T-Licht editie 14.3

Page 1


Voorwoord Hey T-licht lezers! Deze keer ben ik de gelukkige die het intro woord mag doen. Hoewel ik dit voor de carnaval schrijf zal het daarna pas gelezen worden, dus veel over mijn carnaval kan ik helaas hier niet kwijt. Wel kan ik vertellen dat ik sinds vorig jaar anders tegen het fenomeen carnaval aankijk, want het mooie volk uit Nijmegen kan veel dingen goed, maar ze kunnen geen carnaval vieren. Ik stond versteld van het feit dat de polonaise uit kroeg A via kroeg B en C terug in A belande en een tijdspan van ongeveer 10 minuten had. Dit soort gezelligheden vind je niet in de oudste stad van Nederland. Maar dat kan misschien ook aan het soort studenten dat in Nijmegen huist liggen? Maar naast een crap carnaval valt er niet veel aan Nijmegen op te merken, het is wel een van de betere steden met een gezellig centrum en kroegen die doorgaan tot 4 uur/half 5 terwijl in Eindhoven is besloten dat men om 2 uur wel weer genoeg heeft gehad. Dat is dan wel weer genoeg over Eindhoven en Nijmegen. Ik wens u een prettig T-licht toe met vele minuten leesplezier! Stefan Schaap

En verder... Van de Voorzitter

Collum door Peter Janssens

2

Onderwijsnieuws

4

Spraakwater

6

Puzzel

9

Minor singapore

10

Phd-thesis

12

Collum

15

Carnaval!

16

Sauerkraut mit bratwurst bitte 18 Doorgelicht: ONC blessures

20

2-Daagse

23

Gala

24

Het IJ(s) van de huismeester 26

T-Light

27

Wist je dat?

28

Een oproep aan alle studenten! Help de studie aan mee nieuwe aanwas!

15

Carnaval Een mooie fotocollage van enkele momenten van de carnavals borrel die sommiggen al weer verge16 ten waren.

Gala Een verslag over deze sprookjesachtige gebeurtenis vol pracht en praal!

24


Het T-Licht

Van de Voorzitter

Tijdens de nieuwjaarsreceptie sprak decaan Piet Lemstra al over een jaar waarin veel zal gaan veranderen. Het jaar 2010 zou voor de faculteit een sprekend jaar worden, met enkele hoogleraren die afscheid zullen nemen, vakgroepen die gaan schuiven en een mogelijke decanenwisseling. De universiteit zal daarbij niet uitgesloten worden, want ook op universiteitsniveau staan er weer nieuwe ‘andere’ zaken op het programma.

T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’

door:Simone de Vaan

2

De universiteit is bezig met de invoering van de Harde Knip. Het ziet er naar uit dat deze in 2012 zal worden ingevoerd en dat deze dan zal gaan gelden voor de eerstejaars die afgelopen september zijn begonnen. Verder pleit men op landelijk gebied voor meer vrouwen in de wetenschappelijke wereld. Dit is ook een speerpunt geworden voor onze universiteit en faculteit. Er zullen dus meer vrouwen in de wetenschappelijke staf van de faculteit moeten komen, denk hierbij aan vrouwelijke promovendi en vrouwelijke hoogleraren. Dit is echter iets waar ons faculteitsbestuur niet geheel achter staat. De vraag die bij hen rijst, is of men voor kwaliteit moet gaan of voor de kwantiteit van meer vrouwen. Daarnaast is het aantal nieuwe eerstejaars dat er elk jaar begint aan onze faculteit ook een punt dat vaak op de agenda staat. Elk jaar beginnen er gemiddeld 55 reguliere studenten, 15 VKO-studenten en 10 internationale studenten aan de bachelor Scheikundige Technologie. Dit zijn er weinig en dus een zorg voor onze faculteit. Daarom heeft onze opleidingsdirecteur, Peter Janssens, een email gestuurd met de vraag of je ambassadeur voorlichting wilt worden. Op deze manier wil hij alle studenten vragen om onze opleiding te promoten

op de middelbare school waar men heeft gezeten. Zo wil Peter Janssens bereiken dat middelbare scholieren horen over Scheikundige Technologie en wat deze studie hen kan bieden. Hopelijk is het een goede manier om meer studenten naar onze mooie opleiding te halen. Dan is er natuurlijk vanuit mijn kant het nieuws over Japie en haar veranderingen. In het vorige T-Licht heeft onze huismeester, Michel Scheepers, gepleit voor veranderingen bij Japie, dat weer mooi aansluit bij het veranderende jaar van onze decaan. Michel schrijft in zijn stuk dat hij, na acht jaar besturen van Japie te hebben gezien, vindt dat er weinig nieuwe activiteiten worden gedaan. Hij vindt dat er weinig vernieuwing in de vereniging zit en dat dit komt door dat er voor elke activiteit al een draaiboek klaar ligt en dat dit wordt overgenomen door het daaropvolgende bestuur. Er wordt te veel naar het verleden gekeken en daarom pleit hij voor het verplichten van vijf nieuwe activiteiten per jaar. Daarbij mag het bestuur vijf andere activiteiten schrappen en er nog eens vijf renoveren. Michel, onze huismeester, is een fijne man en hij weet hoe het reilt en zeilt binnen onze vereniging. Veel oud-studenten kennen hem ook en hij maakt altijd een babbeltje met iedereen. Soms maakt hij hier en daar een grap, of neemt hij eens iemand in de maling. Dan staat hij om het hoekje te lachen en dan zie je


Van de Voorzitter

zijn pretoogjes glinsteren. Op A.L.V. 195 stelde Michel voor om onze verenigingsnaam van T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’ te veranderen in T.S.V. ‘Michael Fransciscus Johannes Climaca’. Maar om nu even terug te komen op het serieuze stuk van Michel’s stukje uit het vorige T-Licht, hij maakt wel een punt, waar het bestuur het gedeeltelijk mee eens is. De Japie-agenda staat erg vol met al haar activiteiten, excursies, lezingen en borrels. Het probleem is dat er weinig ruimte is voor nieuwe en andere dingen en dus er is weinig ruimte voor vernieuwing. Dit probleem is een luxeprobleem, want stel je voor dat Japie niets organiseerde? Dan was het op onze faculteit alleen maar studeren en geen afleiding tussen het studeren door. Verder is er dan voor de studenten geen mogelijkheid deel te nemen aan extra-curriculaire activiteiten, zoals het organiseren en plannen van activiteiten, het vergaderen en boekhouden. En de mogelijkheden op het carrièrefront worden een student dan niet zomaar gepresenteerd. Want dat is nu juist wat Japie doet, het bieden van mogelijkheden tot zelfontplooiing, het ondersteunen van het onderwijs en het bieden van gezelligheid. Eigenlijke allemaal luxe voor studen-

ten op deze faculteit. Verder klopt het wat Michel zegt dat er voor elke activiteit en ook voor het bestuur een draaiboek is. Dit maakt het voor een commissie of het bestuur makkelijker om de taken over te nemen van hun voorgangers. Op die manier loopt niet elke commissie of bestuur opnieuw tegen de lamp en kan men vooruit denken en waar mogelijk verbeteren. Op dat punt is het bestuur het dus eens met Michel, er zijn echt wel activiteiten die aangepast mogen worden en een nieuwe activiteit is altijd spectaculair en origineel. Op die manier trekt Japie net weer meer deelnemers naar een activiteit toe. Een goed voorbeeld hiervan is het kleiduifschieten met ExxonMobil. Het was een regenachtige en koude dag met wat ijs en sneeuw op de grond (de deelnemers kregen allemaal een paraplu), maar toch zat de activiteit helemaal vol en ging iedereen er met plezier naar toe. Dus vernieuwing, aanpassing en soms het schrappen van een activiteit is zeker geen kwalijke zaak, maar het gaat veel verder dan alleen kijken naar de activiteiten van Japie. Japie doet heel veel, kijk maar naar de drukke agenda, en de lat ligt nu eenmaal hoog bij de vereniging. De ruimte voor vernieuwing is klein, maar het streven naar vernieuwing is er altijd. De kritische kijk van de leden is dan ook iets waar de vereniging trots op mag zijn, want hier wordt zij alleen maar beter van. Groeien kan de vereniging nog steeds en zoals Michel al zei, creativiteit mag geëist worden. 2010 is al een jaar met enkele veranderingen en er komen er nog veel meer. Hier worden we met z’n allen steeds beter van, dus laten we daar maar trots op zijn!

