8 minute read

De Ausdauer van Ties Mellema

Saxofonist Ties Mellema maakt al dertig jaar muziek die in geen enkel hokje past. Voor zijn nieuwste project haalt hij inspiratie uit techno, soul, Louis Andriessen, Bach en Fauré. ‘Die cd met PEAX had ik nooit kunnen maken zonder twee keer kanker. Bij tegenslag kijk ik altijd wat er nog wél mogelijk is.’

‘We leven in rare tijden,’ zegt Ties Mellema (46) vanachter de bar van muziekcentrum Splendor. Hij heeft net de grote zaal laten zien, de kleine trouwens ook, en nu zet hij koffie want de maandagochtend is nog maar net begonnen. Buiten klinken de vegers van de gemeente, binnen het gepruttel van de koffiemachine. En wie heel goed luistert, hoort hoe het piept en kraakt in het hoofd van de saxofonist. Ties, lange vent, paardagenbaard, gympen onder een trainingsbroek: ‘Ik ben eigenlijk heel optimistisch van aard, en ik wil ook niet cynisch zijn, maar deze tijd doet wat met me. Neem de situatie met de boeren en de stikstof. Het is supervervelend dat ze moeten inleveren, maar de kunst wordt al dertig jáár afgeknepen.’ Wat hij maar zeggen wil: de kunst zit al heel lang opgescheept met kabinetten die vinden dat een dvd'tje ongeveer hetzelfde is als een concert.

Die uitspraak over dat dvd'tje, wat zegt dat over onze tijd? ‘Dat alles is geliberaliseerd, dat sowieso. Componist en columnist Willem Pijper schreef aan het begin van de twintigste eeuw al dat muziek in Nederland is bedoeld om psalmen te begeleiden. Dus niet om van te genieten. In 2010, toen drastische bezuinigingen werden aangekondigd door de toenmalig staatssecretaris voor cultuur heb ik in diezelfde maand de Nederlandse Muziekprijs ontvangen, nota bene uit handen van diezelfde Halbe Zijlstra. De organisatie was toen nog heel bang dat ik daar iets van zou zeggen tegen het publiek, haha. Wat er nu ook bij komt is dat alles om “ik” draait. Op het conservatorium bijvoorbeeld, wordt heel erg gehamerd op entrepeneurship. Al in het eerste jaar krijgen studenten les in commercieel denken. Dat is ook slim, maar niet meteen in het begin. Dan moet je vooral toonladders studeren. En dan nog, sommige stijlen zijn en blijven een niche. Dat is goed. Niet alles hoeft sexy te zijn.’

Rare tijden dus. Maar gelukkig is er Splendor. Zíjn Splendor, het voormalige badhuis aan de Amsterdamse Nieuwe Uilenburgerstraat, dat sinds 2008 in bruikleen is van 50 muzikanten. Om er te studeren, componeren en uitproberen. Want waar anders zie je Oekraïense oorlogsvluchtelingen achter de piano of maak je kennis met The Wittgenstein Project, gebaseerd op het werkvan een pianist die in de Eerste Wereldoorlog zijn rechterhand verloor? Het maakt veel goed. Een collectief vol energie en betekenis, al zijn de kieren naar de onverschillige buitenwereld niet helemaal te dichten.

Ties: ‘Vijf jaar geleden heb ik mijn laatste behandeling gehad, maar ik merk dat ik sindsdien veel ontvankelijker ben voor dit soort gevoelens en gedachten.’ In 2015 was de musicus op vakantie toen hij ineens pijn op de borst kreeg. Een hartaanval, dacht hij, maar thuis bleek het hodgkin te zijn. ‘Ik heb nog aan mijn arts gevraagd of het kwaad kon de chemo een week uit te stellen, zodat ik mijn concertreeks kon afmaken.’ Want o ja, hij was nog bezig met de artistieke verwerking van de ramp die hem vóór hodgkin overkwam: een keukenongeluk waarbij zijn rechterhand gedeeltelijk verlamd raakte. Ties: ‘Inmiddels kan ik alles weer, maar je ziet het nog steeds.’ Hij steekt zijn hand uit. ‘Kijk, meer dan dit krijg ik mijn vingers niet gestrekt. En dan heb ik nog mazzel. De meeste mensen die zoiets overkomt, krijgen daarna klauwhanden. Misschien omdat ik gewend ben met mijn handen te werken, dat ik beter hersteld ben.’

Toch niet echt handig, voor een saxofonist. ‘In eerste instantie werd mij verteld dat ik waarschijnlijk nooit meer zou kunnen spelen. Dat was direct huilen natuurlijk. Maar bij tegenslag is mijn reflex altijd: kijken wat er nog wél mogelijk is. Hoe klein ook, er is altijd een lijntje waaraan ik mezelf kan optrekken.’

Waar haal je die ausdauer vandaan? ‘Weet ik niet. Die had ik als kind al. Ik ben gewoon een drammer, ben ik bang. Overigens werkt die ausdauer ook vaak tegen me, hoor. Voor mijn gezin kan ik soms best afwezig zijn. Ailed, mijn vrouw, ergert zich daar weleens aan. En mijn zoon Saul (13) en dochter Alicia (9) ook. Ik merk in die periode dat ze dan met alles naar Ailed toe gaan.’

