Oppervlaktetechnieken juli/augustus 2016

Page 1

18 10 14

Hoe maak je een bestaande coating-formulering eco-vriendelijker?

Fokker introduceert alternatief voor chroomzuur anodiseren

“Niet-isoleren maatschappelijk onverantwoord�

Vertrouwen kernwoord bij circulaire metaalketen

Belangrijke wijzigingen licentievoorwaarden Qualicoat, Qualisteelcoat en Qualanod

7-8 | 60 e jaargang | juli-augustus 2016

Het vakblad voor de professional Thema Duurzaamheid, Energie en MVO

21

36

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 1


> 7 > 10 1 5 k 01 75 en m s p ni s og e c s e e l ia l s s i jk i s ie he ten s de n

Voorsprong door meer oog voor nieuwe technieken

Ontdek uw kansen. Kom naar dé vakbeurs voor oppervlaktetechniek Er zijn heel veel ontwikkelingen op het gebied van oppervlaktebehandeling en materialen. Nieuwe technieken, hulpmiddelen en grondstoffen, strengere eisen en een steeds veranderende vraag van de markt. Oppervlaktebehandeling geeft producten meerwaarde. Met innovatieve oplossingen maakt u het verschil. Surface 2016 toont u nieuwe mogelijkheden voor o.a. afwerking, het toevoegen van een extra functionaliteit, milieuvriendelijkheid en het verhogen van kwaliteit en efficiency. Galvanotechniek, engineering, straaltechniek, anodiseren,

hechtingstechniek, coatings, spuittechnieken, thermisch verzinken, precisietechniek, laserapplicaties, nanotechnologie...; nergens anders is zo’n groot aanbod te vinden. Surface 2016 zit boordevol kennisoverdracht, ontmoetingen en inspirerende exposities. Op de themapleinen is er specifieke aandacht voor reiniging, kleur en materialen. Het ‘Surface Lab’ geeft inzicht in hoe kwaliteit en eigenschappen te beoordelen. U kunt tevens de naastgelegen beurs Energie bezoeken. Mis ’t niet, 4, 5 en 6 oktober.

Surface 2016 is alles behalve oppervlakkig.

In samenwerking met:

Linked in

Gratis toegang met voorregistratiecode 300.001.72 zie www.surfacevakbeurs.nl #surface2016 2 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

4 t/m 6 oktober 2016 Brabanthallen ’s-Hertogenbosch Openingstijden: di t/m do 10.00 – 17.00 uur

Surface 2016 maakt deel uit van de WOT2016, Week van de Oppervlaktetechnologie.


CoLoFon Vaktijdschrift voor opdrachtgevers, constructeurs, ontwerpers, applicateurs van oppervlaktetechnieken, verfdeskundigen, onderhoudsfunctionarissen en corrosiedeskundigen. Officieel orgaan van de vereniging Industrieel Oppervlaktebehandelend Nederland (ION). Verschijnt elfmaal per jaar in een oplage van circa 2.500 exemplaren. redactie Jetvertising (hoofdredactie), Jaap van Peperstraten (hoofdredacteur).

redactieraad Hans Bosveld (vereniging ION), Carolien Nieuwland (Rijkswaterstaat), Gerard Rutjes (vereniging ION-docent), Egbert Stremmelaar (vereniging ION), Hans van der Veen, Adrie Winkelaar (CTC Consult) redactieadres Jetvertising, Postbus 1890, 2280 DW Rijswijk Bezoekadres: Laan van Zuid Hoorn 37, 2289 DC Rijswijk Tel. 070-399 00 00, fax. 070-390 24 88 oppervlaktetechnieken@jetvertising.nl abonnementen Abonnementsprijs: € 89,50, digitaal abonnement: € 44,75. Een abonnement kan ieder moment ingaan per de 1e van de maand en wordt genoteerd tot wederopzegging. Een opzegging voor het abonnement dient vóór 1 december bij Vereniging ION in bezit te zijn, om op te kunnen zeggen voor het eerstvolgende abonnementsjaar. Een aanmelding/opzegging kan gestuurd worden per e-mail naar info@vereniging-ion.nl of post naar Vereniging ION, Postbus 2600, 3430 GA Nieuwegein. Bij een niet-tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch met een jaar verlengd tegen het daarvoor geldende tarief. advertentieverkoop Jetvertising Rijswijk tel. 070-399 00 00, fax. 070-390 24 88 Vincent IJff: vincent@jetvertising.nl after-sales: advertenties@jetvertising.nl opmaak Projekt C, www.projektc.nl druk Senefelder de Misset, Doetinchem www.senefelder.nl uitgave Oppervlaktetechnieken is een uitgave van Jetvertising in opdracht van de vereniging Industrieel Oppervlaktebehandelend Nederland ION (voorheen Vereniging voor Oppervlaktetechnieken van Materialen, VOM) www.vereniging-ION.nl copyright 2016 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. De uitgever, vereniging ION en de bij deze uitgave betrokken redactie en medewerkers aanvaarden geen aansprakelijkheid voor mogelijke gevolgen die zouden kunnen voortvloeien uit het gebruik van de in deze uitgave opgenomen informatie. ISSN 0923-1722

Ongeveer 7.000 kilometer verzinkte geleiderail, ook wel vangrail genoemd, staat er langs de Nederlandse snelwegen. Afgedankte stukken worden nu nog als schroot omgesmolten in het buitenland, terwijl bij hergebruik het zink volledig kan worden teruggewonnen. Gelukkig is er een Nederlands bedrijf die dit op industriële schaal doet. Met als resultaat: forse energiebesparing, een aanzienlijk lagere CO2-footprint én een gesloten kringloop.

Leeswijzer Jaap van Peperstraten Hoofdredacteur Oppervlaktetechnieken

realisatie Desiree Driesenaar (journalistiek binnenland), Hans de Rond (journalistiek binnenland), Edward Uittenbroek (technische journalistiek buitenland; rubriek Gespot), Chris Versteeg (opmaak), Armand van Wijck (technologische journalistiek).

Inspirerende praktijkverhalen De zomervakantie is een mooie periode om het stof te blazen van de goede voornemens die u rond de jaarwisseling heeft gemaakt en ze weer van nieuwe energie te voorzien. En als die voornemens betrekking hebben op uw werk wil dit vakblad u daarbij helpen. Daarvoor hebben we in dit nummer weer flink wat inspirerende praktijkverhalen en -voorbeelden bij elkaar gezet. Wat te denken van een uitgebreid verhaal over Fokker die in een lang onderzoekstraject op zoek is gegaan naar alternatieven voor chroomzuur anodiseren en ze ook nog heeft gevonden. Over een tijdje wordt gestart met de voorbereidingen voor seriematige productie. Ook beschrijven we de kenmerken van de circulaire economie en belichten we enkele praktijkvoorbeelden. En natuurlijk laten we uitgebreid de voorzitter van de stuurgroep Circulaire Metaalketen aan het woord die beschrijft hoe ver die stuurgroep gevorderd is en wat u daarvan gaat merken. Ook gaan we in een doortimmerd artikel over energiebesparing in op de stand van zaken wat onder meer betekent dat bedrijven aan de slag moeten met energiebesparing.

En afval: weet u hoeveel afval uw bedrijf produceert en wat de samenstelling daarvan is? En hoe je daarmee geld kunt verdienen? Als u beschaamd moet toegeven dat allemaal niet te weten, dan is er de vage troost dat u niet de enige bent. In een artikel beschrijven we de winstmogelijkheden op afvalgebied en ION doet u een aanbod om daar gratis kennis van te nemen. Tot slot schenken we aandacht aan het circulair gebruik van oplosmiddelen en een methode om bestaande coating-formulering eco-vriendelijker te maken. Maar er zijn ook enkele interessante artikelen die niet thema-gerelateerd zijn. Zo is er een artikel over belangrijke wijzigingen in de licentievoorwaarden van Qualicoat, Qualisteelcoat en Qualanod. Ook beschrijven we de brandbrief die drie brancheorganisaties, waaronder ION, naar de Europese Commissie hebben gestuurd inzake Chroom VI. En we blikken natuurlijk opnieuw vooruit naar de Week van de Oppervlaktetechnologie 2016 en de Vakbeurs Surface. Tot slot hebben we vijf pagina’s met interessante nieuwsberichten over ontwikkelingen uit de branche of daarmee te maken hebben. Ik wens u dus weer veel leesplezier! ●

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 3


Column

Innovate or die

Airblast-Abrasives

Op 15 juni organiseerde Bleu Engineering onder deze titel een symposium in Venlo. Een symposium dat de aanwezigen zou moeten laten inzien dat er voor bedrijven slechts twee opties zijn. Of je doet mee aan de ontwikkeling van de BV Nederland door te innoveren, of je bedrijf zal gemarginaliseerd worden en uiteindelijk ophouden te bestaan. Centrale vraag: zijn er tussen deze twee uitersten wellicht ook nog wat tussenstations.

Straalmiddelen Metallisch High carbon steel shot High carbon steel grit Low carbon steel shot

Niemand minder dan oud-premier en huidige partner corporate responsibility bij EY, prof.dr. Jan Peter Balkenende, was één van de sprekers. Nadat hij geïnventariseerd had welke onderwerpen de aanwezigen in ieder geval behandeld wilden zien, stak hij van wal met de genoemde stelling. In zijn introductie noemde hij meerdere voorbeelden, waarvan twee op het gebied van innovatieve coatings. Zijn betoog ging niet alleen over technische innovatie, maar ook over sociale innovatie. Meer specifiek: een geslaagde innovatie wordt voor 25% bepaald door nieuwe technologie en voor 75% door de (sociale) randvoorwaarden. Samenwerken (met ketenpartners en/of kennisinstituten) bleek één van de succesfactoren.

RVS straalmiddelen Draadkorrel

Niet-metallisch Corund bruin Corund wit Glasparel Garnet Aluminium silicaat / Slakken grit

Airblast-Abrasives B.V. - Postbus 9334 - 1800 GH Alkmaar Tel.: 072 5715569 - Fax: 072 5714340 info@airblast-abrasives.com - www.airblast-abrasives.com

De specialist in filtertechniek ..

Efficient Kwaliteit Duurzaam Economisch edrizzi® benelux tel. 0318-507138 info@edrizzi.nl www.edrizzi.nl

seal-, magneet-, dompelen filterpompen, filterkaarsen, filterpapier en alle filtermaterialen, kunststof bakken / opslagtanks

Corode Benelux BV

Postbus 854 - 5280 AW, Boxtel tel. 0031 (0)411 685500 - fax 0031 (0)411 686067 corode@corode.nl - www.corode.nl 4 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

Bij het noemen van de niet-coating gerelateerde voorbeelden van innovatie konden alle voorbeelden worden herleid tot een innovatie die voor een groot deel toe te schrijven was aan het feit dat materiaaleigenschappen werden verbeterd door een coating of een elektro-chemische of metallieke deklaag. Tijdens de netwerkborrel heb ik hierover met de heer Balkenende gesproken. Dit heeft geleid tot een schriftelijk vervolg en uiteindelijk werd een lijst van bijna dertig innovaties benoemd die niet hadden bestaan als onze branche geen baanbrekend werk had verzet. Je zou de stelling zelfs kunnen uitbreiden tot: innovate by surface engineering or die.

egbert stremmelaar | directeur Vereniging ION

Gietijzergrit

De conclusie van de aanwezigen was dat er geen echte tussenstations zijn. Dit betekent een grote verantwoordelijkheid voor onze branche. Immers onze branche is daarmee mede bepalend voor de welvaart van de BV Nederland in de toekomst. Neemt u uw verantwoordelijkheid en kiest u voor de continuïteit van uw bedrijf door te kiezen voor “innovate”, dan kunt u inspiratie tanken tijdens de WEEK van de OPPERVLAKTE TECHNOLOGIE in ‘s-Hertogenbosch. Het is daarbij niet geheel onmogelijk dat u daar de heer Balkenende tegen het lijf loopt, want hij is in ieder geval uitgenodigd. ●


14

Inhoud ALGEMEEN 18 Vertrouwen kernwoord bij circulaire metaalketen De stuurgroep Circulaire Metaalketen bestaat drie jaar. Wat heeft deze groep bereikt en waar wordt aan gewerkt? Waarom bestaat de stuurgroep eigenlijk? Hoe functioneert de groep en wat staat ons te wachten op het gebied van circulariteit? Hoog tijd om die vragen voor te leggen aan de voorzitter van de stuurgroep: Gerard Wyfker.

Fokker introduceert alternatief voor chroomzuur anodiseren Duurzame oplossingen vinden voor industrieel-technische problemen, die ook nog eens goed uitpakken voor het milieu? Dat gaat makkelijker wanneer je de tijd krijgt en de faciliteiten hebt om fundamenteel onderzoek te doen. Deze conclusie valt te trekken na een lang en diepgravend onderzoeksproject bij Fokker, waar de TU Delft nauw bij betrokken was. Doel van het onderzoek: voor het chroomzuur anodiseren een betrouwbaar alternatief vinden dat niet conflicteert met REACH.

Branchebrede actie om ‘Grip op Afval’ te krijgen Wie iets maakt, produceert ook afval. Maar hoeveel afval produceert u en waaruit bestaat het? Kan er meer afval gerecycled of hergebruikt worden? Kunt u vermijdbaar afval voorkomen en minder grondstoffen verspillen? ION doet u, in samenspraak met onafhankelijk specialist Milgro, een aanbod om antwoord te krijgen op bovengenoemde vragen.

22 Vervoer gevaarlijke stoffen: wanneer is een veiligheidsadviseur verplicht? Veel bedrijven krijgen met de volgende vraag te maken: moet ik een veiligheidsadviseur vervoer gevaarlijke stoffen inschakelen? Daar is vaak veel onduidelijkheid over. In dit artikel willen we klip-en-klaar uit de doeken doen wanneer u een veiligheidsadviseur vervoer gevaarlijke stoffen moet inschakelen.

26 Energiebesparing: bedrijven moeten aan de slag Wetenschappelijk gezien is er overeenstemming dat de huidige klimaatverandering voor een groot deel wordt veroorzaakt door de uitstoot van CO2 en van methaan. Als gevolg van het energie- en klimaatbeleid moet bedrijven aan de slag. Wat dat betekent, leggen we in dit artikel uit.

34 Wat is circulaire economie? Beschrijving van de voornaamste kenmerken van een circulaire economie beschreven, gevolgd door twee voorbeelden uit de praktijk. Voor ondernemers betekent een circulaire economie: meer ketensamenwerking, innovatieve businessmodellen, minder grondstoffenverbruik en minder afval. De voorbeelden bieden aanknopingspunten.

vanuit een ooghoek ziet u een tentoonstelling van Materia. Maar wat voor organisatie is Materia eigenlijk? Hoe zit hun verdienmodel in elkaar?

vereniging ion 21 Belangrijke wijzigingen licentievoorwaarden Qualicoat, Qualisteelcoat en Qualanod De licentievoorwaarden van Qualicoat, Qualisteelcoat en Qualanod zijn gewijzigd. Deze wijzigingen zijn onderdeel van de voorwaarden om uw licentie te ontvangen. De belangrijkste wijzigingen zetten we op een rij.

29 Programma Vakbeurs Surface en WOT16 nader ingevuld De Week van de Oppervlaktetechnologie (WOT), waaronder de Vakbeurs Surface, zijn volop op stoom richting de officiële opening op 4 oktober. De Vakbeurs Surface heeft nu onder meer een uitgebreid congresprogramma. Aansluitend zijn er op 7 en 8 oktober open dagen bij bedrijven uit de branche.

organische deklagen 38 Hoe maak je een bestaande coatingformulering eco-vriendelijker? De trend is om alsmaar “groenere” coatings te ontwikkelen op basis van minder toxische en biogebaseerde solventen. Maar hoe begin je eraan? Het ontwikkelen van een compleet nieuwe formulering vraagt immers tijd, en hoe zal je er in slagen om de gewenste prestatie van de coating te behouden, laat staan te verbeteren?

ALGEMEEN 31 Mijn Mening

36 Verdienmodel Materia smaakt naar meer Het zal u waarschijnlijk weleens zijn overkomen: u loopt op een beurs en

32

40 EEN 43 Brancheregister

Bij de voorpagina: Een heel bekend voorbeeld van duurzaamheid is wat Schiphol tegen Philips gezegd heeft over de verlichting op de luchthaven. Schiphol wilde geen lampen, maar verlichting. Het zogenoemde pay per lux. Als producent ga je dan anders nadenken over je product. Het simpel verkopen van lampen maakt plaats voor het vraagstuk van hoe je met lampen (maar het zou in theorie ook met waxinelichtjes kunnen) voor de gewenste hoeveelheid verlichting kunt zorgen. Het product lamp is daar vervangen door het product verlichting.

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 5


Dompelprocessen intelligent sturen

SMART SOLUTIONS

FOR INDUSTRIAL COATING

GECOMBINEERD OPHANGEN EN MASKEREN Perfecte aarding daar waar ook maskering nodig is. 1

1 Q-bout / QB 2 Maskeren en ophangen, gaten / GHH 3 Maskeren en ophangen, assen / GHA

Afvalwater management Besturing galvanische processen

2

3

Neem voor meer informatie contact met ons op! www.hangon.co

Photo: Greg Amptman – shutterstock.com

Wanneer bij het veredelen van oppervlakken én hoogste kwaliteit én efficiëntie worden vereist, dan maakt de besturingscapaciteit van de installatie het doorslaggevende verschil uit . Uitgekiende besturingsconcepten zorgen voor hoge capaciteiten en bieden tevens flexibiliteit voor uw productie. Overtuig ook u zich van de voordelen van onze software producten.

Wij sturen galvanische processen.

www.icom-automation.de

6 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

An der Krebswiese 5 98693 Ilmenau – Germany Tel.: + 49 3677 84880


Agenda

SEPTEMBER ● Klassikale cursus Constructieschilder 1 september www.vereniging-ion.nl ● Klassikale cursus Anodiseren niveau 1 6 september www.vereniging-ion.nl ● TIV Hardenberg 6 - 8 september, Hardenberg www.evenementenhal.nl/tiv ● Klassikale cursus Spuiter 7 september www.vereniging-ion.nl ● Tenderbijeenkomst DEI en Hernieuwbare Energie 8 september, Utrecht www.vereniging-ion.nl ● Klassikale cursus Poedercoaten niveau 1 en 3 8 september www.vereniging-ion.nl ● Eurocorr 2016 11 - 15 september, Montpellier (F) www.eurocorr.org ● Algemene Ledenvergadering en Updatemiddag Vereniging Qual.ION 13 september www.vereniging-ion.nl

● Klassikale cursus Natlakken niveau 1 13 september www.vereniging-ion.nl ● Combinatievergadering Vakgroepen Anodiseren & Galvaniseren 14 september www.vereniging-ion.nl ● Klassikale cursus Chemisch Voorbehandelen niveau 1 14 september www.vereniging-ion.nl ● NVVT Symposium ETCC 2016 Highlights 20 september, Nieuwegein www.materialenkennis.nl ● Klassikale cursus Galvanotechniek niveau 1 22 september www.vereniging-ion.nl ● Klassikale cursus Natlakken niveau 3 26 september www.vereniging-ion.nl ● Kunststoffen 2016 28 - 29 september, Veldhoven www.kunststoffenbeurs.nl

OKTOBER Surface 2016 4 - 6 oktober, ’s-Hertogenbosch www.surfacevakbeurs.nl

Een activiteit melden? Mail de redactie: Oppervlaktetechnieken@ellemmi.nl

Tenderbijeenkomst DEI en Hernieuwbare Energie Uw energie-innovatie kunt u nu - net voor grootschalige marktintroductie - voor het eerst toepassen. Dan kan nu de subsidieregeling Demonstratie energie-innovatie (DEI) interessant voor u zijn. Draagt uw project bij aan lagere productiekosten voor duurzame energie uiterlijk in 2023? Dan is de regeling Hernieuwbare Energie wellicht interessant voor u. Wilt u weten of uw innovatieve energieproject in aanmerking komt voor één van deze regelingen? Kom dan op 8 september naar Utrecht voor alle details én advies op maat in een persoonlijk gesprek met een adviseur van RVO.nl. Aanmelden via de website van ION. Enkele dagen van tevoren krijgt u meer informatie. Vragen? Stuur een mail naar klantcontact@rvo.nl of bel 088 - 602 90 00.

NVVT Symposium ETCC 2016 Highlights Eind mei was in Birmingham het congres van de European Technical Coatings onder de titel “Advances in Coatings Science and Technology”. Voor diegenen die niet in de gelegenheid waren dit bij te wonen, worden de presentaties van de Nederlandse bedrijven en universiteiten herhaald in dit symposium van de NVVT. Ook de winnende presentatie van Nuplex Resins zal worden gegeven. Aanmelden via info@materialenkennis.nl.

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 7


kort Nieuws Oppervlaktebehandelaars in juli veel positiever dan in juni Situatie in de Oppervlaktebehandeling in juli ook veel beter dan de totale industrie Uit de laatste meting van de ION BrancheBarometer Oppervlaktebehandeling (in samenwerking met MCB) blijkt dat de inkoopmanagers in de metaalbewerkende branche ‘Oppervlaktebehandeling’ in juli veel positiever dan in juni zijn over de groei in de branche: indexscore 77,1 versus 62,2. De branche ontwikkelde zich in juli ook veel beter dan de totale Nederlandse industrie ( 53,2; dit wordt maandelijks door branchevereniging Nevi gemeten). Omdat een score hoger dan 50 ‘groei’ betekent, kan geconcludeerd worden dat er in de Oppervlaktebehandeling (maar ook in de industrie algemeen) sprake is van groei. De BrancheBarometer Oppervlaktebehandeling van de Vereniging ION (in samenwerking met MCB) is (evenals de Nevi Inkoopmanagersindex) opgebouwd uit vijf componenten. Met betrekking tot de ontwikkeling in juli ten opzichte van juni zijn met betrekking tot deze componenten de volgende conclusies te trekken: • De productie in de branche Oppervlaktebehandeling ontwikkelt zich veel positiever ten opzichte van vorige maand • Over de orders denken de inkopers veel positiever • De levertijd van de leveranciers is veel langer • De voorraden eindproduct nemen flink toe • Over de werkgelegenheid denkt men veel positiever.

