook niet koken. Die aten we rauw op.

gens konden slapen als het donker was.

23


We waren bang, kun je wel nagaan, we

waarin werd bevolen op dinsdag 16 mei om

moesten vluchten, we waren ondergedoken.

7.00 uur ‘alle in Nederland verblijvende per-

We waren bang dat we in een concentratie-

sonen, die de kenmerken der Zigeuners be-

kamp zouden komen. Als ze ons te pakken

zitten’ op te pakken en naar kamp Wester-

hadden gehad, hadden we direct naar de

bork te brengen, vóór 20.00 uur.

concentratiekampen gegaan. We zijn dus gelukkig ondergedoken. En toen

Zoni (Johan) Weisz, toen 7 jaar, kon de dans

hadden we vrede.

ontspringen. Hij kan zich nog herinneren dat hij met zijn ouders in een wagen woonde.

Toen kwamen de Amerikanen, de Engelsen, de Canadezen, daar kwamen ze!’

29

De kinderen zaten op een plank aan de voorkant en zijn vader liep ernaast. Zoni’s vader

De bevrijding van Nederland begon in het

was muzikant en vioolbouwer. In 1943 toen

Zuiden op 14 september 1944 in Maastricht.

de zigeuners steeds meer in hun bewegings-

In het najaar van 1944 werden grote delen

vrijheid werden beperkt besloot zijn vader in

van Limburg, Brabant en Zeeland bevrijd. De

een huis te gaan wonen.

winter begon vroeg, al in het najaar van 1944.

Zoni (Johan) Weisz, 1937 Den Haag. ‘Het wrange is dat achteraf bleek dat dat huis

Razzia, 16 mei 1944 Op zondag 14 mei

in Zutphen had toebehoord aan een joodse

1944, kregen de vijf gewestelijke politie-­

familie die ook was opgehaald.

presidenten in Amsterdam, Rotterdam, Eind­

Mijn ouders, mijn twee zusje en m’n kleine

hoven, Arnhem en Groningen een telex van

broertje zijn op 16 mei 1944 om vier uur

het hoofd van de Duitse Sicherheitspolizei

‘s ochtends opgehaald en met alle andere

24


Sinti en Roma die de nazi’s te pakken kon-

perron stond toevallig ook een trein en daar

den krijgen, gearresteerd. Ik was uit logeren

zijn m’n tante, haar kinderen, m’n neef Han-

bij m’n tante Moezla, dat was de moeder van

nes Weiss en ik ingesprongen. Mijn vader

mijn neef Hannes Weiss. Die woonde in een

schreeuwde nog naar zijn zuster dat ze goed

woonwagen in Vorden vlakbij Zutphen. Daar

voor mij moest zorgen. De rest van de oor-

hoorden we dat mijn familie was opge-

log zijn we ondergedoken geweest. Ik was

haald… Toen we van deze razzia hoorden,

7 jaar, en ik was eerst bij m’n tante en daar-

zijn we meteen gevlucht. Ik herinner me dat

na bij m’n grootouders van moederskant die

we in een koude boerenschuur, zonder eten

in Nijmegen in een huis woonden. Na de

of drinken zaten. Later werden we toch ook

oorlog kwam ik bij een tante, een zuster van

gepakt om naar Westerbork te worden ge-

mijn moeder in huis. Die verdient een onder-

bracht. Dat was op 19 mei 1944. Het zoge-

scheiding voor de manier waarop ze me

naamde “zigeunertransport” was al vertrok-

heeft aangepakt. Wat huilen? Klets, klets. Op

ken en ze konden ons onmogelijk op tijd in

straat spelen met de jongens! Ze had zelf

de trein krijgen. Dus besloten ze om ons naar

twee dochters en ik ben daar als een broer

het station in Assen te brengen. Daar zag ik

opgevangen.’

m’n vader en moeder, m’n zusjes en broertje in de beestenwagen, voor de laatste keer. Ik vergeet nooit het blauwe jasje van mijn zusje. Ik ben ontsnapt omdat een “goede” politieman, toen ik naar ze toe wilde lopen, me achteruit duwde, en zei: “als ik mijn pet af-

Persoonsbewijs Johan Weisz

zet, wegwezen”. Aan de andere kant van het

Privécollectie

25


Het perron Einsteigen, schnell, schnell, de trein op het perron. Westerbork, waar hun laatste reis begon. M’n zusjes blauwe jasje voor het rooster van die beestenwagen dat beeld, nog steeds niet te verdragen. Ik zie m’n moeder, haar mooie haar, ooit glansde het in de zon O, die trein op het perron. Van d’r haar beroofd, onteerd door nazi hand voor altijd op mijn netvlies ingebrand. Daar is mijn vader, radeloos, hij roept, we zien elkaar waarom, waarom na vijftig jaar weet ik nog het antwoord niet. Wanhoop, vertwijfeling, intens verdriet. Langzaam zet de trein zich in beweging, wanhoop, angst, verdriet gaan door me heen. Bewakers schreeuwen, laarzen stampen, ik ben alleen. Op dat perron verloor ik alles wat me dierbaar was, alles, ook mijn zusjes blauwe jas. Ik heb gebeden, geschreeuwd, ik wil bij jullie zijn, samen, samen sterven, voelen dezelfde pijn. Na vijftig jaar, mijn kinderen zijn nu groot, is de pijn niet minder, overwinnen zij hun dood? Zoni Weisz, 1995


Onderduiken Hannes Weiss, 1928 Rotter-

naar Westerbork te gaan. De trein was al

dam. ‘Mijn vader was een groot circusartiest,

bomvol, en we zijn de dans ontsprongen

acrobatiek van het hoogste niveau. Zijn

omdat dezelfde oudere man, die mij in de

sprongen waren superieur en het circus

cel brood kwam brengen tegen ons zei, als ik

sloot ook altijd af met mijn vaders optreden.

m’n pet afneem, springen jullie in die andere

Hij, en m’n tante Anna, zijn zuster, waren

trein. Zo gauw ik kans zag, heb ik mama en

toen een begrip in de circuswereld. Zo heeft

de kleintjes in die andere trein geduwd. Een

mama ook tata [vader] leren kennen, in het

halte voor Vorden zijn we uitgestapt en naar

circus, toen ze haar handel aan de circus-

onze woonwagen, die daar gelukkig nog

mensen probeerde te slijten.

stond, gelopen. We hebben wat spullen mee-

Ik had vier zusters en nog twee broers. Naar

genomen en ons toen opgesplitst, mama

school gingen we niet. Wij leerden van de

met de twee meiden naar Amsterdam en ik

ouderen, wat zij wisten was doorgegeven

met de kleintjes naar Den Haag. We zouden

van hun ouders, en wij leerden weer van

elkaar in Den Haag weer terugzien. We von-

hun. Van ouders op kind, op kleinkind, zo

den daar een huis en toen kregen we weer

ging dat, en nu nog vaak.

een inval van de Duitsers. Mijn broer en ik

Tata stierf in 1942, in de oorlog, ik was toen

zaten onder de vloer verstopt en mama en

een jaar of 14. We waren door zijn ziekte in

de anderen waren ergens buiten ondergedo-

Den Haag gaan wonen in een huis. Ik werd

ken. Na twee dagen kwamen we weer boven

toen leider van het gezin. Toen de razzia

en we hadden natuurlijk een ontzettende

plaatsvond, konden we vluchten door een

honger. M’n zuster ging voor eten zorgen.

gat dat we in de muur die onze huizen

Ze gooide het eerste de beste winkelraam

scheidde hadden gemaakt, via het dak van

in en stal twee hele kazen, wij natuurlijk dol-

onze buurvrouw.

