Kiekerekie 2021

Page 40

Van ceremoniële ‘wegwezen’-toeter tot iconische zwarte bolhoed Pinnekes, prinsenpetten en praalwagens: in Ut Kabinet der Zotheid en in het Speelgoed- & Carnavalsmuseum Op Stelten stikt het van de bijzondere voorwerpen. De rijke geschiedenis van het Kaaiendonkse carnaval in elf topstukken. door Martine Huijbregts

De eerste vijf insignes Ut Kabinet der Zotheid van Karin Mertens staat vol unieke stukken. Maar zonder de eerste vijf insignes was het museum er nooit gekomen. “Ik spaarde eigenlijk geen insignes, totdat ik er per ongeluk één kapot liet vallen”, zegt Karin. “Toen besloot ik: ik ga ervoor.” Ze vroeg iedereen die ze tegenkwam om hulp en wist er op die manier een hoop te verzamelen. Alleen de eerste vijf insignes ontbraken nog: die had Karin op ware grootte afgedrukt en geplastificeerd totdat ze vervangen konden worden door de echte exemplaren. Karin: “Ik droomde er zelfs van. Uiteindelijk kreeg ik ze van Peer Stoop. ‘Ik word helemaal gek van jou en je insignes, bij mij liggen ze toch maar in een doosje te verstoffen’, zei hij.” En toen kwam het grote gat. “Dus begon ik andere carnavalsspulletjes te sparen, en dat is een beetje uit de hand gelopen. Zo is het museum ontstaan.”

Ceremoniële toeter Als voorzitter van de Raad van XI was je vroeger ook chef de protocol, vertelt ervaringsdeskundige Tonnie Oomen. “Dan moest je ervoor zorgen dat iedereen op tijd in de bus zat voor de volgende afspraak - en we hadden in die tijd nogal veel afspraken. Op tijd komen was bovendien van het grootste belang, want sommige kasteleins deden de deur gewoon niet open als je te vroeg of te laat was.” Dus moest er een duidelijk signaal klinken als het tijd was om weg te gaan. “Ik ben naar een jachtwinkel in Drimmelen gegaan en heb daar deze toeter gekocht.” Die hing Tonnie, samen met het draaiboek, om zijn nek. “Bij genoeg adem kwam die toeter ruimschoots boven het feestgedruis uit hoor.” Het is een geluk dat de toeter er nog is. Tonnie: “Veel spullen zijn verloren gegaan bij een brand op de bovenverdieping van mijn huis. Deze lag gelukkig beneden in een kast.” Kaaiendonkse legpuzzel Veel Oosterhouters hebben zich de afgelopen periode stukgebeten op de Kaaiendonkse legpuzzel van Karin Mertens. Met 2000 stukje is het dan ook geen kleintje. “Mijn dochter wilde in de coronatijd gaan puzzelen, maar ik vond eigenlijk geen puzzels met afbeeldingen van mijn interesses.” Dus besloot Karin er dan zelf maar een te laten maken. Fotograaf Casper van Aggelen maakte een overzichtsfoto van alle carnavalsinsignes. “Die staan op ware grootte op de afbeelding.” In overleg met de OCS werden er uiteindelijk 350 puzzels besteld, die op één na allemaal zijn verkocht. Dat de puzzel geen eitje is, bleek wel uit alle reacties. Karin: “Veel mensen hebben lang gedacht: er klopt iets niet met deze puzzel. Totdat ze dan eindelijk het laatste stukje konden leggen.”

Zilveren Kaai Vijfentwintig jaar lang is Peter Brons Heer Adjudant geweest. Een periode waar hij met warme gevoelens op terug kijkt. “Eigenlijk wilden ze me helemaal niet, want ik ben een Rotterdammer. Daar had Leo Wellens al genoeg ervaring mee.” Toch werd hij uiteindelijk in een kort briefje van Leo gevraagd. Het werden 25 prachtige jaren. Zo introduceerde Peter de kleine klompjes. “Als Heer Adjudant sjouw je wat af. Dus besloot ik voor minder belangrijke onderscheidingen kleine klompjes mee te nemen voor prins Mienus om om zijn nek te hangen, dat scheelde een boel gewicht.” De mooiste jaren vindt hij die waarin de prinsen afscheid namen. “Bij het aftreden van Jan Schoenmakers was de Markt één groot tranendal.” Bij zijn eigen afscheid kreeg Peter de Zilveren Kaai, voor 25 jaar adjudantschap. Op zijn afscheidskaart schreef hij: ‘Het was mooi voor een Brons om Zilver te zijn.’ Oorkonde voor de ‘Ereprins van Oosterhout’ Prins Mienus I was een statige man. Er kwam echt iemand binnen, weet zijn zoon Walter van de Griend nog. “Hij speelde zijn rol met volle overtuiging, wist mensen te enthousiasmeren.” Elf jaar lang was de Bossche Gerard van de Griend prins in Kaaiendonk. “Niemand heeft het langer gedaan, alleen Jan Schoenmakers kwam met tien jaar in de buurt.” Tijdens die elf jaar is Walter ook één keer toegetreden tot het Klein Gevolg. “Mijn vader vroeg me om Heer Adjudant te zijn. Ik begreep niet echt waarom, want eigenlijk was Ad van Mook dat. Maar ik deed het met plezier, bracht zelfs studiegenoten uit Delft mee voor de Raad van XI.” Later kwam de aap uit de mouw. “Mijn vader was met Leo Wellens naar Salzburg geweest, om het carnaval daar te bezoeken. Ad mocht niet mee en dat vond hij niet zo leuk. Maar het jaar erop was hij gewoon weer Heer Adjudant, hoor.” Prins Mienus I werd uiteindelijk door diezelfde Leo Wellens bekroond tot Ereprins van Oosterhout, om hem te bedanken voor zijn lange staat van dienst.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.