Jazzmozaïek 2007 nummer 4

Page 1

Driemaandelijks tijdschrift - Zevende jaargang - nr . 4 - december 2007 Afgiftekantoor: Antwerpen X – P409123

een brede kijk op jazz in Vlaanderen en de wereld

Robin Verheyen Free Desmyter David Linx & BJO: Changing Faces

J.P. De Smet over New Orleans BNRF-indooreditie 2008 Jazzmozaïekjes

Jazz in Vlaanderen (2) Columns Nieuw op CD/DVD Jazzkriebels: Kris Baert

foto: ©Jos Knaepen

Boeken Jazzhistorie (10) Muziek en Recht Muziektheorie Muziekmozaïek-nieuws

Robin Verheyen

Verantwoordelijke uitgever en afzendadres: Peter Heyndrickx • Wijngaardstraat 5 • 1755 Gooik

www.jazzmozaiek.be


JAZZin

JAZZin

• DOMINO QUARTET

• SAXKARTEL FEAT. TUTU PUOANE

ZO 24 FEB: 20U30 • € 14/€ 12*

DO 6 DEC: 20U30 • € 10/€ 7*

Gianluca Petrella (trombone); Sean Bergin (tenorsax); Antonio Borghini (bas); Hamid Drake (percussie)

Kurt Van Herck (tenorsaxofoon); Sara Meyer (altsaxofoon); Frank Vaganée (sopraansaxofoon); Tom Van Dyck (Borgerhout)(composities, arrangementen, baritonsaxofoon); Tutu Puoane (zang)

• JACK MILLION BAND ‘IN THE MOOD FOR SWING’

BIG

BA N

D

• ARTET

ZO 2 MRT: 15U - € 12/€ 10*

DO 13 DEC: 20U30 • € 10/€ 7*

Onder leiding van Jack Coenen (dirigent), met oa Tom Olaerts (zang) en Carlo Nardozza (trompet).

Tom Callens (tenorsaxofoon); Ben Ramos (contrabas); Lionel Beuvens (drums); François Delporte (gitaar)

Dubbelconcert

DJANGOFOLLLIES: PHILIP CATHERINE MET ALEXANDRE CAVALIERE EN QUENTIN LIÉGEOIS

• FREE DESMYTER QUARTET & CHRIS POTTER UNDERGROUND VR 7 MRT: 20U30 • € 14/€12* (ook vvk BILBO Antwerpen) Free Desmyter (piano); Frank Vaganée (sax); Manolo Cabras (contrabas); Marek Patrman (drums) Chris Potter (sax); Craig Taborn (toetsen); Adam Rogers (gitaar); Nate Smith (drums)

DI 15 JAN: 20U30 • € 14/€ 12*

PLACE DE BROUCKÈRE: DJANGO EN DE HOT CLUB

• DRÉ PALLEMAERTS PAN HARMONIE VR 21 MRT: 20U30 • € 14/€ 12* (ook vvk BILBO Antwerpen)

VR 18 JAN: 20U30 • € 14/€ 12*

Dré Pallemaerts (drums); Stéphane Belmondo (trompet); Mark Turner (sax); Bill Carrothers (piano); Jozef Dumoulin (Rhodes)

Fapy Lafertin (gitaar); Koen De Cauter (sopraansaxofoon en klarinet); Myrddin De Cauter (klarinet); Waso De Cauter (ritmegitaar ); Dajo De Cauter (contrabas ); Willy Seeuws (drums)

• RADIO MODERN MET LADY LINN AND HER MAGNIFICENT SEVEN ZA 12 APR: 20U30 • € 5 De Roma maakt zich op voor een avond vol stijlvol vermaak met Radio Modern. Trek uw dansschoenen aan.

• TUTU PUOANE: SONG DO 17 APR: 20U30 • € 12/€ 10* • DE ROMA FOYER Tutu Puoane (stem); Ewout Pierreux (piano); Guus Bakker (contrabas); Jasper Van Hulten (drums)

• MARE NOSTRUM FEAT. PAOLO FRESU, RICHARD GALLIANO & JAN LUDGREN

• RZEWSKI-FIORINI DUO & ERIK VERMEULEN TRIO ZA 19 JAN: 20U30 • € 10/€ 7* Jan Rzewski (sopraansaxofoon); Fabian Fiorini (piano) Erik Vermeulen (piano); Manolo Cabras (contrabas); Marek Patrman (drums)

• T-UNIT7 VR 22 FEB: 20U30 • € 10/€ 7*

WO 30 APR: 20U30 • € 18/€ 16* (ook vvk BILBO Antwerpen)

Tom Van Dyck (alt-, sopraan- en baritonsaxofoon, composities); Fred Delplancq (tenorsaxofoon); Peter Delannoye (trombone); Michel Paré (trompet); Ewout Pierreux (piano, Fender Rhodes); Mark Haanstra (fretloze elektrische bas); Herman Pardon (drums)

Nieuwe datum!

Live cd-opname

• STEFANO BOLLANI & FABIAN FIORINI WO 7 MEI: 20U30 • € 14/ € 12*

• BRUSSELS JAZZ ORCHESTRA

FEAT. TUTU PUOANE & SARAH DE BOSSCHERE :

WRITING BILLIE

VR 9 MEI: 20U30 • € 14/€ 12* (ook vvk BILBO Antwerpen)

Cd-voorstelling

• JEF NEVE TRIO DO 5 JUN: 20U30 • € 14/€ 12* (ook vvk BILBO Antwerpen) Jef Neve (piano); Teun Verbruggen (drums); Piet Verbist (bass)

Roma_JazzAd_nov08.indd 1

• JAZZISFACTION

DO 28, VR 29 FEB: 20U30 • € 10/€ 7* Peer Baierlein (trompet); Ewout Pierreux (piano, Fender Rhodes); Davide Petrocca (contrabas); Yves Peeters (drums)

DE ROMA • TURNHOUTSEBAAN 286, 2140 BORGERHOUT RATAPLAN • WIJNEGEMSTRAAT 27, 2140 BORGERHOUT TICKETS: 03 292 97 40 (MAANDAG TOT VRIJDAG: 9U30-12U30 EN 13U30-17U) TICKETS@DEROMA.BE • TICKETS@RATAPLANVZW.BE OF TICKETBALIE: TURNHOUTSEBAAN 327, 2140 BORGERHOUT BEL OF SURF NAAR WWW.DEROMA.BE EN WWW.RATAPLANVZW.BE VOOR HET UITGEBREIDE PROGRAMMA

15-11-2007 10:03:01


voorwoord

There’s is no business like jazz

I

geen duur platencontract, een marketing team en een tour manager.

k verklaar mij nader: platenmaatschappijen en promotoren spitsen zich toe op enkele topfiguren, die ze met alle middelen, ook al is hun creatieve periode al lang voorbij, blijven steunen om de kassa te doen rinkelen. Wij zijn het er over eens dat investeringen moeten opbrengen en zeker als de kwaliteit er is. Maar wat er tegenwoordig op de jazzmarkt gegooid wordt is vaak teleurstellend. Of het nu gaat om trendy bands en stijlen, inclusief de dj-scene of gewiekste entertainers en crooners, die gelanceerd worden met vet ingeklede megaproducties, de jazzbusiness tracht blijkbaar halsreikend de kop boven water te houden. Kwaliteit is echter niet langer de maatstaf. Hoe verfrissend kan dan een concert zijn waar een handvol muzikanten heel ontspannen spelen met een intense vreugde die ook de luisteraars aansteekt. Dat is het hoogste genot vinden wij, ook al staan ze niet in de top charts, hebben ze

Jazzmozaïek

business!

Met een variante op het alom bekende There is no business like show business willen we even duidelijk maken dat ook de jazz niet ontsnapt aan de harde economische wetten.

Daaraan dachten we toen Chris Joris, die hier enkele weken terug in kleine formatie een aantal knappe clubconcerten afwerkte met tenorsaxofonist Marcus Strickland. De jonge Marcus Strickland, pas 28, werd door het gezaghebbende Amerikaanse JazzTimes immers als beste nieuwe artiest van 2006 verkozen en heeft hier alvast een grote indruk nagelaten bij de aanwezige liefhebbers. De Vlaamse jazzpers schitterde door afwezigheid. Andere promotoren, organisatoren en muzikanten klagen ook dat Vlaamse toppers als Dré Pallemaerts en David Linx hier weinig respons vinden voor hun met veel weerklank recent gelanceerde cd’s in Parijs. Ook wat het aanbod aan nieuwe cd’s betreft is het

niet al goud wat blinkt. De parels komen niet altijd van de gevestigde jazzmuzikanten. Daaraan dachten wij ook toen we van onze Amerikaanse medewerker een cd en dvd opname ontvingen van een volwassen kwartet met long-time friends als pianist Bill Mays, trompettist Marvin Stamm, bassist Rufus Reid en drummer Ed Soph. (zie Nieuw op cd) Het beste is dus nog altijd zelf op ontdekkingstocht te gaan! Echte jazzliefhebbers hebben een aangeboren nieuwsgierigheid, die hen ook buiten de betreden paden brengt. Tenminste, dat hopen we toch!

Luc De Baets Hoofdredacteur

Inhoud

blz

Jazzmozaïek is het gratis driemaandelijks magazine uitgegeven door de vzw Muziekmozaïek met de steun van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. Het motto is ‘een brede kijk op de jazz in Vlaanderen en de wereld’.

Voorwoord

Secretariaat (abonnementen en administratie): Muziekmozaïek vzw, Wijngaardstraat 5, B-1755 Gooik, tel. 02 532 38 90, fax 02 452 34 94 e-mail: info@muzmoz.be Op het web: www.muziekmozaiek.be of www.jazzmozaiek.be

De Fotopagina van Jos: Michael Bublé . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Jos L.Knaepen 13

Redactie: Jazzmozaïek, Bruggestraat 105, 8755 Ruiselede e-mail: redactie.jazzmozaiek@skynet.be

Dossier:

• Samenstelling: Luc De Baets en Bernard Lefèvre • Hoofdredacteur: Luc De Baets • Eindredactie: Bernard Lefèvre • Werkten mee aan deze uitgave: Mischa Andriessen, Paul W. Blair (USA correspondent), Peter De Backer, Dirk De Gezelle, Christine De Keersmaeker, Arne Depoorter, Frederik Goossens, Chris Joris, Leon Lhoëst, Jaap Ludeke, Albert Michiels, Jeroen Revalk, Georges Tonla Briquet, Mik Torfs, Marc Van den Hoof, Marc Van de Walle, René Vandewalle, Jack van Poll, Marinus Vromans, Bert Vuijsje. • Fotografie: Jos L. Knaepen • Illustratie: Pieter Fannes • Redactiesecretariaat: Vincent De Laat • Grafisch ontwerp: Brigid Sullivan Jazzmozaïek graag in de brievenbus? Stuur je adres naar het secretariaat (zie hoger). U ontvangt ons magazine gratis in de bus. Voor adressen in het buitenland wordt een vergoeding voor de verzendingskosten gevraagd. Contacteer het secretariaat!

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Luc De Baets 3

Robin Verheyen:

“Jong genoeg om risico’s te nemen”. . . . . . . . . . . . . . . Peter De Backer 4

Focus:

Koken met Free Desmyter: “Something To Share” . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Frederik Goossens 6

David Linx & BJO:

“Changing Faces” . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Luc De Baets 9

BNRF-Indooreditie 2008: “Kleinschalige Klasse!” . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Bernard Lefèvre 10 Jazzmozaïekjes - JazzLab series - Jazz Hoeilaart . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1 2-19 Jazz in Vlaanderen (2) Gaat de overheid de jazz nu echt serieus nemen?. . . . . . . Luc De Baets 20

J.P. De Smet over New Orleans: “De muziek verandert, maar de traditie blijft behouden”.Luc De Baets 22 Columns

Jack’s Groove: Joe Zawinul “The Early Years”. . . . . . . . . Jack van Poll 24 Album Souvenir: Mike Zwerin . . . . . . . . . . . . . . . . Marc Van den Hoof 25 Swing Streets of New York. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Paul W. Blair 26 Holland Muziekland: Amusementsmuziek . . . . . . . . Mischa Andriessen 27

Nieuw op CD

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29

De Jazzlezer:

Blues For Billie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Bert Vuijsje 41

Boeken

Muzikantengids – Fotoboeken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41-43 Lee Konitz. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Marc Van den Hoof 45

De Jazzkriebels van Kris Baert. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Bernard Lefèvre 42 Jazzhistorie (10)

Jazzconcours in België vanaf 1928 (deel 2). . . . . . . . . . Albert Michiels 46

Muziek en Recht:

De artiestennaam als merk. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Marinus Vromans 48

Muziekmozaïek Nieuws . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vincent De Laat 50 Muziektheorie:

Heinrich Schenker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Leon Lhoëst 53

Laatste Noot

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54

© Copyright (teksten en foto’s): Zonder voorafgaandelijke en schriftelijke toestemming van vzw Muziekmozaïek mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of welke andere wijze dan ook. Iedere redacteur is verantwoordelijk voor de inhoud van zijn tekst. Publiciteitsteksten en bijhorende illustraties vallen onder de verantwoordelijkheid van de betrokken adverteerder. Teksten en fotomateriaal kunnen door de redactie van Jazzmozaïek geweigerd worden zonder dat deze beslissing dient te worden gerechtvaardigd.

Jazzmozaïek 4/2007

3


Peter De Backer

Robin Verheyen opnieuw naar New York

I

n de Brusselse AB en in zijn eigen Turnhout jamde Verheyen al met Branford Marsalis. En Ravi Coltrane is heel enthousiast over zijn klank op sopraansax. Ook met de zoon van de allergrootste stond hij al op een podium, in de New Yorkse Jazz Standard. “Dat ik waardering krijg van zo’n Amerikaanse stermuzikanten is leuk”, vertelt Verheyen. “Het stimuleert me om verder te doen.” Hij is dan wel pas 24, Robin heeft al wel wat op zijn actief als een van Vlaanderens top-jazztalenten. Volgende lente komt de nieuwe cd van zijn internationaal kwartet uit, met niemand minder dan Bill Carrothers op piano, onze eigenste Dré Pallemaerts op drums en de Franse bassist Rémi Vignolo. De twee tracks die je kan beluisteren op Robin’s website (www.robinverheyen.be) klinken alvast veelbelovend. “Voor de promotie van die cd doen we een Europese tournee. Ook al woon ik dan in New York,

“Jong genoeg om risico’s te nemen” Eind november is saxofonist Robin Verheyen zich voor een tweede maal in New York gaan vestigen. Zonder beurs, dit keer. “Ik ben jong genoeg om me dergelijke risico’s te kunnen veroorloven.”

Waarom ga je terug naar New York? Dat is gewoon de plek waar je moet zijn als je muziek speelt. Dat voel ik gewoon. New York is de stad van de jazz, maar ook van de muziek in het algemeen. Je kan er contacten leggen die veel meer perspectieven bieden dan hier in België. Als je van je muziek wil leven, moet je naar New York.

jaar tot juni. Een heel intense en leuke ervaring. Ik heb er drie cd’s opgenomen: een met het kwartet van pianist Roy Assaf, die bij de Dizzy Gillespie All Star Big Band speelt, een met bassist Pascal Niggenkemper en een trio-cd met gitarist Ryan Pate en drummer Devin Gray. Ik heb ook les gevolgd aan de Manhattan School of Music bij o.a. Dave Liebman, Steve Slagle en Dick Oatts. Maar vooral heb ik er veel gespeeld en zo iets opgebouwd wat me toelaat met kans op succes terug te keren.

Je hebt er al een tijdje gewoond. Had je toen genoeg speelgelegenheid om rond te komen? Ik kon toen terugvallen op een beurs van de Belgian American Education Foundation, die sinds enkele jaren niet alleen topmanagers of politici, maar ook muzikanten steunt om naar New York te komen. Zonder een noot te spelen had ik dus ook nog kunnen rondkomen. Ik was er een tiental maanden, van augustus vorig

Wordt het financieel haalbaar? Het wordt haalbaar, maar niet makkelijk. Manhattan is te duur, dus ga ik in Brooklyn wonen, waar trouwens de meeste muzikanten verblijven. Ik weet dat ik er veel voor over zal moeten hebben. Misschien doe ik er nog wat administratief werk bij om rond te komen. Met Ravi Coltrane ben ik goed bevriend. Hij heeft me al een job aangeboden bij zijn nieuwe label.

ik wil nog regelmatig in Europa komen spelen. Ook alle Amerikaanse muzikanten doen dat.”

Biografie

Robin Verheyen Robin Verheyen (Turnhout °28/08/83) studeerde drie jaar in België, 2 jaar in Nederland en 1 jaar in New York (Manhattan School of Music met een plaats op de Dean’s List). In 2001 – pas 18 jaar - trad hij al op met Big Band o.l.v. Maria Schneider op Jazz Middelheim. In 2004 was hij laureaat en beste solist op de Int’l Jazz Hoeilaart Contest. Op het Getxo Jazz Contest 2004 in Spanje werd hij ook als beste solist onderscheiden. In 2004 trad hij op met zijn eigen trio (Guus Bakker-cb en Toon Van Dionant-d) in België (Lundis d’Hortense Festival, BNRF) en Spanje (Gexto Jazz Festival en Bermeo Jazz Festival). Een ander project is Orvalectiq met Dré Pallemaerts of Flin van Hemmen (d), Pierre Van Dormael (g), Otti Van der Werf, Jean-Luc Lehr of Mark Haanstra (b), Joachim Saerens (kb) en Bert Hornix (loops & sounds). Een tournee en cd met dit project is gepland voor het eind 2008. Van 2005 tot juli 2006 verbleef hij in Parijs. Toen ontstond de samenwerking met trompettist Giovanni Falzone met wiens European Ensemble hij Meeting in Paris opnam. In de zomer van 2006 won hij met Saxkartel (Kurt Van Herck, Sara Meyer, Tom Van Dyck) de Grand Prix Du Jury op het Tremplin Jazz Festival in Avignon. In september 2006 verhuisde hij naar New York. Daar nam hij op met het Roy Assaf/Eddy Khaimovich Quartet, Pascal Niggenkemper Trio en in trio met Devin Gray (d) en Ryan Pate (el.g). In april 2007 toerde hij met zijn internationaal kwartet waarin Bill Carrothers (p), Remi Vignolo (b) en Dré Pallemaerts (d). Dit jaar was hij ook nog een tijd terug in België met zijn eigen kwartet Narcissus (Harmen Fraanje, Clemens Van der Feen en Flin van Hemmen) en ook gastoptredens met o.a. Branford Marsalis, Bo Van der Werf, Erik Vermeulen en de Finse pianist Aki Rissanen (Belfin Quartet). Eind november verhuisde hij opnieuw naar Brooklyn/New York.

4

Jazzmozaïek 4/2007


Je wil niet terugvallen op het onderwijs? Neen. Ik vind niet dat een jonge muzikant zich moet vastzetten door te gaan lesgeven. Ik heb nog geen gezin of kinderen. Ik kan het me echt veroorloven om risico’s te nemen. Ik hoop dat meer jonge muzikanten dat doen. Sommige zie ik op hun twintigste al plannen maken om te gaan lesgeven op een muziekschool terwijl ze nog alles te leren hebben. Ik heb ook wel al wat muzikale bagage. Maar ik wil eerst zelf nog zoveel stappen zetten. Als ik 35 of 40 ben, kan ik nog altijd naar het onderwijs.

Hoe heb je Ravi Coltrane leren kennen? Ik heb hem op het Blue Note Records Festival in Gent ontmoet, toen ik er met mijn trio speelde en hij met McCoy Tyner. Later liep ik hem opnieuw tegen het lijf in New York en hebben we in The Jazz Standard gejamd. Hij was daar met Massimo Biolcati, de Italiaanse bassist van gitarist Lionel Loueke met wie ik ook regelmatig speel. In New York zoeken tientallen jonge jazzmuzikanten hun weg. Geen schrik van de concurrentie? Ik zie dat vooral als een stimulans en beschouw hen niet als concurrenten. Ze maken allemaal mooie muziek. We leren van mekaar, door bij elkaar thuis te gaan spelen. Toen Nicolas Thys er nog woonde, speelde ik vaak bij hem. En dus ook bij Massimo Biolcati. Iedereen heeft echt wel iets te vertellen.

(foto: © Jos Knaepen)

Pianist Jef Neve, ook al uit Turnhout, is tegenwoordig zeer succesvol. Hoe verklaar je dat? Jef heeft altijd hard gewerkt en dat loont. Met Universal heeft hij ook een grote promotiemachine achter zich, Robin Verheyen en een manager. Ik zou er niet rouwig om zijn mocht Robin Verheyen: iemand dat ook voor mij wilNicolas Thys is na zeven jaar New York teruggelen doen. Ik speelde al veel “Ik heb in NY veel gespeeld en zo iets opgebouwd wat in Parijs en op mijn nieuwe keerd naar België, onder me toelaat met kans op succes terug te keren.” cd speelt Bill Carrothers die andere omdat hij intussen in Frankrijk heel bekend is. kinderen heeft. Ga jij het Maar zelfs dan is het niet langer volhouden? met muziek bezig geweest: drie jaar Lemmensevident om in de Parijse clubs aan de bak te koDat weet ik echt niet. Mijn nieuwe visum geldt voor drie jaar. Nadien zien we wel. Mocht ik een instituut, twee jaar Master in jazz en lichte mu- men. Wie doet de promotie, vragen ze dan. gezin hebben, dan keer ik misschien terug. New ziek in Amsterdam. Daarna heb ik ook nog een Jef Neve verkoopt zichzelf goed, speelt heel veel York is een fantastische stad. Maar kinderen op- jaar in Parijs gewoond, de Europese hoofdstad en komt vaak in de pers. Ook dat is belangrijk. voeden is er inderdaad niet evident. De sociale van de jazz, en dus ook tien maanden in New Ik ben blij voor hem. We hebben al wel eens met York. Muziek is dus echt wel mijn leven. elkaar gespeeld, dat wel. Maar het is niet omomstandigheden zijn in Europa toch veel beter. dat hij nu zo bekend is, dat Wanneer zal je na een jaarwe samen een project uit de grond moeten stampen. Op tje New York tevreden zijn? Discografie dit moment maken wij niet Ik heb niet echt één welomdezelfde muziek. lijnd doel voor ogen. Ik ga Opnames als leader: gewoon proberen om rond • Narcissus Quartet - Narcissus – W.e.r.f., maart 2006 Tot slot: wie zijn eigenlijk te komen van mijn muziek, • Robin Verheyen International Quartet – W.e.r.f., release mei 2008 je grote muzikale helden? en mijn muziek beter te Wayne Shorter en John Colmaken. Want dat is wat ik Opnames met: • Saxkartel - Airdance - Igloo Records, Coproduction Klara, feb 2004 doe: professioneel muziek trane liggen voor de hand. • Giovanni Falzone European Ensemble - Meeting In Paris - Soulnote, sept. 2006 maken. Vanaf mijn veerMaar ik hou ook van expe• Roy Assaf/Eddy Khaimovich Quartet feat. Roy Hargrove – Andarta - release in tiende ben ik daar al mee rimentele muzikanten zoals 2008 bezig. Mijn humaniora heb Evan Parker of Paul Bley. En • Pascal Niggenkemper Trio – release in 2008 ik versneld kunnen afronvan klassiek: componisten • Verheyen-Gray-Pate – release in 2008 zoals Anton Webern en Oliden door examens voor de • Duo Verheyen/Rissanen - release in 2008 middenjury af te leggen. vier Messiaen inspireren me • Duo ‘Paro’ Verheyen/Niggenkemper - release in 2008 Daarna ben ik alleen nog net zo goed.

Jazzmozaïek 4/2007

5


Koken met Free Desmyter: Frederik Goossens

“Something to Share”

M

aar bovenal is Desmyter een rasmuzikant met een fijne neus voor goede jazz. En hij heeft met zijn eerste cd zeker en vast Something to Share… Heel veel jonge jazzmuzikanten willen zo snel mogelijk een cd op de markt gooien als visitekaartje. Waarom heeft het bij jou zo lang geduurd? Ik heb werkelijk nooit die ambitie gehad een cd te willen opnemen. Toen Chris Joris me een paar jaren geleden in zijn groep uitnodigde om de cd Out of the Night te maken, heb ik me daar gewoon bij neergelegd. Ik speel steeds met de gedachte dat alles wat je doet een donkere schaduw kan werpen op de toekomst. Maar Chris plaatste me voor voldongen feiten. Toen we de studio ingingen, zat ik echt te trillen achter mijn piano. Ik kon me echt niet voorstellen hoe ik zou klinken. Pas achteraf heb ik vastgesteld dat het eigenlijk wel meeviel. Het viel zelfs zo mee dat er nu je eigen cd is! Dat is nu eens echt de schuld van Manolo Cabras en Marek Patrman. We spelen al zo’n kleine tien jaar samen en ze hebben me over de streep getrokken. De Werf was ook meteen akkoord om de cd te publiceren. Maar een jaar later was er nog steeds niks klaar. Een eerste opnamesessie van een jam bij Manolo thuis was zo erbarmelijk dat de druk enorm hoog werd. Ik ben toen erg intens naar mijn eigen pianospel beginnen luisteren om me bewust te worden van wat ik speelde. Maar tijdens de opnames had ik steeds het gevoel dat ik de draad kwijt was. Ik wou de opname voortdurend stilleggen, maar Marek en Manolo bleven doorspelen. Toen ik achteraf opnieuw luisterde, moest ik toegeven dat ze gelijk hadden. Het resultaat was écht goed. Ik was zelfs zo enthousiast dat ik even met het idee speelde om een trioplaat op te nemen. Maar op de cd krijg je toch het gezelschap van John Ruocco? Dat was en bleef ook het uitgangspunt. De ritmesectie kwam regelmatig samen om te experimenten. Ik wist dat John Ruocco ons perfect zou

6

Jazzmozaïek 4/2007

Frederik zeg maar Free Desmyter tref ik in Antwerpen tussen de ruïnes van het oude Brusselse Volkshuis van architect Victor Horta. Daar nestelen we ons aan een tafeltje met een paar koppen warme koffie. Ons gesprek dat zo gemoedelijk begint, krijgt algauw een diepere, kosmologische dimensie zodra Free zich werpt op zijn stokpaardjes: spiritualiteit, kosmische energie, ufo’s, macrobiotiek...

kunnen aanvullen. Hij is zowat de meest veelzijdige muzikant die ik ken. Hij staat met beide voeten stevig in de bebop en kan met het grootste gemak improviseren, maar speelt tegelijk met dezelfde intensiteit muziek van Messiaen op klarinet. We hebben de eerste keer in kwartet gespeeld tijdens de jazzmarathon, op de Grote Markt in Brussel. Ik speelde dat concert met de tranen in mijn ogen, want in heel erg korte tijd waren heel wat dierbaren uit mijn omgeving gestorven: mijn vader, kort erop Rob Madna en daarna mijn lievelingsoom. Ik heb destijds ook mijn job als docent in het Lemmensinstituut op de helling gezet om mijn vader bij te staan. Ik was dat gewoonweg aan hem én aan mezelf verplicht. Aan hem heb ik het stuk In Memory opgedragen. Het sluit ook als solostuk de cd af. Ik heb het nu nog altijd moeilijk wanneer ik het moet spelen tijdens concerten.

Free Desmyter: “Muziek maken vind ik absoluut

niet de hoogste kunstvorm. Koken, da’s pas kunst! Want je bent wat je eet.” Something to Share is ook een naar mijn gevoel overwegend melancholische plaat geworden. De hele cd is zowat een dagboek geworden van de gebeurtenissen in mijn leven van de afgelopen drie jaren. Elegy heb ik bijvoorbeeld voor mijn jonge zoontje geschreven. Ik heb de plaat ook aan hem opgedragen en een klein fotootje van hem binnen in het doosje laten afdrukken. Het is mijn klein geschenk aan hem. Ik had met hem nog ‘iets te delen’. Maar tegelijk heb ik ook iets met de rest van de wereld te delen. Daarom heb ik de cd ook opgedragen aan Michio Kushi, mijn inspiratiebron voor de natuurlijke geneeskunde. Je moet weten, ik probeer me volledig onder te dompelen in die zogeheten alternatieve en Oosterse geneeskunde. Zo ben ik ook opgevoed. Ik heb nooit medicijnen geslikt en ik eet

macrobiotisch. Ik weet ook dat dankzij homeopathische therapieën mijn vader ook veel langer heeft geleefd dan hem door de dokters was voorspeld. Het begint langzaamaan steeds meer mensen te dagen dat die alternatieve theorieën niet zomaar quatsch zijn. Ik ben er van overtuigd dat het aanwenden van kosmische energie de hedendaagse wereldpolitiek op zijn kop kan zetten. Wanneer mensen zich er bewust van worden dat ze niet meer afhankelijk zijn van fossiele energiebronnen, dan zal de wereld een enorme revolutie doormaken. Ik weet dat die kosmische energie bestaat omdat ik in 1994 zelf contact heb gehad met een buitenaardse mens. Toen heb ik kennis kunnen nemen van wat ik een ‘galactische federatie’ noem, een kosmische hiërarchie die gelijkaardig is aan onze aardse wereldordening. Dat besef plaatst heel veel, zoniet alle menselijke problemen in een totaal ander perspectief. Pas op, het klinkt erg ver gegrepen, maar je hoeft er niet té zwaar aan te tillen, hoor. Daarom heb ik het stuk dat ik geschreven heb naar aanleiding van die buitenaardse ontmoeting, I saw an Alien, ook de grappige bijtitel Doo The Bop gegeven. Maar dat veel regeringen informatie achterhouden over buitenaards leven en de landingen van ufo’s, dat weet ik wel zeker. Hola! Je begrijpt wel dat ik moeite heb om in dat verhaal te stappen. Het lijkt me veeleer een geloofskwestie of een samenzweringstheorie? Maar er is zoveel bewijsmateriaal voorhanden! Beeldmateriaal, honderdduizenden getuigenissen, waar toch minstens één geloofwaardige moet tussen zitten? Zelfs de meest erudiete professoren zijn overtuigd van een buitenaardse aanwezigheid. Je hoeft maar even de website van Steven Greer te bezoeken en je krijgt er een schat aan informatie. Greer ijvert er al jaren voor dat al deze informatie wordt vrijgegeven. Je hebt duidelijk een heel erg uitgesproken boodschap en je beweert dat je het liefst je bestaan hier op aarde wil uitwissen door zo weinig mogelijk sporen na te laten? Tja, ik geef ook les en dan laat je ook onwille-


keurig sporen na bij je studenten. Maar je moet ook leren jezelf en wat je doet te relativeren. Ik vind bijvoorbeeld muziek maken, absoluut niet de hoogste kunstvorm. Koken, da’s pas kunst! Want je bent wat je eet. Als ik merk hoe sommige politici hier in België tekeer gaan, en zonder enige empathie over mensen heen walsen om hun doel te bereiken, dan zie ik echte vleeseters. Producten van McDonalds en Coca-Cola. Maar als je zelf met je eigen handen en met liefde kookt, dan maak je een kunstwerk van wat de aarde je geeft. Wanneer mensen terug dichter bij de natuur zouden leren staan en de kunst van het koken zouden doorgronden, dan zijn we weer een stap dichter bij One Peaceful World, zoals ik het in die gelijknamige ballade heb omschreven. Vergeet niet dat wij ook allemaal de vrucht zijn van een en dezelfde aarde.

Misschien omdat als je percussief zou spelen bij een percussionist, je dubbel op speelt? Misschien, maar het zijn vooral Marek en Manolo die mijn bewustzijn hebben verruimd op gebied van ritme. Tijdens de repetities heb ik kunnen vaststellen dat die kant van mijn pianospel eigenlijk ook wel best mooi is. Ze hebben me een richting uitgeduwd waar ik zelf onbewust ook heen wou. We spelen op een manier waarbij je niet meer de maat telt, maar als het ware zweeft over de maatstrepen heen. En toch blijft het ritmisch heel sterk. Ik heb me daarom bij het componeren beperkt tot heel erg korte themaatjes, waarmee iedereen onmiddellijk aan de slag kan zonder te veel aan het papier te moeten vasthouden. We hebben zelfs even overwogen om gewoon geen thema’s te spelen; ‘instant composing’, zoals we op het stuk Even hebben gedaan. Het doet me wat denken aan het tweede kwintet van Miles Davis, met Herbie Hancock achter de piano. Precies! Ik heb in de hedendaagse Belgische

(foto: © Jos Knaepen)

Hebben die filosofieën ook een weerklank in je muziek? Tuurlijk! Iedere mens trilt. Iedereen heeft zijn klankbord. En wanneer die erg individuele gevoeligheden samenkomen, ontstaat er weer iets onvergelijkelijks. Daarom vind ik mezelf niet echt terug in deze muziek. Het is geen Free Desmyter-muziek, maar het resultaat van de mix. Vergelijk het met een virtuoze kok die alle ingrediënten samenbrengt om een heerlijke maaltijd te maken. Ik heb een cd gekookt, zeg maar. Ik had voor de opnames een totaal ander repertoire achter de hand, maar ik heb nieuwe muziek moeten schrijven voor deze muzikanten. Als je deze cd vergelijkt met mijn opname met Chris Joris, zal je horen dat ik bij Chris veel lyrischer speel, terwijl ik hier meer percussief op de piano tekeer ga. Frederik Desmyter

Free Desmyter: “We spelen op een manier waarbij je niet meer de maat telt, maar als het ware zweeft over de maatstrepen heen. En toch blijft het ritmisch heel sterk.”

jazz weinig muzikanten gehoord in ons genre, die even avontuurlijk en veelzijdig met ritmiek omspringen als wij. Marek en Manolo spelen hier een belangrijke rol. Maar ook daarbuiten zie ik tegenwoordig ook geen muzikanten meer die op hetzelfde niveau staan als Coltrane of Miles. Echte inspiratiebronnen zijn er niet meer. De wereld van klankkleuren die Hancock kon oproepen was voor mij een enorme belevenis. Maar het ritmische aspect van zijn spel heb ik lange tijd niet echt goed kunnen vatten. Maar dankzij mijn ervaring bij Chris, met wie ik ook met een heel aantal Afrikaanse muzikanten heb gespeeld, heb ik gemerkt dat alle muziek drijft op ritme.

Ach, ik heb nog zoveel te leren. Mogen we dan op een volgende cd weer een totaal andere Free Desmyter verwachten? Dat sluit ik zeker en vast niet uit. Ik heb onlangs een concert gegeven samen met Baba Sissoko. Daarbij speel ik een heel erg eigenaardig instrument, een kleine toy piano die ik nu in bruikleen van Peter Van Heirseele heb. In de linkerkant klinkt dat als een oud en in het midden als cembalo. Heel bijzonder! Een prachtig instrument dat een klein beetje vals klinkt in onze Westerse oren. Ik kan daarop perfect alle beperktheden van de vleugelpiano ontvluchten.

Jazzmozaïek 4/2007

7


PRESENTEERT

ELIANE ELIAS

SOMETHING FOR YOU ELIANE ELIAS SINGS AND PLAYS BILL EVANS RELEASE 14 JANUARI 2008

5117952 (DIGITAL 5142055)

HORACE SILVER

LIVE AT NEWPORT ‘58

RELEASE 4 FEBRUARI 2008

3980702 (DIGITAL 3980695)

In 1958 waren Horace Silver en zijn recent samengestelde kwintet - met de zeer getalenteerde maar onbekende trompetist Louis Smith naast tenorsaxophonist Junior Cook, bassist Gene Taylor en drummer Louis Hayes - topact van het Newport Jazz Festival. Ze brachten een set met uitgebreide versies van ‘Senor Blues’, ‘Cool Eyes’, ‘The Outlaw’ en ‘Tippin’. Dit historische concert is nu voor het eerst verkrijgbaar. hoes in voorbereiding

PAOLO FRESU DEVIL QUARTET STANLEY MUSIC! RELEASE NOVEMBER 2007 5128452

GONZALO RUBALCABA AVATAR

RELEASE 4 FEBRUARI 2008

3841852 (DIGITAL 3841865)

www.bluenote.com


David Linx & Brussels Jazz Orchestra

Changing faces

Luc De Baets

Het gaat uitstekend met de nieuwste cd Changing Faces van de Belgische jazzvocalist David Linx & The Brussels Jazz Orchestra. Dit album is een hit in Frankrijk. De lauwe reactie van de Vlaamse jazzpers staat in schril contrast met de lovende kritieken in de Franse dagbladen en jazzmagazines: zo noemt Le Nouvel Observateur het album een must in zijn genre, terwijl Jazz Magazine het heeft over Linx als “une des figures les plus affranchies du jazz contemporain” en het album bekroont als Disque d’Emoi.