gelukkig. We zijn toen bij een zuster van

Wij trokken van hier naar daar, en toen ik

mama ondergedoken en daar waren we vei-

weer eens op pad was voor eten, werd ik ge-

lig. ‘s Avonds ging ik wel eens naar buiten,

pakt door de politie en meegenomen naar

dan trok ik vrouwenkleren aan. Op een

het bureau in Zutphen. Ik kreeg een pak

avond, na zo’n wandeling, wordt er op de

slaag en ze bleven me slaan en schoppen en

deur geklopt en hoorde ik dat m’n oom en

maar doorvragen naar de familie. Maar ik

tante in de bioscoop waren en dat de politie

heb niets verraden. Dat had ik twee dagen

die hele buurt had afgezet. Ik trok zo’n lange

volgehouden en toen werden mama en de

jas aan, zodat ik eruit zag als een politieagent

kleintjes bij mij in de cel gebracht. Ze had

in burger. Ik deed zo’n NSB speldje op [Nati-

zich aangegeven omdat er geen andere uit-

onaal-Socialistische Beweging], dat ik ooit

weg was. Ze zei, als er één gaat, gaan we

had gevonden en bewaard, en ik ging naar

met z’n allen. We moesten naar Assen om

de bioscoop. Naar binnen gelopen, de Hitler-

27


groet gebracht en opdracht gegeven om de

een man die bezig was om het gezin te on-

bioscoop af te sluiten. Ik loop die zaal in en

derhouden, op een nette manier gezegd.

m’n oom en tante konden hun ogen niet ge-

Als ik aan mama vroeg, waar ben ik gebo-

loven. Ik, hun neefje, was bij de partij. Ze

ren, zei ze je bent geboren in de controle

waren echt verslagen. Ik commandeerde ze

woningen. Later is mij verteld dat we het

om op te staan. Een van de jongens begon

huis uitgezet waren omdat we de huur niet

me uit te schelden voor vuile hond en verra-

konden betalen, en dat mama toen op de

der. Ik riep dat hij z’n mond moest houden

Nieuwe Haven in Den Haag, daar had je een

en gaf hem een paar oorvijgen. Ik neem jul-

soort grasveldje, dat ze daar nog eten heeft

lie allen gevangen, opstaan en meekomen.

gekookt, buiten. Op een gegeven moment

M’n tante hoorde ik achter me jammeren.

kwam de gemeente en die nam maatregelen,

Buiten vertelde ik de soldaten dat deze men-

en zo kwamen we in de controlewoningen

sen gevangen genomen waren en dat ik ze

terecht. Dat waren dan huisjes, daar werden

persoonlijk wou ondervragen. Twintig meter

dan arme mensen ingezet. Er was een poort

verderop zei ik tegen mijn oom en tante, gaan

die ‘s avonds werd afgesloten en als je dan

jullie hier als een verliefd stelletje knuffelen,

naar buiten toe moest dan moest er toestem-

en langzaam richting thuis bewegen. Tegen

ming voor worden gegeven. Als je weer een

de jongens zei ik, nu ieder voor zich en lopen.

regelmatig inkomen had, dan mocht je bui-

Ja, je moest handelen, naar de situatie waar-

ten de controlewoningen wonen.

in je je bevond. We kunnen er nu om lachen.’

Wij woonden in de oorlog in de Kemper­ straat in Den Haag. Dan kwam mijn moeders

Hannes Weiss kon onderduiken bij boeren

familie op bezoek en dan keek ik vooral naar

en overleefde de oorlog.

de vrouwen die hadden donker haar, maar om niet op te vallen hadden ze dat in allerlei

Een kind op de zwerf Sani van Mullem,

kleuren geverfd. Dat vond ik altijd zo vreemd,

1934 Den Haag. Ik ben geboren in Den Haag,

want vroeger, als ze vóór de vervolging kwa-

in het Zomerhofje. Wij woonden niet in een

men, hadden ze allemaal zwart haar, donker

wagen, wij woonden in een huis. Dat komt,

haar. Maar een aantal jaren daarna, zeg

mijn vader was een burger, mijn moeder

maar ‘43, kwamen ze bij mama en dan had-

was een manusche, een zigeunerin. En mijn

den ze dat in allerlei kleuren geverfd, die had

vader werkte op dat moment. Wij zijn ge-

blond haar en die had rood haar, dat vond

woon geboren en getogen in een huisje in

ik altijd zo vreemd. Maar mijn moeder d’r

Den Haag. Mijn vader werkte soms bij de Gemeente, werkte niet altijd, m’n moeder

Sani van Mullem met zijn Buggen woonwagen

moest af en toe wel eens venten om ons in

bij Roosendaal

leven te houden. M’n vader was niet altijd

Foto Thom van Amsterdam

28



vader, die zat al in Duitsland in een concen-

maar het is echt gebeurd, en daar komt in

tratiekamp, dat heeft zij dus via familieleden

één keer een vrouwenarm uit die hooiberg

gehoord. We hadden veel familie in Duits-

en die pakt me op en die trok me naar bin-

land die al vast zaten in kampen, omdat ze

nen, was het mijn mama met die twee klein-

zigeuner waren, omdat ze donker waren.

tjes die daarin lagen, het is net een sprookje

Dus dat is de reden geweest dat ze allemaal

hè. ‘t Was dat kinderwagentje wat mij be-

zulke kleuren haar hadden om niet op te val-

kend voorkwam. Want mama kon dan die rit

len bij de Duitsers.

niet terugmaken naar Den Haag en dan sliep

In de hongerwinter, toen zijn we pas op de

ze ergens en dan ging ze de andere dag weer

zwerf gegaan omdat er geen eten was. Ik ging

terug. Zal ik nooit vergeten en het fijnste was

alleen, soms met m’n broer en met m’n zus.

dat als je in een hooiberg kroop dan moest

Mijn mama ging vanuit Den Haag in de hon-

je eerst een kuil maken en dan na drie minu-

gerwinter ook af en toe eten schooien en

ten begon dat een beetje te broeien, weet je,

dan had ze een kinderwagentje en als ze dan

en dan werd het warm. Dat was toen niet

wat vergaard had dan ging ze weer terug- af-

nodig want dat was allemaal al warm.’ 30

standen dat was vroeger geen probleem. Nou, ik zal het nooit vergeten, ‘t was een kou-

Crasa (Theresia) Wagner, 1927 Berlijn.

de winter, ‘t was al goed donker, en ik zag

Zoals vele anderen ging het gezin Wagner in

een lichtje in de verte, ‘t was een boerenstal

een huis wonen om minder op te vallen.

en die had een raam en het licht aan. Ik denk

‘In 1942 zijn we in huizen gaan wonen in Den

weet je wat ik loop daar naar toe. Ik denk, ja

Haag, in die straat waar wij woonden zaten

die slootkant en dan moet ik even doorlopen

veel zigeuners en mijn vader wilde daar een

en dan ligt daar die boerderij. Ik zie dat witte

beetje bij zijn… Toen we opgepakt werden,

bruggetje… ja, daar was ik al eens eerder

waren daar geen Duitsers bij. Mijn vader

geweest. Ik denk ja, dat is het en wat nou

werd ‘s ochtends vroeg wakker omdat er op

het fijnste was, dat hooibergje daar kon je

de deur werd gebonkt. Hij deed de deur open

’s winters inkruipen, en dat hooibergje lag

en daar stonden allemaal Hollandse politie-

vóór die boerderij, dus die honden die merk-

agenten. In de straat aan de overkant, over

ten je dan niet op als je daar binnen kwam,

het water bij de bierbrouwerij, hadden ze er

want meestal begonnen ze dan te blaffen.

al een hoop uitgehaald. De Brouwersgracht

En ik loop zo dat bruggetje over en ik zie

was dat. Onze straat was de laatste. Toen

tegen dat hooibergje dat kinderwagentje

kwamen die Hollandse polities en die hebben

staan. Ik probeer in dat hooibergje te kruipen

ons uit die huizen gesleurd en ze deden van

en daar hoor ik een vrouwenstem zeggen

die plakkertjes op de ramen. We moesten al-

wie is daar? En ik herkende iets aan die stem,

lemaal mee naar het politiebureau. Daar zat

ik zeg ik ben het en ja, je gelooft het niet,

mijnheer Vlak. Hij zei ons toen dat wij al onze

30


papieren af moesten geven omdat hij die even

Er werden 578 mannen, vrouwen en kinderen

goed moest nakijken en dan zouden we gelijk

aangehouden en naar Westerbork gestuurd.

weer naar huis mogen.’ 31

Daar bleek dat de Nederlandse politie niet al-

In plaats van naar huis werden zij op de trein

tijd even nauwkeurig had vastgesteld of had

gezet naar Westerbork.

kunnen vaststellen wie wel of niet zigeuners

Hollandse politieagenten, geen Duitsers, die

waren. Er waren ook 279 woonwagenbewo-

waren er niet eens bij. Dat was kennelijk niet

ners meegenomen die geen zigeuners bleken

nodig. De verbazing klinkt door in het inter-

te zijn. Zij werden na een paar dagen weer

view. De Nederlandse politie was echter in

vrijgelaten, evenals mensen die paspoorten

het algemeen loyaal aan de Duitse bezetter

hadden van landen die niet in oorlog waren

en volgde de bevelen zonder tegenstand op.

met Duitsland.