3


Het T-Licht

Onderwijsnieuws Allereerst iets wat veel mensen momenteel bezig zal houden: academische vorming. Dit jaar moest voor het eerst iedere student binnen zijn/haar minor een vak in het kader van academische vorming volgen. Iedereen kon hierbij kiezen uit twee varianten. De ene variant bestond uit de vakken ‘Big Images’ en ‘Big History’, de andere variant bestond uit 14 lezingen naar keuze van Studium Generale en een klein vak. Dit jaar heeft het overgrote deel van de studenten, tot groot verdriet van studium generale, gekozen voor ‘Big Images’ of ‘Big History’. Ondanks dat is de opkomst bij SG lezingen toch fors gestegen.

T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’

door: Nicky Hoek

4

Er is al gesproken over de mogelijkheden voor volgend collegejaar. De gedachte van het platform academische vorming is wel dat ze onderwijs willen ontwerpen voor ten minste drie jaar, dus voorlopig blijft deze invulling van academische vorming nog wel even bestaan. Natuurlijk is er niet alleen gesproken over de invulling van academische vorming, ook over de zin ervan is menig woord gesproken. Veel studenten die ik hoor over AV, spreken eerder van een noodzakelijk kwaad dan van iets wat ze met veel plezier volgen. Tevens gaan er al enige tijd discussies over het opvoeren van een bestuur of een commissie als AV. Deze taken zijn immers toch ook academisch vormend? Natuurlijk zal ik niet ontkennen dat een bestuur danwel een commissie zeer leerzaam is, maar ik begin inmiddels wel te begrijpen waarom voor deze invulling van AV is gekozen. De universiteit heeft zeven competenties opgesteld die alle studenten zouden moeten beheersen na hun afstuderen. Deze competenties zijn zeer ruim opgesteld en gelden daardoor ook voor iedere opleiding. Van iedere opleiding is dan ook een soort van profiel gemaakt met betrekking tot deze competenties. Hieruit kwam naar voren dat eigenlijk bij alle opleidin-

gen van onze universiteit, één van deze competenties ondervertegenwoordigd is. Deze competenties zijn samen te vatten tot ‘context’. Bij deze competentie is het dus van belang dat je niet alleen vakinhoudelijke kennis hebt, maar ook algemene kennis van bijvoorbeeld techniek. Om deze ondervertegenwoordiging op te lossen heeft de universiteit dus academische vorming in het leven geroepen. Overigens is het nog steeds zo dat alleen tweedejaars en ouder de lezingen mogen volgen voor hun studiepunt en dat niet iedere lezing meetelt. ‘100 jaar PSV’ is namelijk niet heel erg academische vormend, hoe leuk het ook kan zijn. Buiten Academische vorming wordt er de laatste tijd ook veel gesproken over de studierendementen. De rendementen moeten namelijk drastisch omhoog voor 2014. De details zal ik jullie besparen, maar het percentage studenten wat na vier jaar studeren zijn/haar bachelor heeft moet, bij de TU/e, bijna worden verdubbeld. Dit lijkt een onmogelijke opgave, gezien het feit dat op dit moment geen enkele studie in Nederland de toekomstige norm haalt. Ik ben dan ook zeer benieuwd hoe onze universiteit dit aan gaat pakken. Gelukkig kan ik wel zeggen dat het rendement van ST ruim boven het gemiddelde van de TU/e ligt.


Ik hoop dat jullie nu allemaal weer iets beter op de hoogte zijn van de ontwikkelingen binnen het onderwijs. Als je nog vragen, opmerkingen, complimenten of klachten hebt over het onderwijs, kom dan vooral even langs op de Japiekamer of stuur een mailtje. Alvast veel succes met de tentamens begin april!

Onderwijsnieuws

Een iets meer recente kwestie is de instroom. De universiteit van mening dat deze te laag ligt, maar over ST is men helemaal ontevreden. Blijkbaar zijn er te weinig mensen van overtuigd dat onze studie de leukste studie is die er bestaat. Jullie hebben allemaal een oproep gekregen van Peter Janssens, onze opleidingsdirecteur, om mee te helpen met het verhogen van de instroom bij ST. Ik zou jullie allemaal willen vragen of jullie hier alsjeblieft aan mee willen helpen. Het is belangrijk voor onze studie en universiteit dat beiden door kunnen blijven groeien. We hebben hier ontzettend veel docenten die met groot plezier lesgeven aan ons, maar ook zij vinden het vaak jammer dat ze voor een collegezaal met ongeveer tien studenten staan.

en het is mij afgelopen jaar opgevallen dat wij over het algemeen zeer tevreden zijn over onze docenten, maar dat we erg weinig doen om aan hen te laten blijken dat wij hen waarderen. Dit is de kans voor iedereen om een signaal af te geven aan de docenten dat wij hen waarderen en wat wij een prettige manier van les krijgen vinden. Naar mijn mening zou het de verkiezing extra veel glans geven als alle studenten van onze opleiding zouden stemmen. Jullie zullen binnenkort allemaal nog een mailtje ontvangen met een verdere uitleg, maar ik wilde de verkiezing graag alvast even onder de aandacht brengen.

Zoals algemeen bekend moet je het beste altijd bewaren voor het laatst. Daarom wil ik jullie bij deze nog wijzen op de ‘Docent van het jaar’ verkiezing die wij binnenkort organiseren. Onze docenten geven met groot plezier les

5


Het T-Licht

Spraakwater Ik zal even beginnen met mezelf voor te stellen, voor de mensen die mij nog niet kennen natuurlijk. Ik luister naar de naam Sjors en ben een eerstejaars bij Scheikundige Technologie in het mooie Eindhoven. Ik kom hier uit de buurt, namelijk het dorp (lees: boerengat) Geldrop. Hoewel het gemakkelijk te fietsen is, ben ik niet van plan dat nog veel langer te blijven doen. Ik geniet volop van het studentenleven en zelfs van het studeren dat erbij hoort! Ik hoop dat jullie het stukje dat ik geschreven heb met plezier zullen lezen!

T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’

door: Sjors de Haas

6

De zondag van een paar weken terug stond ik in Duitsland boven aan de piste van een grote skihal, met mijn vertrouwde snowboard onder mijn voeten en klaar om naar beneden te razen. Eenmaal onderaan de piste stond er al snel een grote rij voor de ellenlange rit met de lift naar boven. Aangezien de lift niets meer was dan een grote veredelde lopende band duurde de reis naar boven gemiddeld vijftien keer langer dan de tocht omlaag. Dit mocht de pret natuurlijk niet drukken, maar brengt mij wel bij het onderwerp waar ik het met jullie over wil hebben.

je bovenaan de piste en moet je er weer even inkomen hoe het ook alweer ging, maar na een paar afdalingen voel je jezelf weer helemaal thuis in de sneeuw en tussen alle andere wintersporters. Aangezien ik dit jaar pas ben begonnen met studeren is dit precies wat je hebt als je net met een studie begint. Je bent (enigszins) onzeker over hoe het zal gaan maar na een paar maanden voel je jezelf helemaal thuis tussen alle andere eerste- en ouderejaars.

Terwijl ik tijdens het après-skiën van een lekker koud Duits biertje aan het genieten was, zag ik ineens een gelijkenis die mij nog nooit eerder is opgevallen. Wat ik zag was een gelijkenis tussen een wintersportvakantie en het studeren. Nu zul je wel denken, waar heeft deze gast het over, dus ik zal het even uitleggen.

Na een tijdje is je eerste jaar afgelopen en heb je het hopelijk het studeren onder de knie, en wellicht zelfs je P al. Dan ga je natuurlijk feesten, daar heb je ook alle reden toe. Je hebt het goed naar je zin, al je studiepunten zijn binnen en je hebt vakantie. Maar dan is in no-time de vakantie weer voorbij, begin je met je tweede jaar en zit je met de vakantie in je hoofd weer in de oude vertrouwde collegezaal. Dat is weer even wennen hè? Alsof je met een brak hoofd bovenaan de vertrouwde piste van gisteren staat.