Opmerking: de relatieve vlakheid van de Nevi-lijn is te verklaren door de grote verscheidenheid aan industrieën waaruit deze is opgebouwd.

De inkoopprijzen, geen onderdeel van de totale BrancheBarometer, nemen flink af volgens de inkopers ten opzichte van vorige maand. Ten opzichte van de totale industrie (Nevi) zijn de volgende conclusies te trekken met betrekking tot de verschillende aspecten in de afgelopen maand: • Het productieniveau is in de Oppervlaktebehandeling in juli veel beter dan in de totale industrie • Het orderniveau is veel beter • De levertijden van de leveranciers zijn veel langer • De voorraadniveaus in de Oppervlaktebehandeling zijn flink hoger

• Over de werkgelegenheid denken de inkopers veel positiever. De inkoopprijzen, geen onderdeel van de totale BrancheBarometer, zijn in de Oppervlaktebehandeling relatief flink lager dan in de totale industrie. ● Nieuwe deelnemers aan de BrancheBarometer (mits oppervlaktebehandelaar) zijn van harte welkom: ze krijgen sneller en specifiekere resultaten. Meld je aan via www.formdesk.nl/ion/ abonnee. Bent u leverancier voor de oppervlaktebehandelende industrie of wilt u het persbericht maandelijks ontvangen meld u dan gratis aan via www.formdesk.nl/ion/pers.

Studenten Materials Challenge om problemen op te lossen Op de Dag voor Materialenkennis op 8 november is een Studenten Materials Challenge rond twee dagthema’s: additive manufacturing (3D printen) en circulaire economie, met als subthema’s recycling en CO2-footprint. Meedoen? Meld u aan voor 8 oktober. Voorafgaand aan de studentenchallenge is er een inleiding inzake deze twee dagthema’s. Een studentenchallenge is een unieke gelegenheid voor bedrijven om uitdagingen voor te leggen aan een groep gemotiveerde studenten. De studenten op hun beurt krijgen op deze manier de kans om een case uit het bedrijfsleven op te

8 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

lossen en kennis te maken met zaken die heden ten dage spelen.

Hoe werkt het? Uw bedrijf legt de studenten een probleem voor dat gerelateerd is aan één van de dagthema’s. De probleemstelling is zo geformuleerd, dat in ongeveer 2,5 uur een oplossing bedacht kan worden. De studenten werken in teams van vijf à zes personen onder begeleiding van één of twee bedrijfsmedewerkers aan het vraagstuk. Aan het eind van de dag worden één of meer werkbare oplossingen plenair gepresenteerd aan de rest van de deelnemers.

Heeft u een vraagstuk of probleemstelling, zet deze dan op één A4, met 1. het thema, 2. contactpersoon (telefoon/e-mail), 3. kader van de probleemstelling 4. vraag voor de Studenten Materials Challenge. U meldt zich aan door een e-mail met uw vraagstelling te sturen aan: Challenge@materialenkennis.nl. U kunt hier ook uw vragen stellen. Doet u dit vóór 8 oktober 2016 zodat de inzendingen beoordeeld kunnen worden. Kijk voor het volledige programma op www.materialenkennis.nl en schrijf u in. ●


Nieuwe leden IGPBenelux bv Rietveldstraat 18, 8013 RW Zwolle Tel. 038-4600695 info@igpbenelux.nl www.igpbenelux.nl De poedercoatproducent uit Zwitserland levert hoogwaardige coatings voor verschillende markten: metaal maar ook voor hout en MDF. Daarnaast hebben de coatings verschillende toepassingen waaronder natuurlijk corrosiewerende, anti-graffiti, ecologische en functionele coatings. Ook voor Qualicoat en Qualisteelcoat hebben zij gecertificeerde poedercoatings en dragen samen met ION bij aan de verdere ontwikkeling van deze labels.

Voortman Kantoormeubelen bv Edisonweg 3, 1446 TM Purmerend Tel. 0299-646611 info@voortmanmeubel.nl www.voortmanmeubel.nl Voortman Kantoormeubelen, opgericht in 1967, is een zelfstandige Nederlandse onderneming. In eigen fabriek worden de kantoormeubelen vervaardigd. Door tijdloos design, hoge functionaliteit en uitstekende kwaliteit kunnen die producten langdurig gebruikt en eventueel hergebruikt worden. Alle stalen onderdelen worden duurzaam gepoedercoat. Ontwikkelingen staan nooit stil en met ION worden deze op de voet gevolgd.

De Buren Coating bv Energieweg 10, 4691 SG Tholen Tel. 0166-607111 info@deburencoating.nl www.deburencoating.nl De Buren Coating in Tholen richt zich op poedercoaten waarmee een duurzame en beschermende deklaag op aluminium of verzinkt staal verkregen wordt. In hun bedrijfsoppervlakte van 10.000 vierkante meter hebben ze een geautomatiseerde voorbehandelingsstraat en twee poedercoatlijnen. Omdat de markt voortdurend in ontwikkeling is, sluit men zich na lange tijd weer aan bij de brancheorganisatie Vereniging ION.

Online Kennisbank voor oppervlaktebewerking In de metaalindustrie worden steeds meer vragen gesteld over het efficiënt en effectief handelen, maar ook over veiligheid, automatisering en milieubelasting. Het verhogen van efficiëntie en LEAN-productie staan centraal om de continuïteit te handhaven. Het effectief inzetten van personeel en het leveren van toegevoegde waarde worden steeds belangrijker. Voor de selectie van apparatuur voor nieuwe innovatieve systemen of technieken, is kennis en ervaring nodig om de juiste keuze te maken. Er is behoefte aan informatie over nieuwe innovaties. Maar bedrijven in de oppervlaktebehandelende industrie krijgen ook zeer uiteenlopende vragen op hun bord over technische, politieke, ecologische en zelfs morele kwesties, naast de vertrouwde onderwerpen als corrosie, oppervlakteruwheid en wrijving. De wereldwijd opererende firma “RÖSLER” wil

aan de kennisbehoefte bijdragen door oplossingen voor dagelijkse problemen toegankelijk te maken. In het onlangs gemoderniseerde centrum voor onderzoek, analyse en procesoptimalisatie worden ad-hoc testen (voor bijvoorbeeld oppervlakteruwheid, glijdende eigenschappen of corrosiebestendigheid) uitgevoerd en oppervlaktebehandelingen uitbesteed. Op deze afdeling staat een team goed opgeleide engineers gereed. Via het web “bloggen” ze over topics aangaande techniek, industrie en educatie, maar ook over wetenschappelijke achtergronden en de vele mogelijkheden voor procesoptimalisatie en kostenbesparing. Vanaf nu is de kennisbank online (www. roslerblog.com) in de vorm van een blog waar continu updates in een breed spectrum aan onderwerpen worden geplaatst. ●

Meer informatie www.roslerblog.com

Onderzoeksplicht naar gevaarlijk rvs in zwembaden Eigenaren van overdekte zwembaden moeten vanaf 1 juli 2016 aantonen dat er geen gevaarlijk rvs meer aanwezig is. Met deze onderzoeksplicht wil minister Blok zorgen dat zwembaden alles doen om de veiligheid van hun bezoekers te garanderen. Dit staat in een wijziging van de Regeling Bouwbesluit 2012.

tuaties ontstaan. In 2011 heeft dit geleid tot een dodelijke ongeval in het Tilburgse zwembad de Reeshof doordat een geluidsbox naar beneden viel. Eerder bleek uit onderzoek dat naar schatting in 67% van de overdekte zwembaden nog gevaarlijk rvs is toegepast. Om die reden is een onderzoeksplicht ingevoerd. Eigenaren van zwembaden moeten het onderzoek voor 1 januari 2017 uitvoeren. ●

Bepaalde typen rvs zijn niet bestand tegen chloorlucht. Bij een breuk kunnen gevaarlijke si-

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 9


kort Nieuws Evaluatie Green Deals: succesvolle aanjager groei en vergroening De Green Deal-aanpak van het kabinet is een succes. Green Deals jagen economische groei aan, leiden tot energiebesparing en tot meer gebruik van hernieuwbare energie en dragen bij aan een schoner milieu. Dat blijkt uit de evaluatie van het ministerie van Economische Zaken. Daaruit blijkt dat dankzij meer dan tweehonderd Green Deals, duizenden woningen en bedrijven energiezuiniger zijn gemaakt, vervoer schoner is geworden en tienduizenden

Nederlanders hernieuwbare energie vanuit restwarmtenetten of duurzaam opgewekte elektriciteit hebben gekregen. Green Deals zijn afspraken tussen de rijksoverheid, bedrijven, maatschappelijke organisaties en andere overheden. Deze werkwijze brengt de creativiteit, kennis en kunde van betrokken organisaties bijeen. Hierdoor krijgen innovatieve plannen vanuit de samenleving

de ruimte en worden knelpunten in wet- en regelgeving weggenomen. Voorbeelden zijn nieuwe energiebesparingstechnieken, efficiënt watergebruik, duurzaam vervoer, alternatieve bouwmaterialen of bestendige productiesystemen in de landbouw. Ook vanuit Europa is volop interesse voor deze aanpak. ●

Meer informatie www.greendeals.nl

“Niet-isoleren maatschappelijk onverantwoord” “Is het maatschappelijk verantwoord elk jaar 31 petajoule te verspillen, dat wil zeggen 500.000 auto’s nutteloos te laten rondrijden?” Met deze retorische vraag zwengelt VIB-voorzitter Hans Koole in Isolatie Magazine de discussie aan over de tegelijkertijd ethische en economische aspecten van technische isolatie. VIB is de Nederlandse Vereniging van Ondernemers in het Thermisch Isolatiebedrijf. De brancheorganisatie vindt dat de overheid optimalisatie van technische isolatie in industrie en utiliteit verplicht moet stellen in het Intensiveringspakket Energieakkoord en heeft dit in een

brief aan EZ-minister Henk Kamp verwoord. In de nieuwste uitgave van VIB, Isolatie Magazine, staan de grote bijdragen centraal die technische isolatie in industrie en utiliteit leveren aan energie- en klimaatdoelen. Zo licht VIB-voorzitter Hans Koole uitgebreid toe waarom de sector pleit voor verplichte optimalisatie van technische isolatie, waarmee economisch rendabel 31 PJ energiebesparing op jaarbasis haalbaar is. De sector haakt daarmee in op het Intensiveringspakket waarmee de Nederlandse overheid dit najaar het Energieakkoord in een hogere versnelling brengt. Hoewel investeringen in technische isolatie gemiddeld in een tot twee jaar zijn terugverdiend, pleit de

sector voor financiële stimulansen. Duitsland heeft dit reeds ingevoerd. Per mei 2016 heeft de gehele Duitse industrie toegang verkregen tot verruimde isolatiesubsidies. Het Vakblad Isolatie Magazine heeft verder een uitgebreide projectreportage bij Tata Steel dat de praktische en economische haalbaarheid van technische isolatie illustreert. Het staalconcern heeft in twee isolatieprojecten een besparing van 0,45 PJ gerealiseerd, anderhalf procent van het totale Nederlandse potentieel dat met technische isolatie kan worden geoogst. ●

Meer informatie www.isoleren.nl

Binnenkort (her)inspectie van ISZW De inspectie SZW gaat binnenkort (her)inspecteren bij de metaalgieterijen en de oppervlaktebehandelaars. De looptijd van dat project is onlangs gewijzigd. Nu zullen de inspecties plaatsvinden in

de periode november 2016 tot mei 2017. ●

Meer informatie www.inspectieszw.nl

Milieuvriendelijke elektrische verfpompen van Wiltec Wiltec introduceert met de Graco E-FLO DC een compleet nieuwe serie elektrische verfcirculatiepompen. Deze spelen in op de steeds groeiende behoefte aan milieuvriendelijke elektrische verfpompen. Maar de Graco E-FLO DC verfpompen blinken ook uit door een zeer hoog doorstroomvolume. Ze verpompen twee keer zoveel verf als de pneumatische 4-kogelpompen. Bovendien besparen ze geld en energie, omdat ze vijf keer efficiënter werken dan pneumatische motoren. De Graco E-FLO DC biedt verder dezelfde constante druk als bij een pneumatische motor en hetzelfde

10 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

constante doorstroomvolume als een elektrische motor. De nieuwe verfcirculatiepomp is makkelijk integreerbaar in een PLC-netwerk en er is geen VFD (Variable Frequency Drive) vereist. De nieuwe pompen verhogen de productiviteit, verbeteren de prestaties en het milieu. De pomp heeft een eenvoudig plug & play-concept, een verminderde downtime en geeft minder lawaai in de cabine. En heeft tevens een overtoerenbeveiliging en een onderhoudsvrije motor. ●

Meer informatie www.wiltec.nl


XXL-installatie voor Hop Metaalconservering Onlangs heeft Railtechniek Van Herwijnen een Teleflex T5 Power & Free transportsysteem gemonteerd bij Hop Metaalconservering in Veenendaal. Het T5-systeem transporteert grote, zware metaalconstructies door de processen stralen, poedercoaten en moffelen. In de Benelux onderscheidt de installatie zich door grootte en capaciteit: producten tot 25 meter lang met een maximale last van 5000 kilo. Sinds 2009 zorgt Hop Metaalconservering voor het verzinken en poedercoaten van uiteenlopende metalen constructies en onderdelen, hoofdzakelijk voor metaalconstructiebedrijven. Een gestage groei en veranderende werkzaam-

heden hebben geleid tot groei en ontwikkeling van personeel. Er is veel aandacht voor het intern bij- en omscholen van medewerkers, zodat zij optimaal bijdragen aan het afleveren van een kwalitatief hoogwaardig product.

Extra grote producten Met het Teleflex T5 Power & Free systeem worden XXL-producten getransporteerd. Het systeem kan een formaat aan van maar liefst 25 meter lang en¬ heeft een capaciteit van tien ton per uur. Railtechniek van Herwijnen zorgde voor het ontwerp, de engineering en de besturing van het transportsysteem. Dit alles in nauwe samenwerking met de leveranciers van straalen coatingapparatuur. Alle producten worden

door het T5 P&F systeem getransporteerd door de oppervlaktebehandelingsprocessen. De besturing regelt vrijgave bij laden, lossen en moffelen, zodat producten op het juiste moment op de juiste plaats zijn. De heer Hop heeft kwaliteit hoog in het vaandel. Hij geeft aan honderd procent tevreden te zijn met de kwaliteit van de installatie en de betrouwbaarheid en flexibiliteit van de medewerkers van Railtechniek. Ook de onderlinge samenwerking tussen de leveranciers verliep zeer goed. ●

Meer informatie www.railtechniek.nl

MKB Ondernemers Congres over veerkracht Op 27 oktober 2016 is het MKB Ondernemers Congres met als thema ‘veerkracht’. Presentator Jort Kelder neemt ondernemers op zijn eigen uitgesproken wijze mee langs de verschillende keynote sprekers, zoals rasondernemer Roland Kahn. Het congres in het Beatrixgebouw in Utrecht is inmiddels uitgegroeid tot het grootste MKB-evenement van Nederland. De 2000

ondernemers doen op locatie kennis, inspiratie en ervaringen op, met vijftig sprekers, vijftien streams en tien keynote sprekers. Het MKB Ondernemers Congres pakt dit jaar groter uit dan ooit. Het evenement biedt podium aan zestig sprekers uit binnen- en buitenland. Ondernemers kiezen zelf hun programma door een selectie te maken uit vijftig break-out sessies zoals workshops, discussietafels, onder-

nemerstafels of State of Art Tech. De vijftien streams, zoals Business Development 2020, Export, Online World, Financiering of Retail 4.0, vormen de onderwerpen van de break-out sessies, die ondernemers de kans geven om direct aan de slag te gaan of voordeel te behalen. ●

Meer informatie www.mkbondernemerscongres.nl

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 11


kort Nieuws Brandbrief brancheorganisaties inzake autorisatie Chroom VI Ondernemersvereniging FME, Koninklijke Metaalunie en Vereniging ION maken zich grote zorgen over de positie van de oppervlaktebehandelende industrie en technologische bedrijven die daarvan afhankelijk zijn. Uit recent economisch onderzoek door bureau Panteia blijkt dat er een grote kans is op omzetverlies en het sluiten van een paar honderd bedrijven in Nederland waarmee duizenden arbeidsplaatsen verloren zullen gaan. De Europese Commissie moet voor het eind van dit jaar een besluit nemen over de lengte van de autorisatieperiode voor bepaalde chemische stoffen voor bedrijven. Het Europese Chemie Agentschap (ECHA) stelt voor verschillende toepassingen van Chroom VI termijnen van vier en zeven jaar voor. De drie organisaties vertegenwoordigen 15.000 ondernemingen, 90 miljard euro aan omzet en 370.000 werknemers. Het behandelen van metalen met Chroom VI kan zonder vergunning buiten Europa worden uitgevoerd. Europa staat toe dat de eindproducten, zoals een verchroomde kraan, fietsbel of behandeld aluminium, gewoon geïmporteerd mogen worden. Repa-

ratie van onderdelen en onderhoud van eerder met Chroom VI behandelde producten kunnen opdrachtgevers verplaatsen naar landen buiten Europa. Het indienen van een autorisatieaanvraag duurt twee jaar en de beoordeling door ECHA 18 maanden. De autorisatie leidt tot onzekerheid bij bedrijven die Chroom VI verwerken en hun afnemers. Er zijn immers op dit moment niet altijd directe alternatieven voor hardverchromen beschikbaar. Naast de zeer hoge autorisatiekosten voor de aanvrager besluiten klanten een eventuele negatieve uitkomst niet af te wachten en kiest men voor leveranciers buiten Europa. Europa dreigt ook achter het net te vissen bij internationaal opererende bedrijven die moeten bepalen of ze miljoenen euro’s investeren in fabrieken in Europa of daarbuiten. Deze bedrijven willen zekerheid dat hun fabriek niet na vier of zeven jaar zonder vergunning zit. FME, Koninklijke Metaalunie en Vereniging ION hebben een brandbrief gestuurd aan de Europese Commissie met het verzoek om af te wijken van het ECHA-advies en autorisatietermijnen van tenminste zeven, twaalf jaar of langer toe te kennen. Hiermee kan het dreigende

omzetverlies voor bedrijven in Nederland en Europa worden voorkomen. Panteia heeft in haar rapport Economic Impact Authorisation Chrome VI ook de economische effecten voor alle 28 Europese landen doorgerekend. Bij zeven jaar autorisatie dreigt een verlies van 94.942 banen in Europa, bij slechts vier jaar autorisatie loopt dat op tot 304.997 banen. De branches verwachten niet dat de Europese Commissie zal kiezen om helemaal geen autorisatie te verlenen. Chroom VI is een kankerverwekkende stof, maar in veel situaties onvervangbaar. De branches hebben als standpunt dat bedrijven Chroom VI moeten vervangen waar het kan, maar dat autorisatie moet worden toegekend waar het moet. Met de huidige kennis van zaken bij bedrijven en de intensieve controle vanuit de overheid kan veilig worden gewerkt met Chroom VIverbindingen. Er is geleerd van fouten uit het verleden. De huidige REACH-regels leiden er nu toe dat bedrijven dit type activiteiten weghalen uit Europa en verplaatsen naar landen met een lager niveau van bewustwording en controle. De Koninklijke Metaalunie, Vereniging ION en FME pleiten er daarom voor om het beleid te veranderen. REACH en Arbowetgeving zouden juist bedrijven moeten belonen om deze activiteiten in Europa uit te voeren. We moeten stoppen met het exporteren van milieu- en arboproblemen en daarmee onze werkgelegenheid. ●

Meer informatie www.panteia.nl/Nieuwsoverzicht-Panteia/ Aanzienlijk%20banenverlies%20bij%20 verbieden%20gebruik%20ChroomVI#.V6xPbzWjHmA Daarop is het rapport ook te downloaden.

Overzicht geslaagden tweede kwartaal 2016 ION-cursussen Galvanotechniek niveau 2

Inspectie Staalconservering

R.R. Bosveld (Galvamé Oppervlaktetechnieken)

R.L.J.W.W. Jägers, E. Ritschi, S.J.J. Ubachs (Totalis), M. van Rhijn (Royal van Lent Shipyard), M.T. Stam (Slangen Staal), D. van Zijl (Snijder). ●

Galvanotechniek op maat S. Abee (Quooker), A.J.M. Beenhakkers, Y. van den Heuvel, M.J.F. de Koster, T. Leijten, M.A.J.M. van der Putten (CZL Tilburg)

12 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016


Nominaties Nationale Staalprijs bekend

CATEGORIEËN De Nationale Staalprijs 2016 wordt uitgeschreven in vijf categorieën: • A: Utiliteitsbouw

• • • •

B: Industriebouw C: Woningbouw D: Infrastructuur E: Karakteristieke stalen bouwdelen

In de categorie C is dit jaar helaas niets genomineerd. De bekendmaking van de winnende projecten vindt plaats op de Nationale Staalbouwdag op 11 oktober in Amsterdam. ●

Dé kennisBank vooR oppeRvlaktetechniek:

RosleRBlog.com

ing h s ni g fi ce blo

fa

sur

WIJ LATEN U GRAAG ZIEN WAT WE DOEN Holland Mineraal is al ruim 35 jaar een begrip op het gebied van oppervlakte behandelingsapparatuur en producent en leverancier van straalmiddelen en straalinstallaties. Wat we maken en hoe het werkt, laten we u graag zien, in het filmpje op onze website of door de QR code te scannen met uw smartphone of tablet.

www.hollandmineraal.nl

De nominaties van de Nationale Staalprijs zijn bekend. Er zijn vijf categorieën waarin staalbouwers een project konden indienen. Uit de genomineerde projecten kan de jury in elke categorie een Nationale Staalprijs en bovendien een categorie-overstijgende Nationale Duurzaamheidsprijs Staal toekennen.

