MO*magazine 107

Page 1


inhoud

SEPTEMBER 2013

nieuws

tendensen

mensen en verhalen

6-15

16-41

42-55

6 ❘ de wereld kort

16 ❘ in beeld

Mali, Afghanistan, Europese Investeringsbank, NSA, Oekraïne, Dilma Rousseff

42 ❘ in beeld

Zomer in Calabrië

Creatief met Vlaanderen

44 ❘ portret: wyclef jean

ONZICHTBARE OPSTANDEN 18 ❘ interview

10 ❘ baanbreker Mistvangers met een missie

12 ❘ opkomende landen

Onvermoeibare superster

48 ❘ zomerburgeraars Vakantiescholen voor nieuwkomers

Politiek wetenschapster Chantal Mouffe over straatprotesten

Investeerderswalhallah Afrika

14 ❘ filipijnen 22❘

Mindanao: vrede in verdeeldheid

52❘

essay: road trip zuid-afrika In Mandela se voetspore

volksopstanden 52

in Kasjmir, Bolivia en Bahrein

26 ❘ bulgarije

Rivonia

Het volk verwacht hulp van de EU

14

Nkandla Paarl

28 ❘ dossier: post-2015 agenda

Tafelberg

Het huiswerk van de wereld

34❘

biobrandstoffen Gokken met voedsel

38❘

Robbeneiland

Orlando

Pretoria

soennieten versus sjiieten

Qunu

© Panos / Robin Hammond

De Grote Sektarische Oorlog Howick

Soweto

Johannesburg Mvezo

34

Durban

© Klaas Verplancke

Kaapstad

Mqhekezweni

moQservice

56-66

Dossier pagina 28

56 ❘ 58 ❘ 62 ❘ 64 ❘ 66 ❘

© Reuters / Jason Reed

‘Mensen moeten geen passieve ontvangers van hulp zijn maar hun lot zelf in handen nemen.’ Q

debat recensies agenda opinie column bruksel

MO*magazine is beschikbaar op iPad. Abonnees kunnen de iPadversie gratis downloaden en lezen. Niet-abonnees kunnen via de Apple-nieuwskiosk een los nummer of een jaarabonnement kopen. Download de MO*-app via de QR-code of via www.mo.be/ipad.

MOQ • september 2013 • www.mo.be

3


COMMENTAAR

door Alma De Walsche

VOORWOORD

door John Vandaele

Rijden of eten

Een gedreven agenda

U hebt er wellicht nog niets over opgevangen maar in de wereld van de ontwikkelingssamenwerking –ministeries, internationale organisaties en ngo’s– is veel te doen om de ontwikkelingsagenda na 2015. Dat is namelijk het jaar waarin de VN-millenniumontwikkelingsdoelen (MOD’s) gerealiseerd moeten zijn. De vraag naar een mogelijk vervolg zal zich dan ook stellen. Over het algemeen is er enige tevredenheid over de MOD’s; sommige doelen werden inmiddels al gerealiseerd. Bovendien gaat het om een zeldzaam voorbeeld van een internationale campagne die erin geslaagd is de man en de vrouw uit de straat erbij te betrekken. Om die reden sturen velen in de ontwikkelingsbranche aan op een nieuwe campagne met een beperkt aantal concrete ontwikkelingsdoelen. Maar ook vanuit een andere hoek kijkt men in die richting. De conferentie Rio+20 over duurzame ontwikkeling riep in juni 2012 immers op tot het opstellen van duurzame ontwikkelingsdoelen die ‘concreet, actiegericht en makkelijk te communiceren’ zijn. Bedoeling is dat die twee dynamieken tegen september 2015 uitmonden in een set van mondiale doelen gericht op het aanpakken van sommige van onze grootste problemen: armoede, ongelijkheid, klimaatverandering… Dé uitdagingen van onze tijd gevat in tien doelen die de mensen kunnen aanspreken. Zo zouden twee werelden die tot nu toe te ver uit elkaar lagen –economische ontwikkeling en zorg voor het (planetaire) milieu– samenkomen. Dat moet leiden tot een coherenter beleid en, als het goed is, een ander ontwikkelingsmodel. Daarmee zou de ontwikkelingsdiscussie “naar huis komen”: ook wij zouden ons model moeten aanpassen, duurzamer maken. De prominente Belgisch-Indiase ontwikkelingsdenker Jean Drèze verklaart in het post-2015-dossier op bladzijde 28 dat hij niet tegen internationale doelen is maar dat hij meer vertrouwen heeft in democratische politiek. Terecht: nationale regeringen hebben meer impact dan de Verenigde Naties. Als sommige MOD’s zijn gehaald, is dat omdat een aantal nationale regeringen –soms los van de MOD’s– het juiste beleid hebben gevoerd. En toch moeten we elke kans grijpen. Goed gekozen internationale doelen die opgepikt worden door de burgers kunnen immers de democratische politiek beïnvloeden. Hoezeer internationale verklaringen en afspraken in het verleden ook ijl en ijdel zijn geweest, die kans mogen we niet laten liggen.

Het Europees parlement en de Europese Raad beslissen dit najaar over een herziening van de biobrandstoffenrichtlijn. Een aantal jaren experimenteren met de zogenaamd milieuvriendelijke brandstof heeft uitgewezen dat het middel vaak erger is dan de kwaal. De wereld kreeg af te rekenen met twee voedselcrisissen en fikse stijgingen van de voedselprijzen veroorzaakten sociale instabiliteit in tal van landen. De vette jaren zijn voorbij, we hebben vandaag af te rekenen met voedselmarkten zonder overschotten. De demografische groei, de toenemende middenklasse die vlees wil eten, de klimaatverandering die de seizoenen wisselvalliger en de oogsten onbetrouwbaarder maakt… al die elementen dwingen ons ertoe de juiste prioriteit te stellen –en dat is food first. Voedselgewassen –nog steeds de grondstof voor de eerste generatie biobrandstoffen– dienen op de eerste plaats om mensen te voeden en niet om auto’s te laten rijden. De toegenomen speculatie op de landbouwmarkten en het proces van landgrabbing (het op grote schaal opkopen van landbouwgrond) –beide aangedreven door de stijgende vraag naar energiegewassen– maken zowel in Europa als in het Zuiden het overleven voor gewone boeren steeds moeilijker. Op termijn is dit een tikkende tijdbom, een bedreiging voor onze voedselzekerheid, en een motor voor conflicten en migraties. Het gaat wel degelijk om reële tekorten op de korte termijn, om de keuze tussen rijden of eten. Bovendien is de klimaatwinst van die biobrandstoffen van de eerste generatie vaak nihil als de hele productieketen en de indirecte effecten in rekening worden gebracht. Nochtans was het daar aanvankelijk toch om te doen. Europa wil dan ook dat in de herziene richtlijn het aandeel van eerste generatie biobrandstoffen niet meer dan vijf procent bedraagt. Maar de druk van de biobrandstoffenlobby op de Europese politici is immens. Ze beweren dat een vermindering van tien naar vijf procent de doodsteek zou betekenen. De hele sector slokt al zo’n tien miljard euro per jaar op aan subsidies. Zoveel ondersteuning voor een beleid dat zoveel vragen oproept en dat niet geheel coherent is met Europa’s ontwikkelingsbeleid, is niet langer houdbaar. Hopelijk vinden de Europese politici de moed om aan de druk van de economische belangen te weerstaan en kiezen ze voor beleidscoherentie. Om onze mobiliteit klimaatvriendelijker te maken, zijn er nog tal van andere maatregelen voorhanden.

4

MOQ • september 2013 • www.mo.be

door Gie Goris

Het geheven vingertje ❱

Moeten de Winterspelen in Sotsji geboycot worden wegens de homofobe wetten die Rusland onlangs invoerde? Hoe kunnen we van hieruit de vrouwenrechten in Afghanistan en Pakistan versterken? En hoeveel druk kan onze regering uitoefenen op de Congolese overheid om corruptie en andere vormen van slecht bestuur aan banden te leggen? Heel vaak krijgt internationale solidariteit de vorm van een vraag, en die gaat er steevast vanuit dat “wij” de problemen van “hen” moeten oplossen. Rudyard Kipling schreef zijn poëtische ode aan het imperialisme –The White Man’s Burden– in 1899, maar ook in 2013 blijken dezelfde basisovertuigingen ons handelen te bepalen: “onze” normen en waarden zijn beter en meer ontwikkeld, en dat zadelt ons op met de zware taak om de rest van de wereld tot ons niveau van beschaving op te tillen. En het is waar, er is heel veel waar we goed in zijn: economische productiviteit, wetenschappelijk onderzoek, vrijheid van meningsuiting, zomerfestivals, ruimte voor individuele keuzes en het verzamelen van kunst, erfgoed en herinneringen. En de lijst zou véél langer kunnen zijn. Voor de belangrijkste verworvenheden van wat we vandaag beschouwen als de westerse cultuur is hard en lang gevochten, en hebben mensen hun leven gegeven. Dat we er dus op toezien dat zaken als individuele vrijheid en de principiële gelijkheid van elke mens voor de wet gevrijwaard blijven en zelfs verder uitgebreid en uitgebouwd worden, dat spreekt voor zich. Alleen wordt het tijd dat we dat doen zonder het voortdurend geheven vingertje. De beste bijdrage die Europa aan wereldwijde rechtvaardigheid kan leveren, ligt in een hernieuwde ambitie op het vlak van klimaatbeleid en in het verdedigen en toekomstgericht uitbouwen van ons herverdelende en op rechten gebaseerde welvaartsmodel –twee zaken waarvoor men Europa wereldwijd bewonderde, tien jaar geleden. Het klopt wel dat het erg moeilijk is een radicaal klimaatbeleid en serieuze herverdeling te realiseren in een

wereld die geregeerd wordt door de wetten van ongelimiteerde vrijhandel. De druk op het Europese overleg- en herverdelingssysteem is er gekomen op het moment dat multinationale bedrijven volop gebruik konden maken van schandalig onbetaalde en onbeschermde werknemers aan de andere kant van de wereld. Die lage lonen elders konden en kunnen rekenen op instemming in het Westen, zelfs bij degenen die het slachtoffer zijn van die economische mondialisering, omdat ze schandalig goedkope consumptiegoederen op de markt brachten. Het lijkt er sterk op dat de combinatie van stijgende winsten bovenaan en toenemende consumptie onderaan voorbij is. Er zijn opnieuw winnaars en verliezers, en dus is er opnieuw behoefte aan politiek. De aanstormende regionale, federale en Europese parlementsverkiezingen bieden een uitstekende kans om te discussiëren over de fundamentele keuzes die we als samenlevingen willen maken. Daarbij lijkt de raad die Chantal Mouffe in dit nummer (zie interview op bladzijde 18) geeft van essentieel belang: politieke partijen moeten met ondubbelzinnige en duidelijk onderscheiden voorstellen naar de kiezer trekken. En ze moeten, zegt Mouffe, aan de bevolking durven uitleggen dat ‘we onze levensstandaard moeten verlagen als we een duurzaam en rechtvaardig toekomstproject willen realiseren’. Het moet mogelijk zijn om mensen te overtuigen dat ze er zelf beter van worden als hun medeburgers ook kansen krijgen en sociale bescherming genieten. Bovendien creëert dat eindelijk een mogelijkheid om die onhoudbare ecologische voetafdruk van ons drastisch te verminderen. En het biedt een perspectief op internationale solidariteit dat eindelijk komaf maakt met the White Man’s Burden: onze verantwoordelijkheid is niet op de eerste plaats om de inboorlingen te redden van hun eigen cultuur, maar om ervoor te zorgen dat onze eigen maatschappelijke inrichting goed en inspirerend is. Dan kunnen we de internationale arena betreden, niet met een geheven vingertje, maar met opgeheven hoofd.

MOQ • september 2013 • www.mo.be

5


de wereld kort

Lees het volledige interview met Mark Bowden op

Loodzware taak voor nieuwe Malinese president

Op weg naar de Afghaanse uitgang

doet zich voor of kondigt zich aan bij ngo’s. Aschiana, bijvoorbeeld, Politieagenten van de anticorruptie-eenheid zette een project voor elfduizend in Kaboel. Corruptie is een grote bezorgdheid kinderen die op straat werken in Afghanistan. stop na het wegvallen van de komende jaren ‘als het internationale geld en Europese subsidies voor het programma. Toch blijft Mark Bowden, humanitair coördina- de aanwezigheid van militairen en expats ingrijtor en plaatsvervangend speciaal gezant van de pend zullen verminderen. De mijnsector, die VN in Afghanistan, gematigd optimistisch wat de motor had moeten worden voor een eigen betreft het nakomen van de aangegane engage- economische ontwikkeling, zal ten vroegste menten. Wel maakt hij zich grote zorgen over vanaf 2019 echt functioneren. Bovendien zal hij een mogelijke economische meltdown in de nooit voldoende banen creëren om een impact te hebben op de economische vooruitzichten van de bevolking. Voeg daar de grote hoeveelheid jongeren aan toe die straks werk zullen zoeken en de massale verstedelijking –Kaboel is de snelst groeiende stad ter wereld– en je weet dat er een enorme crisis van de verwachtingen De Europese Investeringsbank (EIB) herziet haar investeringen in de energiesector. Meest meer brandstoffen fossiele met krachtcentrales geen aankomt.’ opvallend is de beslissing om voortaan Sommige waarnemers beweren dat er te veel te financieren die meer dan 550gram CO2 per geproduceerde kilowattuur (kWh) de lucht in Europese de van beleidsinstrumenten financiële geld naar Afghanistan gaat, wat alleen maar zou stoten. De EIB –een van de belangrijkste lanal is Het EU. de van klimaatbeleid het met lijn in resulteren in meer corruptie en ongelijkheid. Unie– brengt daarmee haar beleid meer wil klimaatdoelen haar EU de indien zijn nodig Mark Bowden: ‘Die bezorgdheid is terecht. ger duidelijk dat er immense investeringen helpt. daarbij haar EIB de of Daarom bevatten de afspraken die de internabelang realiseren. Daarom is het van groot steenkoolcentrales langer niet voortaan EIB de zou als tionale gemeenschap vorig jaar maakte met de Sommigen interpreteren de beslissing belangrijkeen EIB-beslissing de dat erkent Netwerk regering van Afghanistan behoorlijk krachtig financieren. De kritische ngo Bankwatch een Balance, Counter van Verpoest Berber verwacht. verwoorde voorwaarden over onder andere corste stap vooruit is maar had meer Staten Verenigde de en ‘Canada milieuorganisaties: en ruptiebestrijding. Ook president Karzai uit Europese coalitie van ontwikkelingste in kWh per CO2 440gram en 420 respectievelijk geregeld kritiek op corruptie die samenhangt van gaan verder door een uitstootnorm gascenefficiëntste de nog alleen komen dan 350gram: met de internationale aanwezigheid. Daarbij stellen. Wij pleiten voor een norm van efficiënte meest de komen CO2/kWh 550gram van kijkt hij echter minder naar de ontwikkelingssatrales in aanmerking. Met de EIB-norm financiering.’ voor menwerking en veeleer naar de militaire aankolencentrales nog steeds in aanmerking als afgeweken worden norm de van kan er arm: de om wezigheid –dat is waar de echt grote contracten De EIB houdt bovendien nog een slag ecoen armoedebestrijding van redenen om of komt afgesloten worden. Volgens mij zijn de militaide energiebevoorrading in het gedrang uitzonderingen. interpreteerbare re agenda en de aanpak door de legers indernomische ontwikkeling. Dat zijn breed prienergie hernieuwbare van projecten zij dat EIB de daad veel meer verantwoordelijk voor het Voorts bevestigde kernenervan minnaar koele een blijft EIB De geven. creëren van corruptie dan de ontwikkelingsoriteit wil blijven hulp. In die zin zegt voormalig presidentskangie. Ook opvallend is dat de EIB meer wil investeren in energie-efficiëninvestede van financieren procent vijftig tot bank de didaat, ex-minister van Financiën en voormalig tie. Voortaan wil maken. te energie-efficiënter gebouwen ontwikkelingsdeskundige bij de Wereldbank ringskosten om Zo’n kredieten. aan euro miljard vijftig voor jaar vorig Ashraf Ghani dat de transitie van 2014 positieDe EIB verschafte ecode Om besteed. Unie Europese de buiten werd ve effecten zal hebben op bestuur en cultuur in tien procent daarvan de lidstaten-aandeelhouders de kenden gaan, te lijf te Afghanistan. De verwarring tussen militaire nomische recessie het waardoor toe, kapitaalsverhoging een strategie en ontwikkelingsdoelstellingen wordt Europese Investeringsbank (John worden. kan hoger pak een bank de van ook stilaan opgeheven, wat een bijzonder goede financieringsvolume zaak is.’ (Gie Goris) Vandaele)

In de noordelijke stad Kidal, onder controle van de Toearegrebellen van het MNLA, is er slechts symbolisch gestemd. Kieslokalen waren er wel maar niemand kwam opdagen. ‘Het belangrijkste voor ons is dat de verkiezingen op heel het Malinese grondgebied hebben plaatsgevonden, met inbegrip van Kidal’, verklaarde Kadré Désiré Ouédrago, waarnemer voor Ecowas (de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten). Met de onverwachtse val van het vorige regime van Amadou Toumani Touré werd voor de hele wereld duidelijk dat de alom geprezen Malinese democratie in feite slechts een façade was, gebouwd op corruptie in de hoogste regionen van het staatsapparaat. Het rechttrekken van deze situatie na de implosie van de staat volgend op de militaire staatsgreep, de afscheiding van het noorden en de aanval en overname door de jihadisten, ziedaar de loodzware taak waar president Ibrahim Boubacar Keïta voor staat. Zonder sterke instellingen zal het onmogelijk zijn het noorden en het zuiden van Mali met elkaar te verzoenen. (Intagrist El Ansari)

MOQ • september 2013 • www.mo.be

Stembusgang in Mali. Voormalig premier Ibrahim Boubacar Keïta kwam als winnaar uit de bus. De nieuwe president wacht een enorme taak.

Kolencentrale in Gelsenkirchen, Duitsland. De Europese Investeringsbank zal voortaan niet langer krachtcentrales met fossiele brandstoffen financieren die meer dan een vastgelegde hoeveelheid CO2 uitstoten.

Europese Investeringsbank wordt wat groener

© Reuters / Omar Sobhani

6

De internationale gemeenschap heeft beloofd Afghanistan onverminderd te blijven steunen na de eveneens beloofde terugtrekking van buitenlandse troepen tegen eind 2014. Toch stelde OCHA, de humanitaire coördinatie van de VN, in 2012 al een halvering van de humanitaire hulp vast. De VN-ontmijningsorganisatie moest begin dit jaar 3000medewerkers ontslaan bij gebrek aan middelen. UNAMA, de VN-missie voor Afghanistan, moet het dit jaar met 18,7procent minder budget stellen dan in 2012. Hetzelfde fenomeen

© Reuters / Joe Penny

De eerste ronde van de Malinese presidentsverkiezingen op 28 juli verliep volgens onafhankelijke waarnemers in alle rust. In tegenstelling tot in de afgelegen gebieden in het noorden van het land was er een nooit geziene opkomst van meer dan vijftig procent in het zuiden. De tweede ronde van 11 augustus beslechtte de strijd tussen twee politieke veteranen: voormalig premier Ibrahim Boubacar Keïta (IBK), die aan de militaire putschisten wordt gelinkt, en antiputschist en ex-minister van Financiën Soumaïla Cissé. Uiteindelijk kwam IBK als winnaar uit de bus. De presidentsverkiezingen volgden een welomschreven “opgelegde” agenda. Het meest uitgesproken signaal kwam van de Franse president François Hollande. In een televisie-interview eind maart 2013 verklaarde hij: ‘Wij willen eind juli verkiezingen in Mali. Hier zullen we niet van afwijken.’ De verkiezingen moesten een einde maken aan de transitieperiode en de politieke invloed van de militaire putschisten onder leiding van kapitein Amadou Sanogo. Door de 6.830.000 potentiële kiezers vroegtijdig naar de stembus te roepen, namen de internationale actoren niettemin het risico opnieuw een “slecht gekozen” leider in het zadel te helpen. In sommige noordelijke regio’s buiten de steden Timboektoe en Gao werden de verkiezingen immers als niet-legitiem gezien. De vroegtijdige verkiezingen zorgden er bovendien voor dat niet iedereen in het kiesregister ingeschreven kon worden. Op sommige plaatsen –zoals in Frankrijk met zijn grote Malinese diaspora of in de vluchtelingenkampen in Mali’s buurlanden– stelden burgers mét kiezerskaart vast dat hun naam niet op de kiezerslijst te vinden was. ‘Er was een toevloed van kiezers’, vertelt een vluchtelingenverantwoordelijke in Mauritanië. ‘Twee op drie vond zijn naam niet terug op de lijst of had geen kiezerskaart gekregen. Op de 8014 ingeschrevenen heeft maar een achthonderdtal kunnen stemmen.’

MOQ • september 2013 • www.mo.be

7

© Reuters / Omar Sobhani

MO.be.


de wereld kort Lees meer over het Eastern Partnership op

De NSA-files

Lees het volledige dossier op www.mo.be/artikel/ dossier-de-nsa-files

MO.be.

8

Tussen Oekraïne en de EU staat Timosjenko ❱

wat de Snowden-onthullingen voor België betekenen. ‘De veronderstelling is dat elke e-mail en elk telefoongesprek –zeker alles dat internationaal passeert– toegankelijk is en dat de metadata universeel beschikbaar zijn’, aldus Campbell. ‘Het concept dat privécommunicatie privé blijft zolang je maar geen Belgische wetten overtreedt, is compleet vernietigd door de recente onthullingen. Iedereen zijn privacy is eraan. Sommige mensen vinden dat misschien niet erg. Dat is dan hun zaak.’ (Kristof Clerix)

© Reuters / Sergil Polezhaka

het zomerreces een parlementair onderzoek naar de spionage-affaire. Het Comité voor Burgerlijke Vrijheden neemt daarin de leiding. Verder zal in september een gemengde VS-EU-expertenwerkgroep opnieuw samenkomen om zich te buigen over de bescherming van privégegevens. Een woordvoerder van de Commissie vermoedt dat de werkgroep zal leiden tot een ‘soort gezamenlijke politieke verklaring’. Volgens insiders gaat het om een ‘schijnvertoning’. NSA-expert Duncan Campbell legt uit

Niet alleen de EU wil dat Oekraïne de voormalige premier Julia Timosjenko vrijlaat.

‘Milieubescherming vormt een rem op ontwikkeling’ ❱

De Braziliaanse president Dilma Rousseff maakt moeilijke tijden door. De straatprotesten van juni vragen om politieke hervormingen en er is de tanende economie –slechts 0,9procent groei in 2012 en 0,6procent in het eerste kwartaal van 2013. Daar bovenop komt nog een escalerend conflict tussen de indianen en de agro-industrie. Onlangs stapte de voorzitster van het Nationaal Instituut voor Inheemsen (Funai) op, officieel om gezondheidsredenen maar het vermoeden leeft sterk dat de ware reden het gebrek aan regeringssteun was. De Braziliaanse regering werkt aan een hervorming waardoor het afbakenen van inheems territorium niet langer een bevoegdheid zou zijn van het Funai maar van het parlement en het ministerie van Landbouw. De fundamentele kritiek op Dilma’s milieubeleid is dat het zich al te veel schikt naar de wensen van de agro-industrie en hun politieke lobby, de bancada ruralista in het parlement. Sinds Dilma Stencilprint van de Rousseff in januari 2011 Braziliaanse president Dilma Rousseff. president werd, is er Haar milieubeleid minder land naar ligt sterk onder vuur.

MOQ • september 2013 • www.mo.be

© Reuters / Nacho Doce

De onthullingen van klokkenluider Edward Snowden over het geheime Prism-programma en andere praktijken van de Amerikaanse inlichtingendienst National Security Agency (NSA) zetten afgelopen zomer de diplomatieke wereld in rep en roer. In het online dossier De NSA-files onderzoekt MO* de betekenis van de surveillance voor België en Europa. Volgens generaal Eddy Testelmans, hoofd van de militaire inlichtingendienst ADIV, heeft de NSA in België drie terroristische aanslagen helpen verijdelen. Bovendien, aldus Testelmans op MO.be, snelde de NSA begin 2013 België te hulp bij een ernstig cyberincident op het ADIV-communicatienetwerk. Het Comité I, dat in opdracht van het parlement de Belgische Staatsveiligheid en ADIV controleert, kan die elementen desgewenst verder onderzoeken. Dat Comité I start dit najaar alvast een groot onderzoek naar de Prism-onthullingen van Snowden. Daarin focust het onder meer op de gevolgen van de NSAsurveillance voor de Belgische economie én voor de privacy van de Belgische burger. Vanaf december worden de eerste resultaten verwacht. Ook het Europees parlement lanceert na

MO.be.

inheemsen gegaan dan onder gelijk welke andere regering van de voorbije kwarteeuw. In tal van regio’s zijn er conflicten over het innemen van land voor landbouwbedrijven, mijnbouw en infrastructuurprojecten. 86.000 hectare beschermd gebied is opgeofferd aan licenties voor hydro-elektriciteitscentrales. Ook onder Rousseff werd de milieuwet, de Código Florestal, aangepast, waardoor er een amnestie kwam voor veertig miljoen hectare illegale ontbossing. In negentig gemeenten is het beschermde areaal van tachtig op vijftig procent teruggevallen. Het Chico Mendes Instituut, het Braziliaanse instituut verantwoordelijk voor natuurreservaten, heeft veertien rechtszaken lopen die volgens de ambtenaren geblokkeerd worden door het ministerie van Milieu en het kabinet van de president. Het instituut verwijt de president een gebrek aan politieke wil. Voor Rousseff, die eerder minister van Mijnbouw en Energie was, zouden natuurgebieden een rem op de ontwikkeling betekenen. De erkenning van nieuwe natuurreservaten maakt het veel moeilijker om daar mijnbouw of andere industriële activiteiten te ontwikkelen. Marina Silva, die zelf opstapte als minister van Milieu tijdens de tweede ambtstermijn van Dilma’s voorganger Lula da Silva, liet zich onlangs ontvallen: ‘Het belangrijkste kenmerk van de regering van Dilma Rousseff is achteruitgang in milieubeleid. Rousseff heeft nog een jaar de tijd om de stempel die haar beleid zal achterlaten, bij te werken.’ In oktober 2014 vinden in Brazilië presidentsverkiezingen plaats. (Alma De Walsche)

Van 1 juli 2013 tot 1 januari 2014 neemt Litouwen het voorzitterschap waar van de Raad van de Europese Unie. Het is de eerste keer dat een land dat ooit nog deel uitmaakte van de Soviet-Unie die rol opneemt. Een van de prioriteiten van het Litouwse voorzitterschap is werk maken van het Eastern Partnership. Dat partnerschap is in 2009 opgezet met zes voormalige Soviet-republieken aan de oostelijke rand van de EU: Georgië, Armenië, Azerbeidzjan, Moldavië, Wit-Rusland en Oekraïne. Het is géén brug naar toekomstig EU-lidmaatschap, maar zorgt wel voor nauwere politieke en economische banden. De centrale vraag op de Vilnius-top over het Eastern Partnership, gepland op 29 november, is of Oekraïne een associatieakkoord mag tekenen met de EU. Eenvoudig gesteld: met zo’n akkoord onderschrijft een land de centrale waarden en principes van de EU en in ruil krijgt het een betere toegang tot de Europese markt. Technisch gezien is Oekraïne klaar voor de ondertekening, maar eind 2012 stelde de Raad van Buitenlandse Zaken van de EU een aantal bijkomende politieke voorwaarden. ‘Zo moet Oekraïne werk maken van een betrouwbaar kiessysteem’, zegt ambassadeur Vaidotas Verba van het Litouwse ministerie van Buitenlandse Zaken. ‘Een ander belangrijk punt zijn juridische hervormingen. De EU-lidstaten verwachten dat Kiev voor opheldering zorgt in de zaken van selectieve justitie –iedereen denkt daarbij aan de zaak-Timosjenko.’ Julia Timosjenko, ex-premier van Oekraïne, werd op 11 oktober 2011 veroordeeld tot een gevangenisstraf van zeven jaar voor machtsmisbruik in een gascontract met Rusland. Timosjenko sprak van een ‘politieke lynchpartij’ en werd bijgetreden door de VS en de EU. Ambassadeur Verba: ‘Timosjenko moet worden vrijgelaten. Daar komt het op neer. Het is niet de rol van de EU om rechter te spelen in een ander land, maar in dit geval ging het duidelijk om selectieve justitie. Mijn persoonlijke opinie is dat als Julia Timosjenko de komende maanden toch achter de tralies blijft, ik me niet kan voorstellen dat de Europese Raad aan Herman Van Rompuy en Commissievoorzitter Barosso het groen licht zou geven om het associatieakkoord met Oekraïne te ondertekenen.’ Volgens ambassadeur Verba kan Europa op de Vilnius-top nog andere stappen vooruit zetten in het Eastern Partnership: ‘Ook met Moldavië, Georgië en Armenië zijn de eerste onderhandelingen over een associatieakkoord afgerond –we verwachten dat de akkoorden in Vilnius geïnitieerd kunnen worden. En ook op het vlak van visa-liberalisering kan vooruitgang worden geboekt.’ (Kristof Clerix)