Een enkeling kneep wel eens oogje toe, en

De achterblijvers werden geregistreerd en

veel politiemensen zeiden na de oorlog dat ze

moesten al hun bezittingen, geld, goud en

het heel erg hadden gevonden. Dat ging dan

sieraden inleveren. Zij, voor het grootste deel

overigens meestal over de deportatie van Jo-

Sinti families en een aantal Roma, totaal 245,

den. In Den Haag zat politieagent Vlak van de

werden op vrijdag 19 mei 1944 op transport

Staatspolitie, die was belast met toezicht op

gesteld naar Auschwitz. Van dat transport

woonwagenbewoners en zigeuners. Hij werk-

zouden maar 30 mensen terugkeren.

te actief mee om adressen aan te wijzen waar

In hetzelfde transport, gescheiden van de zi-

zigeuners woonden.

geuners, werden ook Joden gedeporteerd, 208 Nederlandse Joden naar Auschwitz en

Westerbork De opdracht van zondag 14 mei

238 naar Bergen-Belsen.

om alle personen die de kenmerken der Zigeuners bezitten op te pakken, bleek iets

Crasa Wagner: ‘Toen we daar aankwamen [in

minder eenvoudig dan was voorzien. Duide-

Westerbork] zagen we pas Duitsers. Die Hol-

lijk waren de instructies dan ook niet:

landse politie die bij ons was gaf ons aan hen

…alle personen, die op grond van hun uiter-

over en ze gaven ook zo’n boek aan een hoge

lijk, hun zeden en gewoonten als Zigeuners of

Duitse militair. Daar stond alles over ons in,

als Zigeunerhalfbloeden kunnen worden aan-

hoeveel mensen er waren en zo. Een voor

gemerkt, zoomede alle personen die naar ge-

een werden we kaal geknipt en moesten we

aardheid der Zigeuners rondtrekken. […] 32

ons wassen. En de derde dag dachten we nóg

Wie waren zigeuners en wie waren ‘gewone’

dat we naar huis gingen, maar toen werden

woonwagenbewoners of reizigers?

we in veewagens geduwd en moesten we

Het gevolg was dat er volgens de leiding van

naar Auschwitz.’ 33

kamp Westerbork veel te veel mensen werden binnengebracht.

31


Woonwagens in Kamp Westerbork

met de aankomst van bijna 500 zigeuners, met

Herta Metz-Baumgarten, tekening.

wagens en al. Ze staan nu opgesteld in de ui-

Herinneringscentrum Kamp Westerbork

terste zuidoosthoek van het kamp, krijgen daar ook eten gebracht en alleen voor registratie

Manfred (Fred) Schwarz, een vluchteling uit

worden ze groepsgewijs door de OD [Orde

Oostenrijk verbleef sinds juli 1940 in kamp

Dienst] naar de grote zaal gebracht.’ 34

Westerbork. Alle Duitse en Oostenrijkse Joden in Nederland moesten al twee maanden

Crasa Wagner overleefde Auschwitz, waar zij

na de Duitse bezetting naar het voormalige

experimenten van de beruchte kamparts dr.

vluchtelingenkamp Westerbork. In zijn na de

Mengele moest ondergaan. Toen de Russi-

oorlog verschenen autobiografie schreef hij:

sche legers naderden werd zij en velen ande-

‘Over treinen gesproken: sedert begin april is

ren naar andere kampen meer in het westen

er geen transport vertrokken. Volgende week,

gelegen doorgestuurd: Ravensbrück, vandaar

vermoedelijk op 20 mei, zal er weer een ge-

naar Leipzig, waar ze te werk werd gesteld in

mengd transport naar Auschwitz en Bergen-

een fabriek waar radio’s werden gemaakt.

Belsen gaan. Dat heeft vermoedelijk te maken

Daar werkten alleen zigeunervrouwen. Na een

32


maand werd zij op transport gesteld, lopend,

Onder de mannen bevonden zich 9 Neder-

naar Dachau, waar ze op 29 april werd bevrijd.

landse zigeuners. 35

Haar verslag over de kampen is onverdrage-

Zij waren al vermoord voordat het transport

lijk, onvoorstelbaar. Zij heeft het overleefd

dat op 19 mei uit kamp Westerbork vertrok

maar zij heeft ‘kamp’ voor de rest van haar

op de 21ste mei in Auschwitz aankwam.

leven. Het Deportatie

Zigeunerlager

Heinrich Himmler,

Fred Schwarz was goed geïn-

Reichsführer-SS und Chef der deutschen Poli-

formeerd. De achtergebleven zigeuners, voor

zei had al in december 1942 in het Auschwitz-

het grootste deel Sinti- en een aantal Roma

Erlass vastgelegd dat hij alle zigeuners naar

families, werden op vrijdag 19 mei op trans-

concentratiekampen wilde sturen. Hoe de uit-

port gesteld naar Auschwitz en na aankomst

voering van dit plan georganiseerd moest

in het vernietigingskamp Birkenau opgeslo-

worden, werd op 29 januari 1943 op schrift

ten in het speciaal voor zigeuners gebouwd

gesteld.

Zigeunerlager.

De maand daarop reden de eerste treinen met

Het transport van 19 mei was niet het eerste

Duitse zigeuners naar Auschwitz. Daar was in-

transport waarmee Sinti en Roma naar

middels een deel van het vernietigingskamp

Auschwitz werden gedeporteerd. Al eerder

Birkenau (Auschwitz II), BIIe, speciaal ingericht

waren er kleinere groepen Nederlandse Sinti

voor zigeuners. In tegenstelling tot de Joden

en Roma vanuit de Dossinkazerne in Meche-

in het kamp mochten zij als families bij elkaar

len in België naar Auschwitz gevoerd. Deze

blijven.

kazerne, gebouwd in 1756 had tot 1940 een

De beruchte kamparts dr. J. Mengele voerde

militaire functie.

experimenten op de volwassen Sinti en Roma

In 1942 werd de kazerne door de nazi’s be-

uit, en misbruikte ook Sinti en Roma kinderen,

stemd als Sammellager, een verzamelkamp

bij voorkeur tweelingen, voor zijn gruwelijke

voor Joden en Sinti en Roma, het Westerbork

medische experimenten.

van België. Tussen 1942 en 1944 werden van-

In 1944 werden de levensomstandigheden zo

daar 24.916 Joden en 351 Sinti en Roma naar

erbarmelijk dat velen omkwamen door honger

Auschwitz gedeporteerd.

en besmettelijke ziektes, bijna alle baby’s en

Het zogenoemde Z [Zigeuner] transport van

kinderen. In juli van dat jaar kwamen de Sinti

15 januari 1944 vertrok vanuit de Dossinka-

en Roma in het kamp in opstand. Het was een

zerne met 329 mensen. Op 17 januari kwam

actie uit wanhoop. De kampbewaking was

het transport in Auschwitz aan. In dit trans-

echter door verraad op de hoogte zodat de

port bevonden zich 11 Nederlandse zigeune-

opstandelingen geen schijn van kans hadden.

