Over hoeren & madonna's

Page 1

Bijbelvrouwen in een ander perspectief




Ze ontwaakt onder de slu


ier van het ochtendgloren



VanSpijk/Rekafa Publishers 2015


Over hoeren en madonna’s – twaalf Bijbelse vrouwen ‘Het zijn niet de omstandigheden die ons dwarszitten, maar onze oordelen hierover.’ Marcus Aurelius

Onder de titel Over hoeren en madonna’s presenteert Lilith (Sevenum, 1964) in Museum van Bommel van Dam van 15 juli t/m 30 augustus 2015 twaalf geënsceneerde fotoportretten van Bijbelse vrouwen in combinatie met twaalf krachtig gecomponeerde sonnetten van de uit Venlo afkomstige auteur Paul Sterk (1964). De zorgvuldig uitgewogen presentatie van acht staande en vier liggende foto’s is bewust aangevuld met een aantal betekenisvolle kunstwerken uit de serie I could have had religion, de stand alones Apostle, Icon, Tabernacle, de fraai uitgebalanceerde, subtiele compositie Intimacy alsook het in velerlei opzichten intrigerende groepsportret On ordinary women. Tezamen vormt dit artistieke en literaire ensemble een fascinerende, cross-over blik op oeroude girl power in een eigentijdse jas. Binnen het bewust gekozen conceptuele raamwerk van het duoproject Over hoeren en madonna’s transformeert ‘model’ Lilith, direct geïnspireerd door de lucide, narratieve sequenties van Paul Sterk, visueel in een dozijn duidelijk verschillende, iconische vrouwen van epische proporties. In alfabetische volgorde verhaalt Paul Sterk over: Delila, Dorkas, Ester, Eva, Izebel, Judit, Lilith, Maria, Maria Magdalena, Rachab, Ruth en last but not least De Samaritaanse vrouw. In de foto’s van Lilith wordt dat twaalftal achtereenvolgens: Delilah (2014), Reincarnation (2012), Pro Deo (2012), Eva (2013), Izebel (2014), Judith (2012), Et la femme…créa la femme (2010), I


could have had religion: Mother (2007), I could have had religion: His bride -their love, their pain (2009), Rachab (2014), Ruth (2014) en tenslotte De Samaritaanse vrouw (2014). De krachtdadige Bijbelse vrouwen fungeren voor fotograaf Lilith telkens weer als vertrekpunt om via hoogstpersoonlijke, picturale inzichten en weloverwogen mise en scene tot originele mixen van archetypisch en actueel te komen. In de compositorisch krachtige fotowerken Delilah, Eva en Rachab speelt Lilith doordacht en vrijelijk met accessoires, beauty cases en erotiek. Het rode koord hangt, anders dan in de tekst van Sterk, in Rachab niet toevallig bevallig in de gracieuze bilspleet van de protagonist. Het dramatische verhaal van de oersterke Samson en de o zo verleidelijke Delila is onder andere door Rubens en Rembrandt in prachtige, schilderkunstige varianten uitgebeeld. In de hedendaagse versie van Lilith ligt het innig verstrengelde, zinnelijke koppel op een blauwe sofa. De gesoigneerde Delilah heeft Samson met een schaar, die qua coloriet naadloos bij de gestifte lippen en gelakte nagels past, zojuist van zijn hoofdhaar beroofd. De slapende, kale Samson is plots, letterlijk en figuurlijk, een krachteloze en willoze pop in handen van een in wezen op geld beluste, sexy cougar. Lilith hanteert, conform de titel van het project, tongue in cheek opzettelijk clichématige en contraire denkbeelden over vrouwen. Het poëtische, sociale en zorgzame botsen feitelijk keihard op het 6/7

egocentrische, materiële alsook op brute moord en lage doodslag. In de in eerste instantie humoristisch overkomende taalvariant op de fameuze film met Brigitte Bardot van Roger Vadim, Et la femme…créa la femme, kantelt Lilith meerdere verwachtingen tegelijkertijd. In het bewust luguber ogend beeld is de aan mannen voorbij gaande vrouw god. Een indringende foto die, in het spoor van het citaat van Marcus Aurelius, kijkers en passant dwingt om diep na te denken over oordelen en omstandigheden. Rick Vercauteren Directeur Museum van Bommel van Dam