MOQ • september 2013 • www.mo.be

9


BAANBREKER

3

nieuws

Mistvangers © Wim Van Rysselberge

met een

missie door Wim Van Rysselberge

Na een steile rit op een zanderige heuvel in Villa María del Triunfo, een district in het zuiden van Lima, doemen uit de dichte mist plots rechthoekige constructies op. Reusachtige volleybalnetten, lijken ze wel, maar grondigere inspectie onthult een andere realiteit. Men noemt ze atrapanieblas, letterlijk “mistvangers”, en ze werden hier gezet om water uit nevel te winnen. Het mechanisme erachter is kinderlijk simpel: wanneer laaghangende wolken door de fijnmazige netten waaien, worden kleine waterdruppels uit de mist gefilterd en via buizen naar een nabijgelegen tank geleid. Ingenieus én effectief, want het reservoir waarvan sprake blijkt tot de rand gevuld en de omgeving rondom biedt de aanblik van een groene oase in een kurkdroge woestijn.

levensbelang ‘Van mij mag het elke dag zulk druilerig weer zijn’, vertelt de 67-jarige Artemio Alfaro met een glimlach terwijl hij voldaan naar zijn biotuin kijkt. Alfaro is vicevoorzit-

10

ter van Agroindustria ASALL, een vereniging van 122 families die 22 mistvangers exploiteert op de top van Cerro Los Tunales, een heuvel in Villa María del Triunfo. Toen hij vijftien jaar geleden van het platteland naar Lima verhuisde, bleek deze sloppenwijk de goedkoopste plek om te wonen. Hij kocht er een schrale strook land en probeerde van dag tot dag te overleven. De kentering kwam vijf jaar geleden, toen de ngo Movimiento Peruanos Sin Agua met steun van de Amerikaanse hulporganisatie USAID atrapanieblas installeerde in zijn gemeenschap. Hun rendement is sensationeel. Abel Cruz, stichter van de organisatie, legt uit: ‘Bij dichte mist oogsten dit soort netten tot 17 liter water per vierkante meter. Als je weet dat onze constructies 24vierkante meter groot zijn, kan één vangnet gemakkelijk 300 liter per dag uit de lucht halen.’ De belangrijkste succesfactor is het buitengewone klimaat van Lima. De metropool, na Caïro de grootste woestijnstad ter

MOQ • september 2013 • www.mo.be

Peruaanse cosmeticabedrijven verkoopt. Zijn mistvanger bevloeit ook jonge fruitbomen zoals de gegeerde taraboom. ‘Eenmaal volgroeid fungeren deze bomen als natuurlijke mistvangers en behoeven ze niet langer irrigatie’, verklaart Cruz. ‘Ze worden zelfvoorzienend waardoor meer water vrijkomt voor andere activiteiten, zoals voor het huishouden. Er wordt momenteel onderzocht of het opgevangen water ook drinkbaar is.’ ‘Door onze atrapanieblas besteden we tijdens de wintermaanden nauwelijks nog geld aan water’, getuigt Alfaro. ‘We besparen zowat de helft op de kosten van levensonderhoud. Vroeger waren we volledig afhankelijk van private leveranciers, die het water in trucks de heuvel oprijden. Die maatschappijen brengen het vervoer in rekening en verkopen water van bedenkelijke kwaliteit tegen exorbitante prijzen. Een vat van 200 liter kost 3,5 soles (ongeveer 1 euro, wvr).’ Ter vergelijking: in Lima’s welgestelde wijken betaalt men voor dezelfde hoeveelheid twaalfmaal minder.

groene gordel wereld, krijgt amper tien millimeter neerslag per jaar, maar door de nabijheid van de Grote Oceaan en de koude Humboldtstroom is de luchtvochtigheidsgraad er wel buitengewoon – tot wel 98 procent. Zeven maanden per jaar gaat de stad gehuld in een dikke wolkendeken die het midden houdt tussen mist en motregen en bekendstaat als la garúa. ‘Er zat zoveel water in de lucht, maar we wisten niet hoe we er ons voordeel mee moesten doen’, zegt Alfaro, voor wie de mistvangers van levensbelang zijn. Het geoogste water gebruikt hij om aan organische landbouw te doen – voordien een verre droom. Zijn florerende groentetuin ontkracht de wijdverspreide misvatting dat woestijngrond onvruchtbaar is. ‘Een plant drinkt hier gemiddeld één liter water per week. Met één enkele mistvanger onderhoud je dus al snel 600 à 800 gewassen’, aldus Cruz. Naast aardappelen, radijzen, sla en pompoenen teelt Alfaro de ‘wonderplant’ aloë vera, waarvan hij het sap aan

Toch is er nog werk aan de winkel, want binnen ASALL profiteren slechts twintig families van de geïnstalleerde mistvangers. En hoewel Lima al 50 atrapanieblas telt, zijn ze geen panacee voor het waterprobleem van de stad. ‘Tijdens de zomermaanden hangt hier geen mist en bergen we onze vangnetten op’, zegt Alfaro. ‘Met het opgespaarde water kunnen we maximaal twee maanden verder, daarna zijn we weer op watertrucks aangewezen.’ ‘De mistvangers zijn een palliatieve ingreep, maar voor mensen zonder toegang tot stromend water zijn ze een enorme steun. Bovendien zijn ze zeer kosteneffectief: met 600 euro en wat vrijwilligerswerk installeer je een vangnet dat vijf jaar dienst doet’, zegt Cruz, die weinig hoop stelt in zijn overheid. ‘SEDAPAL, de watermaatschappij van de staat, is doordrongen van de politieke logica. In moeilijk bereikbare sloppenwijken legt het geen waterleidingen aan omdat die investeringen niet opwegen tegen het te verwachten electorale gewin.’ Met zijn ngo stelde Cruz daarom eigen doelen: ‘Met 200 mistvangers willen we al deze schrale heuvels bebossen, om zo veel mogelijk water aan de lucht te onttrekken en de groene gordel te creëren die Lima nodig heeft.’

vragen aan... © Alma De Walsche

In de eindeloze sloppenwijken van Lima, de miljoenenhoofdstad van Peru, is toegang tot water geen vanzelfsprekendheid. Meer dan één miljoen inwoners blijven verstoken van een aansluiting op het waternet en zijn daardoor gedwongen de buitensporige prijzen van particuliere leveranciers te betalen. Maar er hangt verandering in de lucht. Letterlijk, want op inventieve wijze halen enkele gemeenschappen hier water uit de vochtige zeelucht. Hun doel: de woestijn herbebossen.

Vandana Shiva

ZADEN DELEN De Indiase wetenschapster Vandana Shiva is een icoon wanneer het gaat over milieubescherming en organische landbouw. De voorbije jaren trok ze internationaal de kar in de strijd voor seedfreedom, het recht van boeren om zaden te delen en te vermenigvuldigen. In september zal ze in het Europees Parlement haar stem laten horen over de nieuwe zaadwet die in de maak is. Wat is het probleem met de nieuwe zaadwet? Vandana Shiva: Het Europese voorstel is erop gericht de multinationale bedrijven een monopolie op de zaden te geven, net zoals een Indiaas wetsvoorstel in 2004 probeerde te doen. Zaadmultinationals willen een systeem, gebaseerd op een grotere uniformiteit, dat is makkelijker te controleren. Men wil in eerste instantie patenten verwerven en zich het intellectuele eigendom van de zaden toe-eigenen. Daarvoor moet je pretenderen iets echt “nieuws” te hebben, en dan is genetische modificatie de oplossing. Als je het zaad patenteert, claim je de ontwerper ervan te zijn. Bedoeling is om royalties te creëren en van zaden een gigantische bron van inkomsten te maken. Wat is er in India met die wet gebeurd? Vandana Shiva: Ik heb toen het hele land rondgereisd, infosessies opgezet en een beweging voor burgerlijke ongehoorzaamheid op gang gebracht. Aan eerste minister Manmohan Singh heb ik een petitie met honderdduizend handtekeningen overhandigd en gezegd: 'Dit is pas het begin. De zaadbiodiversiteit in onze landbouw is traditioneel doorgegeven. De natuur schenkt ons die gratis en we hebben die ook nodig voor ons overleven. Voor elke wet die ons zaad illegaal maakt en het gebruik ervan criminaliseert, zullen hogere wetten ons dwingen tot ongehoorzaamheid: de wet van de ecologie en van sociale gerechtigheid.' De wet is niet door het parlement geraakt. Kan organische landbouw een antwoord bieden op de problemen van een groeiende wereldbevolking, klimaatverandering en biodiversiteitsverlies? Vandana Shiva: Precies omdat de bevolking groeit, moeten we op een meer efficiënte manier gebruik maken van de bronnen. Monoculturen produceren minder voedingswaarde per hectare. Wanneer ze bovendien ingezet worden voor koopwaar als biobrandstof, verschaffen ze al helemaal geen voedsel. Negentig procent van de maïs en van de soja die in de wereld verbouwd wordt, gaat naar biobrandstof of veevoer. Wanneer je voedsel wegneemt van mensen om dieren te voederen, veroorzaak je honger en leed bij de mensen. (Alma De Walsche ) Lees een uitgebreidere versie van het interview met Vandana Shiva op www.MO.be. Op dinsdag 17 september geeft Vandana Shiva een publiekslezing in het NTGent, gevolgd door een gesprek met schrijver Jeroen Olyslaegers en Thierry Kesteloot van Oxfam-Solidariteit. Inkom gratis – verplicht inschrijven via info@oikos.be.

MOQ • september 2013 • www.mo.be

11


DE NIEUWE WERELD nieuws

Officiële ontwikkelingshulp (ODA) en Directe Buitenlandse Investeringen (FDI) in Afrika 60 miljard dollar

Bronnen van buitenlandse investeringen in Afrika

50

EU25 56% 40

FDI

Tussen 2000 en 2006 groeiden de investeringen in Afrika fors, terwijl de hulp ongeveer stabiel bleef.

In de jaren negentig groeiden ODA en FDI in Afrika naar elkaar toe, door een daling van de investeringen en een toename van de hulp.

47,5 miljard dollar

ODA 42 miljard dollar

44% 37%

© Panos / Robin Hammond

VS 26%

Afrika,

Met de crisis in het Westen en het onontgonnen Afrikaanse marktpotentieel verkondigen consulenten wijd en zijd dat investeerders nergens zo veel geld kunnen verdienen als in Afrika. Vooral de opkomende economieën lijken de boodschap begrepen te hebben.

‘Afrika is vandaag de nummer één investeringsbestemming’, stelt China Onyemelukwe, een van de managing directors van Goldman Sachs. Het in juni verschenen World Investment Report 2013 vermeldt Afrika als de enige regio waar buitenlandse investeringen stegen in 2012. ‘Het tijdperk van het eenzijdige investeringsverhaal in de grondstoffensector ligt ook achter ons’, voegt Onyemelukwe aan het succesverhaal toe. Het continent ziet nu groeiende investeringen in de voedingsindustrie, de verzekeringen, de gezondheidszorg, de bankensector en de telecommunicatie. Onyemelukwe was een van de hoofdsprekers van een conferentie op de universiteit van Oxford eind juni over investeringen in de opkomende economieën in Afrika. Naast

12

Goldman Sachs namen ook andere belangrijke spelers zoals de China Development Bank, Dangote Cement, Sinopacific Shipbuilding, de Golden Gate Group, The Whitetaker Group en Development Partners International deel. Runa Alam, medeoprichtster van investeringsmaatschappij Development Partners International, zet de troeven van Afrika op een rijtje: ‘Afgezien van de rijkdom aan grondstoffen kan Afrika groeicijfers van 5,5procent per jaar voorleggen, heeft het een bevolking van één miljard mensen en is de groei van de middenklasse vergelijkbaar met die van India.’ De kansen liggen in het feit dat een groot deel van die groeiende bevolking tot nog toe niet naar behoren bediend werd. Sommige van haar klanten zagen opbrengsten van hun investerin-

MOQ • september 2013 • www.mo.be

gen oplopen tot 37 procent in Afrika. ‘Waar elders vind je dat?’ vraagt Alam.

privésector Zorgen over capaciteiten zijn overdreven of remedieerbaar, corruptie is een universeel gegeven maar ook vermijdbaar en ook met de politieke instabiliteit gaat het in de meeste Afrikaanse landen volgens de sprekers tegenwoordig beter. Handel tussen de verschillende Afrikaanse landen blijft een uitdaging, maar continentale initiatieven zoals The New Partnership for Africa’s Development hebben volgens Alam al heel wat beterschap gebracht. Behalve groeiende diversificatie in de sectoren waarin geïnvesteerd wordt, valt ook het stijgend aandeel van de investeringen in Afrika uit de opkomende economieën op.

Na 2006 steeg de hulp snel, maar vanaf 2008 stagneerden of daalden zowel de hulp als de investeringen als gevolg van de financieel-economische crisis.

20

10 8% 6% 5% 2000-04

10% 6% 3% 2005-10

Bron: African Economic Outlook 2011

investeerderswalhalla

door Olivia Rutazibwa

Opkomende landen Intra-Afrika Andere

30

Het World Investment Report 2013 noemt Maleisië, Zuid-Afrika, China en India als de top vier van opkomende investeerders in Afrika. De klassieke westerse partners blijven vandaag qua omvang niettemin veruit de grootste en zijn daarom in de nabije toekomst nog uiterst belangrijk voor Afrika. Aubrey Hruby van de Whitetaker Group merkt op dat door de druk van de ngo’s in het Westen het vaak moeilijker is voor de westerse partners om even snel contracten te sluiten als de groeilanden. Volgens Pedro Conceição, econoom en directeur strategisch advies van het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties voor Afrika, zou het in de eerste plaats niet mogen uitmaken wie de partners zijn. Het zijn de ontvangende overheden die goede voorwaarden moeten afdwingen voor hun bevolking. ‘En dat doen ze ook’, aldus Conceição. ‘Bovendien is ook de privésector, ongeacht waar die vandaan komt, aan het veranderen. Het wordt belangrijker voor bedrijven om op een bepaalde manier gezien te worden en om duurzame contracten te sluiten. Het is niet zo dat bedrijven helemaal op dezelfde lijn zitten als de publieke opinie, maar ze groeien

0 1991

2000

2006

2011

Bron: Wereldbank

wel meer naar elkaar toe. Collectieve acties blijven daarom belangrijk.’

vat vol ideeën Volgens Conceição wordt aan de westerse Washington Consensus (economisch model van deregulering en liberalisering, or) getornd door opkomende landen en hun alternatieve modellen, zoals een sterkere rol voor de staat (Azië) of innovatieve sociale beschermingsprogramma’s zoals cash transfers (Latijns-Amerika). ‘Afrika moet deze modellen niet kopiëren maar uitzoeken wat werkt.’ Dat is voor Conceição de belangrijkste rol die de opkomende landen vandaag vervullen: ‘Ze zijn een vat vol ideeën, niet enkel een investeringspot.’ Welke rol blijft er intussen nog weggelegd voor ontwikkelingsgeld en -samenwerking? Pedro Conceição: ‘Het spaarniveau in Afrika is zeer laag, lager dan het ooit in Azië was. In deze context is het moeilijk om in Afrika zelf voldoende middelen te vinden voor investeringen, dus is er veel behoefte aan externe middelen. Dat kunnen officiële ontwikkelingsmiddelen zijn (ODA), of leningen van multilaterale organisaties of van de private sector. De toe-

MOQ • september 2013 • www.mo.be

komst ligt zeker in de privéfinanciering, want de publieke zal nooit volstaan om in de ontwikkelingsnoden te voorzien.’ Hij benadrukt niettemin dat ODA op korte termijn belangrijk zal blijven. ‘Het leeuwendeel van het Afrikaanse economische succesverhaal stoelt vandaag nog op potentie, heel veel is er nog niet. Dit is dus een overgangsperiode.’ Africa on the rise is een reëel verhaal volgens Conceição, en de extreme armoede is aanzienlijk teruggedrongen, maar de groeiende ongelijkheid is zorgwekkend. Om bodemrijkdommen om te zetten in economische groei die armoede bestrijdt, moeten landen volgens Conceição eerst en vooral de opbrengst kunnen innen en een plan hebben om die winst nuttig te gebruiken. Er moet meer en betere infrastructuur komen. Niet enkel wegen en gebouwen, maar ook menselijk kapitaal via gezondheidszorg en sociale voorzieningen. Tot slot is ook de diversificatie van de economie cruciaal. Terwijl de huidige Millenniumontwikkelingsdoelen sterk sociaal geïnspireerd zijn, gaan er vandaag in Afrika stemmen op om na 2015 duidelijker de nadruk te leggen op harde economische doelen.

13


ACTUEEL tendensen

De Filipijnen

bed legt Iqbal uit waarom de Moro’s onafhankelijkheid willen. ‘Al sinds de komst van de Spaanse kolonisten naar de Filipijnen verzetten wij ons tegen buitenstaanders die ons willen overheersen. Moro’s zijn een ander volk dan de Filipino’s, dus hebben we recht op zelfbeschikking’, stelt hij. De zestiende-eeuwse kolonialen vernoemden het islamitische volk dat zij hier tegenkwamen naar de Moren, de moslims die enige decennia eerder nog op het Iberisch schiereiland waren gevestigd.

Na decennia conflict lijkt er op het Zuid-Filipijnse eiland Mindanao een einde te komen aan het bloedvergieten. Binnen drie jaar moet er een vredesakkoord zijn waarmee het Moro-volk verregaande autonomie zal krijgen. Zullen de Moro-leiders erin slagen eenheid en stabiliteit te bewaren?

Vrede in verdeeldheid

‘Moro’s zijn een ander volk dan de Filipino’s, dus hebben we recht op zelfbeschikking. Wanneer we autonomie hebben, zal op termijn alles beter gaan.’

door Wouter van Cleef

© Reuters / Cheryl Ravelo

In oktober 2012 sloot de Filipijnse overheid een akkoord met het Moro Islamic Liberation Front.

Een groepje Filipijnse regeringssoldaten hangt wat rond hun jeep. Gewapend met machinegeweren staan ze in de schaduw van een palmboom te kletsen met voorbijgangers. De mannen hebben weinig te doen, vertelt de sergeant. ‘Dat komt door het akkoord, voor die tijd was het hier stukken gevaarlijker’, zegt hij. Het akkoord waar hij op doelt, werd na een lang conflict in oktober vorig jaar gesloten tussen opstandelingen van het Moro Islamic Liberation Front (MILF) en de Filipijnse regering. Bij die strijd verloren zo’n 100.000 mensen het leven. Een veelvoud daarvan sloeg op de vlucht naar kampen in het oerwoud. Nu de geweren zwijgen, is de sfeer in de ruim 200.000 inwoners tellende stad Cotabato ontspannen. De stad fungeert als regionaal

14

knooppunt voor handel, verkeer en politiek. ‘De economie hier groeit snel’, vertelt onderneemster Bai Sandra Sema. Haar winkel in bouwmaterialen loopt als een speer. ‘Er wordt flink geïnvesteerd, een teken van vertrouwen in de toekomst’, zegt ze, terwijl alweer een lading golfplaten op een vrachtwagen wordt geladen. Toch waarschuwen bewoners na zonsondergang niet naar buiten te gaan. Op straat is dan een heuse ontvoeringsindustrie actief. Lokale bewoners blijven zelf liever ook binnen zodra het donker wordt. Een rit door de jungle even buiten Cotabato leidt naar een MILFkampement, waar Mohager Iqbal zijn gasten ontvangt. Hij is een veteraan van de onafhankelijkheidsstrijd van de Moro’s en speelt nu een hoofdrol in de vredesonderhandelingen. Kort voor het avondge-

MOQ • september 2013 • www.mo.be

Die opbrengsten moeten vooral geïnvesteerd worden in Bangsamoro, vinden de Moro’s. In dit armste deel van de Filipijnen is het geld hard nodig, bijvoorbeeld voor onderwijs, betere infrastructuur en armoedebestrijding. Volgens Mohager Iqbal kan de ontwikkeling hier pas op gang komen zodra de Moro’s zichzelf mogen besturen. ‘Wanneer de Moro’s autonomie hebben, zal op termijn alles beter gaan. Onze niet-onafhankelijkheid is de oorzaak van alle problemen in dit gebied’, zegt Iqbal beslist.

miljarden aan mineralen

op zoek naar eenheid

Hoewel de basis voor het conflict al eeuwen geleden werd gelegd, is er nu voor het eerst uitzicht op echte vrede, stellen onderhandelaars van beide kampen. De MILF-leiders en de regering in Manila kwamen overeen dat uiterlijk in 2016 een Bangsamoro – ‘Land van de Moro’s’ – moet zijn opgericht. Voor de islamitische Moro’s betekent het dat ze verregaande autonomie krijgen, met bijvoorbeeld een eigen politiedienst. Ondanks de grote mate van zelfbestuur zal Bangsamoro onderdeel blijven van de Filipijnse republiek en onder de grondwet van het land vallen. Het optimisme over de vredeskansen nam verder toe toen in juli overeenstemming werd bereikt over de verdeling van mijnbouwopbrengsten. Volgens verschillende studies zit de bodem van Mindanao vol kostbare mineralen. Bij gesprekken over een verdeelsleutel van de bodemopbrengsten liep de spanning op. Er werd zelfs gezinspeeld op een hervatting van de vijandelijkheden. Na lang praten en bemiddeling door Maleisië kwamen de regering en de MILF toch tot een verdeelsleutel voor de miljarden euro’s aan onontgonnen bodemschatten.

Een ander probleem waar de bestuurders van Bangsamoro al snel mee te maken zullen krijgen, zijn de politieke en etnische spanningen in het gebied. De kranten in de regio berichten dagelijks over ontvoeringen en moorden bij vijandigheden tussen stammen en clans in WestMindanao. Veel van die zware misdaad is het gevolg van conflicten met landrechten als inzet, weet Laisa Alamia van de lokale mensenrechtencommissie. ‘Zulke conflicten duren vaak generaties lang. Stammen of families nemen steeds weer wraak op elkaar’, vertelt ze. Conflicten tussen de drie belangrijkste stammen in het gebied lopen regelmatig op, mede omdat vrijwel iedereen in de streek een vuurwapen heeft. Met haar beperkte middelen probeert Alamia geregeld te bemiddelen bij de complexe conflicten om zo meer geweld te voorkomen. Behalve de tribale conflicten is er ook scherp wantrouwen tussen de verschillende Moro-bevrijdingsgroeperingen. Vanaf de jaren zestig was de MNLF (Moro National Liberation Front) de beweging die het vrijheidsstreven van de Moro’s kracht bijzette. Na een gewapende opstand tegen Manila kozen de MNLF-leiders al snel voor onder-

MOQ • september 2013 • www.mo.be

handelingen, waarbij hen een beperkte vorm van zelfbestuur werd toegekend. Een aantal leden van de groep, waaronder Mohager Iqbal, vond dat de MNLF-leiders te veel concessies hadden geaccepteerd en richtten het MILF op. Door corruptie en slecht bestuur van MNLF-leiders verloor de beweging snel aanhang ten gunste van de MILF, die zich kon ontwikkelen tot de nieuwe vaandeldrager van het Moro-vrijheidsideaal. De MILF nam met zijn medestanders de wapens weer op tegen de regering.

vies gezicht Hoewel de MNLF in diskrediet raakte, is deze oorspronkelijke onafhankelijkheidsbeweging nog altijd dominant in het lokale bestuur. Dat is een probleem bij de overgang naar het nieuwe Bangsamoro. MILF-leider Mohager Iqbal trekt haast een vies gezicht bij de vraag of hij met lokale bestuurders wil samenwerken om te zorgen voor een goede overdracht van taken. Er is geen officieel contact met de lokale bestuurders, zegt hij. Hooggeplaatste functionarissen van de lokale regering bevestigen dat. ‘De lokale administratie zien wij als pionnen van Manila’, verkaart Iqbal zijn aversie tegen de bestuurders. Verraders wil Iqbal hen niet noemen, maar duidelijk is wel dat de MILF geen sympathie koestert voor Moro’s die samenwerken met de centrale regering, waartegen zijn beweging zolang heeft gestreden. Ondanks de problemen die in het verschiet liggen voor Bangsamoro zijn de mensen enthousiast. Niet zo gek, nu vrede voor het eerst in decennia binnen bereik ligt. Ook bij een marktkraam in het centrum van Cotabato zijn bewoners positief. Ahmad Jalil (70), een gepensioneerde zeeman, koopt er wat vis voor zijn familie. Natuurlijk weet ook hij dat de nieuwe regering een berg problemen voor haar kiezen krijgt, maar cynisme over de toekomst, dat is niets voor hem. ‘Nu er vrede is, geloof ik voor het eerst sinds ik mij kan herinneren dat de komende vijf jaar het leven hier zal verbeteren’, zegt Jalil. ‘Dat gevoel is onbetaalbaar.’

Q

15


in beeld

door Andrea Miconi

Andrea Miconi / Sipa

????

16

MOQ • ?????????????????? • www.mo.be

Zomer in Calabrië ❱

De zon is er voor iedereen, de armoede voor velen. Maar de slavenarbeid is voorbehouden voor de Afrikaanse xxxxx seizoensarbeiders. Er is niets veranderd in Rosarno, in het uiterste zuiden van Italië, behalve dat het geweld onder de oppervlakte zit. In 2010 vonden hier de ergste rassenrellen uit de recente Italiaanse geschiedenis plaats, nadat jonge Italianen de Afrikaanse seizoensarbeiders zonder directe aanleiding hadden aangevallen. En ook in 2008 was er een dodelijk incident, toen een Italiaanse schutter ’s nachts binnendrong in de slaapplaats van enkele Afrikaanse seizoensarbeiders. Ondanks het geweld en de sluimerende agressie blijven de Afrikaanse migranten tijdens het citrusseizoen naar de vlakte van Gioia Tauro komen. Zelfs al wordt de zoektocht naar werk in de fruitteelt met het jaar moeilijker en al worden de omstandigheden waarin ze moeten werken slechter nu de sector door een diepe crisis gaat. De seizoensarbeiders werken in het zwart, voor 25 euro per dag en zonder bescherming. Ze trekken van het ene kamp naar het andere, volkomen aan hun lot overgelaten. Er is geen overheidsbeleid en er zijn geen toereikende voorzieningen, wat resulteert in toestanden die van jaar tot jaar onvoorstelbaarder en onmenselijker worden. Volgens heel wat commentatoren verrichten deze seizoensarbeiders slavenarbeid voor de Calabrese maffia, de ’Ndrangheta, die de fruitteelt in de regio domineert. De realiteit is echter dat er een combinatie van factoren in het spel is: ontoereikend sociaal beleid, een veralgemeende economische crisis, ontoereikende overheidsmiddelen, en uiteraard ook de ’Ndrangheta. De massale toestroom van arbeidsmigranten leidde in februari 2012 tot het opzetten van een tentendorp en in november tot het ontstaan van een echte krottenwijk. Oorspronkelijk zouden 280 mensen in de tenten ondergebracht worden. Tegen januari van dit jaar woonden er al 1300 in het kamp. Als het oogstseizoen afgelopen is, zullen alle krotten opgeruimd worden. Het enige wat de Afrikaanse migranten dan overhouden, is onzekerheid over de toekomst. Die delen ze met de meeste mensen op de vlakte waar ze nu nog plukken onder een schroeiende zon.

MOQ • ?????????????????? • www.mo.be

17


INTERVIEW onzichtbare opstanden

WIE IS CHANTAL MOUFFE?

Politiek wetenschapster Chantal Mouffe

Hoogleraar. Chantal Mouffe doceert politieke theorie aan het Centre for the Study of Democracy aan de Universiteit van Westminster, Londen. Voordien was ze verbonden aan belangrijke universiteiten in de VS (Harvard, Cornell, Berkeley, Princeton) en Frankrijk (Centre National de la Recherche Scientifique, Collège International de Philosophie). Auteur. Deze zomer verscheen Agonistics. Thinking the World Politically (Verso Books). Andere boeken van haar: The Return of the Political (1993), The Democratic Paradox (2000) en On the Political (2005). Kernbegrip. Democratie heeft behoefte aan echte keuzemogelijkheden en aan instellingen die macht kunnen omzetten in beleid. Geen consensusmodel, maar een conflictmodel dat de botsing tussen tegenstrevers beheersbaar maakt (agonisme) en niet uit de hand laat lopen in onherstelbare vijandschap (antagonisme).