D

Linx is er de man niet naar om in het jazzy entertainment of het modieuze croonersrepertoire van vandaag te vervallen. Zijn artistieke integriteit staat als een paal boven water. Vocalist David Linx behoort tot het selecte kransje van Belgische jazzartiesten die internationaal vermaard zijn. Hij bracht een vijftiental albums uit en wist daarmee de Choc-prijzen en Gouden Diapasons in Frankrijk op te stapelen. In zijn tweede thuisland werd Linx ook bekroond in de Orde van ‘Chevalier des Arts et des Lettres’. Een onderscheiding die je niet zomaar verdient. Gezegend met een soepel en getraind stemgeluid, beladen met een erfenis van topvocalisten als Eddie Jefferson en Marc Murphy, pakt hij iedere song zelfverzekerd aan en maakt die zich geheel eigen. Deze man weet wat hij doet en kan er live nog flink wat spetters bovenop gooien. Getuige de voorbije concerten o.a. in Parijs en Dinant. Op 19 oktober speelden David Linx en het BJO samen op het JVC Jazzfestival te Parijs. Dit concert was

(foto: © Jos Knaepen)

e cd stond lange tijd in de top van de meest verkochte jazzplaten bij onze zuiderburen en op iTunes staat het album in de top tien van de meest gedownloade jazzalbums. Changing Faces zal binnenkort in Italië, Zwitserland, Spanje en Portugal uitgebracht worden, en in het voorjaar ook in de V.S. en Japan. Er is ook een Making of - video gemaakt. Nieuwe concertdata staan ook in ons land gepland in het voorjaar van 2008 (www.brusselsjazzorchestra.com).

David Linx

David Linx: “Een droom, die is uitgekomen. Het idee komt van de muzikale leider van het BJO, Frank Vaganée.” de officiële cd-presentatie van Changing Faces. Special guest tijdens dit concert was de Portugese zangeres Maria João - één van de gastvocalisten op de cd. Het concert vond plaats in La Cigale en werd op France 2 aangekondigd als ‘een niet te missen evenement’. Reeds na het eerste nummer veerde het publiek recht en gaf een staande ova-

Weetjes De vader van David, Elias Gistelinck was productieleider bij de toenmalige BRT, stichter van Jazz Middelheim in 1969 en het toenmalige BRT-Jazzorkest. Zo kreeg de jonge David van jongs af aan de jazz ingepeperd. Was hij tot vandaag eerder in kleinere formaties te horen met vooral zijn trouwe pianist Diederik Wissels aan zijn zijde, dan was hij van huis uit absoluut niet onbekend met de entourage van de big band. Hij werkte zelfs in 1992 een tijd met The Count Basie Band o.l.v. Frank Foster. Linx tekende in het Franse Jazzman (10/2007) het BJO ten voeten uit: “ … Deze ‘big band’ is een geslaagde smeltkroes. Men vindt er Vlamingen, Walen, Nederlanders en zelfs een Fransman. De orkestrale cohesie, een sterke groep topsolisten en de uitstekende ritmesectie maakt dat deze all stars groep vandaag de dag zeer gevraagd is … het BJO slaagt er in de traditie verder te zetten, zonder terug te vallen op clichés. Met dit orkest en zijn soepele ritmesectie heb ik vaak het gevoel van de intimiteit van de combo.”

tie! Extrèmement chaleureux, was de reactie! Je mag dan al niet houden van stukken als Home in the Spring met het eerder strakke klassieke stemgeluid van Natalie Dessay of de lijzige sensuele stem van Ivan Lins (Bilhete), of het frivole meisjesstemmetje van de Portugese Maria João, toch mag deze creatie van Linx met het BJO als een mijlpaal in de Belgische jazzgeschiedenis worden ingeschreven. Frank Vaganée: “Het is de eerste keer dat we met een vocalist opnemen, met een gevarieerd repertoire, waar verschillende arrangeurs de bewerkingen hebben geschreven. Elk stuk is een verhaal op zichzelf en maakt dit album zeer gevarieerd.” Koen Maes, manager BJO: “Het is wellicht de eerste keer dat alle muzikanten van het orkest eensgezind zo enthousiast achter een project stonden!”

Een bespreking van het album Changing Faces vindt u in deze uitgave in de rubriek Nieuw op cd.

Jazzmozaïek 4/2007

9


Blue Note Records Festival Indoor 2008

Bernard Lefèvre

Kleinschalige

klasse!

Muziekcentrum De Bijloke en Blue Note Records Festival brengen als volwaardige partners een winterfestival in het gedroomde kader van de vernieuwde Bijloke-site. Op 28 februari en 2 maart 2008 vinden telkens twee topacts plaats in de concertzaal (capaciteit: 1050 mensen). Daartussenin kan het publiek kiezen voor een van de creatieconcerten in de nieuwe aanpalende kleinere ruimtes (resp. 120/250/500 mensen).

“Door de bewuste keuze voor kleinschaligheid,” stelt Bertrand Flamang, “zijn groepen geprogrammeerd waarvoor het zomerfestival in juli te groot is geworden. Bovendien is deze wintereditie een gelijkwaardige samenwerking met De Bijloke die nu tot een Muziekcentrum is uitgegroeid met de verschillende faciliteiten en ruimtes. Ook jazzconcerten staan op de planning. De aanvankelijke synergie met Blue Note partners is prematuur gebleken, al zal Blue Note daar ook wel concerten inplannen, maar een echte uitwisseling van artiesten onderling zal zich mogelijk pas naar 2009 toe concretiseren. Met het Muziekcentrum De Bijloke hebben we optimale luisteromstandigheden. We streven naar een muzikaal toegankelijk festival met democratische ticketprijzen zodat het mensen motiveert om op ontdekking te komen.”

p donderdag 28 februari bijt het Gianluca Petrella Indigo 4 de spits af om 19u. Dit kwartet – Gianluca Petrella (tb), Francesco Bearzatti (ts), Paolino dalla Porta (cb) en Fabio Accardi (d) – bracht in 2005 zijn debuut-cd Indigo 4 uit en stond ook in juli reeds op het podium van de zomereditie. Zonet verscheen een nieuwe cd Kaleido (Blue Note). Petrella werd als ‘Rising Star’ bestempeld door Downbeat en ontving in Gianluca Petrella juli 2007 op het North Sea Jazz Festival de Paul Acket Award voor ‘Artist deserving wider recognition’. Het De eerste dag van het indoor-festival mag de juryrapport stelt: “Deze inventieve instrumentalist speelt voortreffelijk verschil- 78-jarige Cecil Taylor solo afsluiten. Hij is een lende stijlen naast elkaar, traditioneel maar van de grote legendes van de avant-garde jazz ook avant-gardistisch. Hij experimenteert met en meer dan ooit terug in de belangstelling door opvallende maar zeldzame optredens. effecten en schrijft spannende composities”. Hij heeft vooral als solopianist een geweldige reputatie. In 2000 bracht Intakt nog een soloopname, The Willisau Concert, uit, waarover The Penguin Guide To Jazz Recordings schreef: “…here he is at 71 (!), the music-making still something to marvel at, the energy levels amazing, and the results fine enough to account for a lot of enjoyable future study”. In diezelfde gids staan twee pianosolo albums als ‘core collection’ aangeduid: For Olim (Soul Note 1986) en The Tree of Life (FMP 1991).

Cecil Taylor

10

Jazzmozaïek 4/2007

(foto: © Jos Knaepen)

Interactie Het openingsconcert op zondag 2 maart wordt het duo Stefano Di Battista/Baptiste Trotignon. De Italiaanse saxofonist Stefano Di Battista (Rome 14/02/1969) belandt op zijn twintigste in Parijs en speelt er met Aldo Romano en Michel Petrucciani. Met Eric Legnini en Flavio Boltro brengt hij zijn eerste album uit in 1998 (Volare - Label Bleu). De doorbraak komt er met het

derde album Stephano Di Battista (Blue Note 2001), in Brussel opgenomen met Jacky Terrasson (p), Flavio Boltro (t), Rosario Bonaccorso (b) en Elvin Jones (d). Met deze laatste pakt hij Parker aan in Parkers Mood (Blue Note 2005). Op zijn jongste cd Trouble Shooting (Blue Note 2007) heeft hij naast Fabrizio Bosso (trombone) en Eric Harland (d) Baptiste Trotignon (p) uitgenodigd. De Franse pianist Baptiste Trotignon (17 juni 1974) krijgt met zijn debuutalbum Fluide (Naïve 2000) een Django d’Or aanmoedigingsprijs. Ook solo laat hij zich opmerken en verder werkte hij recent samen met David ElMalek en Dré Pallemaerts (El-Malek-Hall-Pallemaerts, Naïve 2005 en Fool Time-Live, Naïve 2007). (foto: © Jos Knaepen)

O

De slotact van zondag is Steve Kuhn in trio met David Finck (b) en Billy Drummond (d), samen met zangeres Sheila Jordan. De in Brooklyn geboren pianist Kuhn (24 maart 1938) speelde met John Coltrane en Stan Getz en verbleef een tijd in Stockholm (1967-71). Terug in New York begon zijn jarenlange samenwerking met ECM. Vanaf eind jaren 70 werkte hij samen met Sheila Jordan (o.a. Playground ECM 1979). Dit jaar verscheen bij Blue Note zijn alom gewaardeerde cd Live At Birdland (zie bespreking JM 2/2007 p. 36), maar dan wel met zijn midden jaren 80 befaamde ‘all-star’ trio waarin Ron Carter (b) en Al Foster (d). Het Blue Note debuut Portrait of Sheila (1961) geldt nog altijd als een referentie voor Sheila Jordan (Detroit 18 november 1928). Recente opnames samen met Kuhn zijn Jazz Child (High Note 1998) en Little Song (High Note 2002) met als gast Tom Harrell.


Sim Simons zaliger schreef in Jazzmozaïek 4/2005 over haar cd Celebration (High Note 2005) met bassist Cameron Brown: “Sheila, die de perfectie zelf is op het gebied van vocalise en scat is een voorbeeld van toonzuiverheid…. Zelfs alleen begeleid door een bassist blijven haar kwaliteiten overeind.” Ze is nu 79 en trad recent nog op met de be bop vocal summit tijdens Dinant Jazz Nights.

(foto: © Jos Knaepen)

Tickets enkel via Muziekcentrum De Bijloke Niet genummerde plaatsen – toegang tot de akoestische concerten is beperkt € 20 (€ 5 voor kinderen jonger dan 12 jaar) € 35 voor twee dagen www.bluenoterecordsfestival.be www.debijloke.be

Sheila Jordan

Multimediaal randgebeuren In hetzelfde Bijloke-complex is er ook een en ander te beleven tussen de hoofdacts door. Voor elk van de dagen is een curator aangesteld voor de keuzeprogramma’s. Dat vertaalt zich in unieke projecten, nooit eerder vertoond, creaties van hedendaagse jazz. “Het zijn zeer intieme concerten”, aldus Bertrand Flamang, “de bedoeling is een intense beleving van een kleine groep mensen, wat een meerwaarde betekent naar de muziek toe en de communicatie met de muzikant.” Door muzikanten te betrekken in de selectie van groepen, wil de organisatie nog sterker de vinger aan de pols houden van de hedendaagse jazz. Bart Maris heeft de artiesten van de keuzeconcerten (60-70 minuten) op donderdag 28 februari bepaald. Zelf stelt hij in het Toegangsgebouw een installatieproject voor met eigen trompetopnames op 30 bandopnemers die in ‘loops’ geschakeld zijn. In de mezzanine treedt hij live op met Paul Van Gyseghem en Paula Bartolletti. Het publiek kan ook kiezen voor een multime-

diale voorstelling van klank en beeld met Peter Jacquemain (beeldhouwer-bassist), Sigrid Thange (plastisch kunstenares) en André Goudbeek (as, bkl, bandoneon) of, in het auditorium, de speciale BNRF Indoor-creatie van het duo Zeger Vandenbussche en Dirk Wouters bijwonen. Deze laatste is beeldhouwer-slagwerker-improvisator en daagt de akoestische limieten van de zaal uit met een variatie aan zelfgebouwde percussieobjecten, gongs en klankschalen, eerst solo, daarna in duo met de jonge Gentse saxofonist Zeger Vandenbussche.

Steve Kuhn

(foto: © Jos Knaepen)

Voor info en tickets:

Ciclic, een project van drummer Giovanni Barcella en gitarist Eli Van de Vondel, is een platform voor jazz en experimentele muziek met als thuisbasis Gent. Zij staan in voor de programmering van de concerten op zondag 2 maart. In de Bijlokekapel creëren ze drie podia onder de noemer ‘Curb Theory’ of een ‘triofonische’ wisselwerking tussen verschillende ensembles (duur 70 minuten). Op het eerste podium staat het Kryptos Kwartet: Hanna Drzewiecka (1ste viool), Elisabeth Wybou (2de viool), Vincent Hepp (altviool), Anthony Gröger (cello) en Bernd Wegener (perc), op het tweede podium staan Erik Thielemans (d) en Eli Van de Vondel (g, elektronica) en op het derde podium Heleen Van Haegenborgh (p) en Esther Venrooy (elektronica). Maar het publiek kan ook nog kiezen tussen ‘Weaving with Saliva’ ofwel een Griekse tragedie (Antigone, Sofocles), terwijl ook nog een film van Lazara Rosell Albear in 9 facetten - Dark Speeches - wordt vertoond.

Bart Maris

(foto: © Jos Knaepen)

‘Weaving with Saliva’ (duur 50 minuten) is een verbale evocatie met architectuur als backdrop en elektronica als fysieke ruimte. In hun poging tot toenadering stralen de stemmen – Marijke Verkaart (Nederlands), Luanda Casella (Portugees), Monica Lilleike (Duits), Paola Bartoletti (Italiaans) en Mieke Lambrigts – elektronica – de fascinatie uit van wederzijds onbegrip. Sofocles’ tragedie Antigone over de liefde en over de eeuwige waanzin van de macht wordt in een speciale creatie met 5 instrumenten, elektronica en recitatieve stemmen opgevoerd: Giovanni Barcella (drums, tapes, elektronica, stem, compositie), Pierre Bernard (dwarsfluit), Sylvie Strosser (klavecimbel), Irene Aebi (stem, compositie), Berlinde Deman (bas tuba). Een beetje kennis van deze oude tragedie kan helpen.

Jazzmozaïek 4/2007

11


JAZZ-mozaïekjes Eric Vloeimans heeft zijn 4e(!) Edison Award gewonnen met Gatecrashin’ (CHR 70138) (www.myspace.com/ericvloeimans). Michael Brecker krijgt postuum voor zijn album Pilgrimage een Edison in de categorie ‘Jazz Internationaal’. De Noorse zangeres Silje Nergaard ontvangt een Edison in de (nieuwe) categorie ‘Jazz Vocaal’ voor het album Darkness Out Of Blue. De dvd Live at Montreux 1976 van Weather Report wordt beloond in de categorie ‘dvd’.

De Nederlandse saxofonist Piet Noordijk (75) vierde afgelopen maand zijn zestigjarige carrière. Hij is onbetwistbaar een bopper pur sang, die Charlie Parker eerde als zijn grote voorbeeld.

Een vredige

Het BJO heeft een grondige reorganisatie ondergaan wat het bestuursorgaan van de vzw betreft. Ook in de bezetting van het orkest zijn er twee wijzigingen. De Nederlander Klaas Baljon neemt de plaats in van zijn landgenoot Martijn Vinck aan de drums en trompettist Jeroen Van Malderen is de vierde man in de trompetsectie i.p.v. Gino Lattuca.

Kerst en een gelukkig Nieuwjaar!

Chris Joris over tenorsaxofonist Marcus Strickland: “Ik heb er nu bijna een ganse week mee gespeeld en de opkomst van het publiek in de clubs was tof, maar geen enkele persman gezien om hem of ons eens te spreken (Jos Knaepen was wel in de Hnita-club, en heeft zijn foto-apparaat wel leeggeschoten). Ik vind dat zonde, want zulke meetings van mij met deze Newyorkers, zoals eerder Eric Person, halen amper de pers. Marcus is een opkomende figuur en speelt de pannen van het dak, mooie tenor en een crème van een jongen (28 jaar).” Onze conclusie: Muziek mag nog zo goed zijn, als ze niet door de nodige promotie gesteund wordt, wordt het moeilijk. Helaas! Divantoura herinnert er ons aan dat ze nog steeds themareizen or-

Als we het over jazzclubs hebben, heeft de

Jazz op Klara. In de wandelgangen van de VRT

Hnita Jazz Club in Heist op den Berg sinds ge-

werd vernomen dat er op 4 januari op Klara een nieuw jazzprogramma wordt gelanceerd met Jef Neve als gastheer. Iedere vrijdag tussen 17 tot 19u zal Jef gasten uitnodigen in de studio om samen te spelen en te praten, nieuwe cd’s voor te stellen, enz… Het is een productie van Miel Vanattenhoven. Van maandag tot vrijdag tussen 23.00 en 00.00 kan je nog steeds luisteren naar Jazz, samengesteld en gepresenteerd door Marc Van den Hoof.

ruime tijd weer zijn plaats bij de top in ons land ingenomen. Hnita heeft een rijke geschiedenis die meer dan vijftig jaar overspant en die vele groten van de jazz naar Heist op den Berg heeft gebracht. De programmering is nu meer toegespitst op de internationale jonge scene en biedt traditioneel iedere laatste vrijdag van de maand een solo pianoconcert in een samenwerking van Hnita vzw en The Jazzman. www.hnita-jazz.be

ganiseert naar New York City. Gentenaar Ivan Scheldeman is de vaste begeleider. Jazzliefhebbers kunnen ook terecht bij onze medewerker Paul Blair, die ook dagelijkse groepswandelingen (te voet en met de metro) organiseert doorheen de historische en jazzhistorische kant van deze wereldstad (www.swingstreets.com, een schitterende bron voor informatie over de wisselende hot music places in the city that never sleeps). Info: www.divantoura.be

(foto: © Jos Knaepen)

Op zaterdagavond 29 september 2007 werden in het ‘Centre Culturel Régional’ van Dinant de

Django d’Or-Awards uitgereikt, samen met de Bijzondere Prijs van de Belgische Artistieke Promotie van Sabam. Laureaten 2007 zijn gitarist Pierre Van Dormael (Beste Belgische muzikant) en pianist Pascal Mohy

(foto: © Jos Knaepen)

(Jong talent). Klara-stem en radiomaker Marc Van den Hoof ontving de Muze van B.A.P.-Sabam.

Pierre Van Dormael

12

Jazzmozaïek 4/2007

Marc Van den Hoof


Crooner Michael Bublé, live in Antwerp!

Een volgelopen (12.500 man) Antwerps Sportpaleis verwelkomde de Canadese jazzpop crooner voor de tweede maal in dit landje. Voor de straightforward jazzliefhebber is dit misschien niet echt het soort van jazz waar hij warm van wordt. Maar Michael Bublé is een vakman. De manier waarop hij goede ouwe standards, Broadwayhits en rocksongs brengt is hartverwarmend. Hij is een entertainer pur sang in de stijl van de allergrootsten. foto & tekst: © Jos L. Knaepen


JAZZ-mozaïekjes Concertzaal en -organisatie

De Handels-

beurs in Gent opende op 6 november, in de Mineral aan Onderbergen, een nieuwe jazzclub: de Mineral jazz. Elke eerste dinsdag van de maand zal jazzmaster en pianist Christian Mendoza er twee jonge bands presenteren. Het Cultureel Ontmoetings Centrum St Andries zet opnieuw de deuren open voor jamsessions. Adres: St.Andriesplaats 24 Antwerpen. Toegang is gratis, meer info op http://www.cosintandries.be/overview.php?type=event_cat&cat=1

Opatuur in Gent start een vzw om z’n clubconcerten verder te zetten. naam: Opatuur vzw. Voorlopig zullen de concerten blijven doorgaan op de oude lokatie.

deSingel ontvangt in het voorjaar 2008 Het Improviserend Strijkorkest met de Amerikaanse cellist Tristan Honsinger (18 jan), Michiel Braam met zijn project Bik Bent Braam ‘Uiteinde’ (29 feb) en Taylor Ho Bynum die met zijn Spidermonkey Strings drie suites uit Other Stories en de Europese première van Madeleine Dreams brengt (10 droomwerelden van Borges, Murakami en Calvino.

De Roma heeft heel wat boeiende jazzconcerten op de agenda: 7 mrt: Free Desmyter

(eigen foto)

april). Hiervoor inspireert de trompettist zich op de

Jihye Lee

Quartet+Chris Potter Underground, 21 mrt: Dré Pallemaerts Pan Harmonie, 17 april: Tutu Puoane, 30 april:Mare Nostrum feat. Paolo Fresu, Richard Galliano & Jan Lundgren, 7 mei: Stefano Bollani & Fabian Fiorini, 9 mei: BJO feat.Tutu Puoane & Sarah De Bosschere (Writing Billie), 5 juni: Jef Neve trio (cd-voorstelling).

Les Lundis d’Hortense plannen volgende Jazz Tours: januari 2008: Musicazur (www. pirlyzurstrassen.net), februari 2008: Fabien Degryse Trio (www.fabiendegryse.com), maart 2008: Ruocco/Simtaine/Rassinfosse Trio, april 2008: Fred Delplancq Quartet ‘Second Time’

Het concours Brussels International Young Jazz Singers jaargang 2007 werd op 7 oktober gewonnen door de Koreaanse zangeres Jihye Lee, voor de Duitse zangeres Sabine Kühlich en de Amerikaan Mark Brignone. Jihye Lee begon haar jazzopleiding aan de Jazzacademie van Seoul in Zuid-Korea, waar ze ook klassieke en traditionele zangtechniek volgde. Nu is ze sinds vijf jaar in Europa, waar ze eerst een bachelor graad haalde aan het Conservatorium in Den Haag. Momenteel studeert ze aan het Koninklijk Conservatorium in Brussel, waar ze in juni 2008 haar master diploma tracht te halen. Ondertussen heeft ze met haar echtgenoot saxofonist Stefaan Debevere haar eigen band gevormd, waarmee ze na het behalen van haar diploma tracht een eerste cd op te nemen. Concerten zijn reeds gepland in Cultuurkapel De Schaduw in Ardooie (9 februari 2008), The Music Village in Brussel (12 maart 2008) en de Jazzzolder in Mechelen (25 april 2008).

(www.freddelplancq.com / www.myspace.com/ freddelplancqquartet), mei 2008: Bart Quartier

Vier studenten van de afdeling jazz en produ-

kreeg de onderscheiding tijdens het vijftigste

Quintet (www.bartquartier.be). Verdere info op

cing van het Conservatorium Gent hebben een

Monterey Jazz Festival, waarvan hij sinds jaar en

www.jazzinbelgium.com.

vereniging opgericht die jamsessies in Gentse

dag bestuurder is. (nieuwsredactie JazzFlits)

kroegen organiseert. De vereniging heet

Flat

De Maalbeek springt op de jazztrein.

Nine en wil beginnende muzikanten of produ-

Quincy Jones, Andrew Hill, Candido Camero, Tom

Dit centrum gelegen in de Hoornstraat in hartje

cers de kans geven zich te profileren voor een

McIntosh, Joe Wilder, Gunther Schuller zijn tot

Brussel had op 5 december, na enkele proefcon-

breder publiek.

National Endowment for the Arts (NEA) Jazz Master benoemd. De winnaars krijgen

ma. Daartoe zijn ze een samenwerking aangegaan

Voor zijn bijdragen aan de jazz – o.a. de film

hun onderscheiding op 12 januari tijdens de jaar-

met de USA Jazzclub in Antwerpen en mochten een

Bird - heeft regisseur/producent/acteur Clint Eastwood op 22 september een eredoctoraat

lijkse conferentie van de International Associa-

Het GC

certen, een Brussels Jazz Cat Rally op het program-

vijftal jonge groepen het podium betreden.

van het Berklee College of Music ontvangen. Hij

14

Jazzmozaïek 4/2007

tion for Jazz Education (IAJE). (bron: jazzflits.nl)


Feestneus In 2008 bestaat JazzLab Series 15 jaar! Het oorspronkelijke samenwerkingsverband tussen een handvol gedreven jazzhuizen (met het Brugse kunstencentrum De Werf als initiatiefnemer) organiseert vandaag zo’n 90 concerten per seizoen, gespreid over Vlaanderen en Noord-Frankrijk. Het oorspronkelijke idee om voornamelijk jonge jazzgroepen te laten touren in professionele omstandigheden vormt nog steeds het kloppende hart van onze inzet. Later in het nieuwe jaar zetten we de feestneus stevig op, we starten alvast met enkele oerdegelijke concerttournees. et nieuwe jaar wordt geopend met het Fiorini-Rzewski Duo. Jan Rzewski, zoon van de avant-gardecomponist en pianist Frederic Rzewski, en duizendpoot Fabian Fiorini speelden een poos geleden voor het eerst samen. Het klikte meteen en ze besloten als duo samen te werken, waarmee ze in de voetsporen treden van de legendarische tandem Steve Lacy-Mal Waldron. Lacy, Charles Mingus en Frank Zappa zijn nooit ver weg wanneer je de klanken die het duo produceert over je heen krijgt. We hadden het over een dubbelconcert, en zie, het duo zal voor deze gelegenheid met het Erik Vermeulen Trio door de Vlaamse landstreken touren. Vermeulen wordt één van de meest verfijnde pianisten van Europa genoemd en werd in 2003 met een Django d’Or bekroond tot beste Belgische muzikant. Dat hij nog eens onder zijn eigen

naam concerteert is een uniek gebeuren. Voor deze tournee vormt hij een internationaal getint trio met bassist Manolo Cabras en drummer Marek Patrman, sinds 2003 de vaste ritmesectie van het vernieuwde Ben Sluijs Quartet. Composities van eigen makelij worden afgewisseld met improvisaties en een selectie standards. (foto: © Jos Knaepen)

H

In februari wordt het druk en levendig op het podium. Componist en saxofonist Tom Van Dyck bracht zeven instrumenten en evenveel muzikanten samen onder de groepsnaam t-unit7. Dit

Tom Van Dyck

ensemble is groot genoeg om de gelaagde stukken van een bigband te vertolken, zonder dat ze de intimiteit en wendbaarheid van een kleinere bezetting hoeven te verliezen. Tijdens hun JazzLab Series tournee hebben ze alle kans u hun nieuwe cd The Wind’s Caress te presenteren. Een tournee die het laatste beetje winterstof energiek van uw schouders blaast. Ilka Stevens/Mik Torfs

Jazzmozaïek 4/2007

15


Jong JAZZ-mozaïekjes Jazztalent Gent

Wedstrijd

Als nevenpodium organiseert het Blue Note Records zomerfestival in opdracht van Duvel Moortgat en i.s.m. JazzLab series van 20 tot 28 juli 2008 de achtste editie van de muziekwedstrijd Jong Jazztalent Gent.

Het Cultureel Platform BUSTER vzw is te be-

m. Een professionele geluidsinstallatie is aan-

schouwen als een kunstenvereniging met zetel

wezig en er is inmiddels ook een professionele

in het centrum van de stad Antwerpen. Liliane

opnamestudio aangebouwd. Er is dus moge-

Defossez en Guy Lejeune zijn de initiatiefne-

lijkheid voor opnames, studioproducties en

mers. De vzw noemt zich een artistiek labo-

live-opnames. Zie www.busterstudio.be

ratorium en wordt gesteund door de stad Ant-

Adres: Kaasrui 1, in volle centrum in de buurt

werpen. Deze formule is gaandeweg gegroeid

van de Grote Markt en de kathedraal. Het Bus-

vanuit de reële behoefte van de artiesten zelf

terpodium biedt een programma van dinsdag

naar een plek om te kunnen experimenteren,

tot zaterdag. Info: www.busterpodium.be

om hun creativiteit te kunnen ontplooien. Het De wedstrijd staat open voor alle jazzstijlen. Geïnteresseerde jazzensembles kunnen inschrijven tot 14 maart 2008. Leeftijd speelt op zich geen rol en zelfs wie eerder al deelnam mag opnieuw zijn kans wagen. De enige voorwaarde is dat de artiest of groep een beginnend ensemble vormt en dus geen gevestigde waarde is.

Cultureel Platform BUSTER wil de komende

De

jaren blijvend tegemoetkomen aan die nood.

ger/percussionnist Sadi heeft zijn 80ste ver-

De caféruimte biedt plaats aan 75 personen.

jaardag gevierd op 23 oktober 2007.

vibrafonist/componist/arrangeur/zan-

Er is een professioneel podium van 2,5 op 4,5

Bij de inschrijving wordt een demo met minstens 3 nummers en aanvullende informatie over de spelers en het soort muziek verwacht. Daaruit selecteert de jury 8 groepen, die dan op een bepaalde dag (20-28/7) op het podium van het Duvel Droomschip in het hart van de Gentse feesten tussen 14 en 16u een tweetal sets zullen spelen. Een vakjury beoordeelt de concerten en maakt na afloop de winnaar bekend.

(foto: © Jos Knaepen)

De prijs geldt altijd voor het ensemble en niet de leider of een lid van de groep. Op die manier mag de winnaar in dezelfde bezetting het daaropvolgende jaar spelen op het Blue Note Records zomerfestival en het afsluitconcert van Jong Jazztalent 2009. De prijs houdt ook optredens in op Jazz Maastricht 2009 en Dinant Jazz Nights 2009. Mogelijk volgt ook een concerttournee van JazzLab series. De winnaar van dit jaar, Brazzaville, zal dus op vele podia in 2008 te volgen zijn.

Het Motives



Dé opnamestudio mét podium in hartje Antwerpen digitale multitrack live-opnames

+32(0)475 74 54 87 www.busterstudio.be

16

Jazzmozaïek 4/2007

Chris Potter

Festival in het Genkse Casino Modern sloot 17 november af met Ronny

Jordan en een meesterlijk gastoptreden tijdens de Djamsessions o.l.v. DJ Grazzhoppa. Chris Potter stal de show met zijn beresterke ‘Underground’. Het fantastische, bovenaardse drumspel van Nate Smith zal trouwens nog lang nazinderen. Elektronica experimenten, free en noise waren de ingrediënten van Othin Spake die deze laatste festivalavond met een Motives Festival Productie openden. Motives Festival ‘now sounds of jazz’ bewees ook dit jaar een internationaal forum voor kwaliteitsjazz te zijn en was in 2007 actueler dan ooit.


29ste editie Jazz Hoeilaart

Pierre Anckaert Trio wint met “complexe muziek vanuit het hart”

(foto: © Jos Knaepen)

Bovendien waren de 4 groepen in competitie van een dergelijk hoog niveau dat het een feest was voor de aanwezigen. En hoewel drie ervan trio’s waren, brachten ze een totaal andere sound. Green Serene (Noorwegen) musiceerde in die typisch Scandinavische sfeer en had in zijn midden de pianist Espen Berg die nog bekend was van een eerdere winnaar Listen! Hij won meteen de prijs van beste solist. De groep won de tweede prijs. Op de derde plaats eindigde het kwintet Flux (Denemarken). Het Christian Pabst Trio

Pierre Anckaert

Pierre Anckaert Trio

(Duitsland) had een groovy bassist en opmerkelijke drummer maar het samenspel was soms wat zoek. Ze eindigden op de vierde plaats. En dan was er uit eigen land het Pierre Anckaert Trio, die het publiek al heel snel op zijn hand kreeg met moderne van Latijnse ritmen doorspekte jazz. Een knap op elkaar inspelend trio met Pierre Anckaert aan de piano, Hendrik Vanattenhoven op bas en David Barker op drums. Ze waren de beste vertolkers van de opgelegde compositie Tritone (Peter Hertmans) en werden dus ook onderscheiden met de prijs van Sabam. Over geheel de lijn wisten ze te overtuigen en dat betekende dat ze terecht de eerste prijs verdienden. De jury drukte het als volgt uit: “The Pierre Anckaert Trio is playing difficult music by heart, so it’s easy to understand. It makes you listen also because the music is so varied with dynamic vitality, latin rhythm, changing with warm feelings and beautiful balladplaying with a good trio-sound.” Het Pierre Anckaert Trio wordt uitgenodigd in juli 2008 op het Getxo-Jazz festival in Spanje.

Daarnaast wacht vanaf de jubileumeditie van Jazz Hoeilaart (september 2008) een tournee doorheen België en in oktober een optreden op het Jazz Maastricht Festival in Nederland. Ook wordt het trio onderscheiden met de Elias Gistelinck prijs en treedt dus op het volgende Jazz Middelheim Festival op. Van de wedstrijd werden live opnames gemaakt, die door Muziekmozaïek op cd zullen worden uitgebracht. Info: www.jazzhoeilaart.be  www.muziekmozaiek.be

(foto: © Hugo Van de Velde)

De organisatoren zaten even met de handen in het haar toen op het laatste ogenblik van de 6 geselecteerde kandidaten twee verstek lieten gaan. Er waren wel 50 deelnemers uit 15 landen, maar het lukt niet zomaar twee invallers op te roepen. Dan maar een extra topact ingelast met het Jef Neve-Pascal Schumacher duo naast het al aangekondigde Philippe Catherine trio, het Bert Joris Quartet, Fables of Fungus en The Duet, winnaar van vorig jaar. En dat viel natuurlijk geweldig mee voor het talrijk opgekomen en terecht enthousiaste publiek.

(foto: © Hugo Van de Velde)

Jazz Hoeilaart, de internationale wedstrijd van Muziekmozaïek vzw, gekoppeld aan het gelijknamige festival, is gewonnen door het Vlaamse Pierre Anckaert Trio.

Albert Michiels, Voorzitter Jazz Hoeilaart, feliciteert Pierre Anckaert en groep met de eerste prijs.

Jazzmozaïek 4/2007

17


JAZZ-mozaïekjes Philip Catherine onderscheiden als Europees Master of Jazz

Artforum:

muziekproducties voor de jeugd!

Samen met trompettist Carlo Nardozza en bassist Tom Van Acker verzamelden Artforum en Het Depot een jonge muzikantenbende. Carlo en Tom schreven splinternieuw materiaal en de jongste bigband van Vlaanderen was geboren: Rumble Jungle Orchestra. Na een half jaar repeteren, improviseren en amuseren, presenteert dit nieuwe collectief nu een stijlvol afgewerkte set. Verwacht u aan krachtige blazers, opzwepende ritmes en funky baslijnen, verpakt in een hypnotiserende groove. Op 1 december vond de première in Het Depot plaats. Ook ‘GO_TELL’ is een samenwerking van Artforum met Het Depot in Leuven. Deze muziekproductie verzamelt 11 jonge stemmen die een hedendaagse interpretatie brengen van negrospirituals, worksongs en

winnaar staat aangeduid in het vet): Nieuw Europees talent: Magnus Lindgren (sax en fluit) en Gianluca Petrella (trombone), Europese Legende van de Jazz: Daniel Humair (d) en Martial Solal (p) Europese Django D’Or: Ricardo Del Fra (contrabas) en Martial Solal (p).

Op de tweede editie van de Eurodjango Jazz Awards werd Philip Catherine onderscheiden met de prijs van Europees Master of Jazz. De uitreiking vond op 1 december in Luxemburg plaats. In deze categorie was ook Enrico Pieranunzi genomineerd. In de andere categorieën waren de nominaties (de

Mâäk’s Spirit

vrijdag 29 februari om 20 u. Dit gezelschap wist de jazzwereld al meerdere keren te verbazen. Hun hedendaagse klank sluit nauw aan bij de rockmuziek. De vijf muzikanten zorgen voor een bijzonder geluid, gebaseerd op tien jaar samenspelen. Hun recente cd Five scheert hoge toppen. Het is dan ook een explosieve mix van complexiteit en kracht. Met:

Laurent Blondiau, Jeroen Van Herzeele, Jean-Yves Evrard, Sébastien Boisseau en Eric Thielemans

Tickets

Locatie

5 euro (vvk) - 7,50 euro (kassa)

Jeugdcentrum Den Trechter Dorp Oost 42 2070 Zwijndrecht

Reserveren

OC ‘t Waaigat - Kerkplein 1 - Burcht - Tel. 03 250 49 90 - waaigat@zwijndrecht.be

gospel. De groep bestaat uit 11 jonge zangeressen/zangers tussen 16 en 24 jaar en wordt begeleid door Gregory Frateur (Dez Mona, genomineerd voor de ZAMU-awards in de categorie ‘beste zang’) en Andrew Claes (saxofonist bij Stijn). Op 9 februari 2008 vindt de première plaats in Het Depot.