Want je bent er wel, maar je bent er niet. ‘Daar komt het wel op neer, ja. Alles moet wijken. Ik zie het ook aan alle muzikanten hier in Splendor. Die zijn ook heel monomaan met hun eigen project bezig. En als een project eenmaal af is, dan ben ik er ineens juist weer heel erg wél.’

En dat moet iedereen dan zeker meteen leuk vinden... Lachend: ‘Ja precies, dan ga ik ineens heel ijverig naar de cellolessen informeren waar ik drie maanden niet naar heb gevraagd. Dan zie ik ze met hun ogen rollen: krijgen we dit weer!’

Zou je jouw kinderen het vak van musicus aanbevelen? ‘Ik heb echt een beetje een gestoorde relatie met mijn zoon wat betreft muziek. Hij speelt jazzpiano en zit op de jongtalentopleding van de Muziekschool Amsterdam. Met zijn overgangsexamen in het Bimhuis was hij hartstikke nerveus. Dat je denkt: waarom doe je jezelf dit áán? Maar ja, dat doet hij denk ik ook wel een beetje voor mij. Want korfbal vindt hij veel leuker. Ik merk het ook als ik vraag of hij meegaat naar het North Sea Jazz Festival. Dan zie ik dat hij geen zin heeft, maar dan twijfelt-ie toch. Ik moet uitkijken dat ik hem niet te veel belast met mijn enthousiasme.’

Ik heb naar je muziek geluisterd en wist niet eens dat dit soort muziek bestond. ‘O, dat is mooi, want ik ben het gaan maken omdat ik het zelf ook niet kon vinden. Het is gewoon hoe ik muziek zie. Mijn moeder draaide op zondag Robert Long, vervolgens Joe Cocker of Händels Watermuziek, dan weer Louis Andriessen. Als twaalfjarige wist ik niet eens dat dit verschillende stijlen waren! Ik probeer mijn studenten (Mellema is docent aan de Fontys Hogeschool voor de Kunsten in Tilburg, red.) nu ook zo naar muziek te laten kijken, dat er oneindige mogelijkheden zijn.’

Over oneindige mogelijkheden gesproken: je bent 46. Wat wil je nog bereiken? ‘Toen ik in 2015 ziek werd, realiseerde ik me dat ik eigenlijk alles heb gedaan wat ik wilde doen. Ik heb gesoleerd met orkesten, internationaal getoerd met mijn saxofoonkwartet en stukken opgenomen waarvan ik weet dat ze wereldwijd als de standaard worden beschouwd. Bijvoorbeeld het stuk Xas van Iannis Xenakis, gemaakt voor een saxofoonkwartet – dat doet niemand ons na en dat gáát de komende twintig jaar ook niemand ons nadoen. De gedachte dat ik alles al heb gedaan, maakt me vrij van geest. Maar ja, toen werd ik in de zomer van 2017 weer ziek. Dezelfde kanker. Bij de eerste keer dacht ik: oké, 96% overleeft en pr-technisch kan ik hier nog wel wat uithalen. Maar die tweede keer hakte er écht in. Een stamceltransplantatie en zes weken in een isolatiecel waren gewoon superheftig. Voor het eerst in mijn leven gaf ik het een beetje op. Maar juist doordat ik dat deed, kwam er ruimte voor nieuwe gedachten. Toen zijn slagwerker Barry Jurjus en ik het duo PEAX gaan vormen.’

Een béétje een paardenmiddel, maar dat kan ziek zijn dus opleveren. ‘Fysiek heb ik natuurlijk wel moeten inleveren. Ik had altijd een ijzeren maag, kon er alles ingooien. Dat gaat niet meer, ik kan niet meer zoveel drinken. Ook heb ik een langzamer staccato gekregen, dus die t-t-t kan ik niet meer doen op de saxofoon. Daar heb ik een trucje op gevonden. Ik doe nu t-k-t-k-t-k. Maar zeker, die cd met PEAX had ik nooit kunnen maken zonder twee keer kanker.’

DE BASSAXOFOON Speciaal voor Ties kocht het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds begin dit jaar een bassaxofoon. Ties vroeg deze aan om baslijnen in zijn ensembles en composities te kunnen spelen zonder hulp van synthesizers. De bassaxofoon komt van bouwer Benedikt Eppelsheim in München, die het instrument volledig met de hand maakte. De hals is niet standaard, de kleppen zijn anders gepositioneerd en ook het verloop van de buis is afwijkend. Ties wilde juist dit instrument vanwege het geluid dat een terts lager is gestemd dan een baritonsaxofoon, maar vooral ook omdat de buis zoveel groter is – wat je hoort in de klank. Het instrument, dat meer dan 10 kilo weegt, wordt door het Amsterdamse saxofoonatelier Saxomania binnen kort aangepast aan Mellema's handen.

Tekst: Eva Hoeke Fotografie: Marcel Bakker