Democratie heeft behoefte aan passie en confrontatie © Gie Goris

Is het wereldwijde straatprotest van de voorbije zomer een luidruchtige begrafenis van de democratie, of juist een teken dat burgers haar nieuw leven willen inblazen? Chantal Mouffe, politiek wetenschapster met wereldfaam, geeft haar visie. door Gie Goris

Wenen was de voorbije decennia nooit zo heet geweest, en dus moesten de ramen wijd open in het oude pand in de wijk Neubau van de Oostenrijkse hoofdstad. Daarmee waaiden de straatgeluiden binnen in een lang gesprek over macht, keuzes en passie in de politiek. Aanleiding van dit interview waren immers de straatprotesten deze zomer, in Turkije, Brazilië en Egypte, maar ook in Europese landen waar de overheden zichzelf afslanken en hun burgers de armoede in besparen. Een van de terugkerende vragen op die straten en pleinen wereldwijd is of het volk zich (nog) vertegenwoordigd voelt door zijn democratisch verkozen leiders. Is het wereldwijde straatprotest een luidruchtige begrafenis van de democratie of juist een

18

teken dat burgers haar nieuw leven willen inblazen? MO* stelde de vraag aan Chantal Mouffe, geboren in Charleroi, hoogleraar in Londen en wereldwijd een van de belangrijkste academische stemmen in de discussie over democratie. Het gesprek begint met een tegenspartelende Chantal Mouffe, die niet bereid is om de protesten in Turkije, Brazilië en Egypte over één kam te scheren. Ze begint liever bij de Griekse tegenbeweging, de indignados in Spanje en de Occupy-beweging: dat zijn voor haar de kanaries die luidkeels de dreigende ontploffing van de Europese democratie aankondigen. Bij de strategie van indignado’s en Occupy heeft ze veel vragen, vooral bij hun weigering om samen te werken met partijen, vak-

MOQ • september 2013 • www.mo.be

bonden en andere instellingen die de representatieve democratie schragen. Volgens Mouffe is die strategie van uittocht uit de instellingen geen effectief antwoord op het democratische tekort, dat ze zelf definieert als een gebrek aan reële alternatieven. De traditionele partijen hebben zich allemaal achter hetzelfde economische model geschaard – de neoliberale consensus – waardoor het voor burgers gaandeweg moeilijker is om te geloven dat hun stem nog een verschil kan maken. Vooral de lagere klassen

verloren hun politieke stem door de verschuiving van socialistische en sociaal-democratische partijen naar het centrum. Zij migreerden naar het nieuwe extreem-rechts, dat de rol van anti-establishmentpartij en verdediger van het volk overnam. ‘De enige efficiënte manier om rechts populisme te bestrijden,’ zegt Mouffe, ‘is door een succesvol links populisme aan te bieden.’ Hoe zou u populisme dan definiëren? Chantal Mouffe: Populisme draait om

MOQ • september 2013 • www.mo.be

het creëren van een volk rond een politiek idee. Dat proces van wij-vorming houdt noodzakelijk ook de creatie van een “zij” in. Daarin verschillen rechts en links niet, wel in de manier waarop beide strekkingen het volk en zijn tegenstander creëren. Rechts baseert zijn “volk” heel sterk op de uitsluiting van immigranten, en meer bepaald islamitische migranten, terwijl links uitgaat van de tegenstelling tussen het volk en de banken, de financiële sector, kortom: alle instellingen van de neoliberale mondialisering. ❱

19


INTERVIEW onzichtbare opstanden

gieën te creëren tussen sociale bewegingen en politieke partijen, want elk op zichzelf is niet in staat de noodzakelijke, fundamentele hervorming van de politiek door te voeren. De doelstelling moet zijn het herstellen van de vertegenwoordigende waarde van de democratie, met meer transparantie en rekenschap. In Turkije, Brazilië en Egypte werden de regeringen met duidelijke meerderheden én met uitgesproken programma’s verkozen. Toch worden zij geconfronteerd met massale protestbewegingen. Chantal Mouffe: In Turkije is er fundamenteel ook geen echte keuzemogelijkheid, ondanks de diepe tegenstellingen in de maatschappij, omdat er momenteel geen echte geloofwaardige oppositie is. De AKP van premier Erdogan heeft de voorbije drie parlementsverkiezingen dan ook met vlag en wimpel gewonnen. Brazilië is een heel ander verhaal. De demonstraties begonnen daar met een legitieme beweging voor betaalbaar openbaar vervoer, een progressieve eis. Dilma Rousseff reageerde daar positief op, maar heel snel mengden rechtse antiregeringsgroepen zich in het protest. Daardoor zijn de Braziliaanse straatprotesten uitgegroeid tot manifestaties die de linkse regering ten val willen brengen. Die regering is niet zonder fouten, dat is duidelijk. Er zijn ernstige problemen geweest met corruptie, de grootschalige agro-industrie heeft veel mensen van hun landbouwinkomen beroofd... Het probleem voor Rousseff is dat haar eigen partij, de PT, er nooit in geslaagd is zelf een meerderheid te behalen, waardoor de partij altijd in coalitie heeft moeten regeren. Als Rousseff een referendum voorstelt om hervormingen door te voeren, dan wordt ze tegengewerkt door haar eigen regering of door sommige partijen uit de meerderheid. In die zin zijn de demonstraties misschien een nuttig pressiemiddel om de machtsbalans in de richting te duwen van een beleid dat beter aansluit bij wat de bevolking wil.

20

Als verkiezingen een islamistische partij aan de macht brengen, zoals in Turkije, Egypte of Tunesië, wordt in het Westen meteen verwezen naar de jaren dertig en de ervaring dat verkiezingen ook totalitaire partijen aan de macht kunnen brengen. Begrijpt u die zorg? Chantal Mouffe: Ja, maar eigenlijk moet je niet terugkijken naar de Duitse ervaring, maar naar de Algerijnse van de jaren negentig. Toen het Front Islamique du Salut (FIS) de verkiezingen ging winnen, werden die afgelast om te voorkomen dat de islamisten aan de macht zouden komen. Het gevolg was een vreselijke en bloedige burgeroorlog met honderdduizenden doden. Is dat het alternatief? Ik vrees dat het in Egypte die kant uitgaat, dat al-Sisi erop uit is de Moslimbroeders helemaal uit te schakelen en te vernietigen. De Moslimbroeders van hun kant zijn uiteraard niet bereid om hun verkiezingsoverwinning zomaar op te geven. Intussen vallen er steeds meer doden bij de confrontaties en lijkt het land af te glijden naar een burgeroorlog volgens Algerijns scenario. In uw visie van een pluralistische democratie met botsende politieke posities, stelt u wel dat er een basis nodig is van gedeelde waarden. U hebt het met name over vrijheid en gelijkheid voor iedereen. Op welke basis komt u tot die democratische sokkel? Chantal Mouffe: Ik ga er vanuit dat die waarden de kern uitmaken van de democratische praktijk die we in Europa ontwikkeld hebben. Maar we moeten wel beseffen dat er voortdurend verschillende en conflicterende interpretaties zullen zijn van die basiswaarden. Zijn die waarden universeel? Misschien wel, maar dan met heel veel openheid voor diverse interpretaties en klemtonen. In islamitische culturen bijvoorbeeld is de gemeenschap belangrijker dan het individu. De “vrijheid” van het individu in een democratie staat er dan ook in een andere verhouding tot het belang van de gemeenschap.

MOQ • september 2013 • www.mo.be

Zou je sociale cohesie kunnen toevoegen aan de basisvoorwaarden voor een functionerende democratie? Chantal Mouffe: Ja, maar dat is een ander niveau dan de ethisch-politieke basiswaarden. Sociale cohesie is eerder een sociologische voorwaarde, geen waarde. Met andere woorden: als de kloof tussen arm en rijk te groot wordt, dreigt de democratie vast te lopen. Sociale cohesie heeft niet alleen met klassenverschillen maar ook met culturele verschillen te maken. In het Westen lijkt men de gelijkheid uit uw basiswaarden vooral sociaal-cultureel in te vullen: geen discriminatie op basis van seksuele geaardheid, gender, afkomst... Chantal Mouffe: De sociaaldemocratische partijen in Europa hebben de strijd voor sociaaleconomische gelijkheid inderdaad ingeruild voor identiteitsgebaseerde gelijkheid. Vroeger kwam links op voor herverdeling, nu voor erkenning van verschil en identiteit. Dat is een verschuiving die de lagere klassen niet verteerd hebben. Zij voelen zich terecht in de steek gelaten. Dat betekent niet dat die nieuwe vormen van gelijkheid en erkenning onbelangrijk zijn, maar ze mogen niet de plaats innemen van sociaaleconomische gelijkheid. De mondialisering zorgde voor toegenomen concurrentie aan de onderkant van de samenleving tussen laaggeschoolden en nieuwkomers. Dat wordt door de middenklasse niet begrepen of geïnterpreteerd als een probleem van ongelijkheid en gebrek aan bescherming door de staat, maar als een probleem van racisme. De bedreigde werkers krijgen dus geen solidariteit maar ethische verwijten. We hebben het politieke debat vervangen door een moraliserende houding vanwege de middenklasse. Die “progressieve” houding spreekt de middenklasse natuurlijk aan, inclusief haar allochtone vertegenwoordigers, maar laat de lage klassen zonder meer over aan partijen zoals het Front National in Frankrijk.

‘Vroeger kwam links op voor herverdeling, nu voor erkenning van verschil en identiteit. Dat is een verschuiving die de lagere klassen niet verteerd hebben. Zij voelen zich terecht in de steek gelaten.’ U stelt dat een democratie behoefte heeft aan passie en confrontatie in plaats van pure rationaliteit en consensus. Er zijn nochtans heel wat voorbeelden waar gepassioneerde populistische politiek uitmondt in pogingen om de politieke tegenstanders uit te schakelen en zelfs te vernietigen. Chantal Mouffe: Volgens Spinoza zijn er twee grote passies: angst en hoop. Rechts mobiliseert bijna altijd op basis van angst. Links zou volgens mij moeten mobiliseren op basis van hoop, een goed toekomstproject, een alternatief voor de huidige orde. Hoop is gelegen in rechtvaardigheid, in gelijkheid. Dat mensen zich gepassioneerd inzetten voor meer rechtvaardigheid, dat lijkt me toch niet problematisch? Ik pleit niet voor een politiek op grond van vijandschap of antagonisme, maar wel op basis van een eigen project, mét de erkenning dat andere strekkingen legitieme tegenstrevers zijn. Ik noem dat agonisme. In Noord-Ierland is men er na lange jaren in geslaagd de onoverbrugbare tegenstelling van een vijandig, antagonistisch conflict te transformeren in een beheersbaar, agonistisch conflict. Het conflict is niet weg, maar de verschillende partijen erkennen de instellingen, regels en procedures die in het leven werden geroepen om het conflict te beheren. Wellicht is dat ook de best denkbare aanpak van het Israëlisch-Palestijns conflict. Het West-Europese overlegmodel heeft misschien de passie uit de politiek gehaald, maar heeft wel voor welvaart en herverdeling gezorgd. Chantal Mouffe: De sociaaldemocratie was een poging om het conflict tussen arbeid en kapitaal “agonistisch” te maken. Eind van de jaren zestig vonden de kapitaal-

bezitters echter dat ze te veel macht en middelen moesten inleveren voor het beheersbaar houden van het onderliggende klassenconflict. Zij bliezen de consensus met zijn overleginstellingen op. Vanaf Margaret Thatcher en Ronald Reagan slaagde die neoliberale strekking erin steeds meer greep te krijgen op economisch en politiek beleid, en uiteindelijk ook op de verbeelding van de mensen. Die grondstroom van overtuigingen is uiteraard, zoals altijd, politiek opgebouwd. Groepen die macht willen verwerven moeten er altijd voor zorgen dat de publieke opinie hun basisprogramma terecht en legitiem vindt. De neoliberale greep op de politieke en publieke verbeelding overleefde zelfs de crash van het financiële kapitaal in 2008. Chantal Mouffe: Het is duidelijk dat er in 2008 een enorme kans verkeken is. De verklaring daarvoor is dat er geen georganiseerde linkerzijde meer was. Links was in veel gevallen deel geworden van het systeem dat plots in elkaar klapte. In Groot-Brittannië was het Labour en met name Gordon Brown die ervoor gezorgd had dat het financiële kapitalisme van de City zo’n omvang had gekregen. In Frankrijk werden de privatiseringen aangevat onder Lionel Jospin. Je kon dus ook nauwelijks verwachten dat die zogenoemde linkerzijde plots met een alternatief zou klaarstaan voor een beleid dat ze zelf opgezet en gerealiseerd had. Vandaag zie je dat de ruimte die in 2008 niet ingenomen werd door links, volop uitgebuit wordt door rechts om de laatste restanten van de welvaartsstaat op te ruimen. Is het niet erg moeilijk geworden om een links project te formuleren in het Westen,

MOQ • september 2013 • www.mo.be

© Gie Goris

❱ De grote uitdaging is om de juiste syner-

aangezien de belofte op een beter leven met meer consumptie en minder werk om verschillende redenen niet meer voorhanden lijkt? Je kan de klimaatverandering en de grenzen aan productie en consumptie toch niet meer negeren? Chantal Mouffe: Duurzaamheid is op zich geen links thema, ook pleitbezorgers van een rechts maatschappelijk project kunnen zich zorgen maken over de grenzen aan de groei en de toekomst van de planeet. Een links project voor de toekomst moet echter rekening houden met de opdracht om rechtvaardigheid ook internationaal te realiseren, en heeft dan ook behoefte aan een culturele en morele revolutie. Wij moeten beseffen dat het huidige door consumptie gestuurde ontwikkelingsmodel niet duurzaam is, niet alleen uit ecologisch, maar ook uit sociaal oogpunt. Wij hebben het tot nu zo goed gehad omdat mensen aan de andere kant van de wereld in onaanvaardbare omstandigheden en tegen onaanvaardbare lonen onze consumptiegoederen gefabriceerd hebben. De ramp in Bangladesh heeft ons daar onlangs nog eens aan herinnerd. Wij willen alles voortdurend goedkoper. Dat is natuurlijk onmogelijk zonder toenemende uitbuiting. Zelfs linkse partijen lijken bevreesd om dat thema aan te snijden en uit te leggen aan het publiek dat we onze levensstandaard moeten verlagen als we een duurzaam en rechtvaardig toekomstproject willen realiseren.

Q

Lees het hele interview met Chantal Mouffe op

www.MO.be

21


ACTUEEL onzichtbare opstanden

Kasjmir

20 juli. De hele dag geldt een strikt straatverbod in het Indiase deel van Kasjmir, net als de dag tevoren. Buiten bevinden zich 600.000 Indiase soldaten en zo’n 100.000 militaire politieagenten. Dat is samen goed voor één soldaat per tien inwoners van de Indiase deelstaat Jammu en Kasjmir. Door Zahid Rafiq

© Reuters / Danish Ishmail

De zomer van 2013 begon met massale straatprotesten in Turkije, Brazilië en Egypte. Niet alle volksopstanden krijgen echter dezelfde aandacht. MO* belicht drie protestbewegingen die voor de Vlaamse media onzichtbaar bleven: Kasjmir, Bolivia en Bahrein. Bolivia

22

MOQ • september 2013 • www.mo.be

© Reuters / Hamad I Mohammed Bart Lasuy

© Reuters / David Mercado

Bahrein

Toch zijn honderden jongens op straat verwikkeld in kat-enmuisspelletjes met de zwaar bewapende soldaten. Ze roepen slogans voor azadi, vrijheid, en gooien stenen. De lucht is zwanger van de bittere geuren van traangas en peperspray. En het geluid van geweerschoten lijkt altijd luider op een dag waarop de avondklok vierentwintig uur geldt. Op 17 juli schoten Indiase militairen vier burgers dood en verwondden ze er 48 andere. Het incident vond plaats op zo’n 200 kilometer van de Kasjmierse zomerhoofdstad Srinagar. Toen dat nieuws bekend werd, brak er meteen protest uit, zoals altijd in de oude wijken van de hoofdstad, daarna in de buitenwijken en ten slotte in de dorpen. Twee weken eerder doodden Indiase soldaten “per vergissing” twee twintigers in het noorden van Kasjmir. De reactie was vergelijkbaar. Straatverbod. Internet plat. Arrestaties. Alweer een belofte dat er een onderzoek zal komen. Sinds 2002 werden al 168 onderzoeken gelast. Niet één daarvan leidde tot vervolging. Het scenario herhaalt zich, keer op keer. Kasjmir lijkt gevangen te zitten in een vloek, terwijl de rest van de wereld ongestoord doordraait. In 1989 lieten de val van de Muur, de Roemeense revolutie en het vertrek van de Sovjets uit Afghanistan een gevoel opwellen dat een andere toekomst mogelijk was. In Kasjmir nam die hoop de vorm aan van een gewapende opstand tegen het onpopulaire Indiase bestuur. De Kasjmiri’s wilden af van de Line of Control die hun vaderland opdeelt tussen Pakistan en India, en wilden eindelijk een herenigd en onafhankelijk Kasjmir. Sindsdien hebben zeker 70.000 mensen het leven verloren. Duizenden zijn opgepakt en verdwenen en tienduizenden zijn mentaal of fysiek verminkt door de systematische martelpraktijken in de Indiase gevangenissen. In een van de rokerige, smalle straatjes van het oude Srinagar woont Yasin Malik, de leider van het Jammu and Kashmir Liberation Front (JKLF). Malik was een van de eerste commandanten die de wapens opnamen tegen het Indiaas bestuur. In 1993 legden hij en zijn organisatie de wapens neer, als reactie op de vele oproepen uit de hele wereld en uit het Indiase middenveld om het probleem van Kasjmir geweldloos op te lossen. Zijn Gandhiaanse aanpak werd door de Indiase overheid echter met geweld beantwoord: de volgende vijf jaar

Alma De Walsche

Kasjmir, gevangen in een vloek

door Zahid Rafiq • Franz Reynaldo Chávez • Maryam al-Khawaja

stierven 600 van zijn militanten door toedoen van Indiase troepen. Op 19 juli van dit jaar werd Yasin Malik voor de ontelbaarste keer gearresteerd, omdat hij het burgerprotest tegen de moorden leidde. Het gewapend verzet ging trouwens verder, ook na de ommezwaai van het JKLF. Tot de Kasjmiri’s het geweld en de impasse beu waren en halverwege de jaren 2000 massaal voor geweldloos verzet kozen. De hoop was dat straatprotesten niet in het klassieke kader van terrorismebestrijding zouden vallen en dat de rest van de wereld dan ook eindelijk zou willen zien wat er hoog in de Himalaya gebeurde.

machtsmisbruik In de zomer van 2008, meer dan twee jaar voor de Arabische Lente, betoogde een half miljoen Kasjmiri’s voor vrijheid. Indiase soldaten schoten meer dan zeventig demonstranten dood. In 2010 liepen de straten van alle steden in Kasjmir weer vol met mensen die om azadi riepen. De zomer van 2010 eindigde met meer dan 120 dode burgers, duizenden gewonden en nog eens duizenden gevangenen die gemarteld werden. Honderden jongens bleven maandenlang achter de tralies voor het gooien van stenen of het posten van vrijheidsboodschappen op Facebook. Het machtsmisbruik van de Indiase troepen gaat onverminderd door omdat de soldaten beschermd worden door uitzonderingswetten. De complete impasse en de wanhoop die daaruit voortkomt, lijken op dit moment te resulteren in een herleving van de gewapende opstand. In juni sneuvelden acht Indiase soldaten, de dag voordat premier Manmohan Singh een bezoek bracht aan de vallei. Volgens de overheid is het aantal gewapende militanten beperkt, zo’n 200 à 300, maar tegelijk klopt ze de dreiging van een heropflakkerende gewapende opstand voortdurend op, omdat ze daarmee de onafhankelijkheidsstrijd van de Kasjmiri’s kan blijven voorstellen als terrorisme. Het Indiase beleid in Kasjmir lijkt erin te bestaan een stilstand af te dwingen met behulp van een enorme militarisering en van grote sommen federale steun voor de deelstaatregering. Intussen duwen de Kasjmiri’s als een collectieve Sisyfus hun vrijheidsideaal de berg op, om het weer naar beneden te zien rollen. Waarna ze van voren af aan kunnen beginnen.

Q

Zahid Rafiq is een jonge freelance journalist in Jammu en Kasjmir.

MOQ • september 2013 • www.mo.be

23


ACTUEEL onzichtbare opstanden

Het volk waakt in Bolivia

Bahrein,

De revolutie of “herstichting van het land” begon in Bolivia met de massale volksprotesten tegen de privatisering van het water. Evo Morales groeide uit tot de nationale held, vooral voor de inheemse bevolking. Bijna acht jaar na zijn aantreden als president is de ontnuchtering groot en wordt Bolivia onder de voet gelopen door protesten, tegen Morales dit keer. Door Franz Reynaldo Chávez

Met een overtuigende meerderheid van 53,7procent nam Evo Morales in januari 2006 de teugels in handen van een breekbare en onbestuurbaar geworden democratie. Morales beloofde een beleid van sociale gerechtigheid, met speciale aandacht voor achtergestelde groepen, onder wie de inheemsen. In zijn eerste regeerperiode, tussen 2006 en 2010, wist hij een rechtse burgerbeweging in de departementen Santa Cruz, Beni, Pando en Tarija onder controle te krijgen en kwam er een nieuwe grondwet tot stand. Morales voerde een aantal sociale maatregelen door, zoals een geboortepremie, een toeslag voor schoolkinderen en een pensioenuitkering. In 2010 werd hij herkozen met 64procent van de stemmen, wat geen enkele Bolviaanse president hem ooit heeft voorgedaan. Hij kon ook rekenen op de absolute steun van het parlement, waar zijn MAS-partij (Movimiento al Socialismo) in de meerderheid is. Maar na 2010 is Morales van strategie veranderd. Dat werd duidelijk met de antidiscriminatiewet van oktober 2010, die massale protesten uitlokte van journalisten. Dreigementen om sommige media te sluiten of journalisten te bestraffen leidden tot een ongeziene golf van protesten. Eind december 2010 kwamen opnieuw massa’s mensen op straat om zich te verzetten tegen een stijging van de benzineprijs met 80 procent. Morales werd door de straatprotesten gedwongen die maatregel weer in te trekken, maar het incident sloeg een open wonde en de frustraties hoopten zich op. Vandaag staat de aanleg van de weg door het natuurgebied Tipnis in het centrum van de politieke controverse. De kortstondige rustperiode tussen 2006 en 2010 is voorbij. Elke manifestatie in het drukke La Paz kan uitlopen op een massale protestmars met dynamietexplosies, de politiek speelt zich af op de pleinen en in de straten. De sfeer van instabiliteit en onbestuurbaarheid, die in 2003 en 2005 leid-

24

dezelfde fouten Morales heeft de hoop op een diepgaande verandering en het vertrouwen in links stukgeslagen. In 2005 belichaamde hij de zo verhoopte omslag in de politiek, vandaag zijn het enthousiasme van het volk en de band die de politieke leider met de middenklasse had verdwenen. De nieuwe machtheb-

De sfeer van instabiliteit en onbestuurbaarheid, die eerder leidde tot de val van de presidenten Sánchez de Lozada en Carlos Mesa, is vandaag weer helemaal terug.

Franz Reynaldo Chávez is een Boliviaanse freelancejournalist. Lees meer over de Boliviaanse opstanden in het Zaterdaginterview met Marco Gandarillas: www.mo.be/opinie/bolivia-en-de-permanente-revolutie-van-het-volk

MOQ • september 2013 • www.mo.be

In Bahrein wordt ondanks de zware repressie nog bijna dagelijks in 25 dorpen betoogd. Sinds dag één van de revolutie, februari 2011, eisen burgers dat de koning zijn belofte uit 2001 nakomt en Bahrein hervormt tot een echte constitutionele monarchie. Door Maryam al-Khawaja

de tot de val van de presidenten Sánchez de Lozada en Carlos Mesa, is vandaag weer helemaal terug.

bers hebben de plaats ingenomen van rechts, en maken nu precies dezelfde fouten. Maar ook de oppositiepartijen zijn uitgespeeld en hebben geen duidelijk leiderschap. Morales’ entourage bestaat vandaag uit een groep die doordrongen is van een neomarxistische ideologie en aangevoerd wordt door vicepresident Alvaro García Linera, de MAS, de cocatelers van Cochabamba en boerenorganisaties die trouw hebben gezworen aan de linkse regering. Met deze achterban maakt Morales zich op om de verkiezingen van 2014 te winnen. Soms lijkt het erop alsof het democratische proces vooruitgaat. Soms lijkt het dan weer te stagneren, of opgejaagd adem te halen. Misschien is dat ook zijn gang door de geschiedenis, slingerend van links naar rechts en weer terug.

strategisch doodgezwegen

????????

Q

De Bahreini’s eisen een grondwet die door de burgers en niet uitsluitend door de koning wordt geschreven. De Bahreinse sjiitische meerderheid eist gelijke rechten op, wat absoluut gerechtvaardigd is gelet op de systematische discriminatie en marginalisering door het soennitische regime die ze dagelijks moet verduren. En dus roept het regime steeds maar weer dat de demonstranten een sektarische agenda hebben. Van de beloofde hervormingen of de doorstart naar een nationale dialoog kwam nauwelijks iets terecht. Dagelijks demonstreren 50 tot 500mensen. Het lijkt bijna niets, maar dat is het niet in het kleine Bahrein. Dat is het ook niet als je weet dat tientallen mensen zonder vorm van proces om het leven zijn gebracht door overheidstroepen. Het Bahreinse Centrum voor de Mensenrechten schat het aantal politieke gevangenen nu op 2500 – dat is één per 500 inwoners. Van de oorspronkelijk 6000 werknemers die in 2011 werden ontslagen omdat ze deelnamen aan demonstraties op het Parelplein, keerden velen terug. Alleen kregen de meesten van hen een slechtere baan en werden velen gedwongen een eed van trouw aan de overheid te tekenen. Honderd mensen blijven werkloos. Ziekenhuizen staan onder militaire surveillance, het martelen van gearresteerde demonstranten blijft een dagelijkse praktijk en overheidstroepen gebruiken ongeoorloofd geweld tegen jonge kinderen. In de voorbije weken vonden tientallen huisinvallen plaats waarbij jongeren willekeurig werden gearresteerd. Recent vaart Hamad bin Isa al-Khalifa, die zichzelf tot koning kroonde na daartoe in 2002 eigenmachtig de grondwet te hebben gewijzigd, zo op het oog een nieuwe koers. Hij wil niet langer het gezicht zijn van nieuwe repressieve maatregelen en gebruikt nu de Nationale Vergadering, in principe een volksvertegenwoordigend orgaan. Op 28 juli werd een speciale zitting daarvan samengeroepen om de terrorismewetgeving te strenger te maken. Wat, één, volgens juristen niet conform de Bahreinse grondwet verliep. En twee: de aanbevelingen verbieden onder meer elke samenscholing in de hoofdstad Manama en maken politieke dissidentie op sociale media strafbaar. De aanbevelingen werden meteen goedgekeurd door de regerende familie al-Khalifa, een zoveelste uitholling van de

burgerrechten. Dat de internationale gemeenschap hiervoor de ogen blijft sluiten heeft alles te maken met geopolitieke, economische en veiligheidsbelangen.

lippen op elkaar Buurland Saoedi-Arabië en de andere golfstaten blijven vrezen dat een revolutie in Bahrein naar hen zal overslaan en steunen het regime. De Verenigde Staten spelen het spel mee omdat Bahrein, strategisch gelegen in de Straat van Hormoez, een basis van de Amerikaanse Vijfde Vloot huisvest. De VS legitimeerden de onwettige en zeer gewelddadige inval van de golftroepen in Bahrein in maart 2011, en blijven ook militaire hulp en wapens naar Bahrein sturen, ondanks herhaalde oproepen van het Congres om de wapenhandel stop te zetten. Er is ook nog het Verenigd Koninkrijk, oude vriend en bondgenoot van de al-Khalifa’s. De Britse regering kauwt het Bahreinse overheidsdiscours kritiekloos na, namelijk dat de oppositie zich bezondigt aan geweld en dat hervormen nu eenmaal een traag proces is. En dan is er Europa. Dertien mensenrechtenactivisten zitten in Bahrein een levenslange celstraf uit. Twee van hen zijn Europese (Deense) burgers. Ondanks een resolutie van het Europees Parlement en de vraag van Denemarken om een actieve campagne te beginnen voor de vrijlating van de politieke gevangenen, houdt de EU de lippen op elkaar. We hebben de perceptie, de geopolitieke machtsspelen en de door Bahrein gul gesmeerde lobbymachinerie tegen. Maar laten we ernstig blijven, wie als staat of regio de mensenrechten hoog in het vaandel beweert te dragen, moet zichzelf ook de vraag stellen hoe consequent hij dan omgaat met strategische bondgenoten die de mensenrechten vertrappen. En wie niet overtuigd is, daag ik uit om te tellen hoeveel mensenrechtenactivisten er in Bahrein nog vrij rondlopen.

Q

De Deens-Bahreinse Maryam al-Khawaja is mensenrechtenactviste, net zoals haar vader, Bahreins bekendste activist Abdulhadi, en haar zus Zaynab, die beiden in de cel zitten.