Hét podium mét café in hartje Antwerpen

2PK wordt de nieuwe muziekproductie van Artforum in samenwerking met muziekcentrum Trix. De productie wordt gedragen door kinderen die samen met hun papa’s zingen en muziek maken. Samen met Liesbet Swings (Maskesmachine) gaan ze aan de slag met hun stemmen. Spelen met ritme, een hoge en een lage stem en alles daartussen ontdekken. Veel ruimte voor experiment en de grenzen van spreken, zingen, fluisteren en roepen aftasten. Het wordt een muzikaal én visueel prikkelende productie met 5 papa’s en 5 kinderen! De première is gepland voor november 2008. www.artforumvzw.be

18

Jazzmozaïek 4/2007

             

    

            


(foto: © Jos Knaepen)

Crowne Plaza Hotel in Antwerpen heeft zijn vernieuwd bar/restaurant met

Bar/Restaurant Toots. Het hotel gaf de vijf ver-

een jazzy look omgedoopt tot

gaderzalen al een facelift en een nieuwe naam die verwijst naar jazz (Norah Jones, Duke Ellington, Jamie Cullum en Louis Armstrong-zaal). Toots himself mag voortaan continu beschikken over zijn eigen suite. Hij was er overigens al vele malen te gast, zoals met Jazz Middelheim. Maar de kroon op het werk is natuurlijk het bar/restaurant, dat geheel ingericht werd om de naam Toots alle eer aan te doen. Voor de prachtige omkadering zorgen Toots foto’s van onze jazzfotograaf Jos L.Knaepen. Op het menu, dat door tv-kok Jeroen De Pauw werd ontwikkeld, staan Toots favorieten: artisanale garnaalkroketten, Vlaamse stoverij met bruin bier gebonden met een boterham met mosterd, frietjes en huisgemaakte mayonaise,… zelfs een speciale praline en Toots

Toots Thielemans

koffie ontbreken niet. Toots Thielemans genoot zichtbaar bij de opening in november van zoveel eer en

Klara Carrièreprijs 2007 voor Toots Thielemans

blies dankbaar en in goede vorm een oprecht What A Wonderful World.

hoogtepunten en anekdotes op bij Sophisticated

Maandelijks zal jong jazztalent in Bar/Res-

de categorieën klassiek, jazz, wereldmuziek en

Lady (Ellington), I Do It For Your Love (Paul Simon),

taurant Toots optreden (24 januari: Marlyn

Vlaamse productie. In de categorie jazz werd Pan

What A Wonderful World (Armstrong) en natuurlijk

Cane).

Harmonie (B-Flat) van Dré Pallemaerts (met Mark

zijn eigen wereldhit Bluesette.

De

Klara Muziekprijzen zijn toegekend in

zef Dumoulin) onderscheiden. Hij won het van de

Toots heeft ook een belangrijke

vijf genomineerden waaronder niemand minder

carrière gemaakt met opnames

dan Joe Lovano/Hank Jones (Kids), Ornette Cole-

voor soundtracks o.a. samen met

man (Sound Grammar), Kenny Werner (Lawn Chair

Quincy Jones de filmklassiekers

Society) en Peter Hertmans (Stone Sculpture). In

Midnight Cowboy en The Getaway,

de categorie Wereldmuziek won Wannes Van de

verder voor de speelfilms Turks

Velde met zijn cd In de Maat van de Seizoenen.

Fruit, Sugarland Express en Jean de

Naast de bekroning van de meest opmerkelijke

Florette en de televisiefeuilletons

cd-uitgaven, kent Klara een Carrièreprijs toe als

Sesamstraat, Baantjer en Witse.

eerbetoon aan een musicus van bij ons met inter-

Maar bovenal is Toots een unieke

nationale uitstraling. Voor 2007 werd deze prijs

performer die met alle groten van

toegekend aan Toots Thielemans.

het jazzfirmament op het podium

(foto: © Jos Knaepen)

Turner, Stéphane Belmondo, Bill Carrothers en Jo-

stond: Ella Fitzgerald, Bill Evans, Marc Van den Hoof bracht bij de uitreiking op 1

Oscar Peterson, Dizzy Gillespie,

december in het Muziekcentrum De Bijloke een

Gilberto Gil, Joe Pass, Shirley Horn,

spitante en uiterst rake lofrede aan Toots. Hij

Jaco Pastorius, Richard Galliano,

wees erop dat Toots de harmonica in de jazz heeft

Natalie Cole, Pat Metheny, John

moeten uitvinden. In de jazztijdschriften werd

Zorn… Sinds 1997 is Toots ook

voor de polls een eigen categorie gecreëerd: ‘Mis-

peetvader van Jazz Middelheim. Hij

cellaneous Instrument’, een categorie waar Toots

speelde er o.a. met Rob Franken

gegarandeerd nummer 1 staat. Wat wijlen Clifford

(1976), Roland Hanna (’81), Mar-

Brown het compliment ontlokte: “Toots, the way

tial Solal (’93), John Scofield (’95),

you play the harmonica, they should not call it a

Brad Mehldau (’97), Kenny Werner

miscellaneous instrument”.

(’99 en 2005), het Brussels Jazz

De ceremonie werd besloten met een minicon-

Orchestra o.l.v. Maria Schneider

cert van Toots in duo met zijn pianomakker Karel

(2001), Flat Earth Society (2003)

Boehlee. Op de hem eigen manier rakelde hij

en Lee Konitz (2007).

Bar Restaurant Toots (Crowne Plaza Hotel, Antwerpen)

Voor meer informatie: www.tootsthielemans.com

Jazzmozaïek 4/2007

19


R

E DOSSI

JAZZ

in Vlaanderen (2)

Luc De Baets

Gaat de overheid de

D

e eerste hoorzitting in oktober in het Vlaams Parlement met de commissie Cultuur, Jeugd, Sport en Media onder voorzitterschap van Dany Vandenbossche, heeft in ieder geval een aantal zaken duidelijker gesteld. Simon Korteweg heeft er eerst zijn nota toegelicht, waarna een vertegenwoordiging van de jazzwereld met Peter Hertmans, vertegenwoordiger van muzikanten en docenten, Bertrand Flamang, festivalorganisator, Rik Beverrnage, directeur van Kunstencentrum De Werf en Stef Coninx, directeur van het Muziekcentrum Vlaanderen, de verschillende luiken verder uit de doeken heeft gedaan. Uit die lange hoorzitting halen we een paar belangrijke momentopnamen.

Apart jazzdecreet? Op de vraag of er al dan niet een apart jazzdecreet moet komen, wijzen o.a. Korteweg en Bevernage er op dat de zogenaamde vakjesmentaliteit een realiteit is en dat dit zeker bij de start moet behouden blijven. Simon Korteweg wijst er op dat dit in de platenzaken nog steeds het geval is. “Zo zit de wereld nu eenmaal in elkaar. Als politicus kan je stellen dat je dat allemaal op een hoop gaat gooien, maar ik pleit ervoor om eerst de inhaaloperatie te voltooien en dat nadien te bekijken.” “Volgens mij is er zeker tijdelijk een grotere ondersteuning van jazz nodig. Op langere termijn moet ernaar worden gestreefd dat iedereen er op zijn eigen manier mee omgaat. Kleine, zorgvuldig neergelegde impulsen kunnen grote effecten hebben. Mensen, organisaties of projecten die helemaal zelfstandig niet of nauwelijks van de grond komen, kunnen met steun van minimale stimuli vaak veel bereiken.” Rik Bevernage: “Ik ben een voorstander van schotten in het decreet. De huidige populariseringsgolf is zeer duidelijk voelbaar en de

20

Jazzmozaïek 4/2007

jazz nu echt serieus nemen? De studie van Simon Korteweg Meer armslag voor jazz blijft de geesten beroeren, vooral van organisatoren, promotoren en muzikanten. In de debatten tijdens de Flemish Jazzmeeting in september werd een en ander afgetast met de buitenlandse vertegenwoordigers.

kleinere, moeilijkere genres zijn het eerste slachtoffer omdat ze geen economisch evenwicht vinden. Ik vind het belangrijk dat de mensen uit het mooie netwerk aan culturele centra dat Vlaanderen rijk is, warm worden gemaakt om hun nek uit te steken.” Over het niveau van onze muzikanten stipt hij aan dat ze nu internationaal mee kunnen draaien. En over de kosten: “De jazzmuziek heeft geen economische balans en het is dus niet vanzelfsprekend om de kosten voor een band voor verplaatsing, lonen en dergelijke, betaald te krijgen.”

schik over twee mensen om heel de muzieksector uit Vlaanderen te promoten. Als jazz daarvan een zesde deel uitmaakt, dan is dat mooi verdeeld. Is het te weinig? Natuurlijk is het dat!”

Media Op vraag van parlementslid Bart Caron hoe het zit met de verhouding tussen media en jazz gaan de poppen aan het dansen.

Rik Bevernage: “Ik vind het belangrijk dat de mensen

Stef Conincx: “Ik ben absoluut geen voorstander van een apart jazzdecreet. Het muziekdecreet stipuleert heel specifiek dat het Muziekcentrum Vlaanderen een gelijkwaardige behandeling van de verschillende genres hanteert. Dat is een gezonde benadering, die ook is overgenomen in de missie van Muziekcentrum Vlaanderen. Ik beStef Conincx: “Uit het respect voor jazzmusici blijkt trouwens ook de meerwaarde van de muziekvorm. Zowel klassieke

als rockmuzikanten beschouwen jazzmuzikanten eigenlijk als de meest volmaakte muzikanten. Ze hebben een on-

waarschijnlijke technische bagage, improvisaties waarop men alleen maar jaloers kan zijn en moeten hoe dan ook over een groot compositorisch talent beschikken: zij zijn de top. Een andere belangrijke meerwaarde van jazz is zijn vernieuwende kracht. Waar binnen de traditionele klassieke muziek alleen maar vernieuwde lezing van een bestaande partituur mogelijk is, kan de jazzmuzikant noten vervangen en nieuwe noten spelen. Er is dus meer expliciete mogelijkheid tot vernieuwing.”

uit het mooie netwerk aan

culturele centra dat Vlaanderen rijk is, warm worden gemaakt om hun nek uit te steken.” Rik Bevernage: “Op de VRT worden de specifieke jazzprogramma’s weggelaten. Jazz zou in alle programma’s mee opgenomen worden. Resultaat daarvan is dus dat echte jazz en vooral jazz ‘met ballen’ gewoon verdwenen is. Alleen af en toe wat easy listening en mainstream programmeren, werkt niet. Het is een probleem van commercialisering.” Bertrand Flamang: “De media zijn niet noodzakelijk de schuldige in dit verhaal, want er is ook een grote vervlakking merkbaar in de media-aandacht. Grote events zoals georganiseerd door de grote concertzalen en festivals, worden vaak nogal op een scheve manier bekeken in de creatieve sector.” Bart Caron: “Voor bepaalde artiesten uit eigen land kan het toch, zij het dan wel deze gesteund door een platenmajor.” Bertrand Flamang: “Dré Pallemaerts gaat drie dagen op rij een cd voorstellen in Parijs in de Sunset Het gaat om werk met de top


van Belgische en Amerikaanse muzikanten, uitgebracht door een Frans label. Het is in kranten als Le Monde en gespecialiseerde media uitvoerig bejubeld als een uitzonderlijke cd. De cd wordt dus niet in ons land maar in Parijs voorgesteld. Daarop speelt ook een jonge toetsenist mee, Jozef Dumoulin, een onwaarschijnlijk talent. Zo’n mensen moeten de media mee warm maken. We hebben alle journalisten opgebeld om die voorstelling te verslaan. Slechts één journalist kreeg in onze Vlaamse media ruimte voor dit unieke jazzgebeuren. Dat is toch ongehoord!” Simon Korteweg wijst als media-expert op de ongenadige concurrentie; kranten concurreren met gratis bladen, televisie en internet. “Alle minderheidsdingen verdwijnen uit de massamedia. Dat is een fact of life en daarover zielig gaan doen, verandert niets. Het betekent wellicht dat er op termijn wel kleinere media zullen ontstaan die de specialismen zullen bedienen. Jazz zit in die visie dus niet in een aparte sfeer. Men moet vechten of bijzondere dingen bedenken om in de kijker te lopen.”

Het kunstonderwijs (DKO) Peter Hertmans: “De vraag wat er gebeurt met al de studenten die uit de conservatoria afstuderen, is nog niet beantwoord. Er wordt opgemerkt dat mensen die een diploma willen, naar een conservatorium stappen en zo automatisch in het DKO (deeltijds kunst onderwijs) terecht komen. In opvolging van de akkoorden van Bologna is men overgestapt naar de Bachelor-Masterstructuur. De conservatoria kennen nu dus een drie-tweestructuur, terwijl dat vroeger omgekeerd was. Er zijn drie bachelorgraden en twee mastergraden. Met de twee kandidaturen van weleer had men nog niets, nu na drie jaar een bachelorgraad. Voor het eerst moest ook de invulling van de mastergraad bepaald worden. Eigenlijk keert men dus terug naar het systeem dat al lang in Nederland wordt gehanteerd: de keuze tussen docerend en uitvoerend musicus.”

Besluit

Reactie Simon Korteweg

was het de eerste keer, dat er in het parlement zo lang en intensief over jazz is gedebatteerd.

Wij polsten de auteur van de studie, Simon Korteweg, over deze belangrijke hoorzitting en de mogelijke gevolgen. Simon Korteweg: “De hoorzitting in het Vlaamse Parlement heeft op mij zeker een positieve indruk gemaakt. Van de leden van de commissie waren meer aanwezig dan bij dit in politiek opzicht niet erg opwindende onderwerp verwacht mocht worden. Bovendien duurde de zitting een uur langer dan bij een onderwerp van deze aard gebruikelijk is. Wij hadden als delegatie vanuit het veld onze inleidingen behoorlijk kort gehouden. Maar de parlementsleden gingen uitvoerig in op de vraagpunten die de nota terecht bij hen had opgeroepen, zoals - Zijn de cijfers over het publieksbereik van jazzconcerten etc. in Vlaanderen wel correct? - Wordt jazz werkelijk stiefmoederlijk behandeld in vergelijking met andere genres? - Wordt bij de jazzopleidingen wel genoeg aandacht besteed aan de zakelijke aspecten? - Bestaat niet het risico dat bij de jazz de afhankelijkheid van de overheid te groot wordt? - Past het verstrekken van meer geld aan jazz in ons beleid en welke gevolgen zou dat hebben voor andere genres? Er ontstonden al snel levendige discussies, waarbij de leden van de commissie actieve belangstelling toonden voor het onderwerp en voor de voorgestelde actiepunten. Volgens mij

Nu moeten we natuurlijk afwachten of de commissie een motie zal opstellen, wat er dan in staat en of die ongehavend door het parlement kan worden geloodst. Zou dat gebeuren, dan is volgens ingewijden de kans groot dat in de komende jaren de achterstand van de jazz flink wordt ingelopen. Het is intussen van groot belang dat het veld niet stil zit, maar zich beter organiseert. De leden van de delegatie die actief zijn in het Vlaamse jazzleven - Rik Bevernage (De Werf), Bertrand Flamang (Blue Note Festival) en Peter Hertmans (musicus en componist) – zijn er van overtuigd, dat er dringend een actieve groep uit het veld moet worden opgericht. Die moet de gerechtvaardigde verlangens en voorstellen van de sector verder uitwerken en vervolgens bespreken met de administratie en politici die er voor openstaan. Een ernstige lacune tot nu toe is, dat er van de kant van de musici tot nu toe geen enkel toonaangevend geluid of initiatief is gekomen. Nu is het moment gekomen om door te zetten teneinde al lang levende ideeën en eisen te realiseren en niet te wachten tot het manna misschien een keer uit de hemel valt. De anderen – promotoren, organisatoren, directeuren van zalen etc. – zijn er klaar voor. De stemming in het parlement is gunstig. Maar alleen met actieve inbreng en participatie van een aantal musici gaat het echt lukken.”

Wo.30/01 - CC Strombeek

Jan Rzewski/ Fabian Fiorini Erik Vermeulen Trio

in

Twee topgroepen uit de Belgische jazzscène op één avond

Vr.22/02 - CC De Ploter Ternat STROMBEEK Lady Linn & Her Magnificent Seven en TERNAT Shopping Tijdloze jazz opnieuw aan het swingen gebracht

Za.8/03 - CC De Ploter Ternat

Conservatoria Big Band Tour 2008 Triple Bill

Rik Bevernage besluit dat er een soort belangengroep moet komen die jazz ondersteunt. ”Of het dus een extra opdracht aan een bestaande organisatie is of de oprichting van een aparte organisatie, maakt voor mij niets uit, zolang er maar een opdracht is die het stimuleren van jazz nastreeft.”

Drie bigbands onder de vleugels van het Brussel Jazz Orchestra Info en reservaties: CC S T R O M B E E K Gemeenteplein, 1853 Grimbergen 02/263 03 43 of tickets@ccstrombeek.be www.ccstrombeek.be

Do.20/03 - CC Strombeek Bass Papa featuring Larry

Het nieuwe soul-blues project van Jan Meijers (Blue Blot)

CC D E P LOT E R Kerkstraat 4, 1742 Ternat 02/582 44 33 of info@ccdeploter.be www.ccstrombeek.be

Jazzmozaïek 4/2007

21


Luc De Baets

Jean-Pierre De Smet over New Orleans

“De muziek verandert maar de traditie gaat niet verloren”

J

Het boek New Orleans – de hartslag van de jazz, dat Gentenaar Jean-Pierre De Smet schreef (zie vorige editie) was voor ons de aanleiding voor een gesprek met de auteur. Over de muziek in de Crescent City gisteren en vandaag en New Orleans na Katrina.

(foto: archief J.P. De Smet)

(foto: archief J.P. De Smet)

ean-Pierre De Smet: “Het contact met de stad New Orleans is begonnen in 1957 – 50 jaar geleden – en heel toevallig ben ik daar beland. Ik had gekozen voor de zeevaartschool en ik was aan boord van de Mercator, het schoolschip, dat op zijn rondvaart ook New Orleans aandeed. De voorlaatste reis trouwens van de Mercator. New Orleans, de stad en zijn muziek hebben mij onmiddellijk veroverd. Daar heb ik dingen gezien, die tot dan toe weinigen KId Thomas Valentine en Rudy Balliu hadden gezien, de Eureka Brass Band met zijn second line bijvoorbeeld. Ik wou die stad in de toekomst nog bezoeken. Ik ben uit de marine gestapt en heb gekozen voor het onderwijs. In mijn vrije tijd is de interesse gegroeid voor deze stad en zijn muziek. Eerst en vooral de stad, met zijn historiek, architectuur, fauna en flora. Ik heb daar in al die jaren vele vrienden gemaakt. New Orleans behoort tot het diepe Zuiden van de V.S. en is een streek die me boeit. Met zijn Franse en Spaanse Alton Purnell invloeden straalt de stad een andere sfeer uit dan andere Amerikaanse steden. Het verbaast mij niet dat de jazz daar is ontstaan. Niet alleen daar natuurlijk! N.O. is nog Jean-Pierre De Smet: steeds de tweede grootste haven van de V.S. met “Die muziek had toen weinig een smeltkroes van volkeren, die allemaal hun concurrentie, er waren immers cultuur hebben meegebracht, wat geleid heeft tot nog geen Beatles. Bechet kwam een muzikale jambalaya. Ik ben er ondertussen ettelijke keren heen geweest, maar ben er ook in hier optreden, Kid Ory speelde in geslaagd vele andere mensen daarvoor warm te het PSK, Armstrong in de Gentse maken en te begeleiden op een reisje New Orlevelodroom (1959).” ans. Ik meen te weten dat niemand ontgoocheld is teruggekeerd.” oorspronkelijk een Gentse formatie, was gefasciNew Orleans Jazz in Europa neerd door opnames van Bunk Johnson en George Lewis en ook door Britse figuren als Ken Colyer. Jean-Pierre De Smet: “Het is een reeks van toe- Pierre en ik zaten samen op het St.Barbara colvalligheden, die gezorgd heeft voor de revival lege in Gent. Hij was wat ouder en ging toen al van de New Orleans muziek hier. Ten eerste gaat regelmatig naar Londen, waar hij Ken Colyer kon het om een reis, die de muziek uit New Orleans gaan beluisteren en waar hij voor de eerste keer heeft ondernomen, via Chicago, New York naar klarinettist George Lewis hoorde. Veel gebeurde in Groot-Brittannië. Dan is het ook hier begonnen. Gent, maar ook de Honky Tonk in Dendermonde Pierre Claessens, die bij ons als een van de grote speelde zijn rol. Het gebeurde allemaal in de jaren pioniers mag beschouwd worden, de stichter en 65-66: het ontstaan van de Jeggpap New Orleans nog steeds de leider van de N.O. Roof Jazzmen, Jazz band en de Honky Tonk Jazzclub in Dender-

22

Jazzmozaïek 4/2007

monde, The Roof Jazzband en de Lazy River Jazzclub in Gent en dan de Fondy Riverside Jazzband in ’t Veerhuis in Willebroek, de Superior Dance Band in Kortrijk. En het zwermde verder uit over Hoogstraten naar Nederland. In Nederland werd het meer de blanke Dixielandvorm. In Frankrijk is alles gestart met Sidney Bechet, die zijn stempel gedrukt heeft op de muziek van die tijd. In Nederland is het vooral de Dutch Swing College Band, die na de oorlog is beïnvloed geweest door blanke jazz uit New Orleans. Die zijn zo enorm populair geweest, dat er nu nog tientallen groepen in die stijl spelen. Het is pas in de jaren zeventig, na Vlaanderen, dat er interesse gekomen is voor de echte muziek uit New Orleans, met Louis Armstrong, Bunk Johnson, maar ook de revival ervan hier (Chris Barber in Engeland was heel populair). En mensen zoals Adam Olivier in Nederland. Nu krijgen we te maken met een aantal mensen, die meer en meer aansluiten bij de New Orleans muziek.”

Swingen op school Jean-Pierre De Smet: “We mogen ook de rol van Rudi Balliu niet onderschatten. Ook het feit dat Pierre Claessens, Jacques Cruyt en Walter De Troch binnen een straal van 100 meter in de Albertlaan woonden en mekaar stimuleerden door in de jaren vijftig naar dezelfde muziek te luisteren en later die muziek gingen spelen, hetzij op de zolder bij Pierre Claessens, vandaar de naam van The Roof Jazzmen, ofwel bij hun plaatselijke kapper. Ook Rudi Balliu en Romain Vandriessche kwamen daarbij aansluiten. Maar die interesse was er overal, vooral in de colleges, het Atheneum of het privé-onderwijs. Die muziek had toen weinig concurrentie, er waren immers nog geen Beatles. Bechet kwam hier optreden, Kid Ory speelde in het PSK, Armstrong in de Gentse velodroom (1959). Wat zeer eigenaardig is, is het contrast tussen de jazz in Vlaanderen, in Brussel en Wallonië. De traditionele jazz wordt gespeeld door amateurmuzikanten. In Brussel waren er mede door de dans-


orkesten van die tijd, heel wat geschoolde muzikanten ‘professionals’ die ook jazz speelden en nogal laatdunkend spraken over die amateurs uit Vlaanderen. Er zijn twee lijnen geweest, de jazz die voortdurend evolueert en de traditionele New Orleans Jazz, Music for All Occasions genoemd.”

Ontmoetingen

had 400.000 bezoekers. Dus het begint te leven, de winkels en de horeca doen goede zaken, maar de bevolking reageert goed. Het is zoals bij de tsunami in Thailand. Je hebt altijd beroepsklagers, maar ook mensen die niet bij de pakken blijven zitten en die vooruit willen, ook in N.O. Bovendien zijn er duizenden studenten en vrijwilligers, die de huizen mee helpen opbouwen. Maar zeggen dat men er naar streeft om een nieuwe stad te creëren zonder de arme zwarte bevolking, is onzin. Dat gaat te ver! Je weet, de pers houdt van sensatie en goed nieuws verkoopt moeilijk!

(foto: archief J.P. De Smet)

Wat zijn de hoogtepunten geweest in uw lange ervaring? Moeilijk, alles heeft te maken met ontmoetingen met andere mensen en bepaalde omstandigheden. Mijn eerste bezoek aan New Orleans is van Bij ons zijn ook een aantal hulpacties op gang doorslaggevende aard geweest. Hoewel ik nog gekomen. Heb je daar iets mee te maken? niets afwist van de stad of van de muziek. Ik zag Katrina heeft toegeslagen op maandag 28 augustus daar zowel de negatieve kanten, zoals de rassen- 2005. Enkele dagen daarna op 6 september is er in discriminatie, als de positieve, de muziek en de het Jazzcentrum in Dendermonde een bijeenkomst optredens - Preservation Hall bestond nog niet. geweest, waaruit een actiecomité is ontstaan, geDan was er mijn eerste bezoek aan Preservation naamd NOMA (New Orleans Musicians Aid) en zijn Hall in de jaren zeventig, waar ik de echte vete- al verschillende projecten in N.O. gesteund door ranen van de N.O. jazz zag optreden. Mijn eerste de giften op de rekening van NOMA. Maar overal ontmoeting met George Lewis, in de Ancienne Belgique in Gent. Die man had een bijzonder charisma en ten slotte mijn ontmoeting met Pierre Claessens. Al die feiten zijn van doorslaggevende aard geweest. Ook later toen ik andere mensen ontmoette, ik denk aan Etienne Hublau, waarmee ik ging samenwerken. Wij hadden een totaal verschillende achtergrond, maar we hadden de liefde voor die muziek als bindmiddel. Hij had bovendien het talent om mensen te Magnolia Brass Band motiveren en een organisatie op poten te zetten. En we hebben veel plezier gehad en fenomenale vrienden in Vlaanderen zijn quasi gelijktijdig nog acties gemaakt, overal ter wereld. ontstaan. We laten muzikanten van New Orleans hier werken. Wij hebben een benefietconcert op Hoe staan de zaken er voor na Katrina? stapel gezet op 9 december met gospel. Wat wij Ik ben na de rampzalige gebeurtenissen van 2005 niet doen is geldelijk bijdragen aan mega-orgaal twee keer ter plaatse geweest, verleden jaar zelfs nisaties (Rode Kruis, Leger des Heils), wij steunen met een groep van veertig mensen. Mijn antwoord concrete projecten ter plaatse. Zo komt de steun is een Jezuïetenantwoord m.a.w. het valt te bezien rechtstreeks bij de mensen zelf. Wij gaan echter wat je bedoelt. Als je spreekt van de toeristische nog verder dan hulp aan muzikanten, want er zijn kant van de stad, dan is alles vrijwel weer op zijn niet alleen muzikanten in N.O. natuurlijk. plooi, maar als je spreekt van de plaatselijke bevolking, vooral van de afgelegen zwarte en arme Brassbands volkswijken, dan is dat nog altijd even rampzalig. Er zijn 160.000 mensen, die nog wat verspreid zit- Uit sommige hoeken komt het verwijt dat N.O. ten over de V.S. en die de middelen niet hebben een toeristische attractie geworden, die totaal om terug te keren en hun hebben en houden terug uitgemolken wordt. op te bouwen. Kijk, het is gemakkelijk zoiets te verklaren als je het zelf niet hebt meegemaakt. Het evolueert naEn het French Quarter? tuurlijk. Maar zoals overal is er goede en slechte Daar hebben ze wat stormschade geleden, maar dit muziek, ook in New Orleans. Maar er blijven nog gedeelte is niet ondergelopen. Ook andere wijken altijd grote artiesten, ook onder de jonge menbleven gespaard. Mardi Gras en de festivals gaan sen. Brassbands – en er zijn er een pak – zijn er opnieuw door. Het laatste New Orleans Jazz Festival in alle vormen, in de traditionele vorm en in een

hedendaagse vorm. De jazz is nog lang niet dood. Dank zij de Marsalis familie is er een nieuwe generatie opgestaan met als sleutelfiguur papa Ellis Marsalis, die een generatie heeft klaargestoomd, waar zijn zonen (Branford, Delfeyo, Wynton) toe behoren, maar ook Leroy Jones, Terence Blanchard en Lucien Barbarin. Die mannen vergeten de traditie niet. Neem nu bv. moderne brassbands zoals The Dirty Dozen, The Rebirth Brass Band enz… Die spelen andere ritmes, andere liedjes, meer van deze tijd, maar even goed een ouwe traditional als Bourbon Street Parade. De muziek verandert maar de traditie gaat niet verloren. Ook niet bij een Dr. John of Harry Connick of destijds Fats Domino. Dave Bartholomew, Fats alter ego, is nu nog steeds actief in New Orleans. Bestaat er eigenlijk nog een New Orleans scene? Zijn er nog jonge mensen die daar in geïnteresseerd zijn? Er zijn nog een achttal verenigingen die deze muziek programmeren. Maar wat we wel vaststellen is dat er hier bij ons minder jonge mensen geïnteresseerd zijn en dat bij het publiek een ernstige vergrijzing is vast te stellen. Maar dat is niet overal zo. In Dresden bv. is er een festival waar tienduizenden mensen op afkomen. De N.O. Train Jazzband gaat daar soms spelen. Die muziek zal nooit de massa aanspreken. Maar het verdwijnt niet. Ik organiseer zelf een aantal concerten. We hebben telkens zo’n 100 mensen. De leeftijd ligt zowat boven de vijfendertig. Jonge mensen hebben andere interesses en hebben niet de gewoonte stil te zitten en rustig naar muziek te luisteren. Ook het contrast met de moderne jazz is vrij groot. Hoe sta je tegenover de jazzwereld in Vlaanderen? We zijn met niet zoveel en toch is er geen samenwerking. Iedereen doet gewoon wat hem zint en houdt geen rekening met andere organisaties. Men denkt van de collega’s meer in de zin van concurrenten, die het publiek van een ander willen afsnoepen. Maar dat is toch absurd. Het zou het tegenovergestelde moeten zijn. Gezien we allemaal die muziek willen promoten, zouden we moeten samenwerken. Op één of andere manier. Maar men is over het algemeen bang dat men zijn autonomie gaat verliezen. Het initiatief van het Jazzcentrum in Dendermonde bewijst dat het ook anders kan. Het gaat veel breder dan de Honky Tonk alleen. Waar ben je nu mee bezig? Ik heb wat ik noem vertelbeurten. Het woord voordrachten is wat misplaatst. Ik heb vijf jaar aan dit boek gewerkt. Ik begeleid reizen naar New Orleans. Mijn dagen zijn goed gevuld.

Jazzmozaïek 4/2007

23


Jack’s Groove

Joe Zawinul “The early Years” Jack van Poll Toen ik op m’n achttiende van de Amsterdamse Grafische School gegooid werd, omdat ik ’s avonds meestal in de Sherehazade (destijds het Mekka van de Jazz) rondhing, om daar met de Diamond Five, Wessel Ilcken Combo, Rita Reys en aanhang door te zakken, werd ik tijdens de winter van ’52 door mijn vader verbannen naar

n Wuppertal stond een Kunstacademie met een grafische afdeling en daar heb ik het toen 6 jaar uitgehouden. Ik verdiende de kost als werkstudent en ging voor het eerst geld verdienen als muzikant. In die tijd was Rheinland Westfalen een bruisend centrum van de jazz met twee jazzketens in de vooraanstaande steden: de Tabu Jazzclubs en de Bohème Jazzkelders. Ik speelde van Aken tot Essen, maar op een dag ontdekte de baas van de Bohème Jazzkelder in Wuppertal, waar ik regelmatig speelde, dat ik vier talen sprak en dus moest ik in een kostuum ’s avonds de gasten met GutenAbend/ BonSoir/GoodEvening/GoeienAvond begroeten. Het is daar dat ik Joe (toen nog Josef) Zawinul ontmoette. Hij herinnerde zich nog dat hij mij had horen spelen op een Jazzfestival in Düsseldorf en het duurde niet lang of hij gaf mij les, s’avonds voordat de club openging. Hij speelde in het combo van de Weense klarinettist Fatty George en in die tijd werden die toerende bands meestal voor twee weken geboekt in dezelfde club. Mijn viertalig bijbaantje verveelde me al gauw en ik ging weer spelen in het circuit en werd gevraagd om als pianist in de band van bluesshouter Al “Fats” Edwards plaats te nemen. Er zaten 2 blazers in de band: Karl Drewo op tenorsaxofoon en Joe Zawinul op…Eb trompet.

(foto: © Jos Knaepen)

Duitsland.

I

Joe Zawinul

24

Jazzmozaïek 4/2007

Nou, dat werd een feest! Straight forward spelen en grooven als de neten! Karl en Joe waren dikke Oostenrijkse vrienden en Edwards trok elke avond een volle bak. Ik herinner me uit die periode een gesprek wat ik ’s avonds laat had met Joe over onze toekomst als jazzmuzikant. Wij scheelden twee jaar in leeftijd en ik had toch wel vraagtekens bij het kiezen van jazzmuzikant als beroep. De aanleiding was dat er in de bar van de club waar wij toen speelden een oude pianist op een Farfisa orgeltje, blijkbaar levenslang, van die armoedige standards zat te spelen. Joe wist toen al precies wat hij wilde: geld sparen voor Berklee School of Music en daarna zijn geluk beproeven op de Amerikaanse jazzscene. We zijn elkaar sindsdien een paar jaar uit het oog verloren. Onze volgende ontmoeting werd haast een historische ontmoeting. In 1958 keerde ik terug naar Roosendaal en ging ik de grafische industrie in. Het bestuur van de Koninklijke Federatie van Nederlandse Boekdrukkers werd eind 1959 door Kodak uitgenodigd om tijdens de grafische tentoonstelling in Columbus Circle in NYC hun gast te zijn. Mijn vader was lid van dat bestuur, maar had destijds andere verplichtingen en ik mocht mee op zijn ticket. Toen ik met al die oude bestuursleden in het hotel aankwam lagen daar bij de balie uitnodigingen voor de musical The Sound of Music (with compliments of Kodak). Ik heb daar beleefd voor bedankt, maar gelukkig waren er meer ‘grafici’ die dat gejodel van de familie von Trapp niet zagen zitten en eerder belangstelling bleken te hebben voor een bezoek aan Birdland waar ik hun onderweg al over plat gepraat had. Als een ‘rattenvanger van Hamelen’ leidde ik de fanclub de oude Birdland binnen. Toen nog op de hoek van Broadway en 52nd Street. The Maynard Ferguson Big Band stond op het hoofdmenu en ofschoon het niet mijn favoriete bandje was, kon ik niet klagen. En wie zat er achter de vleugel? Vers van Berklee, m’n oude maat Joe. Hij maakte een teken dat we elkaar in de pauze zouden zien. Toen hij op me af kwam zei hij “and you worried about your future. Man you look like you made it, in your fancy three piece suit!” Ik legde hem uit dat ik in NYC was ‘on business’. Ik beloofde hem nog langs te komen, maar het is er toen niet meer van gekomen. Hij heeft toen in september (’59) nog een plaat gemaakt in New York met George Tucker op bas en Frankie Dunlop op drums met 10 standards uit The American Songbook. De plaat is intussen op CD uitgebracht bij Fresh Sound Records en ligt hier voor me. In 1984 toen ik in de band van Lionel Hampton werkte, vertelde Hamp mij dat er nog een andere ‘Dutchman’ als pianist in zijn band gewerkt had, die het intussen helemaal gemaakt had, ene Joe Zawinul. Ik vertelde hem dat Joe uit Wenen kwam. Joe heeft het niet alleen helemaal gemaakt, hij was vooral ook een toffe gast met veel humor en een bescheiden karakter. Hij kijkt daarboven nu vast op ons neer. Op weg naar Miles, it is just Seven Steps To Heaven. Have a nice one Josef, we’ll miss you.


Album Souvenir

Mike Zwerin Marc Van den Hoof Hoe zou het met Mike Zwerin zijn? Misschien moet ik maar eens proberen via het internet. Vroeger had ik een collega die de International

Herald Tribune las en me geregeld attent maakte op de één of andere bijdrage van Zwerin, ventieltrombonist én jazzschrijver.