rinnen, 2 in Nederland geboren maar staten-

Na de opstand werden de mannen en vrou-

loze zigeuners en 2 Belgische zigeunerinnen.

wen die nog konden werken naar andere kam-

33


pen – de mannen naar Buchenwald en de

Anna Maria (Settela) Steinbach (1935-1944)

vrouwen naar Ravensbrück – gestuurd, waar

in de trein naar Auschwitz, 19 mei 1944

de meesten omkwamen door honger, uitput-

Op 16 mei 1944 tijdens de razzia’s op Sinti en

ting en besmettelijke ziekten. De achtergeble-

Roma werd het gezin Steinbach in Eindhoven

ven vrouwen, kinderen en oude mannen en

opgepakt en naar Kamp Westerbork gebracht.

vrouwen, ongeveer 2900 mensen, werden in

In Auschwitz werd de 9-jarige Settela Steinbach

de nacht van 31 juli en 1 augustus vergast. 36

met haar moeder, twee broertjes en twee

Uit heel bezet Europa werden in 1943 en 1944

zusjes in de nacht van 31 juli op 1 augustus

circa 23.000 Sinti en Roma naar het Zigeuner-

in de gaskamer vermoord.

lager in naar Auschwitz gedeporteerd.

Jarenlang werd zij voor een joods meisje

Geschat wordt dat in totaal een half miljoen

aangezien totdat in 1995 de journalist Aad

tot een miljoen Sinti en Roma de oorlog niet

Wagenaar aannemelijk maakte dat zij een

overleefden. Zij kwamen om het leven in

Sintezza was. 37

verschillende concentratie- en vernietigings­

Foto uit de film van Rudolf Breslauer (1904-1944),

kampen en door de massale moordpartijen in

gemaakt in opdracht van A. K. Gemmeker,

Oost-Europa waar Joden en Sinti en Roma al

commandant van kamp Westerbork.

in 1941 door de Einsatzkommandos waren

NIOD, Amsterdam

doodgeschoten.

34


Auschwitz – Augusta

‘In 1944 was ik

mijn mama’s haar knippen. Ik vloog d’r aan

9 jaar. Ik woonde met mama, m’n broertjes,

en schreeuwde in het Romanes alle vieze

Calo en Besso, en Kriepela (baby zusje) in een

woorden die ik kende, ik schreeuwde en

kleine woonwagen. M’n vader was al door de

schopte. Toen werd alles zwart. Toen ik bij-

nazi’s opgepakt en weggevoerd, waarheen en

kwam zaten mama en mijn broers bij me. We

waarom wisten we niet. Hij was al ruim een

moesten allemaal in de trein. De wagon was

jaar weg. We zaten met z’n allen binnen toen

vol, en de deuren werden vergrendeld. Van de

er aan de deur werd geklopt. Calo deed open

reis herinner ik me niet veel meer. Het was

en er stonden drie mannen met uniformen

warm en benauwd, en we hadden dorst en

aan. Mama vroeg wat dit te betekenen had. En

honger. In het donker kwamen we aan. De

één van die mannen pakte onze baby uit ma-

vrouwen en de mannen werden weer geschei-

ma’s armen en gooide het in een hoek alsof

den, Besso gilde om mama. Calo nam hem in

het een stapel oude lappen was. “Mee komen

zijn armen en ging in de rij staan. We moesten

naar buiten, en snel”, beval hij. Alle kostbaar-

in een houten barak, hartverscheurende tafe-

heden moesten we meenemen, wat geld en

relen speelden zich daar af. Dat was de laatste

natuurlijk ons goud. Mama werd bij haar ha-

avond dat ik bij mama was... De volgende dag

ren uit de wagen getrokken. En God, ik zal het

moesten we in een vrachtwagen, Calo was er

ze nooit vergeven, we mochten onze baby niet

ook bij, maar m’n broertje Besso niet. De vol-

meenemen. We gingen naar het politiebureau

wassenen mochten ons uitzwaaien. In haar

waar we werden geregistreerd. Daar waren al

wanhoop om ons iets te geven, trok mama

enkele Sinti. Mama vertelde van Kriepela. Er

haar sokken uit en rende naar ons toe en gaf

werd een plan gesmeed om haar op te halen.

ons ieder een sok. Een nazi die dat zag, sloeg

Een paar mannen verzamelden geld en siera-

mijn mama met een geweer in haar rug, ze

den en boden dat een agent aan. Calo mocht

viel, o lieve God, waarom, waarom, en toen

toen Kriepela gaan halen, maar hij moest wel

trapte hij haar tegen haar hoofd. Op dat mo-

voor de ochtend terug zijn. Toen we wakker

ment ging de vrachtwagen rijden, alle kinde-

werden, moesten we naar buiten en wachten.

ren gilden. Er klommen zelfs kinderen uit de

Toen we de trein in moesten die ons naar

bak en die werden zomaar doodgeschoten.

Westerbork zou brengen, hoorden we Calo

Wij zagen mama daar liggen in het zand. Wij

roepen. Hij had Kriepela niet bij zich. Hij had

hadden een sok in onze handen, dat was wat

een bericht gevonden dat een tante haar had

ons was gebleven van onze moeder. Wij, Calo

meegenomen, en dat ze ondergedoken zat bij

en ik en drie andere kinderen, werden in een

goeie Nederlanders.

dorp achtergelaten, bij een familie waar we

In Westerbork werden de vrouwen en de man-

gekapte bomen moesten bewerken om er

nen gescheiden en mama moest gaan zitten.

treinbielzen van te maken, 12 tot 14 uur per

Er stond een vrouw achter haar en die wou

dag. Ze behandelden ons als beesten. We

35


Noten

werden ‘s ochtends uit ons bed geslagen en dan moesten we op appèl staan. Calo en twee andere jongens konden het niet meer verdra-

1 Uit: Carry van Lakerveld en Bertje Leuw,

gen en zijn gevlucht. Maar ze zijn niet ver ge-

‘Lily van Angeren-Franz, Sintezza, overlevende van

komen. Mijn baby zusje Kriepela en ik zijn al-

Auschwitz’, Auschwitz Bulletin 46(2002) nr.1, p. 13

leen overgebleven van ons gezin. Mama heeft

2 De herkomst van het woord zigeuner is niet

zich met mijn broertje Besso in Auschwitz te-

met zekerheid vastgesteld; zie Leo Lucassen,

gen het stroomdraad geworpen, mijn broer

‘En men noemde hen zigeuners’… De geschie­

Calo is in de nacht van 2 op 3 augustus 1944

de­nis van Kaldarasch, Ursari, Lowara en Sinti

vergast in Birkenau, en mijn vader is omgeko-

in Nederland (1750-1944), Amsterdam/

men in Sachsenhausen.’

’s-Gravenhage 1990, p. 21, noot 4 3 Jan Lucassen en Rinus Penninx, Nieuwkomers

Terugkeer De overlevenden van de kampen

Nakomelingen Nederlanders. Immigranten in

keerden langzaam en moeizaam terug naar

Nederland 1550-1993, Amsterdam 1994, 127

Nederland, zonder hulp of begeleiding. Op-

4 a.v. Lucassen, p. 22, noot 14, 1659 is w.s. 1559

vang was er niet, geen enkele. Hetzelfde gold

5 a.v. Lucassen, p. 24

voor de mensen die uit de onderduik kwamen.

6 Nico Bogaart, Paul van Eeuwijk, Jan Rogier,

Alles was weg, hun paarden, de woonwagens,

Zigeuners. De overleving van een reizend volk,

muziekinstrumenten, goud, sieraden – alles.