MOQ • september 2013 • www.mo.be

25


ACTUEEL onzichtbare opstanden

Duizenden Bulgaren demonstreerden in juli in de straten van Sofia. Met leuzen als ‘Politici = maffia’ en ‘Help ons alsjeblief, Europa’ ageerden ze tegen de regering van Plamen Oresjarski en diens veronderstelde banden met oligarchen en de georganiseerde misdaad. De leuzen vertelden tegelijk wat de demonstranten verwachtten van de Europese Unie: hulp. door Hellen Kooijman

Nog steeds vinden veel Bulgaren het EU-lidmaatschap belangrijk. Nina Ivanova (47) woont met man en kind in een klein dorp in het midden van Bulgarije. Ze is net naar een dienst van de Evangelische kerk met als thema ‘hoop’ geweest. ‘Om de Bulgaren in deze crisis te helpen.’ Ze vindt de voordelen van het EU-lidmaatschap groot. ‘Daardoor kunnen we vrij reizen en met Europees geld projecten realiseren.’ Toch begint het vertrouwen in de Unie volgens diverse enquêtes te dalen. Dat komt vooral door de tergende

armoede en de schier onoplosbare politieke problemen van Bulgarije. Angel Kadrinov (65) is een gepensioneerde architect. Hij rijdt, samen met zijn zoon, met een taxi om rond te kunnen komen. Kadrinov wil best bij de EU horen, maar niet ten koste van zijn inkomen. Zoals Kadrinov denken miljoenen Bulgaren in de armste EU-lidstaat, waar het gemiddelde maandloon circa 300 euro bedraagt en meer dan een vijfde van de bevolking onder de armoedegrens leeft. Sinds de val van het communisme vertrok meer dan een miljoen Bulgaren

26

MOQ • september 2013 • www.mo.be

© Nadezjda Tsjipeva

© Nadezjda Tsjipeva

Het noordwesten van Bulgarije is de armste regio van de Europese Unie. In meer dan één dorp is de werkloosheid 90 procent. Er wonen enkel straatarme bejaarden met hun veestapeltje.

Bojko Borissov won in 2009 overtuigend de verkiezingen. Hij deed grote Europese beloften, maar die kon hij niet waarmaken. Kasjmir

energieprijzen werden aangekondigd, gingen wederom duizenden Bulgaren de ijzige vrieskou in.

onderstroom Bij deze protesten waren voor de eerste keer sinds de Val van de Muur geen Europese vlaggen te zien, behalve dan die ene die verbrand werd. Het wijst op een anti-Europese onderstroom die weleens sterker zou kunnen zijn dan de zomeracties van de pro-Europese weldenkende elite. De twee grootste partijen, de Socialistische partij en GERB, laten zich nog niet uit tegen de EU: die beloven wederom dat de EU-subsidies binnen zullen blijven stromen. Maar de rechts-extremistische partij Ataka (‘Aanval’), de op drie na grootste partij van Bulgarije, opende een ferme aanval op Jevropa. Volgens de partij zijn de Europese partners van Bulgarije ‘kolonisatoren’ en buitenlandse bedrijven ‘monopolisten’, die Bulgarije moeten verlaten. Ataka vecht voor ‘de waardigheid van al die Bulgaren die nu wat centen krijgen uit landen als Engeland, waar hun kinderen constant het mikpunt zijn van hoon en arrogantie’. Ataka wil een referendum over de uitstap uit de Unie. Zo’n boodschap valt bij de Bulgaren in vruchtbare aarde, weet Kalina Miteva, een jonge dertiger met baseballpet, paardenstaart en spijkerbroek. Miteva is lid van de Bulgaarse Groenen en voert in de kuststad Varna een bitter gevecht met de heersende oligarchen die de kuststrook willen bebouwen. Dankzij de EU-wetten die Bulgarije moest aannemen, zo zegt ze, kan ze hun gesjoemel aanpakken. Maar ze heeft ook kritiek. ‘EU-lidstaten als België, Nederland en Duitsland zijn goed ontwikkelde democratieën. Die kunnen Bulgarije helpen. Helaas zijn ze vooral met zichzelf bezig.’ Ze vindt het niet raar dat anti-Europese sentimenten in Bulgarije groeien. Ze wijst op

MOQ • september 2013 • www.mo.be

Alma De Walsche

Bulgarije lijkt zich steeds meer af te wenden van de EU

naar het buitenland. De groep die bleef, overleeft vaak dankzij geld van familieleden. Een deel van de bejaarden wroet in containers, op zoek naar lege flessen of eten. Ze krijgen concurrentie van verpauperde zigeuners. Voor Kadrinovs flat in een betonnen buitenwijk van Sofia springen zigeunerkinderen in en uit de vuilnisbak. Vooralsnog leggen veel Bulgaren de zwarte piet bij hun eigen politici. Die maakten er een potje van de afgelopen jaren. De socialisten, die van 2005 tot 2009 aan het bewind waren, tolereerden dat er grootschalig misbruik werd gemaakt van EU-fondsen. De Europese Commissie blokkeerde daarop 500 miljoen euro aan fondsgelden. Bojko Borissov, die in 2009 met zijn partij GERB (Burgers voor een Europese Ontwikkeling van Bulgarije) de verkiezingen met grote meerderheid won, deed grote Europese beloften: Bulgarije in de Schengenzone en voorgoed korte metten met het vernederende ‘Mechanisme voor Coöperatie en verificatie’ (MCV), een extra monitoringsysteem dat de Europese Commissie Bulgarije en Roemenië oplegde omdat ze nog niet helemaal voldoen aan de EU-eisen. Hij kon zijn beloften niet waarmaken. Bovendien voerde zijn kabinet op last van de EU straffe bezuinigingen door, waaronder een verhoging van de energie- en waterprijzen, waardoor het toch al verarmde deel van de natie letterlijk in de kou stond. In 2012 staken zes Bulgaren zichzelf in brand. Tenminste één schreef zijn daad toe aan ‘de wanhopige toestand waarin Bulgarije zich bevindt’. Al die ellende leidde in 2012 al tot grote protesten tegen de ‘maffiapolitici’. En toen er in februari dit jaar opnieuw hogere

een afsplitsing van Ataka, het nieuwe Nationaal Front voor de redding van Bulgarije (NFRB), die tijdens de laatste verkiezingen 3,71procent behaalde. ‘Ook het Front meent dat we enkel aan de EU betalen en niets terugkrijgen.’ Een deel van de groene stemmers liep over naar die partij. Miteva snapt hun gedachtegang wel. ‘Ze willen Bulgarije redden.’

strohalm De andere tendens is dat steeds meer Bulgaren zich afwenden van de binnenlandse politiek – de opkomst bij de laatste verkiezingen was 51 procent, de laagste sinds 1989. Of zich krampachtig vastklampen aan de laatste strohalm: de Europese Unie. Maar die halm kan snel breken, als de Unie niet biedt waar de Bulgaren om vragen, suggereerde de Bulgaarse politicoloog Ivan Krastev eind maart. ‘In Bulgarije geloven mensen niet in hun eigen regering en daarom wél in de Europese Unie. De logica daarachter is: “We weten niet wat die voorstelt, maar het kan nooit slechter zijn dan die politici van ons.”’ De Franse, Duitse, Nederlandse en Belgische ambassadeurs in Bulgarije verkondigden achter de strijd tegen het “oligarchisch model” te staan. Eurocommissaris Viviane Reding wees de Bulgaarse regering op de noodzaak van democratische hervormingen. Maar dat zijn slechts woorden. ‘Een directe interventie is niet mogelijk vanwege het subsidiariteitsprincipe’, zegt Bulgaars Europarlementslid Andrej Kovatsjev van de Europese Volkspartij. ‘Maar de commissie kan wel het delicate instrument van de Europese fondsen gebruiken.’ Kovatsjev gaat in ieder geval alles op alles zetten om Bulgarije te helpen hervormen. ‘Dat moet, anders glijden we af naar een totalitair regime als in WitRusland.’ Het belooft een hete herfst te worden.

Q

27


DOSSIER tendensen

Analyse van het post-2015-debat

Het huiswerk van de wereld door John Vandaele

‘De millenniumontwikkelingsdoelen zijn het succesvolste initiatief tegen armoede uit de geschiedenis’, verklaarde secretaris-generaal van de Verenigde Naties Ban Ki-moon op 1 juli. Hij verwees daarbij naar het feit dat enkele millenniumontwikkelingsdoelen (MOD) nu al bereikt zijn, terwijl de deadline pas in 2015 ligt. Zo werd het percentage van de wereldbevolking dat moet leven van minder dan één euro per dag al in 2010 gehalveerd van 47 naar 22 procent. Meer dan twee miljard mensen kregen sinds 1990 beter toegang tot water: het percentage mensen zonder toegang tot drinkbaar water werd zo gehalveerd van 24 naar 11 procent. Ook al een MOD dat wordt gehaald. Er zijn nog meer goede cijfers. En in ieder geval: sommige van de doelen die de wereld zichzelf in 2000 oplegde, zijn intussen echt bereikt.

De vraag is alleen of die resultaten te danken zijn aan de MOD. ‘Als bijna 600 van de 700miljoen mensen die uit de extreme armoede wisten te komen in China wonen, ligt dat dan aan die MODs of aan het Chinese beleid?’ vraagt Rudy De Meyer van 11.11.11, de koepel van Vlaamse ontwikkelings-ngo’s. Jean Drèze, hoogleraar economie aan de universiteit van het Indiase Allahabad, eminent ontwikkelingsdenker van Belgische origine en al decennia actief in India, betwijfelt of de MODs er veel impact hadden. ‘In India maakten ze weinig verschil. Een land als India neigt ertoe zelf zijn beleidsdoelen op te stellen. Indien het publieke beleid al werd beïnvloed door de MODs, dan is daar, bij mijn weten, weinig bewijs van in het publieke domein.’ Marcelo Cortes Neri, directeur van ❱

© Lectrr

Kan de mensheid tegen 2030 de extreme armoede uitroeien en tegelijkertijd het klimaat stabiliseren? Om dat soort vragen draait de zogenaamde “post 2015-agenda”, zoals de discussie over het vervolg op de millenniumontwikkelingsdoelen wordt genoemd. Even belangrijk is de vraag of het in concreto eigenlijk wel iets uitmaakt wat er op dat hoge internationale niveau wordt afgesproken.

28

MOQ • september 2013 • www.mo.be

MOQ • september 2013 • www.mo.be

29


DOSSIER tendensen

een vervolg is nodig

❱ IPEA, het Braziliaanse Instituut

voor Toegepaste Economie, is positiever voor Brazilië: ‘De MODs waren een belangrijk symbolisch doel dat sterk mobiliserend werkte. Weet je dat er een school uit Rio was die in de carnavalstoet meeliep met de MODs op haar spandoeken? De MODs inspireerden ook het beleid: zo wil de regering tegen 2014 de extreme armoede uitroeien. Het voordeel van de MODs is dat ze in een land als Brazilië een soort neutrale norm zijn waar verschillende partijen en bestuursniveaus elkaar in kunnen vinden.’ Kris Panneels van de Belgische ontwikkelingsadministratie DGD sluit zich daarbij aan: ‘De ervaring van de voorbije twaalf jaar leert dat zulke concrete doelen stimulerend werken, de publieke opinie focussen en gerichte controle bevorderen, zowel hier als in het Zuiden.’ Er zijn ook MODs die niet zullen worden gehaald. Niet alle kinderen zullen lager onderwijs genieten. De ontwikkelingshulp daalde met zes procent de voorbije twee jaar en de steun aan de minst ontwikkelde landen zelfs met dertien procent. Nochtans vroeg MOD 8 over mondiaal partnership voor ontwikkeling juist dat de ontwikkelingshulp speciale aandacht zou hebben voor de minst ontwikkelde landen. Het opvallendste is dat MOD 7 inzake ecologische duurzaamheid absoluut niet zal worden gehaald, dat er op dat terrein integendeel vaak zelfs achteruitgang is. Het verlies aan natuurlijke hulpbronnen moest een halt worden toegeroepen, maar de ontbossing en overbevissing namen alleen maar toe. De CO2-uitstoot is met 46procent gestegen sinds 1990 – de financiële crisis leidde slechts tot een korte onderbreking.

30

Die kritische bedenkingen en de tekortkomingen nemen niet weg dat velen vragen om een vervolg na 2015. Ban Ki-moon: ‘De MODs hebben bewezen dat mondiale ontwikkelingsdoelen veel effect hebben.’ Kris Panneels van DGD: ‘We kunnen ons niet permitteren om niet voort te werken. De druk op de planeet, op water en voedsel, op het klimaat neemt toe en tegelijk hebben nog altijd heel veel mensen het moeilijk.’ Ook Deepak Nayyar, emeritus hoogleraar economie aan de Nehru Universiteit in Delhi, is die mening toegedaan: ‘De MODs hebben het idee kracht bijgezet dat het nodig is om de levensomstandigheden van de armen in de wereld tegen een bepaald tijdstip te verbeteren. En ook al zijn we nog mijlen van het doel verwijderd, die focus moet blijven.’ Jean Drèze erkent dat de MODs in vele landen mobiliserend werken. ‘Een vervolg kan volgens mij dus zeker geen kwaad, ook al heb ik meer vertrouwen in democratische politiek dan in internationale conventies om iets gedaan te krijgen.’ Ook Marcelo Neri pleit voor het aanhouden van een stimulerend internationaal kader. ‘Brazilië is vruchtbare grond voor dit soort doelen: ze werken echt inspirerend. Daarom moet er ook na 2015 zo’n internationaal kader zijn.’ Het klopt in elk geval dat de MODs er, anders dan veel andere grote internationale verklaringen, in zijn geslaagd uit de studeerkamers van de experts te breken en de leek te bereiken. En dat is veel waard. ‘Feitelijk draait het hele debat gewoon daarom: de mobiliserende kracht van doelen’, aldus Jan Vandemoortele, de Belg die des-

MOQ • september 2013 • www.mo.be

tijds als VN-topman mee heeft geschreven aan de MODs. ‘En om te kunnen mobiliseren moeten doelen concreet zijn en beperkt in aantal.’ Bestaat er vrij grote consensus over dat zulke concrete internationale doelen voordelen hebben en dat er dus het best een vervolg komt op de MODs, dan beseft iedereen ook dat het niet om dezelfde doelen kan gaan. Daarvoor is de wereld de twee voorbije decennia te zeer veranderd. In 1990 woonde tachtig procent van de mensen die minder dan een euro per dag verdienen in stabiele lage-inkomenslanden. Nu woont 66 procent van de extreem armen in midden-inkomenslanden. De strijd tegen inkomensarmoede zal na 2015 sowieso meer met herverdeling van rijkdom in middeninkomenslanden te maken hebben. De inkomensongelijkheid is overigens sinds 2000 in de meeste landen toegenomen. Kris Panneels: ‘De Noord-Zuidkloof mag dan wat kleiner worden, binnen landen neemt de ongelijkheid toe. Wat de rijkste burgers van de wereld bezitten, daar kan je met je hoofd haast niet bij.’ Mondiaal leidt dat tot verbijsterende tegenstellingen tussen extreem arme mensen en een elite van dollarmiljardairs die per privéjet van continent naar continent hopt of bij wijze van hobby voetbalclubs uit de Engelse eerste klasse koopt. En ongelijkheid heeft invloed op armoede. Met de maatstaf voor absolute armoede van een euro per dag hebben China en Brazilië de armoede dramatisch verminderd. Neem je evenwel zoals alle rijke landen nu doen een relatieve maatstaf – hoeveel mensen verdienen minder dan de helft van het middelste

inkomen – dan is de armoede in China zelfs toegenomen en in Brazilië stabiel gebleven. Richard Wilkinson wees er met zijn bestseller The Spirit Level al op dat ongelijke samenlevingen meer te maken krijgen met sociale en psychische problemen. Ook milieuproblemen staan nu hoger op de agenda, te beginnen met de klimaatverandering die steeds nadrukkelijker merkbaar wordt. En elk jaar komen er 78 miljoen mensen bij en steeds meer mensen willen meer vlees eten: dat vergroot de druk op de aarde. De Chinese economie groeide enorm, maar recent bracht een studie aan het licht dat luchtvervuiling de mensen in Noord-China vijfeneenhalf jaar van hun leven kost. Dat alles betekent dat ontwikkeling meer dan ooit ruimer moet worden gedefinieerd dan de groei van het bruto nationaal product. Groei is enkel positief als hij duurzamer wordt en verdeeld wordt over meer mensen.

ten in de nieuwe ontwikkelingsagenda worden opgenomen. Professor Nayyar hoopt dat het nieuwe kader, anders dan de MODs, het discours over ontwikkeling kan bijstellen: erkennen dat banen belangrijker zijn dan groei en dat de overheid een belangrijke rol te spelen heeft. ‘Het gaat om het welzijn van mensen, niet om groei op zich. Groei is nodig, maar als je die niet vertaalt in welzijn, draag je niet bij tot ontwikkeling. En dat veronderstelt dat de staat een belangrijke rol speelt.’ Ontwikkelingslanden moeten in elk geval meer ruimte krijgen om een eigen beleid te voeren en mogen niet in een ideologisch maatpak worden gedwongen. Nayyar vindt ook dat de MODs te donorgericht waren. ‘Er was te veel focus op hulp en te weinig op het geld dat arbeidsmigranten terugsturen, te weinig op toegang tot markten, tot kennis en technologie, die sowieso belangrijker zijn dan hulp. Mensen moeten geen passieve ont-

‘De millenniumontwikkelingsdoelen zetten het idee kracht bij dat de levensomstandigheden van de armen tegen een bepaald tijdstip moeten verbeteren. Die focus moet blijven.’ geen groei om de groei Sommigen vinden dat de nieuwe doelen daarom niet louter mogen gaan over resultaten van menselijke ontwikkeling, maar ook over de manier – de soort economie – waarmee die kunnen worden gerealiseerd. Yilmaz Akyuz, hoofdeconoom van het South Center, een denktank van de ontwikkelingslanden, vindt dat sociale doelen niet kunnen worden bereikt zonder industrialisering die voor de nodige banen zorgt. Heel wat ontwikkelingslanden willen dat meer economische elemen-

vangers van hulp zijn maar hun eigen lot in handen nemen. Hulp heeft iets van de grondstoffenvloek: het neemt de druk weg van regeringen om lokale middelen te zoeken.’ De kijk op ontwikkeling werd daardoor te technisch: men verloor uit het oog dat ontwikkeling ook altijd een sociaal en politiek proces is, het tot stand brengen van een bestuur met visie en slagkracht. Bestuur is dus belangrijk. Dat bleek ook uit een enquête over de noden van de toekomst bij tienduizend Braziliaanse jongeren. Daaruit kwamen

MOQ • september 2013 • www.mo.be

onderwijs, gezondheidszorg, en voedsel/inkomen bovendrijven als de belangrijkste onderwerpen, op de voet gevolgd door eerlijk bestuur. Marcelo Neri: ‘De recente protesten in Brazilië tonen aan dat mensen participatie belangrijk vinden. Daarom lijkt het me aangewezen om de kwaliteit van bestuur mee op te nemen in de doelen van de toekomst.’ Momenteel woont 24 procent van de extreem armen in fragiele lageinkomenslanden. Een vijfde van de wereldbevolking woont in landen die te maken hebben met ernstig geweld, politiek conflict en onveiligheid. Vrede en veiligheid zijn niet alleen een waarde op zich, ze zijn ook een voorwaarde voor armoedebestrijding en welzijn. Jan Vandemoortele voegt er nog een belangrijk punt aan toe: ‘Anno 2015 kan je de opkomende landen alleen mee krijgen als je doelen universeel zijn: als ze alle landen dingen opleggen. Zo zijn jeugdwerkloosheid en een evenwichtige voeding in alle landen uitdagingen. Ondervoeding is een probleem, maar vetzucht ook. Paternalistische doelen die alleen van de ontwikkelingslanden iets eisen, zijn niet meer van deze tijd.’

het ei van de 50 dochters In een gezamenlijk rapport, Realizing the Future We Want for All, brachten meer dan 50 VN-agentschappen in de lente van 2012 de situatie van de menselijke soort scherp in kaart: de hierboven geschetste uitdagingen werden helder op een rijtje gezet. Het rapport stelde vast dat de wereld steeds meer mondiale uitdagingen telt, maar dat die vooral worden aangepakt met nationale instrumenten. De wereldomspannende instrumenten die er zijn, lijden sterk aan ❱

31


DOSSIER tendensen

WAT WILLEN DE BELGEN? Duurzame ontwikkeling raakt heel veel beleidsdomeinen die hun beleid op elkaar moeten leren afstemmen. Post-2015 kan daarin een rol spelen, vindt Vlaanderen. ‘We zullen de beleidssamenhang tussen al die ministeries stap voor stap moeten realiseren’, aldus Sander Spanoghe, beleidsmedewerker Buitenlandse Betrekkingen. Verder heeft Vlaanderen veel oog voor de financiering. ‘Hoeveel geld is er nodig en waar vinden we het? Nieuwe financieringsvormen zijn welkom.’ Kris Panneels van het federale DGD beaamt dat laatste. ‘Naast de klassieke ontwikkelingshulp moeten er nieuwe financieringsbronnen komen: de strijd tegen de belastingparadijzen kan geld in het laatje brengen.’ Verder schuift het Belgische niveau de strijd tegen de ongelijkheid en het belang van waardig werk in Noord en Zuid naar voren. De koepel van ontwikkelings-ngo’s 11.11.11 benadrukt de strijd tegen ongelijkheid, de regulering van de financiële sector, waardig werk en sociale bescherming. Rudy De Meyer: ‘Voorts willen we dat de duurzame ontwikkelingsdoelen (DODs) universeel zijn en dus ook voor de rijke landen verplichtingen inhouden. Daarom moet er ook voldoende druk achter zitten: regeringen moeten rekenschap afleggen.’

32

❱ hokjesdenken: het Internationaal

Muntfonds en de Wereldhandelsorganisatie denken nauwelijks aan het milieu als ze pleiten voor meer groei en meer handel. Een nieuwe mondiale agenda moet leiden tot meer beleidscoherentie. Daarom pleitte het VN-rapport voor een ontwikkelingsvisie gebaseerd op mensenrechten, gelijkheid en duurzaamheid. Dat moet zich vertalen in een inclusieve sociale ontwikkeling met toegang tot goede gezondheidszorg en dito onderwijs voor iedereen en een ecologische duurzaamheid die zorgt voor een stabiel klimaat, en oceaanverzuring, bodemverarming en onduurzaam watergebruik een halt toeroept. Het rapport wil een inclusieve economische ontwikkeling en zegt expliciet dat voortaan macro-economische stabiliteit moet worden afgestemd op waardige banen voor iedereen, vermindering van armoede en ongelijkheid en een groei die koolstofarmer is en efficiënter omspringt met grondstoffen en afval. Het wordt niet

tot stand te brengen. (…) Op voorwaarde dat die doelen concreet en makkelijk te communiceren zijn.’ Rio+20 droeg een open werkgroep van dertig landen of groepjes van landen op om tegen september 2013 een stel duurzame ontwikkelingsdoelen te presenteren. De vraag is wat dit proces zal opleveren. Sommigen vrezen dat het resultaat te milieugericht zal zijn en moeilijk te verzoenen met wat de klassieke ontwikkelingssector wil. Rudy De Meyer van 11.11.11: ‘Het lijkt logisch om milieu- en ontwikkelingsbeleid bijeen te brengen. Als je coherentie in het beleid wilt, moet je sociale ontwikkeling, economie en milieu bij elkaar brengen, maar de vraag is hoe je het doet. Het doemscenario is dat je die twee bijeenbrengt met minder geld voor de twee samen. We moeten duidelijk zeggen: het zal niet minder kosten.’ Kris Panneels van DGD vindt dat een moeilijk debat: ‘In de praktijk zal een belangrijk deel van de klimaat- of milieufinanciering uit de

lingshulp. Sander Spanoghe, beleidsmedewerker Buitenlandse Betrekkingen op Vlaams niveau: ‘Zoals een nationale regering public bads belast om publieke goederen te scheppen, moeten we dergelijke mechanismen ook op internationaal niveau tot stand brengen.’

de putsch van cameron In juli 2012 vroeg Ban Ki-moon een panel van eminente personen aanbevelingen op te stellen voor de ontwikkelingsagenda na 2015. Begin juni 2013 leverde dat panel zijn rapport af. Het stelt dat er fundamentele veranderingen nodig zijn. Extreme armoede en honger moeten tegen 2030 volledig worden uitgeroeid, door waardig werk te bezorgen aan zoveel mogelijk mensen en door iedereen goede zorg en goed onderwijs te geven. Het rapport pleit tevens voor een nieuw mondiaal partnerschap, dat iedereen aanmoedigt zijn ‘wereldvisie diepgaand en dramatisch te veranderen. Dat zou alle landen ertoe moeten brengen om bewust naar dezelfde ecologische en ontwikkelingsagenda’s te streven’. Zo bevat het rapport wel meer sterke passages, die vertaald werden in

een voorstel van twaalf doelen (zie kaderstuk hieronder). Sander Spanoghe vindt het ‘de grote verdienste van het rapport dat het aantoont dat het mogelijk is om een ruim kader met een beperkt aantal doelen te scheppen. De grote tekortkoming is dat het rapport niet afstapt van het geloof dat wetenschap en techniek de wereld zullen redden. Men houdt vol dat het mogelijk is ieders verlangens te vervullen. Nergens wordt er gesteld dat een deel van de mensheid anders zal moeten gaan leven.’ Kris Panneels van DGD is lovend: ‘Wij waren aangenaam verrast door de diepgang en kwaliteit van het rapport. Ik hoop dat dit rapport gebruikt wordt.’ Rudy De Meyer van 11.11.11. vindt dat het nog alle kanten op kan: ‘Dit rapport kan zowel tot een radicale tekst als tot een business as usual-scenario leiden.’ Jan Vandemoortele vond het prematuur om nu al met concrete doelen te komen. ‘Als je dat doet, begint iedereen te klagen dat zijn doelen er niet bij zijn. Het rapport had beter aangetoond waarom het zo nodig is om een nieuw stel mondiale doelen te hebben.’

DE TWAALF DOELEN VAN HET VN-HIGH LEVEL PANEL

‘Mensen moeten geen passieve ontvangers van hulp zijn maar hun lot zelf in handen nemen. Hulp heeft iets van de grondstoffenvloek: het neemt de druk weg van regeringen om lokale middelen te zoeken.’ met zoveel woorden gezegd, maar eigenlijk pleiten de VN daarmee voor een andere mondialisering. Ook uit een andere hoek wordt gewerkt aan een vervolg op de MODs. De slotverklaring van de Rio+20-conferentie over duurzame ontwikkeling in juni 2012 stelde dat ‘het formuleren van doelen nuttig kan zijn om gerichte en coherente actie inzake duurzame ontwikkeling

MOQ • september 2013 • www.mo.be

begroting van ontwikkelingssamenwerking komen. Het is nu al zo dat een deel van onze hulp milieurelevant is en dat we die als dusdanig dubbel rapporteren.’ Een deel van dat geld zal gaan naar het realiseren van een stabiel klimaat of een stabiel financieel systeem: wellicht is er meer draagvlak voor het realiseren van globale publieke doelen dan voor ontwikke-

Maak een einde aan de armoede

Empower meisjes en vrouwen en realiseer gelijkheid tussen man en vrouw

Verzeker kwaliteitsvol onderwijs en levenslang leren

Verzeker gezonde levens

Verzeker voedselzekerheid en gezonde voeding

Organiseer universele toegang tot water en sanitatie

Verzeker duurzame energie

Creëer jobs, duurzame inkomens en rechtvaardige groei

Beheer natuurlijke rijkdommen duurzaam

Realiseer goed bestuur en effectieve instellingen

Realiseer stabiele en vreedzame samenlevingen

Schep een kansrijke internationale omgeving en bevorder langetermijnfinanciering

MOQ • september 2013 • www.mo.be

Vandemoortele is ook bezorgd dat de Angelsaksische invloed – meer bepaald via het Britse ontwikkelingsagentschap DIFID en het Earth Institute van de Amerikaanse econoom Jeffrey Sachs – te groot was. ‘Aanvankelijk wilde Ban Ki-moon het panel door twee ex-staatshoofden laten leiden – er werd gedacht aan de Braziliaanse ex-president Lula en een voormalig leider uit een klein Europees land. Maar toen de Britten zwaar gingen lobbyen voor de Britse premier Cameron, kon hij niet anders dan de huidige presidenten van Indonesië en Liberia er als tegenwicht bij te nemen. Het gevolg is een rapport dat veilig is voor de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk. Van obesitas als voedingsprobleem is geen sprake. Dit wordt niet gedragen door de opkomende landen, geloof me.’

en nu? En hoe moet het nu verder? Slagen de bijna tweehonderd landen van deze wereld erin om het over twee jaar eens te worden over een aantal doelen die breed genoeg zijn om alle grote uitdagingen te bevatten, maar ook overzichtelijk en simpel genoeg om vele mensen te kunnen aanspreken? Dat valt af te wachten. Vandemoortele: ‘Ban Ki-moon moet de leiding nemen en dat doet hij te weinig. Hij is zwak.’ De eerste versies van het tussentijdse rapport dat hij in september 2013 wil voorleggen, maken weinig indruk. Dit zijn niet de contouren van een nieuw verhaal dat de wereld vooruit zal helpen. Maar misschien komt dat nog. Veel hangt af van wat de regeringen van grote landen willen en van de sociale bewegingen in de wereld. Kunnen die laatste zich identificeren met dit diplomatieke proces? En dan is er die andere vraag: kan zo’n globale agenda in de concrete wereld daarbuiten echt iets betekenen? Dat kan alleen als hij wordt opgepikt door miljoenen gewone mannen en vrouwen.

Q

33


ACTUEEL tendensen

Het biobrandstoffendebat laait weer op

door Alma De Walsche

Europa wil zich op de kaart zetten als trendsetter in de bio-economie. De ervaring met biobrandstoffen doet echter een aantal verklikkerlichtjes knipperen. De Europese Commissie maakte daarom een wetsontwerp voor herziening van de huidige richtlijnen, waarover in het najaar gestemd wordt. De biobrandstoflobby steigert en heeft het over ‘de doodsteek’ voor de sector.