H

et moet gezegd: de trombonist heeft het wellicht het verst geschopt toen hij nu bijna zestig jaar geleden heel even deel uitmaakte van het fameuze Miles Davis nonet, waarin hij heel even J.J. Johnson of Kai Winding verving – de line-up die in september ’49 in The Royal Roost speelde en waarvan een live opname bewaard is gebleven. Toen in 1998 The Complete Birth Of The Cool werd uitgebracht – de studiosessies en het Roost-optreden verzameld – was Zwerin één van degenen die in het cd-boekje aan het woord kwamen. Hij vertelt o.m. hoe hij Miles Davis op den duur toch maar eens heeft gevraagd waarom die precies hem had geëngageerd voor de vervanging, en hoe Miles Davis kortaf antwoordde: ‘I liked your sound’. En dat is het precies wat Mike Zwerin ook als schrijver heeft: een onmiskenbare eigen sound. Ik weet nog goed hoe ik in een, vrees ik inmiddels ter ziele gegaan modern antiquariaat in Antwerpen – Het Landschap? – een boekje kocht van Mike Zwerin, die ik toen alleen kende omdat hij in Parijs woonde en z’n naam af en toe opdook in de Franse jazzbladen. Het heette, denk ik, Close Enough For Jazz – denk ik, zeg ik, want het is het zoveelste boek dat ik aan iemand, ik weet trouwens wie, heb uitgeleend en nooit teruggekregen: ‘verloren gelegd, sorry!’ – en het was verfrissende lectuur. Later heb ik z’n boek La Tristesse de Saint-Louis gelezen en ergens gerecenseerd: over de Duitsers en de jazz in de tweede wereldoorlog. Het begon in Luik met het verhaal van Nicolas Dor, de man die indertijd op de Luikse RTB samen met Jean-Marie Peterken de uitzending Jazz pour tous maakte en één van

de organisatoren van het festival van Comblain is geweest. Dor was aan verplichte tewerkstelling in Duitsland ontsnapt omdat hij een collectie jazzplaten had waar een Duitse officier die ook van jazz hield graag af en toe een avondje kwam van profiteren. Een tikkeltje collaboratie. Maar daar ging het boek ook over: over diverse soorten ‘zachte’ collaboratie. Via het verhaal van Django Reinhardt die ook wel bereid geweest was voor de vijand op te treden, maar die op die manier tegelijk mensenlevens had weten te redden, tot Zwerin z’n eigen verhaal: hoe hij als jazzman van Joodse afkomst in het toenmalige Zuid-Afrika voor een blank publiek negermuziek gaat spelen. Een mooi boek ook weer, o.m. omdat feit en fictie er op ingenieuze wijze in met elkaar verstrengeld raakten. Het is jammer genoeg ook zoek geraakt, zij het in wat begrijpelijker omstandigheden: de tweede wereldoorlog-onderzoeker aan wie ik het had uitgeleend, moest plots een heelkundige ingreep ondergaan en overleefde het niet. Hij was een vrijgezel en z’n boeken zijn toen aan de één of andere bibliotheek geschonken, La Tristesse incluis. Eén keer heb ik Zwerin ontmoet. Op de voorstelling in een Parijse jazzclub van een albumpje waarop Toots Thielemans een aantal Franse deuntjes vertolkte. Een min of meer bejaarde beatnik, geheel in het leder gekleed - ik dacht: dat moet Mike Zwerin zijn. En inderdaad. Een joyeuze man die Juul Anthonissen en Ilan Oz bleek te kennen, en die gul was met al de verhalen die hij kende, die hij al had opgeschreven of nog zou opschrijven. I lked his sound. Definitely. Onvervangbaar.

THE JOHN SCOFIELD TRIO & HORNS WOENSDAG 9 APRIL 2008 – 20u15

MEER CONCERTEN OP WWW.HANDELSBEURS.BE

INFO & TICKETS: HA’ndelsbeurs - Kouter 29 - 9000 Gent - 09 265 91 65

HA_JazzMoz_def2.indd 1

19-11-2007 Jazzmozaïek 4/2007 25 15:14:12


Swing Streets of New York

Open oor Paul Blair (correspondent Jazzmozaïek in New York)

Het was nog eens echt aangenaam om een groep van 27 Noorse jazzliefhebbers een hele week rond te leiden. Velen waren voor het eerst in NYC. Overdag verkenden we de bezienswaardigheden in Manhattan, Brooklyn en Queens.

’s

Avonds ging een aantal van hen genieten van muziek in een van de vele locale clubs: Randy Weston trio in Birdland, Martial Solal in de Village Vanguard, Dianne Reeves in het Metropolitan Museum, Ralph Bowen’s uitstekende kwintet (met trompettist John Swana, gitarist Peter Bernstein, orgelist Sam Yahel en drummer Brian Blade) in Smoke, gitarist Lionel Loueke in de Jazz Gallery, percussionist Bobby Sanabria met een verrassende Latin bigband in Dizzy’s, enz.

Met zijn allen woonden we een concert bij van Karin Krog, die de groep begeleidde en in Oslo woont. Begeleid door pianist Steve Kuhn en bassist David Finck, bracht ze twee memorabele sets in de nieuwe in Greenwich Village gesitueerde Cachaca. Ze bewees nog maar eens een van ’s werelds beste jazzvocalisten te zijn. Op eigen initiatief ben ik recent naar enkele aangename concerten geweest: Clark Terry als leider van een groep uitmuntende vaste waarden (Jimmy Heath, Benny Powell, Barry Harris, Earl May en Tootie Heath) in Flushing Town Hall, Maria Schneider’s indrukwekkende orkest in de Jazz Standard, Vince Giordano’s altijd aanstekelijke ensemble in South Orange (New Jersey), pianist Andy Laverne en orgelist Gary Versace samen in Kitano (gelukkig opgenomen voor het Steeplechase label), de nog steeds opmerkelijke Jimmy Scott in Iridium, en Bill Frisell in de Blue Note. Tenslotte nog Ted Curson’s Spirit of Life groep die de topact was op een minifestival dat in een nieuw delicatessen groothandelscomplex Whole Foods in East Village plaatsvond. Yusef Lateef was daar ook en signeerde zijn nieuw verschenen autobiografie.

(foto: © Jos Knaepen)

De Thelonious Monk International Jazz Competition 2007 koos dit keer voor trompet als categorie. In het Tribeca Performing Arts Center (Lower Manhattan) konden de topdeelnemers als leader van een eigen groep optreden. Jean Caze uit Haiti, die tweede eindigde, mocht als eerste optreden. Binnen enkele weken volgt Michael Rodriguez, die me al opviel met het Charlie Haden Liberation Music Orchestra, en tweede eindigde. En uiteindelijk zal ook de ultieme winnaar, de in Nigeria geboren Ambrose Akinmusire, daar te zien en te horen zijn.

Ambrose Akinmusire, winnaar van de Thelonius Monk International Jazz Competition 2007.

26

Jazzmozaïek 4/2007

Zelfs de meest toe-

gewijde jazzfan brengt het niet op elke avond clubs af te schuimen. Zelf beken ik de laatste tijd veelal thuis muziek te hebben beluisterd. Wat me het meest aansprak was op dvd, namelijk de tweede reeks Jazz Icons die door het klassieke label Naxos wordt uitgebracht. En dat terwijl ik nog maar nauwelijks bekomen was van de in 2006 verschenen reeks van negen sets met zeldzame opnames van Armstrong, Monk, Gillespie, Blakey, Chet Baker, Ella Fitzgerald, en bigbands geleid door Basie, Quincy Jones en Buddy Rich. Nu gaat het om zeven dvd’s, telkens 60-90 minuten, met Ellington, Brubeck, Coltrane, Mingus, Dexter Gordon, Sarah Vaughan en Wes Montgomery voor een Noord-Europees publiek in zowel concertzalen als tv-studio’s midden de jaren 60. Van de zeven zijn er liefst vijf met opnames in België! Het optreden en verfilmen gebeurde in een periode dat de Amerikaanse televisienetwerken nauwelijks jazz programmeerden (wat overigens nog altijd vandaag het geval is). Onze jazzidolen in de fleur van hun leven zien en horen dankzij het open oor van Europese zenders is zeer verrijkend. De Jazz Icons dvd’s zijn als set of afzonderlijk te verkrijgen. Je kunt ze kopen via de gekende speciaalzaken of via online winkels. Op YouTube ‘vertoeven’ wordt alvast een van de meest tijdrovende activiteiten van de 21ste eeuw. Begin je met een videoclip te bekijken, dan beland je algauw bij een andere en nog een andere, net zoals je het niet laten kan nog een nootje te grabbelen. Maar er valt zoveel interessants aan jazz te ontdekken, dat je het niet meer kunt negeren. Zo ben ik bij het verkennen van de videosite gebotst op enkele fascinerende fragmenten: Misha Mengelberg’s ICP die Criss Cross speelt, het MJQ met Django, een opname van 1991 van het Tommy Flanagan trio die Raincheck brengt in een niet vermelde Keulse club, recente Joshua Redman opnames, een gitarist van North Carolina, Kevin Van Sant, die een gratis 13 minuten durende les geeft hoe je de baslijnen à la Joe Pass speelt, en een hilarische parodie op gemediatiseerde jazz The Best of Jazz Club genaamd. Maar let wel, als je later opnieuw die clip wilt zien, is het goed om die in je favorieten op te slaan, want die zou anders wel eens moeilijk opnieuw te vinden zijn. Onze correspondent Paul Blair woont in Brooklyn, brengt maandelijks in New York het jazz magazine Hot House uit en gidst groepen langs minder bekende en historisch belangrijke paden door The Big Apple. Voor meer info over de walking tours: www.SwingStreets.com.

(vertaling: Bernard Lefèvre)


Holland Muziekland

Amusementsmuziek Mischa Andriessen Jazz is amusementsmuziek. Met die opmerking laat je de ene muzikant ontploffen van woede, terwijl de andere zwelt van trots. Beide reacties zijn begrijpelijk. Er is hevig gevochten om jazz meer te laten zijn dan veredelde barmuziek waar je met een gerust hart doorheen kunt praten of anders-

(foto: © Jos Knaepen)

zins lawaai mag maken.

Joseph Bowie

G

evochten voor betere opnamemogelijkheden, een goed zaalgeluid, acceptabele arbeidsomstandigheden en een faire royaltyregeling. Dat begon zo ongeveer bij Charlie Parker die de behandeling opeiste waar hij recht op had, maar het heeft lang geduurd eer hij gelijk kreeg. Zelf heeft hij dat bij lange na niet meer meegemaakt. Daar staat tegenover dat jazz ontegenzeggelijk zijn wortels heeft in de vertierindustrie. Het begint al bij de naam – al is daar het laatste woord nog niet over gezegd – die afgeleid zou zijn van jasmijn, het parfum dat de meisjes in bordelen gebruikten. Jazz mag dan inmiddels keurig gekapt en fris gewassen zijn, de geur van gokpaleizen en gemene vrouwen is voor de fijne neus nog altijd te bespeuren. In de inmiddels op DVD verkrijgbare documentaire Kid Dynamite, Surinaamse swing op de Zeedijk vertelt Hans Dulfer dat hij in de jaren vijftig toch wat neerkeek op de muzikanten in uitspanning Casablanca, die niet te beroerd waren een populair wijsje of een Zuid-Amerikaans dansnummer tussendoor te spelen en hun spel met een showtje op te leuken. Waarschijnlijk heeft Dulfer daar geleerd hoe je het publiek kunt vermaken. Iets waar al lang niet meer laatdunkend over wordt gedacht. Het lijkt of steeds meer Nederlandse muzikan-

ten er geen moeite meer mee hebben dat jazz ook dansmuziek kan zijn. Ook het publiek dat de muziek tegenwoordig gemakkelijk zittend kan beluisteren in een perfect geoutilleerde zaal als het Bimhuis, verlangt nu en dan naar een dampend optreden in een afgeladen club. New Cool Collective, de groep waar Benjamin Herman en Anton Goudsmit elkaar vonden, was dat betreft een van de wegbereiders en Hermans kwartet The Itch, met diezelfde Goudsmit en de onovertroffen Ernst Glerum en Han Bennink in de ritmesectie, is minstens even goed in staat een publiek de dansvloer op te krijgen. Vooral in Rotterdam heeft dat idee navolging gekregen. Eric Vloeimans is bijvoorbeeld met zijn elektrische groep Gatecrash een stuk extraverter geworden. Andere bands zoals State of Monc en Monsieur Dubois zoeken nadrukkelijk de aansluiting bij het dance circuit. Door jazz te mixen met de modernste beats komen zij tot muziek die beter gedijt in hippe clubs dan in traditionele concertzalen. Op de laatste editie van The Hague Pure Jazz speelden beide groepen in een zaal waar de stoelen waren weggehaald en een bar was neergezet. Een groot succes. De muziek van State of Monc en Monsieur Dubois schuwt het vermaak niet, maar de musici zijn voor alles jazzmuzikanten gebleven die naar hartelust improviseren en hun instrumenten uit de kunst beheersen. Op de laatste cd van Monsieur Dubois speelt Joseph Bowie een belangrijke rol. Iemand die bij Defunkt al bewees dat je tegelijkertijd kunt swingen en schuren. De nieuwe Rotterdamse muziek vindt een perfecte entourage in de trendy uitgaansgelegenheden die achter elkaar aan de Kop van Zuid verrijzen. Niet lang geleden was dit cultureel braakland. Er was niets dan de terminal van de Holland-Amerikalijn, alleen voor dromers en fantasten het vertrekpunt van de spannendste reizen. Nu is het de trots van Rotterdam. De stad die de jazz weer in het hart gesloten heeft en bij de tijd is gebleven. Zelfs het podium dat momenteel zo’n beetje de beste jazzprogrammering van Nederland heeft, Lantaren-Venster, verhuist daarheen. Dat is voor sommigen even slikken. Amusement en nostalgie horen beide bij jazz, maar ze gaan verdomd slecht samen.

JAZZFLITS DE JAZZNIEUWSBRIEF

LEES HET NIEUWSTE NUMMER OP

www.jazzflits.nl

Jazzmozaïek 4/2007

27


Jazz’NPulz presenteert vijf nieuwe releases

bmcd75391

Ivan Paduart (piano, synthesizer) Fay Claassen (vocals) David Linx (vocals) Toon Roos (tenor- and soprano saxophone) Philippe Aerts (double bass) Bart De Nolf (bass on “crossroads”) Joost van Schaik (drums)

bmcd75389

Marzieh Reyhani (vocals, palmas) Friederike Darius (flute) Sjoerd Dijkhuizen (tenor saxophone, bass clarinet) Maarten van der Grinten (guitar) Jurandir Gomes (bass guitar, vocals) Enrique Firpi (drums) Alaor Soares (percussion)

bmcd75390

PETE’S GRoovE Piet Noordijk (alto saxophone) Jack van Poll (hammond organ) Martijn van Iterson (guitar) Frans van Geest (bass) Gijs Dijkhuizen (drums) MIShA MENGELBERG / PIET NooRDIJK QuARTET Piet Noordijk (alto saxophone) Misha Mengelberg (piano) Ruud Jacobs (bass) han Bennink (drums) PIET NooRDIJK BoPTET Piet Noordijk (alto saxophone) Rik Mol (trumpet and fluegelhorn) Peter Beets (piano) Marius Beets (bass) Joost Patocka (drums)

bmcd75387

Jurek Cruysberg (electric and acoustic guitars) Mike Roelofs (keys) Ryan Carniaux (trumpet) Marcel Joosten (flute) Arjan Kerren (electric bass and fretless bass) Ron van Stratum (drums and ‘jungle percussion’) Sjoerd Rutten (drums and small percussion) Léon Bartels (live effects)

bmcd75388

Niels Tausk (trumpet & flugelhorn) Ferdinand Povel (tenorsax) Peter Beets (piano) Jos Machtel (bass) Joost van Schaik (drums)

ook tE bEstEllEn via www.jazzimpuls.com ExclusivEly licEnsEd by www.jazzimpuls.com, www.challEngErEcords.com


Jazzmozaïek klasseert in deze rubriek de cd’s (nieuwe releases en heruitgaven) in alfabetische volgorde en illustreert het betere werk met de afdruk van de hoesjes. Een eenvoudig sterrensysteem staat symbool voor de globale beoordeling van iedere plaat door de ondertekenende recensent.

Redactie: Mischa Andriessen I Luc De Baets I Peter De Backer I Dirk De Gezelle I Chris Joris I Bernard Lefèvre I Jaap Ludeke I Guido Ros I Marc Van de Walle I René Vandewalle

* = ontgoochelend ** = kon beter *** = goed **** = beter ***** = CD

DEADLINE: Te bespreken cd’s, dvd’s en ander audiovisueel materiaal graag ten laatste op 5 februari 2008 op de redactie: Jazzmozaïek, Bruggestraat 105, 8755 Ruiselede

Muzikantenlabels

D

e Nieuw op cd rubriek in Jazzmozaïek heeft, al bestrijken we een relatief klein taalgebied, ook zijn weerklank in het buitenland. Niet alleen wordt onze postbus op de redactie regelmatig gevuld met zendingen uit Nederland, maar evengoed uit Frankrijk, Duitsland, Italië, Spanje en zelfs uit de VS. Het internettijdperk is daarvoor wellicht verantwoordelijk. Een besproken cd kan de lezer immers verder leiden naar de website van de artiest en zo komt de promotie en wellicht de verkoop op gang. We spreken hier duidelijk niet over de grote labels die internationaal verdeeld worden, maar over de muzikantenlabels, die u steeds meer in onze kolommen zult terug vinden. Dit betekent dat van dergelijke releases hier geen distributeur bestaat en dus geen voorraad in de winkel voorhanden is, maar alleen aankoop via het internet. Toch zijn er gespecialiseerde handelaars te vinden – zie onze lijst – die de liefhebber met raad en daad kunnen bijstaan en zelf een aantal hier niet gedistribueerde labels invoeren. Luc De Baets

Myriam Alter Where Is There

Enja Records/Codaex – 50:10 ( )

*** * Myriam Alter nam in De Belgische

het verleden twee platen op als pianiste, maar heeft zich nadien volledig toegelegd op het schrijven van muziek. Where Is There is de tweede cd waarop ze haar composities niet zelf vertolkt. Typerend voor Alters muziek is de versmelting van ZuidAmerikaanse en Oriëntaalse muzikale invloeden. Door de inbreng van bassist Greg Cohen en drummer Joey Baron klinkt in de verte verwantschap met John Zorns aan Joodse kamermuziek gewijde Bar Kokhba. Opvallend is ook de zeer warme sound die wordt gecreëerd waarmee de melancholische sfeer aangezet maar niet overdreven wordt. De muzikanten zijn stuk voor stuk van hoog niveau, maar de herfstbruine cellopartijen van Jacques Morelenbaum en de voortreffelijke blazerssectie bestaande uit John

Ruocco en Pierre Vaiana vallen het meest op. Zij brengen alle drie de (levens)ervaring mee die Where Is There zo overtuigend gerijpt laat klinken. De composities zijn constant wat sfeer en kwaliteit betreft, misschien dat daar voor een enkeling nog een minpuntje schuilt. Mischa Andriessen

Animus Anima 4tet Le Bénéfice du doute Yiyu Productions – 56:55 ( )

** *

Het Animus Anima kwartet is een Belgische groep die onder leiding staat van tenorsaxofonist Nicolas Ankoudinoff. De op zich al bijzondere bezetting van tenorsax, tuba, elektrische gitaar en slagwerk wordt op Le Bénéfice du doute aangevuld met samples en stemmen. Flarden uit nieuwsberichten staan tegenover met vuur uitgevoerde, vaak zelfs opgewekt klinkende melodieën. Dat gedurfde concept wordt met geloof in eigen kunnen én

kennis van zaken uitgewerkt, maar komt uiteindelijk toch wat bedacht over. De musici zijn ongetwijfeld integer in hun bedoelingen, maar ontsnappen, wellicht door de sterk aanwezige invloed van rockgitaar, niet helemaal aan het clichématige. Met compactere composities zou de groep zeker aan overtuigingskracht winnen, want ondanks alle geëtaleerde energie maakt zich geleidelijk aan een gevoel van verzadiging van de luisteraar meester. Mischa Andriessen

Louis Armstrong In Scandinavia

Storyville/Codaex – 4cd – elk 76:00

*** Opnamen van Louis Armstrong zijn er in Europa reeds vanaf 1933, getuige deze 4-cd box-uitgave van Storyville, Louis Armstrong in Scandinavia. Satchmo was niet minder dan negen keer bij onze noorderburen te gast en steevast werd er

opgenomen. Deze van 1933 zouden überhaupt de eerste live-recordings zijn die van Armstrong zijn opgenomen. Het zijn volgens de uitgever trouwens allemaal voorheen nooit uitgebrachte opnamen, gemaakt tijdens optredens in Zweden en Denemarken. Live-opnamen wil zeggen dat bij Armstrong en zijn opeenvolgende bands van 1933 tot 1967 veelal het showelement overheerst en dat is niet alleen te horen aan de grappen en grollen van Satchmo, maar ook aan de reactie van het publiek. Maar bovenal is er die enorme kracht en transparantie van zijn spel op de trompet en zijn unieke vocals, die vandaag nog steeds verbazen. Alle opnamen werden digitaal gerestaureerd en ondergebracht in een 4-cd box. Zoals altijd zijn de producten van Storyville goed gedocumenteerd, helemaal in de stijl van de overleden oprichter Karl Emil Knudsen. Alleszins een must voor verzamelaars. Luc De Baets

Gilad Atzmon & The Orient House Ensemble Refuge

Enja Records/Codaex – 54:32

**** In het openingsnummer klinkt saxo-

fonist Gilad Atzmon (44) zowaar als een Arabisch getinte versie van Jan

Garbarek. Niet eens zo merkwaardig, gezien zijn voorgeschiedenis. Hij komt uit Israël en heeft sinds begin jaren 90 vanuit Londen een prominente plaats ingenomen op de Britse jazzscene. Met zijn Orient House Ensemble speelt Atzmon een boeiende mengvorm van akoestische en elektrische jazz, vol met wereldmuziekinvloeden uit alle windhoeken. Zijn wortels liggen dan wel in Jeruzalem, de klezmerinvloeden zijn niet eens zo prominent. De Arabische klanken vallen meer op, zeker als hij de shabbaabeh fluit beroert. En deze cd eindigt zelfs in een Zuid-Amerikaans feestje. Gilad Atzmon verliet Israël destijds omdat hij sympathiseerde met de Palestijnen en kritisch stond tegenover het zionisme. Via Duitsland (waar hij zijn eerste Enja-opnames maakte) bracht zijn vrijwillige ballingschap hem uiteindelijk in Londen. Hij werkte er met rock- en popsterren als Ian Dury, Paul McCartney, Sinead O’Connor en zelfs Robbie Williams, maar maakte vooral naam als jazzmuzikant met een eigen stem. Met deze cd bewijst Atzmon dat hij in zijn thuisland niet onterecht op handen wordt gedragen. Peter De Backer

Terence Blanchard A Tale of God’s Will Blue Note Records/ EMI – 72:06

*** Duizendpoot

Terence Blanchard staat algemeen bekend als auteur van filmscores (zie Spike Lee films) en deed heel wat ervaring op met het gebruik van strings. Hij doet dat doeltreffend, zij het klassiek. Het geheel klinkt daarom sterk als Amerikaanse filmmuziek. Heel wat blues-

Jazzmozaïek 4/2007

29


vervolg ... fraseringen bij Blanchard, die hij duidelijk verantwoordt in zijn liner notes: de muziek handelt tenslotte over het noodlottige New Orleans na de orkaan Katrina. De leider schreef het merendeel van de stukken en biedt twee uitzonderingen op de regel: opener Ghost of Congo Square, waarin drummer Kendrick Scott zeer sprekend uitpakt over een prachtige, donkere groove van bassist Derrick Hodge, en Ghost of Betsy, een bulkend duo trompet en bas. Meer van dat, ga je stiekem denken, maar New Orleans is Blanchard’s geboortestad en bakermat, dus rechtvaardigt dit ruimschoots deze neerslachtige aanpak. Een iets te langzame, filmische cd voor jazzfreaks die van stuwkracht houden, maar puik vakwerk van hoog niveau. Chris Joris

partij van bas en piano. Carla Bley’s rijke bagage weerspiegelt zich meer in de kleurrijke composities en in de bewerkingen, meer dan in haar pianospel, waar ze behoorlijk sober mee omgaat. In het ganse album is geen noot te veel gespeeld. Opvallend opnieuw is de fijne instrumentbeheersing van zowel Fresu als Sheppard (Death of Superman). Dit is een lekker swingende serene no-nonsense plaat met een vleugje melancholie. Luc De Baets

Karel Boehlee Trio At The Beauforthuis Challenge Jazz/Challenge Records – 67:52

****

Carla Bley The Lost Chords find Paolo Fresu

WATT-ECM Records/Universal Music – 55:51

****

Hier is de nieuwe van de groep van Carla Bley, die in 2004 The Lost Chords opnam. Naast bassist Steve Swallow, haar echtgenoot, is er de vertrouwde Britse saxofonist Andy Sheppard en sinds vorig album drummer Billy Drummond. Op aanbeveling van Sheppard werd de Italiaanse trompettist Paolo Fresu uitgenodigd. Het album start met The Banana Quintet, een zesdelig (!) werk, dat het grootste deel van dit album inneemt. Fresu zet al onmiddellijk zijn stempel met een schitterend statement in One Banana. Sheppard scheurt door Two Banana, op de hielen gezeten door de stevige afterbeat van het ritmeduo. En zo gaat het maar door. Ook Swallow en Drummond krijgen hun feature, maar overal voel je de stempel van Carla Bley. Bijvoorbeeld: de drumsolo van Billy Drummond wordt mooi ingekaderd in een ostinato

30

Jazzmozaïek 4/2007

Hein van de Geyn noemt Boehlee Hollands best bewaarde geheim. Hij is geen spektakelpianist, doet geen gekke dingen, trekt het laken niet naar zich toe, maar zoekt contact met zijn medespelers in de interpretatie van 11 bedachtzame stukken van zijn hand. Harmonisch evenwicht en een vloeiende melodievoering tekenen zijn expressieve kracht. De piano is voor Boehlee alleen een middel om zijn verhaal te vertellen. Hij kan een piano laten zingen, alsof het een sonore sax is of een fluwelen trompet. Dit gevoelen straalt hier ook af op zijn ervaren medeplichtigen, bassist Hein van de Geyn en drummer Hans van Oosterhout. Deze ervaren tandem daalt helemaal af in Boehlee’s muzikale wereld en maakt van dit album een mooi uitgebalanceerd geheel. In alle sereniteit en gemoedsrust maakt dit trio muziek die veel weg heeft van een poëziebundel van Herman de Coninck, stijlvol geconfectioneerd en met een heldere zeggingskracht. Luc De Baets

**** We horen Karel Boehlee hier niet

met zijn gebruikelijke European Jazz Trio, maar met Hein Van de Geyn op bas en Hans van Oos-

terhout op drums. Dat schept verwachtingen, natuurlijk. En die worden beantwoord, wees maar gerust. Geen mirakel dat Toots en Trijntje Oosterhuis in hem een gewaardeerde partner vinden. En check het internet maar eens: heel wat Japanse sites bewijzen dat hij ook daar al zijn sporen heeft verdiend. Boehlee is blijkbaar niet echt sant in eigen land, en dat is helemaal ten onrechte. Op deze cd hoor je een schitterend musicerende pianist, die meer dan een uur weet te boeien door fijne composities, een luisterend oor voor zijn medemusici en zin voor swing. Wat op de cover staat (liner notes van Van de Geyn) is juist: Boehlee zoekt het grote publiek niet, maar omgekeerd weet dat hem blijkbaar wél te vinden. Hij is eerder het type van de muzikant die doodgewoon zijn werk doet: spelen. En hoe! Elk nummer munt uit in frisheid, helderheid, smaakvolle harmonie en balans. Dit is een schitterende schijf waarop nog maar eens aangetoond wordt wat een klassiek pianotrio vermag, gesteld dat de drie pijlers van het beste kaliber zijn. Formidabel werk dat blijft boeien. Marc Van de Walle

Anthony Braxton Solo Willisau Intakt Records/Codaex – 74:12

*** Bij zijn laatste nazicht bleek de teller

van zijn cd’s onder eigen naam op 230 te staan. Neen, dit is geen grap, want de productiviteit van Anthony Braxton, Amerika’s meest energieke avant-garde muzikant, is meer dan legendarisch. Was deze nummer 231 echt noodzakelijk? Tja, het is maar zoals u het bekijkt. Het is alweer een solo-saxofoonopname, met de meester alleen op altsax, net zoals die aller allereerste (For Alto) uit 1968, op Delmark. Een veel geprezen werkstuk is dat trouwens. En deze nieuwe? Boeiend, zonder meer. Maar je moet er de tijd voor nemen, want Braxton vergt nu eenmaal inspanning. En de tijd van zijn meest toegankelijke werk – het fenomenale kwartet met Marilyn Crispell, Mark Dresser en Gerry Hemingway – ligt alweer vijftien jaar achter de rug. Het publiek in Willisau – want dit is de registratie van een concert uit 2003 – vindt het allemaal fantastisch, want Braxton wordt hier bejubeld als een rockster. Allemaal eigen composities, naar aloude gewoonte genummerd en met onbegrijpelijk grafiekje ernaast. En daarnaast ook één standard, All The Things You Are. Ook na cd nr. 231 blijft Braxton wat hij al bijna 40 jaar is: één van de meest intrigerende kunstenaars uit de VS. Peter De Backer

Ray Brown Trio

Zie bespreking verderop onder Oscar Peterson & Benny Green.

Ron Carter Dear Miles

Blue Note Records/EMI – 50:47

****

Nogal wat achtergebleven sidemen eren hun eerder overleden bandleader met een album opgedragen aan de meester en zijn werk. Bijvoorbeeld McCoy Tyner aan Coltrane. Is de eenzaamheid zo groot, dat ze de leegte nooit meer hebben kunnen invullen? Niet noodzakelijk, maar als die mentors Miles, Monk of Trane heten, moeten zij wel terugdenken aan die periode als de mooiste uit hun carrière. Tenslotte hebben deze keizers de jazz een serieuze impuls gegeven. De achtergeblevenen zijn intussen zelf uitgegroeid tot gewaardeerde muzikanten, al gebeurt er niets nieuws, en geven zij de jazz ook geen schop meer, maar getuigen zij prominent van een grote spelkracht. Zij zijn de jazz. Zo ook Ron Carter, een enorm wijs man en een kolos van een bassist. De arrogantie en tristesse zijn er uitgerijpt en het Davis-repertoire klinkt hier meer als een zonnige zondagmiddagsessie in een leuke club. Niets fouts mee, dit is volwassen jazz in handen van doorwinterde virtuozen. Pianist Stephen Scott en drummer Payton Crossley trachten de wereld niet te veranderen, maar stralen van energie en vliegen als frisse vogels door deze cd. De zwevende bas van Carter werd vetjes in de mix geplaatst, zo kan je goed volgen welke mooie schelmenstreekjes hij uithaalt: als een schip op de golven. Omdat er wat geld over was, werd een leuke bongospeler uitgenodigd: percussionist Roger Squitero. Het zondagmiddaggevoel is compleet, pretentieloos, opgeruimd en inspiratievol. Wel, beste liefhebbers, dit is een echte cookin’ session, weet je nog? Chris Joris

The Claudia Quintet For Cuneiform records/cuneiform.com – 61:46

****

Door de versmeltende klanken van accordeon, klarinet en vibrafoon is het geluid van het door drum-

mer John Hollenbeck geleidde The Claudia Quintet werkelijk uniek. Omdat de muziek voor een belangrijk deel gecomponeerd is, ligt de eerste associatie bij minimal music en minder bij jazz. Ragfijne melodieën over subtiel stuwende ritmes. De speelsheid van vorige platen is gebleven, maar The Claudia Quintet klinkt op haar vierde cd evenwichtiger en minder eclectisch. Eerder al hoorbaar maar op For veel prominenter aanwezig is de melancholische ondertoon. Het vijftal brengt nog altijd kwajongensmuziek. Vaak pesterig eigengereid en opzettelijk dwars. For laat echter een volwassen band horen die nog altijd de grenzen van zijn kunnen opzoekt, maar ook steeds beter weet tot welke grootse prestaties het in staat is. Mischa Andriessen

Holly Cole Holly Cole

T&M Music/Music&Words – 43:13

****

The House Is Haunted By The Echo Of Your Last Goodbye is de eerste track en was eerst als titel van het album bedoeld. Meteen zakken we diep weg in de pluche zetels, want bij de dwingende, swingende sexy stem van deze Canadese jazzzangeres is er geen ontkomen aan. We smelten heerlijk weg bij door Greg Cohen subtiel gearrangeerde nummers. Hij koos, met zichzelf op bas, een onuitgegeven bezetting waarbij o.a. Gil Goldstein of Aaron Davis op piano, Marty Ehrlich (as, kl), Lenny Pickett (ts), Matt Munisteri (g) en Steven Wolf (d). Het album baadt in die pikdonkere sfeer van Murakami’s After Dark. Ook de Alley Cat Song ontbreekt niet, noch Reaching For The Moon. Onweerstaanbare charmezangeres, die Holly Cole! Bernard Lefèvre

Elton Dean & The Wrong Object The Unbelievable Truth

Moonjune Records – 68:19

*** Door het

plotselinge overlijden van blazer Elton Dean is de samenwerking tussen deze veteraan en de jonge Belgische groep The Wrong Object (met o.a. Fred Delplancq en Jean-Paul Estiévenart) eenmalig gebleven. De registratie van het unieke concert dat deze gelegenheidsformatie in 2005 in Parijs gaf, laat horen dat Dean en het kwintet dat eerder vooral furore maakte met haar Zappa-interpretaties, zeer goed raad wisten met elkaar. The Wrong Object


noemt haar muziek zelf psychedelische jazz. Een benaming die de sferische muzikale benadering van de groep adequaat onder woorden brengt. Het Belgische vijftal heeft namelijk als opvallende kwaliteit een stevig stuwende groove neer te zetten die alle ruimte open laat voor de solisten. Dean maakt daar niet alleen vakkundig, maar zeer gepassioneerd en optimaal gebruik van. Het hypnotiserende openingsnummer Seven For Lee is daarvan het overtuigendste voorbeeld, maar het niveau blijft heel de cd hoog. Gelukkig heeft het vooral op fusion georiënteerde Amerikaanse Moonjune label kans gezien deze bijzondere opnamen uit te brengen. Mischa Andriessen

Dick de Graaf Quartet Moving Target

Soundroots Records – 56:53 ( )

**** *

Sinds 1986, met Hot, Hazy and Humid, werkt Dick de Graaf als bandleader. Hij zit nu 25 jaar in het vak, en dat werd gevierd door Moving Target voor te stellen in Lantaren/Venster. Na een dertiental cd’s hoor je duidelijker dan ooit het heilig vuur: samen met Jeroen van Vliet (piano en Fender Rhodes: briljant), Guus Bakker (elektrische en akoestische bas: stevig) en Pascal Vermeer (drums: dynamisch-functioneel) vormt Dick een kwartet dat gensters slaat. De tenor of de alt klinkt altijd vol en warm, nooit gekunsteld. Op deze cd is de muziek van Béla Bartók de drijvende factor. De Graaf slaagt erin om de muziek van deze componist (die, zoals bekend, veel met volkse thema’s werkte) te transformeren. Dit is een man met muzikale smaak, die met elke noot met veel autoriteit een statement poneert. Dat hij daarbij geholpen wordt door drie al even schitterende muzikanten leidt tot een héél gave productie. Alle tracks op deze mooi gedoseerde en zeer afwisselende cd (zowel qua tempi als melodie, stijl, klankspectrum) zijn mekaar waard qua niveau. We betrapten er ons op dat we heel dikwijls dit schijfje in de lade lieten zitten om het een volgende keer nog eens te beluisteren. Zeer vlotte en vloeiende improvisaties, ruimte voor iedereen, goed samenspel, dosering. Opvallend is ook dat de Graaf binnen de lijnen van de jazz blijft, en geen invloeden uit de populaire sfeer (hip-hop, lounge…) nodig heeft om zijn muziek waar te maken. Voor zo iemand doen wij onze pet af! Marc Van de Walle

Free Desmyter Something to Share W.E.R.F. Records./AMG – 53:24

****

Dachten we nu echt dat er niets lag tussen Fred Van Hove en Bobo Stenson? Jawel hoor, en het mag ook Belgisch zijn. Pianist en componist Free Desmyter bewijst hier eveneens een goed regisseur te zijn, door zich te omringen met de Tsjechische drummer Marek Patrman, een zachte anarchist met grote oren, en contrabassist Manolo Cabras (Sardinië). Wanneer je deze twee op mekaar afgestemde deugnieten engageert, is speelplezier een feit en heb je een ebbenhouten ritmesectie. Ze bezorgen Desmyter de speelse en krachtige commentaar, die hij duidelijk zocht. John Ruocco, de vader van al onze huidige Belgische saxofonisten (naast uitzonderingen) speelt gelukkig veel klarinet op dit album en is volstrekt origineel op dit instrument. Desmyter speelt ballades op een heel eigen manier (In Memory, Even, Ballad for One Peaceful World) en hij weet de Europese poëzie te verzoenen met dat New Yorkse aroma. Zachtaardige, harmonische wendingen worden nooit sentimenteel of te behaagziek. Thrill is bovendien voorzien van een rasechte polyritmiek. Hier wordt op een geslaagde wijze met multidirectionele ritmes geflirt dat het een feest is. De cd klinkt ook héél live, terwijl het een studioproductie is: zeldzaam. Hier wordt geknutseld, verteld, maar ook geswingd, dus een vrij compleet verhaal. Een zeer pure cd van eigen bodem. Chris Joris

Stefano Di Battista Trouble Shootin’ Blue Note Records/EMI – 58:48

*** Hij mag dan Italiaan zijn, Stefano Di

Battista is al jaren een vaste waarde op de Parijse jazzscene. De saxofonist (hier op alto en sopraan) maakte al enkele geslaagde cd’s voor Blue Note en deze nieuwe is alweer een complexloze, zonnige postbopsessie die niemand zal mishagen. Stefano Di Battista groeide op met een obsessie voor Art Pepper, maar zijn klank doet veeleer aan Kenny Garrett denken. Deze cd lijkt wel een Blue Note sessie uit de sixties. Baptiste Trotignon speelt hier geen piano, maar een Hammond B3 orgel. Zeker op de nummers waar gitarist Russel Malone komt meespelen, klinkt

dit als een hedendaagse versie van een Kenny Burrell-plaat. Van Burrell coveren ze trouwens Midnight Blue. Ook The Jody Grind van Horace Silver en This Here van Bobby Timmons krijgen een beurt. Alle andere composities zijn van Di Battista zelf. Zijn landgenoot en trompettist Fabrizio Bosso is een ontdekking. Drummer Eric Harland laat zich net iets te luid gelden. Eric Legnini, lange tijd vast lid van Di Battista’s groep, speelt piano op het slotnummer. Peter De Backer

beste van

2007 Het

Marty Ehrlich & Myra Melford Spark! Palmetto Records/Codaex – 51:04 ( )

*** *

Ehrlich en Melford zijn twee muzikanten die elkaar moeiteloos begrijpen. Zij proberen beiden te vernieuwen vanuit de traditie en blijven daarbij vooral geïnteresseerd in melodieën. Ondanks die gelijkgestemdheid duurt het door het gezochte begin van het openingsnummer Hymn even tot dat de vuurstenen de vonk vrijgeven. Al zijn hoge verwachtingen daar wellicht debet aan. Yet Can Spring, de vorige plaat van het duo, was namelijk voortreffelijk. Na dat aarzelende begin is het wel degelijk raak. Meer nog dan op die cd komt op Spark! de zangerige kwaliteit van hun muziek aan het licht. Het intense samenspel en de gloedvolle, zingbare melodieën doen in de verte door hun evidente urgentie aan gospel denken. In elk geval is dit muziek met passie en verhaal. Gebracht door musici die hun instrument tot in de diepst verscholen details beheersen. Mischa Andriessen

*** *

( )

Zeven jaar geleden maakten saxofonist Marty Ehrlich en pianiste Myra Melford al een duo-cd. Die werd goed onthaald en intussen kruisten hun wegen regelmatig, met deze tweede duo-opname als gevolg. Ehrlich speelt doorgaans een hele reeks rietinstrumenten, maar beperkt zich hier tot altsax en klarinet. Zowel Ehrlich als Melford balanceren al hun hele carrière lang op de grens van avant-garde en mainstream. Beiden waren ze lang in de leer bij gereputeerde freejazz-kopstukken. Ehrlich bij Julius Hemphill (stichter van het World Saxophone Quartet) en Melford bij de onvolprezen Henry Threadgill, met wie ze ook de liefde voor India deelt. Toch is dit een vrij toegankelijke cd geworden, met sterke composities en boeiende interacties. Luister maar eens naar Leroy, opgedragen aan de onlangs overleden freejazz violist en poëet Leroy Jenkins. Melford heeft lange tijd in India verbleven en verraste vorig jaar met een sterke cd op Cryptogramophone, waarin ze die Indische

Hierna krijgt u alfabetisch de

top-cd’s van het

CD

voorbije jaar met tussen haakjes de editie waarin de bespreking is opgenomen.