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 13


elektrochemie en

THEMA DUURZAAMHEID, ENERGIE EN MVO

metallieke deklagen

Innovatieve historie en fundamenteel onderzoek dragen bij aan groot succes

Fokker introduceert alternatief voor chroomzuur anodiseren Duurzame oplossingen vinden voor industrieel-technische problemen, die ook nog eens goed uitpakken voor het milieu? Dat gaat makkelijker wanneer je de tijd krijgt en de faciliteiten hebt om fundamenteel onderzoek te doen. Deze conclusie valt te trekken na een lang en diepgravend onderzoeksproject bij Fokker, waar de TU Delft nauw bij betrokken was. Doel van het onderzoek: een betrouwbaar alternatief vinden, dat niet conflicteert met REACH, voor het chroomzuur anodiseren.

In de vliegtuigbouw spelen twee onderwerpen een belangrijke rol op het gebied van oppervlaktebehandeling: lijmverbindingen en corrosiebescherming. Een vliegtuig moet dertig jaar lang corrosievrij blijven en de lijmverbindingen van geanodiseerde oppervlakken moeten al die tijd intact blijven. In de vliegtuigbouw worden steeds vaker composieten toegepast, maar nog steeds hebben aluminiumlegeringen de overhand in veel vliegtuigconstructies, zodat corrosiebescherming een groot aandachtspunt blijft.

Als je inzoomt op de toegepaste oppervlaktebehandelingsprocessen en kijkt naar het gebruik van Chroom VI, dan zie je dat dat in vrijwel iedere processtap gebruikt wordt. Maar dat wil je er nou juist uit hebben. Hoe vind je betrouwbare alternatieven? In 2008 besloot Fokker op zoek te gaan naar alternatieven voor Chroom VI. REACH, dat in 2007 in werking trad, was een belangrijke reden hiervoor. In 2010 ging een onderzoekstraject van start dat zich richtte op lijmverbindingen en coatingtoepassingen voor corrosiebescherming.

De (ver)bouw van een chroomvrije productielijn is begin dit jaar gestart.

14 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

Dan praat je al gauw over innovatieve processen om vliegtuigen te bouwen. Op de genoemde gebieden heeft Fokker zelf veel kennis in huis, maar om een goede sparringpartner te hebben om het zoekproces zowel te verbreden als te verdiepen, werd contact gezocht met de TU Delft. Ook werden - zoals altijd - goede contacten onderhouden met grote klanten van Fokker, om ervaringen uit te wisselen. John de Kok, Engineering Specialist Materials and Processes van Fokker Aerostructures in Papendrecht, legt uit dat Fokker, behalve goede

Overzicht van de huidige anodiseerlijn.


Arjan Mol (l) en John de Kok: “Je moet begrijpen waarom iets werkt.”

relaties met klanten en de wetenschap, nog een voordeel heeft. “Wij hebben zelf goede faciliteiten in huis om onderzoek te doen. Die faciliteiten zijn gewoon essentieel om resultaten te bereiken, temeer daar het voor een groot deel om fundamenteel onderzoek gaat. De kennis die we zelf in huis hebben, was ook erg belangrijk om zowel met de klanten als met de wetenschap heldere afstemming te krijgen over de onderzoeksstrategie. Intern hadden we ook het voordeel dat engineering en productie op één locatie zitten, zodat er snel geschakeld kon worden.”

Fundamenteel onderzoek De onderzoeksfaciliteiten van Fokker bestaan uit diverse testfaciliteiten en een eigen voorbehandelingslijn. Testfaciliteiten bestaan onder meer uit bekerglasopstellingen, maar ook worden er vaten van 150 liter gebruikt en er is een testvoorbehandelingslijn van vier kuub (in Hoogeveen). De opzet van proefopstellingen en de resultaten daaruit worden uitgewisseld met kennisinstituten. “Alle informatie die daaruit komt, moet je bekijken door een industriële bril”, zegt John de Kok. “Er is fundamenteel onderzoek nodig om onderzoeksresultaten te kunnen doorgronden, terwijl resultaten ook gekoppeld moeten kunnen worden aan industriële toepassing.” Arjan Mol, universitair hoofddocent Corrosietechnologie en Elektrochemie aan de TU Delft, legt uit waarom het fundamenteel onderzoek zo nodig was gelet op de onderzoeksvraag. “Betrouwbare lijmverbindingen kunnen er alleen maar zijn als er een goede interactie is

met de anodiseerlaag. Je praat dus over een samenspel van twee compleet verschillende soorten chemie. Dan is het prettig als er ruimte is voor fundamentele kennisontwikkeling, om te gaan ontdekken hoe die twee elkaar verdragen. Oppervlakteruwheid speelt natuurlijk een belangrijke rol, want hoe ruwer het oppervlak, hoe meer oppervlak er beschikbaar is voor de hechting. Maar dan heb je nog geen inzicht in wat er gebeurt als je de chemie van de anodiseerlaag verandert.” Hij vervolgt: “Bij proefstukken hebben we onder meer de chemische samenstelling van de anodiseerlaag veranderd op vlakken waarbij de oppervlakteruwheid niet gevarieerd werd. Daar zag je een heel groot effect van de oppervlaktechemie op de interactie. Een flinke uitdaging in het fundamenteel onderzoek was wel de vraag: hoe kan ik de mechanische aspecten scheiden van de chemische aspecten? Anderzijds hebben we dus ook geprobeerd om eenzelfde oppervlaktechemie te creëren bij verschillende oppervlakteruwheden, om te ontdekken wat nou de individuele en gecombineerde bijdragen zijn van oppervlakteruwheid en -chemie aan de verschillende hechtings- en duurzaamheidsresultaten.”

Oppervlaktechemie John de Kok: “Als je zegt: de doelstelling is Chroom VI-vrij, dan lijkt dat heel overzichtelijk: als er maar geen Chroom VI in zit. Maar dat schept een oneindig veld van mogelijkheden waarbij je niet weet in welke richting je moet zoeken. In het begin hadden we een onderzoeksbenadering die veel te abstract was om

concrete oplossingen in beeld te krijgen. Na verloop van tijd kwamen we er steeds meer achter dat chroomzuur zelf een veel grotere rol is toebedeeld dan het in werkelijkheid heeft. In het anodiseerproces heeft Chroom VI eigenlijk helemaal geen rol. Het zit ook niet in de oxiden. Anderzijds blijken de temperatuur en de zuurgraad veel belangrijkere factoren te zijn.” Arjan Mol: “Wat wij erg konden waarderen, is dat wij de mogelijkheid kregen om op heel kleine schaal te kijken wat er precies gebeurt met de hechting als gevolg van nieuw ontwikkelde processen. Dus te kijken of we met een nieuwe chemie dezelfde performance konden krijgen. En dat we de gelegenheid kregen om enkele stappen terug te doen en te kijken buiten de gangbare industriële procescondities, zodat wij nog beter naar de processen konden kijken. Vaak kost dat wel meer tijd, maar het leidt er doorgaans wel toe dat je daarna meer stappen vooruit kunt zetten. Dat we die ruimte kregen, is te danken aan de innovatieve historie van Fokker. We konden nu dus wetenschappelijk kijken naar wat er gebeurt in de combinatie van oppervlaktechemie en oppervlakteruwheid. Hierdoor kwamen we veel te weten over de bijdrage van mechanische verankering van de lijmen in de oxides en het effect van de oppervlaktechemie.” John de Kok: “Door het onderzoek hebben we ontdekt dat de oppervlaktechemie bij anodiseerlagen een belangrijke rol speelt bij de hechting, terwijl die chemie in het verleden weinig aandacht kreeg. Dan is ook te begrijpen dat het creëren van dezelfde soort oppervlakteruwheden vanuit alternatieve anodiseeroplossingen

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 15


Testlijn bij Fokker Aerostructures.

niet tot dezelfde hechtingswaarde gaat leiden. Dat we nu weten dat we daarvoor juist naar de oppervlaktechemie moeten kijken, is voor een groot deel te danken aan de samenwerking met de TU Delft.”

Kennisniveau Fokker heeft internationaal een goede naam vanwege zijn kennisniveau en de contacten met kennisinstituten. Men verstaat elkaar goed wat de samenwerking bevordert. Enkele grote klanten van Fokker zijn Airbus, Gulfstream, Dassault, Lockheed en Boeing. John de Kok: “We wisselen met hen ervaringen uit. We vertellen niet alleen hoe goed iets is, maar vertellen ook wat we gedaan hebben en wat we daaruit geleerd hebben. Dat geeft veel vertrouwen en leidt ertoe dat klanten naar ons toekomen.” Arjan Mol: “Als je een nieuwe, werkende technologie wilt introduceren, maar je weet niet waaróm het werkt, dan kun je de introductie daarvan wel vergeten. Geen enkele klant in de vliegtuigindustrie gaat met je in zee als je via testen kunt bewijzen dat iets werkt, maar dat niet kunt verklaren. Je moet begrijpen waarom iets werkt. Je wordt ook pas weer als een serieuze gesprekspartner gezien als je vertelt over een test die mislukt is en aangeeft wat je daarvan geleerd hebt.” Maar waar staat Fokker nu precies, gelet op de onderzoeksvraag? John de Kok: “Industrieel

16 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

gezien, zijn we nu bezig met de voorbereidingen om over anderhalf jaar te beginnen met een chroomvrije voorbehandelingslijn voor seriematige productie. De komende jaren zullen we verder nog wel bezig zijn om processen te optimaliseren, dus gericht op hogere efficiency en kostenreductie. Verdere verbeteringen sluit ik zeker niet uit.”

Draagvlak Arjan Mol: “Fundamenteel gezien komt het onderzoek van pas, omdat in de vliegtuigindustrie veel verschillende aluminiumlegeringen worden toegepast en er ook alsmaar nieuwe aluminiumlegeringen op de markt komen. Dat vraagt om andere procesbaden waarbij de vraag opduikt: is het proces robuust? Dan moet je dus weten hoe de verschillende aluminiumlegeringen zich gedragen in de anodiseerbaden. Maar er zijn nog genoeg andere vragen. Zo willen we bijvoorbeeld weten wat het effect precies is van een kleine verontreiniging in het oppervlak van de aluminiumlegering op de opbouw van de anodiseerlagen.” Hoe past deze ontwikkeling binnen de bedrijfsaandacht voor milieu en veiligheid? John de Kok: “Dat zijn wel belangrijke onderwerpen, maar de vraag is altijd: hoe krijg je er draagvlak voor? Ik denk dat je dat kunt bereiken door te wijzen op de kostenbesparing en het voldoen aan regelgeving. Wij bouwen nu een chroom-

vrije productielijn die efficiënter is dan de voormalige chroomhoudende lijn. De hoge kosten van de afvoer van chroomzuur als afval hebben we straks niet meer. Ook kunnen we straks de procestijden optimaliseren en meer soorten legeringen lijmen dan voorheen. Het levert uiteindelijk dus gewoon geld en meer klanten op omdat je een ‘groen’ proces hebt.” Arjan Mol: “We weten nu dat de toegepaste onderzoeksmethodiek ook past in een breder onderzoeksprogramma gericht op Chroom VIvrije voorbehandelingssystemen in de automobielindustrie en in de bouwindustrie. Ook is nu een nieuwe onderzoeksmethode beschikbaar gekomen, waardoor we zowel oppervlakteanalyses als elektrochemische experimenten kunnen combineren. Daardoor kunnen we de invloed van chemische en elektrochemische voorbehandeling van materiaal bestuderen in combinatie met de oppervlaktechemie voor en na de behandeling. Chemisch en elektrochemisch gedrag voor, tijdens en na het proces verklaart vaak oppervlakteverandering en andersom. Door dat te integreren, hebben we een nieuwe onderzoeksinfrastructuur ontwikkeld die ook geschikt is voor nieuwe projecten.” ●

Meer informatie www.fokker.com www.tudelft.nl


Het vakblad voor de professional

Volg de actuele ontwikkelingen binnen uw vakgebied op www.oppervlaktetechnieken.com!

UV voor 3 dimensionale objecten

Wereldwijde standaard in finish oplossingen NTS Finish is als onderdeel van de NTSGroup een toonaangevende specialist op het gebied van voorbehandelen, natlakken, poedercoaten en bedrukken van metalen en kunststof producten. www.nts-finish.nl NTS Finish

Accelerating your business

UV op een robot arm

UV en UV-LED installaties voor industriele toepassingen IST Benelux B.V.

www.ist-uv.nl info@bnl.ist-uv.com

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 17


THEMA DUURZAAMHEID, ENERGIE EN MVO

algemeen

Vertrouwen kernwoord bij circulaire metaalketen De stuurgroep Circulaire Metaalketen bestaat drie jaar. Wat heeft deze groep bereikt en waar wordt aan gewerkt? Waarom bestaat de stuurgroep eigenlijk? Hoe functioneert de groep en wat staat ons te wachten op het gebied van circulariteit? Hoog tijd om die vragen voor te leggen aan de voorzitter van de stuurgroep: Gerard Wyfker.

In het dagelijks leven is Wyfker beleidssecretaris milieu- en energiezaken bij Koninklijke Metaalunie. In de stuurgroep zitten alle partijen die de metaalketen vormen, plus drie ministeries, hogescholen en overige kennispartners. Ook ION zit in die werkgroep. Doel is om na te gaan hoe men de circulaire economie gezamenlijk handen en voeten kan geven in de metaalketen. Men is onder meer gestart met een website (www.circulairemetaalketen.nl) en er zijn workshops en een groot seminar georganiseerd. Bovendien zijn er nu negentien projecten gaande waarin daadwerkelijk wordt samengewerkt om specifieke vraagstukken met betrekking tot de circulaire economie uit te werken. Ook heeft de werkgroep een aantal filmpjes laten maken over nut en noodzaak van een circulaire economie in de metaalketen. “Je kunt wel zeggen dat we uit de haven zijn vertrokken en op koers zijn, maar we zijn er nog lang niet. We hebben al veel kennis vergaard en er worden projecten uitgevoerd, maar we zijn ons nu aan het verdiepen. Nu is het nog vaak zo dat de ketenpartners hun eigen dansje doen. Ze doen hun eigen circulaire project, maar daarbij blijven nog veel kansen onbenut omdat er veel winst is te halen in een ketenaanpak. Het moet uiteindelijk meer worden dan de som der delen

18 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

Gerard Wyfker: “Met de wortel, preek en stok proberen we steeds meer bedrijven enthousiast te maken voor de circulaire economie.” en dat is best moeilijk. Ik vind het een uitdaging, want hoe krijg je het voor elkaar dat de betrokken partijen werkelijk hun kennis delen en daarbij het achterste van hun tong laten zien? Iedereen denkt: ik houd mijn kaarten tegen de borst, want ik heb de winnende combinatie. Als je niet oppast, steek je daar zoveel energie in dat je het achterliggende doel uit het oog verliest.”

Appeltaart maken Het probleem is dat organisaties gewend zijn aan projecten in de zuil waarbij iedere club op zoek ging naar mogelijkheden van meer omzet, minder uitval, betere milieuprestaties enzovoorts. Bij een ketenproject is het noodzakelijk om kennis over processen en producten te delen met ketenpartners. Waarom? Omdat uit een TNO-studie uit 2013 keihard blijkt dat je dan samen meer omzet en werkgelegenheid


Het stadsdeelkantoor Leidschenveen-Ypenburg geldt als duurzaam gebouw met onder meer een tweede gevel van glazen lamellen en een gezond binnenklimaat gecombineerd met energiebesparing. Het ventilatiesysteem bestaat uit en natuurlijke (niet mechanische) aanvoer van lucht via de gevel. De vervuilde lucht wordt via een grote schoorsteen naar buiten afgevoerd dankzij de schoorsteenwerking door een karakteristieke gek op de schoorsteen. genereert. Niemand is daar natuurlijk op tegen, maar dat wil nog niet zeggen dat het proces van verdieping vlot gaat. “Je kunt je de metaalketen voorstellen als een koek waarvan alle partners een bepaald punt hebben. Het ene puntje is groter dan het andere, maar iedereen is op zich wel tevreden met zijn puntje. Nu is de opdracht dat de ketenpartners er met elkaar voor zorgen dat de koek een appeltaart wordt met opnieuw allemaal puntjes. Probleem hierbij is dat je als ketenpartner niet precies van tevoren weet hoe jouw appeltaartpuntje er straks uitziet. Hij kan groter of kleiner zijn, en kan er theoretisch zelfs helemaal niet

meer zijn. Dan kun je maar beter bij het proces betrokken zijn. Als de taart uit de oven komt, is de onderlinge verdeling veranderd, maar hoe precies weet niemand van tevoren.” Ketenpartners zijn bijvoorbeeld partijen uit de sectoren basismetaal, transport, metaalbewerking (waaronder oppervlaktebehandeling), metaalrecycling en afvalverwerking. Die kunnen samen 573 miljoen euro per jaar extra verdienen als ze een circulaire economie realiseren, blijkt uit de TNO-studie. Maar ja, die taartpunt… “Het is echt nog een hele strijd voordat ieder zo ver is dat hij zich in zijn kaart laat kijken waardoor de keten als geheel er sterker uitkomt. Het is niet

Het onderscheid tussen een lineaire economie en een circulaire economie: we denken nog te vaak lineair en te weinig circulair.

makkelijk, maar het is ook voor het eerst dat een keten op deze wijze met elkaar aan tafel zit. We moeten oppassen dat het niet stroperig wordt, maar ik maak me geen zorgen. Ik vind het juist heel interessant om dicht bij dit proces te zijn en te kijken of we er met zijn allen uit gaan komen.”

Vaker een factuur Het moeilijke zit ‘m er onder meer in dat een circulaire economie heel anders functioneert dan de lineaire economie waar we zeer vertrouwd mee zijn. In een lineaire economie maak je een product, je verkoopt het, stuurt een factuur en klaar. In een circulaire economie lever je niet zozeer een product, maar een dienst. Daarbij is je product nog steeds heel belangrijk, want zonder dat kun je geen dienst leveren. Een dienst is bijvoorbeeld dat je een bepaalde hoeveelheid licht levert, pay per lux. Dus geen lampen, hoewel je die wel nodig hebt om het licht te kunnen leveren. Of dat je iets of iemand vervoert. Dan heb je nog steeds wel een (vracht)auto nodig. Of dat je ervoor zorgt dat mensen op een plein makkelijk hun afval kwijt kunnen en ook kunnen zitten (op goed onderhouden banken). “In dit model houd je als producent juist wel de macht over je product, omdat je het goed functioneren van jouw product verkoopt. Dat betekent dat je dat product frequenter terug kunt halen, opnieuw behandelt of een update

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 19


Balken kun je blijkbaar niet zomaar hergebruiken. Foto Dreamstime verzorgt en weer terug in de markt brengt. Daardoor heb je vaker contact met je klant en kun je vaker een factuur sturen. Dit is niet zomaar een gedachte om het eens op een andere manier te proberen, maar een zeer serieuze zaak omdat de maatschappij als geheel zich geconfronteerd ziet met een dreigend gebrek aan grondstoffen, met een negatief effect op onze welvaart. Daarom zijn er inmiddels ook vele maatregelen en regelingen om ondernemers te dwingen of te verleiden circulair te gaan ondernemen.”

Leren via projecten Veel websites daarover vindt u onderaan dit artikel onder Meer informatie. Volgende maand komt het rijk met het Rijksbrede Programma Circulaire Economie. Bij dat programma zijn maar liefst drie ministeries betrokken: EZ, I en M en Binnenlandse Zaken. Vanuit dat programma zijn

maatregelen te verwachten waar ook alle ondernemers mee te maken krijgen. De maatregelen zullen zich onder meer richten op energieen grondstoffenbesparing en ketenbenadering. Ook verschijnt er binnenkort een EU-richtlijn, de Ecodesign Directive, met ecodesign voorschriften voor energie-gerelateerde producten. Gerard Wyfker: “We moeten met zijn allen veel leren over de circulaire economie en dat kun je het beste doen door er concreet mee aan de slag te gaan. Enkele jaren geleden hadden we acht projecten, nu negentien. Veel projecten ontstaan vanuit het zwaan-kleef-aan-principe. Je begint bijvoorbeeld met een project gericht op het bevorderen van grootschalig hergebruik van (circulaire) gebouwen. Maar dan komt iemand met de opmerking dat aan een gebouw ook veel wordt op- en aangehangen, denk aan rolluiken en deuren, en dat die ook in een circulaire stroom moeten komen. Dus weer een

Meedoen De stuurgroep Circulaire Metaalketen organiseert de komende maanden drie workshops waaraan ondernemers gratis kunnen deelnemen. Op hun website vind je daar meer informatie over. Ook organiseert de stuurgroep (net als vorig jaar) in december bij Metaalunie een groot seminar waar diverse sprekers hun licht laten schijnen over bepaalde delen van de circulaire economie. Daar kunnen ook nuttige contacten worden gelegd om er concreet mee aan de gang te gaan. ION gaat in het kader van de circulaire economie samen met Kluthe een project opzetten gericht op ontlakken in de bouw. Maar iedere lezer die met concrete plannen of ideeën rondloopt en er graag mee aan de slag wil, kan zich aanmelden bij ION om gezamenlijk een project te starten.

20 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

project. Dan zijn we allemaal voor hergebruik van een U-balk of T-balk op productniveau, maar dan zegt iemand dat dat helemaal niet kan. De wetgeving staat dat namelijk nog niet toe, omdat je niet weet of die balk nog dezelfde eigenschappen heeft als toen die geïnstalleerd werd. Dus dan heb je weer een project dat zich richt op verandering van dat soort wetgeving. Dan ontstaan er vragen over andere vormen van financiering en liquiditeitsstromen: hup, weer een project.” ●

Meer informatie - www.circulairemetaalketen.nl - Energieprestatiekeuring (EPK): www. metaalunie.nl/kennisbank/milieuenergie/ energieprestatiekeuring(epk) - MVO Monitor voor vastleggen van MVObeleid: www.mvo-monitor.nl - Voor financieringsinstrumenten: www.regieorgaan-sia.nl/content/ Thematische+regelingen/KIEM-VANG - Ecodesign directive: www.ec.europa.eu/ energy/en/topics/energy-efficiency/energy-efficient-products - Filmpje ‘Verzilver uw kansen met de circulaire metaalketen’: www. youtube.com/results?search_ query=circulaire+metaalketen


vereniging ion

Belangrijke wijzigingen licentievoorwaarden Qualicoat, Qualisteelcoat en Qualanod Tijdens de Algemene Ledenvergadering op 11 mei zijn de wijzigingen in de licentievoorwaarden van Qualicoat, Qualisteelcoat en Qualanod bevestigd. Deze wijzigingen zijn onderdeel van de voorwaarden om uw licentie te ontvangen.