34

MOQ • september 2013 • www.mo.be

De productie van biobrandstoffen heeft het afgelopen decennium wereldwijd een enorme vlucht genomen. Sinds 2000 is de productie van biodiesel gestegen tot 19 miljoen ton per jaar. Europa is zelfs wereldleider als producent van biodiesel. Voor bio-ethanol zijn de VS en Brazilië de trekkers. Die groei is mede aangewakkerd door het Europese beleid. In het Europese klimaatpakket 2020 is in 2009 gesteld dat 10procent van de energie in het transport tegen 2020 afkomstig moet zijn van hernieuwbare energie, voornamelijk op basis van biobrandstof. Tegen 2020moet ook het CO2-gehalte van de brandstof met 6 procent naar omlaag. Het Europese verbruik van biobrandstoffen in transport bedroeg vorig jaar 14,4 miljoen ton. In 2011 was dat 14 miljoen ton, volgens de Biofuel

© Reuters / Jason Reed

Gokken met voedsel

Barometer van EUobserver. 2012 zag dus een stijging van 2,9 procent, iets minder dan het jaar ervoor: tussen 2010 en 2011 groeide de sector met 5,3 procent. Met die totale omvang van biodiesel en bio-ethanol zit het Europese transport vandaag op een bijmenging (mix) van 4,7 procent, tegen 2020 moet dat dus 10 procent worden.

rijden of eten Het overgrote deel van de biobrandstoffen vandaag is “eerste generatie”, geproduceerd op basis van gewassen die ook voedingsgrondstoffen zijn: suikerriet, maïs, koolzaad, soja, palmolie, tarwe. Momenteel voert Europa 35 procent van

de grondstoffen hiervoor in, maar om 10procent te halen zal dat oplopen tot 50 procent. De twee opeenvolgende voedselcrisissen van 2008 en 2011, met voedselrellen en forse prijsstijgingen tot gevolg, hebben echter de alarmbel doen rinkelen. Tal van rapporten hebben aangetoond dat de opmars van biobrandstoffen een wezenlijk aandeel heeft in de stijgende voedselprijzen en de krappe voedselvoorraden. Een rapport van Rabobank, Finding the Food-Fuel Balance van oktober vorig jaar, bevestigt die wisselwerking tussen biobrandstoffen en de voedselmarkten en stelt dat de voorraden van plantaardige olie de voorbije vier jaar de vraag niet kunnen bijhouden. Die voorraden bevinden zich op het laagste niveau in 38 jaar, terwijl men nog eens een stijging van de vraag verwacht met 23 miljoen ton tegen 2016. Daarom alleen al verwacht Rabobank een daling van de productie van biodiesel en stelt het rapport dat de 10-procentnorm wellicht niet gehaald kan worden, omdat het aanbod de vraag niet kan volgen. Ook de VN-Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) wijst erop dat van de voorbije tien jaar er zes waren waarin de wereld meer voedsel consumeerde dan produceerde. We bevinden ons in een situatie van strakke markten en dat leidt tot prijsverhogingen, die vooral in ontwikkelingslanden de honger en de armoede verergeren. In voedsel importerende landen zijn de prijzen drastisch gestegen (zie kaderstuk). Ook in Latijns-Amerika en in Afrika is de zoektocht naar teelgrond voor energiegewassen, samen met bodemspeculatie, ❱

MOQ • september 2013 • www.mo.be

Maïs die honger zaait 40 procent van de maïsteelt in de VS gaat naar de bio-ethanolproductie. Een recente studie van ActionAid, Fueling the Food Crisis. The Cost to Developing Countries of US Corn Expansion, kwam tot de conclusie dat die grotere vraag naar maïs en de stijging van de prijs ervan voor de maïs importerende ontwikkelingslanden een extra kostenpost van 8,75 miljard euro betekende in de periode 2005/2006 tot 2010/2011. Voor Midden-Amerika bijvoorbeeld betekende dat extra kosten van 278 miljoen euro. In Guatemala nam de import toe van 9 procent in de vroege jaren negentig tot 40 procent nu, concreet een rekening van 69 miljoen euro. Guatemala zelf ziet een opmars van plantages van Afrikaanse palm en suikerriet. Het land heeft een extreem ongelijke verdeling van landeigendom: 92 procent van de kleine boeren beschikt over slechts 22 procent van de bodem. Hoewel in de Vredesakkoorden van 1996 is afgesproken daar iets aan te doen, vindt er vandaag een grotere concentratie plaats voor plantages van energiegewassen. Gemeenschappen die geen eigendomstitels hebben, worden met geweld van hun grond verdreven en schendingen van mensenrechten zijn schering en inslag. In buurland Honduras speelt zich precies hetzelfde verhaal af. In die kwetsbare landen staat de voedselzekerheid onder grote druk en profiteren de kleine boeren geenszins van de biobrandstoffenbonanza.

35


ACTUEEL

een drijvende factor in het probleem van landroof. Tussen 2009 en 2013 zijn in Afrika 6miljoen hectare ingenomen door Europese bedrijven voor de productie van biobrandstoffen.

En dan is er de CO2-balans, waar het allemaal om te doen was. Europees Commissaris voor Klimaatactie Connie Hedegaard was in oktober vorig jaar duidelijk: ‘Wat het klimaat betreft, zijn sommige biobrandstoffen – bovendien met Europees geld gesubsidieerd – even nadelig of zelfs nog erger dan fossiele brandstoffen.’ Als men de analyse maakt van de hele productieketen, blijkt voor een aantal gewassen dat sommige biobrandstoffen evenveel of misschien nog meer CO2 uitstoten dan fossiele brandstoffen. Die negatieve balans heeft te maken met het indirecte landgebruik (ILUC in het jargon: Indirect Land Use Change) van die energiegewassen. Europa heeft wel duurzaamheidscriteria voor biobrandstoffen opgesteld, waarin gesteld wordt dat energiegewassen niet mogen worden geteeld op grond waar speciaal voor dit doel bossen gerooid werden of moerassen droog-

11.11.11CAMPAGNEBROCHURE Dit najaar begint 11.11.11, de koepel van de Vlaamse Noord-Zuidbeweging, met een tweejarige campagne over de wereldwijde voedselthematiek. Het basisdossier Omdat Honger een Onrecht is zet de oorzaken van honger op een rijtje en formuleert ook antwoorden. De brochure stelt een New Deal voor om honger uit de wereld te helpen, op basis van duurzame landbouw en met als fundament het onbetwistbare recht op voedsel.

36

© Reuters / Bazuki Muhammad

Klimaatwinst zero

gelegd, want dat zijn CO2-sponzen. Het probleem is echter dat wanneer energiegewassen dan op landbouwgronden worden geteeld, de landbouw weer op zoek moet naar nieuwe bodems en het probleem zich verplaatst. Een voorbeeld van ILUC: tussen 2000 en 2006 heeft men in Europa dubbel zoveel palmolie ingevoerd om de koolzaadolie te vervangen, die niet meer naar voedselproductie maar naar biobrandstofproductie ging. ‘Als men energiegewassen wil blijven verbouwen en tegelijk minder CO2 uitstoten, dan kan dat alleen wanneer mensen ofwel minder voedsel ofwel minder voedzaam voedsel eten’, luidt de conclusie van Timothy Searchinger, onderzoeker aan de Princeton University, in zijn paper Understanding the biofuel trade-offs between indirect land use change, hunger and poverty. Om een invloed op de voedselproductie te vermijden, zal steeds meer bos gerooid moeten

MOQ • september 2013 • www.mo.be

Palmolie-ontginning in de Maleisische hoofdstad Kuala Lumpur.

worden, wat leidt tot meer broeikasgassen. Uit dat onderzoek bleek ook dat niet alle landbouwgrond die gebruikt wordt voor het telen van energiegewassen elders vervangen wordt door grond voor voedselproductie: van alle 100 calorieën afkomstig uit tarwe of maïs die voor bio-ethanol worden aangewend, worden er 25 niet vervangen voor voedsel. Searchingers conclusie: met eerstegeneratiebiobrandstoffen krijg je altijd een verlies-verliessituatie. Searchinger pleit voor het uitfaseren van de subsidies aan grondgebonden biobrandstoffen. De grote vraag is dus of het huidige beleid wel beantwoordt aan zijn doelstellingen: tot uitstootvermindering in het transport komen, rurale ontwikkeling stimuleren en energiezekerheid verbeteren. Biofuels. At What Cost?, een studie van het International Institute for Sustainable Development (IISD), concludeert dat het Europese bio-

brandstoffenbeleid controversieel is, de voordelen op vele gebieden marginaal en onduidelijk zijn gebleken en er behoefte is aan betere controle. Dezelfde studie becijferde dat de hele sector tot 10 miljard euro per jaar aan subsidies ontvangt (accijnsverlagingen, belastingvrijstellingen, bijmengverplichtingen en ondersteunend onderzoek), terwijl die zelf tussen de 13 en de 16 miljard euro vertegenwoordigt. Tien miljard euro, dat is zoveel als het bedrag waarover in maart werd gediscussieerd voor de redding van Cyprus, en evenveel als de overheidsuitgaven van een klein Europees land als Letland of Estland. De Europese Commissie is dan ook aan de slag gegaan om de regelgeving te herzien, te meer omdat in de toekomst ook scheepvaart en luchtvaart hun uitstoot moeten beperken en biobrandstof zullen gebruiken. In oktober stelde de Commissie een wetsontwerp op dat stelt dat in de toekomst het

reductie van CO2 hebben bereikt. Zonder de vijfprocentnorm zal het aandeel tegen 2020 oplopen tot 8,5 procent, dat betekent dus nog meer druk op bodem en water en boerengemeenschappen.

een beslissend najaar De biobrandstoffenlobby reageert “geschokt” op het voorstel en noemt het “de doodsteek” voor zijn sector. De lobby, dat zijn de biodieselproducenten (European Biodiesel Board), de Europese boeren- en landbouwcoöperaties (Copa-Cogeca), de ethanolproducenten (ePure), de Europese plantaardige-olie- en proteïne-industrie (Fediol) en de suikerbiettelers (Cibe). Volgens deze producenten maakt Europa een bocht van 180 graden en laten de Europese politici zich ompraten door de milieuorganisaties. Ze verwijzen naar de investeringen die er de afgelopen jaren zijn gedaan – waarbij ze het cijfer van 14 miljard euro noemen, terwijl de IISD uitkomt

‘Als men energiegewassen wil blijven verbouwen en tegelijk minder CO2 uitstoten, dan kan dat alleen wanneer mensen ofwel minder voedsel ofwel minder voedzaam voedsel eten.’ aandeel van eerstegeneratiebiobrandstoffen niet meer dan 5 procent mag bedragen van de voedselgrondstoffen, wat ongeveer neerkomt op een bevriezing op het huidige niveau. De rest moet afkomstig zijn uit andere hernieuwbare bronnen (biogas, elektriciteit) of uit biobrandstoffen van de tweede generatie (reststromen, afval of hout). Er moet ook een duidelijkere rapportering komen over indirect landgebruik en vanaf 1 juli moeten nieuwe biobrandstofinstallaties kunnen bewijzen dat ze 60procent CO2reductie realiseren. Het ontwerp stelt ook voor om de subsidies voor biobrandstoffen na 2020 in te trekken, tenzij de producenten kunnen bewijzen dat ze een substantiële

op 6,5 miljard euro in productiecapaciteit in de EU-27 – en rekenen voor dat hiermee honderdduizenden banen in Europa op de helling komen te staan. Dat de Commissie het aandeel van de tweedegeneratiebiobrandstoffen wil opdrijven, vinden zij niet realistisch, omdat het nog zeker tien jaar duurt voor die productie rendabel is. Volgens hen is het ook onmogelijk om de juiste ILUC-factor te berekenen omdat de methodes ervoor nog niet helemaal precies zijn uitgewerkt. Zij vinden het een taak van de regeringen in de niet-Europese landen om te waken over dit indirecte landgebruik. Zulke bepalingen kunnen, volgens de producenten, mee opgenomen worden in de

MOQ • september 2013 • www.mo.be

handelsovereenkomsten die in de maak zijn tussen de Europese Unie en Mercosur, de VS en Maleisië, landen die energiegewassen produceren. Zij pleiten voor een cijfer van 8procent voor de eerstegeneratiebiobrandstoffen. Over dit voorstel is afgelopen zomer door de parlementaire comités Milieu, Energie, Landbouw, Transport en Industrie gestemd en alleen in het Milieu-comité is een compromis van 5,5 procent eerstegeneratiebiobrandstof gevonden, de andere comités schuiven 6,5 tot 8 procent naar voren. Op 11 september vindt de plenaire stemming in het Europees Parlement plaats en in oktober zal de Raad zich erover uitspreken. Marc Olivier Herman van het Oxfam EUAdvocacy Office: ‘In de Raad bewerkt de lobby elke lidstaat en verschillende lidstaten staan zeer weigerachtig tegenover een wijziging. Italië blokkeert elke ingreep omdat de biobrandstoffenindustrie voor hen heel belangrijk is. Ook de nieuwe lidstaten willen van geen begrenzing weten. Het Litouwse voorzitterschap zelf schuift een norm van 7 procent naar voren en baseert zich op een heel zwakke definitie van duurzaamheid.’ De Europese milieu-ngo’s willen het liefst van al eerstegeneratiebiobrandstoffen helemaal uitgefaseerd zien, op grond van een totale reorganisatie van de transportsector. Om na te gaan hoe realistisch dat is, lieten Greenpeace, BirdLife Europe, het European Environmental Bureau en Transport and Environment een studie maken door het Nederlandse onderzoeksinstituut CE Delft. Die studie, Sustainable Alternatives for Landbased Biofuels in the European Union, stelt dat duurzaam transport, gebaseerd op energie-efficiëntie, zuiniger motoren, een reorganisatie van het openbaar vervoer, elektrische wagens en tweedegeneratiebiobrandstoffen, met een uitfasering van de eerste generatie tegen 2020, heel wat meer klimaatwinst zou opleveren en onze voedselproductie minder in het gedrang zou brengen. ❱

37


ANALYSE mensen en verhalen

op de wagen. De bekende theoloog en voorzitter van de Unie van Moslimgeleerden Yusuf Al-Qaradawi verklaarde op Aljazeera dat de sjiieten niet te vertrouwen waren en dat soennieten tegen het regime in Syrië moesten vechten. Een week later riep een andere bekende sjeik en predikant, de Saoediër Mohamed Al-Areefe, vanuit de moskee in Caïro op tot de jihad in Syrië, want ‘de soennieten worden daar door de sjiieten afgeslacht’. En: ‘De oorlog in Syrië is een oorlog tegen de duivel.’ De toespraak van Al-Areefe werd rechtstreeks uitgezonden op de Egyptische televisie. De dag nadien werd in Caïro een conferentie van moslimgeleerden gehouden ‘ter ondersteuning van he Syrische volk’.

de invasie in irak

Hoe sjiieten en soennieten tegen elkaar worden opgezet door Samira Bendadi

Heeft de Arabische Lente een eeuwenoud conflict tussen soennieten en sjiieten naar de oppervlakte gebracht? Zijn de soennitisch-sjiitische spanningen het gezicht van de contrarevolutie die ingezet wordt om de Arabische Lente de grond in te boren? Of is de Grote Sektarische Oorlog een goed uitgestippeld plan om het Nieuwe Midden-Oosten gestalte te geven?

38

MOQ • september 2013 • www.mo.be

© Reuters / Namir Noor-Eldeen

De Grote Sektarische Oorlog ❱

In het dorpje Zawyet Abu Msallem, niet zo ver van Caïro, werd op 23 juni de sjiitische geestelijke Hassan Shehata samen met drie andere mannen door een woedende menigte gelyncht. Aanvankelijk waren het de salafisten van de Nourpartij die een haatcampagne voerden tegen sjiieten. Maar toen de Libanese –sjiitische– militie Hezbollah zich aan de zijde van de regering-Al-Assad in de oorlog in Syrië gooide en met man en macht meedeed aan de strijd rond het stadje Al-Quseir, zat het spel

Het feit dat de sektarische oorlogsretoriek (het woord sektarisch verwijst naar de verdeeldheid tussen soennieten en sjiieten) een land als Egypte bereikt, waar slechts een klein aantal sjiieten woont, toont aan dat die retoriek steeds meer opgang maakt. De uitspraken van de sjeiks lokten in Egypte wel een storm van kritiek uit, vooral via de sociale netwerksite Twitter. Activisten noemden Al-Qaradawi en AlAreefe ‘Navo-sjeiks’. Advocaat en mensenrechtenactivist Malek Adly vond dat de maskers van ‘de Navo-marionetten’ eindelijk gevallen waren. ‘Laat maar komen, laat de moslims zien wat hun sjeiks waard zijn’, twitterde hij de dag dat Al-Areefe zijn uitspraken deed. Veel activisten hielden de afgezette president Morsi verantwoordelijk voor deze gang van zaken. Dat verzet blijft onder de internationale mediaradar, terwijl de verbale aanvallen en fysieke aanslagen de idee bevestigen dat wat vandaag in het Midden-Oosten gebeurt de heropleving is van een eeuwenoud conflict tussen soennieten en sjiieten en dat dat

MOQ • september 2013 • www.mo.be

conflict bepalend zal zijn voor de toekomst van de hele Arabische regio. Een recente studie van het Saban Center for Middle East Policy, een onderdeel van de invloedrijke Amerikaanse denktank Brookings Institute, stelt dat de verdeeldheid van sjiieten en soennieten politiek belangrijker wordt dan de confrontatie met het Westen of zelfs de bezetting van de Palestijnse gebieden. ‘De strijd tegen Israël wordt minder prioritair,’ schrijft onderzoekster Geneive Abdo, ‘omdat er zoveel andere interne crisissen zijn.’ Daarom raadt ze de Amerikaanse politieke verantwoordelijken aan voortaan rekening te houden met het sektarische element in de benadering van de regio als ze de belangen van de VS willen vrijwaren. Abdo maakt de Amerikaanse politici attent op iets dat al een tijdje speelt. De meeste westerse auteurs gaan er van uit dat Washington de eeuwenoude spanning tussen de twee hoofdstromen binnen de islamitische gemeenschap “ontdekt” heeft naar aanleiding van de inval in Irak (2003). Anderen stellen dan weer dat het juist de Amerikaanse interventie was die de diepe tegenstellingen in Irak in een sektarische taal hielp gieten. Saddam Hoessein was, in de visie van de neoconservatieven, een dictator die vooral de Koerden en de sjiitische meerderheid onderdrukte, terwijl hij zijn eigen –soennitische– minderheid beschermde. De democratie die opgelegd werd door de Amerikanen is dan ook een sektarische democratie die, in plaats van burgerschap te promoten, haat en wantrouwen in de hand werkte. Intersektarische huwelijken waren geen uitzondering voor de invasie en soennieten en sjiieten leefden in veel steden in dezelfde wijken. Tien jaar na de invasie wordt Irak onafgebroken geteisterd door sektarische ❱

39


ANALYSE

aanslagen waarbij telkens tientallen mensen gedood worden. De christelijke minderheid die eeuwenlang deel heeft uitgemaakt van de Iraakse samenleving moest het land verlaten. Irak is enkel in naam nog niet verdeeld tussen Koerden (met een zo goed als onafhankelijke staat), sjiieten (die de politieke macht naar zich toe trokken) en soennieten (die dreigen een eigen staatje op te richten als niet naar hun grieven wordt geluisterd).

mini-staatjes

Gemengd sjiitischsoennitisch vrijdaggebed in Bagdad (mei 2013).

Een tekst die vaak geciteerd wordt door auteurs die de huidige conflicten proberen te begrijpen, en die in westerse beleidskringen zeker niet onbekend is, is de politieke analyse die Oded Yinon in 1982maakte. Yinon werkte bij het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken. Hij voorzag het uiteenvallen van Libanon in vijf regio’s als een precedent voor de hele Arabische wereld. ‘Irak kan gesplitst worden langs regionale en

sektarische lijnen, net als Syrië in de Ottomaanse periode. In Irak zullen drie staten ontstaan rond de drie belangrijkste steden, Bagdad, Mosul en Basra.’ ‘Een angstwekkende toekomstvie voor het Midden-Oosten is op weg realiteit te worden’, schrijft auteur en journalist Murtaza Hussain in een artikel dat in mei op de website van Aljazeera gepubliceerd werd. Voor wie alleen de westerse media volgt, klinkt dat als een fantasme, een samenzweringstheorie die kant noch wal raakt. In de Arabische wereld zelf wordt breed geloof gehecht aan zo een denkkader. In 2006 analyseerde onafhankelijk onderzoeker Mahdi Darius Nazemroaya van de Canadese denktank Center for Research on Globalization het concept van het Nieuwe Midden-Oosten, dat toenmalig VS-minister van Buitenlandse Zaken Condoleezza Rice vanuit Tel Aviv aankondigde. Volgens Nazemroaya is dat Nieuwe Midden-Oosten niets anders is dan

© Reuters / Thaier Al-Sudani

de creatie van een ark van instabiliteit en “constructieve chaos” in de hele regio, van Libanon tot aan de grens met Afghanistan. Nazemroaya verwijst ook naar een kaart van dat Nieuwe MiddenOosten, zoals bedacht door de gepensioneerde Amerikaanse generaal Ralph Peters. Die deelde de regio op in mini-staatjes op basis van etnische, religieuze en sektarische kenmerken. Het opzettellijk aanwakkeren van conflicten tussen verschillende etnische, culturele en religieuze groepen is systematisch, schrijft Mahdi Darius Nazemroaya en maakt deel uit van een strategie om de belangen van de VS, GrootBrittannië en Israël te dienen.

sneeuwbaleffect Indien het open conflict tussen soennieten en sjiieten gebruikt wordt door regionale of mondiale grootmachten, dan kan dat natuurlijk alleen omdat er lokale realiteiten zijn of gecreëerd worden die dat mogelijk maken. Het sektarisme blijkt op het terrein een doeltreffend middel om de Arabische Lente een totaal andere richting op te sturen dan bedoeld was door de mensen die in opstand zijn gekomen. Het sektarische discours wordt door machthebbers gebruikt om protesten neer te slaan of om hun greep op te macht te legitimeren. De opstand voor democratie in Bahrein wordt door het regime herleid tot een opstand van een onderdrukte minderheid op basis van haar religieuze overtuiging. Dat discours verandert de burgers die rechtvaardigheid en waardigheid eisen in potentiële landverraders, die meer trouw zouden zijn aan de sjiitische geestelijken van Iran dan aan hun vaderland. In verband met

Het sektarisme blijkt op het terrein een doeltreffend middel om de Arabische Lente een totaal andere richting op te sturen dan bedoeld was door de mensen die in opstand zijn gekomen. Syrië beweren degenen die de hele realiteit door de lens van het sektarisme bekijken dat de bevolking –soennieten zijn er in de meerderheid– in opstand is gekomen omdat het regime in handen is van de alawieten, een sjiitische minderheid. De sektarische retoriek heeft een sneeuwbaleffect en leidt tot moorddadig geweld. Het aanwakkeren van sektarische conflicten is de gemakkelijkste manier om chaos te creëren. In een complex internationaal conflict zoals in Syrië –proxy war in het jargon– kunnen de gepolariseerde identiteiten bovendien kanonnenvlees leveren voor de strijdende partijen. Het lijkt dan ook niet toevallig dat twee bekende televiesiesjeiks zich net nu rechtstreeks in de politiek mengen en de snaar van sektarisme bespelen. Hun oproepen kwamen er op het moment dat men zich klaar maakte voor de bijeenkomst van “De vrienden van Syrië” in Doha (Qatar). De VS, Groot-Brittannië en Frankrijk bleken bereid wapens te leveren aan de Syrische oppositie om het militaire evenwicht in Syrië te herstellen. De onfortuinlijke Hassan Shehata die in het dorpje Zawyet Abu Msallem gelyncht werd, is in die grote strategische afwegingen niet meer dan collateral dammage. Als er al aandacht is voor het lot van de gewone mensen die opgezweept worden.

conflictschema De sektarische geschillen tussen soennieten en sjiieten hebben hun verre oorsprong in discussies over de opvolging van de profeet Mohammed. Het was dus zelfs in den beginne niet zozeer een theologisch conflict dan wel een strijd om de macht.

De voorstanders van een meer dynastieke opvolging van de profeet, de medestanders van Ali, de neef en zwager van Mohammed, ontwikkelden zich tot de sjiieten van vandaag. De voorstanders van een opvolger die gekozen moest worden door een raad van getrouwen, de meer democratische oplossing, lagen aan de basis van de hedendaagse soennieten. Die historische verschillen werden plots weer actueel en gepolitiseerd na de Iraanse revolutie in 1979, die door de leidende elites van Saoedi-Arabië en andere golfstaten als bedreigend ervaren werd. Iran werd ervan verdacht de revolutie te willen exporteren om zo de golfregio te controleren. Het sektarische element werd een propaganda- en mobilisatieargument in de oorlog tussen Iran en Irak (1980-1988). Maar het is pas met de Amerikaanse invasie in Irak dat de westerse opiniemakers zich voortdurend gingen bedienen van dit conflictschema om geweld in de regio te verklaren. De “sjiitische sikkel” is een dreigbeeld dat door het Westen en zijn bondgenoten in het Arabisch schiereiland met grote regelmaat en veel succes opgeroepen wordt. De sjiitische invloedsfeer wordt dan geschetst met het centrum in Iran, met de nieuwe bondgenoten in Bagdad en de oude partners in Damascus (Syrië) en met uitlopers in Libanon (met name daar waar Hezbollah het voor het zeggen heeft). Men “vergeet” dan dat het bondgenootschap tussen Iran en Syrië ouder is dan het sektarische discours wil doen geloven. Ook al tijdens de Koude Oorlog was de Arabische wereld opgedeeld in twee blokken, en dat had niets met sjiisme of soennisme te maken. Tot het progressieve blok

MOQ • september 2013 • www.mo.be

of “verzetsblok” behoorden Iran en Syrië maar ook Algerije en Libië, nochtans twee soennitische landen. Dit bondgenootschap was (en is) gebaseerd op politieke keuzes. Libië is intussen uit de alliantie weggevallen, maar Algerije probeert nog altijd trouw te blijven aan de vroegere bondgenoten. Algiers was daarom gekant tegen de uitsluiting van de regering van AlAssad uit de Arabische Liga.

de eisen van de arabische lente ‘Historisch was de Arabische wereld de plek waar culturen en etnische groepen elkaar ontmoetten. Daarom blijven ontmoeting en vermenging ook vandaag aanwezig, al was het maar als oproep en uitdaging’, zei de Nigeriaanse kustcurator Okwui Enwezor in een interview met MO*. Intern zijn er de jongste jaren veel krachten die deze vermenging afwijzen, en de wereld rondom ziet of erkent de grote etnische, culturele en religieuze verscheidenheid in de Arabische wereld niet maar focust liever op de reële of veronderstelde tweedeling op basis van sektarische verschillen. Het idee van kleinere en homogenere Arabische staten dat door Angelsaksische denktanks gelanceerd is, gaat in tegen het nationalisme van de meeste Arabische volkeren. Zij vinden de huidige grenzen inderdaad kunstmatig, maar zijn absoluut geen vragende partij voor méér grenzen en meer verdeeldheid. In Egypte is de sektarische retoriek ten opzichte van de sjiieten stopgezet of op zijn minst geluwd sinds de afzetting van Morsi. In de plaats daarvan hebben prominente mediafiguren zich gekeerd tegen Syriërs en Palestijnen, die ervan beschuldigd worden de moslimbroeders te steunen. De verdeeldheid in de Arabische wereld heeft ten gronde meer met sociale klasse te maken dan met etnische of religieuze motieven. De oplossing ligt dan ook in een democratisch politiek systeem en in het respecteren van mensenrechten. Dat zijn niet toevallig de centrale eisen van de Arabische Lente.