Wintersportvakanties zijn geweldig, in mijn ogen weliswaar. Een aantal dagen ga je snowboarden (of skiën als je niet zeker bent van je heteroseksualiteit), vervolgens ga je feesten als een gek, om de volgende ochtend weer (brak) op je board te stappen. De eerste ochtend sta

De tweede dag sta je weer vertrouwd op je board en ga je eens wat moeilijkere pistes proberen en hoewel je misschien wel eens een keer zal vallen, heb je het leuk en daagt het je uit. En is een uitdaging niet uiteindelijk iets wat iedereen nodig heeft om te presteren?


Nou, ik kan me geen leukere studietijd voorstellen dan eentje die op zo`n wintersport lijkt! Je bent bezig met dingen die je leuk vind en je echt interesseren. Je gaat er natuurlijk op vooruit, want dat is het hele uiteindelijke doel van je studie. Dat papiertje halen om te kunnen laten zien: “Kijk! Ik heb iets geleerd” Natuurlijk zal niet iedere studie, net zoals elke wintersport, vlekkeloos verlopen. Je zult een paar keer vallen of soms lange liften naar boven moeten nemen, misschien ben je zelfs wel een dag zo kapot dat je niet eens je board onder kan binden. Maar dan kun je altijd nog een jaartje bestuur gaan doen! In dat geval steek je de tijd gewoon in andere dingen, waar je ongetwijfeld ook heel veel van

leert. Maar zolang je niet met gebroken ledematen, of erger, voortijds naar huis moet, kan ik me niet voorstellen dat, hoe vaak je ook valt, de leuke tijden het afleggen tegen de tijden dat het even tegen zit. Wat ik met veel woorden probeer te zeggen is dat je studietijd precies zo is als een wintersportvakantie. Het maakt niet uit wat je tijdens je wintersport doet, zolang je maar heelhuids thuiskomt en belangrijker nog, dat je met ervaringen terug komt die je voor altijd bij blijven. Want hoe goed jij je best ook hebt gedaan tijdens je wintersport, als je het niet naar je zin hebt gehad is het weggegooid geld. Toen was het kraantje met spraakwater leeg, dus ik hoop dat jullie het stukje leuk hebben gevonden. Houdoe!

Spraakwater

De andere dagen herhaalt zich hetzelfde tafereel. Hoewel dit van een afstandje erg eentonig lijkt, is er niets leukers dan iets doen waar je plezier in hebt en je er ook nog eens zelf op vooruit gaat. Je leert immers weer nieuwe dingen, zowel op als onderaan de piste. Aan het einde van je wintersportvakantie hoop je weer heelhuids terug te kunnen komen met een heel scala aan verhalen en foto’s van een enorm gezellige tijd waar je met plezier op terug kijkt. Je hebt nieuwe vrienden gemaakt en als je met je vrienden bent gegaan is de vriendschap er ongetwijfeld beter op geworden.

7


Akzo buisness-course


Superspannende SMS-puzzel

Deze keer hebben we een sponsor bereid gevonden om de puzzel nog spannender te maken dan je gewend bent. Voor de winnaar is deze keer iPod Nano gereserveerd, beschikbaar gesteld door ASML. Maar je zult dan ook echt flink aan de bak moeten om kans te maken op de hoofdprijs. Deze keer hebben we een SMS-puzzel. Je krijgt een aantal woorden, die je vervolgens moet omzetten naar de cijfers die je zou intoetsen om dat woord te sms’en. Deze cijfers streep je weg in het rooster en je houdt de oplossing over. Uiteraard moet je de overgebleven cijfers weer naar een zin vertalen. Er is al een woord voorgedaan, omdat de maker van deze puzzel ook de kwaadste niet is. Is het gelukt? Stuur je oplossing voor 12 april 2010 naar tlicht.st@tue.nl en maak kans op die vette hoofdprijs. De winnaar van de vorige puzzel was: Sander Treur

Puzzel

Deze woorden moet je zoeken: - Japie 52743 - Telefoon - Bericht - Ringtone - Abonnement - Voicemail - Bluetooth - SMSje - Oplader - Hijger - Tring - Nummer

Make tomorrow today Semiconductor technology is an essential part of our lives today. Your iPhone, your digital camera, your MP3 player, your car; they all contain chips. And that’s just today. If you want to know how high tech our lives will be tomorrow, ask ASML; global market leader in chip production systems. Curious? www.asml.com/careers

9


Het T-Licht

Minor in Singapore

With the introduction of a different minor system for the faculty of Chemical Engineering the possibility was created to do a minor abroad. I decided to take this chance and flew all the way to Singapore to take some modules in ‘Food Science and Technology’. It was a fantastic experience and I found it great to live in an entirely different culture and meet so many new people. I was able to have fun, travel and complete my minor all together!

T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’

By: Marianne Driesse

10

I went to Singapore, because it was one of the few universities outside of Europe which has a learning agreement with the TU/e. Not many students took their minor abroad before, therefore a lot of things had to be arranged. It also gave me the freedom to fully design my own minor, as long as it would fit the demands and if the examination board would approve. The modules I chose were meant for year 3 students, but with my chemical engineering background I could attend them without problems. With the accommodation I was quite lucky, I was entitled to a room in one of the residences of NUS. It was a small room in one of the big campus flats, but it had everything a student needs. I shared the kitchen and bathroom with 12 girls, some from Germany, another girl from the Netherlands, a few girls from Malaysia, one from China and one from Thailand. Some of the Asian girls were quite shy, but the Malay girls were a lot of fun and we cooked meals together in the weekends, in order to introduce them to some European dishes. In Singapore, people normally eat out, hardly anyone cooks for themselves. The food is really cheap and you can easily buy a good meal for 1 or 2 euro’s. Food and shopping are the two main themes in Singa-

pore. It is quite a wealthy city and the locals spend their spare time finding the best food courts to eat nice ‘laksa’, ‘chilli crab’ or ‘frog porridge’. Singapore offers quite some different cultures; there are Chinese, Indians, Malay, Indonesians, Philippines and even more cultures which you can come across. It is a lot of fun experiencing a little bit of these different cultures, especially by meeting students who can tell you more about their home country. Everyone speaks English in Singapore, it is quite a westernized country and especially NUS-students are used to interact with people from all over the world. In lectures, it takes some time to get used to the Chinese or Indian accents, but the professors speak very good English most of the time. The ‘Singlish’ that people speak, can cause hilarious situations, you get used to it though and most of the time Singlish is just simplified English. Singapore offers great possibilities of travelling through Southeast Asia. Cheap tickets can be found to travel to Indonesia, Malaysia, Philippines, Thailand, Cambodia, Vietnam and Laos. Because I attended 5 modules I wasn’t able to travel that much during the semester. Before the semester started, I travelled to Indonesia, to the tropical island Bintan. During the semester I did a weekend trip to Shanghai, which was a great experience,


My minor in Singapore contained 5 modules: Fermentation and Enzymology, Food Safety, Vitamins & Minerals, Nutrition and Food Engineering. The modules consisted of lectures, project work, lab work and field trips. For the fermentation module the lab work consisted of brewing our own foods, from wine to sauerkraut and yoghurt, which was quite fun as well. The food safety module had several field trips, where we went to companies to learn about their food safety program. We went to a coffee factory, to the AVA (the government authorities on food safety), to a small brew-house where they made special beers and to the air-

line catering service. The modules were not only fun though, taking a workload of 5 modules was quite stressful sometimes. The labs require a lot of reports and besides that you also have mid-term exams and projects to work on. I found my modules to be very interesting, and by taking this package it covered a big area of the Food Science & Technology program. My best experience during my stay in Singapore was integrating with the locals and finding my own way in a big city. When you are in the middle of a local group you get to know a culture in a whole different way. It made it possible to experience a lot of local fun and I made a lot of new friends. At the end of the semester, we went night cycling with a group of classmates. We left at 9pm and returned our bikes at 7am, we cycled over 50km that night! You find out that Singapore is not that big after all and we had a lot of fun watching the Asians struggle with their bicycles and eating nice local foods. But that’s just one of the many great experiences I had in Singapore. I had so much fun with other exchange students and locals and I saw a lot of wonderful things during my travelling. All in all I am very glad I took this big leap, living on the other side of the world for 5 months sounds hard, but in the end I had so much fun, the 5 months were gone before I realized it.