Voor de uitvoering van de ‘in house control’ testen is het noodzakelijk dat de medewerker die deze uitvoert dat op de juiste wijze doet. In de praktijk bleek dit niet altijd zo te zijn. De inspecteur moest daardoor de werkwijze beoordelen met een onvoldoende en/of constateren dat het niet volgens de procedure uit de specificatie ging. Daardoor moest de inspecteur de medewerker die de ‘in house control’ testen deed, ter plekke opleiden. Vanwege de accreditatie van de licenties moeten medewerkers opgeleid zijn voor de werkzaamheden die ze uitvoeren. Om te voorkomen dat er opleidingen gevraagd gaan worden die moeilijk vervulbaar zijn, is in de Executive Committees van de verschillende licenties besloten om vanuit de brancheverenigingen per land en in de taal van het land volgens een gemeenschappelijk curriculum een cursus ‘in house control’ op te zetten. Op dit moment wordt nog aan het curriculum gewerkt, maar Vereniging ION zal deze cursus naar verwachting begin 2017 gereed hebben. Vanaf 1 januari 2017 zal in de licentiespecificaties staan dat deze cursus gevolgd moet worden. Het jaar 2017 zal gebruikt worden als overgangsjaar. Maar aan het einde van 2017 moet iedere medewerker die de ‘in house control’ testen uitvoert, de cursus gevolgd hebben. Zo niet, dan zal het certificaat voor 2018 niet worden verstrekt.

Verplichte updatemiddag Voor de uitvoering van de juiste processen en controles is het, evenals bij de ‘in house control’ testen, noodzakelijk dat de medewerker die dit

uitvoert dat op de juiste wijze doet. Zowel het uitvoeren van de technische specificatie, alsook het implementeren van de updates, moeten adequaat uitgevoerd worden. In de praktijk bleek ook hier dat dit lang niet altijd het geval was. De inspecteur moest daardoor de werkwijze met een onvoldoende beoordelen en de desbetreffende persoon opleiden. Ook regelde hij dat er updates doorgevoerd werden. Om ervoor te zorgen dat de verantwoordelijke persoon kennis kan nemen van de updates, zal Vereniging Qual.ION jaarlijks een updatemiddag organiseren. Deze middag zal vanaf 1 januari 2017 voor de licentie(proces)verantwoordelijke als verplichting in de specificatie staan. Vooruitlopend hierop heeft de Algemene Ledenvergadering van Vereniging Qual.ION besloten om op 13 september 2016 een dergelijke updatemiddag te organiseren. Deze middag heeft een verplichtend karakter en geldt als voorwaarde voor het verkrijgen van het certificaat voor 2017.

Algemene Ledenvergadering Qual.ION Om het tijdsbeslag voor de leden (licentiehouders) zo beperkt mogelijk te houden, is besloten dat er slechts eenmaal per jaar een Algemene Ledenvergadering Vereniging Qual.ION is. Bij

voorkeur in het voorjaar. In het najaar is dan de verplichte updatemiddag. Ook is besloten dat de vergadering voortaan afgesloten zal worden met een hapje en een drankje en de vergadering zelf te beperken tot maximaal één uur. Vanaf 2017 zal Qualanod verder gaan met vier licentiegroepen (verschillende technische specificaties): - Architectuur - Decoratief - Industrieel - Hardanodiseren De licentiehouders van Qualanod kunnen daaruit een keuze maken. Uiteraard kunnen meerdere segmenten tegelijk gedaan worden zonder prijsconsequenties. Wel zal men alleen het certificaat krijgen als de inspecties voor de betreffende licentiegroep met een positief advies zijn afgesloten. Omdat waarschijnlijk op 1 januari 2017 nog niet bekend is wie voor welke licentiegroep(en) heeft gekozen, zal voor 2017 het certificaat nog niet aangepast zijn. Wel zullen de inspecties in 2017 volgens de nieuwe protocollen worden uitgevoerd. ●

Meer informatie www.vereniging-ion.nl/vereniging-qualion

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 21


THEMA DUURZAAMHEID, ENERGIE EN MVO

algemeen

Vervoer gevaarlijke stoffen: wanneer is een veiligheidsadviseur verplicht? Ieder bedrijf dat wel eens met gevaarlijke stoffen te maken heeft, krijgt eerder vroeg dan laat met de vraag te maken: moet ik een veiligheidsadviseur inschakelen? In de praktijk zijn daar veel vragen en onduidelijkheden over. In dit artikel willen we klip-en-klaar uit de doeken doen wanneer je als oppervlaktebehandelaar een veiligheidsadviseur vervoer gevaarlijke stoffen moet inschakelen.

Bijna iedere dag gebeurt het: er worden chemicaliën (gevaarlijke stoffen) aangeleverd voor het productieproces. Ook zijn er oppervlaktebehandelende bedrijven die na het productieproces chemisch afval hebben dat ze kwijt willen. Dan word je een ‘ontdoener van gevaarlijke stoffen’. In het eerste geval moet er gelost worden, in het tweede geval geladen. In beide gevallen gaat het om een schemergebied waarbij vaak onduidelijk is wie wat mag of moet doen, en waar precies de verantwoordelijkheid van de één (bijvoorbeeld de transporteur) ophoudt en die van de ander (bijvoorbeeld de applicateur) begint. Op het moment dat deze editie van OT naar de drukker ging, zag het ernaar uit dat er in september een heuse rechtszaak over deze materie gevoerd zou worden. Bij een ION-lid was immers een proces-verbaal opgemaakt, omdat het lidbedrijf volgens de inspecteur een overtreding beging door onjuist om te gaan met het lossen van een vrachtwagen. Maar wat bij het ION-lid is gebeurd, gebeurt bij veel bedrijven. Egbert Stremmelaar, directeur van ION, maakt duidelijk dat dit onderwerp al heel lang speelt: “Al in 2013 is er door de voorloper van ION contact gezocht met de Inspectie Leefomgeving en Transport (IL&T) over deze kwestie. We hebben daarop wel antwoord gekregen, maar dit antwoord liet op sommige punten toch aan duidelijkheid te wensen over. Vandaar dat we

22 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

hierover nu opnieuw contact hebben gezocht met de inspectie, maar ook met de Vereniging voor Veiligheidsadviseurs Vervoer Gevaarlijke Stoffen (VVA). Wat wij willen, is dat aan alle onduidelijkheid een einde komt.”

Veiligheidsadviseur De centrale vraag in dit hele verhaal is in welke gevallen een bedrijf een veiligheidsadviseur vervoer gevaarlijke stoffen moet inschakelen. Daarvoor wordt contact gezocht met Wim van Dongen, voorzitter van de VVA. Gewapend met dikke wetboeken wil hij tekst en uitleg geven: “Eerst wil ik het wettelijk kader schetsen. We praten over de Wet vervoer gevaarlijke stoffen. Daarin staat hoe je in Nederland moet omgaan met het vervoer van gevaarlijke stoffen. Hier op volgend bestaat onder meer een Besluit, houdende vaststelling van nadere regels voor het vervoer van gevaarlijke stoffen (BVGS). Ook is er het Europese verdrag ADR waarin feitelijk staat hoe het vervoer van gevaarlijke stoffen in Nederland moet. De Nederlandse wet is er om het afdwingbaar te maken en om de inspecteurs handvatten te geven. Bij vragen zoek je het antwoord in de regel in het ADR, dat uit drie dikke boeken bestaat. In het ADR staat dat een veiligheidsadviseur aangesteld moet worden bij bedrijven die zich bezighouden met laden en lossen en vervoer van gevaarlijke stoffen.” Maar bij oppervlaktebehandelende bedrijven

Wim van Dongen gaat het nou juist om de vraag of een veiligheidsadviseur ook nodig is bij een heel klein onderdeel van het werk: het lossen van chemicaliën of het laden van gevaarlijk afval. Het centrale aandachtspunt is wie er nou precies lost (of laadt): de chauffeur van de vrachtwagen of de heftruckchauffeur?

Lossen? No way “Het transport, en daarmee ook de werking van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen, stopt pas als de goederen zijn gelost, dus uit de vrachtwagen zijn gehaald. Als de heftruckchauffeur lost,


Een vrachtwagen komt de bestelde chemische goederen leveren, de chauffeur vraagt u de lading uit de wagen te halen. Mag dat?

wordt hij daarmee een losser in de zin van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen en valt dus onder die wet. Ook als hij het van de laadklep haalt. Het verstandigst is wanneer het ontvangende bedrijf zich heel strikt opstelt en zich in het geheel niet bemoeit met het lossen. Dus ook niet lost onder toezicht of instructie van de chauffeur.” Het is wel begrijpelijk dat een vrachtwagenchauffeur vraagt of het bedrijf de gevaarlijke stoffen wil lossen met de heftruck - dat gaat sneller dan wanneer de vrachtwagenchauffeur lost -, maar het is onverstandig daarop in te gaan. Als je lost, val je onder de Wet vervoer gevaarlijke stoffen en dat wil je nou juist niet. Als de heftruckchauffeur de geloste pallet op straat of op het bedrijfsterrein oppikt en vervoert, dan valt die actie gewoon onder intern transport en niet onder de Wet vervoer gevaarlijke stoffen. Het maakt overigens niet uit waar de geloste pallet wordt neergezet: op straat of op het bedrijfsterrein. Bepalend is wie er lost. Wel is het aan te raden om aan de vrachtwagenchauffeur te vragen de goederen binnen de poort te plaatsen of anders zo dichtbij mogelijk. Overigens gaat het in dit artikel alleen maar over stukgoed. Zodra het gaat om transport per tankauto, moet altijd een veiligheidsadviseur ingeschakeld worden. Wim van Dongen: “De vrachtwagenchauffeur moet ervoor zorgen dat de verpakte chemicaliën gelost worden en het is voor het ontvangende bedrijf niet verstandig om daarbij te assisteren. Voordat je het weet, ben je aan het

lossen en daarmee bega je formeel een overtreding. Het uitlenen van de heftruck aan de vrachtwagenchauffeur kan wel een optie zijn, als de chauffeur tenminste de juiste papieren heeft om de heftruck te besturen.”

Ontdoen van afvalstoffen Een soortgelijk verhaal gaat op wanneer bedrijven zich ontdoen van afvalstoffen uit het proces die aangemerkt worden als gevaarlijke afvalstoffen. Hier geldt: wie de gevaarlijke stoffen laadt, wordt volgens het ADR aangemerkt als de ‘belader’. Dus eigenlijk hetzelfde principe als bij de losser, waardoor je weer valt onder de Wet vervoer gevaarlijke stoffen. In de praktijk gaat het veelal als volgt: een bedrijf meldt een stroom aan bij een verwerker. De verwerker neemt een monster voor analyse, en na overeenstemming over de prijs wordt er voor de afvalstroom geschikte emballage aangeleverd. Dan komt de vervoerder met alle papieren en stickers en wordt onder supervisie van de chauffeur de chemie geladen. Als extra controle wordt er steekproefsgewijs een checklist afgewerkt, waarin alle zaken staan waaraan de vrachtwagen en chauffeur moeten voldoen. De onderneming die opdracht geeft tot het transport is verantwoordelijk. In ons geval is dat het OT-bedrijf en daarmee is in eerste aanleg een (externe) veiligheidsadviseur vervoer gevaarlijke stoffen noodzakelijk. Dit geldt wanneer je boven een bepaald volume aan afvalstoffen komt. Het OT-bedrijf kan de verplichting voor de veiligheidsadviseur ‘afkopen’ door deze taak

nadrukkelijk en contractueel over te dragen aan de afvalverwerker. In dat geval moet de afvalinzamelaar deze taak ook expliciet accepteren (bij voorkeur met twee handtekeningen). In feite maakt het OT-bedrijf dan gebruik van een extra dienst van de afvalinzamelaar. Dit kan uiteraard wel kostenverhogend werken, maar voorkomt dat je een (andere) externe veiligheidsadviseur in moet zetten. In de regel hebben alle (grote) afvalinzamelaars veiligheidsadviseurs in dienst, en zouden de kosten beperkt moeten zijn of zelfs gewoon in het standaardtarief moeten zitten. De informatie hierboven is afgestemd met de IL&T die dit artikel ook heeft gelezen. Op de combinatievergadering van de Vakgroepen Anodiseren & Galvaniseren op 14 september zal deze problematiek ook ter sprake komen. Voor ontdoeners van afvalstoffen is ook het artikel over Milgro van belang, zie pagina 32. ●

Meer informatie Wet vervoer gevaarlijke stoffen: www.wetten. overheid.nl/BWBR0007606/2015-04-01 ADR: www.rivm.nl/rvs/Gevaarsindeling/ADR Regeling vervoer over land van gevaarlijke stoffen: www.wetten.overheid.nl/ BWBR0010054/2015-11-19 Vereniging voor Veiligheidsadviseurs Vervoer Gevaarlijke Stoffen: www.veiligheidsadviseurs.org

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 23


Trots op het werk

Hier zien we de composiet-reparatie van GE90 motor van een Boeing 777. De binnenzijde van de luchtinlaat heeft Acoustic Liners: sandwichpanelen die de luchtstroom in de inlaat bevorderen en het geluid reduceren. In dit geval is er beschadiging opgetreden in de buitenste skin (foto linksboven). Dit gebeurt bijvoorbeeld door steenslag of een vogelaanvaring. Bij deze schade is de buitenste huid verwijderd. In sommige gevallen moet de onderliggende Core vervangen worden, of (afhankelijk van de grootte) mag de onderliggende Core worden opgevuld met potting-materiaal. Hier is de Core gevuld met potting-materiaal (foto rechtsboven). Na het potten wordt de reparatie afgewerkt en de omringende huid voorbewerkt voor het aanbrengen van de nieuwe huid (door te schuren, foto linksonder). Daarna wordt de huid opnieuw aangebracht. Dit is een combinatie van voorgeĂŻmpregneerde vezel (Pre-Preg) en lijmfilm (Adhesive). Deze pre-preg wordt in een aantal lagen aangebracht en daarna onder vacuĂźm en warmte gecured (kleine foto midden). Het curen wordt aangestuurd door een computer die het vacuĂźm controleert en de warmtedeken aanstuurt, zodat de reparatie in een voorgeschreven cure-cycle uithardt (in dit geval onder 177 graden Celsius). De kleine foto rechtsonder toont het eindresultaat.

24 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016


Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 25


THEMA DUURZAAMHEID, ENERGIE EN MVO

Felicitaties alom na historische uitspraak na Urgenda-klimaatzaak tegen de Staat, foto Chantal Bekker, Urgenda

Energiebesparing: bedrijven moeten aan de slag

tekst Marjan Hillmann

algemeen

Het kan niemand zijn ontgaan: ons weer lijkt extremer te worden. Of dit het gevolg is van klimaatverandering kan (nog) niet worden aangetoond. Een niet vaak voorkomende samenloop van natuurlijke weersomstandigheden kan dit onNederlandse weer evengoed hebben veroorzaakt. Wetenschappelijk gezien is er wel overeenstemming dat de huidige klimaatverandering (zoals temperatuurstijging de afgelopen 30 - 40 jaar) voor een groot deel wordt veroorzaakt door de uitstoot van CO2 (als gevolg van energieopwekking via fossiele brandstoffen) en van methaan. Extreme neerslag wordt wel genoemd als één van de gevolgen van de temperatuurstijging die het gevolg is van het broeikaseffect. Inmiddels wordt algemeen aangenomen dat een stijging van de temperatuur op aarde van meer dan 1,5 tot 2°C tot onbeheersbare effecten leidt. Om deze reden zijn zowel in Europa als wereldwijd klimaatafspraken gemaakt.

26 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

Wat het overheidsbeleid ten aanzien van energiebesparing nog een extra slinger heeft gegeven, is de recente uitspraak van de rechter in de Urgenda-zaak. Deze uitspraak dwingt de Nederlandse overheid haar afspraken na te komen en daarvoor is een snelle en ingrijpende reductie van de CO2-uitstoot nodig. Het onderwerp energiebesparing staat hierdoor ineens

zeer hoog op de agenda. Reden om er in dit artikel aandacht aan te besteden.

Het Nederlandse energiebeleid De beleidsmakers van de vorige eeuw waren ambitieus. De in 1992 in Rio de Janeiro gemaakte klimaatafspraken leidde in Nederland in


datzelfde jaar nog tot het concept van de MJA’s (meerjarenafspraken), gevolgd door de module energie als onderdeel van het werkboek voor de metaalelektro-industrie, de energieparagraaf in de leidraad “Afval- en emissiepreventie in de milieuvergunning”, de circulaire “energie in de milieuvergunning” en de “leidraad energiebesparingsonderzoeken”. Uit die tijd dateert ook de indeling in kleinverbruikers, middelgrote energieverbruikers en grootverbruikers, waarbij middelgrote energieverbruiker tussen 50.000 en 200.000 kWh aan elektriciteit verbruiken en/of 25.000 tot 75.000 m3 gas(equivalenten) per jaar. Van middelgrote en grootverbruikers wordt verwacht dat die energiebesparingsmaatregelen treffen die een terugverdientijd hebben van vijf jaar of minder. Het bevoegd gezag heeft daarbij de mogelijkheid om met name de grootverbruikers te verplichten een energiebesparingsonderzoek te laten uitvoeren. In plaats daarvan kan een bedrijf deelname aan een meerjarenafspraak overwegen. Nog steeds nemen veertig sectoren, waaronder de oppervlaktebehandelende industrie, deel aan een meerjarenafspraak. Per sector wordt een reëel geachte energiebesparingsdoelstelling geformuleerd die na verloop van een aantal jaren wordt geëvalueerd. Het doel was en is de energie-efficiency te verbeteren zonder de economische groei en het concurrentievermogen van het Nederlandse bedrijfsleven aan te tasten.

Ondernemend Nederland (RVO) inspiratie opdoen. Zo toont die site een aantal tools voor het uitvoeren van een energiescan en is er een op de branche gerichte maatregelenlijst energie samengesteld. Gebleken is echter dat de hierboven genoemde circulaires en richtlijnen in de vergetelheid zijn geraakt waardoor gemeenten te weinig aandacht besteedden aan de verbetering van energie-efficiëntie tijdens vergunningverlening, toezicht en handhaving van de niet-deelnemende bedrijven.

Wat verandert er? Voortbouwend op het verdrag van Lissabon hebben de Europese leiders op 17 juni 2010 de 2020-strategie vastgesteld. De 20/20/20-doelstellingen houden in dat de uitstoot van broeikasgassen met 20 procent moet worden verminderd ten opzichte van 1990, de energieefficiëntie met 20 procent moet zijn verhoogd en 20 procent van de energie op duurzame wijze moet worden opgewekt. Om hier handen en voeten aan te geven, hebben overheid, werkgevers, vakbeweging en natuur- en milieuorganisaties op 6 september 2013 een akkoord ondertekend dat moet leiden tot energiebesparing bij de verbruikers

en verhoogde inzet van duurzame energie. De Meerjarenafspraken energie-efficiëntie is één van de maatregelen die in dit akkoord worden genoemd om de gemaakte afspraken te bereiken. Het sterk afgenomen ambitieniveau rond de eeuwwisseling maakt Nederland op dit moment echter de hekkensluiter in de Europese Unie als het gaat om de realisering van de 20/20/20-doelstellingen. De uitspraak van de rechter in de zaak die Urgenda aanspande tegen de Nederlandse overheid dwingt Nederland nu tot het treffen van maatregelen die resulteren in een reductie van de CO2-uitstoot met 25% in 2020. Als gevolg van deze ontwikkelingen staat het onderwerp energiebesparing inmiddels zeer hoog op de agenda en omdat het erop lijkt dat het energieakkoord niet tot de gewenste resultaten leidt, blijft deelname aan de MJA’s weliswaar vrijwillig, maar minder vrijblijvend. De rol van de RVO verschuift daarbij van ondersteunend/begeleidend naar toeziend/ controlerend en minister Kamp (EZ) overweegt een wetswijziging om de naleving van het akkoord beter te kunnen afdwingen en mogelijk zelfs boetes te kunnen opleggen. De toets op

Inspiratie opdoen Deelname aan een meerjarenafspraak is vrijwillig en betekent voor een deelnemend bedrijf dat er eens in de vier jaar een energie-efficiency plan wordt opgesteld. De hiertoe benodigde scan wordt georganiseerd en gefinancierd door de overheid. Deelnemende bedrijven verplichten zich op hun beurt tot het uitvoeren van de in het plan opgenomen maatregelen en rapporteren jaarlijks via de gedigitaliseerde MJA-module over de voortgang. Deelname betekent geen voorschriften over energiebesparing in de vergunning. Zowel bedrijfsleven als de overheid zijn tot op heden positief over de met behulp van de meerjarenafspraken behaalde resultaten en hoewel van ieder deelnemend bedrijf een serieuze inspanning wordt verwacht, vond de beoordeling van de behaalde resultaten tot voor kort toch vooral op sectorniveau plaats. Ook bedrijven die niet deelnemen aan een MJA kunnen op de site van de Rijksdienst voor

Push-pull afzuiging Galvano Hengelo schoner en veiliger werken, maar ook kostenbesparing.

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 27


De inzet van windenergie past in het doel het percentage duurzame energie te verhogen.

naleving vindt daarmee minder op sectoraal, maar steeds meer op bedrijfsniveau plaats en de overheidsbijdrage bij het uitvoeren van een energie-efficiëntieplan lijkt te gaan verdwijnen. Niet alleen het in 2013 afgesloten energieakkoord voert de druk op het bedrijfsleven op om aandacht te besteden aan duurzame energie en energiebesparing. Voor organisaties met meer dan 250 werknemers of meer dan 50 miljoen euro omzet en/of een balanstotaal van meer dan 43 miljoen euro leidt daarnaast ook de in 2012 gepubliceerde Europese Energie Efficiency Directive (EED) tot verplichtingen. Hoewel deze Directive de betrokken bedrijven verplichtte om voor 5 december 2015 een eerste audit te hebben uitgevoerd, kreeg de Nederlandse implementatie van deze richtlijn pas zijn beslag in juli van datzelfde jaar in de vorm van een tijdelijke wet.