Amsterdam-Brussel 1980, p. 43

Sinti en Roma hadden geen verzekeringen en

7 a.v. Lucassen, p. 36

hun bezit was nergens geregistreerd. Een en-

8 a.v. Lucassen, p. 40, 41

keling had paarden en woonwagens, of enig

9 a.v. Lucassen, p. 63, noot 165

bezit bij boeren kunnen onderbrengen en na

10 a.v. Lucassen, p. 77

de oorlog ook teruggekregen. Dat was eerder

11 a.v. Lucassen, p. 129

een uitzondering dan regel.

12 a.v. Lucassen, p. 97

Wat restte was de onzekerheid over het lot

13 a.v. Lucassen, p. 114, 115

van familie en vrienden. Sommigen wachtten

14 a.v. Lucassen, p. 192, 238, 239 en mondelinge

jaren op de terugkeer van familieleden, ou-

mededeling

ders, man, vrouw of kinderen totdat het niet

15 a.v. Lucassen, p. 200, 201

meer waarschijnlijk was dat dat zou gebeu-

16 B. Sijes, Vervolging van Zigeuners in

ren. Het verdriet bleef. Het werd onderdeel

Nederland 1940-1945, ‘s Gravenhage 1979, p. 7

van het leven. Troost en steun was er alleen

17 a.v. Lucassen, p. 206

binnen de eigen gemeenschap en in de mu-

18 a.v. Sijes, p. 36

ziek die verdriet èn vreugde intenser en ge-

19 a.v. Sijes, p. 62

voeliger kan vertolken dan woorden ooit kun-

20 a.v. Lucassen, p. 208

nen beschrijven.

36


Algemene Literatuur

21 Marga Minco, Het bittere kruid, Den Haag

1957; geciteerd uit: J.Presser, Ondergang. De Vervolging en Verdelging van het

B. Sijes, Vervolging van Zigeuners in Nederland

Nederlandse Jodendom 1940-1945 I, p. 10

1940-1945, ‘s Gravenhage 1979

22 Uit: Carry van Lakerveld, Interview met

Simon Peereboom (1923-2003), Auschwitz

Leo Lucassen, ‘En men noemde hen

Bulletin 48(2004) nr. 1, p. 15

zigeuners’… De geschiedenis van Kaldarasch,

23 a.v. Lucassen, noot 15 en 16, p. 213

Ursari, Lowara en Sinti in Nederland

24 a.v. Lucassen, p. 213

(1750-1944), Amsterdam/’s-Gravenhage 1990

25 a.v. Sijes, p. 90 26 a.v. Sijes, p. 88

Jan Lucassen, Rinus Penninx, Nieuwkomers,

27 a.v. Sijes, p. 85, 86

Nakomelingen, Nederlanders. Immigranten

28 a.v. Sijes, p. 94

in Nederland 1550-1993, Amsterdam 1994

29 Interview Carry van Lakerveld, 9 maart 2010 30 Interview Carry van Lakerveld, 8 december

Annemarie Cottaar, Leo Lucassen, Wim Willems,

2009

Mensen van de reis. Woonwagenbewoners en

31 Geciteerd uit: J. Beckers, Ik ben Zigeuner.

zigeuners in Nederland 1868-1995, Zwolle 1995

Me hum Sinthu. Gesprekken met Zigeuners over de vervolging in de periode ‘40 - ‘45 en

W. Długoborski (red.), Sinti und Roma im

de jaren daarna, Den Haag 1980, p. 37, 39

KL Auschwitz-Birkenau 1943-1944. Vor dem

32 a.v. Lucassen, p. 216, 217

Hintergrund ihrer Verfolgung unter der

Ieder zigeunerachtig persoon (zigeunerische

Naziherrschaft, Oswiecim 1998

Person) zou met zijn familie naar het concentratiekamp Auschwitz gedeporteerd

Rogier Fokke, Paramisa. Portretten van Sinti

moeten worden.

en Roma. Met teksten van Anne-Mei The en

33 a.v. J. Beckers, p. 39, 40

Flip Bool, Utrecht 2006

34 Geciteerd uit: Fred Schwarz, Treinen op

dood spoor, 3de druk, Badhoevedorp 2005

Aad Wagenaar, Settela. Het meisje heeft

35 Informatie Peter Jorna, Houten; zie ook

haar naam terug, 3de druk, Hilversum 2007

Memorial Book, The Gypsies at AuschwitzBirkenau, München, London, New York,

Felicita Vos, Blauwe haren, zwarte ogen.

Paris 1993

De Roma-cultuur van binnenuit,

36 a.v. Sijes, p. 130

2e druk Amsterdam 2008

37 Aad Wagenaar, Settela. Het meisje heeft

haar naam terug, 3de druk, Hilversum 2007

37


Het rechtsherstel na de Tweede Wereldoorlog Raoul Nijst

In Zicht op verleden beschrijft Carry van Laker­veld de ontberingen, systematische ver­ volging en uitroeiing van Sinti en Roma gedurende de Tweede Wereldoorlog. Een absoluut dieptepunt in de eeuwen van vervolging van Sinti en Roma. Voor hen die na de oorlog terugkwamen uit de kampen en hun onderduikadressen was er geen enkele opvang of begeleiding. Berooid en beroofd van woonwagens, paarden, muziekinstrumenten... kortom van alles. Zonder enige hulp moest men proberen een nieuw leven op te bouwen. De opvang is binnen familieverband gebeurd. Van buiten kwam er geen geestelijke of materiële ondersteuning. Kortom een uiterst kille ontvangst na terugkeer uit de kampen of onderduikadressen. Aandacht voor deze en de wereldwijd meer dan 500.000 vermoorde Sinti en Roma was marginaal. Begrip voor hun vreselijke positie nagenoeg niet aanwezig. Niet alleen van burgers, maar ook van de Nederlandse overheid. Rechtsherstel voor Sinti en Roma Het duurde tot de jaren ‘90, voordat het grote onrecht dat Sinti en Roma tijdens de Tweede Wereldoorlog is aangedaan, politiek aandacht kreeg. Aandacht die te danken is aan de niet aflatende inzet van een aantal Sinti en Roma in hun gevecht voor rechtsherstel. Bij het kabinet Kok-Zalm ontstond hierdoor behoefte aan informatie over het in Nederland gevoerde rechtsherstel na de Tweede Wereldoorlog. Zo wenste het kabinet meer informatie over het naoorlogse rechtsherstel, over de opzet,

38


organisatie en werkwijze daarvan, over de

na de Tweede Wereldoorlog, ook bij Sinti en

juridische merites en over de bereikte resul-

Roma. Zij hadden nagenoeg geen bezittin-

taten. Door de regering werden een aantal

gen teruggekregen en werden bovendien

commissies in het leven geroepen die on-

met grote kilte bejegend in de Nederlandse

derzoek moesten doen naar verschillende

samenleving. Kortom: eindelijk een erken-

deelaspecten van het rechtsherstel. Naast de

ning van rechtsherstel voor Sinti en Roma.

commissie Kordes (tastbare zaken) en de commissie Scholten (financiële tegoeden)