Avisha Cohen

Chris Potter 10

As Is… Live At The Blue Note

Song for Everyone

Razdaz Records/Halfnote (JM 2/2007)

Emarcy/Universal Music (JM 4/2007)

The Tierney Sutton Band

Ornette Coleman

Sound Grammar

On the Other Side

Bert Joris Quartet

Henri Texier Strada Sextet

Dreyfus Jazz/Foreign Media (JM 3/2007)

Label Bleu/Harmonia Mundi (JM 2/2007)

David Linx and the Brussels Jazz Orchestra

Trio Töykeat

Sound Grammar/Abeille Musique (JM 2/2007)

Magone

Changing Faces

O+Music/Harmonia Mundi (JM 4/2007)

Telarc/Codaex (JM 2/2007)

Alerte à l’Eau

One Night in Tampere Blue Note Records/EMI (JM 2/2007)

Kenny Werner Enrico PieranunziMarc Johnson-Joey Baron

Live in Japan

Lawn Chair Society

Blue Note Records/EMI (JM 2/2007)

Camjazz/Zyx (JM 3/2007)

Interesse in

Jazzmozaïek activiteiten? Neem een kijkje op

www.jazzmozaiek.be Jazzmozaïek 4/2007

31


vervolg ... invloed met jazz vermengde. Deze duo-cd valt meer te vergelijken met haar vroegere werk op Hatology, waarmee ze vijftien jaar geleden doorbrak. Mooie cd van twee boeiende muzikanten. Peter De Backer

E.S.T. Live in Hamburg

ACT/Challenge Records – 2cd – 64:05 + 54:12

****

Zoals The Bad Plus aan de andere kant van de oceaan, is E.S.T. of het Zweedse Esbjörn Svensson Trio, er in Europa in geslaagd het doodgewone pianotrio nieuw leven in te blazen. Deze dubbele live-cd, opgenomen in Hamburg, illustreert de redenen van dat succes: sterke composities (de meeste uit hun recentste cd Tuesday Wonderland), virtuoze uitvoering, en zéér hedendaagse accenten. Van de hiphopritmes van drummer Magnus Öström over de akoestische bas-met-effectpedalen van Dan Berglund tot de meestal zuiver akoestische, maar soms met effecten bewerkte piano van Esbjörn Svensson zelf. Hoor maar hoe de bas van Berglund zwanger van elektrische vervormingen gaat rocken als de beesten in Definition of a Dog. In datzelfde nummer gaat Svensson plots klinken als Keith Jarrett of Brad Mehldau. Er zijn slechtere referenties denkbaar. Maar geen nood: E.S.T. heeft na vijftien jaar echt wel een eigen stem ontwikkeld. Hun toegankelijke en levendige muziek, met al die moderne snufjes opgetut, vindt tot ver buiten de jazz een ruim publiek. In een hal spelen die doorgaans alleen rockgroepen vol krijgen is voor E.S.T. geen uitzondering. Deze cd bewijst dat op een concert van E.S.T. echt wel wat te beleven valt. Peter De Backer

32

Jazzmozaïek 4/2007

Paolo Fresu Devil Quartet Stanley Music! Blue Note Records/EMI – 64:57

** Paolo Fresu heeft na een serie cd’s

met zijn eigen kwintet het geweer van schouder veranderd en deze opgenomen met een nieuwe lineup en een ander muzikaal sfeertje. Fresu blijft zichzelf, maar valt terug op een Scofield-achtige entourage met gitarist Bebe Ferra, contrabassist Paolino Dalla Porta en drummer Stefano Bagnoli. Ook komt de elektronica hier een woordje meepraten. Alles blijft binnen de perken en herinnert eens te meer aan bepaalde Miles Davis formaties van de jaren zestig-zeventig. Luc De Baets

Richard Galliano Quartet featuring Gary Burton l’Hymne à l’amour

Camjazz/Zyx Records – 61:31

*** Galliano heeft zoals velen een enor-

me bewondering voor de Argentijnse bandoneonvirtuoos, Astor Piazzolla. Gary Burton had in 1984 deel uitgemaakt van de groep van de Argentijn en er een live-opname mee gemaakt in Montreux, die een grote indruk heeft nagelaten bij Galliano. Ook was Galliano in zijn jonge jaren onder de indruk van het kwintet van de Amerikaanse accordeonvirtuoos Art Van Damme, die de vibrafoon als een complementair instrument inschakelde en daarmee een welhaast ideale en fel nagevolgde klankkleur bereikte in zijn kwintet. Hier zijn bassist George Mraz en drummer Clarence Penn met Galliano en Burton de auteurs van een nogal dromerig, nostalgisch album, dat wat te gesofistikeerd is en wat ruwe kantjes mist, wellicht gewild door de keuze van het repertoire, dat volgestouwd zit met milonga’s, tango’s, walsjes, romances en zelfs een stukje Bach. Luc De Baets

Herbie Hancock River: The Joni Letters Verve/Universal Music – 67:56 ( )

*** *

Singer/songwriter Joni Mitchell is terug. Ze keerde de muziekwereld voor lange tijd de rug toe om dit

jaar haar comeback te maken. Deels ter aanmoediging nam Herbie Hancock een cd op met voornamelijk Mitchell composities en een keur aan bekende zangeressen en een zanger. Rijp en groen onderscheiden zich daarbij onmiddellijk, want de interpretaties van oudgedienden als Leonard Cohen, Mitchell zelf en heel verrassend Tina Turner steken die van jonkies als Norah Jones en Corinne Bailey Rae naar de kroon. Grootste troef van River: the Joni Letters zijn echter de instrumentalisten. Met de technisch zeer bekwame ritmesectie Lionel Loueke, Dave Holland en Vinnie Colaiuta in een dienende rol krijgen Hancock zelf en vooral Wayne Shorter de gelegenheid om hun onvolprezen talent ten volle te benutten. Hancock komt hier veel geïnspireerder naar voren dan tijdens zijn laatste tournees waarbij hij zich veelvuldig aan virtuoze spielerei overgaf. Het is een genot hem weer in volle concentratie te horen en dat zij aan zij met de man die hem toch als geen ander begrijpt, de geniale Shorter. Mischa Andriesen

Marsha Heydt One Night

David Haney & Julian Priester Ota Benga of the Batwa

Local Lingo is de best denkbare titel voor dit project. Sterk experimentele volksmuziek die wortelt in de Koreaanse muziektraditie en zowel door de onbekendheid daarmee van de westerse luisteraar als de bijzondere uitvoering van deze twee strijkers heel particulier klinkt. Veel toehoorders zullen het vanwege het krassende geluid van traditionele instrumenten als de kayagum en ajeng snel voor gezien houden, wat vanzelf niets te maken heeft met de kwaliteit van beide muzikanten en de muziek op zich. Local Lingo vraagt van de luisteraar het vermogen zich te verplaatsen in een wereld die hem totaal vreemd is. Die inspanning wordt buiten de schuld van de muzikanten niet onmiddellijk beloond. Intrigerende muziek is en blijft het, maar ook muziek waarin het als niet ingewijde zeer moeilijk door te dringen is. Mischa Andriessen

CIMP – 71:00

*** Producer Robert D. Rusch van de New

Yorkse labels Cadence Jazz Records en CIMP (Creative Improvised Music Projects) bracht tussen 2000 en 2007 vier opnamen uit van de Amerikaanse pianist David Haney. Twee daarvan waren duo-opnamen met trombonist Julian Priester. De jongste release van het duo Haney-Priester (2007) is geïnspireerd door het levensverhaal van de pygmee Ota Benga, die in 1906 naar de States werd gebracht als ‘attractie’ op de wereldtentoonstelling in St. Louis, in Amerika bleef en uit heimwee naar zijn vaderland op 32-jarige leeftijd zelfmoord pleegde. De opname bestaat uit 13 nummers waarin de twee musici vrij improviseren. Doorgaans zet pianist Haney de lijnen uit (Theme for Ota, Glasberg), maar ook Priester neemt soms het voortouw (Variations on a Theme for Ota, het klagende Batwa Spirit, Howard Asylum). Het eerste deel van de cd is eerder intimistisch. Het tweede deel daarentegen start met het heel intense en dynamische Like Dersu Uzala. Het meest vrije stuk is Sense Her, waarbij Haney direct de pianosnaren bespeelt en samen met Priester de geluiden van de Afrikaanse brousse oproept. Sea of Glass brengt twee langere a capellainterventies van de trombone. In Shuffle worden ingetogen passages afgewisseld met percussief pianospel. Het sluitstuk van de cd, The End of Ota, ademt de bluessfeer. Voor liefhebbers van geïmproviseerde muziek is Ota Benga of the Batwa een interessante ontdekking die bij herhaald beluisteren telkens nieuwe verrassingen in petto heeft. Guido Ros

Blue Toucan Music/www. marshaheydt.com – 54:55

** Phil Woods deed haar kiezen voor

saxofoon, al kan ze evengoed overweg met piano, fluit en klarinet. In 1991 behaalde ze aan de University of the Arts in Philadelphia een Bachelor of Music en verhuisde eerst naar L.A. om een jaar later in New York te belanden. Vanaf het dak van haar optrek in Manhattan is de inspiratie ontstaan voor deze debuut-cd One Night. Latin, funk en jazzrock zijn duidelijk haar ding. Ze trad op met o.a. Randy Brecker, John Stubblefield en Bob Mintzer. Groover Washington is een inspiratie en ergens klinkt David Sanborn door, maar het klinkt toch een stuk meliger. Bernard Lefèvre

Jason Kao Hwang/ Sang Won Park Local Lingo

Euonymus Records/jazzpromoservice.com – 47:47

** *

( )

Susi Hyldgaard Magic Words To Steal Your Heart Away Enja Records/Codaex – 53:49

****

Na het in 2006 verschenen album Blush, waarop de Deense Susi Hyldgaard zich manifesteert als een eersteklas zangeres en componiste, sluiten we het nieuwe, vijfde album van bij de eerste luisterbeurt in onze armen. Dat heeft alles te maken met het handelsmerk

van deze ‘Sophisticated Lady’. Geen idee of ze het mooiste meisje van de klas was, maar dankzij haar persoonlijkheid kreeg ze wellicht niet alleen de aandacht van de ‘nerds’ op het schoolbal. Een bonte verzameling songs, die grotendeels tot het collectieve geheugen behoren, vormt het uitgangspunt voor deze release. Eerlijk gezegd hadden we dat pas door op het moment dat flarden tekst een lichtje deden branden. Wanneer Susi Hyldgaard het werk van anderen opneemt, lijkt het alsof het háár songs zijn. De ene keer klinkt ze dartel en licht, het andere moment verandert de kleur naar intens, diep ‘blue’. Hyldgaard staat met één been in de jazz. Met grote zorg arrangeert ze de songs, kleedt ze uit, keert ze binnenste buiten om ze vervolgens in een nieuw, hip kleedje te presenteren. Tussen de excellente musici vinden we Aldo Romano terug, die de drums inruilt voor enkele vocale bijdragen. Verder onder meer een verfijnde Kasper Winding aan de piano en een loepzuivere interventie van de Danish Radio Bigband. Samen met de erg verfijnde productie maakt dit van Magic Words een plaat om te ontdekken. Dirk De Gezelle

Keith Jarrett, Gary Peacock, Jack De Johnette My Foolish Heart – live in Montreux

ECM Records/Universal Music – 2cd – 50:33 + 58:06

****

Diegenen die het tweede volume overbodig vinden, omwille van enkele traditionals, als Ain’t Misbehavin’ en Fats Waller’s Honeysuckle Rose en een verkreukelde versie van de oude Broadway hit You Took Advantage of Me, doen in feite wat blasé of zijn te jong om deze jazztraditionals te kennen. Een vleugje ragtime en stride piano in Jarrett’s spel herinneren ons aan zijn grote liefde voor een van de eerste jazzpianisten, Scott Joplin. In ieder geval, Jarrett kent zijn klassiekers. In Montreux was de Amerikaanse pianogod blijkbaar in een nostalgische bui en het publiek in Montreux bleek daar allerminst moeite mee te hebben. Dit live in Montreux opgenomen dubbelalbum (22 juli, 2001) start in ieder geval op de vlot herkenbare Jarrett-manier met een hevig swingende interpretatie van Miles Davis’ Four en huppelt vrolijk verder over My Foolish Heart naar Oleo van Sonny Rollins, later tot een on-


verwachte break met de genoemde traditionals, waarna o.a. Straight no Chaser (T. Monk), Five Brothers (G. Mulligan) en enkele Broadwayballads een beurt krijgen. De eerste encore is een vlammende versie van On Green Dolphin Street. Keith Jarrett, die het wat beu is telkens aan zijn top-seller The Köln Concert (1975) te worden herinnerd, ervaart dit Montreux-concert zelf als een van de beste concerten van de laatste jaren: “If jazz is about swinging, energy and personal ecstacy for the player and the listener, I can think of no other single concert by the trio that expresses these qualities so completely and comprehensively.” En hij heeft gelijk, dit trio met bassist Gary Peacock en drummer Jack DeJohnette, dat nu zo’n 25 jaar samenspeelt, swingt nog altijd even hard en de spontane interactie is een genot om naar te luisteren. Toch sluipt er stilaan een zekere rust in het spel van de oude krijger. Het trio nadert zijn 25ste verjaardag en zo beginnen ook de heruitgaven. Binnenkort verschijnt de 3-cd box Stetting Standards: New York Sessions 1983 (ECM). Luc De Baets

J.J. Johnson The Complete ‘60s Big Band Recordings Lone Hill Jazz/AMG – 74:16 + 66:41

****

Na Lee Konitz en Warne Marsh, bij Tristano en ook later, zijn er meerdere blazers overgestapt op musiceren zonder vibrato. Veel beboppers wilden er sowieso niets meer van weten. Vibreren was tuttig. De geniale trombonist J.J. Johnson was in de jaren veertig de eerste schuiver die rechtuit ging spelen. Hij nam zodoende ruim afstand van het ‘gebibber’ zoals collega’s Vic Dickenson en Bill Harris dat plachten te produceren. Op deze dubbelaar, van origine zijn het opnamen voor RCA-Victor, staan wel vier lp’s van Johnsons bigbands. De bezettingen met o.a. Clark Terry, Jimmy Cleveland, Thad Jones, Budd Johnson, geen familie, en Hank Jones, wél familie van Thad, zijn om van te watertanden, met dank vooral aan de arrangeurs: Oliver Nelson, Gary McFarland, Billy Byers, Slide Hampton en de leider. De beste muziek staat op The Dynamic Sound of J.J. with Big Band (1964) en The Total J.J.Johnson (1966). De andere twee lp’s zijn wat populairder van aard. Dat was op verzoek van RCA, vrees ik. De waardering voor deze dubbel-cd

vloeit voort uit de messcherpe arrangementen op genoemde platen en het meesterschap van Johnson. Zijn heel helder klinkende trombone snijdt, zonder dat ‘gebibber’, door schema’s en thema’s, alsof het zachte boter betrof. Jaap Ludeke

Manu Katché Playground

ECM Records/Universal Music – 70:12 ( )

*** * is een antwoord of eerPlayground

der een vervolg op Katché’s hooggeprezen album Neighbourhood en verwelkomt één nieuweling in zijn Europees kwintet, de Noorse trompettist Matthias Eick. De cd opent op de tipjes van de tenen, zoals we dat gewoon zijn bij goede Europese jazz, gevoelig en warm, een tikje beschaafd, interactief en smaakvol, iets te transparant met een nadruk op mooi. Scandinavië zit in de boot, en je kan niet ontkennen dat grootmeester Bobo Stenson’s invloed hier en daar doorsijpelt, maar de thema’s zijn origineel, van een bloedmooie ballade Lo tot een wiegende Morning Joy. Niet alle ECM-producties zijn onmiddellijk catchy en voortdrijvend, maar hier zorgt Manu Katché voor een sober en zalvend recept. Hij speelt in dienst van de muziek, zodat sommige drumfanaten onder jullie er wel eens ongeduldig van zouden kunnen worden, maar hij heeft iets begrepen: teamwork is de boodschap. Katché’s affectie gaat, ondanks zijn Afrikaanse afkomst, naar Europese, lyrische jazz en dat zorgt wel voor mooie muziek, maar ontbeert contrast en assertiviteit. Deze muziek ga je niet vergelijken met een, zeg maar, verscheurende Eric Dolphy (al mis ik die sterke emotie hier wel). Het is gewoon een andere esthetiek. Chris Joris

Stacey Kent Breakfast on the Morning Tram Blue Note Records/EMI – 52:15

*** Zangeres Stacey Kent had zich stil-

aan verankerd in de interpretatie van de traditionele Broadwayhits. Dat er een dag komen zou, waarin het tijd was om iets anders te doen, was duidelijk. Hier krijgt ze van Blue Note de kans om dat te bewijzen en op haar debuut voor dit label, bewijst ze dat ze meer in haar mars heeft, dan we hadden vermoed. Haar onschuldig tienerstemmetje is gebleven, maar de ervaring heeft haar geleerd de lyrics van een song meer expressie te geven. Hier kiest ze op aangeven van haar producer en echtgenoot Jim Tomlinson, voor een nieuw repertoire, met o.a. een viertal songs speciaal voor haar geschreven door Jim Tomlinson en tekstschrijver Kazuo Ishiguro en een tweetal klassiekers van Serge Gainsbourg, waarin ze charmant en bijna accentloos de taal van Sar-

kozy hanteert. Het imago van ‘the girl next door’ heeft plots wat meer diepgang gekregen. Of ze daarmee een nieuw publiek aanboort, valt zowel voor haar als de platenmaatschappij af te wachten. Luc De Baets

*** Een licht weemoedige en altijd frêle

Stacey Kent weerklinkt op dit Blue Note debuut. Centraal staan een aantal composities van haar man Jim Tomlinson (saxen) waarop niemand minder dan Kazuo Ishiguro poëtische teksten schreef. Verder

zingt ze in haar beste Frans een aantal chansons van Gainsbourg (Les Petits Riens en La Saison des Pluies) en komen nog wat standards aan bod (Heardhearted Hannah, Let Me Go, What A Wonderful World). De romantiek viert hoogtij in de Fleetwood Mac cover Landslide. Doorheen het album is de begeleiding van de nieuwe band zeer strak en ingehouden, het zijn vooral de gitaren (zes verschillende in dit album!) van John Parricelli die de toon zetten. Bernard Lefèvre

Olaf Kübler & Jan Hammer Trio Turtles

Enja Records/Codaex – 60:55

*** Luister naar de korte pianosolo op A Lotus Floating on Irish Streams, een nummer op de fenomenale debuutplaats van het Mahavishnu Orchestra, en je hoort meteen wat een uitstekende pianist Jan Hammer is. Dat was 1971, Hammer was nog maar 23 jaar oud. En toch had hij toen al een fraai muzikaal parcours achter de rug. Dat bewijst deze cd.

CD

O+Music/Harmonia Mundi – 74:40

David Linx and the Brussels Jazz Orchestra Changing Faces

Samenwerkingen met Belgische artiesten, die een ruimere uitstraling verdienen lijkt het motto van het BJO te zijn. Bert Joris en Philip Catherine kunnen daar van meepraten. Is het nu de beurt aan David Linx? Het lijkt er op dat het BJO een mooie lanceerbasis is voor een aantal topsolisten van bij ons en de reputatie van Linx en het BJO in het buitenland zal daar zeker bij helpen. In Vlaanderen was de pers opvallend koel, in Frankrijk des te warmer. Het is een feit dat Changing Faces opnieuw een mijlpaal is voor beiden trouwens. In een apart stuk in deze Jazzmozaïek gaan we dieper in op de weerklank van dit gebeuren. Recensenten Jaap Ludeke en Bernard Lefèvre hadden allebei zo hun redenen om enthousiast te zijn over dit album. Luc De Baets

TOP-CD Af en toe hoor je nog wel eens beweren dat instrumentale jazz, tenminste in dit genre, moet ‘zingen’, terwijl van vocalisten wordt verlangd dat ze ook iets ‘instrumentaals’ in hun bagage hebben. Die twee stellingen passen perfect op deze uitzonderlijke geluidsdrager. Zanger David Linx zingt, ontroert en swingt met gemak, zo zelfs dat hij tot op zekere hoogte ook iets instrumentaals meebrengt. Kortom, hij mengt schitterend met de orkestpartijen en is ook als solerende scatter nog eens ongenaakbaar. De teksten, mede van Linx, zijn met precisie en smaak gekozen. De gewiekste composities en arrangementen tillen het BJO en Linx naar een niveau dat uitstijgt boven alle lof dat het orkest de laatste jaren, ook internationaal, al heeft weten te vergaren. Jaap Ludeke

TOP-CD Mede door de uitstekende solisten van het magistrale BJO krijgt Linx’ stem vleugels en drijft als verheven op een wolk. Het bevestigt zijn bijzondere jazzzangtalent in een uitzonderlijk verscheiden repertorium met arrangementen van verschillende topmusici. Dat leidt telkens tot verrassende wendingen, niet in het minst met gastvocalisten als Maria João, Ivan Lins en Nathalie Dessay. Ook etaleert Linx zijn woordkunst, al dan niet doorspekt met wat scatten of reciteren (o.a. The Land of Joy). Natuurlijk blijft hij voluit zingen en swingen. En dat leidt tot hoogtepunten in Down On Lovers Lane (met Frank Vaganée op fluit), Bilhete (duet met Ivan Lins en Nathalie Loriers op piano), A Day’s Journey (met Bo Van der Werf op baritoonsax en Manu Codja op gitaar), Home, In the Spring (duet met Nathalie Dessay) en There is You (met Pierre Drevet op bugel). Een extra bonustrack kan van internet worden gehaald (For The Time Being). Maar er valt nog zoveel te ontdekken op dit album dat heel veel gezichten vertoont. Bernard Lefèvre

Jazzmozaïek 4/2007

33


vervolg ... Steve Lacy-Roswell Rudd Quartet Early and Late

Cuneiform Records/ cuneiform.com – 2 cd – 67:16 + 70:58 ( )

**** *

Los Angeles Guitar Quartet Brazil

Telarc Jazz/Codaex – 54:39 ( )

**** *

ACT/Challenge Records – 53:34

*** De 41-jarige Zweedse pianist Jan Dit gitaarkwartet – bijgestaan door Luciana Souza, Katisse Buckingham en Kevin Ricard – laat vanaf de eerste noot horen dat het hen menens is. Tja, ze staan al 27 jaar op de planken, en ze blijven een toetssteen, in zekere zin zelfs een muzikale norm. De manier waarop zij Mas Que Nada (# 1) aanpakken bijvoorbeeld is ronduit fenomenaal. Geen behoefte aan kunstmatige elektronische toestanden, alle sounds of effecten worden akoestisch gemaakt, en iedereen

IGLOO • IGL 194 PASCAL SCHUMACHER QUARTET «Silbergrau» Pascal SCHUMACHER vibes Jef NEVE piano Christophe DEVISSCHER bass Jens DÜPPE drums www.pascalschumacher.com

IGLOOMONDO • IGL195 PIERRE VAIANA/AL FUNDUQ «Porta del Vento» Pierre VAIANA sax soprano Fabian FIORINI piano Carlo RIZZO tamburelli, chant Zoumana DEMBÉLÉ percussions, n'goni, tamani, chant Nicolas THYS double bass Invités Giovanni et Melchiorre DI SALVO

IGLOO

corbi

«prend l’air» Pirly ZURSTRASSEN piano Kurt BUDÉ clarinet Alexandre CAVALIÈRE violin Tuur FLORIZOONE accordeon Daniel STOKART sax Piet VERBIST acoustic bass Fred MALEMPRÉ percussions

Concerts Musicazur 2008: 19/01/08: Salle Columban, Wavre (BE) • 26/01/08: N'8' Jazz, Mazy (BE) 30/01/08: Jazz Station, Brussels • 1/02/08 : Bondues (FR) • 21/02/08 : Les Chiroux, Liège (BE) 28 /02/08: Cultureel Centrum De Meent, Alsemberg (BE)

Jazzmozaïek 4/2007

SOWAREX • label IGLOO • bvd Léopold II, 153 • 1080 Bruxelles T 32 2 538 90 01 • F 32 2 537 57 96 • sowarex@arcadis.be

De dubbelaar Early and Late bevat drie liveregistraties uit 1999 en 2002 en een demo-opname uit 1962 van het door sopraansaxofonist Steve Lacy en trombonist Roswell Rudd geleidde kwartet. Met de dood van Lacy is helaas een einde gekomen aan een unieke samenwerking die, zoals de demo laat horen, van meet af aan zeer vruchtbaar was. Rudd en Lacy waren beiden liefhebbers van traditionele jazz (dixieland) en

IGLOO • IGL192 MUSICAZUR

34

kent en vindt perfect zijn rol in het geheel. Je krijgt zowat alles te horen wat je met een klassieke gitaar kunt doen, en dat is héél veel. We stonden versteld van zoveel variatie met zo ‘weinig’ middelen (Sambadalu bv.). De virtuositeit druipt van deze muzikanten. Of het nu een medley van Jobim is, of een compositie van Villa-Lobos of een Baden Powell, jongens wat klinkt dit toch grandioos. Fusion op een heel eigenzinnige manier. Zuid-Amerikaanse ritmes en klanken op klassieke instrumenten, met veel hart en warmte gespeeld: dat is schoonheid die in schril contrast staat met de vele vergezochte composities van (post)modernisten die soms muzikale armoede moeten camoufleren. Hoed af voor dit kwartet en hun muzikale gasten, die binnen het genre, een quasi perfect product afleveren! Marc Van de Walle

Jan Lundgren Magnum Mysterium

www.sowarex.be

NEW RELEASES

In zijn geboortestad Praag was de virtuositeit van de piepjonge Hammer snel opgemerkt. In 1968 vormde hij een trio met zijn stadsgenoot Jiri Mraz (intussen al lang tot George Mraz omgedoopt). Na de Russische bemoeienissen in Praag trokken ze de grens over en verbleven lange tijd in München, boven de jazzclub waar deze opnames werden gemaakt. Ze ontmoetten er de stevige Duitse saxofonist Olaf Kübler met wie ze een intens hardbop-kwartet vormden. Op deze verrassend heldere opname, die pas voor het eerst wordt uitgebracht, vooral eigen werk van Mraz, Kübler en Hammer, en standards zoals Stella by Starlight. Leuk, maar toch vooral van documentaire waarde. Vijftien jaar na zijn tijd in München was Hammer een wereldster dankzij zijn soundtrack voor Miami Vice. Op jazz laat hij zich sindsdien nog zelden betrappen. Peter De Backer

bewonderaars van Monk. Hoewel ze alle twee pleitbezorgers waren van de nieuwe, vrijere jazz in de jaren zestig zijn de sporen van de traditie in hun muziek opzettelijk nooit weggewist. Vooruitkomen door terug te kijken, dat was het concept van dit kwartet en eigenlijk ook van deze fenomenale compilatie. Want zoals Rudd en Lacy de muziek van Monk, Cecil Taylor en Herbie Nichols uitbouwden tot iets dat geheel van hen was, zo kan dit met liefde samengestelde tijdsdocument niet anders dan inspirerend werken op een jonge generatie musici. Mischa Andriessen

Lundgren draagt dit nieuw project op als een soort requiem aan de overleden regisseur Ingmar Bergman. Hij arrangeerde stukken van Orlando di Lasso, Claudio Monteverdi, Cristobal de Morales, William Byrd enz. tot deze suite Magnum Mysterium. Het koor van Gustav Sjökvist, Lars Danielsson (bas/cello) en Lundgren (p) zochten de kathedraal van Stockholm op voor de uitvoering. Het roept Garbarek’s Officium met the Hilliard Ensemble op, al wordt door de verscheidenheid van de composities een breder muzikaal spectrum ontgonnen. Lundgren weet ook door piano-improvisaties veel meer spanning in te bouwen, al houdt hij de sacrale muziek heel erg intact. Bernard Lefèvre

Bill Mays The Inventions Trio Fantasy Palmetto Records/Codaex – 50:38

****

Zelden lopen de invloeden van jazz en klassieke muziek zo naadloos in mekaar over als hier. Improvisaties op thema’s van Bach, Borodin, Debussy, Gershwin, Scriabin, Rachmaninoff, plus Charlie Parker en Bill Mays zelf, lopen over van kamermuziek in swingende jazz, zonder dat je het gevoel krijgt dat één en ander gecomponeerd lijkt. Bovendien straalt het speelplezier zo van dit trio af. Met zijn vriend Marvin Stamm op

trompet en bugel en Alisa Horn op cello heeft Mays een zeer genietbaar album afgeleverd. Luc De Baets

**** Bill Mays levert met deze plaat een mooi werkstuk af. Hij wordt gesteund door Marvin Stamm op trompet en bugel, en door Alisa Horn op cello. Deze bezetting kleurt uiteraard de sound van dit werk. Geen ritmesectie, wel een cello die weemoedig kàn klinken, maar ook soms pizzicato de rol van de bas overneemt. En een heel mooie, melodieuze en stevig dragende, zelfverzekerde trompet. Negen tracks, en het mag dan Bach, Borodin of Charlie Parker zijn, nooit wordt de geest van de oorspronkelijke muziek geweld aangedaan. Alle composities klinken zeer gaaf, hoorbaar van de hand van een meester. Tja, Bill Mays wandelt al meer dan veertig jaar rond in het jazzlandschap, en hij kent de weg. Ook hier hoor je nooit aarzeling, en de piano brengt je met vaste hand waar je zijn moet: in het hart van de muziek! Deze cd kon ons enorm bekoren door zijn akoestische eerlijkheid, maar vooral door de rijke muzikale tradities die aangesproken worden. En die worden allemaal even mooi jazzistiek bewerkt en gespeeld. Kijk, daar hebben wij dan weer héél veel respect voor. Mays pakt uit met een origineel trio, en bereikt een al even origineel resultaat. Klasse! Marc Van de Walle

The Chris Mentens Jazz Van Burnin’

W.E.R.F. Records/AMG – 72:42

*** Dat er in Vlaanderen heel wat jazz-

talent zich tracht te manifesteren, is zonder meer duidelijk. Meteen rijst de vraag, hoe al deze muzikanten en groepen in dit kleine landje aan hun trekken kunnen komen. Hier alweer een interessante productie op het WERF-label, met enerzijds gevestigde waarden en anderzijds jong talent. De leiding berust bij bassist Chris Mentens, die hier ook tekent voor alle composities en bewerkingen. Dit sextet wordt in een aantal tracks nog versterkt met gasten als gitarist Pierre Van Dormael en percussionist Chris Joris. De verdienste van The Chris Mentens Jazz Van zit hem in het feit dat ze een heel eigen geluid hebben, mede door de instrumentatie en de arrangementen van Mentens. Solistisch vallen vooral de prestaties op van trompettist Sam Versweyveld en Mentens zelf. Burnin’ doet de band echt in de slotnummers van deze cd. Luc De Baets

Raul Midón A World within a World

Blue Note Records/EMI – 39:47

*** De blinde

zanger-gitarist Raoul Midón uit New Mexico liet zich op het voorbije NSJF opmerken met virtuoos gitaarspel en zijn opval-


lende stem. Die weet hij zelfs als een trompet te laten klinken (hier op Peace On Earth). Op dit album een minder uitbundige en erg melancholische Midón, die heel wat stemmingen oproept. Soms lijkt het wel of hij Latijnse gospel brengt (All The Answers, The More That I Know, Peace On Earth). In dit album blijft het vertrouwde ‘goed gevoel’ (Save My Life, All Because of You, Tembererana) overheersen. Enkele erg persoonlijke songs o.a. rond zijn overleden moeder toen hij pas vier was (Song For Sandra) en hoe het als blinde voelt zijn weg te zoeken (Caminando) maken zijn wereld rond. Bernard Lefèvre

Mona Lisa Overdrive Picknick at Bikini Mainland Records – 59:10

*** Onder deze cryptische naam gaat een Nederlands kwartet schuil met bassist/bandleider Stefan Lievestro, drummer Hans van Oosterhout, gitarist Jesse van Ruller en Arno Krijger op Hammond B3. De groep brengt een gruizige variant op de weer populaire souljazz met de nadruk op een ongegeneerd vette groove. Het muzikale concept mag dan niet bepaald nieuw zijn, de muziek klinkt door de dominante swing en de breed uitwaaierende orgelpartijen wel degelijk fris. Grootste blikvanger op Picknick at Bikini is echter Jesse van Ruller. In het verleden is hem wel nagedragen dat hij te veel binnen de lijntjes kleurde. Dat verwijt snijdt hier echter geen hout. Van Ruller gaat ongekend woest tekeer, natuurlijk met behoud van zijn fenomenale beheersing van zijn instrument. Zo krijgt de luisteraar het beste van twee werelden. De composities van Lievestro leunen misschien iets te veel op de virtuositeit van zijn bandleden, maar met Mona Lisa Overdrive heeft de Nederlandse jazz er weer een heel krachtig kwartet bij. Mischa Andriessen

Najee Rising Sun

Heads Up/Codaex – 47:45

** Deze cd van de alom geprezen Najee

kan ons niet bekoren. De man zou een nieuw soort fusion voortbrengen, indien we zijn website mogen geloven, waarin ook de independent of indie music wordt verwerkt. Vergeet het. In werkelijkheid is het recept voor deze muziekjes érg goedkoop: er wordt een groove gelegd van monotoon drumwerk dat absoluut niet kan bekoren. Daarboven wat handgeklap, alsof iedereen aangestoken wordt door dit soort muziek. Een psychologische truc waar we niet intrappen, een goedkope smaakmaker. Alles is verpakt in een goedkope en commerciële Dave Grusinsound, die excelleert in afgeborstelde en gepolijste tracks (lees: zonder enige vorm van originaliteit en creativiteit). Muziek die een hart en warmte mist. Marc Van de Walle

Ferenc Nemeth Night Songs

Dreamers Collective Records – 69:40 ( )