Boete Omdat MJA-deelnemers werden geacht te voldoen aan de audit-eis vormde deze late implementatie voor hen vooralsnog geen groot probleem. Betrokken organisaties die niet deelnamen aan een meerjarenafspraak hadden echter onvoldoende tijd om aan de verplichtingen te voldoen en hebben massaal om uitstel gevraagd. Of die ook werd verleend, verschilde per omgevingsdienst. Daarbij werd pas in een later stadium duidelijk dat de wet ook betrekking had op organisaties bestaande uit meerdere vestigingen die ieder afzonderlijk de hierboven genoemde drempels mogelijk niet overschrijden. Het is vooral deze kanttekening die maakt dat ook oppervlaktebehandelaars mogelijk rekening moeten houden met deze wet. In dat kader is het van belang te weten dat het niet voldoen aan de EED een boete

28 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

kan opleveren die voor grote bedrijven kan oplopen tot één miljoen euro. Om de bedrijven tegemoet te komen, heeft de overheid in bijlage 10 van de vierde tranche van het Activiteitenbesluit een maatregelenlijst energie opgenomen. Bedrijven die volledig onder de reikwijdte van het Activiteitenbesluit vallen (type A- en type B-bedrijven) kunnen volstaan met de implementatie van de in deze lijst op hun activiteiten van toepassing zijnde maatregelen, tenzij ook de EED op hen van toepassing is. In hoeverre ook type C-bedrijven, die niet onder de EED vallen, zich eveneens kunnen beperken tot de implementatie van de maatregelen op deze lijst moet de toekomst uitwijzen. Tenzij het een kleinverbruiker betreft, zal het niet treffen van de maatregelen van bijlage 10 in ieder geval vragen oproepen bij de toezichthouder, die op dit moment in rap tempo wordt bijgeschoold op het energiedossier en inmiddels een nieuwe leidraad energiebesparing tot zijn beschikking heeft gekregen.

Samengevat Energiebesparing staat hoog op de agenda van de overheid. Met uitzondering van de kleinverbruikers gaan bedrijven hier ongetwijfeld iets van merken. Er wordt tenminste van deze bedrijven verwacht dat ze de maatregelen treffen die als bijlage 10 aan het Activiteitenbesluit zijn toegevoegd. Ondernemingen die vergunningplichtig zijn, kunnen een aanscherping van de voorschriften in de vergunning verwachten en MJA-deelnemers zullen steviger worden aangesproken op het niet tijdig uitvoeren van zekere maatregelen. Ook het ambitieniveau van toekomstige energie-efficiencyplannen zal strenger worden beoordeeld. Als laatste is het van belang te controleren of de tijdelijke rege-

ling implementatie artikelen 8 en 14 Richtlijn Energie Efficiency (EED) op de organisatie van toepassing is. Het niet naleven hiervan kan leiden tot een hoge boete. ●

Meer informatie Algemeen www.rvo.nl/zoeken?query=energie Inzake de Europese EED en de Nederlandse implementatie van deze directive: www.rvo.nl/zoeken?query=EED Inzake het energieakkoord”: www.energieakkoordser.nl/energieakkoord. aspx Inzake de handreiking voor toezichthouders: www.infomil.nl/onderwerpen/duurzame/ energie/handreiking-erkende/ Inzake MJA-deelname en de verzamelde energiemaatregelen voor de sector: www.rvo.nl/subsidies-regelingen/deelnemers-mja/mee www.rvo.nl/sites/default/files/2016/06/Maatregellijst%20Oppervlaktebehandelende%20 industrie%202016.xlsx www.rvo.nl/sites/default/files/2016/06/Maatregellijst%20Generiek%202016.xlsx De maatregelenlijst energie als opgenomen in het activiteitenbesluit: www.infomil.nl/onderwerpen/duurzame/ energie/handreiking-erkende/energiebesparing-wet/bijlage-10/ De voorgenomen wetswijziging: www.nrc.nl/next/2016/05/18/boete


vereniging ion

Programma Vakbeurs Surface en WOT16 nader ingevuld De Week van de Oppervlaktetechnologie (WOT), met als onderdeel daarvan de Vakbeurs Surface, zijn volop op stoom richting de officiële opening. De Vakbeurs Surface, met onder meer een uitgebreid congresprogramma, vindt plaats van 4 tot en met 6 oktober in de Brabanthallen in ’s-Hertogenbosch. Aansluitend zijn er op 7 en 8 oktober open dagen bij bedrijven in de oppervlaktebehandelende industrie.

De WOT16 wordt gedragen door maar liefst 34 brancheverenigingen, twaalf universiteiten en hogescholen en meer dan 200 innovatieve bedrijven. In totaal worden er 75 boeiende presentaties verzorgd. Daarin is onder meer aandacht voor automotive gerelateerde oppervlaktetechnieken, innovatieve coatings zoals smart coatings, nieuwe geluidsreducerende coatings en ‘energie opwekkende coatings’, galvanotechniek en 3D Metalprinting. De Vakbeurs Surface 2016 is met zo’n 175 exposanten en inspirerende exposities de grootste vakbeurs op het gebied van oppervlaktebehandeling van materialen in Nederland en België. Zo zijn er dit jaar heel veel innovaties vanuit binnen- en buitenland. Nieuw zijn het Kleurenplein met de Expo Colour & Design waar de beleving van kleur met twaalf zintuigen centraal staat, Wrapping (het plein over folietechniek) en ‘Trots op het Werk’, waar eindproducten die door middel van oppervlaktebehandeling een grote meerwaarde hebben gekregen, worden tentoongesteld. Ook is er de Expo Surface Solutions: een inspirerende expositie die

mogelijke oppervlaktebehandelingen toont per thema en materiaalsoort. U mag maximaal vier ideeën voor de samples naar de vakbeurs mailen, graag uiterlijk vóór 1 september. Op het Surface Lab krijgen bezoekers met behulp van (eventueel zelf meegenomen) samples inzicht in kwaliteit.

Doe mee met de open dagen Op de expositie Surface Solutions zijn per thema samples van uiteenlopende oplossingen te vinden en op het Reinigingsplein komen de voordelen van voor- en nareiniging en de uiteenlopende methoden aan bod. Er worden nieuwe producten en diensten geïntroduceerd. Zo presenteert CRS-I nieuwe gepatenteerde stikstofspuitsystemen die leiden tot betere lakstand en klimaatonafhankelijkheid. HEVAMI Oppervlaktetechniek komt met een nieuwe hardmetalen straalturbine, type R410X. Kluthe toont innovatieve dunnelaagtechnologie: hiermee worden lakhechting en corrosiewering verhoogd. PLPCOATINGS laat haar hittebestendige verven zien en Hulkenberg introduceert

de Techrack reinigingskorf. Registreer voor met code 300.001.72 op www.surfacevakbeurs.nl voor gratis toegang. Zoals aangegeven zijn er op 7 en 8 oktober open dagen bij bedrijven in de oppervlaktebehandelende industrie. Mocht u met uw bedrijf hieraan mee willen doen? Laat het ION zo spoedig mogelijk weten. Bij deelname aan de open dagen kunnen uiteraard eventueel restricties worden aangegeven zoals: alleen op afspraak/met aankondiging, één of enkele vaste rondleidingen of alleen vrijdag en/of zaterdag. Een goed en gespreid deelnemersveld is van belang om (potentiële) klanten, studenten, buurtbewoners en politiek te laten zien dat het industrieel behandelen van oppervlakten belangrijk is voor de Nederlandse industrie en dat de oppervlaktetechnieken schoon en veilig worden uitgevoerd. Op 1 september zullen de deelnemende bedrijven bekend gemaakt worden via de diverse media.

WOT16 op tv Tijdens de WOT16 zal RTL 7 opnames maken voor de uitzending Milieu van het programma DOE MAAR DUURZAAM. De productiemaatschappij is TITAN television. In deze uitzending zal duurzaamheid op twee niveaus worden getoond. Uiteraard allereerst wordt met een goede oppervlaktebehandeling de duurzaamheid van producten vergroot, maar daarbovenop komt de duurzaamheid die de branche nastreeft voor haar productieprocessen. De uitzending zal zijn op zondag 13 november om 12.30-13.00 uur. De herhaling is op zaterdag 19 november om 13.30-14.00 uur. ●

Meer informatie www.surfacevakbeurs.nl www.weekvandeoppervlaktetechnologie.nl www.doemaarduurzaam.tv

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 29


THEMA DUURZAAMHEID, ENERGIE EN MVO

tekst Willem Kuipers, Kluthe

algemeen

Circulair gebruik van oplosmiddelen Als producent en leverancier van hoogwaardige oplosmiddelmengsels beschikt Kluthe Benelux ook over een vergunning om alle vrijkomende afvalstromen uit de lakverwerkende processen bij haar afnemers in te zamelen en geschikt te maken voor hergebruik. De afvalstroom ’vervuilde verdunners‘ kan economisch gezien het best circulair ingezet worden.

Bij kleurwissels van solventgedragen natlaksystemen worden pomp(en), lakleidingen en spuitpistool gereinigd met een geschikt oplosmiddelmengsel. Als lakken op basis van één en hetzelfde bindmiddeltype worden gebruikt, wordt in de regel een ander spoelmiddel ingezet dan wanneer met verschillende laksoorten wordt verspoten. Hoe groter de diversiteit aan laksoorten, hoe breder de reinigingsscope van het spoelmiddel moet zijn. Naast de afstemming tussen laksoort en spoelmiddel kunnen andere eisen van de gebruiker een rol spelen bij de keuze van het juiste spoelmiddel. Steeds meer gebruikers wensen een tolueenvrije spoelverdunning of zelfs een spoelverdunning die geheel vrij is van aromatische koolwaterstoffen. Ook aan het vlampunt van het spoelmiddel worden in verband met de brandveiligheid steeds hogere eisen gesteld, naast het VOSaandeel (Vluchtige Organische Stoffen) in de spoelverdunning. Kluthe houdt bij de ontwikkeling van een spoelmiddelmengsel rekening met voornoemde eisen, maar let tevens op de producteigenschappen van de individuele grondstoffen. Niet alleen het kooktraject van het spoelmiddelmengsel, maar ook het kooktraject van de grondstoffen zijn van belang voor het verkrijgen van een optimaal destillatierendement. Bij de keuze van grondstoffen voor het spoelmiddelmengsel mag de watermengbaarheid nooit uit het oog worden verloren.

Altijd duurzaam De vervuilde spoelverdunning wordt na de reinigingscyclus opgevangen in vaten en/of

30 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

gelijk product geschikt is voor gebruik in het productieproces. Zo niet, dan kan het oplosmiddelmengsel met destillaat nog altijd nuttig zijn als (manuele) ontvetter of worden ingezet in secundaire productieprocessen.

Duurzame bedrijfsvoering

daarvoor geschikte IBC’s. Afhankelijk van het vrijkomende volume kan het voor de afnemer interessant zijn dat Kluthe de ’vervuilde verdunners‘ inneemt, destilleert en op samenstelling corrigeert, waarna de verdunners worden teruggeleverd voor gebruik in het primaire productieproces. Indien de aangeboden hoeveelheid vervuilde spoelverdunning te gering is om te destilleren, wordt deze in combinatie met allerhande andere vervuilde verdunningen opgespaard tot een hoeveelheid waarbij het wel economisch rendabel is om te destilleren. Het uit deze destillatierun vrijkomende destillaat wordt te allen tijde gecontroleerd op samenstelling, vlampunt, watergehalte en kleur. Indien noodzakelijk wordt de kwaliteit van het destillaat bijgesteld. Hoewel afnemers niet hun eigen vervuilde verdunning terugkrijgen, werken zij wel direct mee aan het duurzaamheidsprincipe door een spoelmiddel op basis van destillaat in te zetten. Vanzelfsprekend moet vooraf worden vastgesteld of een der-

Is goedkoop ook duurzamer? Veel gebruikers letten bij de selectie van een spoelmiddel vanzelfsprekend ook op de prijs. In de praktijk loont het om na gedegen onderzoek te kiezen voor een spoelmiddel dat per kilo/liter niet voordeliger is, maar door de unieke effectieve samenstelling in combinatie met het aanpassen van de spoelprogramma’s leidt tot lagere proceskosten. De gebruiker heeft simpelweg hetzelfde goede eindresultaat met een lager verbruik. Naast het lagere verbruik genereert de gebruiker hierdoor ook een positieve bijdrage aan de VOS-emissie. Het opstarten van een haalbaarheidsonderzoek samen met Kluthe is in veel gevallen de moeite waard. Het circulair gebruik van oplosmiddelen is één van de projecten die uitgevoerd worden onder auspiciën van de stuurgroep Circulaire Metaalketen, zie het artikel daarover op pagina 18. Kluthe en ION werken hierin samen om een voorbeeld uit te werken waarmee de werkbaarheid van circulariteit en de winstpunten daarvan worden ervaren. ●

Meer informatie www.kluthe.nl www.circulairemetaalketen.nl


Mijn mening De rubriek Mijn Mening is bedoeld voor lezers die willen reageren op gepubliceerde artikelen of op actuele ontwikkelingen in de branche om daarmee bij te dragen aan vakinhoudelijke verdieping. Wilt u ook reageren? Mail de redactie via Oppervlaktetechnieken@ellemmi.nl

Op weg naar biobased grondstoffen in coating toepassingen Al decennialang wordt er gesproken over de toepassing van biobased grondstoffen in diverse materialen, en coatings in het bijzonder. Een belangrijke vraag hierbij is: wat is het voordeel? Het antwoord hierop is doorgaans niet eenduidig en nogal warrig. Dat komt omdat deze vraag vanuit meerdere betrokken partijen wordt beantwoord, ieder vanuit zijn eigen invalshoek. Voor de gebruiker gaat het om prijs en performance. Voor de samenleving spelen aspecten als duurzame producten of ‘carbon-footprint’ een rol. Voor verfbedrijven gaat het met name om economische voordelen, waarbij de wensen van klant en maatschappij eigenlijk als onderdeel van het economische model worden meegenomen. Voor de toeleveranciers gaat het vaak om behoud en uitbreiding van business. Dit verschil van benadering, waarbij tevens een politiek sausje werd toegevoegd, heeft jarenlang de aanpak beïnvloed. De laatste jaren echter, beginnen zich wat duidelijkere contouren af te tekenen, waarbij ook in Nederland een aantal ontwikkelingen plaatsvindt: - Er zijn/worden consortia gevormd van universiteiten/instituten, grondstofleveranciers, verffabrikanten en zo mogelijk gebruikers, die zich richten op zogenaamde biobased building blocks (BBBB of B4): grotere moleculen die geïsoleerd kunnen worden uit biomateriaal. Via deze benadering zou het mogelijk moeten zijn materialen te ontwikkelen die nieuwe, en mogelijk betere eigenschappen opleveren. Theoretisch zijn er vele mogelijkheden. De juiste keuze maken is dan de uitdaging. De eigenschappen in het eindproduct laten zich echter pas kennen als de hele keten van bedrijven daar onderzoek naar heeft gedaan; een kwestie van kip en ei. - De VVVF (Vereniging van Verf- en Drukinkt Fabrikanten) heeft de ambitie uitgesproken om in het jaar 2030 50% van de verfplas in Nederland biobased te laten zijn. - Er worden start-up bedrijven actief, vaak als resultaat van onderzoek aan universiteiten en instituten, mede met stimulansen van de overheid.

- Bedrijven gaan naar eigen inzicht met biobased materialen aan de slag. Tijdens het recente European Technical Coatings Congress in Birmingham presenteerde een aantal bedrijven en instituten de laatste resultaten op dit gebied. Opvallend was een presentatie van het consultancybureau Nexant. Hierin werd doorgerekend wat het zou betekenen als biobased materialen eerst zouden worden afgebroken tot elementaire brokstukken, die vervolgens via de gebaande chemische routes weer tot verfgrondstoffen moeten worden opgebouwd. De conclusie van deze studie is dat deze benadering nooit rendabel te maken is ten opzichte van de bestaande ‘olie-route’. Tevens waren er diverse presentaties van bedrijven en instituten over het beschikbaar maken van BBBB en de toepassing daarvan in verfgrondstoffen. Opvallend daarbij is dat het inmiddels gaat om diverse typen bedrijven (start-ups, midden-groot en multinationals) en dat de gepresenteerde BBBB en de daarmee geproduceerde verfgrondstoffen inmiddels commercieel verkrijgbaar zijn. Geconcludeerd mag worden dat het kip-en-eidilemma inmiddels is doorbroken en dat tevens door deze activiteiten de aanpak via BBBB een geaccepteerd pad is geworden, waarin de bedrijven die daar zelf het voortouw in nemen ook de grootste stappen maken op innovatiegebied (kip met de gouden eieren?). Dit belooft nog veel goeds voor de komende jaren en voor de haalbaarheid van de VVVF-ambitie. Nu wordt het tijd om de volgende grote stap te gaan voorbereiden: de ontwikkeling van een ‘groene’ witte verf, als alternatief voor het huidige titaanwit in verf - het materiaal dat in lifecycle-berekeningen zeer slecht uit de verf komt. ● Pieter Geurink Voorzitter NVVT

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 31


THEMA DUURZAAMHEID, ENERGIE EN MVO

algemeen

Branchebrede actie om ‘Grip op Afval’ te krijgen Wie iets maakt, produceert ook afval. Dit geldt zeker ook voor bedrijven. Maar hoeveel afval produceert u en waaruit bestaat het? Kan er meer afval gerecycled of hergebruikt worden? Hoe kan het registreren van alle afvalstoffen eenvoudiger? Kunt u vermijdbaar afval voorkomen en minder grondstoffen verspillen? Kunnen de kosten rondom afval lager? Allemaal vragen die relevant zijn als je je milieuzaken goed op orde wil hebben en kosten wil besparen. ION doet u, in samenspraak met onafhankelijk specialist Milgro, een aanbod om antwoord te krijgen op bovengenoemde vragen.

Afval wordt nog vaak gezien als een noodzakelijk kwaad. Het is er nu eenmaal en we willen er zo snel mogelijk vanaf. Daartoe worden contracten gesloten met afvaldienstverleners die het bedrijfsafval ophalen en zorgen voor verwerking. Maar vaak weet men niet zeker of alle hergebruiksmogelijkheden worden benut en is men veel tijd kwijt met de administratie en registratie voor milieurapportages. Wat is de eerste stap om hierin verandering te brengen? Dat is het oude vertrouwde begrip meten is weten. Door te meten, ontstaat er inzicht in het volume, de samenstelling en de kwaliteit van het afval en daarmee ook in hergebruiksmogelijkheden en kostenbesparing. Het meten levert data en inzicht op waarmee je meer grip krijgt op het afval. In de branche oppervlaktebehandeling zijn weinig data beschikbaar over alle afvalstromen. Gelet op ervaringen uit andere branches en bij grote bedrijven kun je er wel zeker van zijn dat er ook in onze branche voldoende besparingsmogelijkheden zijn die echter onbenut blijven door een gebrek aan inzicht in afvalstromen. ION ziet graag dat er vanuit de branche afvaldata beschikbaar komen waarmee diverse winstpunten behaald kunnen worden. Hiervoor start ION een actie met Milgro, een bedrijf dat gespecialiseerd is in afval- en grondstoffenmanagement. Het bedrijf richt zich op het terug-

32 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

Voorbeeld resultaat optimalisatie scheiding Milgro.

dringen van de verspilling van grondstoffen bij bedrijven. Daartoe heeft het een succesvolle aanpak ontwikkeld waarmee bedrijven, als eerste stap, zicht én grip krijgen op hun afval. Die aanpak bestaat onder meer uit het inzetten van een digitaal afvalmanagementsysteem dat Milgro zelf ontwikkelde en dat inmiddels voor duizenden bedrijfslocaties in Europa wordt gebruikt. Door de afvaldata op bedrijfs- en locatieniveau op een uniforme manier inzichtelijk te hebben en het afvalmanagementproces volledig onder controle te hebben, worden ook vervolgstappen mogelijk. Op basis van de ontstane inzichten initiëren de experts van Milgro verbeteracties en implementeren zij ‘best practices’ van binnen en buiten

de branche. Met deze aanpak kunnen bedrijven hun afvalstromen volledig beheersen, de verspilling van grondstoffen inzichtelijk krijgen en deze gericht verminderen. Maar wat voor bedrijf is Milgro eigenlijk?

Winstpotentieel Paula van Hoorik, senior consultant construction & industry, legt dat uit. “Milgro is een onafhankelijke solution provider op het gebied van afval- en grondstoffenmanagement. Met een unieke aanpak stellen wij onze opdrachtgevers in staat meer waarde uit grondstoffen te halen. Anders gezegd: wij bieden de data, het inzicht en de intelligentie die nodig zijn voor een succesvolle transitie van verbruik naar gebruik van


grondstoffen, passend in de ontwikkeling naar een meer circulaire economie. Wij zijn geen afval- of recyclingbedrijf, maar een regisseur en procesmanager die het integrale afvalmanagement voor opdrachtgevers overneemt, stuurt op betere financiële- en duurzaamheidsprestaties en de verantwoordelijkheid neemt voor de behaalde resultaten. Voor onze opdrachtgevers resulteert dit in ‘winstgevende duurzaamheid’: meer harmonie in de belangen van profit, planet en people.” Milgro, dat bijna 25 jaar bestaat en 70 medewerkers telt, heeft een aansprekend klantportfolio. Daarop prijken niet alleen multinationals zoals AkzoNobel, FrieslandCampina, DHL, Total, TESLA, PON en CRH maar ook veel middelgrote bedrijven uit verschillende sectoren. Als bedrijven nog een lopend contract hebben met een afvalverwerker, vormt dat geen belemmering om Milgro in te schakelen. De rol en dienstverlening van Milgro is namelijk complementair en het bedrijf werkt dan ook samen met 300 afvalen recyclingbedrijven.