Oprichting SRSR

werd in maart 1997 de Contactgroep Tegoe-

het rechtsherstel en de kille bejegening wa-

den Tweede Wereldoorlog (de commissie

ren voor de regering aanleiding om 30 mil-

Van Kemenade) ingesteld. De commissie

joen gulden beschikbaar te stellen. 27 mil-

Van Kemenade concludeerde op basis van

joen ten behoeve van individuele uitkeringen

het door haar verrichte onderzoek, dat de sa-

aan rechtstreeks belanghebbende Sinti en

menleving en de overheid destijds onvol-

Roma en hun plaatsvervangers en 3 miljoen

doende doordrongen zijn geweest van wat

voor subsidieverlening aan projecten die ten

de Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog is

goede moesten komen aan de Sinti- en Ro-

aangedaan en van de noodzaak alleen al

magemeenschap in Nederland. Voor het be-

daarom een snel en efficiënt rechtsherstel te

heren en (doen) verdelen van deze gelden

bewerkstelligen. Over Sinti en Roma werd in

werd de Stichting Rechtsherstel Sinti en

eerste instantie nagenoeg niet gerept. Het

Roma (SRSR) opgericht. Op 25 oktober 2000

onderzoek naar Sinti en Roma werd volgens

werd door minister Els Borst van Volksge-

de commissie gehinderd door het ontbreken

zondheid, Welzijn en Sport (VWS) het be-

van veel archiefmateriaal. Wel was het voor

stuur van de SRSR geïnstalleerd. Het oud-

de commissie duidelijk dat juist Sinti en

Tweede Kamerlid en toenmalig burgemees-

Roma na de Tweede Wereldoorlog geen be-

ter van Woudrichem, de heer M.J.Chr. Wor-

zittingen teruggekregen hadden. Maar, om-

rell werd benoemd tot voorzitter. Daarnaast

dat deze berovingen vrijwel niet gedocu-

hadden twee vertegenwoordigers van de

menteerd waren, was concreet rechtsherstel

Sinti, één vertegenwoordiger van de Roma

moeilijk. Vanuit de Landelijke Sinti Organi-

en een juridisch deskundige zitting in het be-

satie werd fel gereageerd. Terecht merkten

stuur. Voor de besteding van de gelden wer-

Sinti en Roma op dat Joodse organisaties tal

den door het bestuur van de SRSR en het

van besprekingen hadden gevoerd met de

ministerie van VWS zogenoemde Uitkerings-

commissies, maar dat met Sinti of Roma

reglementen vervaardigd. Er werden er twee

niet was gesproken. De regering Kok-Zalm

vastgesteld: het Uitkeringsreglement Indivi-

erkende op 21 maart 2000 dat er tekortko-

duele Uitkeringen en het Subsidiereglement

mingen waren geweest in het rechtsherstel

Collectieve Doelen.

39

De tekortkomingen in


De Individuele uitkeringen In het Uitke-

anderzijds de Sinti en Roma, leidde tot een

ringsreglement Individuele Uitkeringen wer-

langdurige rechtszaak. Op 19 augustus 2004

den de eisen vastgelegd waaraan een uitke-

bevestigde de Centrale Raad van Beroep uit-

ringsgerechtigde diende te voldoen:

eindelijk dat het resterende geld niet gebruikt kon worden voor verhoging van de individue-

Rechthebbenden behoren tot de Sinti-en Ro-

le uitkeringen, maar toegevoegd diende te

magemeenschap, verbleven op enig moment

worden aan de collectieve doelen. Hiermee

tijdens de Tweede Wereldoorlog in Nederland,

bevestigde de Centrale Raad van Beroep de

zijn vóór 8 mei 1945 geboren en waren op of

bedoeling van het ministerie van VWS.

na 8 mei 1945 nog in leven. Daarnaast komen kinderen, echtgenoten en levenspartners van

Collectieve doelen Naast het verstrekken

de rechthebbenden die inmiddels zijn overle-

van de individuele uitkeringen, was een ande-

den als plaatsvervanger in aanmerking.

re taak van de SRSR de verdeling van gelden voor collectieve doelen: projecten die ten goe-

Bij de vaststelling van de hoogte van de gel-

de kwamen aan de Sinti- en Romagemeen-

den die beschikbaar waren voor individuele

schap. Op 12 oktober 2001 installeerde de

uitkeringen, ging men er op basis van de be-

voor­zitter van de SRSR de Raadkamer Projec-

schikbare informatie van uit dat er ongeveer

ten. De Raadkamer moest het bestuur van de

1.700 Sinti en Roma waren die recht hadden

SRSR adviseren over de verdeling van de gel-

op deze uitkering. Achteraf bleek hier een

den voor projecten. In het Subsidiereglement

inschattingsfout gemaakt te zijn. Er bleken

Collectieve Doelen stond verwoord dat de

slechts 600 Sinti en Roma recht te hebben op

projecten in beginsel één of meer van de na-

een individuele uitkering. Het resterende geld

volgende doelen moesten nastreven:

dat niet besteed werd aan individuele uitkeringen, moest op aandringen van het minis-

– het in stand houden of stimuleren van de

terie van VWS toegevoegd worden aan het

Sinti- en Romacultuur, waarbij uitdrukkelijk

budget voor collectieve doelen. Volgens het

moet worden gekeken naar de toekomst van

ministerie moest er sprake zijn van gelijke

de gemeenschap;

behandeling met de Joodse gemeenschap.

– het nastreven van een positief effect op de

De uitkering werd daarom vastgesteld op

maatschappelijke erkenning van de Sinti- en

fl. 25.000,- per rechthebbende. Dit werd be-

Romagemeenschap;

streden door een groep van rechthebbende

– educatie of scholing in de ruimste zin van

Sinti en Roma. Zij wilden dat het resterende

het woord (zowel onderwijs voor jongeren als

geld – bedoeld voor individuele uitkeringen –

vervolgonderwijs en volwasseneneducatie);

ook aldus gebruikt werd. Deze discussie tus-

– het bevorderen van specialistisch onderwijs

sen enerzijds de SRSR en het ministerie en

in voor Sinti en Roma traditionele beroepen;

40


– het beheren en/of toegankelijk maken van

invulling met bezoeken aan woongemeen-

informatie en documentatie over de Sinti- en

schappen, haar bestaande netwerk Sinti en

Romagemeenschap.

Roma en de Landelijke Sinti Organisatie, later geheten Landelijke Sinti en Roma Organisa-

Het Subsidiereglement was gebaseerd op het

tie. Met deze vertegenwoordigers uit de Sinti-

idee dat de subsidieverlening in verschillende

en Romagemeenschap, diverse organisaties

tranches zou plaatsvinden. In de praktijk bleek

en ervaringsdeskundigen werd een inventari-

de aanbesteding in tranches erg arbeidsin-

satie gemaakt van activiteiten waaraan drin-

tensief te zijn. Er kwamen namelijk veel – vaak

gend behoefte was. Uit de gemaakte inventa-

kleine – aanvragen binnen. Aanvragen die

risatie van activiteiten koos het bestuur uit-

veelal niet konden worden gehonoreerd, om-

eindelijk vijf werkgebieden waarbinnen acti-

dat niet aan de subsidiecriteria werd voldaan.

viteiten ontwikkeld moesten gaan worden:

Bovendien bleken de subsidieaanvragen wei-

Deze werkgebieden waren:

nig samenhang te vertonen, waardoor getwij-

– onderwijs

feld werd aan de effecten op de (middel)lange

– multifunctioneel herinneringscentrum

termijn. Na twee tranches, ontstond er op ba-

– werkgelegenheid

sis van deze ervaringen, gerede twijfel of er

– maatschappelijke participatie

bij een nieuwe, derde uitgifteronde wel pro-

– muziek en cultuur

jectaanvragen zouden volgen die voldeden

Voor elk werkgebied werd een kerngroep op-

aan de eisen en de doelstellingen. Na overleg

gericht. Iedere kerngroep bestond uit zowel

met het ministerie van VWS werd door de

Sinti en Roma als uit personen met kennis

SRSR een nieuwe opzet geïntroduceerd.

van de gemeenschap en/of deskundigheid op één van de werkgebieden. Voor het bestuur

