5 minute read

Saint-Raphaël …

Oude scheepswrakken, amforen, onderwaterschatten, … dit alles spreekt ongetwijfeld tot de verbeelding van heel wat duikers. De baai van Saint-Raphaël/Fréjus heeft zich ontpopt tot de vindplaats van ruim 40 historische wrakken die er vanaf de jaren 50 met de opkomst van het diepzeeduiken ontdekt werden.

Heel wat Belgische duikers deden fantastische ontdekkingen in de baai van Saint-Raphaël/Fréjusen en zij hielpen diverse musea met het recupereren van amforen en Romeinse Ankers. Inmiddels zijn er strenge regels die het bovenhalen van artefacten volledig verbieden. Er is zelfs een verbod uitgevaardigd voor historische musea om dergelijke initiatieven te ondersteunen.

Advertisement

Een grote concentratie aan historische vondsten in de regio

Fréjus is gesitueerd tussen de massieven van de Esterel en de Maures. Dit gebied wordt in twee gesplitst door de rivier de Argens en werd ooit bezet door een Celto-Ligure stam (Een Indo-Europees volk uit de oudheid dat zijn naam gaf aan Liguria, een regio in Noordwest-Italië), die door de Romeinen onderworpen werd in de tweede eeuw voor onze jaartelling.

In 122 vóór Christus hebben de Romeinse legioenen, onder leiding van Sextius Calvinius, de hoofdstad van Salyens (Entremont) vernietigd. De Romeinen stichtten daar Aquae Sextiae (Aix-en-Provence) en lieten de Massaliotes (inwoners van Marseille) slechts een klein grondgebied na.

In dezelfde periode vestigden de Romeinen zich in Fréjus dat werd bevoordeeld ten opzichte van Marseille, omdat die laatste partij had gekozen voor Pompeus in zijn strijd tegen Julius Caesar in 49 vóór Christus. Marseille werd bezet en verloor zijn vloot en schat.

Het militaire kamp voor de vloot van Agrippa werd door Octavius, de toekomstige keizer Augustus, op slechts één kilometer van Fréjus opgericht. In 1987 werden de structuren van dit kamp ontdekt. De oppervlakte is geschat op 24 ha en een gedeelte werd blootgelegd wat een studie van de huisvestingsbarrakken, bergplaatsen en de thermen toeliet. Men schat dat ongeveer 15.000 mannen in dit kamp verbleven.

In 39 vóór Christus vestigde Octavius er een militaire haven waar een groot gedeelte van de Romeinse vloot gebouwd werd die de slag om Actium in 31 vóór Christus gewonnen heeft. Later mocht de stad de galeien van Antonius en Cleopatra ontvangen die tijdens deze slag overwonnen werden.

De haven die in het binnenland uitgegraven werd, stond in verbinding met een twee kilometer lang kanaal. Om de toegang daarvan te beschermen tegen verzanding werd in de haven een verbinding gemaakt met de rivier de Argens, waarvan het debiet voldoende was om verzanding tegen te gaan en het kanaal permanent bevaarbaar te houden.

De aangelegde verbindingswegen, zoals de Via Aurelia en de Via Agrippa, zorgden voor een uitstekende verbindingsweg met Aquae Sextiae en het binnenland. Dat werd verder ontwikkeld nadat er Romeinse legioensoldaten op rust geplaatst werden en zich in de regio vestigden om er allerhande am- bachten uit voeren. De dakpannenindustrie ontpopte zich en dit verklaart de vondst van gehandtekende dakpannen, die bij schipbreuken verloren gingen.

De baai van Saint-Raphaël/Fréjus was dus de beste verbindingsweg over zee naar Rome en de vele kolonies die de Romeinen vestigden, waardoor een indrukwekkende zeehandelsroute ontwikkeld werd.

Uiteraard zorgden het weer, piraterij en gebrekkige navigatie-informatie ervoor dat enkele vaartuigen in de baai en op de aanvaarroute zonken.

Om de toegang tot het kanaal te optimaliseren, werden op de aanvaarroute ook alle overbodige zaken overboord gegooid. Lege amforen die voor voedsel en drank tijdens de vaart gebruikt werden, vonden zo een laatste verblijfplaats op de bodem van de baai. Dit verklaart de vondst van individuele exemplaren.

Een bezoek aan het Archeologisch museum van Saint Raphaël, een must voor elke duiker

Wanneer je in de streek een duikvakantie plant, is een bezoek aan het museum een absolute must. Mits een eenvoudig telefoontje is een geleid bezoek zelfs mogelijk voor een kleine groep tot 25 personen.

We mochten van een rondleiding genieten en hadden een heel aangenaam gesprek met Anne Lopez-Joncheray, de directrice. Anne is zelf een verwoed duikster die deelnam aan diverse onderzoeken en opgravingen in de baai. Anne is CMAS-duikinstructeur en dook samen met verschillende NELOS- en LIFRAS-duikers. Ze beschouwt enkelen van hen, waaronder Marc Van Gorp (2*I), als persoonlijke vrienden.