Ze begon – hoe kon het an


ders – de dag brandschoon



Eva

Ze begon – hoe kon het anders – de dag brandschoon. Het nachtspook was met de noorderzon vertrokken. In de hof van Eden klonken nooit doodsklokken Of klaagzangen. Hier voerde de Heer de boventoon. Achter jonge aanplant van winterwijnstokken Wenkte de duivel in hoogsteigen persoon. Een oog om een oog en een zoon om een zoon: De tol is te hoog voor wie zich laat verlokken. Haar tranen om ballingschap en broedermoord, Bitter door de vruchten van goed en kwaad, Verdringen de vreugde van het scheppingswoord. Wat heeft ze misdaan dat God haar zo haat? Een snerpende lach klinkt achter de hellepoort Wanneer haar moederhart tot stof vergaat.

10/11



Izebel

In vol ornaat staat ze op de muren van de stad. Beneden wacht de dood. Nee, de koningin is niet bang. ‘Hoe gaat het met je, moordenaar?’ Haar groet, haar zwanenzang. Straks zal ze vallen, sierlijk als een moerbeiblad. Haar ogen vlammen. Ze wil heersen. Tot in haar ondergang, Tot de laatste snik. Ze blaast driftig, Jizreëls moederkat. Bij de poort blaft de vijand naar goed gebruik: feeks! hoer! rat! Ook profeten mogen vloeken, mits in algemeen belang. Ze vliegt uit. Ze zweeft nu tussen hemel en aarde. Alleen Baäl is nog bij haar, die laatste seconden. Haar god zal haar offerande in dank aanvaarden. Op de akkers laat de overwinnaar onomwonden, Gesterkt door het gelijk van zijn verheven waarden, Haar dode lichaam verslinden door een troep honden.

12/13



Rachab

Haar huis in de stadsmuur was een herberg van lust Waar de dagen zich bandeloos en onbezonnen Aan elkaar regen. Voor haar deur stond steevast een colonne, Die hunkerde tot het vuur in de lendenen was geblust. Niemand kon vermoeden hoe zij welbewust Een schuilplaats bood aan Israëls spionnen. Die bezwoeren haar, zodra Jericho was overwonnen: ‘Jou en je familie, we laten je met rust. Wanneer onze ramshoorns schallen bij de muur, Zorg dan dat je uit je vensterraam een rood koord Laat hangen, anders slaat jullie laatste uur.’ Het moet gezegd: ze hielden zich keurig aan hun woord. Onder Rachabs dak overleefde iedereen de tortuur Waarmee in naam van God de stad compleet werd uitgemoord.

14/15



Delila

Eerst bind ik hem vast met zeven verse soepele pezen En klem zijn zeven haarvlechten stevig aan de wand. ‘Dát zal me weerloos maken,’ loog Simson de gigant Als antwoord op mijn vraag wat hem het meest doet vrezen. Ik blijf braaf bedelen tot hij zijn geheim heeft verpand, Want bij mij waant hij zich nog veilig, dit wonderwezen. Ik wacht tot hij slaapt. Voorkomen is beter dan genezen. Zachtjes streel ik door zijn haar, zijn lot ligt in mijn hand. De tijd is rijp. Ik druk een afscheidskus op zijn mond En proef de bekroning van onze laatste liefdesnacht. Mijn mes scheert. Haren splijten. Vlechten vallen op de grond. Terwijl een soldaat zijn ogen doorboort en zijn jammerklacht De hemel verscheurt, verdwijn ik in de schemeravond Waar een zak met elfhonderd zilverlingen op me wacht.

16/17


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.