Q

41


in beeld

beeld Yel Ratajczak tekst Tine Danckaers

Creatief met Vlaanderen ???? ❱

‘Nieuw aangekomen kunstenaars zijn, met de nodige hulp, in staat om grotere dingen te doen’, zegt Els Rochette van Globe Aroma. xxxxx Alleen lopen nietBelgen vast op Vlaamse normen en op de gangbare vormentaal in cultuurhuizen. Gevolg: cultuurverschillen worden te snel als een extra lastenpost in rekening gebracht en te weinig als interessante kruisbestuiving gezien. Het bovenstaande verscheen eind januari al eens in MO*, in het artikel Kleur in de Vlaamse klei. Fotografe Yel Ratajczak nam de handschoen op en maakte een opvallende reeks portretten van die “nieuw aangekomen kunstenaars”. De foto’s zijn te zien in Oostende en verschijnen ook in boekvorm. MO* publiceert vast al het portret van Goelzjamilja Angarova. Wat voorafging aan haar verblijf in België vindt ze onvolkomen, niet vatbaar voor publicatie. Dat was een kromme tijd, die nog even doorliep toen Goelzjamilja Angarova (56) in België verbleef zonder papieren en zonder het recht te werken. ‘Ik wil het vooral hebben over dat wat me overeind hield: schilderen.’ Zoals vele kleine meisjes droomde de Oeigoerse in haar kinderjaren in Kazachstan ervan beroemd te worden, als het even kon in de schone kunsten. Haar pad ging een andere richting uit. In Kazachstan was kunst bedrijven niet voor vrouwen weggelegd. Bovendien hadden haar ouders het geld niet om een studie te betalen en dus ging ze op haar zeventiende werken. Twintig jaar lang werkte ze in de Kazachse luchthaven. Tot ze samen met haar zus haar geboorteland ontvluchtte en in 2000 in België terechtkwam. Nadat ze Nederlandse les had gevolgd, ging ze hier doen wat ze in eigen land niet kon: het beoefenen van de beeldende kunstambachten. ‘Aanvankelijk meer uit frustratie, om de tijd te doden. Ik moest iets doen om mijn dagen te vullen.’ Het begon in de huiskamer, met lessen van een zekere Bob Ross, een Amerikaanse landschapsschilder die de wereld leerde schilderen via de beeldbuis. ‘Toen ik zag dat het me wel aardig afging, schreef ik me in voor ontwerptekenen en illustratietechnieken aan de Gentse academie. En ik studeerde er af.’ ‘Iedereen kan schilderen. Het is kwestie van willen en oefenen. Je moet de techniek beheersen en van materialen houden. Ik hou enorm van olieverf omdat het permanent is en je er toch verder op kan bouwen’, vertelt Goelzjamilja, terwijl ze haar collectie schilderijen bovenhaalt. ‘Als ik teken of schilder, ben ik weg. Niet in mijn fantasie maar écht. Het is met schilderen zoals met wandelen in de natuur: ik ga op zoek naar schoonheid, puurheid. Dan komt mijn geest tot rust.’ ‘Mijn droom leek al voorbij toen ik jong was. Maar ik heb geleerd dat niet je leeftijd bepalend is, maar wel dat wat je in je diepste binnen echt wilt.’

© Yel Ratajczak

Het portret van Goelzjamilja Angarova maakt deel uit van de fototentoonstelling planet ARTh van fotografe Yel Ratajczak. Van 8 september tot 27 oktober op vrijdag, zaterdag en zondag te zien in Fotografiehuis Yvon Poncelet, Jules Peurquaertstraat 82, Oostende. www.yvon.be

42

MOQ • ?????????????????? • www.mo.be

MOQ • ?????????????????? • www.mo.be

43


PORTRET mensen & verhalen

© Olivia Rutazibwa

‘ Het is een mooie ervaring om voor iemand te leven’

Wyclef Jean

‘Als ze iemand wilden die heel eventjes kwam optreden hadden ze 50 Cent maar moeten uitnodigen!’ schreeuwde hij op het podium van Couleur Café. Wyclef Jean, voormalig frontman van de legendarische Fugees, lokte eind juni ook zonder zijn voormaige bandleden Lauryn Hill en Pras Michel in de gietende Belgische regen een massa naar de betonnen Brusselse festivalweide. Een gesprek met de muzikant, producer, acteur, auteur, hulpverlener en aspirant-politicus.

Wyclef Jean

door Olivia Rutazibwa

© Olivia Rutazibwa

Wyclef Jean op Couleur Café 2013. Explosief concert, met een missie.

Onvermoeibaar is het woord dat opkomt bij wie Wyclef in actie ziet. De entertainer in hart en nieren had er moeite mee dat hij helemaal naar België was gehaald om slechts een uurtje te spelen. Het zette geen rem op zijn explosieve energie, die hij ononderbroken op zijn publiek losliet. Naar het einde van het concert toe wierp hij zich onversaagd in de massa en dook na een worstelpartijtje tussen zijn lijfwachten en vastberaden fans die hem kost wat kost wilden aanraken ongehavend hoog in de stellingen aan de andere kant van het publiek op om door te gaan met zijn nummer. Alsof hij nooit was opgehouden. Wyclef heeft een missie. Hij heeft de energie van iemand die begrijpt dat er te weinig uren in een dag zijn. ‘Elke dag herinner ik mezelf eraan dat het leven erg kort is. Na enkele seconden is het alweer voorbij’, schetst hij zijn positie in het leven. ‘Er zijn 24 uur in een dag, en de vraag die ik me steeds stel is: wat is mijn bijdrage vandaag? Wanneer ik wakker word heb ik ongeveer twaalf uur om een indruk na te laten. Ik denk dan niet in termen van: “Nu ga ik een nummer in

elkaar zetten” of “Ik kom straks op tv”, maar aan manieren om een bijdrage te leveren aan de mensheid.’ Anders dan in het echte leven gaat er van zijn lijzige stem door de telefoon absolute rust uit. Hij mag dan op het podium en in zijn bijtende hiphopteksten een clown en entertainer zijn, in feite neemt hij zijn taak in het leven heel serieus. Dat spreekt uit elk van zijn weloverwogen antwoorden, maar ook uit zijn autobiografie die in 2012 uitkwam en de titel Purpose: An Immigrant’s Story kreeg. ‘Het is niet gemakkelijk, soms zou ik graag op een andere manier in het leven staan, want het bezorgt mijn hersens een hoop stress’, zegt hij toch met een zekere dosis zelfspot. ‘Soms vergeet ik zelfs om gewoon plezier te hebben’, lacht hij. Het feit dat hij een groot deel van zijn hiphopcarrière opbouwde onder het afkeurend oog van zijn vader, en lang ook zonder diens medeweten, droeg allicht bij aan de gedrevenheid waarmee hij te werk gaat. In Purpose schildert hij een veellagig canvas van zijn relatie met zijn vader. Gesner Jean was een strenge gelovige man, een protestantse dominee, die hen voorging in de ❱

MOQ • september 2013 • www.mo.be

45


PORTRET mensen & verhalen

ook zijn vrouw liet overkomen, bleven Wyclef en zijn broer alleen achter bij hun grootmoeder. Dat duurde zo lang dat Wyclef uiteindelijk twijfelde of hij wel ouders had. In tussentijd kregen zijn ouders een kind op Amerikaanse bodem, waarna het mogelijk werd om Wyclef, die intussen al tien was, en zijn broer Sam naar de VS te halen.

haïtianen meppen Wyclef Jean doorspekt de verhalen over zijn kinderjaren in een klein dorp in Haïti met meeslepend magisch realisme. Over zijn geboorte vertelt hij dat die zo moeizaam verliep dat zijn vader psalm 23 uit de Bijbel scheurde, oploste in een vloeistof en aan zijn moeder te drinken gaf om het geboorteproces te versnellen. ‘Mijn vader gaf me de gave van het woord nog voor ik mijn moeders schoot verliet’, schrijft hij daarover. Eenmaal in de VS wordt het leven van de arme Jeans er niet veel makkelijker op. Tussen opeenvolgende verhuizingen van de Bronx in New York naar het naburige New Jersey, ondervinden Wyclef en zijn broers en zus aan den lijve de hardheid van het migrantenbestaan in de achtergestelde wijken. De spanningen speelden zich op de speelplaats niet zozeer af tussen blank en zwart, maar meer tussen de recent gearriveerde Haïtianen en de AfroAmerikanen. Zo was er één keer per jaar Haïti-dag, waarop de jacht op de Haïtianen geopend werd en de andere kinderen hen naar hartenlust in elkaar mochten slaan. Wyclef komt ietwat ruiger uit deze ervaringen, en schurkt af en toe dicht aan tegen de kleine criminaliteit. Tegelijk kan hij rekenen op ouders en een grootmoeder die met ijzeren hand hun kinderen op het rechte pad proberen te houden. Centraal in die opvoeding staat de kerk van zijn vader, die zowel zijn liefde voor muziek heeft gevoed als een pijnlijke wig tussen hen dreef, omdat zijn vader het niet begrepen had op goddelo-

46

‘Stel je bouwt een schooltje zonder ventilatie, waar honderden kinderen samen moeten zitten, en je zet er ook nog een computer in, dan heb je in feite geen school gebouwd. Je hebt de façade van een school gebouwd, om zelf goed voor de dag te komen.’ ze muziek. Voor vader Jean bestond er geen twijfel aan dat rap en hiphop onder die categorie vielen, terwijl het voor Wyclef dé kunstvorm werd waarmee hij op school uiteindelijk enig respect kon afdwingen voor zichzelf en de zijnen. Hij leerde via deze weg zijn mede-Fugees kennen en aan het einde van de jaren negentig rees hun ster tot grote hoogte, in de hiphopwereld en ver daarbuiten, met hun meesterplaat The Score. Het Fugeesverhaal bleef echter niet duren. In Purpose doet Wyclef gedetailleerd uit de doeken hoe zijn buitenechtelijke, haast transcendentale relatie met Lauryn Hill hen uiteindelijk als groep de das omdeed.

uit het getto Sindsdien heeft Wyclef Jean een solide solocarrière uitgebouwd, die opmerkelijk genoeg allesbehalve een eenmansonderneming is. De lijst van artiesten met wie hij intussen heeft samengewerkt is eindeloos en gaat van Santana, Whitney Houston, Shakira, Timbaland, Lil’Wayne tot Youssou N’Dour, Kenny Rogers en Mary J. Blige, om er maar enkele te noemen. Die liefde voor samenwerken schrijft hij direct toe aan zijn vaders kerkverleden. ‘Mijn eerste passie was muziek schrijven en het koor laten zingen. Ik hou van componeren, ik hou van zangers en ik hou van interessante mensen’, vertelt hij. Daardoor mikt hij niet altijd op de bekendste mensen voor samenwerkingsverbanden, maar zoekt hij opkomend talent op dat volgens hem iets brengt dat gehoord dient te worden. Als ik hem vraag wat hem het meest hoop-

MOQ • september 2013 • www.mo.be

vol stemt in zijn tweede vaderland, moet hij niet erg lang nadenken. Als migrantenzoon die het uiteindelijk meer dan gemaakt heeft, komt hij uit op een versie van de American Dream: ‘Kansen en ondernemerschap zijn wat mij betreft het meest hoopgevende aan de VS’, vindt Wyclef. ‘Je kan uit het getto komen, toch krijg je kansen om het te maken.’ Het verontrustendste vindt hij het geweld dat overal in de Amerikaanse samenleving om zich heen lijkt te grijpen: schietpartijen waar kinderen bij betrokken zijn, iemand die wachtend op de metro op de sporen wordt geduwd, of politiegeweld tegen AfroAmerikanen en migranten. Aan dat laatste wijdde hij een lied, Diallo, over een Afrikaanse man in New York die met 41 politiekogels werd doorzeefd toen hij naar zijn portefeuille greep. Aan het rijtje van Amerikaanse zwakheden voegt hij er daarom nog eentje toe: ‘Ik zou ook willen dat mijn land zijn ogen zou openen voor wat er in de hele wereld gebeurt. Wij denken hier dat Amerika de hele wereld is. Het zou goed zijn als we wisten hoe we de wereld beter kunnen helpen’, droomt Wyclef. ‘Ik bedoel echt helpen.’

foon wanneer ik hem vertel dat ik uit Rwanda kom. Dichter bij huis laat hij geen kans onbenut om zijn geboorteland Haïti onder de aandacht te brengen. ‘Wanneer mensen als Snoop Dogg of Bob Marley constant zingen over de plek waar ze vandaan komen, dan zet dat mensen ertoe aan om Los Angeles of Kingston te ontdekken. Precies zo wil ik ook dat mensen naar Haïti komen om het met hun eigen ogen te ontdekken. Telkens als ik Haïti zeg, denk ik nooit specifiek aan een eiland in de Caraïben. Ik wil een boodschap de wereld insturen over het feit dat het in 1804 de eerste vrije zwarte staat van de wereld was. Ik wil dat Europa zich dat herinnert, maar ook Afrika, dat Haïti een plek is waar haar zonen en dochters naartoe gesleept waren, maar die nooit voor iemand door de

knieën is gegaan.’ Niet dat dat niet vaak genoeg bijna wél het geval was. Uit de eerste pagina’s van Wyclefs boek spreekt de grote radeloosheid die hem overspoelt naar aanleiding van de aardbeving in 2010, die meer dan 200.000mensen het leven kostte. Hij neemt hals over kop met zijn vrouw het vliegtuig, om ter plaatse al was het maar iéts te doen. Zijn pogingen via de organisatie Yelé Haïti, die hij al ver voor de aardbeving had opgericht, alsook zijn gooi naar het presidentschap van zijn geboorteland, brachten hem echter in opspraak.

progressieve hulp Niettemin heeft Wyclef, het falen van de internationale gemeenschap in Haïti in het achterhoofd, een duidelijke visie op hoe hulp er zou moeten uitzien. ‘Ik ben

‘Ik zou willen dat Amerika zijn ogen zou openen voor de rest van de wereld. Wij denken hier dat Amerika de hele wereld is. Het zou goed zijn als we wisten hoe we de wereld beter kunnen helpen.’

eerste vrije zwarte staat Ook hier probeert hij als gevierd artiest zijn steentje bij te dragen. Hij schreef het aftitelingsnummer One Million Voices voor de film Hotel Rwanda, die het verhaal van de Rwandese genocide naar een groot internationaal publiek bracht. ‘They said: “Many are called and few are chosen”, but I wish some wasn’t chosen for the blood spilling of Rwanda’, zingt hij spontaan door de tele-

© Reuters / Sebastien Pierlet

❱ migratie uit Haïti. Toen hij kort daarop

‘Er zijn 24 uur in een dag. De vraag die ik me steeds stel, is: Wat is mijn bijdrage vandaag?’

MOQ • september 2013 • www.mo.be

een student van Fela Kuti. Die stond vaak kritisch tegenover hulp, omdat die landen vaak meer slecht dan goed doet. Ik ben niet tegen hulp, maar het is belangrijk dat die progressief is. Dat betekent niet ergens voor een jaar of 20, 25 je tenten opslaan en zakken rijst uitdelen.’ ‘Stel dat je een schooltje wilt bouwen, en je zet een gebouw neer zonder ventilatie, waar honderden kinderen samen moeten zitten, en je zet er ook nog een computer in, dan heb je in feite geen school gebouwd. Je hebt de façade van een school gebouwd, om zelf goed voor de dag te komen. Het is belangrijk om ook de context mee te nemen in wat je doet. Als je een school hebt, maar de kinderen zijn uitgehongerd, dan haalt het niets uit, want ze zullen niet in staat zijn om te studeren. Als er geen aandacht is voor progressieve hulp, dan is het net als geld uit de hemel laten regenen. Dat geld is verdwenen tegen dat het de grond bereikt.’ Aspirant-politicus en ambassadeur voor zijn geboorteland en migranten wereldwijd, gitaarvirtuoos, producer, zanger, componist, auteur en occasioneel ook acteur in Amerikaanse series of films – ik vraag hem welke van al die kunstvormen en activiteiten hem uiteindelijk de grootste voldoening schenkt. Ook daar hoeft hij niet lang over na te denken. ‘Op dit ogenblik in mijn leven is dat mijn achtjarige dochter. Telkens als ik de kans heb om tijd met haar door te brengen, maakt het niet uit waarover we het hebben, muziek of andere dingen. Al haar kunstwerkjes hangen aan de muur in mijn studio. Ze denkt dat ze cooler is dan ik, leert me zwemmen en toont me constant dingen op het internet. “Papa, je moet een nummer maken met deze hippe vogel”, zegt ze dan.’ Na een leven van getalenteerd opklimmen, waarin hij van wereldomspannend succes heeft geproefd, komt het uiteindelijk hierop neer voor de ex-Fugee: ‘Het is een mooie ervaring om voor iemand te leven.’

Q

47


REPORTAGE mensen en verhalen

Vakantiescholen voor nieuwkomers Terwijl Alice Coopers School’s out for summer uit de boxen knalde, brachten nieuwkomers in Antwerpen en Brussel hun vakantie door op school. Hun doel: inburgeren tijdens de lange zomermaanden om iets vlotter het schooljaar te kunnen starten.

© Geertje De Wageneer

Zomerburgeraars door Tine Danckaers

48

‘Dit zijn de wàt van Ayatulah?’ – ‘Handen!’, roepen twintig kinderen enthousiast, een momentopname die zo uit een deugdelijke Vlaamse film lijkt weggeknipt. De zevenjarigen van de blauwe klas ontleden vandaag het papieren lichaam van hun klasgenootje. Ze leren dat Ayatulah ‘klein’ is maar wel een ‘grote’ naam heeft. Ze leren dat de mensenhuid wel vijftig tinten ‘bruin’ kan hebben. In de zomerschool passeren nogal wat thema’s en bezoekers de revue. Verkeer en veiligheid was vorige week het thema, nu is dat het lichaam, volgende week mode. Telkens met een flinke portie Antwerpse leven-zoals-het-is-tips en

MOQ • september 2013 • www.mo.be

sociale codes erbij. Een tandarts vertelt de kinderen hoe ze hun tanden correct kunnen poetsen, maar ze leren er ook ropeskipping (acrobatisch touwtjespringen) met sportvereniging Jespo en ze maken kennis met de Antwerpse politie –die veel vriendelijker is dan wat ze in hun thuisland gewoon zijn. ‘Verder heb je ook nog de museumprojecten’, zegt Inez Van de Leest, een van de twee coördinatoren. ‘De kinderen leerden in het Rockoxhuis heel goed kijken en de

© Geertje De Wageneer

© Geertje De Wageneer

© Geertje De Wageneer

Een warme, grijzende ochtend tussen alle zonnige dagen door. In de Lange Ridderstraat, bij het Sint-Andriesplein, weerkaatsen de kindergeluiden van de huisgevels. Op de speelplaats van de Antwerpse basisschool Musica spelen kinderen de vroege ochtend uit hun lijf, snel nog, voor de bel gaat. ‘1-2-3, spring!’ ordonneert het meisje naar boven, tegen de jongen die een flink stuk groter is dan zij. Hij probeert, maar het springtouw stokt. Zijn schouders gaan even omhoog, zij draait met haar ogen. Het tellen begint opnieuw, ook nu weer in het Nederlands, de taal die ze beiden verstaan. Hij springt en zij draait, een perfecte match. Tijdens het belsignaal duwen ouders hun niptkomers nog net op tijd naar binnen. Daarna gaat de poort onherroepelijk dicht. Ook in de vakantie geldt de schoolklok als een belangrijk ankerpunt. De Antwerpse zomerschool voor nieuwkomers tussen zes en twaalf jaar –een organisatie volledig door vrijwilligers gedragen– vindt voor de veertiende keer plaats. 127 kinderen, samen goed voor 43 nationaliteiten, leren zes weken lang, elke weekdag van negen tot twaalf, spelenderwijs Nederlands. Voorwaarden voor de inschrijving: nog geen jaar in België zijn, maximaal één semester in het Nederlands les hebben gevolgd, en bereid zijn de volledige periode naar school te komen.

woorden gebruiken die ze de weken daarvoor geleerd hadden over lichaam, kleding, gevoelens en dieren. Ze maakten een portret van zichzelf, drukten dat in het Museum Plantin-Moretus, liepen in stoet door het MAS.’

zingen in een bad van nederlands Wanneer de warmte de aandacht van sommige klasgenootjes toch wat afleidt, wordt

MOQ • september 2013 • www.mo.be

een zangmoment ingelast. Muziek is een sleutelelement in het taalbad dat ze hier krijgen. Het werkt: de zomerscholiertjes die even later repeteren voor het toonmoment voor de ouders straks, zingen duidelijk met goesting en in verbazend mooi Nederlands. ‘De teksten worden speciaal geschreven voor onze zomerschool, op maat van anderstalige kinderen en van de thema’s’, zegt medecoördinator Christiane Hozay. De liedjesschrijvers, Veronica Joris en Joost Gils, ❱

49


geven ook zes weken zang- en muziekles. Joris doet dit al de tiende keer, voor Gils is het de derde keer. ‘Je krijgt zoveel terug en met muziek bereik je heel veel kinderen. Het is een taal die iedereen snapt’, zeggen beiden. ‘In kunstbeleving zit de kwaliteit van de kunst zelf: kinderen leren hier de taal zonder dat ze het beseffen. Elk jaar staan we versteld hoe kinderen die hier als een gesloten boekje binnenstappen, open bloeien en die taal via het ritme en de

INBURGERINGSPROGRAMMA MASIR AVENIR Samen met het Brussels onthaalbureau voor inburgering onderzocht Floor Verhaeghe (UGent) in 2012 wat het programma Masir Avenir betekende voor de deelnemers. Haar voornaamste conclusies: ✌ ‘Jongeren vinden het belangrijk dat ze de taalvaardigheid die ze tijdens hun verblijf in de OKAN-klassen leerden, in de zomermaanden kunnen onderhouden en bijschaven. Regelmatig kwam ook de verzuchting naar nog meer taalles. Niet alleen Nederlands maar ook het Frans staat op het verlanglijstje. Logisch, gezien de Brusselse tweetalige context.’ ✌ ‘Deelnemers vinden, naast leren, de sociale en emotionele ondersteuning en de individuele begeleiding minstens even belangrijk. Masir Avenir is een kans om sociale contacten te leggen in een land dat ze nog niet goed kennen en waar ze nog geen sociaal netwerk hebben.’ ✌ ‘Jongeren genieten ervan dat ze nieuwe ervaringen opdoen: een weekend naar zee, leren fietsen, een bezoek aan het parlement, de theaterklas, koken, ICT en multimedia.’ ✌ ‘Ondanks de niveauverschillen tussen sterke en zwakke leerlingen, waren de meesten zeer enthousiast, juist omdat het aanbod zo divers is. De weinige jongeren die afhaakten, deden dat uit praktische noodzaak, omdat ze een studentenbaan hadden, of omdat ze naar een ander opvangcentrum, weg uit Brussel, verhuisden.’ ✌ ‘Ook de jongeren die een negatieve beslissing over hun verblijfssituatie in België kregen tijdens het zomerproject, waren positief. Ze voelden zich heel erg gesteund, waren blij dat ze hun emoties konden ventileren, bijgestaan door de trajectbegeleiders.’ (td)

50

klank van muziek toch opnemen.’ Wat ooit begon met een groep van ongeveer dertig vrijwilligers en vijftig kinderen, is uitgegroeid tot een vast begrip in Antwerpen. Vandaag offeren meer dan zestig vrijwilligers, jong en oud, minstens een week vakantie op voor de zomerschool. Het is vandaag een geoliede machine, die samenwerkt met tal van Antwerpse organisaties, stadsdiensten en instituten, musea, basisscholen en lerarenopleidingen. Aanvankelijk ging het louter om een zomerproject, maar inmiddels is er ook opvolging tijdens het schooljaar: projecten rond taalondersteuning en voorlezen aan huis, cultuurparticipatie via HETPALEIS, een kinderkoor… ‘Alles is taal’, zo luidt het motto van Marleen Van Ouytsel, bezielster van de zomerschool en drijvende kracht achter de vrijwilligersorganisatie Meters&Peters die het project draagt. Dertien jaar geleden stelde ze vast dat honderden anderstalige kinderen, vooral de nieuwkomers, niet ingeschreven geraakten in het Antwerpse basisonderwijs. Dat is vandaag anders, maar de nood aan de zomerschool blijft. ‘De vakantieperiode is ideaal om deze kinderen een extra taalbad te geven en hun Nederlands op te poetsen. Ik wil niet meteen spreken over “zomerverlies” want het gaat sowieso om nieuwkomers, maar kinderen worden op deze manier veel beter voorbereid op het komende schooljaar.’ ‘We willen dat kinderen hier drie dingen leren’, zegt Van Ouytsel. ‘De taal die ze straks in de klas zo nodig zullen hebben om te kunnen volgen, zelfvertrouwen en de Belgische sociale vaardigheden en omgangsnormen. We gaan met de kinderen ook op zoek naar hun talenten, vanuit het universele idee dat niemand ervan verstoken is.’

MOQ • september 2013 • www.mo.be

Ondanks de grote verschillen tussen de kinderen werkt het principe van de sociale mix, zegt Van Ouytsel. ‘Hier zitten 43 nationaliteiten samen, elk kind met een eigen verhaal en achtergrond. Sommige kinderen waren in hun thuisland primus op school, anderen komen uit kwalitatief minder goed onderwijs. Sommigen zijn asielzoeker, anderen kwamen naar België omdat een van hun ouders hier een hoge functie aangeboden kreeg. Die verschillen vervagen omdat iedereen hier in hetzelfde schuitje zit: als nieuwkomertje in een nieuw verhaal met een nieuwe taal.’ Of er soms cultuurclashes zijn? ‘Wanneer ouders hun zoon komen inschrijven, vragen we hen of ze ook een dochter hebben die in aanmerking komt. En als dat zo is, willen we dat die ook meekomt. Ouders moeten daarin meegaan. Wie dat niet doet, sturen we huiswaarts, met de zoon. Dat lijkt hard, maar ons motto is dat jongens en meisjes gelijke kansen moeten krijgen.’ Problemen komen zeker wel eens voor, zegt Van Ouytsel. ‘Maar dat is zeer marginaal in vergelijking met de zichtbare resultaten die de grote groep bereikt op het einde van de periode. Geregeld horen we ook van onderwijzers dat de nieuwkomertjes in hun klas die de zomerschool hebben gevolgd een streepje voor hebben.’

zinvol brusselen Een woensdagnamiddag in juli, de zon maakt de lucht massief en loom. Molenbeek, niet ver van metrohalte Graaf van Vlaanderen. Op de zolder van jongerenlabo JES maken vijftien jongeren zich klaar voor hun wekelijkse theaterworkshop. Vandaag gaan ze aan de slag met een paar teksten van eigen hand. ‘Helaas moeten we kiezen en komt dus niet ieders tekst aan bod. Kill your darlings, weet

je wel’, verontschuldigt begeleidster Els Candaele zich. Ze praat langzaam, luid en duidelijk. Thomas, die voor de gelegenheid Nederlands-Engels tolkt, kijkt haar aarzelend aan wanneer naar de precieze betekenis van die uitdrukking wordt gevraagd. Opdracht volbracht: hier wordt –via theater– over taal gepraat. Ook in deze zomerschool voor anderstaligen zit het aspect taal vervat in de praktijk. De jongeren die deelnemen aan het inburgeringsprogramma Masir Avenir krijgen het Nederlands niet alleen aangereikt in de taalklas maar ook in de andere lessen. Een hele zomer lang, gedurende vier namiddagen in de week, volgen zestig 16- en 17-jarige nieuwkomers een inburgeringstraject op hun maat, onder de vleugels van het Brussels onthaalbureau voor inburgering (bon). Ze volgen taallessen en maatschappelijke oriëntatie, aangevuld met allerhande activiteiten en workshops koken, multimedia en theater –in samenwerking met JES vzw. ‘Voor jongeren van die leeftijd die hier pas aankomen, bestaat geen inburgeringstraject. Dat kan pas als ze achttien zijn’, zegt projectverantwoordelijke Sofie De Dobbeleer. ‘Maar ook deze leeftijdsgroep heeft uiteraard nood aan informatie over het nieuwe land waar ze wonen: zowel over België als over de dingen des levens, zoals huisvesting, sociale omgangsnormen, onderwijs, vrije tijd, werk en gezondheid.’

goesting naar meer ‘Ik wil het maximum leren’, zegt de Afghaanse Saeeda. Zeven maanden is ze nu in België. ‘Ik wil meer weten over België,

hoe de politieke machine hier werkt, waarom Brussel tweetalig is. Het bezoek aan het parlement vond ik echt heel interessant.’ Haar landgenoot Feda, inmiddels een jaar in België, vond koken en de sportactiviteiten dan weer leuker. Voor de Ghanese Gertrude, Emanuelle en Rita mogen er gerust nog wat meer lessen worden gegeven. Dat geldt ook voor de OKAN-klas, waar ze voor de vakantie waren beland. Daar mag er best wat meer discipline zijn, vinden ze. ‘In Ghana tijdens de les met je haar bezig zijn of een gsm mee naar school brengen? Geen sprake van. Hier kan dat wel en is de verleiding om niet op te letten groter.’ Tijdens de lange Belgische zomervakantie vallen jongeren vaak terug op een zee van vrije tijd die hen weinig tot geen zinvolle invulling biedt. ‘Het vakantie-aanbod voor deze leeftijdsgroep is enorm beperkt, en een deel van hen woont in een opvangcentrum of in een klein appartement zonder tuin’, zegt De Dobbeleer. ‘Ze zijn bereid om zich twee maanden te engageren, want ze vinden het een manier om hun zomer toch zinvol door te brengen. Dat blijkt ook uit onderzoek dat we vorig jaar samen met de universiteit van Gent hebben gedaan.’ (zie kader)

en route Anderstalige nieuwkomers verliezen er soms letterlijk het noorden of zuiden bij. Ze moeten in dit nieuwe thuisland terug naar start. Ze moeten zichzelf een stukje heruitvinden, zegt trajectbegeleider Awet Desta Aregawi. ‘Die jongeren komen hier allemaal toe met een eigen verhaal en vinden hier leeftijdsgenoten in dezelfde situatie. Dat biedt hou-

MOQ • september 2013 • www.mo.be

© Geertje De Wageneer

❱ beiden professionele muzikanten,

© Geertje De Wageneer

REPORTAGE

vast, net zoals het werken rond competenties. We zien jongeren echt groeien, een weg inslaan. Sommigen komen in het begin heel passief of gelaten over maar blijken dan echte plantrekkers en hulpvaardige personen te zijn. Saeeda van onze groep kwam aanvankelijk introvert over maar toont zich nu in de groep als een meisje met een duidelijke mening en een open houding.’ De Ghanese Thomas woont in een centrum voor niet-begeleide minderjarigen, waar hij de lange zomerperiode niet wilde slijten met nietsdoen. ‘Naar school gaan betekent veel voor me. In Ghana kreeg ik die kans niet.’ Masir Avenir is veel meer dan een Nederlands taalbad, bevestigt Thomas. ‘Ik leer mezelf echt wel beter kennen, heb hier geleerd dat ik wel wat in mijn mars heb. Niemand vertelde me dat vroeger, ik was altijd alleen. Ik was bang om iets te zeggen, vreesde dat het een fout antwoord zou zijn. Dat heb ik hier echt leren overwinnen.’ Masir Avenir sluit de harde realiteit niet buiten. Thomas’ asielaanvraag werd niet weerhouden, wat betekent dat hij het einde van het zomertraject misschien niet haalt. ‘Niemand ontsnapt hier aan zijn eigen levensverhaal’, zegt Thijs Van de Loo, die de theaterworkshop geeft. ‘Iemand als Thomas is een kerel met enorm veel potentieel. Dat hij het land misschien uit moet, is heel jammer voor hem. Maar ik kan me daar hier en nu niet druk om maken. Ik vind het heel belangrijk dat zo iemand hier te weten komt dat hij iets kan en dat hij daar kracht uit kan putten. En dus blijven we verder aan de slag met elkaar.’