Speciale actie Door het verkregen inzicht in de afvalstromen en Milgro’s jarenlange ervaring wordt bij elke opdrachtgever al snel het potentieel zichtbaar voor hergebruik, verbeterde recycling en/of reductie van verspilling. Vaak blijkt dan ook dat er in de klantorganisatie al langer ideeën waren over verbeteringen, maar dat er geen platform of structuur was om die te uiten en er mee aan de gang te gaan. De uitdaging is dan om met minder grondstoffen dezelfde hoeveelheid of nog méér te kunnen produceren. Dan komen vragen aan de orde als: waarom grondstoffen inkopen als je ze toch weggooit? Of: welk deel

van je verspilling is vermijdbaar? Als je dat weet, kun je gerichte verbeteringen doorvoeren.

“Waarom grondstoffen inkopen die je weer weggooit?” Van elkaar leren Paula van Hoorik: “Het fascinerende van afval is dat het ook iets zegt over hoe je als bedrijf presteert. Een groot voordeel van een branchebrede benadering is dat je daardoor een benchmark

Aanbod van ION Om het ’afvalthema‘ binnen de branche meer aandacht te geven, de registratie en administratie rondom afval voor leden makkelijker te maken én het besparingspotentieel in beeld te krijgen, start ION met Milgro een speciale actie. In dat kader doet Milgro het volgende aanbod: • Belangstellende bedrijven kunnen zich melden bij ION via een mail naar Yvette Henraat, henraat@vereniging-ion.nl • Er zijn in totaal vijf afval-/verspillingsscans te vergeven. De betreffende bedrijven krijgen een kosteloos en vrijblijvend adviesgesprek met specialisten van Milgro. In dit gesprek wordt, op basis van vooraf beschikbaar gestelde informatie, de potentie voor verbetering verkend en samen besproken. • Als bedrijven deze verbetering op het gebied van duurzaamheids willen realiseren door gebruik te maken van het systeem en de diensten van Milgro, krijgen zij 50% korting op de eenmalige aansluitkosten. De scans worden vergeven op basis van een evenredige verdeling binnen de branche.

kunt doen met vergelijkbare bedrijven. Dan komen er best practises in beeld en kun je van elkaar leren. We zien dit al jaren in de automotive sector, waar Milgro marktleider is. Dealer- en schadebedrijven hebben vaak vele vestigingen. Wij zorgen voor interne benchmarks, maken de onderlinge verschillen tussen vestigingen zichtbaar en kunnen die verklaren.

“Dankzij een branchebrede benadering kun je een benchmark doen bij vergelijkbare bedrijven” We zien dan ook dat, door herhaaldelijk en vanuit de identiteit van de klantorganisatie aandacht te geven aan de afvalprestaties, het bewustzijn en het enthousiasme daarvoor op de werkvloer sterk toenemen, wat een verdere verbetering oplevert. Wij helpen dan ook graag met aanstekelijke communicatie om het bewustzijn en de betrokkenheid te vergroten.” ●

Meer informatie www.milgro.nl

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 33


THEMA DUURZAAMHEID, ENERGIE EN MVO

algemeen

Wat is circulaire economie? In dit artikel worden eerst de voornaamste kenmerken van een circulaire economie beschreven, gevolgd door twee voorbeelden uit de praktijk. Een circulaire economie is een economisch systeem dat bedoeld is om herbruikbaarheid van producten en grondstoffen te maximaliseren en vernietiging van waarde te minimaliseren. Dit is heel anders dan het huidige lineaire systeem, waarin grondstoffen worden omgezet in producten die aan het einde van hun levensduur als afval eindigen. Voor ondernemers betekent een circulaire economie: meer ketensamenwerking, innovatieve businessmodellen, minder grondstoffenverbruik en minder afval.

De overgang naar een circulaire economie vergt belangrijke veranderingen. Toch is die overgang vrijwel onontkoombaar, want het huidige model lijkt een doodlopende weg. Makkelijk winbare grondstoffen raken op en worden steeds duurder, prijsfluctuaties vormen een risico voor handel en industrie en de afvalproblematiek leidt tot ecologische schade. Bedrijven gaan dan ook steeds vaker op zoek naar slimmere businessmodellen, waarin de waarde van de gebruikte grondstoffen behouden blijft en zij hun klanten voor langere tijd kunnen binden. Producenten van ingewikkelde producten met waardevolle grondstoffen erin, zoals elektronica en metaalproducten, zijn er al volop mee bezig. Maar ook in bijvoorbeeld de textiel- en kleding-

industrie ontstaan steeds meer initiatieven. De chemische sector richt zich meer en meer op biobased alternatieven ter vervanging van fossiele grondstoffen en de afvalverwerkende industrie herpositioneert zich als grondstofleverancier. Ook de overheid erkent het belang van deze ontwikkeling en stimuleert partijen met diverse programma’s.

Verschillende gedaanten Er is geen strikte definitie van een circulaire economie en deze kan zich dan ook in diverse gedaanten manifesteren. Enkele voorbeelden zijn: - leveren van bijbehorende diensten bij een product, zoals beheer en onderhoud of zelfs

kapitaal voor financiering of verzekering; - hergebruik van deelproducten, onderdelen of grondstoffen voor het produceren van nieuwe producten; - organiseren van de samenwerking in de productieketen en bouwen aan langetermijnrelaties met klanten; - volledig gebruik van hernieuwbare energie, vermijden van milieuschadelijke stoffen en gescheiden inzameling van afval in de eigen productieomgeving. Op de website van Nederland circulair! is veel achtergrondinformatie te vinden over het onderwerp.

Energiebesparing met licht Er is de afgelopen jaren nogal wat discussie geweest over de kwaliteit en het duurzaamheidsgehalte van LED-verlichting, maar momenteel zijn de winstpunten van LEDverlichting boven iedere twijfel verheven. Wie op een eenvoudige manier een stap wil maken op het gebied van duurzaamheid, doet er verstandig aan over te stappen op LEDverlichting. Daarmee wordt energie en geld bespaard. Weliswaar is de aanschaf van LEDverlichting momenteel iets duurder, maar dat verdient zich ongeveer in twaalf maanden terug; zo heeft HOMIJ, bouwer van technische installaties, berekend. Dus na een jaar is de LED-verlichting in exploitatie al goedkoper dan reguliere verlichting. LED-verlichting levert een energiebesparing op van vijftig procent gedurende de hele levensduur. De armaturen van de verlichting kunnen bij de opstart een korte piek in de energievraag opleveren als je uitgaat van de normale belasting op het net. Dit is te verhelpen door een module te plaatsen aan het begin van de verlichting, die de opstartpiek opvangt.

34 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016


Voorbeeld 1: Circulair ondernemen in de praktijk Een tweede leven voor verzinkte geleiderail Langs Nederlandse rijkswegen staat circa 7.000 kilometer verzinkte geleiderail, ook wel vangrail genoemd. Afgedankte stukken worden nu nog als schroot omgesmolten in het buitenland, terwijl bij hergebruik het zink volledig kan worden teruggewonnen. Thermische verzinkerij Van Aert in Nederweert ontwikkelde een methode om dit op industriële schaal, gecertificeerd te doen. Met als resultaat: forse energiebesparing, een aanzienlijk lagere CO2-footprint én een gesloten kringloop. Bij Van Aert liggen de fris verzinkte stukken geleiderail opgestapeld, klaar voor transport. Met het blote oog is het verschil tussen nieuwe en

Green Deal Om de ontwikkeling naar grootschalige renovatie in gang te zetten, richtte Fred van Hest, directeur van Van Aert, in 2006 dochterbedrijf Arrosso BV op. Via een praktijkproef in samenwerking met RVO.nl werd onder meer onderzocht waaraan de geleiderail moet voldoen voor renovatie, wat de meest geschikte techniek is om hem te demonteren, te controleren, kalibreren en reinigen, en hoeveel tijd en geld dit kost. Uit de praktijkproef bleek dat geleiderail vanuit technisch én economisch oogpunt goed te renoveren is. Dat het renoveren van geleiderail kàn, betekent nog niet dat het ook altijd gebeurt. “Het ter plekke verschroten van afgedankte geleiderail is sneller dan het netjes demonteren voor renovatie”, aldus Richter. “En

gerecyclede onderdelen niet te zien. “Het gerenoveerde materiaal doet niet onder voor het nieuwe”, zegt John Richter, projectcoördinator bij de verzinkerij. “Het voldoet aan dezelfde veiligheidseisen, maar is zo’n 20 tot 25% goedkoper.” Vangrails krijgen een zinklaag als bescherming tegen corrosie. Na ongeveer twintig tot vijfentwintig jaar is de rail aan vervanging toe. Jaarlijks gaat het om circa 360 kilometer rail, zo’n vijftienduizend ton. Bij een jaarlijkse vervanging van 360 kilometer rail kan door renovatie 150 tot 250 kilometer geleiderail worden bespaard: 42% tot 70% direct herbruikbaar materiaal. Vergeleken met de huidige werkwijze vertegenwoordigt dit een energiebesparing van 200 tot 325 TJ per jaar. Daarnaast wordt de CO2-uitstoot verlaagd met circa 9.500 tot 16.000 ton door besparing op productie van primair staal.

aannemers kiezen toch vaak voor de makkelijkste oplossing.” Om de duurzame toepassing van gerenoveerde geleiderail een impuls te geven, sloten Arrosso en de Rijksoverheid een Green Deal, samen met zeven partijen uit de metaalindustrie. Vanwege de milieuwinst gaat het ministerie van Infrastructuur en Milieu als onderdeel van duurzaam inkoopbeleid de voorkeur geven aan gerenoveerde boven nieuwe geleiderail.

te winnen. Van Hest: “We stellen deze kennis graag beschikbaar aan andere marktpartijen. Ook willen we uiteindelijk een aparte installatie bouwen, om grotere hoeveelheden afgedankt verzinkt staal te recyclen en als schoon schroot aan Tata Steel aan te bieden. Zo werken we stap voor stap naar een gesloten zinkkringloop.” ●

Naar een gesloten zinkkringloop

Meer informatie

Via de Green Deal wil Arrosso de recycling van geleiderail gaan uitbouwen. Ook bieden de bevindingen en resultaten een blauwdruk om andere verzinkte producten te renoveren en om schroot te ontzinken en zink volledig terug

Voorbeeld 2: Circulair ondernemen in de praktijk Langdurige productzorg afvalbakken Koninklijke Bammens, opgericht in 1850, is gespecialiseerd in afvalsystemen. Ze leveren oplossingen voor huishoudelijk, zwerf- en bedrijfsafval: stalen afvalbakken, rolcontainers en Collectors. Iedere Nederlander kent hun producten, vaak onbewust. Hun tijdloze Capitole afvalbakken zijn de standaard in Nederlandse straten, op parkeerterreinen en op schoolpleinen. Ook kom je vaak hun (semi)ondergrondse Collectors in

www.circulairondernemen.nl (Nederland circulair!) www.vanaert.nl www.rvo.nl/actueel/praktijkverhalen/eentweede-leven-voor-verzinkte-geleiderail www.bammens.com

woonwijken, horecagebieden en winkelcentra tegen. En dan zijn er de bekende verzinkte rolcontainers bij talloze bedrijven en organisaties. De afvalbakken zijn strak vormgegeven, vandaalbestendig en hebben diverse extra opties. Het circulaire van de bedrijfsfilosofie van Bammens is dat ze de zorg over hun producten houden, ook na levering ter plekke. Als die producten op het eind van hun levensduur komen, worden ze ingenomen, opgeknapt en weer teruggezet.

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 35


organische

THEMA DUURZAAMHEID, ENERGIE EN MVO

tekst Frank Ruttens, Agfa-Labs

deklagen

Hoe maak je een bestaande coating-formulering eco-vriendelijker? Het is intussen genoegzaam bekend, de trend om alsmaar “groenere” coatings te ontwikkelen op basis van minder toxische en biogebaseerde solventen. Maar hoe begin je er aan? Het ontwikkelen van een compleet nieuwe formulering vraagt immers tijd, en hoe zal je er in slagen om de gewenste prestatie van de coating te behouden, laat staan te verbeteren?

Het gebruik van de Hansen Oplosbaarheidstheorie kan een oplossing bieden. Door kennis van de Hansen Oplosbaarheidsparameters (Hansen solubility parameters, HSP’s) van de samenstellende bestanddelen van een coatingformule-

ring kan een formuleerder het biomateriaal “inpluggen” in een bestaande verf, vernis of andere coating zonder veel tijdverlies. Een producent van biogebaseerde materialen kan dan op zijn beurt aantonen dat zijn bio-geraffineerde

producten waardevolle alternatieven zijn voor de klassieke solventen en binders. Om de werkwijze voor te stellen, beschouwen we het voorbeeld van een bestaande formule-

Hansen Oplosbaarheidsparameters Al bijna 50 jaar hebben de Hansen Solubility Parameters (HSP) zich bewezen als een krachtige, praktische manier om allerlei kwesties inzake oplosbaarheid, dispersie, diffusie, chromatografie en dergelijke te begrijpen. Van academische laboratoria tot gebruikers van industriële applicaties: allemaal hebben ze intelligente formuleringen weten te maken met behulp van het cruciale inzicht dat oplosmiddelen, polymeren, nanodeeltjes etc. heel goed gekarakteriseerd kunnen worden met slechts drie parameters: δD voor dispersie (van der Waals), δP voor polariteit (verwant met dipoolmoment) en δH voor waterstofbrugvorming. Welke andere techniek kan, bijvoorbeeld, laten zien dat twee slechte solventen voorspelbaar gecombineerd kunnen worden tot een goede solvent? Dr. Charles Hansen liet in zijn doctorale proefschrift in 1967 zien dat de praktische wereld van oplosbaarheid zinvol kon worden beschreven door slechts drie parameters: δD, δP en δH. Het duurde slechts een paar jaar voordat de industriële wereld deze concepten met enthousiasme

36 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

omarmde en een paar jaar later werden ze (eerst door Beerbower) de Hansen Solubility Parameters - oftewel Hansen Oplosbaarheidsparameters - genoemd. Zijn werk bouwde voort op het briljante inzicht van Hildebrand dat een heel complexe theorie kon worden samengevat in het idee van een ‘oplosbaarheidsparameter’. Hildebrand zelf realiseerde zich dat de oorspronkelijke Hildebrand Solubility Parameter alleen toepasbaar was op relatief apolaire en non-waterstofbrugvormende moleculen. Industriële formuleerders hadden aanvankelijk met enthousiasme gereageerd op Hildebrands ideeën, maar kwamen er al snel achter dat de beperkingen voor polaire en waterstofbrugvormende systemen te ernstig waren. Het was Hansen die een solide, experimenteel valide en consistente manier bedacht om de Hildebrand parameter te verdelen in drie componenten. Vervolgens wist hij lange waardetabellen te genereren, die door formuleerders in de praktijk konden worden gebruikt. Het belangrijkste was wel dat Hansen koos voor een ‘technische’ benadering: van belang was wat werkt.


ring waarin tetrahydrofuraan (THF) een belangrijk aandeel heeft in het gedrag van een coating. De initiële stabiliteit van de solutie, de spreiding op het substraat, het drogen en het uiteindelijke visuele aspect van de coating worden in min of meerdere mate door dit solvent bepaald. THF nu wordt beschouwd als schadelijk en mutageen, zodat een vervanging van dit solvent zich opdringt zonder dat het eindproduct van de markt verdwijnt. Door de HSP’s te bepalen van de polymere binder van de coating en die te vergelijken met deze van THF, wordt duidelijk welke rol door het solvent echt wordt gespeeld en kan men op een gerichte manier op zoek naar een vervanger. De stelregel van Hansen’s theorie is immers: wanneer een polymeer en een solvent vergelijkbare oplosbaarheids-parameters vertonen, zijn zij compatibel met elkaar. Met andere woorden: het solvent zal het polymeer oplossen.

van THF in de solventmix substantieel: 50%. Zoals hierboven aangegeven, is het samenspel met andere (meer polaire) solventen in de formulering van dien aard dat de uiteindelijke solventmix wel in staat is om de binder op te lossen. De HSP’s van de volledige mix zijn: dD = 17.2, dP = 6.68, dH = 9.53. Op basis van bovenstaande informatie, en gebruik makende van beschikbare databanken, kon een gepaste vervanger voor THF worden geselecteerd die a) mengbaar met de andere solventen is, b) een voldoende laag kookpunt heeft, c) een goede prestatie levert aan de uiteindelijke coating, d) niet duurder is en e) geen gezondheidsrisico inhoudt. De naam van deze kandidaat: 1,3 dioxolaan.

Dus: In het licht van dit voorbeeld konden we zien hoe de Hansen Oplosbaarheidstheorie toelaat om een solvent in een bestaande formulering te vervangen door een minder schadelijk alternatief, zonder dat daarvoor veel experimenteel werk moest worden geleverd en zonder kostbare tijd te verliezen. Dezelfde methodologie kan worden toegepast om andere componenten in een formulering te vervangen door “groenere” alternatieven. ●

Meer informatie frank.ruttens@agfa.com www.agfa-labs.com T. +32 499569949 www.hansen-solubility.com

De Hansen-parameters beschrijven de oplosbaarheid in termen van apolaire of dispersieve interacties (dD), van polaire interacties (dP) en van waterstofbrug-vorming (dH). Elk polymeer, solvent, pigment, dispergator kan worden voorgesteld als een punt in de drie-dimensionele Hansenruimte. Rond dit punt strekt zich de oplosbaarheidssfeer uit met radius R. Solventen die binnen deze sfeer vallen, zullen goede solventen zijn voor de component in kwestie. Solventen die buiten de oplosbaarheidssfeer vallen, zijn slechte solventen. Een aardigheid: een mengsel van twee non-solventen kan ook een solvent opleveren dat pal in de oplosbaarheidssfeer ligt! In ons voorbeeld werden de HSP’s van de polymere binder bepaald op: dD = 18.63, dP = 13.70, dH = 11.43 en de straal van de oplosbaarheidssfeer bedraagt 8.2. (zie afbeelding). Merkwaardig is de positie van THF ten opzichte van het berekende oplosbaarheidsdomein, het ligt er namelijk buiten! Nochtans is het aandeel

Figuur : Hansen Oplosbaarheidsparameters van een polymere binder in een coatingformulering. De volle blauwe bollen zijn solventen voor het polymeer, de rode kubussen zijn non-solventen. Merkwaardigerwijs ligt THF buiten de oplosbaarheidssfeer (transparante blauwe bol).

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 37


THEMA DUURZAAMHEID, ENERGIE EN MVO

algemeen

Verdienmodel Materia smaakt naar meer Het zal u waarschijnlijk weleens zijn overkomen: u loopt op een beurs en vanuit een ooghoek ziet u een tentoonstelling van Materia. Een behoorlijke kans dat u die tentoonstelling ook even aandoet: even kijken en voelen aan nieuwe materialen. Maar wat voor organisatie is Materia eigenlijk? Hoe zit hun verdienmodel in elkaar? Enkele vragen die des te interessanter zijn, omdat we Materia al een aantal keer op de Surface zijn tegenkomen.

De organisatie Materia bestaat ’pas’ sinds 1998, maar heeft al een bewogen geschiedenis achter de rug. Diegene die nu bij Materia de scepter zwaait, Jeroen van Oostveen, wil graag iets over die geschiedenis vertellen, omdat daarmee ook doel en werkwijze van de organisatie duidelijker wordt. “Materia is in 1998 opgericht door architect Els Zijlstra. Zij was bij een architectenbureau verantwoordelijk voor het beheer van de materialenbibliotheek, maar zij ontdekte dat er online niet een soort bibliotheek was waar je op zoek kon gaan naar nieuwe materialen. Vanuit een soort frustratie is zij toen Materia begonnen: een materialenbibliotheek voor architecten en ontwerpers waarvan een deel regelmatig op beurzen te zien is.”

In de eerste jaren had Materia een wisselend succes. Els Zijlstra verzamelde nieuwe materialen uit de hele wereld en werd soms benaderd door beursorganisatoren om tegen betaling onafhankelijke tentoonstellingen te organiseren. Dat wilde ze natuurlijk wel, maar na verloop van tijd werd steeds meer duidelijk dat de inkomsten niet opwogen tegen de uitgaven. In 2005 verkocht ze Materia aan Coulisse, een Nederlandse fabrikant van raamdecoraties. De aankoop van het high-end designmerk Materia had een positief effect op de merkuitstraling van Coulisse. Daarnaast zat Coulisse op de eerste rij om kennis te nemen van nieuwe materialen, die zij konden gebruiken voor het ontwikkelen van nieuwe raamdecoraties. Maar ook dit bedrijf

ontdekte dat het veel geld kostte om een onafhankelijke materialenbibliotheek draaiende te houden. In 2008 vroeg Coulisse aan Architectenweb of die wellicht Materia wilde overnemen. En hier komt Jeroen van Oostveen in beeld. “In 2001 ben ik met Architectenweb begonnen. Ik ontdekte dat er geen platform op internet was waarop architecten hun gebouwen en andere ontwerpen konden presenteren. Het moest een soort etalage voor architecten worden. Dat is best wel een groot succes geworden. Toen Coulisse bij ons kwam of we wellicht Materia wilde overnemen, zagen we een kans om ook live events te gaan organiseren en daarbij de mediakracht van Architectenweb in te zetten voor de bezoekerswerving. Een jaar voordat wij Materia overnamen, had Materia voor het eerst een beurs georganiseerd, Material Xperience. Met de acquisitie van Materia en sales en mediapower van Architectenweb konden we in één klap de beurswereld betreden.”

Kosten

Jeroen van Oostveen bij een deel van de omvangrijke collectie van Materia.