*** *

De Hongaarse drummer Ferenc Nemeth heeft de afgelopen tien jaar al met heel veel gerenommeerde artiesten gespeeld. Voor zijn debuut-cd onder eigen naam, kon hij dan ook beschikken over een aantal prachtige muzikanten: Mark Turner en Chris Cheek op sax, Aaron Parks piano, Lionel Loueke gitaar en John Pattitucci op bas. Afgezien van Wayne Shorters E.S.P. schreef Nemeth zelf alle muziek. Dat die vlekkeloos wordt uitgevoerd, mag gezien de bezetting geen verrassing heten, de kwaliteit van het songmateriaal en de vernuftige arrangementen is echter opmerkelijk volwassen. Niemand voert de boventoon, zeker de drums niet, al is er een hoofdrol weggelegd voor de als altijd gloedvol spelende Turner en Cheek. Mooi verzorgde mainstream jazz nu en dan licht overhellend naar fusion. Misschien op momenten nog iets te ingehouden gespeeld, maar beslist een bewijs van Nemeths grote talent. Mischa Andriessen

neerlegt. In combinatie met de stuwende ritmes die duidelijk wortels hebben in de wereldmuziek wordt zo de unieke sound van Oregon gedefinieerd. Toegankelijke muziek, maar die schijnbare eenvoud is echter juist een van de belangrijkste troeven van deze groep die al meer dan dertig jaar bestaat. Dat vertaalt zich onder meer in een ongekend soepel samenspel en het zich durven beperken tot wat het kwartet als geen ander kan: het gevoel oproepen dat je met de muzikanten meereist. Duizenden kilometers lang. Mischa Andriessen

Maceo Parker Roots & Grooves

Intuition/Challenge Records – 2 cd - 50:13 + 52:29

*** Het recept: neem de beste ingre-

Piet Noordijk Jubilee Concert – Live at the Bimhuis Amsterdam

diënten van Maceo Parker en zijn band en voeg die samen met een geroutineerd orkest als de WDR Big Band en je krijgt straffe kost. Power is hier het woord, op het eerste volume in een tribuut aan Ray Charles, op het tweede volume in de bekende funky stuff. Deze muziek is opgenomen tijdens een tournee in februari en maart 2007 en voegt in wezen niets toe aan wat Maceo Parker heeft laten horen tot op heden: zweterige funky stuff, die vooral geschikt is voor body language. René Vandewalle

*** Als een jonge stud stort altsaxofo-

Oscar Peterson & Benny Green Oscar and Benny

Jazzimpuls/Challenge Records – 66:79

nist Piet Noordijk (75) zich in het openingsnummer Pete’s Groove, tevens de naam van zijn band met o.a. gitarist Martijn van Iterson en Jack van Poll op Hammondorgel. Met drie stukken met dit hardbopkwintet zette Piet Noordijk op 25 mei 2007 in het Bimhuis de retrospectieve van zijn 60-jarige carrière in. Piet had een aantal ouwe strijdmakkers opgetrommeld, zoals Mischa Mengelberg en Han Bennink. Met Ruud Jacobs op bas maakten deze vier wat spielereien op standards, waarbij iedereen hard zijn best deed, maar met het slotnummer Driekusman Total Loss van Mengelberg in feite zelf een overdreven samenvatting gaf van de performance. Tot slot speelde hij een paar bopklassiekers, inclusief de obligate balladmedley met zijn nieuwe groep met de beloftevolle trompettist Rik Mol en de Beets-ritmesectie (Peter op piano, Marius op bas) en Joost Patocka op drums. Luc De Baets

Oregon 1000 kilometers

Camjazz/Zyx Records – 62:06 ( )

*** *

Karakteristiek voor Oregon is de ruimte die hun muziek oproept. De klanken die Paul McCandless op hobo, Engelse hoorn, basklarinet en sopraansax voortbrengt, zijn ijl en sfeervol. Een perfecte match met de dromerige melodische lijnen die Ralph Towner op piano en gitaar

MYRIAM ALTER Where is there Jaques Morelenbaum / John Ruocco / Pierre Vaiana Salvatore Bonafede / Greg Cohen / Joey Baron ENJ 95132 “WhErE is thErE ... i thiNk that “thErE” is WhErE lovE is. No mattEr What. i bEliEvE that all of us Who participatEd iN this album kNoW that. this is Why thE music all comEs from thE hEart. What ElsE? i givE this to you to touch your hEart iN this Way. aNd i Wish it Will.” MYRIAM ALTER

Telarc Jazz /Codeax – 67:55

***

Ray Brown Trio Seven Steps to Heaven Telarc Jazz /Codaex – 63:11 ( )

*** *

Beide heruitgaven grijpen qua bezetting nogal in elkaar. Benny Green zal zijn leven lang een fan blijven van Oscar Peterson; Ray Brown, evenals Green, speelt op beide cd’s en de Zweedse gitarist Ulf Wakenius zat al bij Peterson en is nu bij Brown zelfs de vierde man in het ‘trio’. In beide gevallen drumt Gregory Hutchinson en maakt goed gebruik van zijn oren. Greg luistert naar wat er om hem heen gebeurt en reageert verbeten. Maar al met al heeft het op beide producties wel iets incestueus. Op de bovenste cd hebben we dus te maken met twee pianisten. Alles gaat redelijk goed tot ze unisono het thema van Parkers Scrapple from the Apple inzetten. Linke soep. Tijdens de brug van het thema klinkt de versie van Parker wat slordig. Ik vermoed dat Green de grap uithaalt. Verder veel standards en Fats Wallers toenmalige hit Jitterbug Waltz. Mijn voorkeur gaat uit naar de cd van Ray Brown. Ze swingen iets heviger, met wat meer zelfvertrouwen. Gitarist Wakenius is kennelijk in zijn element; Brown hield wel van een hier en daar weldoordacht arrangementje. Dat zal een reactie zijn op wat hij vroeger bij Jazz at the Philharmonic moest doen: zwijgen en

FERENC SNETBERGER & MARKUS STOCKHAUSEN Streams Ferenc Snétberger / Gitaar Markus Stockhausen / Trompet / Flugelhorn ENJ 95112 muzikalE cosmopoliEt EN subliEmE trompEttist buNdElEN dE krachtEN

BOI AKIH Yalelol Monika Akihary / Niels Brouwer ENJ 94872 prachtigE sfEErplaat mEt Jazz EN World iNvloEdEN België | Belgique Larenstraat 58 3560 Lummen +32 (0)13 35 20 60 +31 (0)13 55 67 50 fax be@codaex.com

Jazzmozaïek 4/2007

35


vervolg ... doorspelen om de scheurende tenoristen zo veel mogelijk te behagen. Op beide cd’s genereert Brown een onweerstaanbare beat. Als teertonnen rollen die basnoten voorbij in het goedgetroffen digitale beeld. Bij Telarc Jazz is dat vaste prik. Jaap Ludeke

The Pizzarelli Boys Sunday at Pete’s

Challenge Jazz/Challenge Records – 62:22 ( )

*** *

De broertjes Pizzarelli (sologitaar, ritmegitaar en bas) samen met Tony Tedesco op drums doen het weer! Oude krakers als Sweet Sue, Yes Sir! That’s my baby nieuw leven inblazen met respect voor de originele compositie, met vlagen creativiteit, met vakmanschap. Allemaal heel vertrouwd aandoend, wel mooie muziek in al zijn bedrieglijke eenvoud. Maar veertien nummers, allemaal op eenzelfde leest geschoeid, het is wat veel. Iets te voorspelbaar wat met een dergelijk repertoire en met een dergelijke bezetting te verwachten is. Het pleit voor hen dat ze dit alles toch binnen aanvaardbare grenzen kunnen houden, o.m. door de mix goed op te bouwen. Liefhebbers van het betere cleane jazzgitaarwerk zullen hiermee in de wolken zijn, ook al door de kwaliteitszorg. Marc Van de Walle

Chris Potter Underground Follow The Red Line Emarcy/Universal Music – 75:21

- de samenvatting van drie dagen opnamen in de Village Vanguard in New York. Vaak kurkdroog, niet altijd even boeiend, maar voer voor avontuurlijke jazzliefhebbers. Luc De Baets

36

Jazzmozaïek 4/2007

Ernst Reijseger Do you still

Winter & Winter/winterandwinter.com – 60:51

****

Door zijn onorthodoxe veelzijdigheid neemt Ernst Reijseger al jaren een opmerkelijke plaats in binnen de geïmproviseerde muziek. De voormalige leerling van Anner Bijlsma is vooral live iemand die een showtje niet schuwt, maar

Jean-Louis Rassinfosse/JeanPhilippe CollardNeven Second Move

K-RAA-K/www.kraak.net – 58:21

****

*** Na Regency’s Nights (Fuga Libera,

2006) is dit de tweede cd van een duo dat de grenzen van jazz en hedendaagse muziek verlegt of beter nog: wil verenigen. Scriabin’s Prelude Op.11 n°4 wordt als een standard gespeeld en Rassinfosse plukt klassiek in Brahms sonate op.120/2. Collard-Neven tekent voor vier composities, Rassinfosse voor eentje (Obsession). Verder halen ze inspiratie bij Michel Legrand (You Must Believe in Spring), Edu Lobo (Prá dizer adeus) en Jobim (Retrato en blanco y negro - Luiza). Waar jazz begint of eindigt is hier van geen tel, elk tast vanaf zijn terrein het muzikale universum af en zet zich in tot een spel van uitersten. De luisteraar wint! Bernard Lefèvre

Enrico Rava – Stefano Bollani The Third Man

ECM Records/Universal Music – 72:06

****

Wie is hier de derde man? Duidelijk ECM baas Manfred Eicher, wiens schoenen je nog net op de hoes van de foto links in beeld ziet! Dicht bij de muzikanten. Tekenend voor de stempel die deze man al die tijd op zijn producties drukt: dromerige verfijnde nostalgische muziek zonder overbodige franjes. Hier putten de spitsbroeders Rava en Bollani uit hun rijke bagage, die een gans universum overspant. Op het overbekende Estate - de opener - en Retrato Em Branco Y Preto van A.C. Jobim na zijn

meer dan dat is hij iemand die met zijn spitsvondige fantasie zowel jazz als klassieke muziek een geheel nieuw gezicht kan geven. Het in de bijzondere bezetting van twee cello’s en piano opgenomen Do you still is voor, wie Reijseger vooral van concerten kent, opmerkelijk ingetogen. Toch komen alle facetten van Reijsegers typerende benadering van muziek volop aan bod: de humor, de ongebreidelde creativiteit en het gezonde gebrek aan ontzag voor heilige huisjes. Do you still is echter ook een plaat waarop de meer introverte Reijseger zich nadrukkelijk laat horen. Liefdevol en vakkundig bijgestaan door Larissa Groeneveld (cello) en Frank van de Laar (piano) houdt de cellist de spanningsboog tot op de laatste seconde intact met soms ontroerend speelse melodieën. Mischa Andriessen

Rhythm Section & Fred Van Hove Hear Here Now

Fuga Libera/AMG – 60:41

*** Chris Potter is de tenorsaxofonist van

de net niet meer zo jonge generatie, die het vaakst in beeld komt. Door zijn werk bij het bekende Dave Holland sextet heeft hij zich op internationale podia een plaats verworven. Technisch heel sterk zoals velen van zijn generatie, heeft hij iets meer gedefinieerde ideeën en initiatief dan de meeste van zijn leeftijdgenoten. Dit Follow The Red Line met een basloze bezetting van sax, Fender Rhodes, gitaar en drums, tracht met Graig Taborn op piano, Adam Rogers op gitaar en Nate Smith op drums een denkbeeldige rode lijn te volgen, die kronkelend maar gedecideerd zijn weg zoekt, ver weg van de bekende clichés. Dit is voor de tweede keer – de eerste in 2004 was Live At the Village Vanguard op het label Sunnyside

de composities hier van Rava. Zijn trompet klinkt hier koel en afstandelijk, weg van de microfoon, als in een leeg theater, maar schept zo de perfecte koele sfeer voor dit etherische album, dat bestaat uit een aantal mijmeringen en dialogen tussen deze twee grote Italiaanse musici. Ook Bollani laat zich meeslepen en verliest in deze context wat van zijn jongensachtige speelvreugde en spirituele kwaliteiten. Toch zijn er een aantal mooie passages zoals in het fraaie Cumpari, Santa Teresa, Felipe, Retrato Em Branco (2), die eerder op rekening van Bollani mogen worden geschreven dan van Rava. Hoe die man piano speelt is hartverwarmend! Toch een album dat heel wat muziekjes overspant en ergens tussen jazz en hedendaags klassiek in zit, perfect passend in de ECM strategie. Luc De Baets

Chris Potter 10 Song for Everyone Emarcy/Universal Music – 72:58

CD

Zijn gebalde krachtige sonoriteit krijgt hier de volle steun van een weelderige frasering en heftige swing en komt sterk uit de verf tegenover een 10-koppig ensemble, dat qua bezetting meer weg heeft van een klassiek kamerorkest, maar dat met bassist Scott Colley en drummer Adam Cruz het nodige zout en peper geeft aan dit pittige gerecht. De composities en bewerkingen zijn van Potter zelf en kunnen we ten zeerste smaken. Vloeiend, melodieus, hedendaags en rijk, soms van een zeldzame schoonheid, in perfecte balans met de meer geïmproviseerde passages van deze knappe tenorsaxofonist. 10 - Song for anyone bevat net 10 stukken die een verhaal vertellen, waar iedereen wel zijn gading in vindt. Het roept ook herinneringen op aan Joe Lovano’s Streams of Expression en het eerdere Rush Hour. Dit is alweer een getuigenis van het enorme talent van Chris Potter, die zich deze keer ook als componist en arrangeur bewijst. Maar ook als solist, bv. in het breed uitgebouwde bitterzoete Cupid and Psyche, waar hij met een Coltraniaanse allure heel het stuk opentrekt. Andere solisten zijn violist Mark Feldman en klarinettist Greg Tardy. Opvallend is ook het gedegen spel van Scott Colley, in dit geheel opnieuw een voorbeeld van functionaliteit. Third stream, jawel, maar van een eenzaam niveau! Luc De Baets

Rhythm Section staat in feite voor bassist Peter Jacquemyn, die een steeds belangrijkere plaats inneemt in de vrije improvisatiewereld en zijn partner heeft gevonden in de Newyorkse Japanner Tatsuya Nakatani. Deze percussionist behoort niet tot de groep houthakkers en bongokloppers, die zich vaak het macho-hemdje aanpassen van de vlotte spierbal-met-exotischmateriaal. Neen, hier hebben we te maken (en dat geldt ook voor Jacquemyn) met consciëntieuze klankentappers, die de orthodoxe functie van hun instrument zelfs opzij zetten om in mekaars ziel te kruipen, totaal in mekaar opgaan en versmelten tot één klankbeeld. De rest is verhaaltjes vertellen vanuit het instinct en momentum. Fred Van Hove vertolkt hier zijn rol op gelijke voet in het trio, al is hij prominent aanwezig. Je weet het of niet, maar Van Hove mag ondertussen beschouwd worden als een legende in de internationale vrije muzieksien. Terwijl sommigen hem hier nog graag weghonen, heeft hij al lang een carrière op wereldformaat achter de rug. Wie laatst lacht, best lacht, en vergeet niet: free is niet noodzakelijk jazz, en jazz is niet noodzakelijk free. Dit is een gezonde, enorm ruime concertopname van een kunstvorm, die wij nog steeds freejazz noemen. Chris Joris


Louise Rogers Come Ready and See Me RILO Records/louiserogers. org – 46:48

*** Louise Rogers legt hier niet geringe

troeven op tafel. Het is een vaardige vocaliste, die op een eigen manier gestalte geeft aan een vrij breed georiënteerd songpalet, dat roots heeft in jazz, folk en klassieke muziek. Ver weg dus van de traditionele standards en popsongs van vandaag. Haar nagenoeg perfecte intonatie en gevoel voor swing en timing zijn de peilers van een sterke technische bagage. Die gebruikt ze hier voortreffelijk in de interpretatie van een negental composities, waar ze zelf ook enkele teksten voor schreef! Bassist Rick Strong (haar echtgenoot), pianist Matthew Fries en drummer Matthias Kunzli zijn de medeplichtigen en er zijn een paar gasten. René Vandewalle

The Rosenberg Trio featuring Bernard Berkhout Roots

Iris Music/Harmonia Mundi – 44:35

*** Een nieuw album van het Rosenberg

Trio is geen zeldzaamheid. Met de regelmaat van een klok blijven ze komen. Waar een aantal vorige cd’s wel eens verzopen in te veel gitaarvirtuositeit is hier nu een blazer bij gehaald: een die compleet past in de stijl en bovendien een van Nederlands meest vaardige klarinettisten is: Bernard Berkhout. Hij geeft letterlijk de muziek meer lucht. Een welkome afwisseling met het virtuoze solowerk van Stochelo. Berkhout laat zijn klarinet zingen, schuren en swingen als de groten uit het swingtijdperk en laat oude Django-composities als Manoir de mes Rêves en Dinette herleven. Enige schaduwzijde: weinig evolutie in het repertoire. Luc De Baets

Florian Ross Eight Ball & White Horse

Intuition/Challenge Records – 65:31

****

Florian Ross is één van de muzikanten die je niet op zomaar een stijl of genre kan vastpinnen. Zijn brede muzikale bagage laat hem toe de jazztraditie en de hedendaagse muzikale uitingen zonder meer te laten versmelten, daar waar tijdgenoten zich vaak hopeloos vastrijden in een eenzijdige richting. Niet alleen als pianist, maar ook als componist en arrangeur heeft hij zijn talent

bewezen. Hier is hij in alle hoedanigheden te beluisteren. Met vijf rietblazers (saxen en klarinetten) en ritmesectie, zou men al snel geneigd zijn te gaan denken aan Supersax of bigband secties, maar dit is hier allerminst het geval. Als je dan toch een referentiepunt wil, denk aan de arrangeerstijl van Maria Schneider. In deze bewerkingen zit een breed palet aan klankkleuren en worden de klanklijnen vaak onafhankelijk van mekaar verweven in een geheel dat meer de allure heeft van een modern kamerorkest, dan van een getrainde saxofoonsectie. Zo blijft deze muziek verrassen. In de bezetting ook de Nederlandse saxofonist Jasper Blom en onze Frank Vaganée. Ross schreef en arrangeerde trouwens al eerder voor het BJO. En in 2004 kreeg zijn trioalbum Blinds and Shades (Intuition) de kwalificatie Top-cd in Jazzmozaïek. Luc De Baets

Gespecialiseerde

jazzplatenzaken Wij hebben getracht aan de hand van diverse inlichtingsbronnen een round-up te maken van de gespecialiseerde jazzplatenzaken in Vlaanderen. Deze lijst is hopelijk maar een begin en kan uiteraard aangepast en aangevuld worden. Mail naar redactie.jazzmozaiek@skynet.be. Antwerpen

MARK SOUND

Brugge

ROMBAUX

Brussel

MUSIC INN Waterloosteenweg 1354, tel. 02 375 19 36 - Luc Quintard

De Panne

SERENADE

Pharoah Sanders Pharoah Sanders’ Finest

Hasselt

CODA

Ieper

SHUFFLE

*** Tussen 1970 en 1995 bezocht tenorist

Kraainem (Stokkel) MARK SOUND

Dopeness Galore/Timeless – 71:21

en jazzmastodont Pharoah Sanders driemaal de studio van Max Bolleman in Noord-Nederland. Dit resulteerde in de lp’s Africa, Moonchild en Welcome to Love op Timeless-records. Een selectie uit deze drie albums wordt hier in compilatie uitgebracht door het hierboven vermelde, Nederlandse label. Wat de jazzfans al die jaren verbaasde, zijn de onverklaarbare stijlsprongen, die Sanders’ muziek steeds weer onderging en al eens op onbegrip stuitte, maar dan in omgekeerde zin. Als protagonist van de free, omhelsde hij na de dood van Coltrane prompt zijn alom gekende, romantische Afro-jazz met sterk Derwish-gehalte en zelfs wat flower-power-trekjes, om dan plots uit te pakken met neobop. Een soort verontschuldiging, die anderen uit die periode ook wel hebben toegepast. Juist dit fenomeen verdeelde de Sanders-fans in drie, onverzoenbare groepen. Deze compilatie biedt daarom een welgekomen overzicht van deze klimaatveranderingen in het land van de farao en laat vroege en latere fans kennismaken met het voor hen ontbrekende deel. Wat Sanders bezielde om deze plotse overstappen te maken, weet wellicht hij alleen. Zeker is, dat hij de tenor- en sopraansax zegende met een gouden toon en grote lyriek, en in de neobop uitstapjes die bronzen figuur bleef uit de moderne jazzgeschiedenis, Coltrane-adept of niet. Toch missen zijn bijdragen uit die tijd improvisatiekracht. Op deze cd horen we vaak de zachtaardige Sanders: van onbenulletjes tot zeer mooie tracks. Moniebah en The Bird Song (solo) brengen een groet aan Abdullah Ibrahim’s Zuid Afrika. Duo (tenor, drums) en Lament (ballad) zijn fraaie, onverwachte uitstapjes van de vroegere screamer. Chris Joris

Leuven

Wolstraat 6, tel. 03 233 64 03 Mallebergplaats 13, tel. 050 33 25 75

Zeelaan 50, tel. 058 41 31 86 Molenpoort 10 bus 3, tel. 011 22 31 47 Rijselsestraat 40, tel. 057 21 57 43 Potaardestraat 4, tel. 02 731 63 62

SAX worldmusic

Parijsstraat 31, tel. 016 22 48 59

Adressen van de Fnac winkels kunt u vinden op www.fnac.be.

John Scofield This Meets That

Emarcy/Universal Music – 65:13

****

een paar jaar geleden was slappe kost. Met deze nieuwe bewijst de inmiddels 56-jarige gitaargrootmeester dat hij maar best zijn eigen weg gaat. Peter De Backer

Baba Sissoko Bamako Jazz

W.E.R.F. Records/AMG – 70:57 ( )

*** Terwijl de* vorige cd’s van de in Italië Na de zeer geslaagde dubbel-cd met Medeski, Martin and Wood is ook deze nieuwe cd onder eigen merknaam een schot in de roos. Want John Scofield staat nog altijd voor pakkende elektrojazz met funky toets. Die uiteengerafelde gitaarklank van Sco herken je na drie noten. Met superbassist Steve Swallow en drummer Bill Stewart beschikt hij over een heerlijke ritmetandem. Dit keer zorgen ook enkele blazers voor wat meer kleur, maar vergis je niet: dit is een gitaarplaat. Scofield verrast met twee covers van rockklassiekers: House of the Rising Sun en – jawel – Satisfaction. Al de andere stukken zijn van zijn eigen vlotte pen. In Heck of a Job klinkt hij even als een verrezen Jerry Garcia (Grateful Dead) – die wah wah pedaal! Maar zelfs dan blijft Scofield zijn herkenbare zelve. Bill Frisell komt even meespelen, maar blijft merkwaardig op de achtergrond. Die Ray Charles tribuut-plaat van

wonende Baba Sissoko een eerder ethnisch karakter vertoonden, serveert hij ons hier een soms onstuimiger groepsgeluid, waar Coltrane, Tyner en Gato Barbieri even op bezoek lijken te komen. De thematiek blijft nochtans Mali, steeds gedragen door de typische luit: Ngoni en de Tama (talking drum), waarop Sissoko zonder twijfel een meester is. Hij zingt zijn thema’s als liederen, die door trompettist Laurent Blondiau en tenorist Jeroen Van Herzeele tot de jazz worden gebracht. Opent Ebi met deze onstuimigheid, daarna roept Baba het ensemble tot meer minimalisme en komen we dichter bij Sissoko’s typische composities in Sidjanko. Dit laatste is overigens een pareltje in zijn eenvoud, en dat werkt beter. Luister naar de conga-accenten van drummerpercussionist Reynaldo Hernandez, de gesyncopeerde bas van Reggie Washington in Bamako Jazz, Moko, Tama, en de aangrijpende stem van Mamani Keita op Mali Foli. Pianist Fabian Fiorini drijft in zijn ééntje, af en toe, een ganse kudde schapen bij elkaar en krijgt een mooi moment, in duo met de meester. Het zalvende Djeli Nana is een geslaagde

afsluiter. Sissoko opent zijn muziek naar vele horizonten, nodigt de jazz daarbij uit, maar wil zijn muziek wel eens laten overwoekeren. Fusie is een porseleinen kastje. Toch een cd om te beluisteren, al was het maar om de ingrediënten. Chris Joris

Wadada Leo Smith & Günter Baby Sommer Wisdom in time Intakt Records/Codaex – 65:26

****

Bijna dertig jaar geleden speelden trompettist Wadada Leo Smith en slagwerker Günter Baby Sommer voor het eerst samen. Op Wisdom in Time profiteert het duo optimaal van deze uitgebreide ervaring; de plaat is een monument in de vrije jazz. Sommer weet met een grote diversiteit aan percussie-instrumenten en een ongekend lichte toets de ideale bedding voor Smiths diepgravende en bezielde improvisaties. Met minimale middelen weten de twee elkaar ruim een uur lang uit te dagen en aan te vullen, zonder in goedkoop effectbejag of platitudes te vervallen. Zo blijft het moordende tempo dat veel freejazz kenmerkt volledig achterwege.

Jazzmozaïek 4/2007

37


vervolg ... Smith en Sommer zoeken het liever in verstilling en de spanning van het bijna niets. Zoals bij veel grote kunst klinkt het allemaal bedrieglijk eenvoudig, maar alleen al het feit dat er maar weinig platen met alleen trompet/bugel en slagwerk worden uitgebracht, geeft aan hoe de prestatie is die de beide improvisatoren hier leveren. Mischa Andriessen

Ferenc Snétberger/ Markus Stockhausen Streams

Enja Records/Codaex – 56:47

slechts hier en daar verraadt hij zijn Roma-afkomst en voorliefde voor de zigeunerjazz van Django Reinhardt. Maar net zo goed klinken in zijn spel Zuid-Amerikaanse en klassieke invloeden. Snétberger dist een heel eigen mengeling op die uitstekend past bij de trompet van Stockhausen. Peter De Backer

The Marvin Stamm Quartet Alone Together JazzedMedia.com – cd: 73:55/dvd: 79:18

*** Trompettist Markus Stockhausen, **** zoon van Karlheinz Stockhausen, de vermaarde of zelfs beruchte Duitse modern-klassieke componist, heeft vooral een klassieke opleiding genoten. Maar intussen heeft Markus al een mooi parcours afgelegd als jazzmuzikant met een Europese toets, met enkele mooie opnames voor ECM. Deze duo-plaat met de Hongaarse gitarist Ferenc Snétberger bewijst dat hij een uitstekend improvisator is, die weet wat een sterke melodie is. Maar altijd hoor je zijn klassieke scholing doorklinken. In gitarist Snétberger vond hij een waardige challenger voor deze intieme duoplaat. Snétberger speelt alleen akoestisch en

38

Jazzmozaïek 4/2007

communicatiemiddel. Deze heren, die alle watertjes van de jazz en het studioleven hebben doorzwommen, houden er van met mekaar op te trekken en kwamen net terug van The Jazz Cruise in 2006, wanneer deze opname werd gemaakt in Beverley Hills, Ca. Opvallend is dat vooral Mays (63) in de vorm van zijn leven verkeert. Hij is altijd een toonbeeld geweest van creativiteit met respect voor de traditie, niet alleen van de jazz, maar voor de muziek in ruime zin. Hij is een van de topartiesten van het Palmetto-label, waar hij o.a. met zijn trio met bassist Martin Wind en drummer Matt Wilson regelmatig nieuwe releases uitbrengt. Hij was trouwens in deze bezetting op Jazz Middelheim 2003. Maar hij speelt ook bv. in duo met Bud Shank en met het Toronto Chamber Jazz Sextet. Zijn compositorische prestaties overstijgen vele genres. Lees in deze kolommen ook de recensie van zijn eerste album op Palmetto met The Inventions Trio, met trompettist Marvin Stamm en celliste Alisa Horn, waar jazz en klassieke muziek naadloos in mekaar overgaan. Luc De Baets

Aki Takase – Silke Eberhard Ornette Coleman Anthology

Intakt Records/Codaex – 2cd – 57:26 + 62:58

****

jaren na de woelige sixties, de neobop en de funk buiten te schoppen en een eigen sculptuur te kneden uit al dat andere erfgoed. Aki Takase huppelt van klassieke discipline, via Caraïbische motiefjes uit de oude doos, naar pure free. Zij beheerst het ganse pianopalet van de jazzgeschiedenis (en de klassieke muziek). Klarinettiste Silke Eberhard speelt enorm raak in op de piano-avonturen van Takase, spits en beheerst. Een grappige mix van koppigheid met bijna academisch kamermuziekwerk. Dit is zeer relevant ten opzichte van een O.C.- hommage, daar de meester zelf, het verleden gebruikte om, desondanks, een nieuwe jazzmuziek uit te vinden. De stukken worden als miniatuurtjes over de twee cd’s gestrooid en nergens wordt de Ornette-stijl nagebootst, wel herdacht en benadrukt vanuit eigen visie. Soms nuchter, dan weer lekker gek, fris en niet zonder humor. De beluistering van het geheel blijft boeiend, want Aki Takase zorgt telkens voor verrassingen. Ze schildert de Coleman-stukken letterlijk in een andere kleur. Een persoonlijkheid om te koesteren, de jazz heeft dit nu broodnodig. Chris Joris

Billy Taylor & Gerry Mulligan Live at MCG

Manchester Craftmen’s Guild Jazz/Codaex – 68:37

*** Om maar met de deur in huis te Vier heren van rang en stand, trompettist Marvin Stamm, pianist Bill Mays, bassist Rufus Reid en drummer Ed Soph vormen dit merkwaardige kwartet, dat sprankelt van speelvreugde. In werkelijkheid zijn dit ook vier gesettelde vrienden, die er van houden muziek te maken met gevoel en respect voor elkaar. Muziek als

Een stapel Ornette Coleman-composities, twee dames met een fascinerende vertelkracht, nauw samenspel, en de wil om veertig

vallen: dat Manchester heeft niets te maken met de Engelse stad. De Guild staat in Pittsburg, Pa. waar door de jaren heen nog steeds jazzconcerten en opnamen plaatsvinden. Hij organiseerde die concerten vaak. Deze registratie uit 1993 bevat standards en een paar eigen stukken. Taylor selecteerde Capricious en Mulligan bracht Line for Lyons mee. Meer dan een halve

eeuw geleden schreef hij het voor de organisator/oprichter van het Monterey Jazz Festival, Jimmy Lyons. Het kwartet op de cd is aangevuld met bassist Chip Jackson en drummer Carl Allen. En gezegd moet worden dat het viertal hartelijk met elkaar omgaat, zelfs af en toe ongedwongen. Mulligan is in het begin van dit concert wat aftastend. Maar tijdens het duet (piano en baritonsaxofoon) in All The Things You Are keert het tij en raken ze beiden in de juiste stemming. Billy Taylor laat bij het ontbreken dan van de bas met zijn linkerhand loodzware noten neerploffen. En goed getimed. Het is zonder uitzondering heel toegankelijke muziek, goed vastgelegd ook. Billy Taylor, nu 86 jaar, treedt niet meer op in het openbaar. Hij heeft trouwens een rijk jazzleven achter de rug als radio- en tv-presentator en organisator. Taylor werd in de VS echt bekend als orkestleider voor de Amerikaanse tv-show van David Frost. Mulligan (1927-1996) werd in Europa veel beroemder. Ooit vertelde hij op het Rotterdams Conservatorium dat er voor het kwartet met Chet Baker (1952) geen pianist was te vinden die zijn akkoorden kon spelen. Zodoende begonnen ze pianoloos. Dat geregistreerde interview in Rotterdam werd afgenomen door Bob Brookmeyer, let wel. Goed dat Mulligan in Pittsburg wel de akkoorden van Billy Taylor kon velen… Jaap Ludeke

Jacky Terrasson Mirror

Blue Note Records/EMI – 48 :27

** Van de Frans-Amerikaanse pianist

Jacky Terrasson bevelen we graag zijn eerste twee cd’s voor Blue Note aan, telkens met Ugonna Okegwo (bas) en Leon Parker (drums). Maar die fantastische trioplaten


dateren al van 12 en 13 jaar geleden. Sindsdien zocht Terrasson een eigen weg, en slaagde hij erin zijn publiek te verbreden met de cd A Paris, met bewerkingen van Franse chansons, en opvolger Smile. Er vielen daarvoor zelfs wat Grammy’s uit de lucht. Deze eerste solopiano-cd gooit helaas minder hoge ogen, ook al blijft Terrasson een indrukwekkend virtuoos. Van de elf stukken pende hij er vijf zelf, waaronder het titelnummer, een wat onvoldragen compositie die een loutere oefening in vingervlugheid lijkt. En het slotnummer is toch net iets te melig om goed te zijn. Terrasson deconstrueert nog altijd graag standards. Deze keer legt hij onder andere Caravan (Duke Ellington) en Cherokee onder het fileermes. Dat hij ook een eigen interpretatie van Carole King’s popklassieker You’ve got a Friend serveert, is gedurfd, maar helaas alweer nogal stroperig. Jacky Terrasson blijft een fenomenale pianist, zeker live, maar dit is maar een halfgeslaagde cd. Peter De Backer

Tricycle King Size Homerecords.be/AMG – 58:28

****

T Unit 7 The Wind’s Caress Diff Records/AMG – 65:05

*** Vlotte vonkende muziek met com-

pacte bewerkingen van overwegend composities van Tom van Dyck, de kopman van dit merkwaardige septet. Van Dyck mag dan al niet zo bekend zijn op onze jazzpodia, hij heeft wel al een en ander gerealiseerd. Hij leidt een eigen kwartet en is de frontman van Saxkartel, met cracks als Frank Vaganée, Sara Meyer en Kurt Van Herck. Dit saxofoonkwartet haalde de prijs van de jury op het vermaarde Tremplin du Jazz in Avignon in 2006. Van Dyck is ook lesgever aan de Antwerpse Jazzstudio. De bezetting van T Unit 7 is een mix van routiniers en vergeten helden. En het werkt overtuigend omwille van de energie die uit deze muziek naar voor komt met daarbovenop soms sterke solistische prestaties. Niet in het minst van saxofonist Tom van Dyck zelf, maar ook van pianist Ewout Pierreux, tenorsaxofonist Fred Delplancq, de sprankelende trompet van Michel Paré en de krachtige trombone van Andreas Schickentanz. Je voelt zo dat er nog groeipotentieel zit in deze zevenkoppige groep en dat zal zich hoogstwaarschijnlijk affirmeren in de Jazzlab tour van februari 2008. Zie Jazzlab series in dit magazine en op www.jazzlabseries.be Luc De Baets

Pierre Vaiana Al Funduq Porta del Vento Op Tricycle is moeilijk een etiket te plakken. Tuur Florizoone (acc, p), Vincent Noiret (cb) en Philippe Laloy (rieten) hebben samen een trio gevormd dat de grenzen tussen genres heeft weggegomd en ergens zijn weg vindt in de smeltkroes van jazz en wereldfolk. Oost- en Zuid-Europese en Braziliaanse invloeden drijven boven en zorgen voor een aanstekelijke waaier van melancholische maar ook aanstekelijke melodieën, die vaak anekdotische origine hebben of ontsproten zijn aan de fantasie van Tuur Florizoone, die moeiteloos instaat voor het merendeel van de composities. Sterk punt blijft het uitgebalanceerd klankenpalet dat dit trio neerzet. Op deze tweede cd van Tricycle werden een aantal gasten uitgenodigd om dit trio en zijn repertoire wat extra kleur te bezorgen, iets waarin vooral trompettist Laurent Blondiau, slagwerker Stephane Pougin en gitarist Victor da Costa voortreffelijk in slagen. Een frisse wind door de Vlaamse contreien, zowel voor folk- als jazzliefhebbers. Luc De Baets

Igloo/AMG – 69:09 ( )

** Vorig * jaar gaf Pierre Vaiana met

Al Funduq een sterk optreden op Jazz Brugge. Met dat concert in het achterhoofd valt Porta del Vento toch wat tegen. Het concept van de herberg (Al Funduq) als ontmoetingsplaats voor verschillende culturen blijft inspirerend. Zoals ook het samenbrengen van uiteenlopende muziektradities (Italiaans, Arabisch, Afrikaans) op zich een heel mooi idee is. Op cd komt de eclectische mix echter wat onevenwichtig over wat vooral het gevolg is van de wisselende kwaliteit van de composities. Tegenover het intrigerende openingsnummer U suli cadi tranquillo staat bijvoorbeeld het eentonige Chiacchiara ccu mia. Ondanks het virtuoze spel op tamboerijn van Carlo Rizzo en de lyrische subtiliteit van pianist Fabian Fiorini maakt Porta del Vento helaas niet zo’n indruk als het optreden een jaar terug. Ook het bij vlagen bezwerende saxofoonspel van Vaiana zelf poetst dat beeld helaas niet helemaal weg. Mischa Andriessen

Hein Van de Geyn en Lee Konitz Meeting Again Challenge Jazz/Challenge Records – 61:36

****

Dit is een erg fascinerend duo. Altsaxofonist Konitz houdt op een indrukwekkend eenvoudige manier de melodie gaande doorheen de hele cd, en bassist Van de Geyn, die ook al heel wat watertjes doorzwommen heeft natuurlijk, doet net hetzelfde, zij het enkele registers lager. (Luister even grondig naar A-Fantasy!) Het is boeiend te luisteren naar de interactie tussen deze twee groten, want zij zetten hier een erg fraaie muzikale prestatie neer. Er is geen nood aan muzikaal exhibitionisme, de muzikanten doen hun ding op een natuurlijke manier; ze ademen, spreken, ze zijn jazz. Alles klinkt zo natuurlijk en harmonieus alsof het de evidentie zelf is. De warme sound van de alt, in transparante stijl, gecombineerd met de diepe, dragende muzikale bas maken van deze cd niet direct een copieus gerecht, maar een finesse voor fijnproevers. Bovendien een liveopname! Marc Van de Walle

Maarten Van Der Grinten en Benjamin Herman 4tet A Curse and a Sigh Blue Jack Jazz – 74:58 ( )

*** *

Na drie vorige schijven (waarvan de laatste in 1998) laat deze groep opnieuw van zich horen met een live-cd. Dat is een mooie en faire zet, die ons echter met een dubbel gevoel achterlaat. De composities zijn zonder meer klassiek te noemen: een opeenvolging van solo’s zonder halsbrekende toeren. Er is heel wat mooi unisonomateriaal tussen de saxofoon en de gitaar te horen, mooi uitgebouwde solo’s waar iedereen zijn kunnen kan tonen. Maar nergens heb je die indruk dat het geheel méér is dan de som van de delen. Het is moeilijk te definiëren wat deze live-sessie mist. De muzikanten hebben er wel zin in, maar dat komt nooit echt aanstekelijk over bij de luisteraar. Elke instrumentalist getuigt van een prima vakkennis, en de plaat is eerlijk als goud. Maar naar ons aanvoelen slaagt men er niet in een harmonieus en vloeiend, natuurlijk klinkend totaalbeeld te creëren, althans niet in de eerste nummers. Misschien was het wel de hoge graad van voorspel-

CD-mozaïekjes I

n de serie The Best Of vallen Diana Krall en Charlie Haden op met een compilatie van nummers uit hun laatste albums. Bij Diana Krall ook enkele tracks, die voor het eerst op cd uitgebracht worden. Bij onze Noorderburen is er heel wat vrouwelijk schoon, die altsaxofoon speelt. Niet alleen Candy Dulfer of Tineke Postma, maar nu ook Susanne Alt (what’s in a name?). Een mooi debuut doet ze met haar kwartet op Delight op Venus Records. Info: susannealt.com. Ook uit Nederland komen nogal wat nieuwe albums op onze redactie aan. Bv. het debuut van pianist Rembrandt Frerichs, Self Portrait genaamd met o.a. Jan Menu (tenor en sopraan) als gast. Zie rembrandtfrerichs.nl.