Minor in Singapore

where I got to see a small part of China. Halfway the semester there is a midterm break where students have one week off. My parents came over during that week and we travelled to Malaysia to do some jungle trekking and snorkeling. Finally, after my exams, I joined some locals to travel to Malaysia again, but this time to the northern island Penang. As for my free time in Singapore I spend a lot of time on sports. I joined a weekly yoga class at NUS and I competed in two running competitions of 10 km, which was a lot of fun and a great kick. With my classmates we spent our free time going out for dinner or shopping. And with some exchange students we sometimes went to museums or did some sightseeing around Singapore.

11


Het T-Licht

PhD-Thesis

Self-cleaning is a dream-to-come-true property for various coatings. Once again, Mother Nature is a great source of inspiration, providing many examples of selfcleaning. Amongst them, probably the most elegant example is the lotus leaf. Despite growing in muddy water, the lotus leaves always remain clean. The selfcleaning property originates from a combination of low surface-energy species and dual-size surface topology, leading to a superhydrophobic surface.

T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’

by: Camille Carcouët

12

Superhydrophobic surfaces have attracted much interest in the last decades for both fundamental research and practical applications. The development of such surfaces is mostly driven by the promise of self-cleaning properties of these coatings. Previous studies revealed that self-cleaning property of lotus leaves arises from the combination of micrometer-scale hills and valleys and nanometer-scale waxy bumps, together with the reduced adhesion between surfaces and particles. Their surface is usually labeled as hydrophobic. Generally, a surface is called superhydrophobic if it exhibits a water contact angle larger than 150 °C and a

low sliding angle. The dual-size roughness combined with the proper chemistry appears to be essential to reach superhydrophobicity (Figure 1). In a previous cooperation between DSM and TU/e, a nature-inspired approach, christened the “raspberry” approach, has been developed, leading to superhydrophobic surfaces. In this method, the key to introduce well-controlled dual-size roughness involves the synthesis of raspberry-like inorganic silica particles. In a first step, large epoxy-modified silica particles (700 nm) were reacted with small amino-modified silica particles (70 nm). The surface with a dual-size hierarchical structure was then developed by depositing these raspberry-like particles on an epoxy based coating. Finally, a layer of PDMS was grafted on the top of the rou-

Figure 1. Water droplets on a lotus leaf and peculiar surface topology of the lotus leaf.


Figure 2. Preparation of superhydrophobic films based on raspberry-like particles. ghed surface to render the film surface superhydrophobic (Figure 2).

Research goals Hence, the first aim of this project is to develop a structure with sufficient hydrophobicity as well as transparency directly on a glass surface during tempering of the glass. To this end, it is necessary to realize a dual-sized surface topology as obtained with the raspberry approach on a much smaller scale, i.e. down to 10/80 nanometer scale. In a later stage, anti-reflectiveness and scratchresistance of the material will also be investigated. Progress Inorganic silica particles with different sizes were prepared according to the well-known StĂśber method, referring to the hydrolysis and condensation reactions of tetraethyl orthosilicate (TEOS) in a mixture of alcohol, water and ammonia. We achieved the synthesis of mono-

PhD-Thesis

However, due to the large particle size, this superhydrophobic coating is not optically transparent. The “raspberry� approach typically uses particle sizes in the order of the wavelength of visible light and therefore scattering occurs. But for many applications, in particular for displays, transparency is of the utmost importance.

disperse nanoparticles in the targeted range, from 4 to 100 nm, by tuning several parameters, such as the chain length of the solvent, the concentration of ammonia or the temperature of the reactions. The modification of the particles was then investigated, leading to the amino- and epoxy-functionalization of the silica particles. Subsequently, raspberrylike particles of 90 nm diameter were successfully synthesized by attaching small particles on large ones via reactions between amino and epoxy groups (Figure 3). However, the electron microscopy analyses (SEM and TEM) of the silica suspensions prepared have shown the presence of unreacted organosilanes acting as cement that links the particles together. This observation leads to the necessity to clean the silica suspensions before the final use. For this purpose, a diafiltration system is being investigated as an option to yield nanoparticles of high purity within a short time scale and minimum solvent waste. The diafiltration is a membrane-based method wherein the pore size dictates the retention and elution of the material from a sample. The hydrostatic pressure as a result of continuous flow is the driving force behind diafiltration. Meanwhile, the silica suspensions prepared are being used to make the first transparent coatings. The ultimate goal is to obtain a transparent monolayer

13


Het T-Licht T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’

(a) (b) Figure 3. SEM images of (a) epoxy-modified and (b) raspberrylike silica particles

14

coating on a glass slide. For this part of the project, a close collaboration with DSM will guide the optimization of the processing and deposition parameters. According to an industrial point of view for later application, the typical colloidal suspension should be about 1 to 5 wt% solid content and the dipping velocity higher than 15 mm/min. This reference will be taken as a starting point to deposit the raspberry-based coatings in glass substrates. Other projects The research within SMG focuses on the interplay between inorganic (or metal) and polymer phases as encountered in structures and devices where materials meet: coatings, thin films, hybrid materials or composites. Research projects in the group are divided into two main themes. Thus, while the “Chemistry and Design” group generally targets the modification of the surfaces to optimize their behavior, the “Structure and Properties” group aims at the understanding of structure-property relationships for a wide variety of materials. Some examples of research topics currently studied within the group are: corrosion protective self-healing coating, processing and properties of piezoelectric polymer-ceramic composites, graphenebased nanocomposites and multi-scale simulation of multi-materials adherence.

If you are interested in doing a graduation project or PhD project in some of these areas, check our website at www.chem.tue. nl/smg or contact Prof. G. de With (g.d.with@tue. nl) for detailed information.

About the author My name is Camille Carcouët and I was born in Nantes (France) in 1985. I studied Polymer Chemistry and Material Science in the National Institute of Applied Sciences (INSA) in Rouen, where I graduated in 2008. During my studies, I had the opportunity to work on extra-scientific activities, such as a humanitarian project for Slovakian orphans and some short-film making. I carried out my graduation project in Dow Chemical Company in Terneuzen (Netherlands) about halogen-free flame-retardant agents for Polyurethane technologies during 13 months. Then I joined the Laboratory of Materials and Interface Chemistry in the TU/e in April 2009, where I started my PhD project, under the supervision of Dr. Catarina Esteves, Prof. Rolf van Benthem and Prof. Bert de With. This four year project, financed by DSM, is a great opportunity to work on my own in a field I really like. Furthermore, it gives me the chance to work closely with a major chemical company, to benefit from their knowledge and keep the eyes open on the industrial realities. If you are interested in my research project, you can contact me: c.carcouet@ tue.nl


Column Peter Janssens Waarde studenten, Als jullie dit lezen hebben jullie in grote getale gehoor gegeven aan mijn oproep om als ambassadeur van de faculteit op te treden. Als iemand het tij kan keren, dan zijn jullie het. Kortom, “Your Faculty Needs You”! Ik geloof in jullie, in onze gezamenlijke missie en het voorlichtingsoffensief dat zijn weerga niet zal kennen. In 2012 hebben we dan 100 eerstejaars studenten terwijl de overige scheikundefaculteiten in Nederland zich in wanhoop afvragen wat toch dat wonder is dat in Eindhoven heeft plaatsgevonden.

Japie neemt het initiatief om een oude traditie in ere te herstellen: de verkiezing van de beste bachelor- en masterdocent. Dit juich ik van harte toe. Maar ook deze actie valt of staat met deelname van vrijwel alle studenten. Ik zou tenminste geen docent van het jaar willen zijn op grond van een respons van 10%. Verder worden het barre tijden voor studenten: het bindend studieadvies is een feit, de harde knip wordt realiteit en bestuursbeurzen van het CvB worden een rariteit. Om de pijn te verzachten is het dan mooi als je je kunt laven aan een inspirerende column van een alleszins bescheiden opleidingsdirecteur. De tijd zal het leren…

Column Peter Janssens

Als jullie geen gehoor gegeven hebben aan mijn noodkreet (mijn snode plan is uitgezet eind januari; “de kopij voor dit T-licht moest ook al eind januari aangeleverd worden”) is al mijn vertrouwen in studenten in één klap weggevaagd en is dit mijn eerste en tevens laatste stukje geweest voor het T-licht.

15


16

T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’ Het T-Licht


Carnaval!