38 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

Hoe zit het eigenlijk met de kosten die Materia maakt? “Het continu bouwen aan een collectie van nieuwe materialen is heel tijdrovend en duur. Iemand is de hele dag wereldwijd aan het zoeken naar nieuwe materialen. Zodra we een interessant nieuw materiaal hebben gevonden, worden samples van die materialen opgevraagd. Als die binnenkomen, moeten die opnieuw worden beoordeeld, er moeten foto’s van gemaakt worden, er moet een artikel over geschreven worden, contacten moeten worden onderhouden enzovoorts. Dan heb je alleen nog maar veel geld uitgegeven. Materia heeft


Missie en visie

Voelen, ervaren en bespreken tijdens de MaterialXperience.

lang gestoeid met de vraag hoe je de nieuwste van de nieuwste materialen in huis kunt krijgen, terwijl je daarmee ook geld verdient en je onafhankelijkheid altijd voorop blijft staan. Eén van de verdienmodellen was het verkopen van tentoonstellingen aan beurzen, maar dat is nooit genoeg geweest om alle rekeningen te kunnen betalen.”

Inkomsten Van Oostveen vervolgt: “Mensen denken weleens dat fabrikanten van wie materialen zijn opgenomen in onze collectie ons betalen, maar dat is niet zo. De helft van de bedrijven waar innovatie plaatsvindt, betreft vaak kleine bedrijven die heel bijzondere dingen ontwikkelen waarvoor ze wereldwijd heel veel persaandacht krijgen. Waarom zouden die bedrijven betalen om opgenomen te worden in Materia als ze al veel free publicity krijgen? Bij het opbouwen van de collectie zijn wij altijd onafhankelijk geweest en dat zal ook altijd zo blijven, omdat dat de enige manier is waardoor we echt het nieuwste van het nieuwste kunnen laten zien.” De inkomsten van Materia bestaan uit vergoedingen van beursorganisatoren die Materia vragen om een deel van hun collectie op de beurs te laten zien. Voor iedere beurs wordt een unieke tentoonstelling samengesteld. De meeste inkomsten genereert Materia echter uit de beurs Material Xperience, die één keer per jaar in Nederland wordt georganiseerd. Inmiddels hebben er elf edities van Material Xperience plaatsgevonden en is het event uitgegroeid tot één van de belangrijkste events voor de creatieve professional in Nederland. Van

Oostveen: “Material Xperience is eigenlijk een heel grote materialententoonstelling waar de nadruk ligt op materiaalinnovatie.” Om de tentoonstelling heen biedt Materia tegen betaling stands aan materiaalfabrikanten volgens een bepaald beursconcept. Een soortgelijke formule wordt op de website gehanteerd. Naast de presentatie van nieuwe materialen zijn er ook gesponsorde pagina’s van fabrikanten die daarop een materiaal kunnen presenteren. Van Oostveen vergelijkt het met een krant. Mensen lezen een krant vanwege het nieuws, maar naast het nieuws staan advertenties om de krant financieel mogelijk te maken. Maar de journalisten zijn en blijven onafhankelijk.

Ondertussen bestaat de collectie van Materia uit ongeveer 2600 nieuwe materialen. Eigenlijk komt er iedere dag wel een nieuw materiaal bij. “Wij hebben een collectie die wereldwijd gezien uniek is. Daar is er geen tweede van. Veel beurzen ervaren dat het steeds moeilijker wordt om mensen naar een beurs te krijgen. Veel mensen denken dat ze de informatie wel op internet kunnen vinden. Hoe kun je daar als beurs iets aan toevoegen wat internet niet leveren kan en waar wel mensen op afkomen? Dat is dus een collectie van nieuwe materialen die je kunt voelen en ervaren. We verkopen dus tentoonstellingen aan beurzen en verhogen daarmee het innovatieve karakter daarvan.” Het inhuren van Materia kan voor de beursorganisator nog een voordeel hebben: Materia verstuurt wekelijks een nieuwsbrief aan 75.000 abonnees wereldwijd. Daarin wordt regelmatig aandacht geschonken aan op handen zijnde beurzen en evenementen. “Onze missie is het stimuleren van gebruik van nieuwe materialen. Onze visie daarbij is dat we dat willen bereiken door twee belangrijke groepen bij elkaar te brengen: de creatieve professionals enerzijds en de fabrikanten anderzijds. En dat moet je op een inhoudelijke manier doen, want dat is de enige effectieve manier om als fabrikant in gesprek te kunnen komen met architecten en designers. We denken dat we nu een goed businessmodel hebben. We hebben vergevorderde plannen om ook in de ons omringende landen aan de slag te gaan.” ●

Meer informatie www.materia.nl

Materia op de Surface.

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 39


Op zoek naar samenwerkingspartners

Het Enterprise Europe Netwerk, actief in 54 landen (ook buiten Europa), is gericht op brede ondersteuning van het MKB bij internationale samenwerking op het gebied van onderzoek, technologie en commercie. Het Enterprise Europe Netwerk valt onder RVO: de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Bij deze organisaties staan adviseurs klaar die bedrijven helpen bij het vinden van zakenpartners in de landen van het netwerk, en zelfs daarbuiten.

Meer informatie Voor vragen over internationale betrekkingen is Enterprise Europe Network bereikbaar onder nummer 088-4440777. Voor meer informatie over het dienstenpakket wordt verwezen naar www.EnterpriseEuropeNetwork.nl. Reageren op de hier vermelde technologieaanbiedingen en -verzoeken kan bij: Tom Reijn Tel. 088-6025299 tom.reijn@RVO.nl www.enterpriseeuropenetwork.nl Noot van de redactie: Hiernaast volgen de titels en samenvattingen van enkele partnerverzoeken en -aanbiedingen uit de database van Enterprise Europe Network NL. De redactie neemt geen verantwoording voor de voorgestelde oppervlaktebehandelingsconcepten, uitspraken aangaande levensduurverwachtingen, accuraat gebruik van bepaalde vakterminologie voor de betreffende toepassing en dergelijke. De vervaldata zijn indicatief: doorgaans kan enkele weken later nog gereageerd worden.

40 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

Methode en apparaat voor het meten van de brekingsindex en laagdikte op basis van een ellipsometrische modificatie Aanbod uit Duitsland, referentie: TODE20160401001, geldig tot 13-06-2017

SAMENVATTING Een team van Duitse wetenschappers heeft een methode en bijbehorend apparaat ontwikkeld om karakteristieke parameters van ultradunne oppervlakken en oppervlaktelagen te meten. Men is op zoek naar industriële partners voor een samenwerking op basis van een licentie- of onderzoeksovereenkomst.

Beschrijving Ellipsometrie is een gevestigde optische meetmethode voor oppervlakken en lagen die dicht tegen de oppervlakte aan liggen. Het doel ervan is om de brekingsindex en de laagdikte te bepalen en zodoende belangrijke karakteristieke parameters aan het licht te brengen. Deze parameters kunnen op hun beurt weer worden gebruikt om informatie zoals de chemische samenstelling van het materiaal te verzamelen. Bij de gangbare methoden zijn er twee stappen nodig om deze parameters te meten. Eerst worden de ellipsometrische hoeken van het beklede oppervlak direct gemeten. Daarna worden met behulp van de computer de brekingsindex en de laagdikte berekend. De parameters zijn op die manier alleen nauwkeurig te bepalen als de laag dik genoeg is. Als de gemeten lagen extreem dun zijn, zijn de invloeden van de brekingsindex en de laagdikte van de reflectie niet onafhankelijk van elkaar. Dit probleem doet zich voor als de laag dunner is dan 15nm. Daarom kan de laagdikte in deze dimensie alleen worden bepaald als een van de twee parameters al vóór de meting bekend is. Meestal is dit niet het geval.

De aangeboden innovatie beschrijft een ellipsometrische methode waarbij het bepalen van de laagdikte bestaat uit twee afzonderlijke metingen (meting A en B ) van twee verschillende paren. Omdat het testobject niet wordt verplaatst, blijft de invalshoek constant. Het verschil tussen beide metingen zit ‘m alleen in de dikte van de gemeten laag. Hierbij is de laagdikte in meting A groter dan in B. Zo niet, dan is meting B mogelijk verricht op de laag zonder coating. In beide gevallen kan de laagdikte kleiner zijn dan 125nm. Er zijn verschillende manieren om het beschreven verschil in laagdikte tussen A en B vast te stellen. Een voorbeeld is om eerst een oppervlak zonder coating te meten en dit te vergelijken met de dikte van het oppervlak zodra het is gecoat. Met behulp van een wiskundige vergelijking die is afgeleid van deze uitvinding kan men de brekingsindex berekenen vanuit verschillende ellipsometrische hoeken. Het is nu mogelijk om de laagdikte te bepalen aan de hand van normale ellipsometrische methoden. De wetenschappers zijn op zoek naar industriële partners die of geïnteresseerd zijn in verdere ontwikkeling om deze methode op de markt te brengen, of die een licentieovereenkomst willen aangaan.

Gezochte partner Partners die werkzaam zijn in meettechniek, materiaalanalyse voor verdere ontwikkeling (samenwerking gebaseerd op een onderzoeksovereenkomst) en/of commercialisering van de uitvinding (op basis van een licentieovereenkomst).

Voordelen en innovaties Het berekenen van de brekingsindex met behulp van ellipsometrie is onafhankelijk van de laagdikte (zelfs bij laagdiktes onder 15nm). Daarom is het bruikbaar op halfgeleiders, faseplaten of op laagoven-coatings en reflectiewerende coatings waarvan de lagen en coatings erg dun zijn. ●


Ontwerpen van nieuwe coatingproducten met verbeterde esthetiek en nieuwe functionaliteiten voor creatieve industrieën Aanbod uit Frankrijk, referentie RDFR20160722001, geldig tot 22-07-2017

SAMENVATTING Een bekend Frans bedrijf (MKB) met R&Dervaring is werkzaam in de sector composietmaterialen en polymeren, in het bijzonder innovatieve coatings. In het kader van een reactie op de H2020-NMBP-05-2017 oproep, zoekt het Franse bedrijf partners in de sectoren industrie, onderzoek en wetenschap, voor het ontwerpen en demonstreren van nieuwe coatingproducten met nieuwe en waarde-toevoegende functionaliteiten voor de creatieve branches.

- Duurzame super hydrofobe coating: het oppervlak is sterk waterafstotend (lotus effect). - Slijtvaste zelfreinigende coating: het oppervlak houdt zichzelf vrij van vuil. - Elektrochromatische coating: het oppervlak verandert van kleur. - Zelfhelende coating: het oppervlak kan zichzelf automatisch herstellen. - Verwarmende coating: het oppervlak warmt op.

Een bekend Frans MKB, gespecialiseerd in innovatie, richt zich op polymeren en composietmaterialen, in het bijzonder coatings. Het bedrijf ontwikkelt en werkt al aan vele soorten materialen, in opdracht van grote Europese bedrijven. Het bedrijf heeft momenteel zo’n vijfhonderd klanten in Europa en heeft veel ervaring in het management van Europese projecten. Het bedrijf wil creatieve industrieën en communities voor materiaalwetenschappen aan elkaar koppelen om het potentieel van innovatieve coatings te onderzoeken, met het doel nieuwe producten te ontwerpen met verbeterde esthetiek en nieuwe functionaliteiten.

In het kader van een reactie op de H2020NMBP-05-2017 stelt het Franse MKB een project voor, dat zal bestaan uit: - Het opsporen van nieuw materiaalgebruik en trends in innovatie aangestuurd door sociale, economische, culturele en milieuaspecten. - De ontwikkeling en validering van innovatieve coatings die functionaliteiten toevoegen om de waarde van consumentengoederen te vergroten. - Het demonstreren van dergelijke coatings middels verschillende demonstratieprojecten. - Verspreidingsactiviteiten om design en materiaalwetenschappen te promoten als drivers voor innovatie in creatieve industrieën.

Voorbeelden van de functionaliteiten waaraan wordt gedacht:

De onderneming ziet belangstellende reacties graag tegemoet voor 30 september 2016.

Beschrijving

Gezochte partners - Clusters /Werkgroepen /Verenigingen gespecialiseerd in creatieve branches en designgedreven innovatie. De rol van deze partners zal bestaan uit de verspreiding/promotie van design en materiaalwetenschappen als drivers voor innovatie. Ze nemen deel aan het opsporen van nieuwe toepassingen en trends. - Specialisten in designdenken, die nieuwe toepassingen en innovatietrends aangestuurd door sociale, economische, culturele en milieufactoren opsporen, en die bijdragen aan meer inzicht in betekenisvolle toepassingen voor consumenten. - Onderzoeks- en technologieorganisaties / Universiteiten /MKB’s met expertise in coatings, die gaan deelnemen aan de ontwikkeling/aanpassing van een functionele coating.

Voordelen en Innovaties Het Franse bedrijf wil onderzoeksstudies opzetten, met het doel om samen met zijn toekomstige Europese partners nieuwe en innovatieve coatings te ontwikkelen en te onderzoeken, met fundamenteel verbeterde functionaliteiten en kwaliteiten, die van ivloed zullen zijn op de markt van geavanceerde materialen. ●

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 41


Terugblik Column

aanbod uit Israël, REFERENTIE TOIL20160316001, GELDIG TOT 17-03-2017

SAMENVATTING Een Israëlisch bedrijf (MKB) biedt een nieuw proces voor conversie coating, voor aluminium legeringen. Voordelen ten opzichte van huidige benaderingen zijn onder meer de hoge corrosiebestendigheid (zelfs bereikt voor lucht- en ruimtevaartlegering 2024) van het behandelde product, zichtbaar kleurverschil tussen behandelde en niet-behandelde legeringen, etc. Het bedrijf zoekt een partner voor een commerciële overeenkomst met technische ondersteuning, licentie of technische samenwerkingsovereenkomst.

Beschrijving Een Israëlisch bedrijf, gespecialiseerd op het gebied van chemicaliën voor metaalafwerking, oppervlaktebehandeling, industriële schoonmaak, metaalbewerking en applicaties daarvan, biedt een speciaal ontwikkelde technologie om het probleem van aluminiumlegeringen, de lage corrosiestabiliteit, op te lossen. De technologie was noodzakelijk om een superieure corrosieweerstand voor lucht- en ruimtevaartlegeringen te bereiken, met name 2024, in essentie corrosiegevoelig maar extreem geschikt aangezien het aan de eisen van de lucht- en ruimtevaartindustrie voldoet (MIL-DTL-5541). Het aluminium-legering oppervlak ondergaat speciale voorbehandelingen met bepaalde chemicaliën en wordt vervolgens behandeld met een driewaardig chroom conversie coatingverbinding. Het resulterende product doorloopt successievelijk alle operationele processtappen die MILL-DTL-81706 vereist. Het proces is milieuvriendelijk, er worden geen gevaarlijke verbindingen / processtappen ingezet. De technologie is ontworpen voor gebruik in industriële sectoren zoals metaalafwerking, alle aspecten van oppervlaktebehandeling en is speciaal bedoeld voor aluminium-legeringen. Het bedrijf is op zoek naar implementaties van de aangeboden technologie en aanpassing ervan/op maat gemaakte toepassing op lokale aspecten, via een commerciële overeenkomst met technische ondersteuning, licentie en technische samenwerkingsovereenkomst. Het bedrijf heeft ongeveer 30 jaar ervaring op het gebied van chemicaliën voor de metaalverwerkingsbranche en oppervlaktebehandelingsaspecten. Het is een bekende, goedgekeurde leverancier voor het Israëlische Ministerie van Defensie.

Gezochte partner - Technische samenwerkingsovereenkomst met vertegenwoordigers van / gebruikers op het gebied van metaalverwerkingsdiensten, metaal-oppervlaktebehandelingschemicaliën; - Uit te voeren taken van de gezochte partner zijn implementatie van de technologie, en de aanpassing ervan aan specifieke behoeften (technische consultancy, kwaliteitscontrole etc.).

Voordelen en innovaties Met de nieuwe aluminium-oppervlaktevoorbehandeling kunnen de volgende resultaten worden bereikt: 1. Significante verbetering in corrosieweerstand van het behandelde product in vergelijking met niet-behandelde producten. 2. Alle processen & de componenten ervan zijn milieuvriendelijk en voldoen aan de ROHS (Restriction of Hazardous Substances)-richtlijn. 3. Het eindproduct is lichtgeel gekleurd, waardoor het visueel verschilt van nietbehandelde producten. 4. Verbetering in corrosiebestendigheid is ook bereikt voor lucht- en ruimtevaart AL2024 legering, zoals vereist door MIL-DTL-5541 (dit staat voor de eis van 168 uur in een zoutkamer). ●

42 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

De weg afleggen Het uitspreken van goede voornemens bewaren we gewoonlijk voor die ene keer per jaar en wel rond de jaarwisseling. Tja, waarom eigenlijk? Is het verboden om dat vaker te doen? Er een dagelijkse gewoonte van maken, is misschien wat teveel gevraagd, maar kennelijk komt de jaarlijkse gewoonte voort uit een vaag schuldgevoel dat we ons te vaak laten meeslepen door de waan van de dag waardoor we te vaak kansen op grote stappen naar verbetering door onze vingers laten glippen. In de rustige periode rond de jaarwisseling komt dat besef wat meer naar boven wat we vervolgens willen bezweren door goede voornemens te maken. U weet wel hoe het doorgaans daarmee afloopt. Het uitspreken van goede voornemens is wel een mooie eerste stap, maar feitelijk nutteloos als we ze niet in praktijk brengen. U begrijpt inmiddels dat dit themanummer u daarbij kan helpen. Die hulp is misschien ook wel nodig, want het was niet zo dat de redactie bij de opzet van dit themanummer bedolven werd door praktijkvoorbeelden uit de branche. Ja natuurlijk, oppervlaktebehandelaars zitten aan het eind van de lijn en hebben niet zo veel mogelijkheden om het verschil te maken op het gebied van duurzaamheid. Hoor ik weleens. Maar dat is natuurlijk niet het hele verhaal. Als we vijf jaar verder zijn, zullen we hopelijk constateren dat we veel verder zijn op het gebied van duurzaamheid en concreet bijdragen aan het realiseren van de circulaire economie. Maar die weg moet nog wel afgelegd worden.

Jaap van Peperstraten Hoofdredacteur Oppervlaktetechnieken

Hoge corrosieweerstand door conversie coatingproces

Het zal u de afgelopen tijd wellicht zijn opgevallen en ik zal het ook niet ontkennen: onderwerpen als duurzaamheid en circulaire economie mogen op mijn warme belangstelling rekenen. We hebben de aarde immers te leen, we moeten er voorzichtig mee omgaan. Vandaar dat ik extra gemotiveerd was om dit nummer te maken. En ik hoop natuurlijk dat wanneer dit thema weer aan de orde is we het gevoel krijgen dat we pagina’s te kort komen om alle inspirerende voorbeelden uit de praktijk te beschrijven. Maar voorlopig zal het denk ik nog wel even duren voordat een dergelijk themanummer niet meer nodig is. Ik hoop dat ik daarin ongelijk heb. ● oppervlaktetechnieken@ ellemmi.nl


brancheregister Uw bedrijf in het brancheregister? Voor een standaardvermelding van 3 regels in één rubriek betaalt u per jaar slechts €330,-. Bij plaatsing logo in full colour per jaar €305,- ongeacht het aantal rubrieken. Voor informatie over een vermelding in het brancheregister kunt u contact opnemen met Vincent IJff, tel: 070 399 00 00 / vincent@jetvertising.nl

advies projectbureau / oppervlaktebehandeling- / coating-industrie

afzuiginstallaties

Certificering Sir John b.v. T. 0182-396931 / F. 0182-396937 info@sir-john.nl / www.sir-john.nl

Straaltechniek Int. b.v. www.straaltechniek.net B & B Coating Techniek T. 053-4357707 www.bb-coating-techniek.nl

Chemetall b.v. T. Oss (NL): +31 (0)412 68 18 88 T. Kontich (BE): +32 (0)3 450 37 10 www.chemetall.com info.benelux@chemetall.com www.coatingsystemenvanderlans.nl

Glasbeek Finish b.v. T. +31 (0)182 322 422 info@glasbeek.com / www.glasbeek.com

anodemanden (titaan)

MEPACO b.v. T. 071-5892863

Vecom Group T. 010-5930299 / F. 010-5930225 info@vecom-group.com / www.vecom-group.com

beschermkapjes, pluggen, tape

Afvalwaterbehandelinginstallaties

EnviroChemie b.v. T. +31 (0)23 542 69 13 / F. +31 (0)23 542 69 14 sales@enviro-chemie.nl www.enviro-chemie.nl

chemicaliën/ opp. behandeling

anoden (titaan) Parlevinkerweg 34, 5928 NV Venlo T. +31 (0)77 396 81 49 info@citakubv.eu / www.citakubv.eu MAGNETO Special Anodes b.v. T. 010-2620788 / F. 010-2620201 www.magneto.nl

anodiseer (ophangrekken)

bakken, kunststof C.K.B.Boxtel T. 0411- 682939

HAWKING The green technology supply house

C&T Technics T. 0413-331083 / F. 0413-331195 epsi@ct-technics.nl / www.ct-technics.nl

Epifatech T. +46 371 51 1685 / F. +46 371 14 996 order@epifatech.se / www.epifatech.se

beitsen/passiveren

afvoer gevaarlijk afval

Chemetall b.v. T. Oss (NL): +31 (0)412 68 18 88 Kontich (BE): +32 (0)3 450 37 10 www.chemetall.com info.benelux@chemetall.com

Vecom Group T. 010-5930299 / F. 010-5930225 info@vecom-group.com / www.vecom-group.com

C&T Technics T. 0413-331083 / F. 0413-331195 epsi@ct-technics.nl / www.ct-technics.nl

HAWKING The green technology supply house

HAWKING Benelux b.v. T. + 31 (0) 73 656 5232 www.hawkingbenelux.com

Chemetall b.v. T. Oss (NL): +31 (0)412 68 18 88 T. Kontich (BE): +32 (0)3 450 37 10 www.chemetall.com info.benelux@chemetall.com

Official Benelux dealer

MEPACO b.v. T. 071-5892863 Coatingsystemen Van der Lans T. +31(0)614306694 info@coatingsystemenvanderlans.nl www.coatingsystemenvanderlans.nl

TÜV Rheinland Nederland b.v. T. 088-8887888 / F. 088-8887879 info@nl.tuv.com / www.tuv.com/coatings

HAWKING Benelux b.v. T. + 31 (0) 73 656 5232 www.hawkingbenelux.com

Kluthe Benelux b.v. T. +31 (0)172-516 000 / F. +31 (0)172-439 494 info@kluthe.nl / www.kluthe.nl