Laatkomers Heel wat vrije vogels hebben zich verenigd in de groep Chopsticks: Steven Segers (zang) Bart Maris (trompet) - Ben Sluijs (altsax, fluit) - Zeger Vandenbussche (tenorsax) - Mathias Van de Wiele (gitaar, compositie) - Lode Vercampt (cello) - Kristof Rosseeuw (contrabas) Giovanni Barcella (drums) - Dimitri Simoen (drums) - Dagmar Duportail (film). De gelijknamige cd is op 22 november voorgesteld in deSingel in Antwerpen. Echter te laat voor een recensie in onze Nieuw op Cd-rubriek. Net voor afsluiten viel de debuutcd van de beloftevolle Genkse pianist Alano Gruarin in onze bus: Profondo Blu (sic!). Gruarin met bassist Werner Lauscher en drummer Maarten Moesen krijgen hier ook het gezelschap van een paar gasten: trompettist Bert Joris en accordeonist Gwen Cresens. In ons eerstvolgend nummer meer daarover.

Nog eentje dat onze deadline miste is Conspiracy van de Jeff Herr Corporation, een Luxemburgs-Belgisch kwartet met o.a. trompettist Carlo Nardozza. Ook Saxkartel met als gast Tutu Puoane haalde met hun spiksplinternieuwe Yellow Sounds and other Colours op het WERF label onze decembereditie niet.

Opgepoetst! Lonehill Jazz zet zijn reeks heruitgaven verder met o.a. de J.J. Johnson Big Bands (zie recensie). Ook een release van de samenwerking van zanger Mel Tormé en The Marty Paich Dektette, waarop twee fel gegeerde lp’s, Mel Tormé Swings Schubert Alley en Back In Town, samengevoegd werden. Ook Enja recycleert o.a. eigen opnames van de jaren zeventig tot negentig en zet ze om in een reeks goedkope digipacks, nu allemaal in 24-bit master edition. Uitgaven van o.a. McCoy Tyner, Tommy Flanagan, Elvin Jones… En dan is er de oneindige reeks heruitgaven van de Blue Note catalogus, geremasterd door de meester Rudy van Gelder himself, die de roemrijke catalogus van de jaren vijftig en zestig aanpast aan het digitale tijdperk in de RVG Editions.

Verve brengt de opnames van het roemrijke Newport Jazz festival van 1957 opnieuw uit, aangevuld met extra tracks. O.a. een dubbele sampler, die naast de big stars zoals Ellington, Dizzy, Ella en Oscar, ook heel wat leuke combinaties brengt.

Jazzmozaïek 4/2007

39


DVD Nieuwe reeks van opmerkelijke opnamen uit Europese tv-studio’s

vervolg ... baarheid van deze muziek die ons wat stoorde. Jammer, deze mensen hebben echt héél wat in hun mars, maar dit is niet direct een cd om bij te vloeken en te zuchten, en absolute topklasse is dit niet. Marc Van de Walle

Alexander von Schlippenbach Twelve Tone Tales vol I & II Intakt Records/Codaex – 2 cd - 66:54 (vol.I) 67:24 (vol.II)

****

Het is lang geleden dat pianist Alexander von Schlippenbach soloplaten heeft uitgebracht. Nu zijn er kort na elkaar meteen twee verschenen. Op beide cd’s exploreert von Schlippenbach op eigenzinnige wijze het twaalftoonsysteem en brengt en passant passende hommages aan zijn leermeester Bernd Alois Zimmermann, en verder Thelonious Monk en Eric Dolphy. Van al deze voorbeelden worden stukken gespeeld, van Dolphy zelfs drie. In de titel Twelve Tone Tales klinkt al door dat von Schlippenbach aan dit rigide muzikale formaat een dosis humor en speelsheid toevoegt die een bijzonder levendige interpretatie tot gevolg heeft. De twee cd’s doen in kwaliteit niets voor elkaar onder. De invloed van jazz is op volume II veel groter. Op beide opnamen is een pianist aan het werk die op een sprankelende manier ingenieuze verhalen vertelt die een bijzonder groot vakman-

40

Jazzmozaïek 4/2007

schap verraden, maar die, wat veel belangrijker is, over de volle lengte van twee cd’s uitdagend en onderhoudend blijven. Mischa Andriessen

WDR Big Band Köln The World of Duke Ellington – vol. 1 BHM-WDR/Zyx Records – 48:48 ( )

** * Broadcasts van de WDR The Cologne Big Band zijn studioproducties, die veelal in een live-situatie een orgelpunt krijgen. Het gaat van traditionele jazz, als deze Duke Ellington Tribute tot bv. de backing van Maceo Parker of meer gesofisticeerde hedendaagse jazz. Deze Duke Ellington tribute deel 1 valt terug op het bekende Ellington repertoire. Niets nieuws onder de zon. Integendeel de band en zijn gasten blijven heel dicht bij het origineel, met bewerkingen, die alleen wat aangepast zijn aan de bezetting van deze band en zijn mogelijkheden. Niettegenstaande een ritmesectie met Ellington-veteraan bassist Jimmy Woode en drummer Grady Tate kan de band nooit de relaxte, impressionistische sfeer van het origineel benaderen. Bovendien zijn de vocalisten Freda Payne en Milt Grayson niet essentieel in het klankbeeld. Het Ellington Orchestra is eens te meer onnavolgbaar gebleken, ook als een doorwinterd radio-orkest als de WDR Big band, hier nog o.l.v. Jerry van Rooijen, zich met de zaken gaat bemoeien. De titel suggereert dat er nog een tweede deel komt. Luc De Baets

Thilo Wolf In A Personal Mood

Jazz Icons 2 Na ongeveer een jaar is er een vervolg op de eerste uitgave van de Jazz Icons, waarvan alle opnamen van de Europese TV-stations komen in een tijd waarin de Amerikaanse TV-stations cultuur al lang uit hun programmas hadden gegomd.

C

odaex verdeelde de eerste reeks, waarvan uitgebreid acte in onze eindejaarseditie van vorig jaar, maar door een contract van de uitgever, Reelin’ in The Years Productions met Naxos, is de verdeling nu hier in handen van Bang! Distribution, die ons van de nieuw verschenen reeks liet proeven via een sampler en een tweetal exemplaren. Zodra we de ganse reeks hebben aangekocht en gezien, meer daarover. We moesten uiteindelijk van onze Amerikaanse medewerker horen hoe enthousiast hij wel was over de nieuwe reeks, zoals blijkt hieronder, een uittreksel uit zijn column Swing Streets.

Paul Blair: “Wat me het meest aansprak was op dvd, namelijk de tweede reeks Jazz Icons die door het klassieke label Naxos wordt uitgebracht. En dat terwijl ik nog maar nauwelijks bekomen was van de in 2006 verschenen reeks van negen sets met zeldzame opnames van Armstrong, Monk, Gillespie, Blakey, Chet Baker, Ella Fitzgerald, en bigbands geleid door Basie, Quincy Jones en Buddy Rich. Nu gaat het om zeven dvd’s, telkens 60-90 minuten, met Ellington, Brubeck, Coltrane,

Luc De Baets

MDL Jazz/Challenge Records – 70:41 ( )

Andere dvd-nieuwtjes

Een van de hoogtepunten is Sunchild, een stuk van Peter Fulda, met warme kleuren en een vrolijke elegantie. Voor de rest is dit een leuke bigband, die door allerlei radiowerk en tv-werk de eindjes aan mekaar tracht te knopen en voor de rest zich tracht te amuseren met bewerkingen van Broadwayhits en bekende songs. Matige solistische prestaties. René Vandewalle

Boogie Boy My Tribute to Ray Charles – Live in Paris

** *

Mingus, Dexter Gordon, Sarah Vaughan en Wes Montgomery voor een Noord-Europees publiek in zowel concertzalen als tv-studio’s midden de jaren 60. Van de zeven zijn er liefst vijf met opnames in België! Het optreden en verfilmen gebeurde in een periode dat de Amerikaanse televisienetwerken nauwelijks jazz programmeerden (wat overigens nog altijd vandaag het geval is). Onze jazzidolen in de fleur van hun leven zien en horen dankzij het open oor van Europese zenders is zeer verrijkend.”

Belga Home Video

*** Boogie Boy (Paul Ambach - 59) is

een rasechte entertainer en dat bewijst hij voluit met deze liveopname (6 december 2006). Met zijn onweerstaanbare flair zet hij het uiterst deftige publiek van de

Parijse Salle Gaveau in vuur en vlam. Hij beweegt ze tot enthousiast meezingen en handgeklap. Het is een ‘all blues’ ambiance met klassiekers als Georgia On My Mind, Hallelujah I Love Her So, I Got A Woman, Unchain My Heart, What’d I Say en I Can’t Stop Loving You als hommage aan zijn grote voorbeeld. Misschien is het wat hoog gegrepen om Ray Charles te coveren, maar de ener-

gieke Boogie Boy en zijn knappe begeleiders, The Woogies, maken er terecht een aanstekelijk feest van. Bovendien schitteren dochter Marylin en zoon Nathan (dj N&N) als gastvocalisten. De altijd grappende Boogie Boy voelt zich in interacties op zijn best, iets wat op deze dvd live in Paris volledig tot zijn recht komt. Bernard Lefèvre


Bert Vuijsje

Blues for Billie De Nederlandse jazzboekenschrijverij heeft een jaar achter de rug dat trots stemt. Zowel in binnen- als buitenland verschenen titels die welverdiende lof oogstten. In het laatste kwartaal van 2007 werd dat internationale patroon op verheugende wijze voortgezet.

B

lues-expert Guido van Rijn (1950) publiceerde bij de University Press of Mississippi het derde deel van zijn indrukwekkende trilogie over politiek-maatschappelijke thema’s in Amerikaanse blues- en gospelteksten. Na Roosevelt’s Blues (1997) en The Truman and Eisenhower Blues (2004) is er nu Kennedy’s Blues – African American Blues and Gospel Songs on JFK. Daarin analyseert van Rijn opnamen van onder anderen John Lee Hooker, B.B. King, Otis Spann en The Dixie Nightingales. “Maar als ik heel eerlijk ben”, verklaarde hij in een interview met NRC Handelsblad, “dan geldt: hoe verder je teruggaat, hoe beter het wordt. Voor mij is de beste blues gemaakt tussen 1927 en 1932, toen er nog niet met versterkte instrumenten werd gespeeld.” Uitgeverij Prometheus bracht een even indrukwekkende hommage aan dichter-schrijver Arie Visser, tien jaar na diens dood op slechts 52jarige leeftijd. In een drie delen omvattende cassette met de sobere titel Verzameld werk

is Vissers poëzie en proza liefdevol samengebracht met verhalen over hem van onder anderen Oek de Jong, Guus Luijters en Adriaan van Dis. Arie Visser had een passie voor jazz, en dat komt tot uiting in drie boeiende essays (over Charlie Parker, Albert Ayler en Thelonious Monk) en in meerdere gedichten, waaronder Blues for Billie: I couldn’t stand to see you weeping but now the time made this incision I hate to see you in a vision just smiling but forever sleeping En dan zette Uitgeverij Resonans gelukkig de jaarlijkse traditie (sinds 1986) voort om een Nederlandse Jazz Agenda te produceren. De editie 2008 heeft als thema de jazzgitaar en bevat, naast de agendapagina’s, artikelen door Ton Ouwehand, Bert Jansma en Ruud Meijer over onder anderen Wes Montgomery, Jimmy Raney, Jim Hall, Joe Pass, Pat Martino, John McLaughlin, René Thomas, Wim Overgaauw, Marnix Busstra en Maarten van der Grinten.

• Guido van Rijn: Kennedy’s Blues – African American Blues and Gospel Songs on JFK. University Press of Mississippi; € 50,-. Te bestellen via: http://home. tiscali.nl/guido/kennedy-blues.htm • Arie Visser: Verzameld werk (bezorgd door Oek de Jong, Guus Luijters en Wim Sanders). Prometheus, Amsterdam, € 59,95. ISBN 978 90 446 0957 2. www.uitgeverijprometheus.nl • Jazz Agenda 2008. Uitgeverij Resonans, Hellendoorn, € 11,95. ISBN 978 90 77 860069. www.uitgeverij-resonans.nl

www.bebopbusiness.com Bebop Business is ook elke zondagavond vanaf 22.30 uur te horen via http://studio6.radio6.nl/

Luc De Baets

Muzikantengids

P

In Nederland bestaat de Muzikantengids al járen. Het boek is er uitgegroeid tot dé bijbel voor de muzikant en dj – een onmisbaar item in de flightcase van zowel beginnende als professionele muzikanten.  Ook aan tal van conservatoria en hogescholen is de Muzikantengids verplichte kost.

oppunt brengt samen met de Nederlandse auteur Jan van der Plas een Vlaamse versie uit van het boek.  In 8 delen, 19 hoofdstukken en 304 pagina’s belichten Tijs Vastesaeger, medewerker Popadvies bij Poppunt, en de Nederlandse auteur-muzikant Jan Van der Plas de muziekindustrie en de carrière van muzikant en dj vanuit alle mogelijke invalshoeken: muziek maken, muziek

verkopen, optreden, administratie, rechten, geluidsdragers, muziek als beroep, internet, en een overzichtelijke adressengids.

• De Muzikantengids kan besteld worden via Poppunt voor slechts € 24.90: www.poppunt.be – info@poppunt.be – 02 504 99 00, of door het verschuldigde bedrag te storten op KBC 413-9292181-26 met vermelding van muzikantengids.

Jazzmozaïek 4/2007

41


JazzDe

van...

Kris Baert

Bernard Lefèvre

Kris Baert (52) kreeg de jazzmicrobe echt goed te pakken toen hij rond zijn 35ste als vertegenwoordiger van Brouwerij Duvel-Moortgat ontdekte dat jazzliefhebbers wel Duvel lusten. Hij ging daarop snel de associatie leggen tussen Duvel en jazz. Hij was de eerste sponsor van het Knight Festival in het Gravensteen wat later uitgroeide tot het Blue Note Records Festival. Hij kende initiatiefnemer Bertrand Flamang al lange tijd daarvoor. Na meer dan 10 jaar consequente communicatie heeft Kris Baert Duvel verenigd met jazz tot het perfecte huwelijk. En zelf is hij al 25 jaar getrouwd met Veerle, een vierde generatie Moortgat.

H

en heb dan de kaart van jazz getrokken. Mijn eerste contacten met jazz dateren van‘75 in ‘De Gevaertcommune’, een behoorlijk alternatief café in Sint Martens Latem. Daar speelde regelmatig een jazzgroep waaronder Waso (met Koen De Cauter) en de Piotto’s. Dat sprak me wel aan, want ze speelden heel veel muziek van Django Reinhardt. Waarom de associatie met jazz? Toen ik de jazz leerde ontdekken, was ik verrast door het brede spectrum van het genre. En wat jazzliefhebbers me vertelden, was dat ze bij het drinken van Duvel de kwaliteit van het bier waar-

(foto: © Jos Knaepen)

oe ontstonden de eerste contacten met jazz? Eigenlijk ben ik opgegroeid met kleinkunst, Herman Van Veen, Dimitri Van Toren, Hugo Raspoet, de Elegasten en ook Frans chanson: Bécaud, Moustaki, die liedjes kan ik zo meezingen. Het was op mijn 40ste, toen ik verantwoordelijk werd voor de sponsoring en events binnen de brouwerij Moortgat, dat ik naar een lijn zocht binnen de communicatie. Daarvoor was ik 12 jaar commercieel afgevaardigde bij Duvel-Moortgat. Bij mijn contacten met o.a. jazzcafés was het me opgevallen dat daar veel Duvel en ook andere zware bieren werden gedronken. Toen ben ik daar speciaal op gaan letten

deerden. Bovendien is Duvel een complex bier, niet eenvoudig te brouwen, je moet het leren kennen, en met mate consumeren. ‘Kwaliteit’ en ‘complex’, dat gaat ook op voor jazz. In het jaarverslag (met prachtige jazzfoto’s en uitspraken van jazzmusici - nvdr) spreken we van een gesmaakte combinatie. Zelf zie ik in de curve van het Duvelglas evengoed een contrabas als een piano of zelfs een saxofoon. Maar natuurlijk speelde in ons verhaal ook de revival van de jazz een rol. En toen kwamen de jazzfestivals… Al voor er sprake was van het Blue Note Records Festival waren we de eerste sponsor van wat toen het Knight Festival (in het Gravensteen Gent) heette. We zijn dan het Blue Note Records Festival gaan sponsoren, maar ook Jazz Middelheim, het Blue Note Festival Parijs, Jazz à Liège, Jazz Terneuzen, Parkjazz Kortrijk, Jazz Hoeilaart en Jazz in ’t Park Gent. Bertrand Flamang kende ik al een hele tijd van toen ik vertegenwoordiger was en hij café Den Turk uitbaatte rechtover het gemeentehuis van

De TOP keuze van Kris Baert Schumacher Quartet: * Pascal Change of the moon (Igloo, 2004) * Bert Joris Quartet – Live (Werf 035, 2002) Jazz Orchestra – The Music * Brussels of Bert Joris (Werf 029/030, 2002) Mama – Ancestry in Progress * Zap (2004) * Marc Moulin – Entertainment (Blue Note/EMI 2004) Meier & André Donni * Lollo – Hondarribia (gypsymusic.nl 2005) Declerck & Kari Antila Group * Andy – 1000 Miles Away

Kris Baert

Kris Baert: “Toen ik de jazz leerde ontdekken, was ik verrast door het brede spectrum van het genre.”

42

Jazzmozaïek 4/2007

(Seventh String Music 2007) Chris Joris – Out of The Night (Werf 039, 2003) Keith Jarrett – The Köln Concert (ECM, 1975) Wynton Marsalis – geen specifiek album

* * *


Gent. Jong Jazztalent Gent, een idee van mij, heeft Bertrand later in zijn festival geïntegreerd. We zijn blijven samenwerken, omdat ik sterk in Bertrand’s creativiteit en gedrevenheid geloof. In het logo van Jong Jazztalent zie je heel subtiel de contouren van het glas Duvel, maar evengoed kun je er de curven van een instrument bij bedenken. Speel je zelf een instrument? Nee, al kom ik uit een muzikale familie. We zongen graag. Ik heb een broer die les geeft in muziekgeschiedenis, zusters in kunstgeschiedenis. Mijn broer Frank Baert speelt sax en een neef van mij, Pieter Baert heeft een eigen kwartet. Hij geeft les in Brussel. Jeroen Baert, een andere neef van mij, speelt viool bij Sioen. En een schoonbroer speelt contrabas en zijn zoon speelt sax. Mocht ik zelf een instrument kiezen, dan zou het klarinet zijn. Die warme klank, daar hou ik echt van. Ben je zelf geëvolueerd in jouw jazzsmaak? Jazeker. Ik sta veel meer open dan voeger. Mijn zoon Stijn, nu 16, heeft ook de jazz ontdekt en gaat de meer alternatieve kant op, hij leert me ook dingen ontdekken. Maar ik blijf toch bij de klassieke jazz hangen. Laatst op het Blue Note Records Festival ben ik bij het concert van E.S.T. na een kwartier stilletjes gaan lopen, dat vond ik maar niets. Ik hou van veel soorten muziek, maar

ik ben geen kenner, vraag me niet naar namen… Astor Piazolla, Eva De Roovere, die schieten me zo te binnen en vind ik echt geweldig. Wat me wel verwondert is dat jazzliefhebbers soms neerkijken op New Orleans jazz. Dat vind ik onterecht. Ik blijf ervan overtuigd dat veel mensen jazz juist ontdekken via die muziek, die zeer toegankelijk is. Welke ideeën broeien er nog? Met het Internationaal Straatkunstenfestival in Balen – Geert Mangelschots, organisator van het festival, is een fan van ons Droomschip (de spatiale zeilstructuur waarmee we op diverse evenementen actief zijn) – werken we samen aan het programma jazz en brachten daar al o.a. Declerck/Antila groep, Peter Vandendriessche en

Fotob o e ken Als je doorheen de Boekenbeurs dwaalt, kom je toch wel een aantal stands tegen waar vooral fotoboeken in het oog springen. Ook jazz is altijd al een bron van (ver)beeld(ing) geweest.

Bernard Lefèvre

K

linkende namen als William Claxton (Jazz Life), David Gottlieb (The Golden Age of Jazz), Francis Wolff (Blue Note) en Herman Leonard (Jazz Portraits) hoeven we niet meer voor te stellen.

Over Herman Leonard (84) verscheen recent een nieuw fotoboek, Jazz, Giants and Journeys: The Photography of Herman Leonard, dat het alomvattende werk van deze jazz-, oorlogs- (Birma) en zelfs mode/naaktfotograaf omvat. Het is een fotografische biografie door David Houston, curator van Ogden Museum of Southern Art, New Orleans en Jenny Bagert, Creative Director van Leonard. Herman Leonard opende zijn eerste studio in 1948 in New York. Zijn jazzfoto’s van die tijd stralen de typische sfeer uit van de gloriedagen van de jazz. Alle grote namen – Armstrong, Ellington, Holliday, Lester Young, Monk, Parker, Ella Fitzgerald, Miles waarmee hij een speciale band had, en vele anderen – heeft hij kunnen vastleggen in de toen nog rokerige donkere sfeer van de vele beroemde

Brazzaville (winnaar Jong Jazztalent). Volgend jaar, eind september 2008, gaan we het festival financieren dat vooral een breed jazzpubliek moet aanspreken. Arne Van Coillie en Sabine Kühlich zijn al geboekt. Een heel ander verhaal is de vraag vanuit de hotels die hun lobbybar origineel wensen in te richten. Die willen geen neons, lichtbakken of commerciële spiegels. Daarvoor hebben we een soort scenario in foto’s gevat van een zwarte muzikant met een blanke zangeres. Die scenes – van compositie over kleedkamer tot optreden - hebben we op canvasdoek overgezet. In de foto’s is heel discreet een Duvel op te merken. Ik ben in onderhandeling met het Crowne Plaza Hotel in Antwerpen om de horecaruimtes een meer jazzy tint te geven. Ook in Nederland, Frankrijk, Engeland en de Verenigde Staten zullen we op die manier dat jazzverhaal doortrekken. Dit bezoekerscentrum Duvel Depot is echt gezellig… Inderdaad, hier ontvangen we groepen. Die krijgen bij ons een rondleiding, degustatie, versnaperingen en een geschenk, dat kost slechts 5 euro per persoon. In 2003 trokken we 10.000 bezoekers, dit jaar wordt dat dubbel zoveel. Ook biermaaltijden zijn er en in de zomer is het terras open. Info: www.duvel.com.

meer dan 300 opnamesessies omvat en een 80tal magazinecovers. Alle belangrijke jazzartiesten van de hedendaagse scene zijn opgenomen zoals o.a. Sonny Rollins, Keith Jarrett, Ornette Coleman, Cassandra Wilson, Dianne Reeves, Joe Lovano, Herbie Hancock, Wayne Shorter, Max Roach, Wynton Marsalis, John Zorn, Dave Holland, Brad Mehldau, Chick Corea, Elvin Jones, Jim Hall, Abbey Lincoln, Pat Metheny, Lee Konitz and Tito Puente.

clubs. Dat rokerig achtergrondje is overigens Leonard’s stijlelement en maakt zijn foto’s onmiddellijk herkenbaar. Eind de jaren 50 verbleef hij in Parijs waar hij voor het label Barclay en ook voor Playboy werkte. De Parijse scene werd dan ook een dankbaar onderwerp (Aznavour, Sartre, de Beauvoir, en Amerikaanse jazzartiesten op bezoek). In 1980 trok hij zich samen met zijn familie terug op Ibiza om pas in 1988 weer aan het werk te gaan, eerst in Londen en een jaar later San Francisco. In 1991 vond hij zijn thuis in New Orleans. Met de Katrina vloedgolf in 2005 kwam hij opnieuw in het nieuws. Zijn woning/studio in New Orleans werd verwoest en heel wat van zijn werk was zwaar beschadigd. Gelukkig was heel wat uit het archief gevrijwaard. In 2006 verhuisde Leonard naar California.

De jazzfotograaf Lee Tanner geeft met The Jazz Image – Masters of Jazz Photography – een ruim inzicht over zestig jaren jazzfotografie – van Louis Armstrong en Duke Ellington tot John Coltrane en Miles Davis. In het boek vinden we zowel eigen werk als dat van de fotografen Herman Leonard, Bob Willoughby, Milt Hinton, en William Claxton.

Een ander recent fotoboek is JAZZKATZ: Jazz in New York van de fotograaf Jimmy Katz. Jimmy Katz begon in 1990, na een carrière als alpinist/skibegeleider in de V.S., Rusland, Peru, Bolivia en Nieuw Zeeland, met het fotograferen van jazzartiesten. Hij vestigde zich toen in New York. In 175 foto’s krijgen we een kijk op zijn werk dat

• Jimmy Katz - JAZZKATZ: Jazz in New York www.truebluemusic.com (september 2007)

• David Houston and Jenny Bagert – Jazz, Giants and Journeys: The Photography of Herman Leonard – Scala Publishers Ltd – London (oktober, 2006) - ISBN-10: 1857594347 - ISBN-13: 978-1857594348

• Lee Tanner - The Jazz Image – Masters of Jazz Photography – Harry N. Abrams, Inc. (november, 2006) - ISBN-10: 0810957493 - ISBN-13: 978-0810957497

Jazzmozaïek 4/2007

43


A M S T E R D A M J A Z Z A G E N C YB V Contact us for bookings for 2008 & 2009!

Mona Lisa Overdrive Roberta Gambarini Bert Joris Randal Corsen Toots Thielemans* Jean-Michel Pilc Sean Jones Danilo Perez Jesse van Ruller Roy Hargrove Lew Tabackin Jef Neve* Philip Catherine* Horacio ‘El Negro’ Hernandez & Italuba Francien van Tuinen and more... Amsterdam Jazz Agency B.V. | Eline Muller, Jantien Plooij | info@amsterdamjazzagency.com | T +31(0)20-4232294

www.amsterdamjazzagency.com * Bookings for The Netherlands only | Photography © S. Dorrestein, G. Driessen, I. Gittler, B. Huggler, J. Katz, J.L. Knaepen, S. Schuls, F. Stewart, D. Stockmans

internationale Jazz 2008 Zo | 20.01.2008 | 20:00

Michel Portal (klarinet) Bruno chevillon (contrabas) Daniel huMair (drums) Dit concert vindt plaats in Vooruit

Wo | 23.01.2008 | 20:00

rosario Giuliani Kwintet

De BiJloKe MUZIEKCENTRUM GENT

Do | 28.02.2008 Zo | 02.03.2008

Blue note recorDs Festival inDoor Eerste editie

Een samenwerking van Blue Note Records Festival en Muziekcentrum De Bijloke Dagticket €20/5 (-12j) Combiticket €35

Losse kaarten: € 15/12,5/5 (-19j) www.debijloke.be T. 09/269 92 92


B o e ken

Lee Konitz Jules Renard, de Franse Elsschot van omstreeks de wisseling van negentiende naar twintigste eeuw, noteert ergens in z’n dagboek dat je eigenlijk zou moeten lezen zoals een kip drinkt : ‘... en relevant fréquemment la tête ...’, met dien verstande natuurlijk dat wat je leest dan echt wel de moeite waard moet zijn. Hoe waar dat is, heb ik zelden zozeer aan den lijve ondervonden als bij het lezen van Andy Hamilton’s Lee Konitz: Conversations on the Improviser’s Art.

Marc Van den Hoof

O

m de haverklap was er weer het één of ander dat tot nadenken stemde of tot herlezing noopte en tegelijk was het een hele opgave om niet vooruit te lopen in het boek, om het niet in één ruk uit te lezen en het integendeel met enige zuinigheid te bejegenen. Hamilton’s boek over Lee Konitz is een nieuwsoortige biografie. Het brengt geen verslag uit van het jarenlange opzoekingswerk dat de auteur buiten zijn personage om heeft verricht – waarom zou het ook bij leven en welzijn van de man in kwestie ? – en het behoort evenmin tot het genre van de ‘ghost writing’ : dat van de gefingeerde autobiografie, waarbij het personage z’n verhaal vertelt aan een geletterde mens die het min of meer getrouw te boek stelt. Het boek van Hamilton is één lang interview dat begon in 1999 met een soort blindfold test voor The Wire en waarvan al die jaren de draad telkens opnieuw werd opgenomen. Op die manier is het zoiets als het ideale interview geworden, dat niet stopt wanneer het echt boeiend begint te worden, en dat veel meer is dan vragen stellen en de antwoorden daarop noteren. Door het jarenlang onderhouden van het contact is er een aparte vertrouwelijkheid en zelfs vriendschap gegroeid tussen geïnterviewde en interviewer. Ze kennen elkaar op den duur en beginnen elkaars vragen en antwoorden te anticiperen: Konitz weet wat de kunstfilosoof Hamilton bezighoudt en Hamilton begrijpt beter dan wie ook wat de zich telkens weer buiten de begane paden begevende Konitz bezielt. Maar ze proberen het elkaar en meteen ook de lezer duidelijker te maken. De premisse is eenvoudigweg dat Hamilton onvoorwaardelijk is blijven houden van de muziek van Konitz nadat hij ondersteboven was geraakt van het Atlantic album Lee Konitz With Warne Marsh uit 1955. Om het geheim van Konitz te achterhalen heeft Andy Hamilton het over de jonge jaren van de saxofonist, de familie, de Joodse achtergrond, over z’n bewondering voor Charlie Parker – het is een fabel dat Konitz nooit naar Parker luisterde: hij heeft geleerd soli van Bird noot voor noot na te spelen, maar was vastbesloten geen epigoon van Parker te worden – en over zijn voorliefde voor Lester Young. (Op Jazz Middelheim van de zomer had ik het in gesprek met Konitz heel even over de solo van Prez in You Can Depend On Me met een Basiecombo in februari ’39 en hij begon hem onmiddellijk te zingen, zoals hij op Once Upon A Line, het duo met Harold Danko in 1990 in Parijs, ook Young z’n Lady Be Good-solo zingt.) Natuur-

lijk komt ook de tijd en de niet altijd vanzelfsprekende relatie met Lennie Tristano uitvoerig ter sprake, de vroege samenwerking met Miles Davis en Warne Marsh en de periode dat Konitz stersolist was bij Stan Kenton. Als het biografische gedeelte is afgewerkt, wordt dieper ingegaan op Konitz’ ideeën omtrent improvisatie, ‘thema met variaties’, op het album dat blijkbaar het dichtst benadert wat hij eigenlijk voor ogen heeft: Motion, het pianoloze trio met Sonny Dallas en Elvin Jones. Voorts komt ook nog het instrument, de (alt)saxofoon ter sprake, met z’n eigenaardigheden en z’n mogelijkheden, de partners en de muziek in de jaren zeventig en tachtig en daarna, én het repertoire, de duizenden keren dat All The Things You Are nieuw en anders is geweest, het great American songbook en de lotgevallen met de vrije improvisatie, van de tijd met Tristano (1949) tot de Gong With the Wind Suite in duo met drummer Matt Wilson (Steeplechase 2002). Tussendoor worden zowat alle jazzmen

die ter sprake komen ook aan het woord gelaten met hun mening over Lee Konitz of kort bij de lezer geïntroduceerd. Behalve een disco- en bibliografie zijn ook de transcripties toegevoegd van enkele soli van Konitz en de muziek van vier van z’n eigen composities. Andy Hamilton hanteert een fraai, heel dicht tegen de spreektaal aanleunend idioom zonder die spreektaal al te letterlijk te transcriberen. De gesprekken zijn heel ernstig en Konitz neemt nergens een blad voor de mond, maar z’n gevoel voor humor zorgt telkens weer voor dezelfde luchtigheid en ingehouden vrolijkheid die op haar beste momenten ook z’n muziek kenmerken. • Andy Hamilton – Lee Konitz : Conversations on the Improviser’s Art – 320 p The University of Michigan Press (aug. 2007) – ISBN -10: 0472032178 – ISBN13: 978-0472032174

Jazzmozaïek 4/2007

45


Albert Michiels

Jazzhistorie Jazz in België Jazzconcours in België vanaf 1928 (deel 2) vanaf 1920 Naar het voorbeeld van de Jazzclub van België (zie vorige editie – deel 1) had in 1940 een (10) zekere Willy De Cort de concurrerende C.R.B (Club Rythmique de Belgique) opgericht. Hij trad

D

e C.R.B. organiseerde zijn eerste wedstrijd op zaterdag 21 november 1942 in het Brusselse Paleis voor Schone Kunsten.

snel omdat Felix Faecq na zijn concours in 1941 ermee gestopt was.

werden er zelfs nog een aantal losse stoelen geplaatst. Dat was ook heel normaal. De sfeer was feestelijk ondanks de oorlogsperikelen. Zoals gewoonlijk waren er heel wat fotografen want zulke manifestaties behoorden immers tot hun geliefd werkterrein. Maar spijtig genoeg heb ik er geen enkel fotoo tje aan overgehouden. Ik bezit alleen als enig souvenir het programma. Het was afgedrukt op licht karton met op de voorkant een foto waaronder: Le Quintette du Club Rythmique de Belgiqu qui passe en exhibition à la COMPETITION NATIONALE POUR ORCHESTES DE JAZZ. (zie afbeelding) De wedstrijd werd ingedeeld in twee categorieën: kleine formaties (max. 8) en grote formaties (vanaf 9). Er waren belangrijke geldprijzen: 1500 frank voor de winnende groep van

(archief Albert Michiels)

Ik was er als 19-jarige aanwezig want onder de deelnemers was er het Frantz Belang combo. De leden waren een paar jaar ouder dan ik en wij hadden samen in de lagere school van de gemeente Overijse gezeten. De dag van het concours trok ik al in de vroege namiddag naar Brussel. Zoals altijd reed ik per fiets via de oude baan Brussel-Namen over Jezus-Eik, door het Zoniënwoud tot in Oudergem. Daar stalde ik mijn fiets in het Zwarte Paard rechtover het gemeentehuis. Dan nam ik tram 25 die mij tot aan het Brusselse Paleis voor Schone Kunsten bracht, in totaal zo’n 15 km verwijderd van Overijse. Het was lang op voorhand aanschuiven om een goede plaats te bemachtigen. Dat waren wij gewoon. De zaal liep overvol. Op het podium

op als organisator van concerten, maar had ook interesse voor jazzconcours. Die kwamen er

Le Quintette du Club Rythmique de Belgique Van links naar rechts: Leon Demol, Marcel Mortier, Emile Letelier (b), André Mersch (Van Wijnmeersch), Henry Van Bemst (klarinet, leader).