17


Het T-Licht

Sauerkraut mit Bratwurst bitte

Groot moest het zijn, en veul. Het liefst ook nog eens ontzettend smerig. Ik hoor het mezelf nog zeggen op een willekeurige donderdagmiddag. Voor mij stond het al vast, ik zou gaan werken bij een grote plant waar er kilotonnen product per jaar geproduceerd worden. Werken in Duitsland? No way, daar wonen Duitsers en daar begin ik niet aan.

T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’

door: Thijs

18

Zoals gezegd gaat mijn afstudeer project Het is nog geen jaar later en ik sta in een over de Falling Film Microreactor (FMMR). labzaal te rommelen aan een microDit is een gas-vloeistof reactor met een reactor. In Duitsland nota bene. Geen geïntegreerde warmtewisselaar waar een kilotonnen maar milliliters, geen pijpen vloeistof door kanaaltjes in dunne filmmaar slangetjes, geen groot vat maar laagjes stroomt, terwijl het reageert met een bakje dat in je hand past. Vrienden een gas dat eroverheen geblazen wordt. verklaarden mij voor gek toen ik ze dit Door het grote specifieke oppervlak vertelde. Hoe kom ik hier terecht? De (tot wel 20,000 m2/m3) is het stof- en meeste studenten doen een afstudeerwarmte transport zeer hoog. Hierdoor is project namelijk op de faculteit zelf. Over deze reactor geschikt voor het uitvoeren het algemeen word je dan voor zes (of van gevaarlijke en explosieve reacties. negen) maanden labslaaf van een promovendus en dat wilde ik niet. UiteindeEen van de onderzoeksgebieden is het lijk had ik twee opties; de eerste optie structureren van de reactorkanaaltjes was instappen bij een spin-off bedrijfje om het stoftransport verder te verhogen. en de tweede optie is het geworden. Hiervoor zijn er in de reactiekanaaltjes Ik wist dat Professor Hessel, parttime groeven gemaakt in de vorm van visgraprofessor bij SCR, werkt bij het Institut ten. Verder is er een reactieplaat ontwikfür Mikrotechnik Mainz (IMM). Na een keld met gestroomlijnde vinnen aantal gesprekken met hem had ik een onderwerp: De Falling Film Microreactor. De rest heb ik zelf geregeld: project schrijven, papierwerk, begeleiders, onderdak enz. Op 1 oktober was mijn eerste dag bij IMM. Gelukkig had ik wat Duits geleerd bij ST: het is net Nederlands, maar dan schreeuwen. Nou ja, niet helemaal dus, ik heb zo eens brood proberen te bestellen maar in die supermarkt mag ik niet meer naar Figuur 1: Falling Film Microreactor onderdelen binnen.


Figuur 2: reactieplaat met de visgraat structuur (links) en vinnen (rechts) die zorgen voor het splitsen en recombineren van de vloeistof.

Mainz is een erg mooie stad met vele bezienswaardigheden. Het heeft een schitterende binnenstad, de Altstadt. Deze is na de oorlog helemaal gerestaureerd, waarbij het middeleeuwse stratenpatroon behouden bleef. Het doet een beetje aan als een grote kerstmarkt. Veel van dit moois heb ik al kunnen delen met vrienden die op visite kwamen. De dom van Mainz bezoeken, lunchen bij de Wurstalarm (wat een heldennaam) en ’s avonds uit eten. Ook leuk: met zijn vijven op een rij naast besneeuwde palm-

Wat zijn nou de verschillen met onze Oosterburen? Een paar ware clichés: De Duitsers werken hard, maken lange werkdagen en wat ze doen, doen ze goed. Bijvoorbeeld, het is hier ontzettend koud en het sneeuwt hier veel, maar de wegen, fiets- en wandelpaden zijn altijd sneeuwvrij. Zodra het begint te sneeuwen komen ze direct in actie om de wegen schoon te maken en kun je dus lekker door blijven rijden. In Nederland daarentegen worden we helemaal panisch als we een vlokje sneeuw zien. Zelfs de treinen blijven gewoon rijden, daar kunnen ze bij de NS nog wat van leren (aangeboden, maar willen ze niet). Ja, ze weten wel van aanpakken. Nou ja, zo lang er geen papierwerk bij komt kijken. Bureaucratie in Nederland is erg, maar in Duitsland… Verder zijn Duitsers erg formeel. Dat is wennen in het begin, maar ik doe mijn best en ze beginnen het al te leren. Ondanks dat ik met microreactoren werk, is hier een ding nog wel veul (maar niet smerig); het eten. Grote stukken vlees met Sauerkraut und Kartoffeln, hmm… De clichés kloppen allemaal wel aardig. Maar ja, iets kan überhaupt alleen een cliché worden als deze waar is. (Stuur de oplossing van deze paradox naar Hans D en ontvang 6 ECTS).

Afstuderen

Het doel van mijn project is om de stofoverdracht van de FMMR aan de vloeistofzijde te verhogen door middel van deze reactorplaatjes, gedemonstreerd door een organische reactie in een lab- en pilotreactor. Verder heb ik twee modellen opgesteld m.b.v. COMSOL Multiphysics (Pseudo 3-D) en MATLAB (2-D) om mijn experimentele resultaten te valideren. Met deze modellen onderzoek ik ook het verder versnellen van de reactie (bv gebruik van katalysator, hoge temperatuur en druk) die vallen onder het concept ‘novel process windows’. Google dat maar eens even, om dat uit te leggen heb ik meer papier nodig. De resultaten zijn zoals je in een onderzoek verwacht: vaak frustrerend en onverklaarbaar. Gelukkig komen we steeds een stapje verder.

bomen en flamingo’s lachend kijken naar een huilend Duits jongetje die de gladde heuvel niet op kan komen. We konden hem bijna over zijn bol aaien (of terug duwen). Dan weet je wel weer met wie je op pad bent. Uitgaan gaan is helaas wel lastig. De kroegen en discotheken liggen ver uit elkaar en als je dan iets gevonden hebt word je (gelukkig) geweigerd omdat je niet ‘dark’ genoeg bent. Misschien ook omdat we om 2 uur ‘s nachts sneeuwballengooiend als kleine kinderen aankwamen bij een dark-wave party.

Ja, het bevalt me hier wel allemaal. Goed eten, mooie stad en een goede mentaliteit. Maar om hier nou te wonen, het is toch Duits wat ze hier praten…

19


Het T-Licht

Doorgelicht: ONCS blessures

Het lijkt nog aardig ver weg, maar dat komt waarschijnlijk omdat je last hebt van uitstelgedrag. Voor je het weet is het al zover, dan is het weer tijd voor de ONCS. Deze keer vinden de welbekende Open Nederlandse Chemie Sportdagen plaats op 12, 13 en 14 mei in de prachtige stad Eindhoven. Dat brengt weer een groot feest, ontzettend veel gezelligheid en dolle pret met zich mee, maar helaas soms ook sportblessures.

T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’

door:Sven en Stefan

20

Voor de meeste vervelende dingen in het leven, geldt dat voorkomen vaak beter is dan genezen. Daarom gaan we deze keer in Doorgelicht kijken naar de sportblessures die je mogelijk kunt oplopen bij de ONCS. Uiteraard met de tips en tricks om ze te voorkomen! The basics van sportblessures De meeste sporten kun je niet beoefenen zonder blessures te riskeren. Grofweg zijn er twee soorten oorzaken van blessures te onderscheiden. Als eerste loop je risico om gewond te raken door factoren buiten het lichaam. Hierbij kun je denken aan materiaal, locatie, weersomstandigheden, medespelers en tegenstanders. Helaas moeten we bij deze oorzaken meteen opmerken dat er weinig aan deze dingen te doen is. Voor het materiaal en de locatie ben je afhankelijk van wat onze lieftallige ONCScommissie heeft geregeld. De agressie van je tegenstanders heb je misschien iets meer zelf in de hand, maar je zult er toch op moeten hopen dat ze voorzichtig met jouw lichaam zijn. De tweede groep oorzaken zijn de factoren binnen je eigen lichaam. Voorbeelden hiervan zijn je aanleg voor een sport, je conditie, je leeftijd en je overall fitheid. Vaak zijn blessures een gevolg van overbelasting, een slechte techniek of vermoeiing. Wanneer je een na een avond flink

doorzakken moet sporten, is de kans groot dat je minder goed kunt anticiperen op wat er om je heen gebeurd. Voor de ONCS hebben we nog een speciale groep blessures. Er zijn namelijk ook blessures die niet alleen tijdens het sporten ontstaan, maar ook daarna. Deze blessures worden in de volksmond ook wel feestblessures genoemd, hoewel het helemaal geen feest is om er eentje te hebben. Blessure 1: Hoofdpijn Een van de meest voorkomende blessures tijdens voorgaande edities van de ONCS bleek hoofdpijn te zijn. Hoofdpijn kan onder andere veroorzaakt worden door uitdroging van de hersenen, vermoeidheid, overmatig alcoholgebruik of een flinke klap op het hoofd. Daarnaast kan te diep nadenken ook leiden tot hoofdpijn. Hoofdpijn kan erg vervelend zijn, maar de meeste sporters met deze blessure kunnen gewoon hun wedstrijden spelen. Risicosporten: Bierestafette, Schaken, Triviant, Knotsbal Oorzaak: Factoren buiten het lichaam, feestblessure Remedie: Voldoende nachtrust, water, aspirine Duur van blessure: Meestal een dag