Nieuwe werkwijze De nieuwe werkwijze

van de SRSR was de aanwezigheid van Sinti

was er op gericht om -binnen het bestaande

en Roma in de kerngroepen essentieel. Dit

beleid- een andere systematiek te volgen bij

zodat de ideeën die in de kerngroepen gelan-

de besteding van de resterende gelden voor

ceerd werden, vanuit de Sinti- en Romage-

collectieve doelen. Hierbij kende het bestuur

meenschap zouden komen en dus niet van

van de SRSR de hoogste prioriteit toe aan het

‘boven af’ werden opgelegd. De voornaamste

verkrijgen van een zo duurzaam mogelijk re-

taak van de kerngroepen was het adviseren

sultaat: een blijvend betere positie van de

van het SRSR-bestuur over activiteiten die

Sinti en Roma in de Nederlandse maatschap-

uitgevoerd zouden kunnen worden. Bij de

pij. Om recht te doen aan deze nieuwe opzet,

keuze van activiteiten was het voor het be-

vond het bestuur het essentieel dat bij de

stuur van de SRSR belangrijk dat de activitei-

vormgeving van projecten Sinti en Roma be-

ten toegespitst waren op de Sinti en Roma

trokken zouden worden. Hieraan gaf de SRSR

die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Ne-

41


derland verbleven alsmede op hun nabe-

Maatschappelijke participatie

staanden. Daarnaast mochten de activiteiten

• Twin-intermediair

mede georganiseerd worden ten behoeve

In veel gemeenten waar Sinti en Roma wo-

van de gehele Nederlandse Sinti- en Roma-

nen is er bij Sinti en Roma behoefte aan on-

gemeenschap. Sinti en Roma dienden als

dersteuning bij problemen die zij ervaren bij

groep een gemeenschappelijk nut te hebben

de werkwijze van de burgermaatschappij. An-

bij de activiteiten. Wat dit betrof was er dus

derzijds worden er door veel gemeenten sig-

geen verandering in het beleid van de SRSR.

nalen afgegeven dat vertegenwoordigers van

Daarnaast was het voor de SRSR heel belang-

de burgermaatschappij moeite hebben met

rijk dat de voorgestelde activiteiten niet een

de omgang met Sinti en Roma. Om beide

éénmalig karakter hadden. Het bestuur was

problemen aan te pakken startte de SRSR

nadrukkelijk op zoek naar projecten waarvan

met het project Twin-intermediairs, dat ge-

de effecten op langere termijn nog merkbaar

richt is op het verbeteren van de samenwer-

waren. Projecten die dus hun sporen nala-

king tussen de burgermaatschappij en de

ten. De werkwijze van de ingestelde kern-

Sinti- en Romagemeenschap. De twin-inter-

groepen, die als denktank ideeën gingen

mediairs (één Sinto of Roma en één burger)

ontwikkelen, bleek succesvol. Ze presenteer-

helpen Sinti en Roma met het op de juiste

den tal van ideeën, zoals de introductie van

wijze gebruiken van voorzieningen en het

onderwijs­assistenten en twin-intermediairs,

oplossen van de hiermee gepaard gaande

voorschoolse opvang, een talentenjacht voor

problemen.

muzikaal talent, mediaprojecten, werkgelegenheidsprojecten en bijdragen aan Pinkster-

Onderwijs

bijeenkomsten en de Sinti bedevaart in Roer-

• Onderwijsassistent

mond. Kortom tal van ideeën die aan het

De SRSR legde een hoge prioriteit bij het on-

SRSR bestuur werden voorgelegd.

derwijs van Sinti en Roma. Het volgen van goed onderwijs vergroot immers de kansen

Sporen Nalaten Op dinsdag 5 juni 2007

op een geslaagde maatschappelijke carrière.

presenteerde het bestuur van de SRSR aan

Een hoog schoolverzuim, leerachterstand en

de leden van de kerngroepen haar keuzes.

een voortijdige uitval onder Sinti en Roma

Het bestuur deed dat met haar beleidsplan

komen nog veel voor. Om deze problema-

Sporen Nalaten, dat gebaseerd was op de

tiek aan te pakken startte de SRSR in meer-

door de kerngroepen aangeleverde informa-

dere gemeenten met projecten met Sinti en/

tie en adviezen.

of Roma als onderwijsassistenten. Uit deze

In Sporen Nalaten werden de programmalij-

projecten bleek dat de onderwijsondersteu-

nen gepresenteerd die naderhand in project-

ning van groot belang was voor:

vorm uitgevoerd werden. Een overzicht.

– een regelmatig schoolbezoek;

42


– betrokkenheid van de ouders; – maatwerk door de onderwijsinstelling;

• Voorlichtingsmodule onderwijs

– signalering van belemmeringen;

Voor scholen werd een voorlichtingsmodule

– op peil houden van de motivatie.

ontwikkeld over de cultuur en geschiedenis van Sinti en Roma.

• Voortrajecten op werkgelegenheid en begeleiding

Werkgelegenheid

Het project onderwijsassistenten kende ook

• Bevorderen werkgelegenheid

nog een afgeleide doelstelling: het bieden

De werkloosheid onder Sinti en Roma is

van een baan en een opleiding tot onder-

hoog. De afstand van Sinti en Roma naar de

wijsassistent aan jonge gemotiveerde men-

arbeidsmarkt was (en is nog steeds) zeer

sen uit de Sinti- en Romagemeenschap. In

groot, waardoor persoonlijke begeleiding

samenwerking met re-integratiebedrijven en

noodzakelijk is. Toeleidingstrajecten naar

onderwijsinstellingen werden programma’s

werk vragen dus om intensieve begeleiding,

tot deze beroepsopleiding aangeboden.

veel individueel maatwerk en een lange adem van verschillende partners: re-inte­

• Volwasseneneducatie

gratiebureaus, gemeenten, onderwijsinstel-

In meerdere gemeenten was er behoefte om

lingen en werkgevers. Door de SRSR werd

ook voor volwassen Sinti en Roma onder-

samenwerking tussen de partners onder-

wijs te verzorgen. Het betrof hier onderwijs

steund en kennis overdraagbaar gemaakt.

in de breedste zin van het woord, afgestemd op de (jong) volwassen Sinti en Roma. De

• Werkervaringsplaatsen

implementatie van de volwasseneneducatie

De SRSR vond de inzet van werkervarings-

gebeurde op de eerste plaats in de gemeen-

plaatsen een belangrijk middel voor de ge-

ten waar twin-intermediairs actief waren en

wenning aan regulier werk en het stimule-

vandaag de dag nog steeds zijn.

ren van vervolgscholingsactiviteiten.

Delen van kennis en ervaring

Muziek en cultuur

• Voorlichtings- en documentatiecentrum

De cultuur van Sinti en Roma wordt in be-

Voor het delen van kennis en ervaring werd

langrijke mate bepaald door de gemeen-

er in Best een voorlichtings- en documenta-

schappelijke historie, de specifieke gebrui-

tie- centrum opgericht. Documentatie, films

ken, de gemeenschappelijke taal en de mu-

en onderzoeksresultaten waren in het cen-

ziek. Voor wat betreft de muziek wordt dit

trum voor iedereen beschikbaar. Herinnering

enerzijds als cultureel erfgoed gezien, maar

en behoud van kennis over de specifieke cul-

anderzijds ook als mogelijkheid om in het

tuur van de Sinti en de Roma achtte de SRSR bijzonder belangrijk.