46

Jazzmozaïek 4/2007

elke categorie, naast een overvloed aan prijzen in natura, voornamelijk platen, voor de beste trombonist, de beste gitarist, de beste drummer of noem maar op zonder één instrument te vergeten. Voor de winnende groepen was ook een opname op plaat voorzien, aangeboden door het label Metrophone. De lijst van de deelnemers, in rangorde van hun optreden, bestond uit: A. Kleine formaties • Frantz Belang et sa petite formation (Overijse) • Metro Club (Sint Niklaas) • Morris Hender et sa petite formation (Brussel) • Pierre Engels et son Septette (Brussel) • Session d’une Heure (Luik) B. Grote formaties • Charlie Calmeyn (Brussel) • Fernand De Bray (Brussel) • Paul Baud (Luik) • Prenten D. (Luik)

De jury, onder voorzitterschap van Willy De Cort bestond uit: Jean Omer, John Ouwerx, Gus Deloof, Jacques Demany, Tony Young, Maurice Ruwet (directeur van Radio-Monde) en Ward Prins (directeur van de platenmaatschappij Metrophone). Onder luid applaus werd het orkest van Charlie Calmeyn uitgeroepen tot glansrijke overwinnaar van de grote formaties. In de categorie kleine orkesten behaalde Session d’une Heure uit Luik de eerste prijs. Het combo van mijn streekgenoot Frantz Belang eindigde op de vierde plaats. Hij zal een eerste prijs saxofoon behalen aan het Brusselse conservatorium en daarna carrière maken in een militaire band. In eigen streek en omgeving was hij geliefd als dirigent van verschillende fanfares, harmonies en zijn eigen jazzformaties.


(archief Albert Michiels)

Premier Championnat de Jazz pour Amateurs in Luik Luik is altijd een broeinest geweest van jazz onder al zijn vormen. In het kader van Les Fêtes de Wallonie organiseerde de Cercle Rythme Futur in september 1946 zijn Premier Championnat de Jazz pour Amateurs in het Palais des Fêtes du Jardin d’Acclimatation. De wedstrijd werd opgedeeld in drie categorieën: • kleine formaties van 4-6 muzikanten • formaties van 7-9 muzikanten • grote formaties.

De jury stond onder het voorzitterschap van Eddie Tower (Emile Deltour) met als leden Achille Colwaert, Carlos de Radzitsky, Jack Kluger, David Bee, Peter Packay, Marcel Poot, Al. Raisner en Raoul Faisant. De eerste prijs voor grote formaties ging naar François Danneels et son orchestre met 72,33 punten op 100. Volgens de jury ontbrak het deze twaalfkoppige formatie aan ‘hotdynamiek’ om het peil te bereiken van een Cab Calloway, een Benny Goodman, een Louis Armstrong of een Duke Ellington. Voor de tweede categorie werd de eerste prijs toegekend aan The Dixie Stompers van Albert Langue uit Mons met 77,88 percent. In de categorie kleine formaties triomfeerden de Bob Shots met 89,44 punten. De bezetting was als volgt: André Putsage (d), Charles Libonton (b), Pierre Robert (g-lead), Jacques Pelzer (as), Bobby Jaspar (ts, kl) en J.M. Vandresse (p). De Bob Shots kregen nog andere prijzen toegewezen: Putsage ontving de beker voor de beste drummer en Pelzer de beker voor de beste saxofonist. De pers was unaniem met de beslissing van de jury: Style d’une pureté et d’une variété exceptionnelle (La Wallonie) … cet orchestre a un style. (Le Monde du Travail) … tous les morceaux sont interprétés avec un soin et un fini que bien des professionnels peuvent jalouser (La Meuse)

Hun succes werd bekroond met een optreden op 8 december in de zaal Pleyel in Parijs en een rechtstreekse uitzending op Radio-Luxembourg. In september van het jaar daarop schreven de Bob Shots in voor het 2e Championnat de Jazz de l’Acclimatation. Het werd een spannend duel met de Franse formatie van Claude Luther. Maar

de moderne stijl haalde het op de traditionele en weer behaalden ze een schitterende overwinning. Dat leverde hen een verblijf in London op. Boris Vian beschreef zijn bewondering in de Franse pers als volgt: … l’orchestre des Bob Shots est une formation du tonnerre, la meilleure de ce genre sur le continent.

De Bob Shots behoorden werkelijk tot de besten van het continent. Een van de belangrijkste momenten beleefden ze op het Festival de Paris in 1949 waar ze de affiche deelden met Charlie Parker en Miles Davis.

Hot Club van België In die jaren ontstond de Hot Club van België (H.C.B.). De hoofdzetel was gevestigd in de Arenbergstraat in Brussel. Ik bezit nog steeds

mijn lidkaart van 1946 die ik 30 frank (75 eurocent) betaalde. Deze vereniging zal zich in de loop der jaren zeer verdienstelijk maken met het organiseren van zeer belangrijke concerten. Maar de tijd van echte jaarlijkse wedstrijden zoals die voorheen bestonden was voorbij. Het waren de uitbaters van jazzkroegen of de jazzfans die zelf het initiatief namen. Zij nodigden enkele goedwillige orkestjes uit die bereid waren om tegen een kleine vergoeding deel te nemen. Verder deden ze beroep op de Hot Club om het aan te kondigen. Die zorgde voor een affiche en een aantal reclamefolders, alsook de felbegeerde erelinten en prijzen in natura. Van een echte professionele jury was geen sprake. Het applaus van het publiek was bepalend voor de uitslag. Een van de meest gerenommeerde jazzkroegen die dat organiseerde was de Pantheon in Brussel. We waren er getuige met het select publiek van de beste kandidaten. De formaties die het hier tegen elkaar opnamen – evenals hun supporters - beleefden er hoogdagen.

Jazzmozaïek 4/2007

47


Muziek R E C H T

D

e Duitse tabaksfabrikant had het merk West al eerder dan de groep Westlife als merk in Duitsland ingeschreven. Het Europese Hof was kennelijk van mening dat de popgroep Westlife het merk Westlife voor dezelfde of soortgelijke waren of diensten wilde inschrijven (o.a. “vorming en ontspanning, in het bijzonder het organiseren en het uitvoeren van festivals, feestelijkheden en muziekvoorstellingen”). En dat verwarring mogelijk was tussen Westlife en West, in die zin dat de oplettende consument de indruk zou kunnen hebben dat de producten en diensten, waarvoor de muziekgroep Westlife haar artiestennaam als Europees merk wilde inschrijven van dezelfde onderneming afkomstig waren als de producten en diensten waarvoor Reemark het merk West in Duitsland als merk had ingeschreven. Een merk dient immers om de oorsprong van goederen of diensten te kunnen onderscheiden. Het gevolg van deze Europese uitspraak is dat de muziekgroep zich niet meer op een merkrechtelijke bescherming kan beroepen tegenover derden die gebruik maken van de aanduiding Westlife. Dat kan vervelend zijn voor de merchandisingactiviteiten rond deze muziekgroep. Door het ontbreken van merkenrechtelijke bescherming kan weinig of niets ondernomen worden nu zij niet over de rechten m.b.t. het merk Westlife beschikt.

De artiestennaam als merk: Noodzaak of overbodige luxe? Een aantal maanden geleden heeft het Europese Hof van Justitie te Luxemburg beslist dat de Ierse boysband Westlife het merk Westlife niet als Europees merk kan inschrijven. Daarmee aanvaardde de Europese rechter de bezwaren van de Duitse tabaksproducent Reemark tegen de inschrijving door de muziekgroep Westlife van haar artiestennaam als Europees merk bij het Europese Merkenburo te Alicante.

bescherming geniet. Inschrijving van de handelsnaam, die doorgaans dezelfde zal zijn als de maatschappelijke benaming, is voor het inroepen van bescherming niet vereist. Het gaat om het feitelijk gebruik. Probleem is dat een muzikant doorgaans niet wordt beschouwd als een handelaar. Hij zal dan ook geen handelsnaam voeren en kan doorgaans evenmin bescherming van een artiestennaam als handelsnaam inroepen.

Muziekgroep in de vorm van een rechtspersoon (vzw, vof, bvba) Indien de leden van een muziekgroep overgaan tot de oprichting van een rechtspersoon dan hangt het van het statutaire doel van deze rechtspersoon af of de betrokken vennootschap al dan niet als handelaar zal worden beschouwd. Indien de commerciële activiteiten van de vennootschap de boventoon voeren zal de rechtspersoon als handelaar beschouwd kunnen worden. In dat geval zou de betrokken rechtspersoon bescherming van de artiestennaam als handelsnaam kunnen inroepen. Een handelsnaam wordt echter gebruikt om

een onderneming aan te duiden en niet om goederen en diensten als afkomstig van een bepaalde onderneming aan te duiden. Een subtiel onderscheid weliswaar, maar toch niet onbelangrijk. Bovendien is niet duidelijk hoever de bescherming als handelsnaam territoriaal werkt. Bovendien dient de groep het gebruik van de naam te bewijzen evenals de reikwijdte daarvan.

Belang van vastlegging van de artiestennaam als merknaam Het verdient aanbeveling de artiestennaam als merk te registreren ter verkrijging van een solide juridische basis die de nodige rechtsmiddelen aan de merkhouder geeft om snel en effectief te kunnen optreden tegen ongeoorloofd gebruik door derden. Met een merkinschrijving in de hand heeft de merkhouder een aanzienlijke voorsprong op degene die de artiestennaam niet merkenrechtelijk heeft beschermd. Merchandisingactiviteiten rond de artiestennaam zijn zonder merkinschrijving bovendien ondenkbaar. Los van een eventuele inschrijving als merk dienen de leden van een muziekensemble goed vast te leggen wat er met de merknaam

Is merkenrechtelijke bescherming van een artiestennaam zinvol en, zo ja, welke stappen zijn daarvoor nodig? Handelaar/handelsnaam versus muzikant/artiestennaam Een handelaar die een bepaalde handelsnaam gebruikt kan zich in beginsel verzetten tegen het (latere) gebruik door een derde zonder zijn toestemming van een daarmee verwarringwekkende handelsnaam. De handelaar dient aan te tonen dat hij de betrokken handelsnaam daadwerkelijk eerder heeft gevoerd. Dat is vaak niet meer dan lokaal, zodat in dat geval de handelsnaam niet meer dan lokale

48

Jazzmozaïek 4/2007

De website van het Benelux Bureau voor Intellectuele Eigendom (www.boip.int).


gebeurt indien de groep ophoudt te bestaan of gedeeltelijk wordt gesplitst. Wie gaat er eventueel verder onder de artiestennaam? De problemen rond muzikanten en niet de minste (o.a. Pink Floyd, The Doors) die de rechten m.b.t. hun artiestennaam vanaf de aanvang niet of niet goed geregeld hebben zijn legio.

Inschrijving van merknaam Benelux depot Door een Benelux depot bij het Benelux Bureau voor Intellectuele Eigendom (BBIE) verkrijgt men bescherming in België, Nederland en Luxemburg gedurende een periode van 10 jaar, te rekenen vanaf de datum van het depot. Men kan niet alléén voor België deponeren. Die termijn kan onbeperkt worden verlengd in schijven van 10 jaar. De beschermingsduur wordt niet automatisch verlengd. Het uitsluitend recht op een merk ontstaat nadat het BBIE (www.boip.int) uw depot heeft ingeschreven. Om dit uitsluitend recht in stand te houden moet u uw merk daadwerkelijk gebruiken. Indien u dit langer dan vijf jaar niet doet kan uw merk (geheel of voor een deel van de waren of diensten, waarvoor u het merk niet gebruikt) op vordering van een derde vervallen worden verklaard. De kosten van verplicht vooronderzoek naar oudere bestaande gelijke of soortgelijke merken en de inschrijving tot 3 klassen bedragen ongeveer € 320,-- nog te vermeerderen met het honorarium van een merkenadviseur.

Aarlenstraat 75-77 B-1040 Brussel Tel: 02/286 82 11 Fax: 02 230 05 89 http://www.sabam.be e-mail: info@sabam.be

Europees depot Een gemeenschapsmerk geeft een bescherming in de 25 Europese lidstaten van de Europese Unie en geeft de merktitularis een exclusief recht om derden het gebruik van het merk te verbieden in de Europese Unie. De registratieformaliteiten voor een gemeenschapsmerk zijn eenvoudig: een éénmalige aanvraag bij het Harmonisatiebureau voor de Interne Markt (OH.I.M.) te Alicante of bij één nationaal bureau (i.c. Brussel) in een van de officiële talen van de Europese Unie. De registratiekosten van een Gemeenschapsdepot (ongeveer 1000 Euro tot 3 klassen) zijn beduidend lager dan de totale kosten van afzonderlijke nationale depots in de 25 lidstaten. De procedure neemt enige tijd in beslag (ongeveer 6-8 maanden), tenzij er oppositie tegen het verzoek tot inschrijving wordt gevoerd waardoor men eerst ná de aanvraag zekerheid verkrijgt of het merk al dan niet wordt ingeschreven.

Internationaal depot Tenslotte is er nog het internationaal depot van merken, indien men ook voor landen buiten de Europese Unie zou willen deponeren. Een internationaal depot kan tot bepaalde kostenbesparingen leiden.

van het onderscheidende gedeelte van de domeinnaam beschikt. Ook in dat verband kan het aangewezen zijn de artiestennaam als merk te beschermen.

Conclusie Als u een naam kiest voor een muziekgroep, doet u er verstandig aan na te gaan of deze naam mogelijk door een derde als merk geregistreerd is. Dat kunt u doen via de website van het Benelux Bureau voor Intellectuele Eigendom (www.boip.int). U houdt er toch rekening mee dat u ook commerciëel succes met uw groep zult hebben. Dan wordt de bescherming van de naam van uw groep van wezenlijk belang. Ook zou u bij voorkeur nagaan of de naam al dan niet als domeinnaam werd geregistreerd. Een merkinschrijving geeft echter nooit een absoute zekerheid van bescherming. Het blijft altijd mogelijk dat houders van eerder voor gelijke of soortgelijke waren- of dienstenklassen geregistreerde gelijke of soortgelijke verwarringwekkende merken of van algemeen bekende merken voor de nationale rechter in bepaalde gevallen de doorhaling van uw inschrijving vragen. U kunt er echter van uitgaan dat u met een merkinschrijving in de hand een sterke positie heeft en uw kansen aanzienlijk vergroot om uw naam effectief te beschermen.

Bescherming domeinnaam Een domeinnaam kan in vele gevallen eerst effectief beschermd worden indien de domeinnaamhouder tevens over een merkinschrijving

Marinus Vromans, 9 november 2007

Geniet het vertrouwen van duizenden auteurs

Jazzmozaïek 4/2007

49


Vincent De Laat

nieuws Muziekmozaïek

Vanaf 17 februari 2008 staan de docenten van Muziekmozaïek weer klaar om hongerige muzikanten te laten proeven van jazzmuziek in de Jazzacademie van Jezus-Eik (Overijse). Ook

D

e lessen van de Jazzacademie zijn niet al-

leen een ideale gelegenheid om je individueel te vervolmaken op je instrument, om samen te musiceren en je theorie bij te schaven, het bijwonen van de lessen is bovendien een ideale gelegenheid om andere gelijkgestemde zielen te ontmoeten en ideeën uit te wisselen of om gezellig bij te praten. En wie weet vind je er ook muzikanten voor je nieuwe groep!

(foto: © Jos Knaepen)

violisten en accordeonisten zijn welkom!

Muzieknotatie op je computer (foto: © Jos Knaepen)

Jazzacademie verwelkomt violisten en accordeonisten

Lode Mertens

Wanneer en waar?

Zondag 9 maart 2008, van 10 tot 15u, in de Stedelijke Muziekacademie van Geraardsbergen, Grotestraat 20A, 9500 Geraardsbergen. Inhoud

Dit jaar zijn er aan de Jazzacademie niet alleen lessen voor de traditionele jazzinstrumenten maar ook voor viool en accordeon. Leerkrachten daarvoor zijn Cécile Broché en Tuur Florizoone. Cécile Broché studeerde klassieke en hedendaagse muziek en improvisatie. Ze behaalde de Tuur Floorizoone eerste prijs viool en kamermuziek aan het conservatorium van Luik. Ze is betrokken bij enorm veel muzikale projecten, gaande van hedendaagse muziek en dansproducties tot jazz en klassiek. Sinds 5 jaar leidt ze het jeugdorkest Résonance. Ze participeerde in cd-projecten van o.a. Diederik Wissels en Erwin Vann & The Garrett List Ensemble. Haar vioollessen zijn ondertussen een vaste waarde aan de Jazzacademie van Muziekmozaïek. Pianist, accordeonist en componist Tuur Florizoone is oprichter van de groep Tricycle, samen met bassist Vincent Noiret en Philippe Laloy op sopraansax. Momenteel maakt deze groep furore in binnen- en buitenland. Tuur speelde al met grootheden als Manu Chao en Carlos Nuñes maar ook met het gros van de Belgische/Nederlandse popwereld: Stijn Meuris, Thé Lau, Paul Michiels, Jo Lemaire, Eric Melaerts en Patrick Riguelle. Vanaf voorjaar 2008 geeft Tuur Florizoone nu ook accordeonles aan de Jazzacademie in Jezus-Eik.  Limburgse jazzmuzikanten kunnen sinds dit schooljaar ook terecht in de Jazzacademie van Maaseik.

Het muzieknotatieprogramma Sibelius is een complete software om via je computer partituren te schrijven, spelen, printen én publiceren. Het programma is geschreven voor alle muzikanten, van studenten en amateurs tot leraars en professionele componisten. Dankzij de vele beschikbare opties kun je met Sibelius muziek in veel verschillende stijlen componeren of arrangeren. Tijdens de workshop wordt een inleiding gegeven in de basishandelingen van Sibelius, inclusief groepspraktijkoefeningen en antwoorden op veel voorkomende vragen. Lesgever

Lode Mertens, trombonist, bekend van o.m. El Tatoo del Tigre en Brussels Jazz Orchestra, leraar koper jazz en lichte muziek én ICT-coördinator aan de Muziekacademie van Geraardsbergen (lodemertens@skynet.be). Prijs

Jezus-Eik Lesdata

Maaseik  Lesdata

17 en 24 februari, 2 maart, 6, 13, 20 en 27 april, 4, 11 en 25 mei 2008

24 februari, 2, 9 en 16 maart, 13, 20 en 27 april, 4, 18 en 25 mei

50

Prijs

Prijs

220 euro

220 euro

Info en inschrijvingen

Info en inschrijvingen

Muziekmozaïek vzw, Wijngaardstraat 5,1755 Gooik 02 532 38 90 - info@muzmoz.be Overschrijven op rekeningnummer 734-0064446-47 met vermelding JA-Overijse + Instrument

Sjruur vzw (René Meuris), Kleine Kerkstraat 19, 3680 Maaseik 089 85 31 95 - sjruur@skynet.be Overschrijven op rekeningnummer 235-0427931-76 met vermelding JA-Maaseik + Instrument

Jazzmozaïek 4/2007

Deelnemen kost 15 euro. Info en inschrijvingen

Het aantal deelnemers is beperkt tot 20. Mail of schrijf naar Muziekmozaïek vzw, tel 02 532 28 38, info@muzmoz.be, met vermelding van voornaam en naam, adres, postcode en gemeente, tel/gsm, geslacht, mailadres en geboortedatum. De inschrijving is pas definitief na storting op rekening 734-0064446-47 van Muziekmozaïek vzw, met vermelding Workshop muzieknotatie. Eigen middagmaal is mee te brengen of te nuttigen in de plaatselijke horeca.


Muziekmozaiek

Activiteitenkalender 2008 Februari – maart – april – mei - juni

22 en 29 september

Jazzacademie

Jazz Hoeilaart Training Days

Tiendelige reeks muzieklessen voor jazzliefhebbers Gc De Bosuil, Witherendreef, Jezus-Eik – Muziekacademie, Boomgaardstraat, Maaseik

Tweedaagse muziekstage met instrumentenworkshops, samenspel- en theorieklassen en masterclasses Gc De Bosuil, Witherendreef, Jezus-Eik – Felix Sohiecentrum, Hoeilaart

AJAzz experience

9 maart – 10u

Workshop: Muzieknotatiesoftware Muziek schrijven op je computer, inwijding in de geheimen van Sibelius Muziekacademie, Grotestraat, Geraadsbergen

27, 28 en 29 september

Jazz Hoeilaart Festival met internationale wedstrijd voor jong jazztalent Gc De Bosuil, Witherendreef, Jezus-Eik

Mei

Workshop: Van gitaar tot versterker Tom Lauwaerts toont wat allemaal belangrijk is om een goed geluid uit je versterker en gitaar te krijgen. Exacte datum nog te bepalen Muziekmozaïek, Wijngaardstraat 5, 1755 Gooik

Oktober – november – december

Jazzacademie Tiendelige reeks muzieklessen voor jazzliefhebbers Gc De Bosuil, Witherendreef, Jezus-Eik – Muziekacademie, Boomgaardstraat, Maaseik 18 oktober – 14u

Zomer

Jazzevenement Een jazzevenement met bigband én jazzdans, een expo van prachtige jazzfoto’s, jazzpoëzie en heel wat workshops. Plaats en exacte data nog te bepalen

Folk- & Jazz-dag Ontmoetingsdag voor alle folk- en jazzmuzikanten, met muziekmarkt, workshops, jam en avondprogramma Cc De Ploter, Kerkstraat, Ternat Herfstvakantie

12, 13, 19 en 20 juli

Blue Note Festival-workshops Festivalmuzikanten geven, i.s.m. Blue Note Records Festival, de conservatoria en Jazzstudio enkele workshops en masterclasses. Plaats en exacte data nog te bepalen. 15 tot 29 september

Jazz Hoeilaart Laureatenconcerten

Folk- en jazzstage Vijfdaagse muziekstage voor jongeren van 15 tot 25 jaar, met slotconcert op laatste avond Plaats en exacte datum nog te bepalen November

Big Band workshops I.s.m. met Brussels Jazz Orchestra en Vlamo Plaats en exacte data nog te bepalen

Het Pierre Anckaert Trio, winnaar van de 29th Jazz Hoeilaart Intern’l Contest, speelt laureatenconcerten. Op verschillende plaatsen in België.

Nieuw: Muziekmozaïek-dag voor folk en jazz

aka Moon (B)

01/02/08 20.30 u.

Ivan Paduart solo (B) 23/02/08 20.30 u.

tobias Delius / Michiel Scheen (nL) 07/03/08 20.30 u.

Michael Moore / Marcus rojas / Han Bennink (vS/nL) 21/03/08 20.30 u.

Dave Liebman plays Kurt Weill (vS/nL) 03/04/08 20.30 u.

Sammy’s on the Bowery feat. andrew D’angelo (B/vS) 02/05/08 20.30 u.

Op zaterdag 18 oktober 2008 houdt Muziekmozaïek een groots opgezette folk- en jazzdag, zowel voor muzikanten, organisatoren als liefhebbers.

Die dag wordt verzamelen geblazen in cc De Ploter in Ternat. Alle folk- en jazzmuzikanten maar ook alle liefhebbers en sympathisanten van het genre én kleine en grote organisatoren kunnen daar dan terecht voor alle mogelijke informatie over en problemen rond muziekzaken als auteursrechten en het kunstenaarsstatuut én voor alle inlichtingen over de werking en het subsidieaanbod van Muziekmozaïek. Maar ook om te snuisteren in heel wat oude schatten van de volksmuziek en de jazz, voor workshops over hoe je je eigen muziekgroep beter kunt promoten, of om samen te jammen en te genieten van een smaakvol avondprogramma. Muzikanten en liefhebbers aller folk- en jazzlanden, noteer nu dus alvast zaterdag 18 oktober 2008 in je agenda! (PDR)

de Singer

Bavelstraat 35, 2310 Rijkevorsel Info & reServatIeS tel. 03 380 10 10 of luc.de.vrij@pandora.be

www.ajazzexperience.be Jazzmozaïek 4/2007

51


JAZZacademie

Presenteren ...

Cursus JAZZ lessenreeks van 10 lessen op zondagnamiddag (periode februari ‘08 - juni ‘08)

Nieuw in JEZUS-EIK: accordeonles

(foto: © Jeanluc Goffinet)

(docent: Tuur Florizoone)

Tuur Florizoone

Jazzacademie Maaseik

Jazzacademie Jezus-Eik

(leslokatie: Stedelijke Muziekacademie Maaseik)

(leslokatie: GC De Bosuil,Jezus-Eik)

Sjruur Live vzw

Kleine Kerkstraat 19, 3680 Maaseik 089 85 31 95 – sjruur@skynet.be – www.sjruur.be

ADV-JAZZMOZAIK-VOORUIT-06-11-07

19-11-2007

13:33

Muziekmozaïek vzw

Pagina 1

Wijngaardstraat 5, 1755 Gooik 02 532 38 90 – info@muzmoz.be – www.muziekmozaiek.be

JAZZ AND BEYOND! FIORINI - RZEWSKI DUO ERIK VERMEULEN TRIO WO 16/01

MICHEL PORTAL, BRUNO CHEVILLON & DANIEL HUMAIR ZO 20/01

Klassiek muzikant Fabian Fiorini duikt met saxofonist Jan Rzewski in het werk van Mingus en Bach. Pianist Erik Vermeulen wisselt eigen werk af met bekende jazzcomposities. Fabian Fiorini (piano) & Jan Rzewski (sopraansax) / Erik Vermeulen (piano), Manolo Cabras (contrabas) & Marek Patrman (CZ) (drums).

ELLIOTT SHARP MICHIEL BRAAM PLAY THELONIUS MONK DI 29/01

Boegbeeld van de Europese jazz Michel Portal toont zijn kunsten aan de zijde van drummer Daniel Humair en bassist Bruno Chevillon.

Eigenzinnige Thelonius Monk bewerkingen door de New Yorkse avant gardemuzikant Elliott Sharp en de Nederlandse pianist Michiel Braam.

Met: Michel Portal (FR) (klarinetten, sax), Bruno Chevillon (FR) (contrabas) & Daniel Humair (CH) (drums).

Elliott Sharp (US) (gitaar) / Michiel Braam (NL) (piano).

INFO & TICKETS: T. 09 267 28 28 – WWW.VOORUIT.BE


Muziektheorie

Heinrich Schenker “Altijd hetzelfde, maar nooit op dezelfde manier”. Dit was het credo van de in Galicia/Wisniow-

S

inds de jaren 60 van de vorige eeuw zijn veel van Schenker’s boeken vanuit het Duits in het Engels vertaald, waardoor zijn theorieën beschikbaar werden voor een groot publiek. Het boek Free Composition (Der Freie Satz), gepubliceerd na zijn dood, bevat de essentie van zijn theorie. Twee begrippen lopen als een rode draad door Schenker’s werken: ‘organisch’ en ‘eenheid’. Het eerste houdt in dat iets zich ontwikkelt en een doel heeft, het tweede dat er een natuurlijke inherente samenhang is tussen de verschillende elementen. Muziek moet begrepen worden als de groei en ontwikkeling in opeenvolgende structurele lagen (Schichten) vanuit een simpele kern, de majeur drieklank. De projectie van deze drieklank gebeurt in een tweeledige ‘fundamentele structuur’, de Ursatz genoemd, in combinatie met het zgn. uitcomponeren (Auskomponierung), te weten het uitwerken door middel van technieken van ‘prolongatie’. De Ursatz is samengesteld uit een lineaire daling naar de grondtoon van de (tonica) drieklank, de zgn. fundamentele lijn of Urlinie, begeleid door een ‘gebroken’ bas (arpeggio) of Bassbrechung. De eenvoudigste vorm van de Ursatz is een daling vanaf de terts naar de grondtoon, waarin iedere noot begeleid wordt door een akkoord in de bas (fig.1). De structurele melodie is het melodisch skelet, het raamwerk, de melodie in een andere melodie. De structurele harmonie zijn de pijlers van het muzikale gebouw, te weten de tonica, predominant, dominant en tonica. Harmonie moet hier niet verward worden met akkoorden; meerdere akkoorden kunnen samen bijv. de tonica vormen; akkoorden gevormd op doorgangsnoten of wisselnoten zijn dan slechts expansies van de tonica, ofwel ‘prolongaties’. Dit is een zeer belangrijk concept. Prolongaties zijn lineaire (horizontale) eenheden die harmonische eenheden prolongeren (verlengen). Er zijn vier typen prolongaties, die samen ‘diminuties’ (verkleiningen) vormen. Dit zijn het gebroken akkoord (arpeggio), de consonante

(1868-1935). Hij studeerde o.a. compositie in Wenen bij Anton Bruckner. In zijn uit drie delen bestaande meesterwerk New Musical Theories and Fantasies ontvouwt hij zijn eigen(zinnige) systeem om tonale muziek te analyseren. In hedendaagse analyse, zowel klassiek als jazz, is het concept van Schenker niet meer weg te denken.

fig. 1

fig. 3

fig. 2

F. Chopin, Etude in c-Moll, Op. 10, Nr. 12 (foto: rr)

Leon Lhoëst

czyki (vroeger Oostenrijk/Polen, nu Ternopil Oblast, Oekraïne) geboren Heinrich Schenker

sprong tussen twee akkoordtonen (CS; consonant skip), de lineaire progressie zoals bijv. de terts-progressie (terts Zug), en tenslotte de wisselnoot. Vrijwel alle tonale muziek kan worden gezien als een combinatie van deze lineaire technieken (fig,2). De N in dit voorbeeld staat voor ‘neighbour tone’ (wisselnoot). Hier worden ook onvolledige wisselnootpatronen gebruikt, wat resulteert in ‘reaching over’. Schenker onderscheidt drie lagen/niveaus (Schichten) waarop een tonaal werk zich afspeelt: de voorgrond, de middel-, en de achtergrond. De ‘voorgrond’ is het eigenlijke

werk, de oppervlakte van de muziek. De ‘middelgrond’, waarvan één of meerdere niveaus kunnen bestaan, laat het werk zien zonder de details van de voorgrond. De ‘achtergrond’ ligt het verste weg van de oppervlakte, en geeft op het diepste niveau met enkele noten de essentie van het muziekstuk weer. Schenker heeft een eigen grafische voorstelling uitgewerkt waarin alle structurele niveaus boven elkaar te zien zijn, ieder niveau op zijn eigen notenbalk. Ten slotte een gedeelte uit Schenker’s analyse van een étude van Chopin (fig.3). In een volgend artikel zal een jazzstandard geanalyseerd worden op de wijze van Schenker.

Bronnen & literatuur: • Dr. Tom Pankhurst - http://www.schenkerguide.com - geeft op zeer goede en begrijpbare wijze een introductie in Schenker analyse en volop randinformatie over alles wat met Schenker te maken heeft; verschijnt binnenkort in boekvorm • http://www.mdw.ac.at/schenkerlehrgang • Allen Cadwallader & David Gagne - Analysis of Tonal Music: A Schenkerian Approach: dit is een zeer helder en aanbevelenswaardig boek over Schenker; Prof. A. Cadwallader geeft regematig lezingen over Schenker in het Orpheus Instituut te Gent. • H. Schenker - Fünf Urlinie-Tafeln - Wien 1932 • Ian Bent/William Drabkin - Analysis – The Norton/Grove Handbooks in Music

Jazzmozaïek 4/2007

53


R

ichard David Cook (7/2/1957-25/08/2007) (foto: © Jos Knaepen)

was een Britse schrijver, uitgever van jazzmagazines (The Wire), radiopresentator en een gewezen manager van Polygram in het V.K (1992-97). Hij is vooral bekend van zijn lange jaren samenwerking met Brian Morton, waarmee hij acht edities uitbracht van de lijvige Penguin Guide to Jazz Recordings. Hij werd amper 50. Componist, keyboardspeler en orkestleider Joe Zawinul stierf in Wenen, zijn geboortestad, op 11 september. Hij werd 75. Toen hij op 27-jarige leeftijd een beurs kreeg om te studeren aan het Berklee College of Music, besloot hij in de V.S. te blijven. Zijn eerste gloriedagen beleefde hij met de band van Cannonball Adderley, voor wie hij de Grammy-winner Mercy, Mercy, Mercy componeerde. Toen hij meer keyboards ging spelen, trok hij de aandacht van Miles Davis. Met Miles nam hij In A Silent Way en Bitches Brew op. In 1970 vormde hij samen met o.a. Wayne Shorter het legendarische Weather Report. Hiermee werd Zawinul wereldberoemd, ook als componist. In 1988, nadat Weather Report definitief gestopt was, vormde hij zijn bekende Zawinul Syndicate, dat hij tot zijn dood zou blijven leiden.

Pianist Cees Slinger is 29 september na een kort ziekbed in een Haags ziekenhuis overleden. Hij was 78 jaar en had al geruime tijd hartproblemen. Slinger schreef in de jaren vijftig jazzgeschiedenis als pianist en leider van de Diamond Five. Hij trad in zijn loopbaan op met tal van beroemde Amerikaanse solisten, onder wie Dizzy Gillespie, Freddie Hubbard, Clark Terry,

(foto: © Jos Knaepen)

Joe Zawinul

Ben Webster, Dexter Gordon en Zoot Sims. Zijn eigen formaties droegen namen als Just in Case, het Cees Slinger Octet en Buddies in Soul. Slinger ontving in 1996 de Bird Award. (nieuwsredactie JazzFlits) Trompettist Donald Ayler, broer van Albert (overleden in 1970), stierf op 21 oktober. Hij werd 65.

Guy Preckler, geboren in Antwerpen op 3 juni

Cees Slinger

54

Jazzmozaïek 4/2007

1947, drummer van diverse oude stijlorkesten in Vlaanderen, is na een lange coma, tengevolge van een verkeersongeval in 2005, overleden op 3 november 2007. Hij werd zestig.

De bariton- en altsaxofonist Cecil Payne is op 27 november gestorven. Geboren op 14 december 1922 in Brooklyn, New York, geraakte Payne bekend als saxofonist van de bigband van Dizzy Gillespie, waar hij deel van uitmaakte van 1946 tot 1949. Hij speelde in die periode ook met Roy Eldridge, J.J. Johnson, Tadd Dameron, James Moody en Illinois Jacquet. Midden de jaren 50 speelde hij met Randy Weston en in de jaren 60 met Machito, Woody Herman en Count Basie. In de jaren 80 vormde hij nog een trio met Richard Wyands (p) en Bill Hardman (d). Hij stak geregeld de oceaan over om o.a. met het Trio van Roger Van Haverbeke hier de clubs af te schuimen.


12

za

01

20u00

The Flatlands Collective

feat. Fred Lonberg-Holm, Jeb Bishop, Frank Rosaly, Jason roebke, James Falzone & Jorrit dijkstra

KunStencentrum BelGie HASSelt

17

do

01

20u00

18

vr

01

20u30

25

vr

01

20u00

30

wo

01

20u30

10

zo

02

10u30

22

vr

02

20u30

27

wo

02

20u00

05

wo

03

20u30

07

vr

03

20u00

11

di

03

20u30

Koppel Andersson Riel Trio AcAdemiezAAl Sint-truiden

Wolfert Brederode & Joost Lijbaart KASteel VilAin Xiiii leut - mAASmecHelen

Nouvelle Vague muzieKOdrOOm HASSelt

Bik Bent Braam cc mAASmecHelen

Platen- en CD-beurs + Jazzexpo muzieKOdrOOm HASSelt

Martial Solal

KASteel VilAin Xiiii leut - mAASmecHelen

Nordic Night feat. aNoo cultuurcentrum HASSelt

John Taylor - pianosolo

KASteel VilAin Xiiii leut - mAASmecHelen

David Friedman & Dave Samuels AcAdemiezAAl Sint-truiden

Marty Ehrlich & Myra Melford KASteel VilAin Xiiii leut - mAASmecHelen

Motives for Jazz bestaat 10 jaar! de limburgse jazzpodia bieden u dit seizoen een uitzonderlijk feestprogramma met naast jazzconcerten tal van randactiviteiten zoals exposities, films, lezingen, een vinylbeurs en zèlfs een heus ledenfeest. Word gratis lid en geniet fikse korting op de toegangsprijzen. meer info op www.limburg.be/motivesforjazz

© Guri dahl

ckp_[aeZheec$X[


EEN MACHTIG MOMENT. Bier met liefde gebrouwen, drink je met verstand.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.