Tips om te voorkomen: Niet teveel drinken, op tijd naar bed, niet te diep nadenken en oppassen voor wildebrassen met een knots in hun hand.

Blessure 3: Spierpijn Een vervelende blessure, die vaak wordt gezien als noodzakelijk kwaad, is spierpijn. Spierpijn ontstaat wanneer mensen hun spieren op voor hen ongewone wijze belasten. Het ontstaat vooral bij belasting van spieren die normaal niet of nauwelijks gebruikt worden. De pijn ontstaat doordat, bij langdurige belasting, melkzuur zich ophoopt in het spierweefsel. De spieren worden hierdoor stijf en vervolgens heb je spierpijn. Gelukkig is spierpijn geen ernstige blessure, hiervoor geldt ook dat de meeste sporters hun wedstrijden niet hoeven te staken. Risicosporten: Alle sporten behalve bie-

Blessure 4: Misselijkheid Een veel voorkomende blessure bij de ONCS is misselijkheid. Misselijkheid kan heel veel verschillende oorzaken hebben. Het kan onder andere komen door iets verkeerds te eten, overmatig alcoholgebruik, wagenziekte, zwangerschap of soms zelfs door de zenuwen. Misselijkheid kenmerkt zich door verminderde eetlust en het gevoel dat je moet overgeven. Het is een vervelende blessure, maar het gaat meestal vanzelf weer over. Dat laatste al dan niet gepaard met een verstopt urinoir of een stoeppizza. Risicosporten: Bierestafette Oorzaak: Feestblessure, factoren binnen je eigen lichaam Remedie: Overgeven of water drinken Duur van blessure: Hoogstens enkele uren Tips om te voorkomen: Niet teveel drinken, geen kebab eten in onhygiënische zaken.

Doorgelicht

Blessure 2: Botbreuken In eerdere edities van de ONCS zijn botbreuken, voor zover bij de organisatie bekend, niet veelvuldig voorgekomen. Dat is natuurlijk erg fijn, want botbreuken betekenen vaak wel het einde van de ONCS voor een sporter. Botbreuken kunnen bij het sporten ontstaan wanneer er een grote kracht op een bot wordt uigeoefend. Dat kan bijvoorbeeld een harde schop van een tegenstander of een ferme tik met een hockeystick zijn. Mocht je dan toch een bot breken op de ONCS, dan kom je er het beste vanaf als je een enkelvoudige, dwarse breuk hebt. Als je echt pech hebt, kan het ook zijn dat je botten op meerdere plaatsen gebroken zijn of op de plaats van een gewricht. In dat geval zal de genezing een stuk langer duren, de botten moeten in dat geval ook zeer nauwkeurig aan elkaar gezet worden om complicaties te voorkomen. Risicosporten: Voetbal, Knotsbal, Hockey Oorzaak: Factoren buiten het lichaam Remedie: Gips, ijzeren platen en schroeven, geduld. Duur van blessure: Meerdere weken tot meerdere maanden. Tips om te voorkomen: Veel melk drinken, daar worden je botten sterk van.

restafette, darts, schaken en triviant. Oorzaak: Factoren binnen je eigen lichaam Remedie: Rust Duur van blessure: Enkele dagen Tips om te voorkomen: Vooraf trainen, geen dingen doen die je normaal ook niet doet.

Gaat het dit jaar dan zonder al die ongemakken? Nou, dat ligt vooral aan jezelf. Als je jezelf aan de tips in deze Doorgelicht weet te houden, maak je een goede kans de ONCS zonder averij door te komen. Echter, je zult vast beseffen dat een ONCS met voldoende nachtrust, matig alcoholgebruik en voldoende training vooraf niet in Eindhoven zal plaatsvinden. Het belooft weer een ONCS te worden die getekend wordt door gezelligheid en feestgedruis. Zo lang we de “echte” blessures, waaronder botbreuken, weten te verkomen en ons beperken tot de mindere varianten van deze pretbedervers, zoals kneuzingen en verdraaide gewrichten, mogen we best tevreden zijn. Hoofdpijn, een beetje misselijkheid en spierpijn zijn voor de ONCS net als een schuimkraag op een biertje. Het hoort er gewoon bij!

21


2-Daagse naar Luik

Het T-Licht

Met gezwinde pas trok een erg geïnteresseerde groep van veertien Japieleden naar het zuiden voor twee dagen vol nieuwsgierigheid en warmte. Met een bezoek aan de universiteit en een bedrijf in de buurt van Luik, de Vurige Stede, was de tweedaagse aardig gevuld. De hele eerste dag waren we vergezeld door studenten uit Luik zelf, die ons vergastten op een geimproviseerde city-tour met sight-seeing en de leukste studentenkroegjes van de stad!

T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’

door: Evert Cornelissen

22

Alles begon in het donkere, koude Eindhoven dat nog steeds onder een mooie witte laag winterse neerslag lag. Op een veel te vroeg uur vanaf een station vertrekken is nooit leuk. Gelukkig was de afstand en reistijd naar Luik –de stad ligt zo’n dertig kilometer ten zuiden van ons aller Maastricht- niet zo lang, zodat we al om 10 uur in het hostel aankwamen om de koffers te droppen. Dat vroege uur was erg handig, want we trokken onmiddellijk naar de universiteit. Zowat alle Belgische universiteiten hebben één grote faculteit ‘toegepaste ingenieurswetenschappen’, waar de Belgische equivalenten van de studies van de Nederlandse Technische Universiteiten gevolgd kunnen worden. Zo heeft ook de universiteit van Luik een faculteit. We kregen dan ook een mooie trip voorgeschoteld door de plaatselijke afdeling Scheikundige Technologie, die zo’n 15 masterdiploma’s per jaar uitreikt. Een stukje kleiner dus dan die van ons. Wat deze afdeling dan wel zo leuk maakt, is de nabijheid van de (vrouwen bij) Scheikunde en Biomedische Technologie in hetzelfde gebouw. Intense samenwerking is het resultaat! Geen obligate NMR’s of GC’s kregen we te zien, maar wel een erg enthousiast verhaal over de stad Luik en haar ge-

schiedenis, de universiteit en de afdeling. Hierna werd een rondleiding langs vele opstellingen met leuke, interactieve verhalen gehouden, met als letterlijke klap op de vuurpijl de explosievenbunker van de faculteit! In deze set-up werd onderzoek gedaan dat rechtstreeks leidde tot de engineering van de raketmotor van de Ariane 2, een van de (vroegere) paradepaardjes van de European Space Agency. Tussenin werd even tijd gemaakt voor een lekkere lunch met sandwiches, in aanwezigheid van enkele studenten die ook bij de Luikse vestiging van BEST actief zijn. Deze mensen konden we vragen stellen over het studentenleven in Luik, waarbij het opviel hoeveel verschillen er kunnen zijn tussen twee faculteiten die nog geen honderd kilometer van elkaar liggen. Diezelfde studenten kwamen ook ’s avonds met ons mee in de stad, ons vergezellend bij het erg lekkere eten. Zij kenden namelijk de weg en wisten waar we voor de prijs van een studentenhap uit een Eindhovens eetcafé heerlijke Luikse specialiteiten konden proeven. De trots op de eigen (studenten-)stad had deze mensen geïnspireerd om ons nog een korte rondleiding door het stadscentrum te geven, langs de belangrijkste gebouwen, pleinen en standbeelden. Verhalen doorspekt met historisch verantwoorde weetjes vlogen ons langs alle kanten om de oren.