HangOn b.v. T. 077-3999630 / F. 077-3988419 info@hangon.co / www.hangon.co

Vecom Group T. 010-5930299 / F. 010-5930225 info@vecom-group.com / www.vecom-group.com

brandwerende / brandvertragende coatings

chemisch / technisch reinigen

Voor coatings met meer waarde en minder kosten ELA Coatings b.v. T. +31 (0)24 373 99 88 / +31 (0)6 150 500 54 e.lagerweij@elacoatings.com www.elacoatings.com

Vecom Group T. 010-5930299 / F. 010-5930225 info@vecom-group.com / www.vecom-group.com

chemisch nikkel

Enthone b.v. T. (+31)73-6280111 / F. (+31)73- 6219283 www.enthone.nl

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 43


MacDermid Benelux b.v. T. 076-5021940 / F. 076-5034876 www.macdermid.com/industrial

coatinginstallaties service & onderhoud

filters (andreae, columbus industries)

M?BJ;9 M;HAJ$ EEA LEEH K

Wiltec b.v. T. 0413-244444 / F. 0413-244499 sales@wiltec.nl / www.wiltec.nl

filters (overspray) Emotech b.v. T. 053-4301500 / F. 053-430 49 81 info@emotech.nl / www.emotech.nl

Droogapparatuur

Filter Service Heerenveen T. 0513-633900 / F. 0513-633888 info@filterservice.nl / www.filterservice.nl

galvanotechniek, installaties

hardchroom baden (kunststof)

Enthone b.v. T. (+31)73-6280111 / F. (+31)73- 6219283 www.enthone.nl

Enthone b.v. T. (+31)73-6280111 / F. (+31)73- 6219283 www.enthone.nl

glasparelstraalcabines

Hittebestendige en non-stick coatings

Airblast b.v. T. +31 (0)72 5718002 info@airblast.com / www.airblast.com

filters & pompen IST Benelux b.v. T. 055-5050014 www.ist-uv.nl / info@bnl.ist-uv.com

elektrostatisch poederspuiten, installaties

Corode T. 0411 - 68 55 0

Mefiag Filters & Pumps b.v. Heerenveen T. 0513-630230 / F. 0513-632233 info@mefiag.com / www.mefiag.com

Hendor Pumps & Filters T. 0497-339389 / F. 0497-381593 info@hendor.com / www.hendor.com

elektrostatisch natlakken

Rasco Verfspuitapparatuur T. 010-437 0166 / F. 010-415 1491 www.rasco-clemco.nl

filters

Oxyplast Belgium n.v. T.+32 9 3267920 / F.+31 9 3370159 info@oxyplast.be / www.protechpowder.com

Straaltechniek Int. b.v. www.straaltechniek.net

haken

MSP Systems b.v. T. 053-4303937 www.mspsystems.nl

Wagner Systemen Nederland T. 030-2410688 / F. 030-2410765 info@wagnersystemen.nl

Holland Mineraal b.v. T. 0570-621161 / F. 0570-634336 www.hollandmineraal.nl

galvanotechniek, glansmiddelen

Enthone b.v. T. (+31)73-6280111 / F. (+31)73- 6219283 www.enthone.nl

HAWKING The green technology supply house

HAWKING Benelux b.v. T. + 31 (0) 73 656 5232 www.hawkingbenelux.com

Voor coatings met meer waarde en minder kosten ELA Coatings b.v. T. +31 (0)24 373 99 88 / +31 (0)6 150 500 54 e.lagerweij@elacoatings.com www.elacoatings.com

industriĂŤle luchtbehandeling en warmteterugwinning

Parlevinkerweg 34 / 5928 NV Venlo T. +31 (0)77 396 81 49 info@citakubv.eu / www.citakubv.eu Official Benelux dealer

Energy Partners Systems b.v. T. 026-4720350 / F. 026-4721507

industriĂŤle reiniging C&T Technics T. 0413-331083 / F. 0413-331195 epsi@ct-technics.nl / www.ct-technics.nl

Epifatech T. +46 371 51 1685 / F. +46 371 14 996 order@epifatech.se / www.epifatech.se

Chemetall b.v. T. Oss (NL): +31 (0)412 68 18 88 Kontich (BE): +32 (0)3 450 37 10 www.chemetall.com info.benelux@chemetall.com

HAWKING The green technology supply house

Edrizzi Benelux T. 0318-507138 info@edrizzi.nl / www.edrizzi.nl

Magistor b.v. T. 0548- 519401 / F. 0548-517619 info@magistor.nl / www.magistor.nl

MacDermid Benelux b.v. T. 076-5021940 / F. 076-5034876 www.macdermid.com/industrial

Surtec Benelux b.v. T. (077) 308 15 90 / F. (077) 476 20 33 heh@surtecbenelux.com / www.surtec.com

HangOn b.v. T. 077-3999630 / F. 077-3988419 info@hangon.co / www.hangon.co

MBS Ophangsystemen T. 040-2931663 / F. 040-2932262 info@mbs-online.nl / www.mbs-online.nl

Kluthe Benelux b.v. T. +31 (0)172-516 000 / F. +31 (0)172-439 494 info@kluthe.nl / www.kluthe.nl

hangbaansystemen

Railtechniek van Herwijnen b.v. T. 0344-616363 / F. 0344-611072 info@railtechniek.nl / www.railtechniek.nl 44 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

HAWKING Benelux b.v. T. + 31 (0) 73 656 5232 www.hawkingbenelux.com

Vecom Group T. 010-5930299 / F. 010-5930225 info@vecom-group.com / www.vecom-group.com


kleur & glans

lakstraten

Metalliseren/Schooperen M?BJ;9 M;HAJ$ EEA LEEH K

Admesy b.v. Inline kleur & lichtmeting www.admesy.com

T. +32 5083 1183 www.belmeko.be

kleurenwaaiers Hellema Kleur kaarten Harderwijk The Netherlands

l uw Voor a aties resent p r u e rs l k waaie & n e kaart or Ral ook vo WWW.HELLEMAKLEURKAARTEN.NL

Energy Partners Systems b.v. T. 026-4720350 / F. 026-4721507

Wiltec b.v. T. 0413-244444 / F. 0413-244499 sales@wiltec.nl / www.wiltec.nl Amitech b.v. T. 0341-429059 / F. 0341-429068 info@amitech.nl / www.amitech.nl

naverbrandingsinstallaties

moffelovens Energy Partners Systems b.v. T. 026-4720350 / F. 026-4721507

Glasbeek Finish b.v. T. +31 (0)182 322 422 info@glasbeek.com / www.glasbeek.com

marine coatings / Scheepvaartlakken

KTL/ATL lakken

Emotech b.v. T. 053-4301500 / F. 053-430 49 81 info@emotech.nl / www.emotech.nl

onderhoud aan straalinstallaties en werpstralers

Glasbeek Finish b.v. T. +31 (0)182 322 422 info@glasbeek.com / www.glasbeek.com

Airblast b.v. T. +31 (0)72 5718002 info@airblast.com / www.airblast.com

natlakken (afdekmaterialen) Official Benelux dealer

HAWKING The green technology supply house

HAWKING Benelux b.v. T. + 31 (0) 73 656 5232 www.hawkingbenelux.com

Kunststoflakken

Voor coatings met meer waarde en minder kosten ELA Coatings b.v. T. +31 (0)24 373 99 88 / +31 (0)6 150 500 54 e.lagerweij@elacoatings.com www.elacoatings.com

laagdiktemeters

Helmut Fischer Meett. b.v. Tarasconweg 10, Eindhoven T. 040-2482255 / F. 040-2428885 www.helmutfischer.nl netherlands@helmutfischer.nl

NauMetrics PMI T. 074-3490022 / F. 084-0037042 info@naumetrics.nl / www.naumetrics.nl

Verlab-Oxford Instruments T. 0162-320633 / F.0162-322907 info@verlab.nl / www.verlab.nl

Voor coatings met meer waarde en minder kosten ELA Coatings b.v. T. +31 (0)24 373 99 88 / +31 (0)6 150 500 54 e.lagerweij@elacoatings.com www.elacoatings.com

metaal oppervlaktebehandeling

CZL Tilburg b.v. T. 013-5703370 / F. 013-5704906 info@czltilburg.nl / www.czltilburg.nl

Multinal Group T. 088-2055300 / F. 088-2055301 info@multinal.com / www.multinal.com

Surface Treatment Ned. Maasbracht / T. 0475-463835 www.surfacetreatment.nl info@surfacetreatment.nl

Vecom Group T. 010-5930299 / F. 010-5930225 info@vecom-group.com / www.vecom-group.com

C&T Technics T. 0413-331083 / F. 0413-331195 epsi@ct-technics.nl / www.ct-technics.nl

Epifatech T. +46 371 51 1685 / F. +46 371 14 996 order@epifatech.se / www.epifatech.se

Rösler Benelux b.v. T. 0412-646600 / F. 0412-646046 rosler-nl@rosler.com / www.rosler.nl

ontbramen

Rösler Benelux b.v. T. 0412-646600 / F. 0412-646046 rosler-nl@rosler.com / www.rosler.nl

ontlakken (in loon)

HangOn b.v. T. 077-3999630 / F. 077-3988419 info@hangon.co / www.hangon.co

natlakspuitapparatuur Thermo-Clean n.v. België T. 0032-13539060

Ontlakkingsovens/ Thermische Reinigingsovens

Nordson Benelux b.v. Bergerstraat 10, 6226 BD Maastricht T. 043 - 3526000 poeder.info@nl.nordson.com www.nordson.nl

Pyrox b.v.b.a. T. +32 14 762377 / F. +32 14 762379 info@pyrox.be / www.pyrox.be

ontvettingsinstallaties

Paint It The Application Company T. 0318-643 260 / F. 0318-643 042 info@paintit.nl / www.paintit.nl

Rasco Verfspuitapparatuur T. 010-4370166 / F. 010-4151491 www.rasco-clemco.nl

Kermad Machinebouw b.v. info@kermad.nl / www.kermad.nl

Leering Hengelo b.v. T. 074-2558281 / F. 074-2422373 info@leering.nl / www.leering.nl

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 45


ontvettingsmiddelen

Enthone b.v. T. (+31)73-6280111 / F. (+31)73- 6219283 www.enthone.nl

Ophangrekken voor Galvano en Laktechniek

MEPACO b.v. T. 071-5892863

poederlakken/ poedercoatings

AkzoNobel Powder Coatings Benelux T. +32 (0)2 254 77 51 / F. +32 (0)2 254 77 57 www.akzonobel.com/powder

ovens HAWKING The green technology supply house

HAWKING Benelux b.v. T. + 31 (0) 73 656 5232 www.hawkingbenelux.com

Surtec Benelux b.v. T. (077) 308 15 90 / F. (077) 476 20 33 heh@surtecbenelux.com / www.surtec.com

ophanghaken voor lakstraten/poedercoaten

Parlevinkerweg 34, 5928 NV Venlo T. +31 (0)77 396 81 49 info@citakubv.eu / www.citakubv.eu

EUROLACKE Tiel Axalta Coating Systems T. 0344-620662 / F. 0344-617079 info@eurolacke.nl / www.eurolacke.nl

Energy Partners Systems b.v. T. 026-4720350 / F. 026-4721507

Epifatech T. +46 371 51 1685 / F. +46 371 14 996 order@epifatech.se / www.epifatech.se

HangOn b.v. T. 077-3999630 / F. 077-3988419 info@hangon.co / www.hangon.co

MBS Ophangsystemen T. 040-2931663 / F. 040-2932262 info@mbs-online.nl / www.mbs-online.nl

protective coatings

Oxyplast Belgium n.v. T.+32 9 3267920 / F.+31 9 3370159 info@oxyplast.be / www.protechpowder.com

Voor coatings met meer waarde en minder kosten ELA Coatings b.v. T. +31 (0)24 373 99 88 / +31 (0)6 150 500 54 e.lagerweij@elacoatings.com www.elacoatings.com

TIGER Coatings Belgium b.v.b.a T. +32 (0)89700016 / F. +32 (0)89567858 www.tiger-coatings.com

Delfzijl 0596-614135 Rhenen 0318-472020 info@petsonpaints.com / www.petsonpaints.com

Glasbeek Finish b.v. T. +31 (0)182 322 422 info@glasbeek.com / www.glasbeek.com

Unifour b.v. T. +31 (0)315 641352 / F. +31 (0)351 641852 info@unifour.nl / www.unifour.nl

poederspuitapparatuur

pvd coatings

poedercoating (afdekmaterialen)

Official Benelux dealer

C&T Technics T. 0413-331083 / F. 0413-331195 epsi@ct-technics.nl / www.ct-technics.nl

pompen (magnetisch aangedreven) Corode T. 0411-685500

T. +32 5083 1183 www.belmeko.be

MacDermid Benelux b.v. T. 076-5021940 / F. 076-5034876 www.macdermid.com/industrial

MSP Systems b.v. T. 053-4303937 www.mspsystems.nl

Parlevinkerweg 34, 5928 NV Venlo T. +31 (0)77 396 81 49 info@citakubv.eu / www.citakubv.eu Official Benelux dealer

C&T Technics T. 0413-331083 / F. 0413-331195 epsi@ct-technics.nl / www.ct-technics.nl

Epifatech T. +46 371 51 1685 / F. +46 371 14 996 order@epifatech.se / www.epifatech.se

MSP Systems b.v. T. 053-4303937 www.mspsystems.nl

Nordson Benelux b.v. Bergerstraat 10, 6226 BD Maastricht T. 043 - 3526000 poeder.info@nl.nordson.com www.nordson.nl

Wagner Systemen Nederland T.030-2410688 / F.030-2410765 info@wagnersystemen.nl

reinigingsinstallaties

Energy Partners Systems b.v. T. 026-4720350 / F. 026-4721507

Kermad Machinebouw b.v. info@kermad.nl / www.kermad.nl

poederspuitcabines

HangOn b.v. T. 077-3999630 / F. 077-3988419 info@hangon.co / www.hangon.co

T. +32 5083 1183 www.belmeko.be

MBS Ophangsystemen T. 040-2931663 / F. 040-2932262 info@mbs-online.nl / www.mbs-online.nl

Glasbeek Finish b.v. T. +31 (0)182 322 422 info@glasbeek.com / www.glasbeek.com

46 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016

Dekracoat De Maas 22G, 5684 PL Best T. 040 262 80 70 info@dekracoat.nl / www.dekracoat.nl

Leering Hengelo b.v. T. 074-2558281 / F. 074-2422373 info@leering.nl / www.leering.nl


shotpeenen

Straaltechniek Int. b.v. www.straaltechniek.net Straaltechniek Int. b.v. www.straaltechniek.net

straalinstallaties

Magistor b.v. T. 0548- 519401 / F. 0548-517619 info@magistor.nl / www.magistor.nl

T. +32 9218 7180 / F. +32 9233 0831 metals.benelux@cellmark.com www.wheelabratorgroup.com

straalkasten

spuitcabines Airblast b.v. T. +31 (0)72 5718002 info@airblast.com / www.airblast.com T. +32 5083 1183 www.belmeko.be Clemco Straalapparatuur T. 010-4370592 / F. 010-4151491 www.rasco-clemco.nl Emotech b.v. T. 053-4301500 / F. 053-430 49 81 info@emotech.nl

Energy Partners Systems b.v. T. 026-4720350 / F. 026-4721507

Glasbeek Finish b.v. T. +31 (0)182 322 422 info@glasbeek.com / www.glasbeek.com

Holtrop & Jansma b.v. Dokkum T. 0519 32 91 00 www.holtrop-jansma.com

M?BJ;9 M;HAJ$ EEA LEEH K

Wiltec b.v. T. 0413-244444 / F. 0413-244499 sales@wiltec.nl / www.wiltec.nl

straalcabines

Airblast b.v. T. +31 (0)72 5718002 info@airblast.com / www.airblast.com

Holland Mineraal b.v. T. 0570-621161 / F. 0570-634336 www.hollandmineraal.nl

Hevami Oppervlaktetechniek T. 0413-376602 www.straalinstallaties.nl

Airblast b.v. T. +31 (0)72 5718002 info@airblast.com / www.airblast.com

stralen (afdekmaterialen)

Holland Mineraal b.v. T. 0570-621161 / F. 0570-634336 www.hollandmineraal.nl

Holland Mineraal b.v. T. 0570-621161 / F. 0570-634336 www.hollandmineraal.nl

LTC International Vacuümstraalapparatuur T. 078-641 80 50 / F. 078-641 80 80 info@ltc-international.nl www.ltc-international.nl

Rösler Benelux b.v. T. 0412-646600 / F. 0412-646046 rosler-nl@rosler.com / www.rosler.nl

Straalmiddel Nederland Wheelabrator-Allevard Holland T. 0341 563831 / F. 0341 494114

Official Benelux dealer

Hevami Oppervlaktetechniek T. 0413-376602 www.straalinstallaties.nl

straalmiddelen

Leering Hengelo b.v. T. 074-2558281 / F. 074-2422373 info@leering.nl / www.leering.nl

Straaltechniek Int. b.v. www.straaltechniek.net

C&T Technics T. 0413-331083 / F. 0413-331195 epsi@ct-technics.nl / www.ct-technics.nl

HangOn b.v. T. 077-3999630 / F. 077-3988419 info@hangon.co / www.hangon.co

tanks (kunststof) T. +32 9218 7180 / F. +32 9233 0831 Metals.benelux@cellmark.com www.ervinamasteel.eu

Eurogrit b.v., Papendrecht T. 078-6546770 / F. 078-6449494 info.eurogrit@sibelco.com www.eurogrit.com / www.sibelco.eu

C.K.B. Boxtel T. 0411-682939

technisch onderzoek

TÜV Rheinland Nederland b.v. T. 088-8887888 / F. 088-8887879 info@nl.tuv.com / www.tuv.com/coatings

titaan (bevestigings-) materialen Airblast-Abrasives b.v. T. 072-5715569 / F. 072-5714340 info@airblast-abrasives.com www.airblast-abrasives.com

Holland Mineraal b.v. T. 0570-621161 / F. 0570-634336 www.hollandmineraal.nl

MEPACO b.v. T. 071-5892863

transportsystemen

Emotech b.v. T. 053-4301500 / F. 053-430 49 81 info@emotech.nl / www.emotech.nl

Straaltechniek Int. b.v. www.straaltechniek.net Leering Hengelo b.v. T. 074-2558281 / F. 074-2422373 info@leering.nl / www.leering.nl

Leering Hengelo b.v. T. 074-2558281 / F. 074-2422373 info@leering.nl / www.leering.nl

T. 0495 - 592 210 / F. 0495 - 588 881 www.oppervlaktebewerking.com verhoevenop@gmail.com

Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016 | 47


waterbehandeling Railtechniek van Herwijnen b.v. T. 0344-616363 / F. 0344-611072 info@railtechniek.nl / www.railtechniek.nl

Twee-componenten apparatuur

Technospray Spuitapparatuur T. 0168-382111 / F. 0168 380780 info@technospray.nl / www.technospray.nl

EnviroChemie b.v. T. +31 (0)23 542 69 13 / F. +31 (0)23 542 69 14 sales@enviro-chemie.nl www.enviro-chemie.nl

M?BJ;9 M;HAJ$ EEA LEEH K

M?BJ;9 M;HAJ$ EEA LEEH K

Wiltec b.v. T. 0413-244444 / F. 0413-244499 sales@wiltec.nl / www.wiltec.nl

UV en EBC Lak

Wiltec b.v. T. 0413-244444 / F. 0413-244499 sales@wiltec.nl / www.wiltec.nl

verwarmings- en koelelementen (titaan en rvs)

MAGNETO Special Anodes b.v. T. 010-26207 88 / F. 010-2620201 www.magneto.nl

werpstralers MEPACO b.v. T. 071-5892863

Voor coatings met meer waarde en minder kosten ELA Coatings b.v. T. +31 (0)24 373 99 88 / +31 (0)6 150 500 54 e.lagerweij@elacoatings.com www.elacoatings.com

verduurzamen van metaal

verwarmingselementen Corode T. 0411-685500

verwarmingselementen (teflon) Corode T. 0411-685500

B ESCHERM ING EN KLEUR

Dé Duplexspecialist met: - eigen transport - één aanspreekpunt - één factuur - één garantieverlener verkoop@rotocoat.nl / www.rotocoat.nl

Airblast b.v. T. +31 (0)72 5718002 info@airblast.com / www.airblast.com

Hevami Oppervlaktetechniek T. 0413-376602 www.straalinstallaties.nl

voorbehandelingsinstallaties Leering Hengelo b.v. T. 074-2558281 / F. 074-2422373 info@leering.nl / www.leering.nl T. +32 5083 1183 www.belmeko.be

verfspuitapparatuur

CAP Industrial b.v. tel- 010-4374737/ F.-010-2623190 info@cap-industrial.nl / www.cap-industrial.nl

Paint It The Application Company T. 0318-643 260 / F. 0318-643 042 info@paintit.nl / www.paintit.nl

Rasco Verfspuitapparatuur T. 010-4370166 / F. 010-4151491 www.rasco-clemco.nl

Emotech b.v. T. 053-4301500 / F. 053-430 49 81 info@emotech.nl / www.emotech.nl

Energy Partners Systems b.v. T. 026-4720350 / F. 026-4721507

Glasbeek Finish b.v. T. +31 (0)182 322 422 info@glasbeek.com / www.glasbeek.com

Straaltechniek Int. b.v. www.straaltechniek.net

T. +32 9218 7180 / F. +32 9233 0831 metals.benelux@cellmark.com www.wheelabratorgroup.com

brancheregister Uw bedrijf in het brancheregister? Voor een standaardvermelding van 3 regels in één rubriek betaalt u per jaar slechts €330,-. Bij plaatsing logo in full colour per jaar €305,- ongeacht het aantal rubrieken. Voor informatie over een vermelding in het brancheregister kunt u contact opnemen met Vincent IJff, tel: 070 399 00 00 / vincent@jetvertising.nl

48 | Oppervlaktetechnieken juli-augustus 2016


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.