Q

51


ESSAY mensen en verhalen

Rivonia Nkandla

Road trip door Zuid-Afrika

Paarl

In Mandela se voetspore

door Stefaan Anrys

‘Vlamingen gaan heus geen duizenden euro’s neertellen om iets over een held te leren,’ zegt Johan Beke van VIZA, het Vlaams Instituut voor Zuidelijk Afrika, ‘zonder ook een bezoek te willen brengen aan de leeuwen in het Krugerpark of de walvissen in Houtbaai.’ Johan heeft al vaker reizen naar Zuid-Afrika georganiseerd, in samenwerking met een lokaal reisbureau. Vanaf 2014mag iedereen in Vlaanderen trouwens een groepsreis organiseren. Want dan is de vergunningsplicht helemaal afgeschaft. ‘Weet je? Ik zal vragen aan mijn reisbureau dat ze een voorstel op papier zetten, iets als in Mandela se voetspore.’ Johan is Vlaming, maar spreekt ook Afrikaans, net als Nelson Mandela trouwens. Afrikaans is vandaag een van de elf officiële talen in Zuid-Afrika en wordt daar vooral door blanken en bruinmense of coloureds gesproken. Het was echter ook de voertaal van de Nasionale Party (NP) die vorige eeuw de “gescheiden ontwikkeling” van blanken en nieblankes voorstond. Die zogenaamde apartheid werd door de NP in 1948 uitgeroepen tot een racistische staatsideologie. Die kaffer op sy plek. Een zwarte kon zijn township en zijn thuisland of bantoestan niet meer uit, tenzij op vertoning van een pasje en dan meestal alleen nog om te gaan ploeteren als dienstmeid van een blanke baas of als goedkope werkkracht in een diepe mijnschacht of op een grote boerderij. Tegen de in feite al eeuwenoude discriminatie van Zuid-Afrikaanse inboorlinge zou Nelson Mandela vechten, en met succes.

52

Drakensbergen, de Tafelberg) wisselen af met plaatsen die ik herken uit Mandela’s autobiografie De lange weg naar de vrijheid, in het Nederlands bij uitgeverij Atlas/Contact. In zijn geboortestreek Transkei zijn dat Mvezo, die dorpie waar Mandela gebore is, Qunu, waar hy ’n beeswagter was – een herdersjongen– en Mqhekezweni, waar hij onder voogdij kwam van Thembu-chef en koning-regent Jongintaba en opgroeide met diens zoon Justice. Madiba was voorbestemd om raadgever te worden van de troonopvolger, tot Justice en hij de benen namen richting Johannesburg, op de vlucht voor een gearrangeerd huwelijk dat ze niet zagen zitten. In Johannesburg begint de jonge Nelson Mandela samen met Oliver Tambo een advocatenkantoor en zal hij het ANC nieuw leven inblazen, dat sinds de oprichting in 1912 een beetje was ingedommeld. Voor de Uniegebouwen in Pretoria, waar die kantore van die Staatspresident gehuisves is, zal Mandela op 10mei 1994 de eed afleggen als nieuwe president. ‘Nooit, nooit en nooit weer zal dit prachtige land de onderdrukking van de een door de ander meemaken.’ Mandela is een icoon geworden en Zuid-Afrika niet langer de paria van de wereld. Maar ook KwaZulu-Natal, de provincie van huidig president Jacob Zuma, staat op de acht velletjes die uit de printer rollen. In Howick, op 100km van Durban, stad van de Sharks, staat het mooiste Mandela-monument van heel Zuid-Afrika. Op 5 augustus 1962 is Nelson Mandela in hegtenis geneem in Howick. Dit het gelei tot die Rivonia Verhoor en sy skuldigbevinding. In Howick eindigt dit jaar ook de tweede Mandela Day Marathon. Natuurlijk ontbreekt ook Robbeneiland niet, noch Pollsmoor, de bedompte gevangenis waar hij tbc opliep, noch Victor Verster bij Paarl, waar hij op 11 februari 1990 vrijkomt, na 27jaar en 7 maanden hechtenis. ❱

MOQ • september 2013 • www.mo.be

Robbeneiland

Orlando

Pretoria Qunu

Howick

Soweto

Johannesburg Mvezo

Durban

Kaapstad

© Klaas Verplancke

Ik wil terug naar Zuid-Afrika. Om voor mezelf uit te maken wat Nelson Mandela heeft betekend. En omdat ik nooit zijn huis, geboortedorp of schuiloorden heb gezien. nooit, nooit en nooit weer Misschien neem ik wel toeristen We schrijven 10 juni 2013 en Madiba – zoals Mandela’s clannaam luidt – ligt al twee dagen met een longinfectie in het Medi-Clinic mee. In het spoor van Nelson Heart Hospital in Pretoria. Uit mijn printer schokt het reisproMandela. Zou dat niet aanslaan? gramma dat Johan beloofde. Toeristische toppers (Tsitsikamma,

Tafelberg

Mqhekezweni

MOQ • september 2013 • www.mo.be

53


ESSAY

Mandela kreeg levenslang op beschuldiging van sabotage, tijdens het zogenaamde Rivonia-proces, officieel ‘De Staat vs N Mandela en Anderen’ (1963-1964). In Rivonia, nu een buitenwijk van Johannesburg, staat het Liliesleaf Landgoed nog altijd overeind. Hier werd het bijna voltallige opperbevel van de Umkhonto we Sizwe, de ‘Speer der Natie’ ingerekend, de gewapende vleugel van het ANC die Mandela had opgericht, en werd belastend bewijsmateriaal gevonden tegen hem en zijn medebeklaagden. Die plaas is nou ’n museum en werelderfenisgebied. Terwijl ook de wereld de adem inhield, gebruikte Mandela zijn pleidooi in het Justitiepaleis op Church Square, Pretoria, om het apartheidsregime aan de kaak te stellen. Hij was van toen af Zuid-Afrika’s bekendste vrijheidsstrijder. Maar in 8115 Orlando West, in de Vilakazi Street, is na zijn vrijlating het echtelijk bed leeg en kil. Zijn tweede huwelijk met Winnie

ken. Clive van den Berg, een bekend kunstenaar, zal ons zeker Constitutional Hill in Johannesburg aanraden. Logisch. Hij werkte zelf mee aan de herinrichting van de oude gevangenissite van de Old Fort Prison, waar nu het Grondwettelijk Hof zetelt, vandaar de naam. Het cellencomplex van Old Fort Prison werd tijdens de Anglo-Boerenoorlog gebouwd door Paul Kruger en zal later Mahatma Gandhi, Nelson Mandela, Robert Sobukwe, leider van het Pan African Congress, en het hele kruim van de verzamelde antiapartheidsbeweging zien passeren. In het boek dat Clive me bezorgt, Mapping Memory. Former Prisoners Tell their Stories, staan enkele verhalen en tekeningen van de duizenden gewone Zuid-Afrikanen die hier ook hebben vastgezeten, caught in the web of colonial and apartheid oppression. ‘Volgens de algemeen aanvaarde versie van het verhaal was de strijd tegen de apartheid een zaak van enkelingen’, zucht Melissa Mboweni

Mandela: van beeswagter, herdersjongen, tot revolutionaire held en vervolgens tot een over de hele wereld bewonderd, haast aanbeden president – het is niet ieders levensverhaal. Madikizela, die zich tijdens zijn gevangenschap door moord en brand onmogelijk had gemaakt, was op de klippen gelopen. Tijdens het pijnlijke echtscheidingsproces in 1996 zal Mandela met tegenzin verklaren dat Winnie sinds zijn vrijlating niet één keer de slaapkamer in kwam terwijl ik nog wakker was.

Soweto Ik bel een aantal bevriende ZuidAfrikanen op en vraag wat zij van een reis in Mandela’s voetspoor den-

54

aan de telefoon. Zij cureerde in 2007 de tentoonstelling Jive Soweto in het Hector Pietersonmuseum in Soweto, de SOuth WEstern TOwnships. Dat huldigt de vele scholieren die op 16 juni 1976 op straat kwamen tegen de invoering van Afrikaans in het sowieso al ondermaatse Bantoe-onderwijs. Bijna tweehonderd jongeren vielen onder de kogels van de Zuid-Afrikaanse ordediensten. De jongerenopstand van Soweto werd een keerpunt in de apartheidsstrijd en kwam op een ogenblik dat het ANC vleugellam

MOQ • september 2013 • www.mo.be

was. Mandela en zijn strijdmakkers zaten vast op Robbeneiland, het ANC in ballingschap was besluiteloos en verdeeld – aldus huidig presidentswoordvoerder Mac Maharaj – en de Speer der Natie was geen partij voor het repressieapparaat van de NP. Heeft de Madiba Magic ons verblind voor de strijd van anderen en van onszelf? Beweerde Mamphela Ramphele, de vriendin van wijlen Steve Biko die dé inspiratie was voor de boze jongeren in Soweto, ook niet iets in die trant? ‘Misschien hebben we President Mandela te zeer geïdealiseerd en hadden we te weinig oog voor onze eigen rol als burgers, om samen met onze leiders te bouwen aan de toekomst. ‘ Dit komt uit haar voor het overige lovende opiniestuk uit 2009, geciteerd in de zeer lezenswaardige Rough Guide to Nelson Mandela van Max du Preez. Zelf had Madiba in zijn autobiografie ook al benadrukt dat hij ‘geen Messias was, maar een gewone man, die door buitengewone omstandigheden leider was geworden’. ‘Ik zie geen been in een Mandelatrip,’ zegt Melissa Mboweni, ‘want tenslotte gaf hij ons hoop toen alles tegenzat. Maar elk van ons heeft zijn strijd gestreden, ik ook. Alleen staat mijn achternaam niet in de geschiedenisboeken, ik ben niet bij het ANC en dus ontbreekt het mij aan Struggle credibility en alle voordelen die dat met zich meebrengt.’ Volgens Melissa blijven we beter weg uit de Vilakasiestraat, nochtans aangeprezen als die straat waar twee Nobel Vredespryswenners, naamlik Mandela en Tutu, het gewoon. ‘Ga buurten in een kapsalon in Soweto of koop tickets voor een concert in het Orlando Stadium.’ Leuk voor de jongsten wordt zeker ook muurklimmen of springen van de Orlando Towers, of waarom ook

niet, een deelname aan de Soweto Marathon. ‘Dan raak je aan de praat met gewone Zuid-Afrikanen, die elk hun verhaal vertellen.’ Waarom niet inderdaad? Want was Mandela behalve bokser niet ook een begenadigd hardloper?

de koeien van zuma Het is 18 juli en the old man ligt helaas zwaar ziek te bed. Vandaag wordt hij 95 jaar. Er zit een mail uit Zuid-Afrika in mijn inbox. This has to be handled with extreme sensitivity and care. Gevolgd door 64 uitroeptekens. Het bericht komt van Natalie Buttress, een radiostem uit Plettenberg Bay. ‘Voor mij is er maar één invalshoek. Madiba de Legende, een held die de wereld voor zich innam en redding bracht in tijden van onderdrukking. Maar ja, dat heb je van een echte Madiba-fan natuurlijk.’ Natalie raadt me aan me te richten tot de Nelson Mandela Foundation. Die beheert ‘s mans nalatenschap en is volop in het nieuws omdat Mandela’s (klein)kinderen ruziën over zijn erfenis, terwijl Tata doodziek in Pretoria ligt. ‘Het laatste wat je mag doen, is een land in rouw voor het hoofd stoten. ‘ Maar volgens de laatste berichten leeft Mandela nog. Wereldwijd viert men vandaag zelfs Mandela Day. Op verzoek van de VN besteden vrijwilligers dan 67minuten aan een goed doel, ter ere van Mandela die 67 jaren opofferde voor de goede zaak. Andy Mason ging vanmorgen naar Muizenberg, Kaapstad. In een township heeft hij daar een boom geplant. ‘Mandela heeft ruimte gegeven aan de democratie.’ Andy is schrijver en een veteraan onder de politieke cartoontekenaars. Mandela toonde altijd al respect voor de scheiding der machten, voor eenheid en diversiteit en voor de vrije meningsuiting. Fijn, maar hoe toon je dat tijdens een groepsreis? ‘Jullie kunnen in de paasvakantie afreizen. Dan zijn het bijna verkiezingen en zien jullie onze democratie aan het werk. In de aanloop naar de twintigste verjaardag van Freedom Day zal er bovendien veel te doen zijn.’ Of moeten we toch maar een ommetje

maken langs Nkandla, waar president Jacob Zuma zijn huis liet optrekken? Het villacomplex in Zoeloestijl, gelegen in de provincie KwaZulu-Natal, heeft veel stof doen opwaaien. Alleen het onderkomen voor Zuma’s veestapel in Nkandla heeft de belastingbetaler 1 miljoen rand gekost, schrijft de Mail & Guardian. ‘Nkandlagate, zoals wij het noemen, is een metafoor voor de manier waarop het ANC de erfenis van Mandela verkwanselt, door machtswellust en corruptie. Toen we vanmorgen boompjes gingen planten, konden we echter nog altijd dat verlangen voelen naar een nietracistische, vredelievende en democratische samenleving. Allemaal slogans van the Struggle, onze strijd tegen de apartheid.’ Misschien gaan we dus wel de hort op in townships, op zoek naar scholen, crèches en ziekenhuizen die Mandela’s naam dragen. ‘Of vraag het Mandela Kinderfonds naar de projecten die zij steunen. Zo kom je op plaatsen die je nog niet kent. Het zal een zeer inspirerende ervaring zijn.’

road trip Of toch liever een middagje aan het strand? In Muizenberg, een ideale plek voor beginnende surfers, leren we de kneepjes van het vak bij Gary’s Surf. Gary Kleinhans runt naar eigen zeggen de oudste school van Zuid-Afrika en leidde ook jongeren uit probleemwijken op tot kampioenen. Misschien komen we zo meer te weten dan tijdens een “stadsloop” in de armere buurten. ‘Er is in wezen niks mis met een township tour’, weet Andre Trantraal, de voorlaatste Zuid-Afrikaan die we bellen. ‘Maar zelfs ondanks goede intenties blijft het link.’ Andre is cartoonist en tekent samen met zijn broer Coloureds en The Richenbaums: liefelijke manga’s, maar met intrieste scènes uit het leven in Bishop Lavis en Mitchell’s Plain. Andre spreekt zoals hij tekent: zacht maar zonder genade. ‘Een Europeaan zijn eerste zorg, wanneer hij naar een overwegend gekleurde township gaat, moet veiligheid zijn, althans in sommige wijken. Wat onze arme mensen bezighoudt, is immers

MOQ • september 2013 • www.mo.be

van economische aard, als je begrijpt wat ik bedoel. Zij hebben nog altijd moeite de eindjes aan elkaar te knopen.’ Werpt de apartheid, toen kleur en ras ook ruimtelijk helemaal gescheiden leefden, nog altijd haar lange schaduw? Chenette Swaenepoel, een kunstcurator uit Johannesburg die momenteel rond zwarte subculturen werkt, beweert dat ZuidAfrikanen in hun eigen luchtbel leven. There is no common ground for most South Africans. Om haar punt duidelijker te maken, mailt ze mij een link naar Bittereinder, de videoclip van Jack Parow en Tumi Molekane. Maar er is hoop, zegt ze. ‘Je moet maar eens surfen naar de fotoblog I see a different you. Die twee fotobloggers zijn het levende bewijs van Mandela’s erfenis en staan voor de nieuwe ZuidAfrikaan.’ Andre Trantraal is voorzichtiger. ‘In de wijken waar ik opgroeide, zullen jullie toch nog bekeken worden als mensen met geld, een betere scholing, een hogere status en... wit. Hoe meer je aanleunt bij blanken en hoe blanker je huid, hoe beter. Dat is de mentaliteit waarin ik ben opgegroeid en die nog voortleeft.’ ‘Nu heb ik je wel alle geheimen van mijn stam verklapt’, lacht hij ietwat beduusd. Maar dankbaar voor zoveel openheid vraag ik of Andre ons volgend jaar wil inwijden in cartoontekenen. ‘Krijgen onze creativo’s misschien zin om onze trip uit te tekenen, zoals Jacques de Loustal onlangs in South African Road Trip.’ Andre vindt het een prima idee. Hij spreekt trouwens ook Afrikaans. ‘Dat kunnen jullie verstaan, toch?’ Er komt nog meer hoopgevend nieuws uit Zuid-Afrika. Personally, I believe this is a good project, not only to attract tourists, but also to educate and coach them about the relevant facts regarding our respected Hero. Een bevriend ex-diplomaat uit ZuidAfrika heeft de loftrompet gestoken over onze reis, dan nog bij een hoge pief van het Nelson Mandela Childrens’ Fund. Dat belooft wat. We gaan concreter plannen. Zou u graag alvast reserveren?

Q

55


19 september De toekomst van biobrandstoffen Internationale wetenschappelijke rapporten stellen dat biobrandstoffen niet klimaatneutraal zijn. Het debat over brandstof of voedsel woedt nog steeds volop. De Europese Commissie wil meer duurzaamheidscriteria. Wat is de impact van biobrandstoffen op mens, klimaat en biodiversiteit? Welke beslissingen zal Europa nemen over biobrandstoffen? En hoe zien beleidsmakers, ngo’s, de bedrijfswereld en de wetenschap de toekomst van de biobrandstoffen? Presentaties en debat met onder andere Birdlife Europe, Kathleen Van Brempt (EU Parlement) en Wim Soetaert (UGent, Bio Base Europe Pilot Plant). Moderator: Alma De Walsche. Taal: Engels.

Donderdag 19 september, 9u.30. Zebrastraat NV, Zebrastraat 32, Gent. Organisatie: Natuurpunt en MO*. Meer info: www.natuurpunt.be/biofuels

21 september Groen Seizoen! GC ’t Heilaar in Beerse lanceert zijn twintigste culturele seizoen, met als thema duurzaamheid. Zo wil het burgers, politici en verenigingen bewust maken van de ecologische veranderingen en hen kennis laten maken met verschillende theorieën om op die veranderingen een antwoord te geven. Met onder andere Lieven Van Gils (moderator), Evelien “Green Evelien” Matthijssen, Nic Balthazar, Nathalie Becx, Eva Peeters en Gie Goris (MO*).  Zaterdag 21 augustus, 20 uur. GC ‘t Heilaar, Heilaarstraat 35, Beerse.

56

21 september Ggo’s, de hete aardappel van Europa Na de actie op het aardappelveld in Wetteren blijft de kwestie van genetisch gemodificeerde (of gemanipuleerde) organismen (ggo’s) prominent in het publieke debat. De kwestie wordt nog actueler door de onderhandelingen over het vrijhandelsakkoord tussen de VS en EU. Debat met Barbara Van Dyck (Field Liberation), Luk Vankrunkelsven (Wervel), Greet Riebbels (ILVO) en Godelieve Gheysen (IPBO). Moderator: Alma De Walsche (MO*).

Zaterdag 21 september 2013, 11.00 uur. Staf Versluys centrum, Kapelstraat 76, 8450 Bredene. Debat i.k.v. solidariteitsfeest Manifiesta. Organisatie debat: Masereelfonds i.s.m. Vermeylenfonds.

26 september 2014: einde van de Afghaanse oorlog? Nu de terugtrekking van de westerse troepen uit Afghanistan begint, is het belangrijker dan ooit om de vraag te stellen wat er nodig is om vrede te realiseren in het Centraal-Aziatische land. Gie Goris bekijkt die vraag vanuit historisch en regionaal perspectief.

Donderdag 26 september, 13.30 - 15.30 uur. Organisatie: Elcker-ik, Breughelstraat 31-33 , 2018 Antwerpen. Meer info: www.elcker-ik.be

MOQ • september 2013 • www.mo.be


recensies Het verleden kleurt het heden ‘Het intellectuele en politieke ontwaken van Azië en de verrijzenis van het continent uit de resten van Aziatische en Europese rijken waren voor de meerderheid van de wereldbevolking de belangrijkste gebeurtenis van de vorige eeuw’, schrijft Pankaj Mishra in de inleiding van Op de ruïnes van het imperialisme. Zijn geschiedenis van de herontdekking van de kracht van eigen ideeën en waarden, en van de bewegingen die de koloniale logica verwierpen, breekt radicaal met de geschiedschrijving van de periode door het perspectief grondig te verleggen. ‘De veronderstellingen van de westerse landen, waarvan de macht onherroepelijk tanende is, vormen niet langer een betrouwbaar uitgangspunt en zijn misschien zelfs gevaarlijk misleidend.’ Mishra’s boek zorgde voor heel wat controverse in Groot-Brittannië toen het vorig jaar verscheen. Geen wonder: het heersende verhaal over de benevolente kolonisatie en de intelligente overdracht van de macht aan “inheemse leiders” wordt deskundig gedemonteerd tot alleen het waar gebeurde verhaal overblijft van een negentiende eeuw waarin Groot-Brittannië de kroon spande in een westers imperialistisch verhaal waarin ook Frankrijk, Duitsland en Rusland hoofdspelers waren. Een van de rode draden in dat verhaal van overheersing, is het gebruik dat de westerse grootmachten maakten van vrijhandel en kredietverstrekking om hun wetten op te leggen. Wie de economische geopolitiek van vandaag volgt, kan bijzonder nuttige lessen trekken uit de ervaringen van het Ottomaanse rijk, Perzië, Indië en China. Een andere boeiende lijn in het verhaal van Mishra is dat de pogingen van heersers en elites om de eigen heropstanding te baseren op het kopiëren van westerse modellen en manieren van leven bijna altijd uitliepen op nog meer rampen en afhankelijkheid. Daardoor zie je als lezer het ontstaan van antikoloniaal nationalisme, maar ook van de politieke islam in de regio vanuit een nieuw en verhelderend perspectief. Het afwijzen van het Westen is geen retrograde reflex van mannen die terugverlangen naar de vroege Middeleeuwen, het is een radicale afwijzing van de verdrukking die het Westen naar de rest van de wereld exporteert. Dit boek behandelt het verleden als noodzakelijke kennis om het heden te begrijpen en een betere toekomst te bouwen. (gg) Op de ruïnes van het imperialisme. De opstand tegen het Westen en het nieuwe Azië door Pankaj Mishra is uitgegeven door Atlas Contact. 341 blzn. ISBN 978 90 450 2334 2

58

MOQ • september 2013 • www.mo.be

Bamako Bonjour!

Afrikaanse identiteit

Europese afbraak

‘Het zijn vijftig mooie kaarsjes op zo ongeveer het kleinste stukje taart … Ik vrees dat ATT (Amadou Toumani Touré, de voormalige president van Mali, or) in 2012 de rekening krijgt gepresenteerd’, schrijft Manon Stravens profetisch in een van haar columns in 2010. Aanleiding is de vijftigste onafhankelijkheidsverjaardag van het geteisterde Sahelland. Bamako Bonjour! verzamelt 34 schrijfsels van de Nederlandse ontwikkelingswerkster tijdens haar vierjarig verblijf in de regio voor de Nederlandse organisatie ICCO vanaf september 2009. Met humor en bij momenten bijtende zelfreflectie en –kritiek deelt Stravens haar liefde voor Mali en haar leven daar maar ook reflecties over de zin en onzin van ontwikkelingssamenwerking. Eerder dan kant-en-klare antwoorden gooit de auteur pertinente vragen in de groep over decentralisatie, bezuinigingen, projectcycli en “la Françafrique”. Bonjour Bamako! is een aanrader voor iedereen die op een verteerbare en toegankelijke manier inzicht wil krijgen in Mali en de regio, via verhalen uit een periode voordat de berichtgeving dichtslibde met militaire interventies, terroristen en islamisten. Ook voor zij die er niet vies van zijn om constructief en met humor mee na te denken over onze bijdrage aan de chaos en heropbouw. (or)

‘Waarom is Afrika nog zo achterlijk, vraag ik. En weet je wat ik denk? Geen respect voor het gezin. De vaders houden hun kinderen en vrouwen niet in ere.’ Olu wordt als zoon van Afrikaanse migranten in de Verenigde Staten vaker met vooroordelen geconfronteerd, maar dit is extra pijnlijk. Olu’s vader, Kweku, liet zijn vrouw en vier kinderen achter in Boston. Nu, vijftien jaar later, is Kweku dood. In zijn achtertuin overleden aan een hartstilstand, slachtoffer van de kwaal die hem als chirurg al fascineerde. Zijn ex-vrouw en kinderen blijven verspreid over de wereld achter. Selasi, zelf van Ghanees-Nigeriaanse afkomst, beschrijft op indrukwekkende wijze het lot van een Afrikaanse familie die op het eerste gezicht de verpersoonlijking van de American dream lijkt: Ghanese man van eenvoudige komaf trouwt met Nigeriaanse vrouw en wordt topchirurg. Het echtpaar krijgt vier zeer getalenteerde kinderen. Toch valt het gezin uiteen. Op zeer poëtische wijze schetst Selasi hoe Kweku’s vier kinderen, inmiddels allemaal volwassenen, omgaan met de plotselinge dood van hun vader. Ook de manier waarop ze omgaan met hun “anders-zijn” als tweede generatie migranten in de VS wordt met verve belicht in deze debuutroman van Selasi. Opvallend is dat het thema vervat in de Engelse titel van het boek, Ghana must go, naar de uitzettingscampagne van Ghanese migranten door de Nigeriaanse overheid in de jaren tachtig, nauwelijks verder uitgewerkt wordt. (rd)

Slavoj Žižek is de Bruce Springsteen onder de denkers en heeft dankzij zijn rock ‘n’ roll-gedrag een dito fanbasis opgebouwd. Niet iedereen is daarvan onder de indruk. Dat bleek onlangs toen Žižek van niemand minder dan Noam Chomsky het verwijt kreeg dat hij een extreem voorbeeld was van ‘de aanstellerij’ die bon ton is onder Franse filosofen als Lacan en Derrida, die ‘met indrukwekkende termen de indruk geven een theorie te hebben, terwijl ze nergens in de buurt komen van een wetenschappelijke stelling of zelfs maar een begrijpbare stelling met enige diepgang’. De speelplaatsruzie tussen de links-intellectuele boegbeelden duurt nog altijd voort met verwijten over empirische fouten en lege verhalen die als ijzige sneeuwballen over en weer vliegen. Daar komt nog een GAS-boete van! Wij mengen ons niet in het intellectuele krabben en bijten, maar kunnen met vreugde melden dat het jongste boek van Slavoj Žižek leesbaar is voor de geïnteresseerde leek. De klemtoon ligt dan ook helemaal niet op te deconstrueren of te dekoloniseren begrippen of paradigma ‘s, maar gewoon op de angstwekkende afbraak van het sociaal beleid in de Europese Unie. Žižek doet weinig inspanningen om diegenen over de brug te halen die geloven dat de dwangmatige besparingen in de EU noodzakelijk zijn. Zijn partijdige pleidooi zal voor de intuïtieve of overtuigde tegenstanders van de six pack en andere neoliberale hefbomen een vreugde om lezen zijn. (gg)

Bamako Bonjour! Over heethoofden, hulp en humor in crisistijd door Manon Stravens is uitgegeven door KIT Publishers. 126blzn. ISBN 9789460222573

Ghana ga weg door Taiye Selasi is

uitgegeven door Atlas Contact. 382blzn. ISBN 9789025435882

Het jaar van het gevaarlijke dromen

door Slavoj Žižek is uitgegeven door Boom Amsterdam. 165blzn. ISBN 9789461054418

Warme mopperbrief aan Israëlische vriend ‘Door op eieren te lopen, durven we geen voet meer voor de andere te zetten. Dus kies ik er maar voor om je alles ronduit voor de voeten te gooien’, schrijft de Franse filosoof Régis Debray aan zijn Israëlische vriend en historicus Elie Barnavi. Debrays brief in boekvorm is een antwoord op Barnavi, die Obama oproept om krachtdadiger tussen te komen in het Midden-Oostenconflict. Volgens Debray is dat dwaas en een illusie, omdat Obama nu eenmaal is verbonden met de founding fathers van Israël. Het is evident, stelt Debray, dat het Westen met haar militaire, financiële en juridische middelen objectief de sleutel voor een oplossing in handen heeft. Maar Noord-Amerika en Europa, twee joods-christelijke entiteiten, zijn niet beschikbaar. Debray pleit voor een waarheidskuur. Alleen vormt Israël een obstakel –evenals zijn postmoderne diplomatie en de formule die het hanteert rond het zogenaamde vredesproces (enkel proces- en niet resultaatsgericht). Het laatste hoofdstuk is een krachtig antwoord van Barnavi, die de politiek van zijn land niet spaart, maar ook streng is voor zijn vriend. Hij noemt Debrays visie onder meer te sacraal en te weinig getuigen van inzicht in realpolitik. ‘Maar,’ schrijft hij, ‘waren alle critici van Israël maar zoals jij: ongeduldig, scherp, mopperig, soms buitensporig maar altijd humaan en liefdevol.’ (td)

Brief aan een Israëlische vriend, door

Régis Debray, is uitgegeven door Van Gennep. 144blzn. ISBN 9789461641502

MOQ • september 2013 • www.mo.be

Exclusieve korting voor MO*lezers MO*lezers krijgen een exclusieve korting van €2,5 bij aankoop van elk gerecenseerd boek in volgende boekhandels: De Groene Waterman (Antwerpen), De Reyghere (Brugge) en de Acco boekhandels van Gent, Antwerpen en Leuven. Knip deze bon uit en geef hem af bij aankoop van het boek. De korting is 2 maanden geldig na publicatie van dit MO*nummer (28/08/2013).