schip aangevoerd naar de plant, waar het met zwavelzuur wordt opgelost. Hierbij komt gips (oftewel calciumsulfaat) vrij, dat wordt neergeslagen, gezuiverd en naar de cementfabriek aan de overkant van het water wordt gestuurd. Een mooi voorbeeld van symbiose tussen bedrijven. Het op die manier verkregen fosforzuur is dan de grondstof voor alle afgeleide producten (vooral gezuiverd fosforzuur, fosfaatzouten en polyfosfaten) die het bedrijf maakt. Het fosforzuur uit de cola die we omwille van goede redenen veelvuldig achterover sloegen, werd ineens nog lekkerder. Na een goed inhoudelijk verhaal over de toepassingen was het tijd om over de site van de plant te wandelen. We werden meegenomen naar de fabriek waar natriumfosfaat gemaakt werd. Natriumfosfaat is een pH-neutraal zout dat toepassingen kent in de voeding, wasmiddelen en wastewater-treatment. Het is niet schadelijk voor het milieu, zodat intensieve veiligheidsmaatregelen op dit plekje van de plant niet echt nodig zijn. Leuk is dan ook dat je overal wit poeder ziet liggen, dat op de site zelf overvloedig gebruikt wordt ter vervanging van strooizout. Na een lange klim en dito afdaling in het natriumfosfaat-gebouw, was het alweer tijd voor de trein terug. Omdat er nog wat speling was voor de volgende trein zou komen, zijn we in een café nog even wat lokaal gerstenat gaan consumeren. De verschillende kroegen –altijd met Luikse trots Jupiler!- die we bezochten werden steeds goed gesmaakt door de deelnemers. Dit gebeurde ook toen in het station van Luik bleek dat de trein naar Maastricht vertraging had. Voor alle deelnemers was deze reis een korte, maar leuke reis waarin we veel gezien en gedaan hebben. Bedankt aan alle deelnemers voor hun aanwezigheid!

2-Daagse naar Luik

Studenten zijn uiteraard pas studenten als ze alle ins en outs van hun studentenstad kennen. Dit uitte zich bijvoorbeeld in de fijne keur van kroegjes die we bezochten. Het begon voor iedereen bij een jeneverbar met 70 soorten jenever, waarbij de leukste attractie was om jenever in brand te steken en dan met een plastic rietje op te drinken. Erg leuk is dat. Daarna trokken we met z’n allen naar een andere kroeg, met zeven speciaalbieren op fust. De drankenkaart is op te vragen op de Japiekamer. Hier werd het heel erg leuk, sommigen onder ons bleven hier zo’n zes uur zitten... Niet iedereen weet (nog) hoe deze avond voor zichzelf eindigde, maar feit is dat iedereen veilig en wel in het hostel aankwam. Dit is wel een krachttoer te noemen aangezien Luik die avond immers werd opgeschrikt door een gasontploffing die het instorten van een appartement en in totaal twaalf doden tot gevolg zou hebben. De vlammen die hiermee gepaard gingen, werden nog opgemerkt door enkele Japieleden. Eens te meer een bewijs dat Luik terecht de Vurige Stede genoemd wordt... De volgende ochtend werd iedereen -opnieuw met een luide ‘BAM!’, dit keer op de deur- gewekt. Een erg lekker en vers ontbijt volgde. Vlotjes had iedereen de eigen spullen bij elkaar gezocht, zodat we –wederom- op tijd bij de trein waren die ons naar de volgende halte bracht. Deze halte lag bij het bedrijf Prayon, even stroomopwaarts langs de Maas. Prayon is een bedrijf, voor honderd procent eigendom van overheden, gespecialiseerd in fosfor en afgeleiden, producten met een zeer wijde range van toepassingen. Als bron van fosfor wordt calciumfosfaat gebruikt dat uit eigen mijnen in Marokko komt. Dit wordt per

23


Het T-Licht

Gala

Vrijdagavond 5 februari hing er een sprookjesachtige sfeer over de Genneper Parken in Eindhoven. Heel vreemd was dit niet, er werd tenslotte een sprookjesgala gehouden door Japie in het paviljoen, vol prachtige prinsen en prinsessen.

T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’

door: Nicky en Ilse

De voorpret voor het gala was al enige tijd geleden begonnen. Er moest natuurlijk op tijd begonnen worden met het zoeken van de geschikte kleding, een mooie corsage en, misschien wel het allerbelangrijkst, een date. Er werden dan ook vele blauwe en roze brieven over en weer geschreven tussen Japieleden, wat resulteerde in een groot aantal stelletjes dat wij op het gala mochten verwelkomen. Bij een chique gala hoort natuurlijk gepaste muziek en dansen die hierop aansluiten. Omdat niet iedereen kon stijldansen, werden workshops bij Footloose georganiseerd om de basistechnieken aan te leren. Behalve de voorbereiding van de deelnemers voor het gala, heeft ook de commissie niet stilgezeten. Zowel de dinerlocatie als de locatie van het gala zelf moest natuurlijk uitvoerig getest worden op bereikbaarheid met het openbaar vervoer, maar zeker ook op kookkunsten. We zullen het allemaal kunnen beamen, zo heel erg vervelend was deze taak nou ook weer niet. Toen ook het thema bedacht waren, de aankleding voor het gala gehaald was en de muziek was uitgezocht, was het al snel 5 februari. We begonnen de avond met een drie-

24

gangen diner bij restaurant Listers op de Kleine Berg. Met zo’n 60 personen kon de avond hier feestelijk geopend worden. Een beetje apart was het wel, zo’n diner met alleen maar zeer chique aangeklede studenten. Dit was natuurlijk ook de gelegenheid voor de mannen om te laten zien hoeveel galantheid zij in zich hebben. Gelukkig bleek dat alle mannen het galaboekje zeer nauwkeurig hadden bestudeerd, de etiquette voor bij het diner werd tot op de letter nageleefd: deuren werden opgehouden, stoelen aangeschoven, servetten opgeraapt en dranken besteld voor alle lieftallige prinsessen, die dit hele circus gelaten over zich heen lieten komen. Zoals werd opgemerkt door een van de dates: ‘Vandaag is geen dag voor emancipatie’. Na het diner vertrok iedereen per bus of per fiets naar de Genneper Parken. De meer dan 120 deelnemers zorgden ervoor dat we over een geslaagde opkomst mogen praten. Hoewel de locatie aan de buitenkant niet de charme van een kasteel had, mocht ze er toch zeker wel wezen. De zaal was sprookjesachtig versierd met vele bloemen, lampjes en glitters, mede dankzij het vriendelijke personeel van het Paviljoen. Het gala werd officieel geopend door Simone en Wenya, beide natuurlijk met toepasselijke danspartner. Al snel bevonden zich vele dansparen op de dansvloer. Eerst


nog wat onwennig, druk nadenkend over de lessen van enkele weken daarvoor. Al snel verdween bij de meesten de twijfel. Steeds meer stelletjes waagden zich aan een dansje. Het gala werd geopend met de prachtige Engelse wals, met op de achtergrond beelden uit verschillende Disney-sprookjesfilms, zodat iedereen kon wegdromen bij de beelden van het bal van Assepoester, Doornroosje en Sneeuwwitje. Naast de Engelse wals werd er ook op de Quickstep, de Jive en met name de Chacha met veel enthousiasme gedanst.

Na verloop van tijd werd de dansmuziek ingeruild voor feestmuziek en kon het feest helemaal losgaan. Wijn en bier vloeiden beiden rijkelijk en de sfeer werd steeds losser. Aan alle sprookjes komt helaas een eind, zo ook aan het Japie sprookjesgala. Taxi’s werden gebeld, chauffeurs werden chagrijnig omdat ze degene die hen gebeld had niet konden vinden en buiten bleek het toch wel erg koud te zijn in een jurk, ook al heb je daar je winterjas over aan. Gelukkig was er tijdens het gala ook een vriendelijke fotograaf aanwezig die alle prinsen en prinsessen op de gevoelige plaat heeft vastgelegd, zo kan iedereen later nog eens terugkijken op deze sprookjesavond.

