imp janneke rutgers 2013Regionale strategie kr

Page 180

Wanneer Vorden, Hengelo en Zelhem met elkaar vergeleken worden, zijn er een aantal conclusies te trekken. Wat betreft het aantal en type voorzieningen komen de dorpen vrijwel overeen. Deze zijn door gevolgen van demografische veranderingen nog niet aangetast. Wel als er gekeken wordt naar leegstand zijn er verschillen te zien. In Vorden is vrijwel nog geen leegstand te zien in het centrum, terwijl dit in Hengelo en Zelhem wel het geval is. Ook zijn er verschillen wat betreft de aansluiting op het omliggende landschap. Vorden ligt midden in het “waardevolle landschap” terwijl Hengelo en Zelhem dat niet doen. Wanneer er ingezoomd wordt op de directe omgeving van Zelhem is te zien dat door de bomenrijen langs de weg er een aanknopingspunt zou zijn voor aansluiting met het “waardevolle landschap”. Voor Hengelo is dit lastiger te ontdekken. Deze bomenrijen zijn niet zo duidelijk aanwezig en meer onderbroken. Langs de provinciale weg ter hoogte van Hengelo ligt het gemeentehuis van Bronckhorst. Dit had een verschil kunnen maken ten opzichte van de andere dorpen, ware het niet dat er geen relatie is tussen het gemeentehuis en Hengelo zelf. Wat betreft identiteit zijn er ook verschillen tussen de dorpen te ontdekken. Vorden kan zich associëren met de verschillende landgoederen met landhuizen in haar omgeving. Deze aanwezigheid is misschien nog niet direct terug te vinden in het centrum, maar dit zou wel een kans kunnen zijn. Zelhem heeft het sterke groene centrum en de bomenrijen die de wegen tot in het centrum begeleiden. Dit is ook erg aantrekkelijk voor bijvoorbeeld het toerisme. Hengelo heeft geen duidelijke identiteit. Daar komt nog eens bij dat de naam Hengelo vaak wordt geassocieerd met Hengelo in Overijssel. Deze conclusie zal later in dit hoofdstuk (paragraaf 20.5) gebruikt worden in de keuze voor de volgende schaal van de uitwerking van het ontwerp. 20.3 Ontwerpdoelen regio Doetinchem-Zutphen In het vorige hoofdstuk is beschreven hoe, na een uitgebreide analyse, vanuit de opgave om de Achterhoek leefbaar te houden, ontwerpdoelen zijn bepaald voor het ontwerp. Hoe deze ontwerpdoelen concreet vormgegeven worden, wordt per schaal verder uitgewerkt. Deze uitgangspunten komen voort uit conclusies die uit de analyses getrokken worden. In deze paragraaf zullen de uitgangspunten per doel worden beschreven voor de regio Doetinchem-Zutphen, dit zal ondersteund worden door de schema’s in figuur 122. Ontwerpdoel: Krimpende & vergrijzende gebieden leefbaar houden In het ontwerp voor de regio Doetinchem-Zutphen wordt er niet alleen een plan bedacht voor de dorpen maar is zeker ook het buitengebied van belang. Dit gebied is een stuk minder dicht bevolkt en bestaat veelal uit gebouwen met een woonagrarische functie. Zoals ook al in de analyse over de Achterhoek is geschreven zorgt agrarische transitie en vergrijzing ervoor dat veel agrarische bedrijven geen toekomst meer hebben en dus leeg komen te staan. Het herbestemmen van boerderijen en woningen in het buitengebied is in het kader van de leefbaarheid belangrijk.

180

NETWERKSTAD IN REGIONALE KRIMPGEBIEDEN

Figuur 122 Uitgangspunten ontwerp regio Doetinchem-Zutphen (auteur, 2012)


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.