43


levensonderhoud te voorzien.

die bijvoorbeeld een coördinator Sinti en

De door de SRSR opgestarte projecten in de

Roma zaken hadden. In overleg met gemeen-

programmalijn muziek en cultuur waren:

ten stimuleerde en faciliteerde de SRSR di-

een rondreizend festival (Roma en Sinti ar-

verse activiteiten ter verbetering van de

tiesten trekken door het land met muziek-

maatschappelijke positie van Sinti en Roma.

voorstellingen), een managementcursus voor

Voorts bracht de SRSR gemeenten met elkaar

muzikanten en een professionaliseringstra-

in contact en bevorderde ze informatie-uit-

ject voor jonge Sinti en Roma om hun muzi-

wisseling over beleid en uitvoering van pro-

kaal talent te ontwikkelen.

jecten ten behoeve van Sinti en Roma. De SRSR steunde de gemeenten inhoudelijk bij

Bestuursprojecten

het opzetten van projecten met twin-interme-

• Culturele bijeenkomsten

diairs, onderwijsassistenten, voor­schoolse

Voor het realiseren van cultuurbehoud wer-

opvang, volwasseneneducatie, werkgelegen-

den culturele bijeenkomsten georganiseerd.

heidsprojecten en bijvoorbeeld re-integratietrajecten. Daarnaast werden projecten uitge-

• Ombudsfunctie

voerd op het terrein van muziek, cultuur en

Sinti en Roma hebben te maken met discri-

herdenken. Uitgangspunt bij alle projecten

minatie en soms onoverkomelijke proble-

was een kleinschalige aanpak op maat. Daar

men op het gebied van bijvoorbeeld huis-

waar nodig trad de SRSR als co-financier op.

vesting, onderwijs of inkomen. De bereid-

In tientallen gemeenten was het sporen nala-

heid om hierover in contact te treden met

ten ingezet en werd langzaam maar zeker

instanties is gering. Met het installeren van

concreet uitvoering gegeven aan het verbete-

een ombudsman voor Sinti en Roma heeft

ren van de maatschappelijke positie van Sinti

de SRSR voor tal van problemen een bemid-

en Roma.

delende oplossing gecreëerd. Beëindiging taken

Al bij de oprichting

Met en voor gemeenten Bij de presen-

van de SRSR in 2000, was bekend dat de

tatie van haar beleidsplan Sporen Nalaten

SRSR als stichting tijdelijk bestaansrecht had.

maakte het bestuur bekend dat zij voor de

In eerste instantie zou de SRSR medio 2008

uitvoering van de plannen een centrale rol

haar deuren sluiten. Door diverse oorzaken

toekende aan gemeenten. Als kick off werd

waaronder de opgelopen vertraging in de be-

eind 2007 de bijeenkomst ‘Gemeenten, Sinti

roepsprocedure voor de Centrale Raad van

en Roma en de SRSR’ gehouden. Bij tal van

Beroep- werd door het ministerie ingestemd

gemeenten bleek er in behoorlijke mate aan-

met een verlenging van het bestaansrecht tot

dacht te zijn voor de plaatselijke Sinti en

eind 2009. Gezien het beperkte bestaansrecht

Roma bewoners. Zo waren er al gemeenten

van de stichting en het feit dat recht doen aan

44


Sinti en Roma om tijd vraagt, startte de SRSR

stemde met de oprichting van het Nederlands

in 2007 met de uitwerking van plannen voor

Instituut Sinti en Roma, dat in januari 2010

een nieuw op te richten landelijke organisatie

haar deuren in ’s-Hertogenbosch opende.

die op de lange termijn Sinti- en Romage-

Voortzetting van de succesvol door de SRSR

meenschappen, gemeenten en maatschappe-

geĂŻnitieerde projecten voor de aandachtsvel-

lijke organisaties ondersteunt in het realise-

den onderwijs, werkgelegenheid, sociale acti-

ren van een blijvend betere maatschappelijke

vering en huisvesting was hiermee een feit.

positie van Sinti en Roma. Om ook de voort-

Daarmee is een nieuw tijdperk voor alle Sinti

gang van de door de SRSR opgestarte projec-

en Roma, gemeenten en maatschappelijke

ten te kunnen garanderen, vroeg de SRSR

organisaties, actief en betrokken in het reali-

aan het ministerie om te onderzoeken of de

seren van een blijvend betere maatschappe-

plannen tot oprichting van een organisatie

lijke positie van Sinti en Roma, aangebroken.

die voor alle Sinti en Roma, dus ook bijvoorbeeld de Roma die na de Tweede Wereldoor-

Nederlandse Sinti in het concentratie- en

log naar Nederland zijn gekomen, mogelijk

vernietigingskamp Birkenau, mei 2006

was. Dit leidde ertoe dat het ministerie in-

Foto Rogier Fokke

45


CD Adolf Weis Mirando – Tata Mirando jr.

Nello Weis Mirando

Tata Mirando jr. werd in 1933 geboren in Aken.

Nello Mirando werd geboren in Arnhem in 1956.

Zijn vader, Joseph Weis, vioolbouwer, was ook

Als vier-jarig jongetje ging hij al mee naar

een getalenteerd musicus. Hij speelde viool en

optredens, waar zijn viool, die nog veel te groot

nog vele andere instrumenten. Uiteindelijk ging

voor hem was, ondersteund moest worden door

hij achter de bas staan omdat er al zoveel violisten

zijn vader Adolf Weis. Zijn vader en zijn

in de familie waren.

grootvader, violist Joseph Weis, herkenden zijn

Zijn zoon Adolf speelde heel goed altviool maar

grote talent. De jongste Weis in deze muzikale

zijn vader vond dat er eigenlijk al genoeg strijkers

familie was voorbestemd om de traditie van het

in zijn orkest waren en kocht een piano waarop

beroemde orkest Tata Mirando voort te zetten.

Adolf en zijn broer Lupa leerden spelen. Zij

Tot zijn tiende kreeg Nello les van zijn vader en

luisterden naar grammofoonplaten van andere

ooms. Daarna studeerde hij techniek aan het

orkesten en leerden zo accoorden spelen.

muzieklyceum in Arnhem. Op zijn zeventiende

Het Koninklijk Zigeunerorkest Tata Mirando werd

mocht hij bij Theo Olof studeren aan het

na de oorlog door zijn vader opgericht. Het orkest

Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Hij ging

bestaande uit Tata Mirando sr., zeven zonen en

regelmatig naar Boedapest, waar hij samen

een neef speelde zich wereldberoemd. Na zijn

speelde met beroemde primássen als Sándor

dood in 1967 werd de leiding van het orkest

Járóka jr. en Sándor ‘Buffo’ Rigo. Met die

overgenomen door Tata Mirando jr.

achtergrond ontwikkelde hij zich tot een primás met een herkenbare eigen stijl. Hij stond verschillende keren met de Mirando’s en met orkesten uit Boedapest op het podium in de grote zaal van het Concertgebouw. Ook de Django Reinhardt-stijl, die sinds de jaren twintig door veel West-Europese zigeuners wordt beoefend, heeft Nello Weis Mirando zich eigen gemaakt.

46


Colofon Carry van Lakerveld is (kunst)historicus

Foto’s Rogier Fokke:

en oud-adjunctdirecteur van het Amsterdams

omslag voor Sintezza in Auschwitz I

Historisch Museum. In 1995 begon zij een eigen

binnenwerk pagina 1 en 2

bedrijf Culture and Context. Culturele producties.

omslag achter Uitzicht vanuit de toegangspoort

Met ontwerper Victor Levie maakte zij de

op het concentratie- en vernietigingskamp

herinrichting van het Nederlands Paviljoen in

Birkenau

Auschwitz, in april 2005 geopend door prins Willem Alexander. In deze tentoonstelling werd

ISBN/EAN : 978-90-815526-1-5

eveneens aandacht besteed aan de vervolging en deportatie van Sinti en Roma in Nederland.

© 2010 Carry van Lakerveld en Raoul Nijst

Zij was vele jaren vice-president van het

Ontwerp MV LevievanderMeer

Internationale Auschwitz Comité (IAK). Voor

Druk Calff & Meischke BV

het IAK stelde zij in 2007 een boek samen met gedichten en tekeningen van Auschwitzoverlevende Ronnie Goldstein-van Cleef, Überleben im Leben. A lifetime surviving.

Op verzoek van de Stichting Rechtsherstel Sinti en Roma, schreef Raoul Nijst voor het boek Zicht op verleden. De vervolging en deportatie van de Sinti en Roma in Nederland 1940-1945, het onderdeel: Het rechtsherstel na de Tweede Wereldoorlog. Raoul Nijst heeft rechten en communicatie gestudeerd en heeft sinds 1995 zijn eigen communicatie-adviesbureau Nijst Communicatie. Raoul Nijst, was communicatieadviseur van de SRSR in de periode 2005-2009 en is sinds januari 2010 extern communicatieadviseur van het Nederlands Instituut Sinti en Roma in ’s-Hertogenbosch.

47



Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.