Gala

Het thema van het gala was natuurlijk sprookjes, dus moesten er een Prins en Prinses van het gala verkozen worden. Toevallig had de commissie een prins gespot uit het sprookje De Chinese Nachtegaal, die goed opviel met zijn Burger King kroontje. De prins bleek Bas Hermans te heten. De prinses die vooral opviel door haar danskunsten was Maria Dolores, de vriendin van Ma’moun,

Lara aan de faculteit. Samen moest er gedanst worden, iets waar de prins zich helaas niet helemaal op zijn gemak bij voelde. Desondanks zag dit sprookjespaar er prachtig uit met hun matchende blauwe sjerpen.

25


Het T-Licht

Het IJ(s) van de meester “Sneeuwval ontregelt openbaar leven”. Deze onheilspellende kop las ik op de eerste werkdag van 2010 in de plaatselijke krant. Enigszins geschrokken trok ik op een vroege maandagochtend mijn winterjas aan. Tijdens mijn rit naar Eindhoven op de tweewieler, speelde het zojuist door mij gelezen artikel veelvuldig door mijn hoofd. De wegen waren nog redelijk begaanbaar, al moest ik mijn stuurmanskunsten geregeld aanspreken om een uitglijder te voorkomen. Maar wat als het winterweer nog dagen, weken of zelfs nog wel maanden zou aanhouden?

T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’

door: Michel Scheepers

26

Mijn functie als huismeester kan ik gelukkig goed vanuit mijn huis vervullen, maar er is meer in het leven. Hoe moet de boodschappenkast worden bijgevuld als de supermarkt onbereikbaar is? Op welke manier moet ik mijn zoon naar de voetbaltraining in Eindhoven brengen? Vragen waarbij dagelijkse beslommeringen als de kabinetcrisis en de opwarming van de aarde (waar de laatste tijd weinig van te merken is) in het niet vallen. Na een klein uur trappen en zorgvuldig sturen, bereikte ik voldaan het TU/eterrein en betrad ik goedgemutst het gebouw. Nu moeten jullie, beste lezers, weten dat de eerste werkdag van het nieuwe jaar altijd een bijzondere dag voor me is. Ik kijk er altijd erg lang naar uit om mijn collega’s en alle studenten die ik een warm hart toedraag de hand te schudden, een warme omhelzing te geven en/of te verblijden met een drietal zoenen, waarna de weg vrij is voor het toespreken van welgemeende nieuwjaarswensen. Nadat ik onze receptionistes met een ferme handdruk een geweldig 2010 had gewenst, vervolgde ik mijn wandeling richting kantine, waar ik wilde beginnen met het aansluiten van de geluidsinstallatie. Deze zou even later immers, tot volle tevredenheid van

onze decaan, worden gebruikt om zijn nieuwjaarsboodschap versterkt de ruimte in te sturen. Tot mijn verbazing stond er een meterslange rij aan het buffet van de kantine. Op zich niet zo ongebruikelijk, ware het niet dat het nog lang geen lunchtijd was. Uit het geroezemoes viel al snel op te maken dat de stemming niet al te best was. Had ik iets gemist? “ Is de basisbeurs afgeschaft?”, vroeg ik me hardop af. Maar de realiteit was veel erger. De vlak voor Kerst aangesloten koffieautomaat weigerde dienst en was het middelpunt van alle commotie. Ondanks alle perikelen in verband met gladheid was de dienstdoende monteur snel ter plaatse om de problemen te verhelpen. Door zijn vakkundige optreden wist hij een dreigende staking en waarschijnlijk ook een handgemeen te voorkomen. Niet veel later vonden de gemalen koffiebonen op grote schaal de magen van de opgeluchte en uitgedroogde studenten en was de stemming in de ‘Pantry’ weer opperbest. Een hectisch begin van het nieuwe decennium, maar alle sneeuwproblemen waren voor even vergeten…


T-light

I love Holland In this T-light: a whole special about Holland. Of course, you all know the prejudices about the country. Dutch are supposed to have a lot of windmills, wooden shoes, cheese, rain and the so-called ‘dropjes’. Especially in this time of the year, you will become familiar with the Dutch weather. It’s very cold and rainy outside and the last months, we had a lot of snow.

by:Simone de Vaan en Nicky Hoek

every shop, is cheese. The discovery of cheese was by accident. Nomads used pork or veil stomachs to store their milk. During the migrating of the nomads, the milk was shaken and the bacteria, normally present in stomachs, turned the milk into curd and whey. The earliest cheeses are thought to taste more sour and salty then nowadays, with a texture similar to feta. Another kind of typical Dutch food is ‘toetje’ (dessert), this is something we recommend all of you to try! There are a lot of different types of ‘toetjes’. You can have it in every taste you like. One example we would like to mention is “Mona’s Stroopwafelpudding”, you can buy it in every supermarket in the Netherlands. This one tastes like cookies and is a dairy-product. Another example of a very tasty ‘toetje’ is Danio. Danio tastes like yoghurt and soft curd cheese, it is a bit sweet and there are a lot of different flavours. We recommend the straciatella and ‘citroen’ (lemon) flavor. We would like to say: Smakelijk eten! (Enjoy your meal!)

T-light

The major part of these prejudices is true. Indeed, there are still a lot of windmills in Holland. They’re not in use anymore, but you can visit a lot of them to see how they were used. In the 19th century, there were 10.000 windmills. Some mills were used to grind grains, so that people could bake bread with the flour. The oldest, still existing, mill in Holland is the Grafelijke Korenmolen in Zeddam (near Doetinchem). Other mills were used to pump water out of the Dutch ‘polders’, which is nothing else than land that has been reclaimed at the sea. If you see a mill and you are wondering if you’re allowed to visit it, just look for a blue flag. If you see one, the mill is open for visits. Despite of what most people think, wooden shoes are not typically Dutch. In the Middle-Ages, the farmers and workers of whole Europe wore them. Most wooden shoes are made of willow or poplar wood. Wooden shoes are very good for your feet, not only because wearing them is healthy, but also because of safety reasons. Wooden shoes can withstand almost anything! Nowadays wooden shoes are only worn on the countryside, but mostly wooden shoes are sold to tourists. A very traditional product, which you still can find in

27


Het T-Licht

Wist je dat...?

...Denise S. geen drie kleuren kan zien en dus alles wel zwart wit moet zien? ...Thijs van E. alles slikt ...Volgens Olaf V. rode fosfor uit pure zwavel bestaat Jeroen v H hem niet meer omhoog krijgt? ...Sven v Belzen geen emoties heeft?

T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’

... Volgens JJ Rik M eruit ziet als een boer die zijn erf bewaakt? ... Tim A maar wat graag zijn erf op wil? ... Simone d V soms versteld staat van haar eigen domheid … Het brein van Jan-Jaap R. zich af en toe even uitschakelt? ...het 52ste bestuur om 17.51 een gratis fust weggaf om toch een beetje op hun illustere voorgangers te lijken

Stukjes voor de volgende uitgave inleveren voor:12 april

Colofon Jaargang 14, nummer 3 Maart 2010 Het T-Licht is het verenigingsblad van Technologische Studievereniging ‘Jan Pieter Minckelers’, studievereniging van de faculteit Scheikundige Technologie aan de Technische Universiteit Eindhoven. Het T-Licht verschijnt 4 keer per jaar.

T-Licht redactie: Paula Geers,Ilse Hendriks, Nicky Hoek, Thijs Duisters, Sven van Belzen, Stefan Schaap en Evert corneiissen. De redactie behoudt zich te allen tijde het recht voor om wijzigingen aan te brengen in aangeleverde kopij of om kopij te weigeren. Drukkerij: Drukkerij SVS B.V. info@drukwerken.nl

Redactieadres T.S.V. ‘Jan Pieter Minckelers’ t.a.v. Het T-Licht Helix STW 0.25 Postbus 513 5600 MB Eindhoven Tel: 040-2473756 tlicht.st@tue.nl www.tsvjapie.nl

Adverteerdersindex Technip Binnenkant kaft Akzo advertorial pag. 12 Teijin Binnenkant Achter AkzoNobel Achterkant kaft


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.