59


Anderstalige boeken BIG DATA

ANTIFRAGIEL

Google voorspelt op basis van miljarden zoektermen een griepepidemie sneller dan gezondheidsdiensten dat kunnen. Verkeerspatronen rond winkelcentra verraden nog voor de bekendmaking van kwartaalcijfers dat een winkelketen het slecht doet. Het zijn maar twee van de vele fascinerende voorbeelden van toepassingen van big data, de analyse van de enorme berg gegevens die we iedere dag creëren. Zoals de titel van het boek aangeeft, staan we volgens de auteurs voor niet minder dan een revolutie. Steekproeven worden overbodig (alle gegevens zijn simpelweg zo beschikbaar) en kwantiteit van gegevens wordt belangrijker dan kwaliteit (fouten in de data worden gecompenseerd door de enorme hoeveelheid). Op basis van nieuwe statistische analyses kunnen soms verbluffende voorspellingen worden gemaakt, waardoor een nieuwe sector van databedrijven kan floreren. Het boek bevat gelukkig ook een hoofdstuk Gevaren. Winkelketens zijn in staat om op basis van het aankoopgedrag van vrouwen te weten te komen of een vrouw zwanger is, soms nog voor de familie van de vrouw zelf op de hoogte is. Met big data komt privacy dus al snel in het gedrang. Een criminoloog kon op basis van gegevens van voorwaardelijk vrijgelaten gevangenen met 75procent waarschijnlijkheid voorspellen of de vrijgelatene later betrokken zou zijn bij een moord. Moeten we die gevangenen dan toch niet vervroegd vrijlaten, op basis van een misdaad die nog niet begaan is? En wat met het kwart van de gevangenen dat zo onterecht niet in vrijheid gesteld zou worden? Het boek geeft suggesties voor regelgeving die de gevaren van big data moet inperken, maar geruststellend zijn die voorstellen allerminst. Het boek geeft een goed overzicht van de voor- en nadelen die big data de maatschappij biedt. In sommige sectoren zal big data inderdaad een revolutie teweegbrengen (die eigenlijk al begonnen is). Dat er heel wat gevaren met big bata gepaard gaan, is duidelijk. Om jezelf te beschermen tegen misbruik, let je toch maar beter wat op met je persoonlijke “gegevensuitstoot”, zoals het in het boek wordt genoemd. (ml)

In de complexe en meervoudige crisis waarin we ons vandaag bevinden, wordt vaak de volgende uitspraak van Einstein aangehaald: ‘Je kan een probleem niet oplossen met dezelfde logica die het probleem net heeft veroorzaakt.’ Maar hoe slagen we erin ons buiten die logica te stellen, als we allemaal opgegroeid en gevormd zijn binnen die logica? Dat is precies wat Nassim Nicholas Taleb tracht te doen met zijn boek Antifragiel. Dingen die baat hebben bij wanorde. Bedoeling is de “opaciteit” waarin we gehuld zijn, te doorbreken en terug een heldere kijk te krijgen op eenvoudige, vaak organische, “automatische” wetmatigheden. Die staan echter haaks op het lineaire denken van de moderniteit dat abstractie maakt van veel zaken en daardoor veel blinde vlekken veroorzaakt. En hoewel we zo begaan zijn met voorspellen en risico berekenen, is de wereld waarin wij ons vandaag bevinden, uiterst complex geworden en vol gebeurtenissen die onvoorspelbaar zijn. Taleb doorprikt de kronkels in het systeemdenken van de moderniteit en stelt zich de vraag: ‘Hoe overleef je in zo ‘n onvoorspelbare wereld? Welke vaardigheden heb je nodig om staande te blijven?’ Voor Taleb is een begrip als “veerkracht” onvoldoende. Het komt er op aan niet alleen de onverwachte ontwikkelingen te kunnen overleven, het komt er ook op aan er sterker uit te komen. Taleb schreef eerder de internationale bestseller De Zwarte Zwaan. Een zwarte zwaan is voor hem een gebeurtenis die ons totaal onverwacht overvalt en ons leven dramatisch verandert, terwijl we eigenlijk hadden kunnen weten dat ze er aan zat te komen. Zijn voorbeeld: een kalkoen die met allerlei lekkers wordt vetgemest, waant zich op het toppunt van geluk, maar is er zich totaal niet van bewust dat dit geluk op de dag van Thanks Giving abrupt zal afbreken. “Geluk” is dus niet het lineair doortrekken van een situatie. Taleb stelt daarom: ‘Wees geen kalkoen’ en richt uw verwachtingen op de juiste dingen. Tabeb is risico-analist en adviseur geweest voor belangrijke beleggingsbureaus maar wijdt nu zijn leven aan de studie van het toeval en de denkfouten in ons systeem. Zijn nieuwe boek is bijzonder origineel, zit vol verrassende analyses en is bovendien hoogst onderhoudend geschreven. (adw)

Cukier is uitgegeven door Maven Publishing. 288blzn. ISBN 9789490574901

Nicholas Taleb is uitgegeven door Nieuwezijds b.v. 522blzn. ISBN 9789057122828.

De Big Data revolutie door Viktor Mayer-Schönberger en Kenneth

60

Antifragiel. Dingen die baat hebben bij wanorde door Nassim

MOQ • september 2013 • www.mo.be



agenda 1 september

Casa del Mundo De 19de editie van Casa del Mundo biedt een mix van muziek, diverse animatie en een wereldmarkt. De aandacht gaat telkens naar de gevolgen van onze voedselconsumptie op het klimaat en de kleine boeren in het Zuiden. Gratis toegang. Oude vismarkt, 9300 Aalst. Info: www.casadelmundo.be

Het vreedzame protest voor democratische hervormingen in Syrië is op een paar maanden tijd compleet veranderd in een bloedige en uitzichtloze burgeroorlog. Volgens Amnesty International heeft de dodenteller de kaap van de 100.000 al lang overschreden. Meer dan 1,5 miljoen mensen zijn voor het geweld in Syrië op de vlucht. Slechts een op de vijf vluchtelingen verblijft in georganiseerde tentenkampen. De rest blijft onder de radar, stellen hulporganisaties vast.

6-8 september

5 september

Klimaat Café: transitie naar duurzaamheid Streven naar een duurzame maatschappij vereist niet alleen technologische innovatie maar ook een integrale systeemvisie. Lezing door Peter Jones, burgerlijk ingenieur Milieukunde en doctor in de Toegepaste Wetenschappen aan de KU Leuven. 20u., Kamp C, Britselaan 20, 2260 Borgerhout. Info en tickets: www.kampc.be

28 september

Steunfest Syrië Muziekclub 4Ad organiseert eind september het muzikale evenement SteunFest Syrië. De initiatiefnemers hopen alvast 3000 euro te kunnen inzamelen voor de Syrië 12-12-actie. 15u., Kleine Dijk 57, 8900 Ieper. Info en tickets: www.4ad.be

18 september

Villa Pace Het festival staat dit jaar in het teken van Solidair Sint-Niklaas. Bezoekers worden uitgedaagd om te tonen hoe solidair ze zijn. Op de diverse podia in het stadscentrum van Sint-Niklaas staan onder meer A Brand, Meuris en Absynthe Minded. Info en tickets: www.villapace.be 8 september

Fair Festival

© ManiFiesta _ Zita Swoon Group

Het Fair Festival brengt eerlijke, groene producten en alternatieven bijeen op een gezellige markt. Verder: verschillende workshops, lezingen, eetstandjes en ’s middags een veggie-barbecue. 10u.-19u., splitsing Koopvaardijlaan – Afrikalaan, Dok Gent, 9000 Gent. Info: www.fairfestival.be 21 en 22 september

ManiFiesta Organisatie in handen van het weekblad Solidair en Geneeskunde voor het Volk. Live concerten met onder andere Zita Swoon Group, Suarez en Modena City Ramblers. En verder: debatten, een inter-

MO trakteert

Water, dé hefboom voor ontwikkeling

28-30 september

Vandaag hebben nog steeds 783miljoen mensen geen veilig drinkwater in hun nabijheid, en leven er 2,5miljard mensen zonder fatsoenlijke sanitaire infrastructuur. Protos stelt zijn deuren open voor al wie meer te weten wil komen over Protos en het mondiale waterprobleem. 19u.30, Flamingostraat 36, 9000 Gent. Info en inschrijvingen: www.protos.be

Fiesta Mundial Muziekfestival vol interculturele activiteiten. Met dit wereldfeest wil de organisatie het publiek op een aangename manier bewust maken van diverse thema’s uit de Noord-Zuidproblematiek. Met onder andere Klezmic Circus, Krema Kawa en Gabriel Rios. Keiheuvel, Ongelberg 122, 2490 Balen. Info en tickets: www.fiestamundial.be

INFORMATIEF

24 september

2 september

Bijna 20jaar geleden kwam er een einde aan de apartheid in Zuid-Afrika. Het land boekte op een aantal vlakken vooruitgang, maar de uitdagingen blijven enorm. 20u.30, De Roma, Turnhoutsebaan 286, 2140 Borgerhout. Info en tickets: www.deroma.be

Zuidcafé: de lange weg van Zuid-Afrika

Zaden: waarom zelf verzamelen? Biologische zaden zijn zoveel beter voor het milieu, maar je vindt ze niet zo makkelijk in de gewone tuinhandel en ze kosten ook meer. Hoe komt dat? Breng gerust zelfgekweekte zaadjes mee om te bespreken en uit te wisselen. 19u.30, Ecocentrum De Goren, Postelssteenweg 71, 2400 Mol. Info en tickets: www.velt.be

25 september

Lezing: Postcolonialism Today Prof. Gayatri Spivak (Colombia University) onderzoekt de zelfverklaarde waarheden van het westerse kapitalistische discours, en dan vooral wat hierbij wordt gemarginaliseerd of gewoonweg weggelaten. Spivaks interesse gaat uit naar het cultureel imperialisme en de creatie van het ondergeschikte. 18u., STUK, Naamsestraat 96, 3000 Leuven. Info: www.kuleuven.be

Raadpleeg de volledige agenda op MO.be/agenda.

ø 5 duotickets voor de avant-première van de Palestijnse dansvoorstelling BADKE op 12 september in de KVS in Brussel. ø 5 duotickets voor het concert van Modena City Ramblers op 20 september in De Centrale in Gent. ø 5 duotickets voor het concert van Bollywood Masala Orchestra op 20 september in de Stadsschouwburg in Brugge. ø 10 duotickets voor ManiFiesta op 22 september in Centrum Staf Versluys in Bredene-aan-zee. ø 5 duotickets voor een festivaldag naar keuze op Fiesta Mundial van 28-30 september in Balen.

MOQ • september 2013 • www.mo.be

26 september

Argus Forum over Energie © GF

Heel de zaadhandel raakt steeds meer geconcentreerd in handen van enkele grote multinationals. Omwille van de autonomie van de boer en tuinder, omwille van het milieu en om het behoud van de zaadbiodiversiteit, is het van wezenlijk belang zelf zaden te blijven kweken en verzamelen. Lieven David is al jaren bezig met zaadteelt en -uitwisseling en hij vertelt hoe de zaadteelt en de zadenbusiness in mekaar zitten.

62

nationaal dorp, theatervoorstellingen, een boekenbeurs en kinderanimatie. MEC Staf Versluys, Kapelstraat 76, 8450 Bredene. Info en tickets: www.manifiesta.be

Argus, het milieupunt van KBC en Cera, werkte in dialoog met talrijke betrokkenen uit de energiesector een visie uit op

een duurzaam energiesysteem 2050. Op het evenement wil de organisatie haar visie via infomomenten en workshops aan het publiek bekend maken. 9u.-17u., Herman Teirlinck-Auditorium, KBC, Havenlaan 2, 1080 Brussel. Info en inschrijvingen: www.argusmilieu.be

CULTUUR 5 september

Seun Kuti & Egypt 80 De afrobeats van Seun Kuti zijn een mix van jazz, funk en Afrikaanse ritmes. Kuti treedt in de voetsporen van zijn wereldberoemde vader en neemt zelfs diens band Egypt 80mee op tour. 20u.30, De Roma, Turnhoutsebaan 286, 2140 Borgerhout. Info en tickets: www.deroma.be

Voor de overgang naar een echte duurzame samenleving is samenwerking nodig over de sectoren heen. Alle maatschappelijke spelers, te weten overheden, bedrijven, het middenveld en de kennisinstellingen, zullen met elkaar in gesprek moeten treden. Maar ook op het metaniveau moeten er aanpassingen gebeuren: in de wetgeving, ons gedrag, ons wereldbeeld en ethiek. Technologische snufjes alleen of kleine gedragswijzigingen volstaan niet, we moeten bouwen aan een totaal nieuw systeem.

13-21 september

DABKE Tien jonge Palestijnse performers confronteren de lokale Palestijnse danstraditie met elementen uit de wereldwijde populaire (dans)cultuur. KVS, Lakensestraat 146, 1000 Brussel. Info en tickets: www.kvs.be 13 en 14 september

Jerusalem Het theatercollectief BERLIN herwerkte haar stadsportret Jerusalem uit 2003. Wat is er in de heilige stad veranderd? En wat niet? Oude en nieuwe beelden werden gemonteerd tot een nieuwe film, die op meerdere schermen wordt getoond met live muziek. 20u., Vooruit, Sint-Pietersnieuwstraat 23, 9000 Gent. Info en tickets: www.vooruit.be 20 september

Modena City Ramblers

Gayatri Spivak is de Godmother van het postkolonialisme. De Indiase professor literatuur van Columbia University zette met haar bekende werk Can subalterns speak? de stem van de onderdrukten centraal. Ze merkte op dat het verhaal van de sati -Indiase weduwen die hun echtgenote op de brandstapel volgen- altijd door anderen werd verteld. Zij zelf werden nooit gehoord. Spivak wijst in haar werk scherp en uitdagend op de blinde vlekken in onze kijk op de wereld.

Links-militante folkpunkrock uit Modena, Italië. 20u., De Centrale, Kraankindersstraat 2, 9000 Gent. 20 september

Bollywood Masala Orchestra Muzikanten, zangers, danseressen, een fakir en acrobaten uit Jaipur, Jodhpur, Sikar en Khandela nemen u mee op een muzikale reis van Rajasthan tot Mumbai. 20u., Stadsschouwburg, 8000 Brugge.

MOQ • september 2013 • www.mo.be

© GF

FESTIVALS

63


colofon

OPINIE

MOQ maakt de globalisering ervaarbaar, begrijpbaar en hanteerbaar.

Keller

© GF

door Peter

© GF

De NSA gezien door het PRISMA van de ethiek

De NSA is een inlichtingen- en veiligheidsdienst die niet alleen waakt over de veiligheid van de Verenigde Staten in binnen- en buitenland. Ze verzamelt, bewerkt, analyseert en deelt “betreffende” het buitenland ook gegevens die –ook op andere gronden, zoals economische interesses– van belang kunnen zijn voor de Amerikaanse overheid (en voor iedereen die er door die overheid van op de hoogte wordt gesteld). De dienst werkt binnen een (gedeeltelijk geheim) wettelijk kader. Technisch en budgettair is de NSA tot veel in staat. Ze huldigt het principe ‘wat technisch kan, gebeurt ook’. Politiek gezien wordt dit gemakkelijk gelegitimeerd, als er maar het etiket “nationale veiligheid” of “terrorisme” op geplakt kan worden. Nu zijn de Verenigde Staten een democratie, en gelden er democratische waarden. Die waarden dienen ook, en misschien juist wel daar, toegepast te worden waar in het geheim wordt gewerkt. Bij iedere keuze moet men zich afvragen of een handeling ook moreel verantwoord is. Drie ethische principes zijn op het gebied van inlichtingen- en veiligheid vooral toepasselijk: ① met bijzondere inlichtingenmiddelen mogen alleen “legale doelen” aangepakt worden (en geen “onschuldigen”); ② subsidiariteit: als de informatie verkregen kan worden door een inlichtingenmiddel dat minder inbreuk maakt op de integriteit van het doel mag het zwaardere middel niet worden toegepast;

64

③ proportionaliteit: er moet een redelijke verhouding bestaan tussen het gebruikte inlichtingenmiddel en het te verwachten resultaat van de actie. Dit alles om “het goede te doen”, ook als dit in het geheim gebeurt. De vraag is nu of de NSA en de politieke opdrachtgevers van deze dienst zich van die drie principes voldoende bewust zijn, en –als ze over dit besef inderdaad beschikken– of de juiste keuzes gemaakt zijn. Daaraan kan op zijn minst getwijfeld worden. Met een aantal middelen –zoals het Prism-programma– worden vooral normale burgers geviseerd. Gevaarlijke terroristen communiceren meestal buiten de elektronische wereld. Andere inlichtingenmiddelen zijn hier dus efficiënter, maar lastiger te organiseren. Bovendien bestaat er grote twijfel over de efficiëntie van de gebruikte middelen, de resultaten op het gebied van terrorismebestrijding zijn nogal pover. Dat roept een volgende vraag op: waarom blijft men dit middel in deze mate gebruiken? Het is zeer wel mogelijk dat de “bijvangst” aan economische, politieke en sociale inlichtingen zo massaal en belangrijk is dat daar de belangen van de Verenigde Staten ruimschoots mee gediend worden. Dat heeft natuurlijk weinig tot niets te maken met nationale veiligheid of terrorismebestrijding. En dat wordt niet gedekt door de juridische regelingen, al zijn die nog zo ruim geformuleerd. Slachtoffer van deze programma’s zijn niet alleen de gewone niet-Amerikaanse burgers die hun gegevens via Amerikaanse systemen uitwisselen of bewaren, maar ook de Amerikaanse belastingbetaler –én zijn of haar kinderen. Tenslotte moet men niet vergeten dat het opereren op de lange termijn een wezenlijk kenmerk van inlichtingenwerk is, en dat zonder toepassing van ethische principes de Verenigde Staten door (onder andere) de NSA op den duur een “Überwachungsstaat” ingerommeld kunnen worden. Dat is voor niemand goed. Peter Keller werkte bijna veertig jaar in de inlichtingenwereld, eerst bij de Nederlandse Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD), vervolgens bij het Veiligheidsbureau van de Europese Commissie. Hij geeft gastcolleges aan Nederlandse universiteiten en presentaties aan vakgenoten over “inlichtingenwerk en ethiek”.

MOQ • september 2013 • www.mo.be

Een ander Chili door Jorge Magasich

Op 11 september is het veertig jaar geleden dat Augusto Pinochet zijn staalharde dictatuur installeerde en de socialistische droom van Salvador Allende aan diggelen sloeg. Vandaag is er een post-Pinochetgeneratie opgestaan: jonge twintigers die niet langer getekend door de terreur en zonder angst op straat komen en een nieuw politiek model eisen. Hun beweging heeft van Chili een ander land gemaakt. De jongeren vragen een ander onderwijssysteem maar in wezen zijn ze drager van een sociaal project dat de bakens uitzet voor een nieuw politiek programma. Om toegankelijk onderwijs mogelijk te maken, vragen ze een renationalisering van het koper en een belastingverhoging voor de bedrijven. Ze komen op voor betere publieke dienstverlening en een uitbouw van de sociale rechten. Bovendien willen ze een grondwetgevende vergadering om de sporen van Pinochet ook in de instellingen definitief uit te wissen. Al die thema’s zijn vandaag elementen in het nationale debat geworden en dat is nieuw. Voor de eerste keer in bijna veertig jaar bespreekt men in Chili de echte problemen. Deze generatie distantieert zich heel erg van de bestaande politieke klasse, inclusief de partijen van de Concertatie. Zij zien hen als een conglomeraat dat weigerde de instellingen van de dictatuur te wijzigen en uiteindelijk opteerde voor een neoliberale politiek. Ze wijzen de politieke klasse af maar zijn zelf wel heel politiek. De enige politieke figuur die toegelaten is in de manifestaties is Salvador Allende, en hier en daar zie je ook Ché Guevara opduiken. Dat zijn de enige twee die deel uitmaken van hun referentiekader. Van die eerste studentenleiders zijn er enkelen vandaag kandidaat voor het parlement, zoals Camila Vallejos, die opkomt voor de Communistische Partij (PC). Die PC steunt de Concertatie die Michelle Bachelet als presidentskandidaat naar voor schuift. Studentenleiders Georgio Jackson en Francisco Figueroa verzamelden voldoende handtekeningen om als onafhankelijke kandidaat deel te nemen aan de verkiezingen. De verkiezingscampagnes zullen gaan over hun agendapunten en elk van de presidentskandidaten zal zich hierover moeten uitspreken.

Contact Vlasfabriekstraat 11 - 1060 Brussel Tel. 02.536 19 77 - info@MO.be - www.MO.be Hoofdredacteur Gie Goris Redactie Samira Bendadi, Kristof Clerix, Tine Danckaers, Alma De Walsche, Olivia Rutazibwa en John Vandaele Eindredactie Kristof Clerix en Herman Jacobs Webredactie Maarten Lambrechts en Kilian De Jager Stagiairs Willem Roels Aan dit nummer werkten mee: Intagrist El Ansari, Wim Van Rysselberge, Wouter Van Cleef, Andrea Miconi, Zahid Rafiq, Franz Reynaldo Chávez, Maryam alKhawaja, Hellen Kooijman, Yel Ratajczak, Stefaan Anrys, Renée Dekker, Peter Keller, Jorge Magasich en Bie Vancraeynest Creatie en vormgeving Chris Defossez en Inge D’haen Kaarten en grafieken Dirk Billen en Maarten Lambrechts Illustratie Klaas Verplancke, Lectrr Coverontwerp Darwin. Beeld: Liu Bolin. Meer over deze Chinese kunstenaar op www.galerieparisbeijing.com Druk Roularta Printing Marketing, communicatie en agenda Jan Buelinckx reclameregie ADeMAR - www.ademaronline.com - 03 448 07 57 Administratie Jan Vanhuysse Afgevaardigd bestuurder Jan Lamers Verantwoordelijke uitgever Frank Beke ISSN 1379-5619

Abonnementen MO* Postbus 360 - 8800 Roeselare Tel 078 35 33 13 - Fax 078 35 33 14 mo@abonnementen.be www.abonnementen.be (voor inschrijving, wijziging of info over uw abonnement)

Prijs Jaarabonnement België: 36 euro. Jaarabonnement buitenland: vraag inlichtingen.

Betaling Ofwel gewoon uw naam en adres opgeven en wachten op ons bericht. Ofwel rechtstreeks op rekeningnummer IBAN: BE57 4721 0111 8135 en BIC: KREDBEBB met vermelding van het exacte afleveradres. Ofwel door opgave van nummer en vervaldag van uw kredietkaart

(American Express, Diners, Eurocard, Visa). • MO* is een uitgave van Roularta Publishing NV in opdracht van Wereldmediahuis vzw. De leden van Wereldmediahuis zijn 11.11.11, Broederlijk Delen, FOS, Incofin cvso, Oxfam Wereldwinkels, Plan België, Stichting Liedts, Trias, Vredeseilanden en Wereldsolidariteit. • MO* is aangesloten bij CeLT vzw, de vereniging van Culturele en Literaire Tijdschriften, www.detijdschriften.be. • MO* krijgt de steun van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking en de Vlaamse regering. Overname van artikels is toegestaan mits bronvermelding en toestemming van de hoofdredacteur.

Jorge Magasich is Chileen en docent Communicatie aan het IHECS in Brussel (Institut des Hautes Etudes des Communications Sociales-Brussels).

MOQ • september 2013 • www.mo.be

65


BRUKSEL column

Zonsondergang door Bie Vancraeynest

© Dieter Telemans

Een verblijf in Brussel zou altijd moeten beginnen op het Poelaertplein, of je hier nu een uurtje op doortocht bent, of een mensenleven lang blijft. Het plein naast het vermaledijde Justitiepaleis is een draaischijf, Chanelboetiek, vlooienmarkt en jeugdrechtbank binnen hetzelfde handbereik. Toen ze werd gepland, heb ik gevloekt op de lift die het panorama ruw in tweeën splijt, maar nu ze er is, zou ik ze niet meer kunnen missen. Als je onderaan instapt, vouwt de stad zich langzaam voor je open, zoals een kinderboek waar de plaatjes in rechtop komen. De luxewinkels op Louisa sluiten hun deuren en de bankjes worden bezet door mensen die de laatste zon van de dag meepikken en zich net als ik laven aan het uitzicht.

Pal voor mij staat een oud huizenblok waar iemand met gevoel voor ironie de letters H-O-L-L-Y-W-O-O-D op heeft gezet. Links wordt de einder nu en dan doorkliefd door de arm van een kermisattractie. Wie wil, kan deze broeierige Brusselse zomer doordrenken met smoutebollenvet. Rechts glinsteren de bollen van het Atomium. Ik ontmoet hier een man avec le regard bas mais loin. Mohamed Ouachen is acteur, danser, film- en theatermaker. Maar vooral activist en artiest. Ik ben benieuwd naar zijn regard, zijn blik op de stad die zich hier, aan onze voeten, koestert in de avondzon. We schetsen om beurten het hobbeli-

66

ge parcours dat ons tot op dit bankje, op dit plein heeft gebracht. We hebben best wat omwegen nodig, voor we elkaar treffen in een gedeelde passie voor de jongste bewoners van de stad. De Sablonisation was een thema in zijn werk: de rijke Zavel die in zijn opmars de arme mensen uit de Marollen heeft verjaagd richting de Stalingradlaan en de Anneessenswijk. Hij ziet nu dat uit die volkse wijken jonge mensen komen met frisse artistieke projecten, die zelfs die andere jongeren aanspreken, die zijn gaan lijken op de verloren generatie die op hen wordt geprojecteerd. Wat de politici uit onkunde of onwil niet vermogen, dat doen jongeren gewoon zelf. Films verzinnen, een voorstelling maken, een documentaire draaien. We vinden elkaar in een pleidooi voor slecht theater en lelijke schilderijen. De soms noodzakelijke passages in een artistieke zoektocht. Als er maar geproduceerd wordt. Ook tenenkrullende schoolvoorstellingen horen thuis op de grote podia. Weinig geld, dat scherpt de creativiteit, maar niet gehoord worden, dat is dodelijk voor een kunstenaar. Want hier wordt niet naar iedereen geluisterd. Is het racisme toegenomen? Ik weet het niet en hij ook niet. De aversie tegen de religie die migranten met zich meebrachten ontegensprekelijk wel. Ik beken dat ik worstel met mijn stellingname tegen de wassende islamofobie. Ik ben de advocaat van God niet. Terwijl we getrakteerd worden op een spectaculaire zonsondergang, en hij mij zijn eigen strategieën schetst, het creëren van positieve projecten waar mensen elkaar ontmoeten, zwaait hij over mijn schouder naar iemand. Achter mij zijn vier Muslim Rangers opgedoken, gewapend met picknickdekentjes en tassen vol drank en eten. Mohamed organiseert tijdens de Ramadan wekelijks een pop-up iftar op een openbare plaats, als was het een illegale rave. Op de dag zelf post hij een bericht met de locatie, wie wil, komt mee de vasten verbreken. De Rangers, een collectief van jonge comedians, zijn niet de enigen die gretig op zijn uitnodiging zijn ingegaan. Dus zeg ik even later ‘Bismillah’ en eet een dadel, in bont Brussels gezelschap. De avondlijke picknick sluit naadloos aan bij ons gesprek en illustreert zijn pleidooi voor het creëren van een positieve dynamiek. Alsof deze hele avond door hem is geënsceneerd. Alsof hij wil zeggen: ‘Zo doe je dat, vormgeven aan een stad.’

MOQ • september • www.mo.be


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.