Het museum werd opgericht toen in 1968 divers archeologisch materiaal tijdens het duiken ontdekt werd door amateurduikers in de omgeving van 'La Chretiènne'. Ook Belgische duikers deelden hun vondsten met het museum en later werd dit nog aangevuld met in beslag genomen materiaal, nadat er een verbod op het bovenhalen van historisch materiaal in de wetgeving opgenomen werd.

Dokter Georges Delencas, Alain Viskis en J.P. Joncheray zetten hun schouders onder het project dat in 1970 definitief vorm kreeg. Zoals eerder gemeld hebben diverse Belgische duikers aan de uitbreiding van het uitgestalde materiaal meegeholpen.

Anne meldt dat, gezien de huidige wetgeving en de UNESCO-richtlijnen, het momenteel niet toegelaten is om ook maar iets van archeologische waarde boven water te halen. Deze regelgeving geldt eveneens voor de musea zelf. Anne betreurt deze beslissing, omdat veel historisch materiaal nu dreigt te verdwijnen onder een dikke laag zand.

Het museum telt jaarlijks zowat 20.000 bezoekers die hier gratis terechtkunnen, groepen (tot 25 personen) kunnen best reserveren. Op donderdag is er telkens om 14.00 uur een geleid bezoek gepland.

Het museum wordt financieel gesteund door de stad en ontvangt via de culturele ministeries subsidies, omdat het eveneens ruimte ter beschikking stelt aan moderne kunstenaars. Sommige museumstukken worden van tijd tot tijd uitgeleend aan andere musea.

Het museum telt verschillende ruimtes

In de ruimte van de eerste mens wordt de lokale bevolking in de Paleolithische periode, de Neolithische periode en de Celto-Ligrische periode voorgesteld. De diverse vondsten worden hier op een zeer professionele methode tentoongesteld en duidelijk toegelicht.

De ruimte van de zee zal de duikers bijzonder bekoren. In de zaal der amforen ontdek je de vele soorten amforen die in de baai van Saint-Raphaël gevonden werden. Een aantal van deze stukken werden door NELOS-duikers aan het museum geschonken. Deze amforen, waarin voedsel bewaard werd, bevatten meestal wijn, olie en pekel. De archeologische ruimte laat de bezoekers kennismaken met de vaartuigen die beladen met amforen, voedsel en verschillende handelsproducten de baai van Saint-Raphaël bezochten. Deze vaartuigen waren soms het slachtoffer van stormen, navigatiefouten en piraterij. De scheepswrakken die hiervan het gevolg zijn, vormen een schat aan gegevens over de manier van leven en de scheepvaart in de Romeinse periode. Schepen konden enkele honderden amforen vervoeren. De eerste wrakken werden ontdekt in de jaren '50 met de opkomst van het duiken. Saint-Raphaël is één van de gemeenten met het grootste aantal ontdekkingen, er zijn meer dan 40 historische wrakken gevonden.

Een volgende ruimte is gewijd aan de prille beginperiode van het 'duiken'. De 'visman' werd in Saint-Raphaël geboren, dankzij de uitvinding van Commandant Le Prieur in

1926. Met dit autonome duikpak kon men tijdens het onderwaterzwemmen lucht inademen. De Cousteau-Gagnanregelaar uit 1945 verbeterde het systeem.

De archeologische en botanische ruimte in de tuin herbergt verschillende archeologische overblijfselen met betrekking tot de versterking van het castrum (het Romeins legerkamp), evenals een menhir gegraveerd met een kop en een slang (bronstijd) en een militaire mijlpaal (1479 m) van de Via Aurelia, een Romeinse weg, die de Esterel doorkruiste.

De educatieve moestuin bevat graansoorten en bonen die geteeld worden sinds de neolithische tijd en mediterrane planten, geïntroduceerd in de oudheid, aangevuld met de medicinale soorten van de middeleeuwen.

De middeleeuwse ruimte, bestaande uit de kerk, de crypte en de toren, vormt een interessante uitbreiding van het museum. De Romaanse kerk dateert uit de twaalfde eeuw, de schilderijen uit de negentiende eeuw. De glas-in-loodramen zijn het werk van de hedendaagse kunstenaar André Pierre Arnal.

De crypten bewaren de overblijfselen van drie opeenvolgende kerken uit de oudheid, de late oudheid en de middeleeuwen en de veertiende-eeuwse toren biedt een panoramisch uitzicht over Saint-Raphaël.

De oriëntatietafel die je bovenaan treft, biedt extra geografische informatie. De 129 treden zullen voor de geoefende duiker geen belemmering vormen.

Speciaal aan het museum is de ludieke ruimte waar kinderen (6-12 jaar) tijdens de schoolvakanties leuke en educatieve workshops met betrekking tot de oudheid en de Romeinse tijd kunnen volgen.

Een bezoek is een aanrader als je met iets slechter weer geconfronteerd wordt en duiken geen optie is. Het museum is het hele jaar door open. Bezoek de website voor de openingsuren en alle praktische informatie: www.ville-saintraphael.fr/cultivee/ musees/musee-archeologique

RONNY MARGODT

This article is from: