Boek lf web

Page 1


40 jaar Lokerse Feesten

inhoud voorwoord ............................................................ 5

pers en publiciteit. ........................................ 107

geschiedenis ........................................................ 7

plein...................................................................... 111

de voorzitters ................................................... 19

hoofdpodium................................................... 119

bestuur en medewerkers ............................. 35

secretariaat....................................................... 123

animatie en infostand .................................. 39

security................................................................ 125

artiestenrestaurant ........................................ 43

smeerteven. ..................................................... 129

artiestenvervoer en logies............................ 47

sponsoring. ....................................................... 131

backstage ........................................................... 49

toiletten............................................................... 135

backstagecafĂŠ ................................................... 53

vip.......................................................................... 137

drank op het plein .......................................... 57

tweede podium.............................................. 139

Lokerse Feesten by night ............................ 59

affiche en flyer................................................. 142

champagnebar . ............................................... 61

artiesten en programmatie....................... 145

cocktailbar ......................................................... 63

dj’s........................................................................ 161

de Kaffebozze .................................................. 67

kindernamiddagen........................................ 163

drankprijzen ..................................................... 69

presentatie........................................................ 165

de togen . ............................................................. 71

toegang............................................................... 171

werk achter de togen .................................... 79

Kaaiman, ons jubileumbier....................... 173

werk op het plein ............................................ 81

fuif voor personen met een

elektriciteit, sanitair, telefoon, internet ..... 83

verstandelijke beperking............................. 175

eten op het plein . ........................................... 91

Wat doen we al die andere maanden?.... 177

medewerkersrestaurant .............................. 97

Wie speelde wanneer. ................................. 180

andersvalidenpodium................................. 101

Colofon............................................................... 191

P.A........................................................................ 103

2


3



voorwoord Zaterdagnamiddag 11 augustus 2012 … Een stralende zon zet goedlachs en met een knipoog haar schouders onder de olijke liedjeswolk die Kapitein Winokio tijdens de familiedag het feestenplein oplaat. De vrolijkheid van de muziek en de goesting in een frisse pint bier leiden ons naar toog 1. Blijkbaar werkt de combinatie zon-muziek-bier toch wel zeer inspirerend, want daar, vanop die Grote Kaai laten we ons door de zingende kapitein zomaar inschepen voor de lange vaart: “Ru’ken, wa zodder va peizen moesten we veur de tfieertigste ediesse ne kir nen boek moaken over de fieesten?” Met ondertitels leest dit als: “Ru’ken, wat zou je er van denken om ter gelegenheid van de veertigste editie eens een boek te maken over de Feesten?” Januari 2014 … We zijn intussen al meer dan een jaar interviews aan het afnemen, foto’s aan het schooien en alle mogelijke archieven aan het uitpluizen om de voorbije 40 jaar te reconstrueren. Maart 2014 … Het boek krijgt vorm. We breken de hoofden over het inhoudelijke van het voorwoord. Na enkele mislukte pogingen komen we tot het besef dat we dit simpelweg héél kort kunnen houden. Dit boek heeft nauwelijks een voorwoord nodig. Na al die interviews is immers gebleken dat wij in al ons enthousiasme om een boek ‘te schrijven’ gewoonweg vergeten waren dat het verhaal eigenlijk al geschreven is. Toen we al die medewerkers voor onze dictafoon haalden bleek zo ongelooflijk ‘neig’ hoe belangrijk die Feesten wel voor hen zijn. Keer op keer vroegen we naar ervaringen en anekdotes. Keer op keer werden we bevoorrechte getuigen van de bijna liefdesverklaringen aan het adres van ‘hun Lokerse Feesten’. Het is dus vrij simpel. Wij hebben dit boek dan wel samengesteld, maar jullie, alle medewerkers van 1975 tot nu, jullie zijn het die het verhaal van de Lokerse Feesten hebben geschreven. Veel kijk- en leesplezier met jullie fantastische werk! Bert De Backer en Rudi Lammens PS: Een verhaal vertellen zonder namen te vernoemen is héél moeilijk. Een verhaal vertellen waarin alle namen genoemd worden is bijna onmogelijk. Weet dus beste lezer, dat dit boek over alle medewerkers gaat, ook zij die niet genoemd werden! 5



geschiedenis “Lokeren”… Vraag vandaag aan 100 mensen waar ze aan denken wanneer iemand de naam Lokeren uitspreekt en de kans is groot dat er een pak zullen zijn die zullen verwijzen naar de glansprestatie van Sporting Lokeren, sinds 4 dagen de fiere winnaar van hun 2de Belgische voetbalbeker in 3 jaar. Stel diezelfde vraag op om het even welk ander moment tijdens het jaar en het is zeker dat “de LF” een zeer vaak gehoord antwoord zal zijn. We schrijven 1967. Jonge Lokeraars zijn de voorbije jaren naar Comblain La Tour geweest en besluiten dat zoiets ook in Lokeren moet kunnen! De Feestcommissie en de Lokerse Jazzclub slaan de handen in elkaar om op de Lokerse markt een jazzfestival te organiseren maar ondanks het mooie programma is er een zeer magere opkomst. Tot zover de eerste moedige poging. Enkele jaren later is het T-Klub die een poging onderneemt om in Lokeren iets uit de grond te stampen: in oktober 1972 wordt in navolging van de Gentse Feesten GRUMFF georganiseerd op het Kerkplein. De hoofdact is het Nederlandse duo Mouth & MacNeal. Ondanks het koude weer wordt het festival een succes met meer dan 700 “entrees”. Financieel volgde er een kleine kater, maar het grote voorbeeld Walter De Buck spoort de organisatoren aan om hetzelfde opnieuw te proberen maar dan tijdens de Lokerse kermisperiode. In 1974 verwoest een felle brand T-Klub aan de Durme. In augustus van dat jaar organiseren de Jazzclub en de Feestcommissie samen opnieuw een jazzfestival maar dit keer in het stadspark. Ondanks de ruime belangstelling flopt de organisatie ook deze keer. De regen is een te grote spelbreker. Intussen groeit het besef dat Lokeren in augustus eigenlijk een zo goed als dode stad is. De meeste mensen trekken op vakantie tijdens de Lokerse Kermisweek. Wie blijft er immers nog thuis voor de gebruikelijke gaaibollingen, kaartavonden en enkele lokale criteriums? Verveling is troef bij de thuisblijvers. Door de brand is de T-Klub verplicht uit te wijken naar het Zand en daar “leert men zijn buren van Den Hert kennen”. Al gauw groeien beide jeugdclubs naar elkaar toe en organiseren ze samen activiteiten. Wanneer de T-Klub in 1975 verhuist naar de Kleine Kaai rijpt het idee om daar een nieuwe “GRUMFF” te organiseren. Deze verhuis, gekoppeld aan het besef dat er in Lokeren in augustus voor de jeugd bitter weinig te beleven valt en natuurlijk ook de invloed van de Gentse Feesten, zorgen er voor dat het idee vorm krijgt om op de Kleine Kaai in Lokeren een feest te organiseren.

7


40 jaar Lokerse Feesten De legende wil dat het uiteindelijke besluit in mei 1975 genomen is aan de toog van een bekend Lokers café, Café Century, in de volksmond beter gekend als “Den Bokser”. De Feestcommissie, de T-klub, de Lokerse Jazzklub en Den Hert beslissen samen de stap te wagen om de eerste LF te organiseren. Een festival organiseren en zeker een programma samenstellen, dat kost veel geld, dus leggen T-Klub, Jazz klub en Den Hert elk het voor die tijd aanzienlijke bedrag van BEF 5.000 bovenop de BEF 15.000 die de Lokerse Feestcommissie wil geven. BEF 30.000 (inderdaad € 743.7) is het startbudget. De aanvangsprincipes zijn duidelijk: • Gratis inkom want het is een feest voor de Lokeraar, ook al is die in eerste instantie niet geïnteresseerd in de muziek; inkomgeld zou teveel aan een festival doen denken en dat mag het zeker niet zijn. Gelukkig is er de sponsoring van VVV-toerisme en de cafés van de Groentemarkt (Tivoli en Het Eeuwig Licht - het café van de beroemde Fonne) waardoor de toegang inderdaad gratis is; • Een gevarieerd programma, een muzikale mengelmoes waar elkeen zijn gading kan in vinden; • Plaats van gebeuren wordt de Kleine Kaai (die naam verandert later in Oude Vismijn); • Het feestje moet meerdere dagen duren( we binnen in 1975 met 4 dagen – sinds 1995 zijn het er 10).

8


geschiedenis Het weer valt enorm mee, de opkomst ook, de eerste Feesten worden een succes. Op de persconferentie, het weekend na de eerste “LF”, zijn de reacties dan ook héél positief en worden reeds de eerste plannen gesmeed voor een volgende editie. Het zal allemaal groter, meer en beter worden: grotere artiesten, meer dagen feestplezier en meer aandacht aan techniek en comfort van de aanwezigen. De eerste jaren zal al snel blijken dat de invloed van het weer niet te onderschatten is. De feesten groeien gestaag, er komt steeds meer volk op af en de organisatoren proberen een feestprogramma te maken dat letterlijk voor elk wat wils biedt. De belangrijkste doelgroep zijn de Lokeraars. Al dagen voor de Feesten beginnen, rijden medewerkers in Lokeren rond met wagens met luidsprekers om de bevolking warm te maken voor het nakende spektakel. De eerste dag van de Feesten is er dan ook nog de openingsstoet die de laatste twijfelaars over de streep moet trekken! Maar ook de “gastarbeiders” worden niet vergeten. De organisatie wil letterlijk alle Lokeraars bereiken en ze zijn dan ook fier dat er in 1979 een samenwerking ontstaat met de allochtone Lokeraars. Elke dag wordt er zwaar ingezet op activiteiten voor de jeugd. Zowel de Lokerse Speelpleinwerking als verschillende theatergezelschappen zullen hier een belangrijke rol in spelen. Vergeten we zeker de rol van het stadsbestuur niet in deze eerste jaren. Niet alleen helpen de stadsdiensten op logistiek niveau maar ook het feit dat men een aantal krotwoningen laat afbreken op de Kleine Kaai is een fijne meevaller want zo wordt de feestruimte plots gevoelig groter. Tegen 1977 zijn er al 8 feestdagen, zijn er de eerste problemen met de politie betreffende het nachtlawaai en is er het eerste incident die naam waardig, wanneer Eddy Wally bekogeld wordt met eieren. Het eerste lustrum wordt gevierd en een nieuwe jeugdclub, de Jam-club, stapt mee in de organisatieboot waardoor ook het aantal medewerkers groeit, net zoals de steeds talrijker wordende bezoekers die afkomen op de steeds groter wordende namen op de affiche.

9


40 jaar Lokerse Feesten Zelfs vandaag, 40 jaar na het opstarten van de LF, zie je nog duidelijk de roots van de beginjaren. De jeugdclubs waaruit gerekruteerd wordt heten niet meer Den Hert, T-Klub of Jam maar wel Okapi, KSA of Scouts en... de LF zelf. Het is natuurlijk ook opvallend hoeveel “kinderen van” er intussen meewerken! De toekomst lijkt verzekerd. De jaren ’80 breken aan en de LF stappen voor een stuk af van de grote Vlaamse namen die kenmerkend waren voor de eerste 5 edities. Ook de Folk wordt afgebouwd en het tijdperk van “Belgo en Afro breekt aan”. Maar ook de crisis van diezelfde jaren ’80 is al snel een realiteit en dus moet ook het Lokerse stadsbestuur de tering naar de nering zetten. De Kleine Kaai wordt in 1981 herdoopt in “Oude Vismijn”, maar bijna blijft het bij 1 editie op de Oude Vismijn. In 1982 ziet het er lang naar uit dat de Feesten niet zullen doorgaan omdat het stadsbestuur bespaart en hierdoor de kosten van de nachtelijke bewaking niet meer wil dragen. Het LF-bestuur wil niet organiseren en een annulering van de 8ste editie dreigt. Gelukkig vindt het bestuur van de organisatie te elfder ure nog een alternatief in de Civiele Bescherming om de vrijwillige brandweer te vervangen en de feesten gaan toch door. Pas in 1994 zal er ook op het terrein zelf een echte security opgestart worden. Vandaag is de security-crew niet meer weg te denken aan alle mogelijke in-, uit- en doorgangen! Safety first! De openingsstoet die al van 1976 door de Lokerse straten trekt en ook de prondelmarkt die al vanaf de eerste editie georganiseerd wordt lijden beiden enorm onder een groot gebrek aan belangstelling. In 1982 wordt de prondelmarkt dan ook ten grave gedragen en vervangen door een “ludiek criterium” terwijl 2 jaar later de allereerste Stratenloop georganiseerd wordt door de AVLO. Van een openingsstoet is geen sprake meer. Toch blijkt dat de impact van de feesten op dit moment al redelijk groot is want er wordt voor het eerst gekeken of men de LF kan laten uitdeinen naar andere plaatsen in Lokeren. Er is immers geklaag van de horeca dat enkel de Markt en de Oude Vismijn momenteel belang hebben bij de Feesten. Er wordt bekeken waar een tweede luik zou kunnen georganiseerd worden. Kandidaten zijn o.a. het Zand, de Stationswijk en “achter de kerk”. Het blijft op dat moment bij kijken, er komt nog niets concreets uit de bus. Later zal er een kortstondig alternatief volgen aan het station. Bij gebrek aan belangstelling zal dit slechts een drietal jaar daar plaatsvinden.

10


geschiedenis Naast het stadsbestuur, dat zelf elk jaar steeds minder geeft maar via de stedelijke feestcommissie toch voor een deel van de financiële steun instaat, is er gelukkig ook de Vlaamse overheid, die via de kanalen van het Bestuur Volksontwikkeling en het Bestuur Jeugdwerk voor een deel van de noodzakelijke gelden zorgt. Maar hoe dan ook blijft het financiële plaatje elk jaar moeilijk in te vullen. De editie 1985 regent dan ook nog eens volledig uit en het is duidelijk dat de toekomst onzeker oogt. Grote verandering in “LF-land”! In 1982 werd beslist om een VZW LF op te richten om beter het hoofd te bieden aan alle financiële en administratieve rompslomp, maar nog belangrijker wordt de wissel van de wacht die eraan komt. De pioniers geven immers na de editie ’84 de fakkel door aan de jonge leeuwen die natuurlijk al enkele jaren in opleiding zijn. Exit De Moeze(Herman Van Moeseke), De Prieze(Marc Degryze), Den Delle(Marc Delbruyere) en Pitou(Jean-Pierre Rosseel). Welkom Florre(Luc Foriers), Lange Jerome(Jerome Van Doorslaer), Tammen(Danny Pensaert), Kurt Rombout en Werner Hillaert! Hun devies: “de LF mogen hun gezelligheid niet verliezen in een ongewenste grootschaligheid zoals ons dit vorig jaar met de komst van TC Matic te beurt viel. Wij willen een degelijk muzikaal aanbod dat echter geen festivalsfeer uitademt”. 1985 is dus meteen de grote test voor de Florre en zijn nieuwe bestuursploeg! Wat ze op dat moment nog niet weten is dat 1986 pas echt voor een uitdaging zal zorgen… In de jaren ’80 wordt de animatie steeds belangrijker. Ondanks het wegvallen van de openingsstoet zien we elk jaar nieuwe initiatieven die de inwoners van Lokeren en de bezoekers van de LF naast het muzikale gedeelte ook visueel willen vermaken! Niet alleen is er sinds 1984 een videoscherm(het eerste jaar in functie van de Olympische Spelen, daarna met concertbeelden en zelf gefilmde sketches), maar ook andere evenementen in Lokeren zorgen voor een extra feestelijke sfeer. Op de Vismijn zelf starten De Spinne en Kelem een jarenlange traditie van absurde humor met zelfgemaakte en uitgewerkte projecten.

11


40 jaar Lokerse Feesten Zoals reeds eerder vermeld zal 1986 een breekpunt vormen in de geschiedenis van de LF. Tijdens de namiddag van zondag 3 augustus trekt er een verwoestende zomerstorm over Lokeren. De ravage is enorm. Bomen, dakpannen, schouwen, het dak van de tribune op Sporting Lokeren; alles moet tegen de grond. Op de Vismijn proberen enkelen om de infrastructuur te beschermen tegen de natuurelementen maar wanneer de zon uiteindelijk door de wolken breekt kan men alleen maar vaststellen dat de schade aan podium, licht en geluid en meubilair enorm is. Met vereende krachten wordt er een noodpodium gebouwd en later in de week worden zowel het podium Van Rock Werchter als dat van Rock Torhout gebruikt! De veerkracht van de medewerkers is enorm! Nog nieuw dat jaar zijn Toog 4 en de Cocktailbar. Om de groeiende bezoekersaantallen beter te kunnen bedienen zonder dat men héél het plein moet oversteken, worden niet alleen de klassieke “garçons” ingezet maar wordt er ook om de zoveel jaar een extra toog geopend. Tegen het moment van de verhuis naar de Grote Kaai zullen er op de Oude Vismijn maar liefst 6 togen, 1 cocktailbar, 1 Kaffebozze en verschillende eetkramen zijn. Alle gerechten hier opnoemen zou ons te ver leiden, maar dat er al van dag 1 paardenworsten te verkrijgen zijn dat is waarschijnlijk voor niemand een verrassing.

12


geschiedenis Op vlak van infrastructuur zijn er ook allerlei veranderingen merkbaar. De storm heeft ons geleerd dat de inrichting van het terrein en de infrastructuur beter, veiliger en professioneler moet. Betere drankstanden, een professioneel podium, ALC die voor geluid en licht gaat zorgen en ook een betere inrichting backstage zijn de logische gevolgen. Eind jaren ’80 worden we meermaals geconfronteerd met een (over)vol huis. De veiligheid en de vrolijkheid komen in gedrang. De vraag of er moet uitgekeken worden naar een nieuwe locatie is op dat moment nog voorbarig voor het bestuur. Wel zijn er op dat moment al plannen om het plein veiliger te maken, krotwoningen af te breken en een “vast” podium te maken dat het hele jaar door zou kunnen gebruikt worden. De geschiedenis zal uitwijzen dat niet alles zal gebeuren en dat de timing van andere zaken beslissend zal worden… De jaren ’90 doen hun intrede. De LF zijn intussen een redelijk groot evenement geworden met niet weinig problemen op het gebied van veiligheid door de steeds toenemende aantallen bezoekers voor acts zoals o.a. Clouseau en Soulsister. We zijn intussen bijna het festival dat we nooit wilden worden. OK, het is nog steeds een gezellig pleintje en ja, het is nog steeds gratis en je komt er nog steeds vrienden en bekenden tegen, maar toch…. Op deze manier kan men op termijn niet verder. Een verandering van programmatie dringt zich op. Minder populaire Belgen en vooral meer exotische bands bepalen de nieuwe richting en het resultaat mag er zijn. Weer meer sfeer, meer plezier en gelukkig ook een gigantische drankverkoop! Onze eretitels luiden “gezelligste openluchtcafé van Lokeren” en later “gezelligste festival van België”. Wanneer in ’93 de twijfel ontstaat of de Feesten wel zullen kunnen doorgaan omwille van bouw- en afbraakperikelen is dit eigenlijk al een teken aan de wand. De onduidelijkheid en de twijfel omtrent de krotwoningen, de nieuwe bouw van Electrabel en de uiteindelijke grootte van het terrein, zullen er in de lente van 1994 toe leiden dat de LF zullen verhuizen naar de iets verder gelegen Grote Kaai. Een aantal cafébazen en een groep medewerkers die de verhuis niet zien zitten slaan de handen in elkaar 13


40 jaar Lokerse Feesten en zullen nog datzelfde jaar de Fonnefeesten oprichten. De splitsing en de verhuis zorgen in de beginjaren nog voor een zeker onbegrip en wantrouwen tussen de beide organisaties. Maar tijd heelt alle wonden en intussen zijn de beide feesten goede buren in het bruisende Lokeren van begin augustus. Voor wie trouwens niet wist waar de LF hun periode haalden: de patroonheilige van de stad – Sint Laurentius – heeft op 10 augustus zijn feestdag. En aangezien de Lokerse kermis steeds zo dicht mogelijk bij zijn feest georganiseerd wordt is dat dus de eerste week van augustus. Ook bij de verhuizers naar de Grote Kaai is er natuurlijk spijt en twijfel maar de verhuis blijkt al gauw een schot in de roos! Betere omstandigheden met meer ruimte, veel veiliger en vooral, nog steeds enorm sfeervol! Een groot verschil met de Vismijn is natuurlijk dat er op de Grote Kaai geen cafés zijn. Waar de medewerkers steeds de gewoonte hadden om na het laatste optreden samen nog wat pinten te gaan pakken in de lokale cafés is er nu een leegte. Een leegte die al snel opgevuld wordt met een Spiegel/danstent en later allerlei vormen van een nachtcafé waar medewerkers maar ook de lokale nachtraven terecht kunnen wanneer de optredens gedaan zijn. Pas in 2012 zal er een einde komen aan deze traditie. In 1995 krijgt ons feestje zijn definitieve duurtijd. 10 dagen lang wordt er nu gefeest. Van de vrijdag voor de eerste zondag van augustus tot en met de zondag de week erna. En wie anders dan STUBRU zal voor jaren de nieuwe openingsdag inkleuren! Dankzij programmator Bokkie is het op dat moment nog de roots-muziek die regeert op ons plein. In de 2de helft van de jaren ’90 zullen de broers Daeninck de programmatievlag overnemen en langzaam maar zeker ook de muzikale richting van de LF opnieuw verleggen! En veranderen van muzikale richting wil blijkbaar ook zeggen dat het backstagegebeuren moet groeien. Er wordt een echt artiestenrestaurant uit de grond gestampt (nu ja, in het begin eerder kleinschalig en beperkt qua keuze, vandaag een culinair gegeven waar op 10 dagen zo’n 1000 maaltijden geserveerd worden). De oorspronkelijke stratenmakerwagentjes van weleer zijn intussen ook al lang vervangen door steeds beter ingerichte en van alle luxe voorziene containers, om de artiesten in te ontvangen. 14


geschiedenis In 1998 volgt er alweer een mijlpaal. Voor het eerst in onze geschiedenis wordt er inkom gevraagd. De BTW-wetgeving verandert en de verwachtte impact is zo groot dat er na lang en rijp beraad beslist wordt om een symbolische BEF 20 inkom te vragen. Die tijd is intussen voorbij maar nog steeds wordt getracht om voor een zo correct mogelijk bedrag een schitterende affiche samen te stellen. Getuige daarvan is de stilaan legendarische lijst met topartiesten die sindsdien aan de Durmeboorden optraden. In 2001 is er weer een wissel van de wacht. Luc Bonnaerens, die in 1996 Luc Foriers opvolgde geeft nu de fakkel door aan huidig voorzitter Jan Cools. En deze heeft al vrij snel een mooie uitdaging. Waar zullen de LF de komende jaren plaats vinden? Er gaat immers gebouwd worden op de locatie Grote Kaai en plots is onze toekomst daar héél onzeker. De oplossing wordt uiteindelijk gevonden in een herschikking van het terrein. Het podium komt tegen de Sporthal, de backstage erachter en we zijn weer vertrokken! De vraag of “het volgend jaar nog wel zal lukken” zal de volgende jaren regelmatig opduiken en het zal tot begin 2014 duren vooraleer er een overeenkomst met het stadsbestuur bereikt wordt die ons toch voor een aantal jaren zekerheid geeft omtrent ons feestenterrein. In 2001 tellen we 380 medewerkers, een aantal dat vandaag de dag makkelijk verdubbeld mag worden. Eén van hen is Luc De Roover, de man die al sinds 1990 verantwoordelijk is voor de financiën van de organisatie. Als penningmeester en verantwoordelijke voor de steeds belangrijker wordende sponsorwerving zal hij tot 2011 aan boord blijven en jaar in jaar uit voor de nodige centen helpen zorgen die nodig zijn om de LF te kunnen organiseren. Hij is als dank daarvoor ook de man achter de “Ruujvergroepen”, die meestal uit de AOR-hoek komen en waarvan er elk jaar 1 geprogrammeerd stond!

15


40 jaar Lokerse Feesten Wie vandaag sponsoring zegt moet er bij denken dat er in die 40 jaar een enorme weg is afgelegd. Waar héél lang geleden “De Zeep-en Verffabriek” de allereerste sponsor was die voor zijn bijdrage enkel een reclamebord aan het podium wou, is er vandaag een bataljon van grote sponsors die broodnodig zijn om het plaatje financieel rond te krijgen. Dat ze aanwezig zijn is al jaren zeer duidelijk! Je kan immers niet naast vlaggen en panelen, speciale stands, ludieke acties én de dagelijkse T-shirts voor de medewerkers kijken. Het kleine feestje uit 1975 is groot en volwassen geworden. Niet alleen komen feestvierders en festivalgangers al 30 jaar van heinde en ver voor de unieke mix van verschillende muziekgenres en de unieke sfeer naar Lokeren, we worden ook zeer geapprecieerd door de muziekwereld zelf! In 2004 ontvangen de LF dan ook een Zamu-award als beste muziekevenement! Later volgen nog nominaties voor andere belangrijke Europese muziekprijzen. Het terrein op de Grote Kaai ondergaat elk jaar een paar kleine aanpassingen maar de belangrijkste zal waarschijnlijk gebeuren in 2003. Op dat moment wordt de Vipruimte bovenop de cocktailbar en toog 1 geplaatst. Deze ontmoetingsplaats voor sponsors en toeschouwers die de feesten graag iets luxueuzer meemaken, zal van dan af alleen maar groeien. In eerste instantie zijn er VIP-formules met lokale restaurants maar het is bijna een logische stap dat in 2012 op het terrein ook een aparte Club wordt ingericht waar men voor de optredens in stijl kan gaan dineren, om daarna vanop een apart VIP-terras te genieten van de optredens! 2005 is dan weer het jaar waarin een deel van de medewerkers de laatste nacht vergast worden op een extra privéfeestje in het backstagerestaurant. Michael Franti en Gabriel Rios spelen daar ten dans! Onvergetelijk, net zoals Lou Reed die 2 jaar later zijn buddy Garland Jeffreys een bezoekje komt brengen op het podium! Hail Hail Rock ’n’ roll!

16


geschiedenis 2004 is een feestjaar maar ook alweer een jaar met een belangrijke nieuwigheid. Gedaan met cash betalen aan de garçons, vanaf nu ga je naar de kassa om jetons en die kan je dan nadien inwisselen voor je frisse Stella. In 2008 zijn er enkele festivalgangers die er niet beter op gevonden hebben dan zich 2000 valse jetons aan te schaffen, lang duurt het niet voor ze tegen de lamp lopen. Ooit begonnen we trouwens met Supra, maar in 2009 wordt Stella na vele jaren vervangen door Jupiler, het nieuwe festivalbier! Sinds 2000 worden er officieel DJ ’s aan de affiche toegevoegd om na de optredens de tijd tot 02u30 in te vullen met nog meer feest! Dit tot groot jolijt van alle bezoekers voor wie de nacht op dat moment nog jong is! Deze traditie loopt in 2013 uit in het openen van een 2de podium in de fuifzaal van Lokeren. De Red Bull Elektropedia Room is een feit! 2011 is het begin van een periode waarin nieuwe appartementen gebouwd worden en waarin oude gebouwen afgebroken worden. Voor de LF wil dit vooral zeggen dat de backstage eerst naar de tuin en later naar de kapel van Hagewinde moet verhuizen. Vanaf 2014 wordt de parking van het zwembad de nieuwe locatie van héél het backstagegebeuren. Ander belangrijk wereldnieuws in 2011 is het feit dat Morrissey in Lokeren passeert en dat de organisatie beloofd heeft om die dag geen vlees te verkopen op het terrein. Het verhaal leeft verder… We kijken intussen uit naar de editie 2014. De LF van 2014 lijken in bijna niets meer op die van 1975. ’t Is ergens anders, ’t is groter, ’t is betalend, het duurt nu 10 dagen, er komen op die 10 dagen zo’n 120.000 à 130.000 bezoekers op ons terrein. En toch…… het allerbelangrijkste is in die 40 jaar niet veranderd. De LF bestaan nog steeds dankzij de belangeloze inzet van alle medewerkers. Dat is nog steeds het grootste kapitaal dat een organisatie zoals de onze kan bezitten! Laat Neil Young maar komen, we kijken er naar uit!

17


,

Herman Van Moeseke, aka de Moeze voorzitter van 1975-1984

Luc Foriers, aka de Florre, voorzitter van 1985-1995

Luc Bonnaerens, aka den BoniĂŤk, voorzitter van 1996-2001

Jan Cools, aka de Cuujls, huidig voorzitter sinds 2002


de voorzitters Van het startjaar tot het jubileumjaar van deze veertigste editie telden de LF slechts vier voorzitters. Drie van hen kregen we te pakken en tegelijk ook de antwoorden op de vragen die we voor hen in petto hadden.

Hoe zijn jullie destijds voorzitter geworden van de LF? Herman: “Ik heb destijds het idee geopperd om iets op te starten en bezocht de jeugdclubs T-club, Den Hert, Jazzclub, met de vraag of ze zin hadden hieraan mee te werken. Uiteindelijk moest er een bestuur gevormd worden en aangezien ik de oudste was ben ik dan maar voorzitter geworden. Die bestuursploeg bestond toen uit drie man. Marc De Gryse was de logische secretaris. Vanuit de Lokerse Jazzclub had die immers enorm veel met muziek te maken. Jean-Pierre Rosseel was de geknipte boekhouder en die werd dus penningmeester. Dat was het, meer was er toen niet.” Luc B: “Ik deed ooit mee aan de affichewedstrijd en tot mijn verbazing won ik die ook. Voor de affiches van de vorige edities waren hoofdzakelijk tekeningen of schilderijtjes gebruikt. Ik daarentegen had foto’s digitaal bewerkt. Dat was het bestuur opgevallen, waardoor ik in de spotlights kwam te staan. In 1994 werd ik als nieuw bestuurslid binnengehaald. Daarvoor werkte ik mee als medewerker aan toog 4. Ik startte destijds in het medewerkersrestaurant, het eerste jaar dat dit werd opgestart in jeugdhuis den Okapi. In 1995 werd ik ondervoorzitter en toen al was er sprake om op termijn Luc Foriers als voorzitter op te volgen. Men zag in mij de meest geschikte opvolger omdat ik nog geen ‘verbrandde pootjes had’ en nog met niemand in conflict had gelegen. In 1996, 2 jaar na de verhuis van de Oude Vismijn naar de Grote Kaai, werd ik voorzitter.” Jan: “Ik ben al 26 jaar medewerker. Op de Oude Vismijn low profile begonnen als garçon en later als tapper aan toog 6. Ik hielp alle namiddagen stoeltjes goed zetten op het plein. Wanneer alles weer goed stond dronken we nog een kleinigheid. Waarschijnlijk ben ik dan al een aantal mensen binnen de bestuursploeg opgevallen. Op zeker moment kreeg ik telefoon en werd me gevraagd om secretaris te worden. Zot vereerd dat ze me dit vroegen, liet ik hen -als een echte politieker- zo’n goede week de indruk dat ik twijfelde. Zo ben ik dus binnen het bestuur een paar jaar secretaris geweest. Toen Luc Bonnaerens in 2001 als voorzitter besloot om een eigen zaak op te starten, zag hij dit nog moeilijk te combineren met het voorzitterschap van de Feesten en werd de fakkel in september 2001 aan mij doorgegeven. De keuze viel allicht op mij als compromisfiguur.”

19


40 jaar Lokerse Feesten Hoe kijken jullie als voorzitter op deze periode terug? Herman: “Dat was natuurlijk avontuurlijk, dat was gewaagd, dat was alles. Wie durfde het aan om zoiets in een dode stad als Lokeren te organiseren! Het moet gezegd, wij hebben op dat moment – op zijn Lokers gezegd – ‘hoerenchance’ gehad met die eerste twee edities. Het was prachtig weer en de mensen zochten ’s avonds laat verkoeling op en kwamen dan naar buiten. Van bij de start geslaagd dus en tegelijkertijd ook direct bekend bij het publiek. En zo is dat jaar na jaar verder geëvolueerd. Die twee eerste jaren hebben volgens mij zeker het voortbestaan van de Feesten bepaald.” Luc B: “Het was plezant, maar niet gemakkelijk. De beginperiode met de verhuis en de strubbelingen tussen de blijvers op de Oude Vismijn en de verhuizers naar de Grote Kaai waren niet van de poes. De discussies konden bij momenten hoog oplopen. Niet gemakkelijk om als 28-jarige tegen een ouwe getrouwe medewerker te gaan vertellen dat die niet langer welkom is… In de jaren na de verhuis naar de Grote Kaai evolueerden we naar een professionelere structuur, die nu nog altijd voor een groot stuk terug te vinden is. Zo kregen de aan elkaar “gesjarelde” togen een restyling en werd ook op vlak van programmatie een niveau hoger gespeeld. Remember John Cale. Soms werden er beslissingen genomen die niet altijd bij iedereen in goede aarde vielen. Toen toog 7 werd opgestart, moest elke toog om beurt een paar medewerkers afstaan om daar te gaan tappen. Ook de introductie van de kindernamiddag met K3 zorgde hier en daar voor een valse noot onder de medewerkers. Ik denk ook terug aan onze eerste VIP, een bus van Coca-Cola die aan de zijkant van het terrein stond. Ik ben 6 jaar voorzitter geweest en heb dat echt heel graag gedaan. Toch was ik blij dat er iemand klaar stond om het over te nemen.”

20


de voorzitters Jan: “Terugkijken doe ik met trots en plezier. Doorheen de jaren zijn de LF almaar professioneler geworden en dit op zowat alle vlakken. De grootste sprong was voor mij de verhuis van de Oude Vismijn naar de Grote Kaai omdat je daar plots de faciliteiten had om veel meer te doen. Het professioneler werken vertaalde zich in de groepen die we naar ons festival konden halen. Dit impliceert dat ook al de rest moet volgen: infrastructuur, omkadering, VIP… Je wordt omhoog geprogrammeerd en dat is natuurlijk de grote verdienste van Peter Daeninck. Die moet ook aanvoer krijgen. Daarom is een goede relatie tussen de LF en Herman Schueremans zeer belangrijk. Mijn verdienste ligt zeker niet op technisch vlak. Wel heb ik altijd geprobeerd om diegenen die rond de tafel zaten samen met de keyspelers op één lijn te houden. Waar mensen zijn ontstaan conflicten en dat is bij ons niet anders natuurlijk. Belangrijk is wel dat we allemaal samen aan hetzelfde ding werken. Als er dus al een pluim is die ik op mijn hoed wil steken, dan is het zekere die. Ik weet ook niet of dat mijn specifieke verdienste is. Ik denk dat we nog altijd een groep vormen die plezier heeft in wat we doen. Wel is het een verdomde klus geworden om dat hier elke keer opnieuw op zijn pootjes te krijgen.”

Welke impact heeft zo’n voorzitterschap op familiaal en professioneel vlak? Herman: “Familiaal? Desastreus! Maar op professioneel vlak had ik meer geluk. Ik werkte toen op de technische dienst, waar ik trouwens héél mijn loopbaan gewerkt heb. Vanuit het stadsbestuur -en zeker vanuit de technische dienst- was de medewerking om de Feesten optimaal te laten draaien enorm.” Luc B: “Nu heb je e-mail en internet. Dat bestond niet toen ik voorzitter was. Ik had een fax en een antwoordapparaat in mijn living staan en daarop ontving ik zowat alles wat met de organisatie van de Feesten te maken had. Je moest je daar naar organiseren, ook privé. Wanneer ik ’s avonds thuiskwam, dan stonden er bij momenten meer dan twintig boodschappen op het antwoordapparaat. Dat was dan telkens van: aan je antwoordapparaat gaan zitten met een notitieblok, alles beluisteren, terugspoelen en maar schrijven.” Jan: “Ik herinner me uit die tijd nog dat Luc me belde om mij, de secretaris, de agendapunten voor de volgende vergadering over te maken. Op basis daarvan maakte ik dan de uitnodiging die met de post werd verzonden.” Luc B: “Communiceren was toen helemaal niet vergelijkbaar met nu. Patrick De Bock aka Bockie, die toen programmator was, belde mij soms om één uur ’s nachts uit bed omdat hij een idee had 21


40 jaar Lokerse Feesten voor één of andere groep. Wie Patrick kent weet dat dergelijke conversaties soms uren konden duren, gelukkig had ik toen al een draagbaar toestel.” Jan: “Het voorzitterschap heeft inderdaad een grote impact. Er zijn vergaderingen van de werkgroepen waarop je toch -wanneer nieuwe dingen worden opgestart zoals dit jaar bijvoorbeeld het tweede podium- aanwezig wil zijn omdat het zaken zijn die intens moeten worden opgevolgd. De Raad van Beheer is er als orgaan bijgekomen. Wanneer je merkt dat werkgroepen perfect hun ding doen, dan hoef je je daar geen zorgen meer over te maken of extra tijd voor vrij te maken. De tijd die hierdoor vrijkomt kan je dan weer met andere dingen invullen. De frequentie van het aantal vergaderingen -Raad van Bestuur, Algemeen bestuur, medewerkers, werkgroepen- gecombineerd met mijn politiek verhaal, heeft inderdaad wel wat impact. Plus het feit dat je af en toe moet terug knikken naar mensen die je nog nooit eerder hebt gezien maar die jou wel kennen. In de loop der jaren zijn we een organisatie geworden die ondertussen meer dan 700 medewerkers telt. Ik ken er heel veel, maar natuurlijk niet iedereen. Daarom vind ik het belangrijk dat ik aan de vooravond van elke nieuwe editie zelf meehelp bij de bedeling van de medewerkersbandjes, fietsbandjes en parkeerkaarten. In de mate van het mogelijke probeer ik de voornaam van de medewerkers te kennen zodat ik ook beter kan inschatten waar ze op het terrein werken. Vandaar dat ik tijdens de feesten ook regelmatig langs alle posten passeer om mij te vergewissen hoe alles marcheert. Op die manier krijg je ook veel feedback van de medewerkers. Spontaan worden problemen met je aangekaart, waarmee je dan weer aan de slag kan.” Luc B: “Het is inderdaad zeer belangrijk om je als voorzitter voor, tijdens en na de tiendaagse op de festivalsite te laten zien. Die periode is immers bepalend voor de organisatie van de volgende editie. Het feit dat de medewerkers hun zegje kunnen doen en dan nog wel rechtstreeks aan de voorzitter, is voor hen heel belangrijk.”

Zouden jullie het voorzitterschap - toen en nu - nog opnieuw opnemen en waarom? Herman: “Ja, ik zou het terug doen. Het experiment was geweldig, omdat het uniek en voor een stadje als Lokeren uitzonderlijk was. Er bestond niets buiten Gent. Wij waren in feite de tweede in rij om een stadsfeest te organiseren. Ik moet echter wel toegeven dat alles onder impuls van Walter De Buck tot stand is gekomen. Nog steeds chapeau voor zijn bijdrage. De grote broer uit Gent kwam naar Lokeren omdat we met de T-club -reeds voor het ontstaan van de Feesten- een kleinschalig initiatief hadden achter de Sint-Laurentiuskerk, waar hij kwam optreden. Toen al zei Walter De Buck me: “Moeze, hier hebben jullie toch een prachtig plein om net als in Gent aan Sint-Jacobs een feest te organiseren.” Dat heeft ons toen aan het denken gezet. Het Kerkplein hebben we als feestlocatie haast onmiddellijk laten vallen, omdat we de Oude Vismijn 22


mooier vonden, volkser, gezelliger. Bovendien stoorde de kerktoren er niet. Die beiaard ging te pas en te onpas af, en wanneer De Buck aan het zingen was en de beiaard begon te spelen, moest hij stoppen en wachten tot het voorbij was om verder te gaan. Die combinatie was niet haalbaar. Die mannen vloekten daarop, maar ja, de toren was er hé, en die hebben we niet kunnen verplaatsen. Vandaag zou ik de rol van voorzitter niet meer opnemen. Neen, omdat je dat moet doen als je een jonge gast bent. Niet als je zoals ik tot de derde leeftijd behoort. Je leeft natuurlijk wel nog mee, maar zelf nog een actieve rol spelen dat kan niet meer.” Luc B: “Mochten we de tijd kunnen terugdraaien zou ik het direct opnieuw doen. Vandaag zou ik er toch twee keer moeten over nadenken. Ik zou niet direct neen zeggen, maar je wordt al wat ouder, je wil regelmatig wat gaan sporten en repeteren met het muziekgroepje. Moest tijd geen probleem zijn, dan doe ik het terug. Het lijkt alsof hoe ouder je wordt, hoe minder tijd je hebt. “ Jan: “Ik zie geen enkele reden waarom ik het niet zou doen. Ik vond het destijds als medewerker al heel plezant om mijn bijdrage te mogen leveren. Daarna gevraagd worden als secretaris en vervolgens als voorzitter: mijn ijdelheid was te zeer gestreeld om neen te zeggen. Ik ben trouwens al mijn ganse leven sociaal geëngageerd. De jeugdbeweging, de speelpleinwerking, het jeugdhuis. Het zijn dingen waar je na verloop van tijd uitgroeit. Ik evolueerde naar culturele organisaties en bij de LF vond ik wat ik zocht. Ik heb veel voldoening aan het voorzitterschap. Op het einde van de tiendaagse komt er 23


40 jaar Lokerse Feesten wel altijd opnieuw een beetje water in mijn ogen. Ontroering omwille van de gedachte: we hebben het hier met z’n allen toch weer voor elkaar gekregen. De LF zijn een naam geworden, een begrip. Ons publiek komt van heinde en verre. Daaraan mogen meewerken is gewoon heel tof.”

Welk punt binnen de bestuursploeg ligt jullie als voorzitter tot op vandaag nog steeds na aan het hart? Herman: “Het zwaarste discussiepunt dat ik tijdens die eerste 10 jaar meegemaakt heb, is de sponsorkwestie. Die speelt zich vooral af in de tweede helft van die periode. De komst van L&M die daar plotseling met reusachtige sponsorvoorstellen op de proppen kwam. Natuurlijk, we hadden al een paar jaar slecht weer gehad en we hadden ook al een storm achter de rug. We konden hun inbreng dus best wel gebruiken. Toch ben ik die sponsoring steeds als een minpunt blijven beschouwen. Nu, op dat moment was het bijna een gedwongen aanvaarden van hun inbreng. Voor mij is het echter tot op vandaag het belangrijkste discussiepunt gebleven.” Jan: “De situatie met ons terrein zorgt al een tijdje voor spanning. En daaromtrent zijn er natuurlijk ook al meerdere slapeloze nachten geweest. Het is immers héél belangrijk dat we de LF in de beste omstandigheden kunnen organiseren en beslommeringen rond het terrein horen daar niet bij. Gelukkig is er momenteel een contract in de maak waarin we van het Stadsbestuur de garantie krijgen dat de situatie voor langere tijd ongewijzigd zal blijven waardoor we weer geruster aan de slag kunnen.” Luc B: “We hebben altijd naar eer en geweten gehandeld. Je doet alles in overleg met de rest. Ik herinner me geen beslissing waarvan ik kan zeggen dat we daarin verkeerd geweest zijn. Ik weet, in de tijd was er heel veel te doen rond het feit dat we van gratis naar betalend gingen. Met spijt in het hart, dat wel, maar het was gewoon een correcte beslissing. Noch Jan noch ikzelf hebben dus eelt of een plek op onze ziel, waarvan je kan zeggen dat het ons slapeloze nachten bezorgd.”

Een mooie verwezenlijking, een ‘moment de gloire’ uit die periode als voorzitter? Herman: ”De grootste verwezenlijking voor mij waren de volksavonden op woensdag na de jaarmarkt. Zoals de avond met Eddy Wally. En natuurlijk ook het feit dat we grote namen uit de Vlaamse en Belgische popwereld zoals TC Matic met Arno en uit Nederland Liesbeth List met Ramses Shaffey naar Lokeren konden brengen. Voor een klein feestje als Lokeren toch grote en belangrijke feiten. Er zijn natuurlijk veel meer hoogtepunten: ik denk hierbij aan de samenwerking van de vrijwilligers en de medewerking van de cafés. Café de Vismijn bijvoorbeeld, dat was voor ons een tweede thuis. Wij hielden daar stoet, wij deden daar simpelweg van alles. De animatie in de cafés was enorm 24


de voorzitters belangrijk de eerste jaren, iets wat in de loop der jaren spijtig genoeg volledig verdween. Voor ons was dat fundamenteel. En ook de buren destijds, de oude mensen die in de kleine huisjes op de Oude Vismijn woonden, die stonden aan te schuiven voor de gratis paardenworstjes die ze van ons kregen. Er waren er zelfs bij die familie uitnodigden om samen met hen kermis te komen vieren en een volledig maal samenstelden met de paardenworstjes die ze van de organisatie kregen. Dat zijn momenten om nooit te vergeten.” Luc B: “De eerste grote namen op de Feesten. John Cale en De La Soul. Artiesten die je in videoclips had gezien en die plots op ons podium stonden. De combinatie van bepaalde optredens, die zorgden voor de vlam in de pan. Zoals Jovanotti destijds. De eerste keer dat Zita Swoon naar Lokeren kwam en ‘My life is OK’ tot achteraan het plein werd mee-

25


40 jaar Lokerse Feesten gezongen. En natuurlijk het plezier dat je overdag hebt, de Coconuts die moeten soundchecken, de kleine dingen die je doen zeggen ‘daar doen we het voor’, de dingen die een ander mens niet meemaakt. Het zijn unieke momenten.” Jan: “Heel veel climaxen zijn gelinkt aan groepen. The Cure, met Robert Smith die daar staat te lachen en een half uur langer speelt dan voorzien. Iets dat je doet zeggen: “Hebben we dit eigenlijk al op Werchter gezien?” Maar ook de erkenning die je van buitenaf krijgt, zoals ‘de verdienstelijkste Lokeraar’ en natuurlijk de ‘Zamu Award’ als beste festival. Ik kreeg die prijs uit de handen van Paul Van Himst en droeg hem op aan alle medewerkers én aan Sporting Lokeren. Het weekend nadien speelden ze één van hun meest cruciale matchen voor het behoud in eerste nationale. Schueremans die groepen naar ons piloteert en niet naar andere festivals, betekent voor mij ook heel veel. Dit betekent dat Schueremans gelooft in ons, onze organisatie en onze omkadering.”

De bouwexplosie op de Grote Kaai en de gevolgen voor de Lokerse Feesten. Welke mogelijkheden zien jullie? Herman: “Ik ben altijd een tegenstander geweest van de idee om het stadscentrum te verlaten. Nu zitten we nog op de rand van het centrum, maar het zou onverantwoord zijn van het stadsbestuur om er geen mouw aan te passen om ons in het centrum te houden. Al is het in het park, of op de markt. De Feesten zijn ook gelinkt aan de kermis. Dat moet in het centrum zijn. Niet ergens op een wei of een voetbalplein. Dan is het simpelweg geen kermis meer.” Jan: “Die mogelijke verschuiving is en blijft een moeilijke zaak, maar zoals reeds eerder gezegd: dit is nu voor een hele tijd niet meer aan de orde gezien onze overeenkomst met het stadsbestuur.” Luc B: “Ik vind het niet ondenkbaar dat de LF het centrum zouden verlaten. Vroeger was er veel meer verloop van mensen van het plein naar de kermis en de Fonnefeesten. Het festival is nu op een punt gekomen dat mensen 40 euro entree betalen. Zij komen om naar de optredens te kijken en niet om van hot naar her te hossen. Oké, we zijn wel een stadsfestival, maar we zitten niet op een marktplein zoals dat wel het geval is in Tienen, Gent, Leuven en Arras. Eigenlijk zitten we nu ook op een afgesloten terrein dat niet echt een stadsbeeld heeft. Met het verplaatsen van het festivalterrein naar één of andere vlakte buiten de stad, zal men net dezelfde sfeer kunnen creëren.”

26


de voorzitters

ANekDOTES en STRAFFE VerHALen Herman: “Het optreden van Raymond van het Groenewoud. Normaal sloten wij af om één uur ’s nachts. Raymond heeft toen de zaak rechtgehouden tot na drieën! Zjef Vanuytsel, die eigenlijk veel plankenvrees had, hebben we ooit voor de show vol drank gegoten om zijn schrik te overwinnen. Het zou naar eigen zeggen één van zijn beste optredens ooit geweest zijn. Het schoonste verhaal blijft sowieso dat van de samenwerking met de medewerkers, de buren, de brouwer, de cafés. Dat was als één grote familie. Wat me naadloos doet aansluiten bij een andere zotte historie. De voordeur van café de Vismijn was spoorloos verdwenen. Leon Van Damme kon zijn zaak niet sluiten, waardoor hij die dag echt alles weggaf. “Pak de vaten maar, drink maar druppels, ik kan toch niet sluiten.” Tegen elf uur in de ochtend was alle drank op en ging iedereen naar huis. De vermiste deur lag niet ver van het café, maar Leon heeft ze die dag toch pas uren later teruggevonden. Jan: “De overdracht van het voorzitterschap, de laatste zondag van de editie 2001 vond ik persoonlijk wel een fameuze aangelegenheid. Luc en ik werden aan elkaar vastgebonden. Rug tegen rug, de armen in elkaar gehaakt, werden we door de Florre, die ook met één hand aan ons vasthing, de ganse avond van toog naar toog rondgeleid. Overal moesten we drinken natuurlijk. Zelf kan ik er niet goed tegen. Ik was dus direct zat. Omdat we onze handen niet konden gebruiken werd het bier ons bovendien opgegoten. Een sanitaire stop maken was nog een ander verhaal! Tussen het optreden van Robert Plant en de Bomfunk MC’s mochten wij het podium op. De overdracht van de oude naar de nieuwe voorzitter zou dan worden aangekondigd. De Florre die was ondertussen al een tijdje van ons losgesneden. Wij werden pas later, op het podium losgemaakt. Tijdens het optreden van Robert Plant was er een pauze omwille van het vuurwerk. Wij gingen rug aan rug backstage, waar we op iemand botsten die ik kende vanuit de Jeugdraad in Gent. Die gast had zijn vriendin mee, die zo’n typische Palestijnensjaal droeg. Wij stelden ons voor als de oude en de nieuwe voorzitter waarop het meisje vroeg:” Oh! Kunnen jullie tot bij Robert Plant geraken? Ik wil een handtekening van hem!” Waarop wij antwoordden: “Geef uw sjaal maar mee, wij zullen dat wel in orde brengen.” Luc en ik vertrokken naar de container van Robert Plant. Klop klop op die deur. Plant doet open, staart ons aan vanuit de deuropening met de handen op de rug en Luc vraagt “Sir can we have an autograph on this scarf?” “Even if you were the pope…” luidde zijn antwoord. We hebben toen een voorbijganger de sjaal met ‘Robert’ laten signeren en die teruggebracht bij het meisje. Die was extatisch van geluk! Een verhaal om nooit te vergeten.

27


40 jaar Lokerse Feesten Toen we die avond van het podium kwamen heb ik zitten wenen in een zetel die naast het podium stond. Emotioneel door teveel bier en tegelijk overmand door de vraag waar ik aan begonnen was.” Luc B: “Op het briefpapier van de LF stond destijds het thuisadres van de voorzitter als maatschappelijke zetel vermeld. Lee ‘Scratch’ Perry was dat jaar geboekt en die man woonde ergens in Duitsland bij een gravin in één of ander kasteel. Perry had de reputatie om acht op de tien keer niet te komen opdagen voor een optreden. De dagen daarvoor en de dag van het optreden zelf kreeg ik nogal wat telefoons met de vraag: “Komt hij of komt hij niet?” Alles was bevestigd, dus stelde ik iedereen gerust dat hij zeker van de partij zou zijn. Op D-day kom ik iets na 18u buiten uit het medewerkersrestaurant in den Okapi en nog steeds is er geen nieuws van onze artiest. Het was toen de gewoonte om één keer in de loop van de tiendaagse emmers water vanop het balkon aan de achterkant van het gebouw over de één of andere medewerker te kieperen en dan nog liefst van al over de voorzitter natuurlijk. Die dag ging ik mijn fiets halen, zag ik dat ze hun slag gingen slaan en ontwijk ik met een schijnbeweging de eerste emmer. Ik blijf droog maar wat ik niet wist was dat ze zich aan de voorkant van het jeugdhuis ook hadden opgesteld. Die aanval, daar was geen ontkomen aan. Kleddernat rijd ik huiswaarts om andere kleren aan te trekken. Bij aankomst in mijn straat merk ik ter hoogte van mijn rijwoning een geparkeerde Mercedes –een gepimpte bak- met Duitse nummerplaat. Eens dichterbij zie ik 3 negers en een vrouw in die auto zitten. Gelukkig dat ik daar op tijd toe kwam, want ik kan me voorstellen dat die gasten bij het zien van mijn huisje moeten gedacht hebben: “Moeten wij hier optreden?”. De eerste indruk die ik als voorzitter op hen gemaakt moet hebben zal ook wel de moeite geweest zijn. Ik heb me toen heel snel omgekleed en ben met hen meegereden naar het plein. En kijk, Lee ‘Scratch’ Perry is bij ons dus wél komen opdagen.”

Excuse me, is this the Fieldstreet? Lokeren Festival?

28


de voorzitters Jullie meest memorabele optredens? Jan: “De opnames van onze cd naar aanleiding van 25 jaar LF en alles dat daarrond is gebeurd, vond ik een mooi verhaal. Een techno-avond waarbij het voorplein er als een strand bijlag. Het optreden van Front 242; toen we voor het eerst klachten over het geluid kregen vanuit Lochristi! Dat was echt grensverleggend. Het concert van The Cure blijft me bij om verschillende redenen. Het is een groep die je nimmer of nooit in Lokeren zou verwachten, nu trouwens nog niet. Het plezier waarmee Robert Smith die avond op het podium stond, vond ik echt ongelooflijk. Ook David Byrne maakte een grote indruk. Dat was eveneens het jaar dat Lou Reed plots op ons podium stond bij Garland Jeffreys. Ik wist niet eens dat die kwam, zie hem daar plots op het podium staan en was tot tranen toe bewogen. Ook schoon is het verhaal van onze medewerker ‘de Nico’, die tot aan zijn schouders in de stront zat te wroeten om toch maar die verstopping uit die buizen te krijgen. Niet muzikaal, wel memorabel. Of vrijwilligers die op geen inspanning kijken om de zaak draaiende te houden. Zo kwam ooit in de late namiddag van de laatste zondag een storm voorbij die een hele reeks tenten platlegde. Binnen de kortste tijd stond er een horde medewerkers paraat om alles in orde te brengen, om toch maar de slotavond door te kunnen laten gaan. De sfeer die toen op het plein heerste, was ongelofelijk.” Luc B: “Lemonheads gaven zonder twijfel het slechtste optreden dat ik ooit gezien en gehoord heb. Jovanotti als afsluiter van de feestenweek: dat was echt feest! Het jonge, frisse meisje dat in het publiek haar trui omhoog trok, was voor mij het orgelpunt van de feestweek. Ik dacht ‘ze zijn hier geiren’. Het eerste optreden van Zita Swoon vond ik zeer geslaagd, evenals dat van Bryan Ferry. The Beach Boys vond ik ook schitterend.”

Waarvan moeten de LF de komende jaren werk maken? Hoe zien jullie de LF binnen pakweg vijf jaar? Herman: “Iets wat me altijd na aan het hart gelegen heeft, is de discussie over de verhuis. Ik blijf erbij dat het voor mij niet nodig was om te verhuizen. Maar goed, ik wil niet 29


40 jaar Lokerse Feesten reactionair of ouderwets zijn, de groei is er en ik apprecieer wat er gebeurt. Nog verder uitbreiden vind ik niet nodig. Het plafond is volgens mij echt wel bereikt. Dat geldt zowel voor de Lokerse- als voor de Fonnefeesten. De verhouding prijs-kwaliteit zit nog altijd zeer goed en ik verwacht dat ze dit het komende lustrum wel zullen weten te handhaven. Draag daarbij ook zorg voor de sfeer en kameraadschap onder de vrijwilligers. Want dat is uiteindelijk de basis!” Jan: “Het huidige concept van de LF kan volgens mij nog betrekkelijk lang standhouden. We zijn een organisatie die zich voortdurend aanpast aan de omstandigheden en de tijdsgeest. Ik ben ervan overtuigd dat dit concept standhoudt en dat ze op vele plekken in België stikjaloers zijn op het feit dat onze vrijwillige medewerkers onze grootste sponsors zijn. Kunnen en willen we een concurrent worden van Werchter, in gebalde versie? Ik denk het niet! Onze troef vind ik net het specifieke en charmante, het eclectische van wat we brengen.” Luc B: “Jongeren beleven een festival op een andere manier dan wij dat destijds deden. Vroeger ging je naar Werchter of Torhout en dat was één dag. Nu zijn dat meerdere dagen. Kamperen maakt daarbij deel uit van die totaalbeleving. Dat hebben wij momenteel nog niet te bieden. Ik denk dat dit een uitdaging is om goed over na te denken. Moet het 10 dagen duren? Moet het één lang weekend worden? Moet het buiten het stadsgebeuren? Moeten nog iets grotere namen op de affiche? Als je verhuist, moet je ervoor zorgen dat je er ook de volgende twintig jaar kan blijven. Met de bouwexplosie rondom de huidige locatie, heb ik toch wel mijn twijfels.”

Anekdote: De druppelboot Aan het woord is ‘den Delle’ (Marc Delbruyère) één van de mannen van het eerste uur: “Toen de ‘druppelboot’ hier aan de Oude Vismijn lag kwam men ons vragen of de Feesten het niet zagen zitten om die uit te baten. Wij hadden daar echter geen personeel voor en toen we ’s nachts zo tegen half twee klaar waren zijn we eens met achttien man naar de druppelboot getrokken. Ik weet dat ik daar tegen half negen ’s morgens buitengekomen ben. Gelukkig wist “mijne vélo” nog de weg naar huis. Ongelooflijk! Het strafste dat mij ooit in al die jaren overkomen is. Wij bestelden en betaalden een jenever en kregen er vier, stapelden die op elkaar en zeiden dat we naar huis gingen gaan als onze toren tot aan het dek van de boot zou reiken. Daar zijn we natuurlijk nooit geraakt. Ik ben achteraf nooit meer op die druppelboot geweest!”

30


de voorzitters

31





bestuur en medewerkers In het geboortejaar van de LF wordt met Herman Van Moeseke (voorzitter), Marc De Gryse (secretaris) en Jean-Pierre Rosseel (penningmeester) de eerste bestuursploeg gevormd. Samen met Marc Delbruyère zijn dit de stichters van het eerste uur. In de jaren daarop wordt die groep telkens mondjesmaat met nieuwe leden aangevuld en in 1982 tellen we reeds 9 bestuursleden die samen ook de raad van bestuur ofte beheerraad van de LF vertegenwoordigen: Herman Van Moeseke, Jean-Pierre Rosseel, Marc Delbruyère, Jerome Van Doorslaer, Kurt Rombout, Mark Van Damme, Daniel Michiels, Rudi De Cock en Luc Foriers. Samen met de steeds grotere naamsbekendheid groeit ook zowat jaar in jaar uit de groep van medewerkers die zich onbaatzuchtig voor het evenement inzetten. Zo wordt in 1977, bij de derde editie, speciaal een T-shirt ontworpen voor de zowat 70 medewerkers. Kwestie van zijn eigen pappenheimers makkelijk te kunnen onderscheiden van al de rest. We schrijven 1984, de pioniers van het eerste uur dragen de fakkel definitief over aan de nieuwe jonge garde waarvan Danny Pensaert en Werner Hillaert ondertussen ook deel uitmaken. De organisatie kan op dat ogenblik reeds terugvallen op zo’n 100 medewerkers. Kurt Rombout heeft dan al enkele jaren het financiële luik onder de vleugels en met hem wordt eind jaren 80 ook zo’n beetje de automatisering de organisatie binnengebracht. Kurt werkt immers dan al met een boekhoudkundig programma op pc! Begin jaren ’90 wordt de kaap van 200 medewerkers bereikt en weet voorzitter Luc Foriers als geen ander dat deze hechte groep het grootste kapitaal is van de LF. Vanaf het jaar 1990 verschijnt een andere belangrijke figuur in de geschiedenis van de LF op het voorplan. Luk De Roover (LDR) zal vanaf dan, en dit gedurende 22 jaar, het financiële luik en de sponsoring van het festival in goede banen leiden. De feesten worden al snel een deel van zijn leven en op tijd of inspanningen hiervoor wordt bij Luk niet gekeken. Hij wordt hiermee van onschatbare waarde en als tegenprestatie voor al zijn werk, laten de organisatoren hem elk jaar –wars van de muzikale identiteit van het festival- één van zijn favoriete AOR-bands boeken. In 2006 wordt LDR de allereerste medewerker die op de loonlijst van het festival komt te staan. Een mijlpaal in de geschiedenis van de LF en een nieuwe stap in het voortdurende groeiproces naar een steeds meer professioneel gebeuren. Bij de eeuwwisseling kennen de Feesten ondertussen reeds zo’n 380 medewerkers die zich volledig gratis ten dienste stellen van hun geliefde tiendaagse. De Beeze (Patrick Berckmoes), medewerker van het eerste uur getuigt: “Maandag zal ik ononderbroken veer35


40 jaar Lokerse Feesten tien dagen met de Feesten bezig zijn. Gemiddeld slaap ik in die periode zo’n vier tot zes uur. Hoe ik dat volhou? Vooral goed eten en veel pinten drinken. De moeilijkste dag is de dinsdag. Eens die kaap voorbij, is meteen het kwaadste achter de rug. Je voeten beginnen pijn te doen, je stem valt uit, je krijgt zweetaanvallen. Reken na de Feesten ook nog eens tien dagen om ‘af te kicken’.” Het moge hiermee duidelijk zijn: de LF zijn zowat een unicum in de wereld van de grote muziekfestivals. Terwijl elke andere festivalorganisator zich zowat blauw betaalt aan jobstudenten en werkkrachten, staan hier de liefhebbers in de rij om - gratis - de handen uit de mouwen te steken, vaak tijdens de enige tien dagen die ze in de zomervakantie vrij hebben. De return die ze hiervoor dagelijks tijdens de “feestentiendaagse” ontvangen bestaat uit: een T-shirt( een voorzichtige schatting leert ons dat de medewerker die al zijn T-shirts bijgehouden heeft sinds 1985 er intussen toch minstens 230 in zijn kleerkast heeft liggen), een drank- en eetkaart en een champagnebon. Hier bovenop wordt jaarlijks een extra gadget (sweater, regenjas, rugzak,…) voor elke vaste medewerker voorzien. In het jaar 2006 is de groep medewerkers reeds aangedikt tot een kleine 600. Twintig onder hen, allemaal niet-geschoolde zangers, vormen dat jaar het gelegenheidskoor ‘De Parkingzingers’. Zij zijn het die vanop het hoofdpodium

36


de inmiddels al 32ste editie mogen ‘aftrappen’ met hun eigenste versie van “Der ee nen boer zijn bozze verbround”. Binnen de bestuursploeg worden er met de jaren meerdere werkgroepen in het leven geroepen die de diversiteit aan festivalonderdelen telkens geïntensifieerd plannen, evalueren en bijsturen in voorbereiding op de maandelijkse bestuursvergaderingen (communicatie, pijlen en zeilen, tets, plein, pers,…). Aan de vooravond van de jubileumeditie bestaat de huidige bestuursploeg uit 26 leden. Zeven daarvan zetelen in de beheerraad van de in 1982 opgerichte Lokerse Feesten VZW. Zij worden verkozen door de leden van de algemene vergadering en nemen de juridische verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid van de organisatie op zich. Na het stopzetten van de samenwerking met LDR eind 2011 komen sponsoring (Peter Laureys) en financiën en boekhouding (Stany Laureys) in handen van deze twee getrouwe medewerkers. Inmiddels tellen de LF reeds meer dan 700 medewerkers, die ook nu weer staan te popelen om er van bij de start in augustus weer volop in te vliegen. Niets of niemand die hen hiervan zal weerhouden! 37


40 jaar Lokerse Feesten

38


animatie en infostand Natuurlijk kent iedereen de Lokerse Feesten omwille van de programmatie en de sfeer, maar laat het duidelijk zijn: sinds dag 1 waren de LF véél meer dan muziek alleen. Om te beginnen wordt er direct een openingsstoet georganiseerd. Allerlei Lokerse folkloristische groepen, muziek, harmonieën en jeugdgroeperingen trekken samen door de straten om de opening van de Lokerse Kermis te vieren! Jarenlang zal dit de trekpleister zijn, om op zaterdagnamiddag het startsein van de feestelijkheden te geven. In 1982 zakt de belangstelling voor de openingsstoet enorm en in 1984 zal op initiatief van de AVLO voor het eerst de Lokerse Stratenloop georganiseerd worden. Deze stratenloop bestaat anno 2013 nog steeds en is inmiddels uitgegroeid tot een knap sportief evenement dat de eerste zaterdag van de feestweek enorm veel deelnemers en ook kijklustigen trekt. In 1978 wordt in de schoot van de prille LF ‘Goe vals en uit de moate’ opgericht. De eigenzinnige fanfare die uit medewerkers bestaat, zal op tal van momenten tevoorschijn komen en overal voor ambiance zorgen. Vandaag zitten we intussen aan de ‘zoveelste’ versie van ‘Goe vals en uit de moate’ maar nog steeds zijn er muzikanten bij met onvervalst LF-bloed in de aderen! Tegenwoordig wordt de feestweek door de bellenman officieel ingeluid en vooral ingeroepen, maar in 1985 werd een andere oude traditie letterlijk nieuw leven ingeblazen! Vanaf dan werd de opening van de kermis weer met bazuingeschal vanop de pui van het stadhuis gevierd. Van in het prille begin investeerde men in een kunst- en prondelmarkt om de bezoekers ook overdag iets te bieden. Maar dit initiatief komt eigenlijk nooit echt van de grond en halfweg de jaren ’80 wordt er onder aanvoering van Daniel Michiels als vervanging een ludiek criterium voor fietsen georganiseerd waarbij de deelnemers een hindernissenparcours met de fiets – of toch iets wat daarvoor moet doorgaan- moeten afleggen. Hilarische toestanden zijn het gevolg. Maar het wordt nog beter! Om het ludiek criterium enkele jaren later nieuw leven in te blazen wordt de fietswedstrijd vervangen door een beddenrace. Bedoeling is, het snelst enkele keren met een 39


40 jaar Lokerse Feesten mobiel bed rond de markt te crossen. Als één van de bedden doormidden breekt, juist voor het terras van een café, besluit men collectief om een pintje te pakken. Vanaf dan is de race geen race meer maar een heuse kroegentocht. Er zijn op het eind dan ook alleen maar winnaars: én de deelnemers én de kroegbazen op de markt. Op het terrein zelf is de evolutie van de animatie natuurlijk ook de moeite waard. In 1984 bulkt het animatieprogramma van de straffe acts! . Enkele voorbeelden zijn ‘de Hut’, ‘de Muur’ en ‘Leonardo en Daniëlla’. Maar het gespreksonderwerp is toch wel het gevecht met ‘Stalen Jerome’, die op het bewuste pamflet zeer sterk lijkt op ‘Lange Jerome’, de latere schepen van feestelijkheden. In 1985 staat er op de Vismijn een duikersklok, ‘Mon Lowie’ genaamd. Hierin onderneemt de plaatselijke Duikclub ORKA een geslaagde poging om het wereldrecord onderwaterfietsen scherper te stellen. In 120 uur wordt er maar liefst 1247.84 km onder water gefietst. Veel belangrijker dat jaar is de start van een indrukwekkende animatie-carrière van het olijke duo De Spinne & Frank Kelem. Zij zullen jarenlang schitteren met o.a.: ‘Frank Dickens en his Wild Chickens’, ‘De Tropicar’(waarbij de bezoeker een boottochtje kan maken binnenin een woonwagen), ‘Willy Navarak’ en ‘Peter Faartsoort en The Oestrogenen’. In de tweede helft van de jaren ‘80 krijgen een paar jonge en minder jonge wolven(o.a. Werner Hillaert, Peter Laureys en Bert De Backer) de opdracht om ook op andere plaatsen voor animatie te zorgen. Onder de naam ‘Enniemeesjen & Vaajbreesjen” worden een aantal animatie-items in gang gestoken die jaren zullen meegaan. Belangrijke evenementen waren toen: ‘den-breekt-ou-nek-koers’, ‘de droge-worsten-worp’, ‘de bot-botballons’, ‘de-wie-zocht-die-mocht-tocht’ en nog vele andere zottigheden. Vergeet vooral ook niet dat er jarenlang een wedstrijd was voor de best-verklede-medewerker. Een competitie waar vele medewerkers soms weken op voorhand al mee bezig waren. De resultaten waren ronduit prachtig. Eenmalige evenementen zoals de ‘rodeo-stier’ of het ‘wall-jumping’ op de Groentemarkt vullen het weerkerende straattoneel van o.a. De Sinfra’s aan. Naast de verschillende acts die door het animatiekomiteit in gang worden gestoken starten ze ook een ‘stoute’ T-shirt-

40


animatie en infostand collectie die elk jaar met 1 stuk aangroeit. Het is een collectors-item dat steeds op zeer korte tijd uitverkocht raakt. Met de verhuis naar de Grote Kaai wordt er ook een infostand in het leven geroepen. Deze stand -die trouwens jarenlang uitgebaat wordt vanuit een openklappend venstertje van een stokoude caravan- is de plaats bij uitstek waar de modale bezoeker terecht kan met AL zijn vragen. De bende ongeregeld (met oa Jürgen Steeman en Peter Poppe als drijvende krachten) die instaat voor de informatieverstrekking zal al gauw de rol van ‘Enniemeesjen & Vaajbreesjen” overnemen en uitbreiden. Zij zijn het die in, op, rond en voor de infostand de gekste toeren uithalen! De ‘Kakkafonie”(een toilet op 4m hoogte), een voetbalwedstrijd onder bezoekers, een wedstrijdje elkaar uitschijten-man tegen man, niets is hen te gek om de bezoekers te animeren. Ook hier botst men op den duur op de grenzen tussen wat héél tof lijkt en wat er praktisch haalbaar is. Langzaam maar zeker zal de infostand onder leiding van Alain Van Beneden evolueren naar een echt ­infopunt op het terrein. Zij helpen de bezoekers verder met oordopjes, vragen allerhande, verloren voorwerpen, een enkele keer een verloren gelopen kind, het programma voor de volgende dagen en nog zoveel meer. Bovendien is er sinds jaren een bovenbuur bij de infostand. De DJ-boot waar elke pauze en na het laatste optreden nog eens stevig van jetje gegeven wordt door lokale DJ’s. Vandaag zijn er in Lokeren natuurlijk nog initiatieven die buiten het terrein van de LF of de Fonnefeesten georganiseerd worden. Het bekendste voorbeeld is de Cesar-run voor kelners die om ter snelst een hindernissenparcours moeten afleggen rond de Markt. Het spreekt voor zich dat onze toogmedewerkers zich hier niet onbetuigd laten.

41



artiestenrestaurant Volgens de verbeelding van velen is de backstage van een festival zowat het walhalla voor muzikanten en crew en het artiestenrestaurant van die 7de hemel is volgens diezelfde verbeelding meer dan waarschijnlijk een oester- en kreeftenparadijs zonder weerga… Ziehier de geschiedenis van dit Lokerse stukje paradijs op aarde. Toen de LF van start gingen was er nog geen backstage, laat staan een artiestenrestaurant. Artiesten aten veelal ergens anders, kwamen daarna zelf naar Lokeren gereden, parkeerden hun auto achter of naast het podium en gingen als het echt nodig was hun podiumoutfit aanpassen in één van de kleine huisjes naast de T-Klub. De hongerigen konden eventueel een broodje of liefst nog een paar paardenworsten verorberen in het huis van Het Rode Kruis (op de hoek van de Vismijn en de Kleine Dam) maar luxe was in die tijd een ongekend begrip. Alle stock voor de eetkramen in een hoek en in de andere hoek enkele klaptafeltjes met een wit papiertje erop en dat was het! Toen Johan Verminnen in 1984 daags na zijn overwinning met Brabant in de Knokke-cup toekwam op de Oude Vismijn kon men al van ver zien dat de overwinning zwaar gevierd was. Het grootste probleem ontstond echter toen bleek dat hij nog niets gegeten had die dag en dat er bovendien niets voorhanden was om zijn honger te stillen. Daarop ging Jerome Van Doorslaer bij Marie-Jeanne van het Trappistenhuis vragen of zij iets kon regelen zodat Verminnen toch nog zou kunnen eten voor zijn show. Zij dook in haar ijskast en in haar provisiekast en een uurtje later stond er een reusachtige schotel met een koud buffet klaar. Alles wat je je maar kon voorstellen lag erop! Johan Verminnen was in de 7de hemel en hij wou haar na de maaltijd persoonlijk gaan bedanken. Op dat moment is het idee ontstaan om Marie-Jeanne te laten koken voor de artiesten. Na enkele mindere ervaringen om met artiesten op verplaatsing te gaan eten was een lekkere mogelijkheid vlakbij een super idee! En zo werd het traditie om de artiesten onder begeleiding van één van de podium- en backstageverantwoordelijken (Rony De Smet en Lothar Steidler) mee uit eten te nemen in café Trappistenhuis. De ‘eetzaal’ werd van het café afgescheiden door een dik gordijn en de eettafel was de biljarttafel met daarop een grote houten plank! En dan was het natuurlijk smullen geblazen. Het menu van Marie-Jeanne was alle dagen hetzelfde: eerst meloen met hesp, daarna varkensgebraad met een mosterdsausje, een groentenkrans met kroketten en daarna een dessertje en een koffie.

43


40 jaar Lokerse Feesten Het mooiste moment was echter steeds de dag van de afbraak, want Marie-Jeanne kookte dan telkens de laatste keer haar menu; maar dan voor de afbrekers. Zo genoten wij net als die artiesten van haar kookkunsten! De grote ruiker bloemen om haar te bedanken werd steeds met een grote glimlach in ontvangst genomen! De verhuis naar de Grote Kaai luidde echter andere tijden in. In 1996 werd er immers voor het eerst een eigen artiestenrestaurant geopend. Traiteur Geert die ook op Sporting Lokeren kookte was de man achter de kookpotten. Het restaurant zelf was een kleine tent met amper een tafeltje of 6 en een kleine uitbouw waar de toog en de drank stond. Er werd toen gewerkt met 1 garçon voor het eten en 1 persoon om de dranken te bedienen. Ook nu werd er alle dagen dezelfde schotel bereid : kalkoenfilet ‘archiduc’ met gefrituurde aardappelbolletjes. Het varkensvlees was immers van het menu verdwenen omdat dit voor een aantal buitenlandse bands absoluut niet aanvaardbaar was om religieuze redenen. In 1997 neemt een ploeg van medewerkers onder leiding van oudgediende en keukenwonder ‘Den Arra’ (Luc Dermul) de keuken over en zij bieden op bestelling elke dag een vegetarisch, een visen een vleesmenu aan om de artiesten te verwennen. Jarenlang zal deze combine blijven bestaan tot grote tevredenheid van vele tientallen groepen die op ons feestje passeren. Maar ook in de zaal is er natuurlijk een hele ploeg aan de slag en zij maken er een kunst van om vele jaren lang de artiesten te ontvangen in een themarestaurant. De Ronde Van Frankrijk met fietsen op rollen, Valentijn in de ‘wedding chapel’, een wei met koeien en ook een FarWest dorp met een mechanisch paard zijn maar enkele voorbeelden uit het rijtje van vondsten. De artiesten schrikken zich meestal een bult wanneer ze binnenkomen, maar uiteindelijk genieten ze met volle teugen van hun diner en de bediening van deze prettig gestoorde bende. Vandaag is het artiestenrestaurant een stijlvolle tent met een 75-tal zitplaatsen en een buitenterras. Sinds een 5-tal jaar wordt hier niet alleen ’s avonds gegeten maar wordt er ook bijna elke dag ontbijt en lunch geserveerd. De ploeg onder leiding van Chef Chris Van Hoye serveert op 10 dagen tijd tussen de 1100 en 1250 maaltijden.

44


artiestenrestaurant Alle gerechten kunnen -dankzij een perfecte ‘mise en place’- op het moment zelf klaargemaakt worden, wat ook nodig is, want artiesten die nog moeten optreden hebben een hekel aan lang wachten. Wat zij niet zien is dat er achter de schermen van de keuken maar liefst 3 keukencontainers in gebruik zijn( koud/warm/afwas). Deze hebben dan ook nog eens een volledige professionele uitrusting met een oven en vuren, een koelcel, inox werktafels met onderkoeling, warmhoudkasten, friteuse, en ga zo maar door.. Waar de managers vroeger hun bestelling dagen op voorhand moesten doorfaxen kan er vandaag gewoon gekozen worden uit een echte menukaart. Elke dag worden er verse producten geleverd en het kan dus ook gebeuren dat bepaalde gerechten niet meer te verkrijgen zijn. Op is op!

Menu Voorgerechten Geroosterde tom aten en paprika Rundscarpaccio roomsoep met rucola en pa Carpaccio van Co rmezaanschilfe rs eur de Boeuf tom aat met buffelm Scampi in een pit oz zarella tig tomatensau sje Duo van kaas- en garnaalkroket Vlees Parelhoenfilet me t lentegroentjes Vlaamse stoofk en bieslookpuree arbonaden met verse frietjes en een fris slaatje Zeebaars licht ge Vis pekeld, jonge sp inazie, gepofte Sliptong met ee kerstomaatjes en n slaatje, huisgem mousseline aakte tar taar en verse frietjes Veggie Quorn blokjes in Thaïse groene cu rry met gestoom de rijst Wok met Quorn beef strips Salade met geite

Maaltijdsalades Caesar salade nkaas, nootjes, krokante spekblo

kjes en groene

Dessert Chocolade - tiram isu - crumble - blo Framboos - brow esem nie - gesponnen suiker - munt - ka

appel

ramel

45


40 jaar Lokerse Feesten

46


artiestenvervoer en logies Het is pas sinds de jaren ’90 dat dit echt belangrijke issues geworden zijn. Voordien was het bij manier van spreken de artiest zijn probleem, hoe bij ons te geraken en waar te slapen. Niemand die zich daar het hoofd over brak. Zij kwamen bij ons muziek spelen en dat was het dan. Het spreekt echter voor zich dat je met de steeds groter wordende namen op je affiche ook meer verplichtingen krijgt dan alleen maar zorgen dat de manager zijn centen ziet, de kleedkamer in orde is en het podium en de PA aan de wensen voldoen. Er is dus echt een hele crew ‘drivers’ die 10 dagen lang beschikbaar zijn en die constant pendelen tussen ons terrein en alle grote treinstations en luchthavens zowel in eigen land als in de buurlanden. De 9 chauffeurs beschikken standaard in de 9 wagens over gekoelde dranken en paraplu’s. Soms volstaat dit aantal niet en dient beroep te worden gedaan op extern vervoer. Op een bepaald moment moet de Beeze met de Mercedes van Kurt Rombout (Patrick Berckmoes) De La Soul, de hiphoppers uit New York, ophalen aan de Midi in Brussel. Die gasten lopen daar zo goed als verloren maar uiteindelijk vinden ze elkaar. Eén van die mannen -even breed als hoog- stapt in en neemt plaats naast de Beeze, die door plaatsgebrek nog nauwelijks in staat is om te schakelen. Zwaar van lijf en leden, begint de passagier te klagen over zijn rug: “My back is killing me”. De Beeze vertelt dat hij daarvoor iets heel goed heeft en neemt een strookje met tien pillen uit een doosje ‘Brufen’. Waarop de man met een“I am a big guy, I’m going to take them all” de daad bij het woord voegt en die hele voorraad naar binnen werkt. Vanaf het moment dat de artiesten hier in België zijn wordt dat dan weer pendelen tussen ons terrein en de verschillende klasse-hotels in de grotere steden. Drie keer heen en terug naar Gent, Brussel of Antwerpen is voor deze medewerkers klein bier. De bestuurders krijgen vooraf te horen wat ze mogen doen. Of beter: niét mogen doen. Verboden te praten en geen airco opzetten – slecht voor de stem van de zangers! – zijn normale vereisten. Ook wat de overnachtingen betreft is het intussen de gewoonte om de grote bands onder te brengen in de betere hotels. Waar het vroeger de normaalste zaak van de wereld was dat zelfs onze headliners in de plaatselijke hotels en motels te slapen werden gelegd is dat nu ondenkbaar. Niet dat er iets mis is met de kwaliteit, maar internationale bands willen nu eenmaal internationale ketens met een aantal sterren.

47


40 jaar Lokerse Feesten

48


backstage Wanneer we Bruno Van Eetvelde spreken over zijn ervaringen als backstage-manager vertelt die ons volgende anekdote: Op de slotavond van de editie 2005 spelen Gabriel Rios en Michael Franti na sluitingstijd in de backstage nog een miniconcert voor zo’n 200 medewerkers. Bruno en zijn medewerkers wachten op de laatste noot om dan uiteindelijk met een pak vertraging aan de opkuis en afbraak te beginnen. In één van de artiestenkleedkamers staat nog heel wat niet geconsumeerd eten. Normaal gezien wordt dat voedsel direct weggesmeten, maar het extra concert heeft voor vertraging gezorgd. En dan is er plotseling het moment waarop er tomaat door de lucht zoeft. In geen tijd ontstaat daar een gigantisch voedselgevecht waarbij de backstage-medewerkers een propere kleedkamer herscheppen in een voedselchaos. Wanneer de ‘rook’ optrekt zitten de medewerkers nog na te hijgen tussen de slingers hesp en de opengespatte tomaten. Huiswaarts kerende medewerkers passeren voorbij de open deuren van de container en zien de ravage. “Die artiesten toch hé!” klinkt het bij de backstageploeg.

49


40 jaar Lokerse Feesten Wanneer je alle mogelijke securityposten gepasseerd bent, wat enkel kan op vertoon van het juiste bandje of badge kom je op een klein binnenplein met een centrale koffietent, een terras en daarrond tientallen luxueus ingerichte containers en meerdere douche- en toileteenheden. Lichtkransen zorgen voor extra sfeer. Administratie bijgerekend zijn er nu maar liefst 30 containers waarvan 19 kleedkamers. Voorts zijn er drie douche- en drie sanitaire units. We onderscheiden verschillende types van kleedkamers: - salonruimtes: de nadruk ligt hier op zitten en ontspannen - verkleedruimtes: de nadruk ligt hier op het omkleden en opmaken. Hierin staan meerdere spiegels, tafels en stoelen, kledingrekken - production offices: in hoofdzaak bureau’s, bureaustoelen, bureaulampen De inkleding van de kleedkamers bestond aanvankelijk uit meubilair dat her en der op de kop was getikt of later nog in de Kringloopwinkel werd aangekocht en niet altijd als samen passend in het geheel kon worden bestempeld. De laatste jaren wordt het meubilair aangekocht en na gebruik gestockeerd. In elke kleedkamer wordt vast tapijt voorzien en één of twee muren worden met doek bekleed om het geheel mooier te maken. De meeste kleedkamers zijn van airco voorzien en overal hangen gordijnen en beschikt men over WIFI en distributie. Bovendien zijn er overal voldoende staanlampen, een koelkast gevuld met een selectie van zo’n 20 soorten dranken, versnaperingen (chips, nootjes, chocolade), een fruitmand en bloemen. Op het terras of onder de koffietent verbroederen de mindere goden, de grootste sterren blijven voorzichtig binnen of zullen pas 2 minuten voor hun optreden begint met een limo aan het podium afgezet worden. Geen grootse feestjes, geen naakte deernen, geen voetballijnen vol coke… Sorry niets van dat alles! Er heerst enkel een opvallend grote rust in het heiligdom der heiligdommen. Die rust wordt enkel doorbroken door medewerkers die als naarstige bijen kleedkamers klaarzetten met alles wat er op de artist-rider te vinden is, of diezelfde kleedkamers na de passage van een band weer opruimen, kuisen en opnieuw klaarzetten voor alweer een nieuwe band. Backstage staan 10 à 12 medewerkers in voor de ontvangst en hosting van de groepen. De standaardprocedure is hier: vooraf contact opnemen met het management en alles wat in de rider staat checken. Daarna wordt alles conform de rider in orde gebracht en worden de afspraken met betrekking tot. aankomst, aantallen, eten, vervoer,… bevestigd. Wanneer de bands er dan uiteindelijk ook zijn staan zij in voor de ontvangst en hosting van ‘hun groep’. Een drietal medewerkers staat in voor de dagelijkse boodschappen. Twee medewerkers doen uitsluitend het secretariaat. 50


backstage

ANEKDOTE: het gebit Wie wel eens op de Lokerse Feesten kwam optreden was Herman Brood, de lichtelijk overschatte performer die aan het eind van z’n leven ondervond dat junkies niet kunnen vliegen en op een weinig elegante manier te pletter sloeg tegen het Amsterdamse straatoppervlak. Al jaren daarvoor hing hij met haken en ogen aan elkaar. Zo had hij in de bovenkant van z’n smoel een regelrecht kunstgebit, dat bij een paar optredens in het publiek was gevlogen, zodat hij het na een tijd, voor iedere show, vastplakte met kleefmiddel. Voor z’n laatste optreden op de Lokerse Feesten had Brood het kleefmiddel verward met pindakaas en had er z’n boterham mee gesmeerd en die opgegeten. Wat nu gedaan? Het kunstgebit vastplakken met pindakaas bleek niet te lukken en dus moest een medewerker van de Feesten op pad om per fiets een apotheker te vinden die ‘s nachts open was. Je moet rekenen, de meeste apothekers zijn ‘s nachts gesloten. Op den duur werd er toch een uitslover gevonden die 24 uur per dag z’n winkel openhield en die wilde wel een tube kleefmiddel kwijt. Met z’n fiets laverend door de dichte mensenmassa wist de medewerker tenslotte toch de backstage te bereiken. Het gebit werd vastgezet in de bakkes van Brood en die gaf toen een van z’n schaarse beste optredens aller tijden. (tekst: Herman Brusselmans)

Even terug in de tijd! Op de Vismijn werden er draaiboeken gemaakt met stencils. Zo een draaiboek bestond uit een pak van zo’n 2 à 3 cm papier, waarin zowat alles te lezen stond wat er die week te gebeuren stond. Daar stond telkenmale in het groot op: ‘ONZEN BOEK’. De 2 mensen die het secretariaat bemanden (Danny Pensaert en Kurt Rombout) en de backstage verantwoordelijken (Rony De Smet en Lothar Steidler) beschikten over zo’n exemplaar dat dagelijks door hen werd geraadpleegd. Zo wisten ze welke groepen er die dag kwamen, welke afspraken hiermee waren gemaakt, welke boodschappen dienden gedaan… En dan moet je weten dat we op de Vismijn de artiesten eerst in de kelder van de T-Klub stopten om zich te verkleden en dat er later slechts welgeteld 1 container met kleedkamers beschikbaar was. De andere halve container was opslagruimte voor de backstage medewerkers. De avond van Clouseau werd de toen nog prille VIP-container aangeslagen om daar met behulp van een constructie van uit de hengsels genomen binnendeuren een extra kleedruimte te fabriceren die moest dienen om de danseressen van Clouseau toch enige privacy te gunnen bij het omkleden….

51


40 jaar Lokerse Feesten

52


backstagecafé In de late jaren ’90 bleek dat er zich in het zog van de (vooral Belgische) bands steeds meer ‘guests’ en BV’s aanboden om backstage een glaasje te komen meedrinken. Om dit fenomeen een beetje georganiseerd aan te pakken wordt er al snel beslist om in de backstageruimte - maar buiten de kleedkamerarea - een backstagecafé te openen waar al wie niet tot de band zelf behoort zich in alle rust een pintje kan kopen. Vanaf 2003 zal Lieve Bogaert samen met een super-team dit verhaal uitbouwen. Een grote overdekte tent met een mooi terras, fotomuren met beelden van de voorbije editie’s, een echte flipperkast en veel planten vormen elke avond en nacht het schitterende decor voor het backstagecafé waar de ‘usual suspects’ elkaar iedere avond tegen het lijf lopen. Wanneer de laatste bezoeker bij het ochtendgloren de nachtkroeg vaarwel zegt kruipt verantwoordelijke ter plaatse onder de wol. Inderdaad, haar adres is 10 dagen lang ‘Grote Kaai – 9160 Lokeren’. Vorig jaar was er door de grote bouwwerken op de site van De Hagewinde geen plaats meer om een grote tent neer te poten, maar geen nood, de pleinverantwoordelijken deden waar ze sterk in zijn: oplossingen vinden! Dus was de oude kapel van De Hagewinde in 2013 het bijna magische decor waartegen het backstagecafé en de persruimte werden afgetekend. Dit jaar zal het backstagecafé alweer verhuizen. De kantine van de Lokerse Sporthal zal de volgende jaren de plaats zijn waar Lieve en haar troepen de bezoekende gasten en later op de avond ook de medewerkers zal bedienen. Een backstage zonder backstagecafé is immers geen ‘echte backstage’!

Anekdote: auto gestolen “Den Tammen” (Danny Pensaert) stond met zijn R5 in de buurt van de Oude Vismijn geparkeerd en de laatste avond besloten enkele medewerkers de auto van ‘den Tammen’ te camoufleren door op het dak stoelen te plaatsen en dan zoveel mogelijk vuilniszakken rond en op de auto te stapelen. Toen den Tammen wilde vertrekken kwam hij op café vertellen dat zijn auto gepakt was. 53


40 jaar Lokerse Feesten

54


55


40 jaar Lokerse Feesten

56


drank op het plein Onze allereerste bierleverancier was Bierhandel van Winckel. Na enkele jaren startte zijn vertegenwoordiger Pol Samijn op naam van zijn echtgenote Jeanne zijn eigen zaak in het Gentse. Niet alleen leverde hij ons Supra, hij stond ook in voor het tapwerk achter Toog1 die voor Van Bruyssel gelegen was. De band met deze leverancier was uitstekend en de afrekendagen na de feesten zullen voor altijd legendarisch blijven. Groot feest met veel bier en dikke lappen vlees op de BBQ, dat was zijn recept! Het mooiste moment werd een uitstap naar RĂźdesheim met het gezin Samijn en het toenmalige LF-bestuur. In de jaren ‘80 werd het tappen voor de familie Samijn toch meer last dan lust en gesprekken met andere leveranciers bleven niet uit. In 1985 waren er vergevorderde onderhandelingen met Stella. De toenmalige vertegenwoordiger gokte dat hij het contract ging binnenhalen en bestelde bij Stella al het materiaal dat hij dacht nodig te hebben om de Lokerse Feesten uit te rusten om een week in optimale omstandigheden bier te tappen. De deal ging niet door en helaas vergat de arme man zijn bestelling van het materiaal te annuleren. Zeker is het niet, maar de kans is groot dat die vergissing hem een jaar later alsnog de deal opleverde, want toen de opbouw moest beginnen draaide er een grote vrachtwagen met Stellamateriaal de Vismijn op. Het misverstand werd snel opgeklaard. De vrachtwagen vertrok terug, maar het jaar later werkten de LF met het materiaal en het bier uit Leuven! Uiteindelijk was het de plaatselijke bierleverancier Karel Van Eetvelde die het gouden gerstenat zou gaan leveren. Zijn zoons doen dit tot op de dag van vandaag nog steeds met veel enthousiasme. Ook zij namen het allereerste jaar de honneurs waar achter Toog1 maar algauw bleek dat ook voor hen een te zware extra taak. Dit is de reden waarom er vanaf 1987 alleen nog LF-medewerkers achter die toog te vinden zijn. Met de verhuis van de Vismijn naar de Grote Kaai was er ook een enorme stijging in het drankverbruik. We kunnen gerust van een verdubbeling spreken qua drankverbruik op 1 jaar tijd. Onder druk van modes en sponsorbelangen zal onze drankenkaart regelmatig wijzigingen ondergaan maar de belangrijkste switch zal gebeuren in 2009 wanneer AB InBev beslist om Jupiler in de plaats van Stella als festivalbier te profileren. 57


40Hierbij jaar Lokerse een Feesten zo volledig mogelijk overzicht van alle dranken die aan de togen en Plongeur ooit geschonken zijn:

Bass Pale Ale Beck’s Black Booster Carlsberg Carpe diem Cecemel Chaudfontaine Plat Chaudfontaine Spuit Chimay Blauw Coca Cola Coca Cola Light Coca Cola Light Lemon Corona Extra Duvel Duvel Groen Fanta Light Funky Orange Fanta Orange Fristi Fruitsap Geuze Belle Vue Ginder Ale Gini

58

Hoegaarden Hoegaarden Grand Cru Hoegaarden Rosé Hoegaerdse DAS Jupiler Koninck Koningsbronnen Plat Koningsbronnen Spuit Kriek Belle Vue Kruger Labatt Ice Leffe Blond Leffe Donker Lift Limonade Lipton Ice Tea Lipton Ice Tea Green Lipton Ice Tea Light Loburg Looza Orange Nalu Outox Puka Bronnen Plat Puka Bronnen Spuit

Red Bull Red Bull Light Reina Bronnen Plat Reina Bronnen Spuit Ricard Rode wijn Rodenbach Rolling Rock Seven Up Sirene Limonade Sprite Sprite Ice Cube Sprite Light Stella Artois Stella Artois Dry Stella Artois NA Supra Pils Tonic Vieux-Temps Westmalle Bruin Witte Wijn Yarba (fruitsap?)


Lokerse Feesten by night Het moment waarop de laatste noot uit de boxen klinkt is voor vele bezoekers op het LF-terrein het sein om huiswaarts te keren. Maar ook het signaal voor veel medewerkers en een deel van de bezoekers om het vizier van richting te veranderen en op zoek te gaan naar alweer een feestje… In de Vismijn-jaren begon het “après-ski-feestje” van de medewerkers vrij vroeg. Het verplichte sluitingsuur van de LF zorgde ervoor dat de muziek eerst om middernacht en later om 01:00 u. moest stoppen, waardoor de bezoekers vrij vroeg weer huiswaarts keerden en de medewerkers vrij vroeg aan het feesten gingen. De cafés op de Oude Vismijn waren het vaste actieterrein van de LF-nachtraven. Het waren legendarische avonden in legendarische cafés zoals Den Tivoli, De Gloazen Boterham, Het Stubru-café en natuurlijk niet te vergeten ook De Vismijn waar het op den duur een gewoonte werd om met héél de inboedel een stoet te houden door het café, langs voor binnen en langs achter weer buiten. Bij de verhuis wou men het café-gevoel na de optredens niet zomaar opgeven. Men besliste om een spiegeltent uit 1935 te voorzien voor de afterparty’s. Het doel was simpel: er voor zorgen dat de medewerkers nog eens samen zouden kunnen zitten na de taken op het plein. Het resultaat was van in het begin een spetterende dancehall tot zonsopgang. Na 3 jaar wordt de spiegeltent ingeruild voor een grotere kadertent. Zelfs met aanbouw was de spiegeltent te klein voor de fuiven en de optredens die erin werden georganiseerd. De danstent is ook niet echt een lang leven beschoren want de klachten over nachtlawaai vermenigvuldigen zich elk jaar. In 1999 wordt de plaats voor de nachtelijke fuiven ingenomen door het zeer rustige jubileumcafé Club 25. Het gebrek aan volume, de koude nachtelijke buiten59


40 jaar Lokerse Feesten lucht en de massa kerkstoelen bleken geen ideale mix en dit project werd reeds na 1 jaar opgedoekt. Er komt opnieuw een café voor medewerkers en opnieuw moet het volume beperkt blijven. Al gauw zal blijken dat feesten en stille muziek een onmogelijke combinatie zijn. Het volume stijgt en het concept is direct een schot in de roos bij medewerkers en nachtbrakers. Schitterende nachten met goede muziek en massa’s sfeer en vooral een grote bende feestende medewerkers zijn het decor van de Plongeur. Wanneer een bepaald drankmerk overhaald wordt om te sponsoren wordt de Plongeur herdoopt in “The No Rules Bar”. Het concept blijft hetzelfde, de nachtelijke feestjes ook en jammer genoeg de klachten over nachtlawaai ook. De naam zal nog veranderen, de inrichting ook, maar de klachten rond geluidsoverlast zullen uiteindelijk leiden tot een stopzetten van de activiteiten in 2011. Ondanks protestacties van onze bezoekers komt er geen versoepeling omtrent het spelen van muziek en na enkele dagen met een sluitingsuur om 04:00 u. wordt uiteindelijk beslist om het nachtcafé volledig te sluiten. Medewerkers kunnen van dan af terecht in het backstagecafé, bezoekers moeten het plein een uur na het laatste optreden verlaten. In 2013 wordt er een alternatief geboden aan de feestvierende medemens. De feestzaal van de sporthal wordt omgebouwd tot de Red Bull Elektropedia Room en daar kunnen de feestvierders in het weekend tot in de vroege uurtjes hun danslusten botvieren. Naast het nachtelijke dansvertier is er ook de traditie van het buikschuiven op het nachtelijke LF-terrein. Met balen stro, vele meters zwart plastic, water en bruine zeep wordt een meterslange glijbaan gemaakt waarop de medewerkers zich in ontklede toestand lanceren. Opmerkelijke gasten zijn o.a. Otto-Jan Ham en Brent De Boer, de drummer van de Dandy Warhols die pas enkele uren eerder een optreden had gegeven, om rond 3u in zijn witte onderbroek over de strobalen te vliegen. En natuurlijk is er ook de traditie van Toog1 om héél de week champagnebons in te zamelen om die dan in te ruilen in vele flessen bubbels die de laatste nacht van de feesten door alle medewerkers worden uitgedronken.

60


champagnebar In 2003 wordt het LF-plein alweer een attractie rijker. Een grote rode molen lokt bezoekers van alle hoeken van het plein om eens te komen kijken wat er daar gebeurt. U raadt het al, “Le Moulin Rouge” op Lokerse wijze is een feit. Enkele frisse jongelingen voorzien de nieuwsgierigen van champagne, aardbeien en als het budget dat toelaat zelfs van oesters! De inrichting met zetels en salontafels zorgt voor een zeker luxegevoel bij de champagnedrinkende festivalgangers. Voor de tent vind je dan weer hoge receptietafels waarop de genietende bezoekers hun glazen en champagne-emmers kwijtkunnen. Een klein danspodium aan de voet van de Rode Molen maakt het plaatje compleet. Een fijne traditie is geboren en de champagnebar wordt een “afspreekpunt” bij uitstek voor de vele genieters op het plein. De oesters verdwijnen van de kaart, maar de Champagne, de aardbeien, de nootjes en chips blijven vaste waarden in deze tempel van vrolijkheid. De mooi uitgedoste medewerkers onder leiding van oprichter Geert Peeters zorgen voor de extra sfeer. Ook hier zorgen sponsoring en mode voor een verschuiven van het aanbod. De laatste jaren is het naast champagne en rosé champagne vooral de betere spumante die vlot ingewisseld wordt voor de obligate jetons! 2013 is een belangrijk jaar want met de komst van sponsor Ricard wordt de als een cabardouche ingerichte tent vervangen door een grote gele containerinstallatie met terras en fotoset! Vanaf dan wordt er dus ook Ricard aangeboden in de champagnebar. 61



cocktailbar Na een bezoek aan de Gentse Feesten in 1985 vinden enkele jonge medewerksters het hoog tijd voor een cocktailbar op de LF. Toenmalig voorzitter Florre ziet dit in eerste instantie niet zitten uit schrik voor mogelijke agressie als gevolg van overmatige alcoholconsumptie. Maar zoals dat gaat, zetten deze jongedames door en in 1986 opent La Conga voor het eerst zijn rietmatten. Enkele fruitjenevers en 2 cocktails waaronder “La Conga�(een Safariachtige drank met fruitsap waar in latere versies ook Gin wordt aan toegevoegd) prijken op de drankenkaart. Flessen alcohol op het terrein zijn verboden en dus zijn de dames verplicht om hun mix op de technische school achter de Vismijn te maken. Ze zijn in goed gezelschap want ook de paardenworsten worden op diezelfde plaats klaargemaakt. Bij de verhuis wordt er al weer een nieuwe aankleding van het kraam voorzien, iets wat trouwens wel meer gebeurd is in al die jaren. Rond die tijd start de traditie van de zelf samengestelde cocktails met een echte Lokerse dialectbenaming. Weken voor de feesten komen de verantwoordelijken samen en vol enthousiasme gaan ze aan de slag met een reusachtig aantal flessen drank en allerlei sapjes en softdrinks om uiteindelijk een 4-tal brouwsels over te houden die dat bewuste jaar op de kaart zullen staan. Ook hier is in de loop der jaren de keuze van dranken onderhevig aan sponsoring en aan modes. Het is dan ook logisch dat er de laatste jaren Mojito en andere klassieke cocktails zoals o.a. Whisky-Cola en Gin-Tonic te verkrijgen zijn aan het bijna exclusief door knappe jongedames bevolkte exotische drankenkraam. Maar het geslacht speelt geen rol, ze moeten gewoon van aanpakken weten. Constant zijn er mensen bezig met het mixen van cocktails, het snijden en het prikken van fruit en uiteraard ook met het bestellen van de dorstigen die willen gelaafd worden! 63


Verkensverdriet

Zoete Toote

Straf Tettegarieel

Veugelieire

Carotenpoosje

Bescheten Commisse

Kloeke Foef

Pletsende Prutser

Slonzige Sluure

Spieekend Spougerken

Platgetorten Mauscheiter

Sompige Bloaze

Maffioso

Weirschieire

Ienzepoepe

Bloeneuze

Gewaaldigoard

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

La conga

1997

1996

64

Woaterkieken

Schieëefzieëkere

Voddemarsjang

Eilig Zantsjen

Tjoezeplekke

Mottige Muilploage

Geiele Snottebaale

Afrontelijke Afgoanderken

Luitenloerdere

Opgetaluerden Taboart

Hieete Bieete

Zieepsmoele

Pieskaloterken

Befferken

Ruud Moagdenbloed

Fiagra

Diareeken

Maffioso

Peiërdezauge

Pieskouse

Foefelieire

Weibieeste

Gootmore

Verschenen Blaffeture

Beschemmelden Tieenslets

Koddig Koddentrekkerken

Bescheten Persienne

Schunnige Schramoele

Schieeve Zieeker

Preutesapken

Houzelepken

Floeren Foef

Gieile Snottekeise

Fantummeken

Paddekluts

Aque Verde

Vuistertablette

Snottebaale

Schriepêpe

Sjarzebuize

Pisblomme

Verfurtelde Knoesel

Verfrommelden Geirnoart

Vuuze Vergeetkonte

Lutsepoepe

Platgeterte Pisblomme

Ruime Pruime

Bescoamd Kieteleirken

Schunn Laweit

Zieekerken

Dretsige Puirëke

Stinkerken

Ne Gieilen

Gootmoôre 40 jaar Lokerse Feesten


cocktailbar Vandaag is de cocktailbar één van de drukste knooppunten op het plein. Ook de voor de klanten overdekte ligging op een centraal punt zorgt ervoor dat er een hele avond opvallend veel groene, gele, rode, zwarte of regenboogkleurige brouwsels over de toog gaan!

Het recept van 2 absolute klassiekers vindt u hier. Opgelet, de hoeveelheden zijn al aangepast aan een “klein” feestje.

Goot more

p pelsiensap 2 flessen a o lue Curaça 3 flessen B in 4 flessen g p pel-kers 7 flessen a

Maffi oso

od ka 6 flessen w ip ple sec 4 flessen t r ompelmoes 10 flessen p ulco 2 flessen p 65


40 jaar Lokerse Feesten

66


de Kaffebozze Halfweg de jaren ’80 groeit de nood aan een goed uitgerust en mooi aangekleed koffiekraam, dat liefst ook met Irish Coffee en ander lekkers. In 1989 is het zover. Met de slogan “Zet den Lokereir zat in een hoeksken, dan vraagt hij om nen kaffe mee een koeksken” staat voor de eerste maal de “Kaffebozze” op de Oude Vismijn. Dit als ultieme poging om weer alles “op zijn effen” te krijgen voor de aftocht naar huis. Ook op de Grote Kaai krijgt de Kaffebozze zijn vaste plaats. Ook bij warme dranken bestaat het fenomeen van wisselende producten en een wisselend aanbod. In 1997 werkte men nog met Illy. Later zullen Rombouts en het huidige Donckers koffie volgen. Wisselende koffiemerken zijn een ding, het aanbod van warme dranken door de jaren heen, een ander. Een ander aanbod wil ook zeggen: aangepaste toestellen voor alle dranken. Waar vroeger vooral met percolators gewerkt werd zijn er nu toestellen voor alle verschillende zaken en smaken. Waar we zelf nog een toestel maakten om onze eigen ‘bombardino’ te maken, beschikken we nu ook over aangepaste toestellen om de verschillende zaken/ smaken (koffie, thee, Irish coffee, chocomelk, Baileys) uit het aanbod aan te maken. Ook soep behoort tot het uitgebreide aanbod warme dranken. Wat de service echt top maakt is het feit dat er altijd wel iets extra bij de koffie geserveerd wordt zoals ijs in koffie bij warm weer of een koekje of een stukje cake. Maar het grootste geheim van de kwaliteit is waarschijnlijk wel het feit dat dit “Superteam” zoals ze zichzelf noemen, al sinds jaren uit dezelfde personen bestaat. De Kaffebozze heeft een vaste klant, de Marc, een muziekliefhebber die elke dag terug op post is van de eerste tot de laatste groep en Marc drinkt enkel water of koffie. Al zo’n 10 jaar komt hij dagelijks met de auto op en af van De Haan. Waarom Lokeren? Het is niet zo ver en de gevarieerde programmatie bevalt hem wel. Hij reserveert dan ook elk jaar zijn abonnement via de contacten die hij met de medewerkers van de Kaffebozze in stand houdt. Favoriete optreden ooit op de Lokerse Feesten? “Er zijn er natuurlijk veel en ik zou het lijstje van de optredens van de laatste 10 jaar eens moeten zien want ik kan dat allemaal niet goed onthouden. ’t Zit soms diepe wi. Maar, Massive Attack mag je al zeker opschrijven.”

67


40 jaar Lokerse Feesten

68


drankprijzen De prijs van een pintje is al sinds mensenheugenis een zaak van staatsbelang en dat is in Lokeren natuurlijk niet anders. Niemand schijnt nog met zekerheid te weten hoeveel een pintje op de LF de allereerste jaren kostte. Is het te lang geleden of is er toen simpelweg teveel bier gedronken waardoor alles wat vager is geworden? De prijs die het vaakst genoemd wordt als antwoord op deze vraag is 20 BEF(+/- € 0,50) en daar zullen we het dus ook maar op houden tot het tegendeel bewezen wordt. Elke prijsstijging is natuurlijk noodzakelijk om de stijgende kosten de baas te kunnen en de organisatie van een gezonde feestweek aan te kunnen. Dat de logische prijsverhogingen 25 BEF en 30 BEF geweest zullen zijn lijdt geen twijfel, ook hier is het niet duidelijk wanneer deze stappen een feit werden. Zeker is dat men in 1989 de prijs van 35 BEF voor een pint niet meer kon handhaven en dat er dus opnieuw 5 BEF bijkwam. In 2004 wordt er overgegaan van cash naar jetons om een pint te kunnen betalen. We starten met geel en om de zoveel jaar wanneer de prijs aangepast wordt verandert ook de kleur. Na geel komt rood-zwart, na rood-zwart volgt zwart. In 2005 betaalde de bezoeker nog € 5 voor 3 jetons wat neerkomt op € 1,66 voor een pintje. De onvermijdelijke kaap van € 2 voor een frisse pint wordt bereikt in 2007 en zal dan gedurende 6 edities - ondanks de verschillende stijgingen van de bierprijzen - ongewijzigd blijven. In 2008 halen we de kranten wanneer blijkt dat enkele lokale bezoekers er niets beter op gevonden hebben dan op grote schaal te frauderen door een paar duizenden valse jetons te laten maken. Gelukkig worden de bedriegers snel gevat. Een fikse schadevergoeding is hun deel. Aangezien de drankenverkoop nog steeds een belangrijk deel van onze inkomsten vertegenwoordigt proberen de LF om dit dan ook zo vlot mogelijk te laten verlopen. Vanaf 2011 kan de bezoeker nu ook met bancontact zijn jetons aanschaffen aan de jetonkassa’s. In 2012 wordt de huidige prijs van € 2,50 ingevoerd voor een frisdrank of een pint bier. Ook nu willen we de klanten een extraatje bieden en wie zich op voorhand via internet een jetonvoucher aanschaft van € 25, krijgt er een gratis jeton bovenop! 69


40 jaar Lokerse Feesten Geschiedenis

van de togen

1975 Toog 1 1978 Toog 2 1985 Toog 3 1986 Toog 4 1988 Toog 5 1991 Toog 6 1994 Toog 7 2012 Toog Grote Kaai 1986 Cock ta 1989 Kaffe ilbar bo 2003 Cham zze pa 1994 Spieg gnebar eltent 1997 Kader te 1999 Club nt 25 2001 Plon geur

70


de togen Vooreerst een woordje uitleg over de benaming van de togen. Waarom al die cijfers en waarom die rare ligging? Wel, ‘t is héél simpel: de togen hebben in der loop der jaren een volgnummer gekregen naargelang het tijdstip waarop ze opgestart werden. Ze hebben dat nummer steeds behouden en ook de ligging van op de Oude Vismijn werd hernomen op de Grote Kaai. Nog niet duidelijk? Volg dan even mee…. Toog 1 werd logischerwijze dus de eerste toog die er in 1975 op de Vismijn te vinden was. De toog was te vinden voor Van Bruyssel, rechts op het plein wanneer je van de Groentemarkt kwam. Er werd beslist om LF te organiseren en het sprak toen al vanzelf dat er een pak pinten gingen moeten verkocht worden om rond te komen. Een twaalftal edities lang kwam de brouwer helpen om deze toog samen met een aantal LF-medewerkers uit te baten. De opbrengsten waren vanzelfsprekend voor de LF maar de brouwer leverde mankracht en bier. Vanaf 1987 wordt deze toog echter nog enkel bevolkt door nieuwe jonge medewerkers die al gauw een beruchte bende vormden en opereren onder de naam “de Piétrains” (naar het gelijknamige roze-zwarte Belgische varkensras uit Piétrain). Wedstrijden onder de medewerkers om de best verklede medewerker te verkiezen zijn een kolfje naar hun hand en ook de toog zelf ondergaat al snel hetzelfde “decoratielot”. Een zwijn aan het spit naast de toog is voor hen een vrij normale attractie. Wat er met de bewuste varkenskop allemaal gebeurd is, dat weten alleen diegenen die er toen bij waren…. Door de overgang naar de Grote Kaai krijgt iedereen nieuwe togen. Toog 1 blijft werken met de ronde togen die ook al op de Oude Vismijn gebruikt werden. Hun ludieke creaties zijn ronduit spectaculair en vooral het jaar van het Badrock Café is hun werk indrukwekkend. Voor wie 71


40 jaar Lokerse Feesten het niet zou weten, we hebben het over een positie aan de rechterkant van het terrein wanneer je met je gezicht naar het podium staat! Wanneer de VIP na enkele jaren een plaatsje in de hoogte krijgt worden de cocktailbar en Toog 1 daar onder gepositioneerd. Dat betekent meer ruimte, een schone achterbouw en een equipe die van aanpakken weet. Maar het is vooral een vaste pleisterplaats voor medewerkers die nog een pintje willen drinken wanneer het plein afgesloten wordt. Te vroeg om naar huis of naar de Plongeur te trekken, nog goesting in een babbel, wat gezever en enkele vloeibare versnaperingen: afspraak aan Toog 1. En beste medewerker, vergeet vooral niet om je Champagnebon in te leveren wanneer de medewerkers van Toog 1 rondkomen! Het bubbel­ einde van de LF is er sneller dan je denkt! Toog 2 vind je vandaag helemaal aan de andere kant van het terrein. Links van het podium naast de doorgang van de toiletten. Tegenwoordig is het eigenlijk één lange doorlopende toog met toch een duidelijke afscheiding in het midden om aan te geven waar Toog 5 begint. De oorsprong is het jaar 1977. Dat jaar worden de LF getrakteerd op menige regenbui en dus beslist men om het jaar daarna een grote tent met afneembare zijflappen te plaatsen teneinde de bezoekers een schuilplaats te bieden tegen het mogelijke slechte weer. Zo’n tent verdient natuurlijk ook een toog en in 1978 wordt Toog 2 geboren! De tent staat voor de toenmalige firma Van De Vijver en de Moeze zelf is de eerste verantwoordelijke van de nieuwe toog.

72


de togen Toog 3 zal voor de oudere jongeren onder ons waarschijnlijk nog lang als de “Toog Vuyst“ gekend blijven. Deze centrale toog werd in 1985 opgesteld op de punt van de parking op de Vismijn. Hij stond net voor de beplanting en met de rug naar het podium! Er moest immers ook daar bier worden verkocht! De Nolle zal jaren een boegbeeld van deze toog zijn. Uiteindelijk zal hij tijdelijk het Studio Brussel café openhouden terwijl zijn eigen Donkere Wolk gedurende de week van de LF gesloten blijft. Na de verhuis naar de Grote Kaai zal hij tijdens de feestperiode weer gewoon de deuren van zijn eigen donkere kroeg openen. Toog 4 wordt een noodzaak in de steeds drukker worden jaren ’80 want vooraan op het plein is er tot dan toe geen echte drankbevoorrading. Voor de garçons wordt de doorgang op drukke avonden steeds moeilijker. Tijdens een vergadering in ‘t Systeem wordt gemeld dat er een nieuwe toog zou worden opgestart en op 1-2-3 zijn er genoeg kandidaten om de handen uit de mouwen te steken. Helemaal rechts vooraan, in een insprong van een poort vlakbij het secretariaat wordt in 1986 Toog 4 geopend. Al gauw blijkt het een goed idee om de druk van de ketel te halen door ook daar bier te verkopen. Vandaag is Toog 4 nog steeds de toog die zich het dichtst bij het podium bevindt. Het is ook sinds jaar en dag de vast pleisterplaats voor alle podiummedewerkers die héél even kunnen ontsnappen aan hun drukke bezigheden en er gauw om een pint lopen. De huidige tapperscrew is een grote bende van vooral (ex-)Okapibezoekers, die vooral 73


40 jaar Lokerse Feesten uit KSA- en Chiro Doewa-kringen komen en die als vriendengroep deze job al vele jaren uitvoeren. Omdat dorst zich nu eenmaal niet beperkt tot één kant van het plein ziet in 1988 Toog 5 het levenslicht, helemaal vooraan links aan het podium. Deze groep van JAM-ers en een aantal OKAPi’s zag het direct groot. Bestuurslid Wim Ketels voerde het team van 1 glazenspoeler, 1 frisdrankman en 2 tappers aan. De ploeguitbreiding die al snel volgde was er vooral om er voor te zorgen dat er ook genoeg tijd was om het culinaire luik van de avond te kunnen organiseren, maar ook om de animatie uit de grond te kunnen stampen. Veel aankleding was er in het begin niet - enkel een vlag van Anarchy of van de JAM maar al snel plaatsen ze een eigen geluidsinstallatie achter de toog om de doodse pauzes te animeren en om na de optredens zo veel mogelijk volk zo lang mogelijk aan hun toog te houden. Muziek tijdens de pauzes bleek niet genoeg voor deze maffe bende en dus starten ze algauw een echt animatieprogramma. Een aquarium met vissen en attributen is een eerste feit. Elke avond brachten 2 sterke (en nuchtere) mannen het aquarium terug naar de keuken om die vissen daar te laten overnachten. Daarna volgen o.a. nog een spel met 3 witte muizen die een parcours moesten afleggen en waarop de bezoekers konden wedden over welke muis er ging winnen. Na enkele dagen werden de muizen gekleurd om te kunnen uitmaken wie er uiteindelijk won. De met henna gekleurde rosse muis bleek de topfavoriet. Eén van de strafste stoten was het spel met de zeemeermin. Dit triplexen gevaarte van wel 4 m hoogte had als belangrijkste kenmerk dat de tepels van de zeemeermin 2 lampjes waren. Hilariteit alom wanneer spierbonken zo hard mogelijk met een hamer op een halve “gommela” klopten om de lampjes te laten branden. Wisten zij veel dat er geen mechanische hefboom onder de bal zat en dat men achter de toog die lampjes enkel deed oplichten wanneer een bevallige jongedame een poging waagde! Ook Toog 5 wordt elk jaar ingericht volgens een bepaald thema, en één van hun eigen favorieten was het thema “Olympische spelen”. Scheve schaats rijden, de 3000m stiepelzat, wortelschieten, slavendrijver achter derneys waren de disciplines. Er bestaan prachtige foto’s van alle medewerkers in olympische outfit! 74


75


40 jaar Lokerse Feesten Toog 6 was de laatste toog die nog op de Vismijn werd opgericht. Zij gaven meteen ook het startschot om niet alleen de medewerkers maar ook de toog te verkleden. Van de nood een deugd maken was ook hier het devies: er was een gat in het plankier en dus moest de tent gestut worden. Bijgevolg werd ze dan van de eerste keer maar omgebouwd tot een soort “kamp”. Deze keer was het een bijna volledig Systeem-verhaal. Op dezelfde lijn met Toog 4 maar op de hoek met de ingang naar de voormalige T-Klub verrees de jongste telg in de togenfamilie. Tegenwoordig bevindt Toog 6 zich aan de rechterkant van het terrein, tussen Toog 4 en de cocktailbar. Ook aan deze toog zijn er nog steeds oprichters van het 1e uur aan de slag. Het is niet toevallig ook de oorspronkelijke toog van onze huidige voorzitter! Het grote verschil tussen toen en nu is volgens één van de oprichtende medewerkers: “Betere tenten en infrastructuur omdat we vroeger steeds afhankelijk waren van de goodwill en de kleine budgetten die toen voorhanden waren. Tentjes van 3 x 6 meter en alles moest daar in hé. We zaten ook in een straatje waar iedereen kwam plassen. We tapten toen Hoegaarden en Vieux-Temps. We hadden een koelwagen achter onze toog en elke nacht gingen de halve vaten terug in de frigo om zeker te zijn dat ze niet kapot zouden gaan. Garçons waren onze belangrijkste inkomstenbron”. En dan is er de verhuis en meteen ook de opstart van Toog 7. Het plein was toen nog anders ingericht, direct links aan de ingang vond je een héél grote tent met daarin Toog 7 met een heel groot binnenterras. Het grote voordeel van die tent was de kleine backstage met daarin enkele zetels en een kroonluchter waar de medewerkers nog gezellig iets konden drinken na de shift. Er werd ook een muziekquiz georganiseerd waarmee mensen in de tent een ludieke prijs konden winnen. Animatie naar believen werd al gauw hét kenmerk bij uitstek van Toog 7.

76


In 2002 werd hun toog echter uitgebouwd met Stellabakken. Het bleek geen onverdeeld succes. Nadat de toog erin geplaatst was bleek dat men nog amper de helft van de binnenruimte kon benutten. Aan de overkant stond bovendien een dj-booth opgesteld. Wanneer de DJ tussen de optredens zijn set speelde kon men elkaar niet meer verstaan. Op de koop toe dachten vele bezoekers dat dit een VIP-locatie was waarvoor men extra diende te betalen. Niemand durfde naar binnen, dus moesten we de bezoekers zelf aansporen om een kijkje te gaan nemen. Toog 7 situeert zich vandaag aan de linkerkant van het terrein, voorbij de eetkramen en net voor de uitgang naast de champagnebar. De ploeg bestaat momenteel uit zo’n 34 medewerkers, 20 jaar geleden waren er dat slechts 20. De voorlopige laatste toog in het rijtje is Toog 8. Deze toog zag het levenslicht in 2012 en is in tegensteling tot alle andere togen op de mensen buiten het terrein gericht! De toog bevindt zich in de hoek van het terrein waar vroeger de Plongeur een plaatsje had en is voor een groot deel bevolkt door de ex-crew van onze nachtbarak.

77


40 jaar Lokerse Feesten

78


werk achter de togen Tijdens de eerste edities zijn de kraampjes en togen ondergebracht in lichte kleine buizenconstructies. De buizen worden in de loop der jaren wel wat zwaarder maar toch duurt het een tijdje vooraleer we aan de slag kunnen met togen die naam waardig. Met de komst van Stella in 1986 wordt ook het materiaal direct een stuk steviger en professioneler; dat is precies wat nodig is om je een dikke week in zo’n toog te laten domiciliëren. Het is pas op het einde van de Vismijnjaren dat we met de stevige constructies van de Torhout-togen kunnen uitpakken. Als vervanging van de eerste eetkramen die we gebruikten van de Stad Lokeren worden er zelf enkele standen samengesteld en gelast. Ze zullen jaren meegaan! Eens op de Kaai gaan we al snel de professionele toer op en laten we elk jaar uniforme witte tenten leveren! Het oog wil immers ook wat! Vanaf het begin wordt het bier in glazen getapt en giet men een spuitwater of een cola natuurlijk ook in een glas. Halfweg de jaren ’80 zal blijken dat de veiligheid niet langer kan gegarandeerd worden wanneer er uit glas gedronken wordt. Glasbreuk en teveel volk op het plein zijn immers geen goede combinatie. De drankbeker doet op drukke momenten zijn intrede aan togen 4 &5 want die bedienen vooral de massa voor het podium. Al gauw wordt aan deze togen enkel nog in plastic getapt. Het zal duren tot op de Kaai vooraleer de plastic beker echt overal de regel wordt, zelfs dan zullen er nog uitzonderingen zijn op bepaalde momenten en aan bepaalde togen. Vandaag kan je behalve in de VIP op het plein geen glas meer vinden. Wie kan zich nog herinneren dat er in die eerst jaren gedronken werd uit “boerkes”, “flui�tjes”, “kannekes”, “ribbekes”, “confituurpotten” en dan ook nog uit de verschillende glazen voor de zware bieren en die voor frisdranken…? Wie vandaag voor het eerst naar een festival gaat stelt zich geen vragen bij het petflesje cola zonder schroefdop. Maar zelfs daarin zit natuurlijk een grote evolutie. Jarenlang werd er Coca Cola geschonken uit literflessen. Het hoeft geen uitleg dat dit een tijdrovende bezigheid was. Ook het verlies op het einde van een shift was een nadeel. Toen kwam er een magische oplossing: cola uit vaatjes! Plotseling was het mogelijk om cola te tappen. Vandaag is die oplossing ook al weer een aantal jaren achterhaald. Er wordt enkel nog frisdrank gedronken uit kleine plastic flesjes. Een plezierig neveneffect is dat je elke avond 79


40 jaar Lokerse Feesten jongeren het plein ziet afschuimen om met grote zakken alle lege petflesjes te verzamelen en die dan aan de recyclagestand in te wisselen voor drankjetons. Wie flesjes zegt, zegt ook “frigo’s”. Uiteraard zijn die er al sinds het begin. Maar de evolutie om de drank te koelen is enorm. Het begon met 1 of 2 bakfrigo’s achter elke toog die dan op tijd moeten gevuld en bijgevuld worden. Met het succes en de toename van het volk dwongen meer frigo’s zich op. Uiteindelijk werden er ook her en der koelwagens geleend. In 1982 werden de dranken op voorhand gekoeld in een koelwagen van een lokale vishandelaar. Het spreekt voor zich dat dit niet vol te houden is en langzaam maar zeker komen er meer en professionelere koelwagens op het plein. Vandaag staat er bijna achter elke toog een gevulde koelwagen. Die koelwagens worden dan op hun beurt weer opgevuld met koude dranken die Van Eetvelde reeds voor de LF in een enorme koelcel bij een bevriend bloemist gaat stallen. Op die manier garanderen zij dat de drank koud op het plein toekomt. De koelwagens dienen dus om de drank koud te houden en niet om drank koud te maken! Een tapinstallatie heeft natuurlijk zelf een koelelement, maar op warme dagen en met hoge debieten is dat reservoir met ijskoud water niet genoeg om frisse pintjes te kunnen blijven tappen. En toch is dat exact wat er in “die goede oude tijd” gebeurde. Gelukkig werden ook de vaten al vrij snel gekoeld en gingen ook de half afgetapte vaten ’s nachts terug de koelwagens in. Tegenwoordig worden vaten leeg getapt en moet er niets meer terug in de koelwagen. U zal er zeker niet bij stilstaan wanneer u in augustus op de 40ste editie aanwezig bent, weet dat er meer dan 80 frigo’s, 9 koelwagens en ongeveer 60 tapkranen constant in gebruik zullen zijn.

80


werk op het plein Héél lang geleden was er een bijna vastliggend traject in de LF-hiërarchie. Je groeide als het ware door van de ene functie in de andere. Een eerste belangrijke mijlpaal was het tappen achter een toog! Maar voor je die positie bereikt had moest je natuurlijk beginnen aan de basis van de “LF-piramide”. De meest voor de hand liggende instapjob was die van “glazenophaler”. Dit was geen moeilijke taak. Maar ze was van niet te onderschatten belang. Als de glazenophaler de lege glazen niet ging halen en deze met bekwame spoed bezorgde aan de glazenspoeler (trouwens ook al een beginnersfunctie binnen het gestroomlijnde vrijwilligerscorps) dan kon diezelfde glazenspoeler er niet voor zorgen dat de ”tapper” of de “frisdrankuitgieter” de glazen terug kon vullen. En zo kon men dan de garçon niet bedienen die stond te wachten om met zijn bestelling pleinwaarts te keren waar de dorstige Lokeraar op hem wachtte. U ziet het, zonder glazenophalers en glazenspoelers waren er al lang geen feesten meer! Omdat we niet langer met glas werken is het belang van die functie al lang achterhaald. Garçons zijn er intussen ook al bijna niet meer, maar die hebben veel langer een vooraanstaande rol gespeeld in het LF-verhaal. Al snel leerde men op de Vismijn dat de bezoekers aan hun stoelen en tafeltjes graag en veel dronken, op voorwaarde dat het ook werd gebracht. Zodoende werd er al snel een heus bataljon garçons in het leven geroepen – de perfecte 2de job voor de medewerker die zijn sporen verdiend had met glazen ophalen. Elke toog kreeg zijn vaste bende garçons en die kregen dan op hun beurt een portefeuille met een beetje wisselgeld en een aantal drankkaarten. Enkel de allereerste garçons gingen nog met een plateau tussen het volk maar algauw bestaat hun vaste uitrusting ook uit een lege Duvelbak, ideaal om drank in te zetten en daarna te verkopen. Garçons gingen hun bestelling halen aan hun toog, lieten de verschillende drankkaarten afteke81


40 jaar Lokerse Feesten nen volgens de bestelling die ze meenamen (op een bepaald moment werkten we met 3 verschillende kaarten: 50 BEF, 60 BEF en 80 BEF). Nieuwe kaarten werden tijdens de dienst aangekocht wanneer de vorige vol was. Het sprak voor zich dat deze “reuzen” voor hun werk ook een percentage opstreken van wat ze die avond verkochten. Op het einde van de avond werden de overblijvende kaarten op het secretariaat afgerekend en de garçon kon met zijn zuurverdiende centjes en zijn gekregen drinkgeld nu eindelijk zelf aan de zwier. Er zijn nu nog slechts een beperkt aantal garçons. Ze werken vooral in de “front” om de mensen die daar soms uren blijven staan, toch van drank te voorzien. Ook “de stoelen-goed-zetter” is intussen uitgestorven. Weet echter beste lezer dat dit een jobke was dat jarenlang uitgevoerd werd door al wie vroeg genoeg op het plein was. En niet zomaar goed zetten hoor! De bedoeling was wel degelijk dat al die stoelen en tafeltjes bij het begin van de avond mooi op rijtjes stonden. Men wou dat het aangenaam was om naar het lege plein te kijken. Er was nog wel iets verbonden aan dat stoelen klaar zetten. Het had te maken met Loburg en een “aftrekker”, maar dat is een verhaal voor volgende keer……..

82


Elektriciteit, sanitair, telefoon, internet ... Van bij de opstart van de Lokerse Feesten zal Marc Delbruyère als mede-oprichter verantwoordelijk zijn voor de elektriciteit op het plein. Dit zal hij exact 25 jaar doen. Marc Delbruyere vertelt: Een maand voor de start van de 1ste LF zei de Moeze me dat ik verantwoordelijk ging worden voor “den elentriek”. Met de middelen die ik had heb ik toen een schakelbord in elkaar geflanst. Voor de lichtinstallatie deed ik beroep op een bedrijf uit Antwerpen. De bediening van de lichtinstallatie gebeurde vanuit een oud volkswagentje van de politie dat niet meer gebruikt werd. Na de eerste editie heb ik een groot schakelbord gemaakt met verschillende secties dat nu zelfs nog ergens in het magazijn van de LF moet liggen. Elk jaar maakte en kocht ik stukken bij en op zeker moment besloot ik om werfkasten te maken, waaronder een hele grote met een vermogen tot 800 ampère per fase. Dat was fenomenaal. In die tijd namen wij de stroom rechtstreeks af van Ebes. Nu werkt men natuurlijk met grote generatoren. Het eerste jaar op de Grote Kaai werkten we met een generator van Unilas in Grembergen en hadden we ook nog een aansluiting van Ebes. Een geluk want die generator stond ingesteld op 51 hertz, terwijl elektriciteit hier in Lokeren 50 hertz is. De leverancier verzekerde dat we ons hierover geen zorgen hoefden te maken en dat dit allemaal heel normaal was. De Feesten zijn zo’n twee, drie dagen bezig wanneer ik naar het podium wordt geroepen omdat er een stroomprobleem is. Daar vertelt een artiest me dat hij storing krijgt op zijn elektronische piano omdat de elektriciteit geen 50 hertz bedraagt. Gelukkig hadden we dus toen die aansluiting nog en schakelden we over. Het tweede jaar op de Grote Kaai trokken we een kabel vanuit de hoogspanningscabine aan het zwembad naar het

83


40 jaar Lokerse Feesten terrein. Dat was een aluminiumkabel van 150 carré die in de grond bleef zitten en die voor alle stroom zorgde. Het volledige stroomverbruik op de Oude Vismijn kan je best vergelijken met het verbruik op de Grote Kaai, maar dan het podium niet meegerekend. Met het vermogen van het huidig podium kan je zowat gans de kermis op de markt laten draaien denk ik. Tot dat moment was ongeveer al het elektriciteitsmateriaal dat op de feesten gebruikt werd mijn eigendom. Noem het gerust een uit de hand gelopen hobby. Na 25 jaar dienst hebben de LF al mijn materiaal overgenomen en ben ik gestopt als verantwoordelijke voor de elektriciteit. Patrick smet werd de nieuwe verantwoordelijke en ik ging op het secretariaat werken. Patrick Smet vult het elektriciteitsverhaal verder aan: Toen ik begon mee te helpen op de Oude Vismijn werkten we met 125 ampère/ 400 volt. Dat was ongeveer een huis of 8 dat we konden voorzien van elektriciteit. Nu is dat omzeggens een héle woonwijk waar niet bespaard wordt op elektriciteit. Om de generatoren gedurende de LF te laten draaien mag je toch rekenen op zo’n 22.000 liter mazout. Op de Vismijn beschikten we over een 7-tal elektriciteitsbordjes en 2 hoofdkasten. Nu draaien we met 61 kasten en dan hebben we er nog enkele in reserve. Vandaag dient het oude materiaal vooral als back-up want we werken intussen al weer vele jaren met Powershop om onze elektriciteit letterlijk “in goede banen” te leiden. Momenteel loopt er een heuse ploeg elektriciens rond op het terrein. Hun werk is niet echt te vergelijken met het werk van de elektricien die bij u thuis komt. Elektriciteit op een werf(zoals je de LF tijdens de periode van de opbouw gerust kan noemen) is echt een specialiteit apart. Naast de elektriciteitskabels liggen er op ons terrein nog wel andere kabels. In 1986 werd er beslist dat het secretariaat een eigen telefoonlijn moest krijgen om de LF steeds bereikbaar te maken. Sinds die dag is die evolutie niet meer gestopt. Toen we naar de Grote Kaai verhuisden moest de secretariaatslijn van de penningmeester worden doorgeschakeld en moest er ook steevast een Chinese vrijwilliger bij de telefoon blijven om alle mogelijke oproepen te beantwoorden.

84


elektriciteit, sanitair, telefoon, internet ...

Anekdote Smetje: mazout voor the Prodigy Ik was tijdens de LF ’s nachts van wacht en dus sliep ik hier elke nacht in een container. Eén van mijn taken was 1 van de 2 generatoren die achter het podium staan ‘s nachts afzetten om mazout te besparen. ’s Anderendaags werd er geen mazout geleverd want dat gebeurde maar om de andere dag. Diezelfde avond speelde The Prodigy, onze “top-act” op gebied van elektriciteit. Die gasten verbruikten enorm veel! Toen we tijdens het optreden naar de meters van de generatoren gingen kijken stelden we vast dat die pieken haalden tot 400 ampère. Op dat moment zie ik dat die 2 motoren volle bak staan te draaien. Ik was er de vorige nacht dus duidelijk 1 vergeten afleggen. Het zag er naar uit dat we net niet zouden toekomen voor die avond. De vrees dat de show zou stilvallen door een gebrek aan stroom werkte verlammend. Toen uiteindelijk bleek dat we er toch geraakten omdat er blijkbaar toch nog meer mazout was dan we eerste dachten, ben ik toch een half uurtje op zij gaan zitten om te bekomen van de schrik. De opluchting was enorm.

Doorschakelen naar GSM gebeurde pas later. Op dat grote plein hebben we naast communicatie met GSM ook geprobeerd om met draagbare telefoons te werken maar het is pas sinds de introductie van de draagbare zender/ontvangers dat we echt efficiënt en snel konden werken. Ooit begonnen we met een 10-tal toestellen, intussen zijn er dat zeker 60. De telefonie zelf is ook enorm veranderd. Tien jaar geleden werkten we nog met een kleine analoge centrale. Een beetje later werd dat een kleine ISDN-centrale. En intussen zijn er 15 vaste telefoons in gebruik. De telefonietroepen trekken bijna een hele week kabeltjes om al die toestellen bereikbaar te maken. Tel daarbij dan nog de verschillende PC’s en ook de draadloze netwerken en je weet dat Poele zijn ploeg een dikke 2 km kabeltjes moet voorzien om iedereen te laten bellen of surfen. De telefonie zit snor, maar overal voor internet zorgen is niet altijd een sinecure. Vooral de combinatie en de storingen van andere lij-

85


40 jaar Lokerse Feesten nen zorgt er soms voor dat alles wegvalt. Last but not least moet er natuurlijk ook over héél het terrein water en afvoer ervan, voorzien worden. Keukens, togen, toiletten draaien niet als er geen stromend water is. Ook daar wordt dus tijdens de opbouw met man en macht aan gewerkt! Het resultaat mag er natuurlijk wel zijn want in elk hoekje van het plein is er wel degelijk stromend water te vinden. Wie techniek zegt , zegt ook TETS. Jaren geleden ontstond de groep TETS (Terrein- Elektriciteit – Telefonie – Sanitair). Elk onderdeel heeft zijn medewerkers maar deze staan haast permanent met elkaar in verbinding en helpen mekaar daar waar nodig. Bij de TETSploeg is steeds iemand “van wacht” om 24/24u in actie te kunnen schieten bij elektriciteitsproblemen. Vroeger waren er vooral problemen als het regende. Dan viel er altijd wel ergens een elektriciteitspanne te betreuren. Vandaag hebben we zoveel ervaring dat bijna alle problemen op voorhand ingecalculeerd en vermeden worden. De ingrepen die zich nu tijdens de feesten nog voordoen zijn vaak kleine dingen.

86


elektriciteit, sanitair, telefoon, internet ...

Anekdote: No Mexicanos De TETSbende heeft al jaren de gewoonte om er 1 dag uit te kiezen om als groep verkleed een ronde van de togen te houden. Voor die rondgang wordt er altijd een avond naar het einde van de week gekozen en er wordt voor back-up gezorgd (om mogelijke technische problemen op het plein het hoofd te kunnen bieden). Op zekere keer was het verkleedthema de ‘Mexicanos’. Alle TETSleden hulden zich in een Mexicaanse outfit en tooiden zich met snor en sombrero. Héél de bende trok naar het plein en algauw zorgden zij overal voor ambiance. De groep zag het groot en wou ook even een acte de présence geven op het grote podium, maar de podiumverantwoordelijke weigerde de toestemming te geven. Met alle Mexicanen maar niet met den dezen dacht “Den Bakker” – de terreinverantwoordelijke - en hij trok de bende toch mee op het podium waar ze tot grote hilariteit van de toeschouwers eventjes over het podium schuifelden. Bij het verlaten van het podium stond de podiumverantwoordelijke hun al ziedend op te wachten en ze kregen verschrikkelijk op hun donder voor zoveel ongehoorzaamheid. “Loontje komt om zijn boontje” dachten die van TETS en daags nadien maakten ze briefjes ‘NO MEXICANOS!’ en hingen die goed zichtbaar op aan en naast het podium. Wat ze echter niet wisten was, dat die avond een band geprogrammeerd stond waarvan één van de groepsleden een …. Mexicaan was!

87




40 jaar Lokerse Feesten

90


eten op het plein Wanneer je anno 2014 het plein opstapt dan zal je bijna onmiddellijk aan je linkerkant een sfeervol overdekt “marktpleintje” vinden dat langs 2 zijden volledig gevuld is met mooie kraampjes die allemaal verschillende lekkernijen in de aanbieding hebben. Het allereerste kraampje dat je tegenkomt is niet toevallig dat van de Lokerse Paardenworsten. Ze zijn zowel voor de Lokeraar als voor de vreemde bezoeker hét streekgerecht dat bij de feesten past zoals ook Nabuko bij Donosor past! Al tijdens de allereerste LF waren deze lekkernijen op post om nooit meer te verdwijnen. De manier waarop deze worsten vandaag klaargemaakt worden is eigenlijk bijna dezelfde als pakweg vijfendertig jaar geleden. De toenmalige keukenploeg heeft toen een heuse kook-jam-sessie gehouden om het allerbeste recept te bepalen. Dat werd toen vakkundig opgeschreven en vanaf dan werden de worsten ook steevast zo klaargemaakt. In 2000 kwamen oude getrouwen Guido en Annie terug terecht in de kookploeg en zij namen op dat moment de fakkel over van de ‘paardenworsten- en de slekkenkoks’. Beiden verfijnden de bestaande recepten en zoals ze hier genoteerd staan worden de paardenworsten vandaag de dag nog steeds gemaakt.

91


Guido zijn paardenworstenrecept voor 4 personen: Benodigdheden: • Ongeveer 15 stuks = 1.5kg worsten van paardenvlees (deze worden door de Lokerse Feesten sinds jaar en dag bij Slagerij Van Moeseke in de Schoolstraat gehaald) • 2 grote uien • een tak selder • klontje boter • 2 teentjes look • 200gr tomatenpuree • 3 sneden brood ( best grof) licht ingesmeerd met mosterd • 1 soeplepel peperbolletjes, 3 mespuntjes gemalen witte peper • ½ koffielepel paprikapoeder, een mespuntje pili-pili en een snuifje cayennepeper • 1 afgestreken koffielepel currypoeder • 1 blaadje laurier • GEEN ZOUT GEBRUIKEN Bereiding: • Stoof de gesneden ui; in een grote kookpot tot ze glazig zijn. Niet laten bruinen, zachtjes 1 minuutje stoven • Stoof vlug de gesneden selder en de look even mee • Voeg ongeveer 1 liter water bij en de kruiden al mengend toevoegen • Breng aan de kook en voeg tomatenpuree al roerend bij; terwijl de saus kookt de worsten bijvoegen • Als alles terug kookt, het met mosterd ingesmeerde brood boven op de worsten leggen • Terug water toevoegen tot de saus net het brood bereikt, aan de kook brengen en onmiddellijk vuur dempen. • Belangrijk is het nu dat de worsten niet aanbranden, dus op een klein vuurtje laten pruttellen en elke 7 minuten de worsten zachtjes met een grote houten lepel van onder naar boven omroeren • Probeer tijdens het omroeren in elke worst een prikje te geven • Dit werkje duur ongeveer anderhalf uur • Wanneer u met de niet-scherpe kant van een aardappelmesje de worstjes probeert te snijden, en het vel breekt open ,dan zijn de worsten klaar. • Opdienen met brood of frietjes


eten op het plein Deze worsten worden trouwens niet alleen sinds dag 1 op het plein verkocht, ze worden er ook al héél die tijd klaargemaakt! Op de Oude Vismijn was dat op verschillende locaties, tot en met de kelder van de T-Klub waar de boel ooit bijna in de fik ging omdat het op een houten vloer gebeurde.

Anekdote: gekookte EIeren Terwijl de paardenworsten opstonden ging men bij de plaatselijke bakkerij om de broden voor bij de paardenworsten. Een 40-tal broden was dat in die tijd. En ook de ketel rijstpap, die door de bakker klaargemaakt werd moest mee terug naar het plein. Jerome en Bart waren de boodschappers van dienst en vooral Bart probeerde steeds de bakkerin te vermurwen om hem een taartje te schenken. Maar de vis beet niet! Toen hij echter naar achter mocht om in de bakkerij de hete ketel rijstpap op te halen, zag hij daar een karton eieren staan. Vlug nam hij daar een dozijn eieren uit en verstopte die in de ketel dampende rijstpap. Toen de ketel daarna goed en wel op zijn bestemming op het plein was haalde hij de ondertussen gekookte eieren er weer uit en zo had hij toch zijn traktatie die hij eerst niet kreeg.

Sinds de verhuis is er een speciale tent waar de paardenworsten klaargemaakt worden. Waar er in 1977 nog fier gemeld werd dat er tijdens die feesten maar liefst 250 kg paardenworsten verkocht werden zaten we tot de passage van ene Morrissey aan gemiddeld 60kg per dag. Dankzij de publiciteit rond zijn ‘vleesarme’ dag is de verkoop enorm toegenomen en worden er nu dagelijks gemiddeld 90 kg met uitschieters tot 105 kg gemaakt. In die tent worden er niet alleen paardenworsten klaargemaakt, ze worden er rond 17u ook door een aantal medewerkers geproefd! Inderdaad, u kan hier spreken over een dagelijkse interne kwaliteitscontrole! Tot en met 2008 kon men daar ook de net klaargemaakte slakken proeven. Het geurige pikante soepje met slakken is intussen wel van onze LF-menu verdwenen. Uit smakelijke herinneringen aan deze lekkernij vindt u op de volgende pagina toch het recept van Anny voor 8 kg slakken (de hoeveelheid voor 1 dag LF)

93


40 jaar Lokerse Feesten

Benodigdheden: • • • • •

‘Slekken’ zonder schelp (8 Kilo) 5 grote uien 2 groene selders zonder de blaadjes 1 bol look Kruiden: Paprikapoeder, pili-pili, cayenne, peperbolletjes, tijm laurier, currypoeder, grof zeezout, tabasco

Bereiding: • Wij beginnen met het maken van een goed pikant soepje : • Stoof de grof gesneden ajuin in de boter • Voeg de gepelde look toe en daarna de in stukken gesneden groene selderstengels toe • Water toevoegen tot de hoogte waarop de slakken net onder water zullen komen • Voeg Pili-pili en cayennepoeder toe : telkens 1 koffielepeltje • Van de andere kruiden mag je 1 eetlepel gebruiken • Voeg ook 4 blaadjes laurier, 4 eetlepels peperbollen en 4 eetlepels zeezout toe • Laat nu even goed doorkoken tot de selder beetgaar is • Giet nu de slakken in de soep en plaats het deksel op de pot • Laat de soep 1 minuut doorkoken en haal de soep dan onmiddellijk van het vuur (anders worden ze te taai) • Voeg 1 glas Ricard toe (20cl) Anny: “Iedereen moet zwijgen op het moment dat ik mijn slakken afwerk. Ik maak dan in stilte een kruisteken over de kom slakken. God zegene en beware deze slakken, zeg ik dan héél plechtig. En dan pas komt het grootste geheim: ik giet een grote volle beker Ricard in de pot. Daar worden de slakken en wie ze opeet vrolijk van”.’ • Breng eventueel nog op smaak met de beschikbare kruiden maar pas op met pili-pili en cayenne!

Wat vinden we nog in onze eethoek? Pannenkoeken en rijstpap zijn er al sinds de vroegste jaren bij en dat tot groot plezier van talrijke bezoekers. De rijstpap wordt ingekocht maar de pannenkoekenmix wordt elke dag ter plaatse gemaakt. Op topdagen gaan er maar liefst zo’n 400 over de toog. Geen wonder dat het pannenkoekenteam zijn pannen om de 2 edities inwisselt voor nieuwe!

94


eten op het plein Destijds maakte men 1 ketel deeg aan op basis van 12 liter melk plus de rest van de ingrediënten. Wanneer het deeg op was, waren ook meteen de pannenkoeken uitverkocht. Vandaag werkt men nog steeds op hetzelfde principe maar worden er meerdere ketels deeg aangemaakt en bovendien kan men de eventuele overschot van het deeg ook bewaren in de koelwagen. De pannenkoekenploeg bestaat trouwens uit 8 medewerkers die elk op hun eigen manier de pannenkoeken ‘keren’. Op de Oude Vismijn was het pannenkoekenkraam ondergebracht in een kleine constructie (centraal op het plein achter de PA) waarin ook de hot-dogs en de slekken onderdak hadden. Iedereen zat daar zowat op elkaar geplakt en de vuren waarop de pannenkoeken werden gebakken stonden er op houten klaptafeltjes. Gelukkig gebeurt vandaag alles veel veiliger en wordt er nu op inoxtafels gewerkt. Bij warm weer was het er heel dorstig maar dronken de pannenkoekenbakkers voor 23:00 u. enkel water. Destijds waren er ook geflambeerde pannenkoeken en pannenkoeken met een bolletje ijs maar die waren enkel bestemd voor medewerkers. Iets hartigs en toch vegetarisch, daarvoor moet je dan weer aan het pizzakraam zijn. Elk jaar is er een wisselend aanbod maar er wordt steeds voor gezorgd dat ook onze vegetarische bezoeker aan zijn trekken komt! Met zo’n 6000 stuks op 10 dagen Feesten kan je gerust zeggen dat de LF-bezoekers zeker pizza-minded zijn. Héél in het begin op de Oude Vismijn was er al sprake van hot-dogs, die op dat moment de klassieke boterhammen met kaas en kop moesten vervangen. Vele jaren lang waren zij een vaste keuze op onze culinaire kaart tot men er geen zin meer in had. Intussen zijn ze al weer een aantal jaren vaste prik in onze eetstanden, en voor wie er niet genoeg van kan krijgen kan dat zelfs onder de vorm van worstenbroodjes (op een week worden er zo’n 3000 hot-dogs en maar liefst 4000 worstenbroodjes verkocht). Ook wie graag een belegd broodje verorbert kan zich hiervoor elke avond naar onze resto-hoek begeven! Een andere klassieker die reeds vele jaren meegaat is het Italiaanse hapje. Deze pastabereiding is eigenlijk ontstaan uit een samenwerking tussen de medewerkerskeuken en de eetkramen maar wordt intussen door het team zelf gemaakt. Wat was er ooit nog allemaal te krijgen aan de eetkramen op ons plein? Slakken - Vegetarische quornlasagne - Chili sin carne - Quiche - Quorn hot-dogs - Vanille en chocolade muffins - Mini donuts met hazelnotenpastavulling - Mexicano’s (pikante worstenbroodjes) - Lokerse Vlaaien – boekweitpannenkoeken - Marokkaanse sardientjes – Turkse Schapenbout - Boterhammen met kaas en kop – Frieten – BBQ-worsten - IJsjes – Varken aan het spit - Broodje bakpao – de ‘Get well soon Lemmy snack’ PS: Wist u trouwens dat er het eerste jaar slechts één enkel kraampje opgesteld was waar het volledige aanbod van eetwaren samen verkocht werd? 95


40 jaar Lokerse Feesten

96


medewerkersrestaurant Tijdens de beginjaren van de LF at de medewerker thuis zijn boterhammetjes voor hij naar het feestterrein trok. Had hij daar nog een beetje honger dan ging hij vlug om een paardenworst of een hot-dog en hij kon er weer tegen. De steeds groter wordende opkomst zorgde er na enkele jaren echter voor dat de medewerkers op het moment dat ze effectief honger kregen al niets meer konden krijgen voor hun medewerkersbonnetje. De eetkramen raakten immers vrij snel uitverkocht. Dit gegeven en het feit dat een pak medewerkers steeds vroeger naar het plein kwamen om het plein goed te zetten, te helpen koken, soundchecks te bekijken en niet te vergeten, Loburg te drinken, zorgde ervoor dat de gewoonte ontstond om samen te gaan eten voor de feestelijkheden van die dag begonnen. Populaire pleisterplaatsen voor de medewerkers waren: De Gero/ Het fonteyntje, de T-Klub, in het zaaltje achteraan bij de Griek, en last but not least in De Klare Hemel, een restaurant dat geopend was door en in handen was van enkele LF-medewerkers. Het was onder andere de stem van Nico Baetens die de doorslag gaf om uiteindelijk zelf voor de medewerkers te gaan koken. Hij vond immers dat de medewerkers deftig moesten eten in plaats van zich vol te stoppen met rommel. En zo gebeurde het dat in 1991 in de bovenzaal van jeugdhuis De Okapi een heuse kookploeg aan de slag ging. Het menu werd op voorhand samengesteld en de prijs werd vastgelegd op BEF 200. Verse groenten, geen junkfood, dat waren en zijn vandaag nog steeds de belangrijkste spelregels om het menu op te stellen! In 1991 waren er ongeveer 250 medewerkers en tegen het einde van de week kwamen er daar toch al een 60-tal van eten. De laatste dag was er 97


40 jaar Lokerse Feesten dan een “verrassingsmenu” die eigenlijk gewoon op kaart werd gezet. De keuze viel op varkenshaasjes met kroketjes en groentekrans om alle voorraden en overschotten te kunnen opgebruiken. Al bij al is het menu weinig veranderd. De structuur is zeker hetzelfde: koud voorgerecht, hoofdgerecht en dessert. Het grootste verschil is echter dat de ploeg van 6-7 man in het begin iedereen aan tafel ging bedienen. Dat bleek al gauw onhoudbaar: klaarzetten, koken, afwerken, bedienen, nog eens extra rondgaan, afruimen en weer bedienen. Met het toenemend succes werd uiteindelijk overgeschakeld naar een systeem waarbij de medewerkers zelf aanschoven voor hun eten. De dienst begon rond 14:00 u en dat is eigenlijk niet veel veranderd, het werk op zich is niet meer te vergelijken. In die tijd kwam de kookploeg toe en moesten de aardappelen nog geschild en de groenten nog gekuist worden. Nu kan je daar niet meer aan beginnen voor 250 man, dus komen de aardappelen geschild en de groenten gekuist binnen. Alles gebeurde in primitieve en eigenlijk zelfs gevaarlijke omstandigheden. Het was daar te klein, er was niet genoeg koeling, het was er niet veilig en ook afwassen was een ramp. Met een kuip op en af de trap om te kunnen afwassen… dat is niet echt meer van deze tijd. Het spreekt voor zich dat de kookploeg een gat in de lucht sprong toen de schoolkeuken en de eetzaal van De Hagewinde als alternatief naar voor werden geschoven. Plotseling werkte men in een professionele keuken op het gelijkvloers en waren er niet alleen 2 eet-

98


medewerkersrestaurant zalen maar ook de tuin waarin de medewerkers met de beentjes onder tafel konden. Vandaag bestaat de kookploeg uit een 12-tal medewerkers maar medeoprichter Guy Van De Velde heeft intussen een andere functie binnen de LF. De koks zijn nog steeds dezelfde. André Podevijn is de chef, Marc Zaman zijn rechterhand en de rest van de crew doet de voorbereiding of staat in voor de bediening. André : We werken meestal zonder verlies, break –even is eigenlijk ons doel maar het is met veel plezier dat het bestuur de kostprijs voor de medewerker al sinds het begin op hetzelfde lage bedrag van € 5 houdt. Door de afbraak van De Hagewinde werd er alweer uitgeweken en momenteel wordt in de keuken van het Atheneum gekookt. De ploeg is tevreden met deze locatie want ook hier wordt zeer efficiënt gewerkt. Na de afwas en de opkuis gaat héél de ploeg rond 21:30 u samen naar het plein. En dan zit de dienst er definitief op. Tijd om te feesten en een pintje te drinken…

Anekdote: de oorbel Héél de ploeg wou zich op de LF graag een oorbel laten schieten maar Marc wou dat niet. Dus besloten de anderen om hem een poets te bakken. Marc had immers gezegd dat hij daar geen geld wou aan geven maar als het gratis was dan kon hij er mee leven. Zijn collega’s gingen naar een kraampje op de Grote Kaai en bekokstoofden daar met een verkoopster dat ze hun vriend met de zwarte krullebol die er straks bij zou zijn een gratis oorbel ging aanbieden. Zij betaalden de oorbel en gingen Marc halen. Deze kon niet anders dan toestaan en zo heeft Marc die week toch een paar dagen met een oorbel rond gelopen! 99


40 jaar Lokerse Feesten

100


andersvalidenpodium In het jaar 2002 besteden de LF extra aandacht aan de toegankelijkheid van het terrein voor personen met een handicap. Rolstoelgebruikers kunnen vanaf dan ter hoogte van het Durmebad, in een zone speciaal voor hen gereserveerd, dichtbij de ingangen parkeren. Ook zij willen immers het festival voor geen cent missen, maar omwille van hun mobiele beperkingen is dit niet altijd een evidentie. Het is voor hen onmogelijk om vooraan te geraken. Achterin het terrein vormen de valide bezoekers dan weer een levende muur waarover geen uitkijken mogelijk is. Speciaal voor hen wordt daarom ook een verhoogd podium gebouwd van waarop ze de optredens kunnen volgen en zijn er dagelijks twee vrijwilligers exclusief voor hen ter beschikking. Het speciale platform staat dat eerste jaar zowat centraal achteraan het terrein, maar de gebruikers vinden het zicht op het hoofdpodium een aandachtspunt voor de toekomst. Vanaf 2008 verhuist het platform dan ook in verbeterde versie naar een hoek van het terrein, ter hoogte van de VIP-ingang en Toog 1.

101


40 jaar Lokerse Feesten

102


P.A. Wanneer je ons terrein opwandelt zie je in de richting van het podium op een strategische en centrale plaats een héél hoge, in zeildoek verpakte toren staan. Deze PA-toren staat er niet zomaar. PA komt van het Engels en is de afkorting van “Public Adress”. In het Nederlands vertaald en uitgelegd wordt dat dan: de geluidsinstallatie die gebruikt wordt om de muziek die op het podium gespeeld wordt te versterken. Met andere woorden, vanuit die toren wordt het geluid op het plein geregeld. We schrijven 1975. Amateurisme is nog troef. Robert Verleyen en Jacky De Munck - 2 leden van Mango zullen de 2 eerste jaren instaan voor het geluid op het plein. Zij bezitten 2 grote boxen en elk een klein mengpaneel. Zij posteren vlak voor het podium en pluggen daar alle kabels rechtstreeks in hun samengekoppelde muziekinstallatie. Twee plastic zeilen moeten de installatie beschermen tegen de regen. Waarom ze zo dicht zitten? De kabels van de micro’s en de instrumenten zijn niet lang genoeg om verderaf te gaan zitten. Mango wordt beloond met 4 optredens op 2 jaar tijd. Robert Verleyen zal uiteindelijk de muzikant worden die in verschillende gedaantes (o.a. Mango, Glitter Galvanaise Rok en Rol Band, Juice of the Barley) de meeste optredens op de LF op zijn naam zal schrijven! 1977 – De geluidskwaliteit moet beter en dus wordt er in zee gegaan met de Lokerse firma van Jacky Pauwels, een man met ervaring. Ook hij kampt met dezelfde praktische problemen als zijn illustere voorgangers. Hij heeft wel een camionette die hij voor het podium kan zetten om van daaruit het geluid te regelen maar ook hij wordt geconfronteerd met het probleem van de “ kabels van 4 meter”. Jacky Pauwels is ook de man die de “haut-parleurs” levert die op de auto gemonteerd worden waarmee men de week voor de LF in Lokeren al rijdend reclame maakt. De lichtfirma waarmee we op dat moment werken is Speelman uit Eksaarde. Zij zullen jarenlang instaan voor de verlichting op het podium, de grote tent en zelfs die op het plein. 103


40 jaar Lokerse Feesten In 1979 komt er eindelijk een toneeltoren van waaruit het geluid en licht kunnen geregeld worden. De kabels zijn intussen langer en de kwaliteit stijgt gestaag. Blijkbaar was de kwaliteit toch nog niet goed genoeg want in 1982 wordt beslist om de duurdere, maar ook betere, Mark Bisaerts aan te trekken. Hij zal tot en met 1987 achter de knopjes van het geluid te vinden zijn. In 1988 doet ALC zijn intrede als licht- en geluidsfirma en we werken nog steeds met dezelfde pioniers als toen. René Geernaert: Ons team bestaat uit 20 man terwijl dat op de Vismijn ten tijde van Mark Bisaerts nog met 3 man kon geklaard worden. Mark deed het geluid, zijn vrouw het licht en nog iemand anders bediende de monitors op het podium. Toen wij daar overnamen waren we ook amper met 4 of 5. Bijna alle groepen hebben tegenwoordig een technicus mee. Wij krijgen een technische fiche en zorgen dat alles hieraan voldoet, wij begeleiden, maar voor de rest neemt die technicus van ons over en moeten wij eigenlijk babysitten. De grootste evolutie qua geluid is dat alles evolueert van analoog naar digitaal. Zo kiezen de meeste geluidstechnici nu voor een digitale geluidstafel. Een andere evolutie is het feit dat je destijds alles wat de PA betrof moest leren met vallen en opstaan. Nu is het een beroep. Ik herinner me nog hoe we destijds luidsprekers van een bepaald type namaakten voor eigen gebruik, toen we die dingen uitprobeerden klonk dat de helft van de keren alsof ze kapot waren. Dat bleef zo, tot men mij vertelde hoe je alles correct moest aansluiten. Nu koop je een systeem en dat staat volledig op punt, dat is gewoon plug and play. Het verschil tussen vroeger en nu bestaat erin dat je vroeger 20 luidsprekers op elkaar stapelde terwijl dat nu één grote luidspreker is (weliswaar in 20 stukjes verdeeld om te kunnen vervoeren). Vroeger deden we het qua belichting met spots op aluminiumrails en moesten we bij elke groep telkens andere kleurfilters steken. Nu zijn het allemaal bewegende spots die je alle kleuren kan geven en waarmee je van de ene naar de andere positie kan gaan, met een focus gaande van breed tot smal. Je kan er ook allerlei beelden mee projecteren. Ook Beo geeft nog wat info mee: Met de jaren is het podium groter geworden, zijn de groepen groter geworden en dus ook de verantwoorde104


lijkheden. Vroeger kwamen er wel meer groepen opdagen zonder mixer en dan mixte ik hun muziek vanop het podium. Kwam er toch een mixer mee dan mocht ik die assisteren. Wat er nu meer en meer gebeurt is dat groepen zelf hun mengtafel meebrengen en aansluiten op ons systeem. Vroeger was dat allemaal veel losser terwijl dat dit nu allemaal veel strikter dient te gebeuren. Op het podium ben ik eigenlijk de afstandsbediening tussen de muzikant en de mengtafel. Soms komen ze gewoon toe met een USB- stick en moeten wij de tafel voorzien zodat ze hun sessie kunnen inladen en dan staat alles netjes ingesteld zoals de show ervoor. Nieuw in vergelijking met vroeger zijn de draadloze SMOS, de draadloze micro’s en oortelefoontjes. Alles vergt ook veel meer voorbereiding dan nu. Vroeger stuurden die bands hun fiche op met al hun instrumenten en benodigdheden. Ze kwamen toe, plugden hun instrumenten in en gaven er een lap op.

Anekdote: even wachten meneer Byrne David Byrne (Talking Heads) staat klaar om aan zijn set te beginnen, maar bovenaan in de nok van het podium zit nog een medewerker van ALC en dus moet Byrne wachten tot die man veilig en wel terug op de begane grond is. Alle lichten op het podium zijn gedoofd, maar de man wordt door zowel het publiek als door de artiest zelf gevolgd en met een heus applaus begeleid in zijn klimwerk. Wanneer hij weer veilig op de grond staat kan David Byrne eindelijk van start gaan.

105


40 jaar Lokerse Feesten

106


pers en publiciteit In tegenstelling tot nu, vindt de persconferentie het eerste jaar van de LF pas plaats na het evenement. De reacties zijn lovend positief en er worden reeds concrete plannen gesmeed voor de volgende editie. De eerste jaren wordt er nog rondgereden met een wagen voorzien van een luidspreker bovenop het dak. In het tweede levensjaar volgt een publicitaire aankondiging in Het Reklaamblad. De allereerste reporter op het plein was Ronny Van Langenhove. Hij bracht toen verslag uit voor Het Vrije Waasland. Maar ook Marc Bussensen en Jan Keppens schreven toen al artikels over de feesten. Het heeft jaren geduurd voor we eindelijk een beetje weerslag kregen in de nationale pers. Tot grote telleurstelling van de organisatoren werden we héél lang genegeerd. Hier en daar eens een gespecialiseerd artikeltje in de Morgen of zo, maar verder ging dat niet. Onder de persfotografen op het plein noteren we voorts de namen van Lucien De Schrijver, Paul De Malsche en Daniël Michiels. Reeds van bij het begin wordt er druk getypt en gestencild om de bezoekers te lokken met een tastbaar bewijs van een mooi programma. Dat dit soms meerdere keren in de week moest gebeuren omdat het programma te elfder ure nog wijzigde dat was slechts een klein detail. Eind jaren tachtig wordt de programmafolder ook op andere festivals geflyerd en krijgt ook de affiche haar plaats op de hiervoor voorziene publiciteitsruimtes. Naast het programma dienen hierin telkens twee zaken heel duidelijk vermeld: gratis en Oude Vismijn. Er wordt een speciale poststempel gemaakt die ook de week na de Feesten nog wordt gebruikt en waarmee dagelijks gemiddeld 8000 poststukken in het postkantoor worden afgestempeld. In 1988 zendt Studio Brussel met Paul De Wijngaard verscheidene malen live uit vanop de Oude Vismijn, iets wat ongelooflijk veel airplay oplevert voor de LF. Zo nu en dan is er ook live-captatie van korte muzieksessies en dit van ondermeer Luke Walker Jr., Roland en Johan Verminnen. Radio Lora is op dat moment echter al vele jaren van de partij om tijdens de LF korte interviewtjes te doen. In 1990 moeten zij uitwijken naar de Groentemarkt waar ze hun bus in camouflage verpakking dienen te hullen omdat Studio Brussel elke associatie met vrije radio’s wil vermijden. Radio Lora zorgt dat jaar voor de video-interviews tussen de optredens. Pas met de verhuis van de Feesten naar de Grote Kaai, is er voor het eerst echt sprake van een perscentrum. Fotografen en verslaggevers van de regionale en nationale, later ook internationale pers, vinden er vanaf dan een mobiele werkplek. Hiervoor dienen zij over een geldige accreditatie te beschikken en dienen de huisregels strikt gevolgd. Een 107


40 jaar Lokerse Feesten eigen werkgroep pers verzorgt de organisatie en zorgt ervoor dat zij onder de beste omstandigheden hun opdrachten kunnen uitvoeren. Zij staan ook dagelijks in voor de opmaak en distributie van de ‘persmap’ op het plein. Het is een bundeling van in zwartwit gekopieerde persartikels over de LF, uit de diverse kranten en tijdschriften. Elke werkplek op het terrein wordt hiervan voorzien, en de medewerkers maken er tijdens hun pauzemomenten dankbaar gebruik van, om zich van de meest actuele berichtgeving over hun LF, op de hoogte te brengen. Diezelfde werkgroep verzorgde destijds ook het persbericht wanneer nieuwe namen werden vrijgegeven. Dit werd met de reguliere post naar pers en medewerkers -in totaal zo’n 300 mensen- verstuurd. Vandaag gaat dit elektronisch naar zo’n 400 persmensen, 700 medewerkers en 50.000 bezoekers! In 2007 maakt Janez Detd-frontman Nikolas Van der Veken tien dagen lang een programma over het verloop van de LF in opdracht van de regionale televisiezender Tv Oost. Het jaar daarop kampeert radio­ presentator Stijn Van de Voorde op de Grote Kaai in opdracht van zijn werkgever, Studio Brussel. Zij zenden tijdens het weekend twee dagen live uit vanop de LF. Vanaf dan keert StuBru zowat jaar na jaar terug met live uitzendingen van ‘All Areas’. De Amerikaanse rappers van Wu-Tang Clan tekenen in 2010 voor een primeur in de geschiedenis van de LF. Voor het eerst mogen fotografen geen beelden maken van een concert. Doorgaans krijgen die de tijd om tijdens de eerste drie nummers van de optredens hun beelden te schieten (‘no flash!’), maar deze keer dus niet. De steeds grotere naamsbekendheid van de LF zorgt automatisch ook voor meer en meer media-aandacht. De horde fotografen, redacteurs en teams van radio- en televisieploegen die jaarlijks op de Grote Kaai neerstrijken, wordt dan ook steeds groter. Hiernaast staan dagelijks ook nog eens een vijftal huisfotografen op scherp om een selectie van hun beste shoots van sfeerbeelden van optredens, bezoekers en medewerkers op de website te posten. Naast de affiche en de handige programmaflyer is de website van de LF zonder twijfel de belangrijkste publicitaire schakel in eigen beheer. Hierop vindt de bezoeker de meest actuele info over het programma, de artiesten, de ticketverkoop en de speciale arrangementen. De laatste jaren stuurt de online ticketverkoop de bezoekersaantallen van de website nog meer de hoogte in. Zo is in de aanloop naar de jubileumeditie, de avond van 5 augustus met Neil Young & Crazy Horse als headliner, reeds in enkele dagen uitverkocht! Een primeur alweer in de rijke geschiedenis van het festival. Ook op andere sociale netwerken laten de LF zich de laatste jaren niet onbetuigd. 108


109


40 jaar Lokerse Feesten

110


plein Niets heeft de LF de laatste jaren - en bij uitbreiding bijna de volledige 40 jaar - meer beroerd dan de locatie ervan. In de beginjaren was de grootte van het terrein geen onderwerp van discussie. Het enige noemenswaardige probleem dat zich toen stelde was een muurtje dat in de weg stond. Men wou het podium op een braakliggend stuk grond plaatsen om meer ruimte voor het podium te verkrijgen. Om dat te doen slagen, brak men elk jaar een muurtje af, het podium werd opgesteld en uiteindelijk ook weer afgebroken en na de LF werd het muurtje door de leerlingen van de vakschool tijdens de lessen praktijk weer tot op de juiste hoogte gemetst. Iedereen tevreden! Brief aan Jos Van Driessche van wasserij De Lelie 24/05/76 Geachte heer, In aansluiting op ons mondeling onderhoud op de Technische Dienst, in verband met het plaatsen van de mobiele stadskiosk op uw eigendom gewezen wasserij De Lelie, vragen wij dit nu schriftelijk aan. De kiosk zou geplaatst worden op 29 juli en afgebroken op 16/8/76. Zij zou komen te staan met het voorzicht op de parking van de Kleine Kaai. Wij zouden de muur afbreken tot de hoogte van de kiosk (+ 1.0 en nadien terug op metsen tot huidige hoogte. Verder zouden wij geen toegang nemen tot het terrein, zodat de poort (onlangs geplaatst) dicht kan blijven. In de hoop op een gunstig schriftelijk antwoord, groeten wij U met de meeste hoogachting, Namens het Komitee Lokerse Feesten

Waar de oorspronkelijke keuze voor de Kleine Kaai op zich weinig of geen vragen opriep is dat na enkele jaren toch vrij snel een twistpunt geworden. Die discussies hadden in eerste instantie vooral met veiligheid te maken. Ondanks het feit dat er na enkele jaren een aantal kleine huisjes afgebroken waren bleek de capaciteit van De Oude Vismijn al gauw niet meer aangepast aan de bezoekersaantallenexplosie van de jaren ’80. Een programmawijzi111


40 jaar Lokerse Feesten ging drong zich op en gedurende enkele jaren kon men de druk op die manier van de ketel halen. De twijfel of de LF op die manier konden blijven duren werd echter niet uitgeroeid en in 1994 werd het uitblijven van de afbraak van de resterende huisjes op de Oude Vismijn de druppel die de emmer deed overlopen. De LF verhuisden naar de Grote Kaai uit veiligheidsoverwegingen. In 1995 worden de laatste huisjes op de Vismijn gesloopt maar dat verandert niets meer aan de situatie . De Oude Vismijn is intussen al voor het 2de jaar de locatie waarop de Fonnefeesten worden georganiseerd en die zijn niet van zin om daar mee te stoppen, net zomin als de LF zinnens zijn om hun nieuwe spot de rug toe te keren. De eeuwwisseling is goed en wel achter de rug wanneer in 2001 de aanslepende geruchten omtrent een mogelijke gedwongen verhuis weg van de Grote Kaai, steeds hardnekkiger worden. Er komt een belastingkantoor en misschien ook een vredegerecht op de plaats waar nu een groot deel van de festiviteiten plaatsvindt. Het ziet er dus héél sterk naar uit dat de LF moeten uitwijken naar een nieuwe locatie. De wil om een “stadsfestival” te blijven is groot en er wordt dus met veel hoop naar het stadsbestuur gekeken om te helpen zoeken naar een geschikte locatie. Uitwijkmogelijkheden zoals het atletiekterrein, het terrein naast het station, Park Ter Beuken en het schuttersplein worden onder de loep genomen. De knoop wordt doorgehakt! Dankzij uitstel van bouwen door de betrokken administratie kunnen de LF in 2002 voor de laatste maal over het terrein beschikken, maar in 2003 zal het hele circus naar het schuttersplein verhuizen. De plannen worden echter weer afgeblazen. Veiligheids- en andere overwegingen doen het stadsbestuur besluiten om de toelating in te trekken. Een mogelijke verhuis verder uit het stadscentrum wordt overwogen maar uiteindelijk overwint ook hier het gezond verstand. De LF kunnen op de vertrouwde locatie blijven. De as van het terrein zal weliswaar verschuiven en het podium wordt nu tegen de sporthal gebouwd maar het belangrijkste is dat er niet meer over een verhuis gesproken wordt. Nu het terrein zich niet meer in de lengte naast de straat uitstrekt en eigenlijk een andere vorm gekregen heeft, wordt het zelfs nog iets groter dan voorheen.

112


In 2004 wordt de stad Lokeren volledig eigenaar van het terrein en in september 2005 wordt het terrein geasfalteerd en ingericht als parking. De LF en hun bezoekers zijn in hun nopjes want van oorspronkelijke plassenrijke vlakte is niets meer te zien. Wat meer is, tijdens de werken is er ook rekening gehouden met de LF en zijn er tal van nutsvoorzieningen mee in de ondergrond verwerkt. In 2008 steekt het verhuisspook weer de kop op. Grootse plannen om de stadskern uit te breiden met een woon- en winkelzone doen de organisatoren weer bibberen. Op de terreinen van MPI De Hagewinde, de textielfabrikant Bergez en peperkoekbakker De Vreese zouden er immers 300 gezinswoningen en 17.000 vierkante meter winkels komen. Er komt ook een grote ondergrondse parking. In 2011 start de Lokerse kermis een week vroeger dan anders. Dit om de aannemer van de vernieuwde markt zo snel mogelijk opnieuw aan de slag te laten gaan na het bouwverlof. Vanaf dat moment wordt de backstage verplaatst van de traditionele plaats tussen zwembad en sporthal naar de terreinen van De Hagewinde. 2013 is dan weer het jaar waarin de LF voor de allerlaatste keer op deze locatie zullen doorgaan. Door de bouw van de appartementen wordt de noodzakelijke ruimte voor de LF te klein. Er is immers bijna geen plaats meer om de backstage op een deftige manier te organiseren. Opnieuw breekt een periode aan van onzekerheid en twijfel. Zowel de LF als het stadsbestuur zouden liefst van alles hebben dat de LF niet moeten verhuizen. Maar om dat te realiseren moeten er oplossingen komen voor een aantal praktische problemen. Die worden uiteindelijk ook gevonden. Het resultaat is dat er een akkoord gesloten wordt tussen de LF en het stadsbestuur zodat er weer voor een aantal jaar zekerheid bestaat omtrent de locatie. De backstage verhuist nogmaals en komt nu voor een groot deel op de parking van het zwembad en in de Lokerse Sporthal. De evenementenzaal blijft de thuisbasis voor de Red Bull Elektropedia Room.

Indeling van het plein De indeling van het plein is een titanenwerk waar Peter Aelterman en Patrick Smet voor tekenen. En tekenen is wel degelijk het juiste woord in deze context. Elk jaar wordt minutieus afgemeten hoeveel ruimte elke kraam, elke koelcel, elke doorgang, elk toilet, kortom alles wat er op ons plein zal staan, in beslag zal nemen en dat wordt dan zodanig 113


40 jaar Lokerse Feesten op de computerkaart verschoven tot alles op de juiste plaats staat. Pas wanneer dat plan klopt als een bus, kan er begonnen worden met de opbouw. Containers worden dus niet lukraak neergestrooid, neen, dat is echt centimeterwerk. Ooit werkte dit duo nog met een maquette met houten blokjes om zo op schaal alle mogelijkheden uit te proberen alvorens tot het plaatsen van de containers en tenten over te gaan.

Pijlen & Zeilen Wanneer het podium, de PA en alle containers en tenten eindelijk op het plein zijn opgesteld volgt er nog een decoratiefase. De werkgroep “Pijlen & Zeilen” heeft er sinds 2013 voor gezorgd dat héél het festivalterrein letterlijk een decor wordt met een specifieke look & feel. Iedereen herkent intussen de hond bij de luidspreker, de sanseveria’s en de bomma met de koptelefoon. Ook de sponsors zijn volledig ingewerkt in dit concept. De grote zeildoeken en de schreeuwerige reclames zijn nu o.a. vervangen door knap verlichte kaders en een muur van logo’s aan de ingang van het terrein. Zelfs voor u een voet op het terrein zet wordt u al ondergedompeld in de LF-sfeer! Diezelfde werkgroep is ook verantwoordelijk voor de vernieuwde bewegwijzering buiten en op het terrein. Tenzij u zelf de weg graag kwijtraakt wordt het nu letterlijk onmogelijk om nog verloren te lopen.

Opbouw en afbraak Waar men in de beginjaren een dag of 2-3 nodig had om het plein klaar te maken begint men nu al 10 dagen voor de start van de LF aan de opbouw van het terrein. Peter, Patrick en Robert Van Peteghem zullen samen met hun meer dan 100-koppige crew op iets meer dan een week een lege parking omtoveren in een levensecht festivalterrein. Kranen, vorkliften, hamers, sleutels, boren, 114


plein colsonbandjes, Herashekken, houten balken en nog zoveel meer zijn de wapens waarmee deze bende aan de slag gaat. Medewerkers aan opbouw/afbraak terrein worden voorzien van veiligheidskledij en nemen kennis van de geldende afspraken en veiligheidsvoorschriften. De verantwoordelijken van het terrein beschikken sinds dit jaar over drie ‘meestergasten’ ter ondersteuning van hun zeer omvangrijk takenpakket.

Het loon van deze opbouw/afbraakploeg vraagt u? Geen loon meneer, zij ontvangen een gratis abonnement en een aantal bonnetjes voor tijdens de LF en dat is het dan! Ook deze medewerkers zijn vrijwilligers! Wanneer alle tenten en containers geplaatst zijn wordt overal water en elektriciteit geïnstalleerd en komen de sponsors langs om hun standen te installeren. De dag erna worden alle tapmaterialen geleverd en kunnen de toogverantwoordelijken eindelijk hun togen ook binnenin gaan inrichten en versieren. Elk jaar weer een ander thema en een andere versiering zorgen voor de sfeer binnen in de togen. De eerste dag van de LF begint de praktische voorbereiding voor de LF van volgend jaar want uit alle fouten of problemen wordt geleerd! Wanneer de laatste noot van het 10-daagsfestival weerklinkt is dat het sein voor iedereen om zachtjesaan weer aan afbreken te denken. Alle kabels en contactdozen worden netjes opgerold en verzameld, de versieringen ontmanteld, de frigo’s leeggemaakt en de vaten afgekoppeld. Tegen maandagmorgen is het festivalterrein niet meer te herkennen en tegen maandagavond resten enkel nog de tenten en de containers. De afbraakploeg zal nog ruim 10 dagen verder werken om alles weer

115


40 jaar Lokerse Feesten af te breken. Tegen eind augustus is het terrein opnieuw een stadsparking uit 13 in een dozijn. Maar wacht, binnen 11 maanden……….. Robert Van Peteghem: “In totaal werken er 66 vrijwilligers mee bij de opbouw. In totaal loopt er toch telkens een honderdtal man rond elke dag, zoals toogvrijwilligers en security”, zegt de terreinverantwoordelijke. “Vrijwilligers kunnen meehelpen van zodra ze 18 zijn geworden. Maar er is ook veel variatie in de leeftijd, want de oudste opbouwvrijwilligers zijn 62 jaar. Ze komen meehelpen voor het plezier, en om bij de bende te zijn.

Het materiaal Vandaag wordt alle materiaal dat we op het terrein gebruiken gekocht of gehuurd. Maar het is ooit anders geweest. Van in het begin werd er héél vaak en gretig beroep gedaan op de medewerking van de stadsdiensten. De stad stelde van in het begin volgende zaken ter beschikking: • kiosk met voor- en zijaanbouw voor elektriciteitshok in voorzicht van geluidstoren • onderdak voor lichtinstallatie • 2 stratenmakerswagens • vlaggenmasten • opbergwagen elektrisch materiaal • 5 kraampjes met treden • nadarafsluitingen voor podium, kraampjes en voor straatafsluitingen • 2 wateraansluitingen • 10 ijzeren vuilnisemmers • 12 multiplexplaten • reclameborden van de stad met de affiches van de LF erop

Afval Wie feest houdt op een openbare plaats moet ook rekening houden met afval, véél afval. De reden waarom we al van in het begin grote vuilnisemmers aan de stadsdiensten vroegen is wel duidelijk. Dat we er jaar na jaar meer nodig hadden en dat die oude emmers uiteindelijk vervangen werden door heuse afvalcontainers zal ook wel voor niemand een verrassing zijn. Met de komst van de plastic bekers werd afval pas echt een belangrijk gegeven. Plotseling moest héél het plein echt elke nacht gekuist worden. Daarvoor werden de togen natuurlijk al elke dag gekuist, eerst door de medewerkers zelf, daarna door niemand minder dan Lieve Bogaert die onze eerste echte “togenopkuiser” werd. In 1990 worden de LF gesponsord door CIBO die elke nacht het plein zullen opkuisen. Dit zal een aantal jaren duren. 116


Vanaf 2002 wordt afval een onderwerp dat door het stadsbestuur en IDM hoog op de agenda geplaatst wordt. De LF en de Fonnefeesten worden vanaf nu ook verantwoordelijk gesteld voor het afval van de eetstandjes nabij hun terrein. Op het terrein zelf starten de LF met selectieve afvalophaling. Jan Cools in 2004: ,,Het plan om de afvalberg klein te houden, omvat strikte maatregelen. Door de gemeentelijke wetgeving is het uitdelen van flyers en folders op de openbare weg verboden. Dat is al een eerste wapen in de strijd tegen het zwerfvuil. Daarnaast staan overal op het terrein containers waarin we het afval selectief ophalen. ,,Zelf beperken we de hoeveelheid afvalverpakking aan onze eet- en drankstandjes. De meeste dranken zitten op vat, of in kleine of grote flessen. Dranken in blik worden alleen gebruikt wanneer ze niet op fles in de handel te verkrijgen zijn. Waar mogelijk worden dranken in glas geschonken: in de Plongeur, de VIP-tent en backstage’’. Naast de medewerkers van IDM die héél de week massa’s uren presteren om Lokeren rein te houden is er ook hulp van de medewerkers van Spoor Twee, een tewerkstellingsproject voor werkzoekenden die vooral op de 2 feestterreinen opereerden. In 2008 start men met een project waardoor verzamelde petflesjes kunnen worden ingewisseld voor drankjetons. Dit is een groot succes met maar liefst 42.000 gesorteerde flesjes! Ook de plastic dopjes werden apart ingezameld op de Lokerse Feesten. Er werden er zo’n 120.000 in de daarvoor bestemde containers gestopt. De dopjes worden aan de vzw Blindengeleide honden gegeven. Die bekostigt met de opbrengst daarvan de opleiding van de honden. Sinds jaren zijn milieucoördinatoren Geert Van Laere en Miguel Houthooft de mannen achter het grote afvalplan. Geert Van Laere vertelt: mijn toenmalige werkgever IDM vroeg mij op een bepaald moment om recyclage op de LF op te starten. Samen met Jan Cools heb ik dat dan ook gedaan maar na een 3 à 4 jaar werden de vragen van IDM zo talrijk dat we toen een echt afvalplan schreven. Het plein is nu opgedeeld in 6 zones, elk met zijn mini-containerpark. Dat gebeurt in samenspraak met de mensen van het terrein. Het was een moeizaam proces om te mensen te mobiliseren(zowel bezoekers als medewerkers) om te sorteren en te recycleren. Momenteel loopt er steeds 6 man rond langs alle togen om volle zaken op te halen en ze weg te brengen naar het containerpark. Wanneer een recyclagezak vol is(papier, karton, kurken, blik, glas, etc. ) dan is die binnen het uur weg. Overdag worden alle vuilbakken weer goed gezet, en onder de morgen rond 7u heb ik dan contact met IDM om alle bestellingen van vuilniszakken te doen en de afhalingen te organiseren. 117


40 jaar Lokerse Feesten

118


hoofdpodium Wat schrijf je in godsnaam over een podium? Meer dan een houten plankenvloer en een stel buizen die overspannen worden met een zeildoek is dat toch niet? Heel rudimentair gezien klopt dit natuurlijk, maar over de podia die op de LF de revue gepasseerd zijn valt écht wel wat meer te vertellen. De eerste jaren doet de stadskiosk dienst als podium. De LF huren deze kiosk van de stad en betalen voor elke editie de overeengekomen huursom. In 1985 bedraagt die BEF 10.000. De binnenkant van het podium wordt versierd met alles wat er maar kan bedacht worden en achteraan prijkt er meestal een groot plakkaat waarop ‘Lokerse Feesten’ staat. Huis De Backer zal gedurende vele jaren het podium opfleuren in zomerswarme tinten. Vooraan het podium sieren dan immers verschillende bloembakken de meest bekeken plek op de Oude Vismijn. In 1986 raast een windhoos over het terrein en blaast zowat alles op zijn weg tegen de vlakte. Een ware ravage wordt aangericht en bij het overschouwen van die puinhoop denken velen dat dit het einde betekent van de twaalfde editie. De schare vrijwilligers waarover de LF beschikken zijn gelukkig niet snel uit hun lood te slaan. Er wordt een noodpodium in elkaar getimmerd en alles wordt klaargestoomd om op zondagavond toch een beperkt programma te kunnen afwerken. Ook de collega’s van het dubbel rockfestival Torhout-Werchter steken een helpende toe. Wat dan nog overeind staat van de vernielde kiosk wordt afgebroken en maakt plaats voor het van Noël Steen gehuurde Torhout-podium, dat in sneltreinvaart wordt opgebouwd. Het is een huzarenstukje dat men niet één maar tweemaal moet klaren. Op donderdag moet immers dat podium – althans het dakgedeelte - dienst doen in Francorchamps en dient het te worden vervangen door dat van Werchter! Deze editie wordt meteen één van de meest memorabele en tegelijk meest hectische uit het bestaan van de LF. De Beeze (Patrick Berckmoes): “We zaten in crisisvergadering in de T-Klub, ik wreef op een bepaald moment in mijn haar en had een hele pluk mee! Ik had in 72 uur geen oog dichtgedaan!” De passage van de windhoos bracht naast een pak vernieling en improvisatie bij de heropbouw ook een kentering teweeg in de infrastructuur, meer specifiek, het podium. Eens je de smaak te pakken hebt van wat een modern en aangepast podium te bieden heeft, wil je natuurlijk niet meer terug. Vanaf 1987 wordt dan ook het podium van Torhout verder gebruikt. Meer dan tien jaar later, we schrijven 1998, is het podium aan ‘een nieuwe look’ toe. Het beslaat nu zowaar de volledige breedte van het terrein op de Grote Kaai en wordt als een kunstwerk van Christo volledig in witte plastic ingepakt. Zodoende wil men een soort van witte muur creëren waarop projectie mogelijk wordt.

119


40 jaar Lokerse Feesten In 2003 rijst een fonkelnieuw podium als een kathedraal van staal en kunststof trots ten hemel en kijkt uit op een volledig hertekend feestenplein. Het indrukwekkende podium is dan niet langer naar de kerk gericht, maar schuin in de richting van de Koophandelsstraat. In 2006 wordt er een soort van catwalk als verlengstuk aan het podium voorzien. Iets wat lange tijd onontgonnen terrein voor de meeste artiesten blijft en de jaren daarop dan ook in looplengte wordt ingekort. Jo Pongkoek (Jo De Vreese) is sinds 2003 podiumverantwoordelijke voor de LF. Met hem beklommen we de trappen van dit werkelijk imposante LF-podium - Jo’s tweede residentie tijdens de Feesten - en lieten ons inwijden in de geheimen van deze muziektempel. “Ik nam de taak van stagemanager destijds over van de Lothar Steidler die beroepshalve naar Ierland uitweek. Hij bezorgde me zijn map met alle riders en wees me op de dingen waar ik moest op letten, waarschuwde me voor de verborgen ‘triggers’ en leerde me het systeem van ‘de blokjes’. Het dubbele podium (Stageco) dat we de laatste jaren gebruiken biedt enorme voordelen. Zo beginnen we elke middag met een leeg podium en ’s nachts na half drie is dat opnieuw het geval. Het materiaal van de eerste groep wordt klaargezet, maar voor die ook maar één noot gespeeld hebben staat ook alle materiaal van de andere artiesten die avond reeds klaar in het tweede gedeelte! Zo staat bijvoorbeeld op de metaldag het materiaal van 5 groepen volledig klaar in het achterste podiumgedeelte. Als stagemanager voel ik me altijd een beetje als een zeer kort op de bal spelende magazijnier. Als er één rider is die je altijd moet gelezen hebben, dan is het zonder twijfel die van Iggy & The Stooges. Het is als een boek, waarvan je het bij momenten best grappige verhaal moet lezen, om aan de weet te komen waaraan je als organisator precies moet voldoen.”

120


Met de groei van het festival en het zich steeds grotere dimensies aanmetende hoofdpodium, steeg met de jaren ook het aantal stagehands die nodig zijn om dit alles in vlotte banen te leiden. Momenteel zijn er dat reeds een twintigtal. Naast het materiaal dat de artiesten zelf meebrengen huren de LF ook zelf nog heel wat muziekmaterialen (vleugelpiano, gitaren, keyboards,….).

Ankdote: gEwicHTIg videoscherm In 2009 staan op de openingsavond 2ManyDj’s en Fatboy Slim op het programma. Die laatste moet kunnen beschikken over een zwaar scherm met een redelijke resolutie. Op zich geen probleem, want het podium kan dit qua gewicht nog net aan. 2ManyDj’s laten echter weten dat ze zelf een scherm zullen meebrengen. Wanneer naar het gewicht van dat scherm gevraagd wordt, krijgen we als antwoord: 2 ton! Er wordt Fatboy Slim dan maar gevraagd of de Dewaeles op zijn scherm mogen spelen. “No fucking way!” luidt diens antwoord. Beide schermen ophangen kan gewoon niet, want de kap van het podium kan dit onmogelijk aan. Wat nu gedaan? Er wordt ternauwernood in het midden van het podium een stuk vloer uitgebroken. De stelling die daaronder staat wordt doorgebouwd tot een stuk boven het podium en daarop wordt het scherm van Fatboy Slim gemonteerd. In de kap van het podium wordt vervolgens het 2ManyDj’s scherm opgehangen. 121


40 jaar Lokerse Feesten

122


secretariaat De plaats op het plein, waar tijdens de volledige duur van de Feesten het financiële luik wordt beheerd, is het secretariaat. De ontvangsten van de dag worden er -zoals dit destijds ook reeds het geval was- nog dezelfde dag geteld, ingeschreven in de boekhouding en naar de bank gebracht. Tot voor de intrede van de geldmachine werd er manueel geteld en zijn er toch nooit echt grote fouten gemaakt. Bij het bundelen van de biljetten gebeurde het wel al eens, dat er een briefje te weinig of teveel in de wikkel belandde. Dat kwam echter meer door het feit, dat met de jaren steeds meer mensen nodig werden op het secretariaat en die niet altijd over de ervaring en handigheid van het geld tellen beschikten. Bovendien werd er ook steeds meer en meer geld verhandeld. Jean-Pierre Rosseel: “De eerste jaren was het secretariaat van de LF geherbergd in een oude camionette die links voor het podium stond. Wanneer de groepen gedaan hadden met spelen, stapten ze van het podium naar de camionette en gingen daar hun gage halen. De eerste jaren werd het geld meegenomen naar huis, omdat je een deel ervan nog terug nodig had. Ik beschikte toen over een tasje waar al dat geld in stak en waarmee ik op het plein rondliep. Had men mij toen overvallen, dan zou dit zeer pijnlijk geweest zijn. Wij hadden geen reserves om mee te werken. Wat binnenkwam moest de dag erna weer gebruikt worden als wisselgeld of als betaling voor de artiesten. Een paar jaar later (6de of 7de jaar) deden we op een nacht onze zwarte zakjes naar de bank. Met twee stopten we die daar in een soort trommel met een luik. Eens het luik dichtgemaakt draaide de trommel en was het geld veilig. Die nacht had ik 5 zakjes met BEF 20.000 in het luik gestoken, maar de dag erna bleek de bank er slechts 4 te hebben geteld. Grote ontsteltenis bij de bank! Gelukkig bleek na een extra onderzoek, dat het zakje ergens vast was blijven steken in het mechanisme!” Aan het begin van de avond is het op het secretariaat vaak in de rij staan voor wie er wezen moet. Verantwoordelijken die de eet- en drankenkaarten van hun ploeg komen ophalen, garçons en medewerkers die dan hun startbox voor het bemannen van de kassa’s (inkom- en jetons) krijgen toevertrouwd, kruisen er elkaars wegen. Zolang er overal op het plein nog met geld kon worden betaald, was het secretariaat ook het afhaalpunt voor zowat alles wat je aan een eet- of drankentent nodig had voor het werk: handdoeken, portefeuilles, schorten, flesopeners,… Zelf zien de secretariaatsmedewerkers niet veel van het avondprogramma, daar rest immers weinig tijd voor. Op een tv-scherm kunnen zij, wanneer dat past, toch bij momenten de optredens volgen.

123


40 jaar Lokerse Feesten Met het invoeren van de jetons, de onlineverkoop van tickets en het elektronisch betalen, vermindert het volume aan te verwerken geld tijdens de tiendaagse aanzienlijk. De hoeveelheid aan kleingeld neemt drastisch af en ook de momenten waarop het geld wordt binnen gebracht zijn nu beter georganiseerd. Vroeger had elke toog of etenstent een kassa en op het einde van een festivaldag dienden die allemaal stuk voor stuk afgerekend te worden. Sinds het invoeren van de jetons zijn er nu een pak minder plaatsen in de festivalzone waar nog liquide middelen aanwezig zijn. Het afrekenen van ontvangsten van jeton- en inkomkassa’s gebeurt nu in vaste shiften en de jetons worden op geregelde tijdstippen op de verkooppunten her en der op het terrein door secretariaatsmedewerkers opgehaald. Daarna worden die machinaal geteld en worden de verkoopresultaten onmiddellijk ingeboekt en in kaart gebracht. Weten hoeveel pannenkoeken er op een welbepaalde datum 10 jaar geleden werden verkocht? Het antwoord laat nooit lang op zich wachten. Ook de medewerkers van de verschillende togen zijn geïnteresseerd in deze cijfergegevens. Het is immers een soort van jaarlijkse competitie geworden om de titel van best verkopende toog binnen te halen. Weten op welke avond het meeste vaten ooit op de Grote Kaai werden getapt? Secretariaatsverantwoordelijke Rony De Smet weet het in een muisklik terug te vinden: 4 augustus 2004 - Front 242 – 375 vaten! Elke kassamedewerker wordt gescreend. Deze taak dient immers ernstig, nauwkeurig en met het nodige verantwoordelijkheidsgevoel uitgevoerd. Deze ploeg levert echter prima werk en de meesten onder hen nemen elk jaar opnieuw deze taak met plezier ter harte. Het ‘systeem’ zit zo in elkaar dat de rekening altijd moet kloppen. Wanneer er te grote verschillen zijn, wordt dit met de medewerker besproken en wordt bekeken wat mogelijks fout is gelopen. Gebeurt dit meermaals dan wordt de medewerker van zijn taak ontheven. De vaste secretariaatsploeg bestaat de laatste jaren uit zo’n 6 à 7 medewerkers. Op het secretariaat kunnen de bezoekersaantallen op elk moment worden bekeken (aantal abo’s, tickets in vvk, verkochte dagtickets). Aan de hand van deze cijfers wordt beslist wanneer men tot een ‘sold out’ overgaat. Zo is het ook mogelijk om aan de hand van de voorverkoopcijfers, daags voordien reeds te bepalen hoeveel tickets men nog voor de dagverkoop aan de kassa’s dient te voorzien.

124


security De in- en uitgangen op de Oude Vismijn kenden in de beginjaren geen specifieke bewaking. Maar het kostbare materiaal en de drankvoorraden vragen al snel een wakend oog. De Lokerse brandweer wordt daar voor ingeschakeld. Op die manier kunnen de medewerkers elke nacht met een gerust gevoel naar huis. Gust Solusse is één van die legendarische “nachtwachten”. Op de Oude Vismijn was er nog geen sprake van georganiseerde security. Op momenten dat ingrijpen noodzakelijk werd, schakelde men de grootste of de sterkste onder de medewerkers in om de veiligheid te garanderen. Op extra drukke avonden hield ook de plaatselijke politie een oogje in het zeil. In 1982 nopen besparingsmaatregelen het stadsbestuur om, de stadstoelage voor de LF drastisch te verlagen én de kosten van de nachtbewaking niet langer op de stadskas te laten wegen. Een beslissing die kwaad bloed zet bij de organisatoren. Even wordt gevreesd dat de achtste editie van de kalender geschrapt zal worden. Het stadsbestuur vindt echter een oplossing voor de terreinbewaking en de mensen van de Civiele Bescherming worden ter vervanging van de vrijwillige brandweerlui ingeschakeld. Door de immense populariteit van een aantal groepen dienen begin jaren negentig noodscenario’s uitgewerkt, voor het geval er iets zou gebeuren tijdens de vlagen van massahysterie die bij momenten hoog oplaaien. De sfeer wordt daardoor zeer gespannen onder de medewerkers. Kelners kunnen niet meer op het plein, de eet- en drankenkramen zijn nauwelijks bereikbaar en de omzet is op die avonden zowat omgekeerd evenredig met het aantal bezoekers. Na de verhuis van de Feesten naar de Grote Kaai, kent het luik security een plots veel belangrijkere dimentie. In eerste instantie valt het securitygebeuren nog onder de verantwoordelijkheid van de podiummanager, maar al gauw zal Pascal D’Hollander die verantwoordelijkheid overnemen om met zijn ploeg het feestgebeuren in veilige(r) banen te leiden. Zo worden er op het terrein een aantal noodzakelijke verbeteringen aangebracht, 125


40 jaar Lokerse Feesten die de hulpdiensten en de securitycrew moeten toelaten om efficiënter op te treden. Ook wordt er voor het eerst, dit in samenspraak met de brandweer en de hulpdiensten, een evacuatieplan opgemaakt om het plein binnen de twee minuten te ontruimen. Eens de saturatiegrens van het aantal bezoekers bereikt is, wordt het terrein afgesloten. Vanaf 2002 is er 24/24 permanentie op het terrein. Jürgen Steeman heeft twaalf jaar ervaring in de securityploeg en is nu verantwoordelijke voor zowel frontstage als terrein. Hij weet ons te vertellen dat de huidige securityploeg bestaat uit zo’n 135 medewerkers, dat ze waken over veiligheid en ordehandhaving en zeker niet moeten gezien worden als een gevechtskorps. De bedoeling is problemen voorkomen en waar nodig ze op te lossen. Constant zijn de eigen interventieteams standby op het festivalterrein en waar ook er iets gebeurt kunnen die binnen de twintig seconden ter plaatse zijn. Zijn meest memorabele momenten zijn de avonden van The Cure en Willy Deville. “De avond van The Cure was ‘sold out’ en zowat overal rond het plein probeerden mensen zich over de afsluitingen toegang tot het terrein te verschaffen. Het was rennen van de ene naar de andere plek op het terrein. Toen ik Willy Deville naar het podium begeleidde vroeg hij mij of het mogelijk was voor hem een Duvel te halen. In ‘De Klare Hemel’ ging ik het blonde gerstennat halen en na het optreden kraakten we twee flessen cognac in zijn kleedkamer. Die avond heb ik niet meer gewerkt!” Specialist inzake beveiling en hoofd security van de LF is nog steeds Pascal D’Hollander. In de zomermaanden vind je hem zowat op alle festivals in de functie van veiligheidsman terug. Een hobby die heel veel tijd en inzet vergt, maar die volgens Pascal ook heel veel voldoening geeft. “De voorverkoop van tickets en abonnementen draagt heel veel bij tot de veiligheid van het festival. Op die manier kan immers een perfecte inschatting gemaakt worden van het aantal te 126


security verwachten bezoekers. Er worden ook nooit méér tickets verkocht dan de terreincapaciteit toelaat. Het drama in Duisburg (Loveparade), waar vijf keer meer mensen toestroomden dan verwacht, was eigenlijk zeer voorspelbaar. Hier is zoiets gewoon ondenkbaar. Het kan natuurlijk altijd dat er paniek ontstaat in het publiek. Wanneer zoiets zich voordoet worden de nooduitgangen geopend om zo snel mogelijk de druk te verminderen. Zowat elk hoekje en kantje op het terrein wordt met camera’s in de gaten gehouden. Vijftien in totaal, waarvan er drie kunnen inzoomen en ronddraaien. Op die manier beschikken we over de mogelijkheid om incidenten snel te lokaliseren en tegelijk snel in te grijpen. Ontsnapt een infiltratiepoging aan onze aandacht, dan registreren de bewakingscamera’s die sowieso. Het securityteam werkt ook preventief, aan de in-en uitgangen wordt wie ook maar enigszins verdacht lijkt, aangesproken en gecontroleerd. Gevaarlijke voorwerpen worden in bewaring genomen. Zo gebeurt het gemiddeld één keer per avond dat een bezoeker de toegang tot het terrein wordt ontzegd. Noemenswaardige incidenten zijn er de laatste tien jaar echter niet geweest.” De zone waarbinnen de securityploeg ook buiten de festivalsite mag optreden situeert zich tussen de Sportlaan en het Stadsmuseum. In deze zone nemen de mensen van de Civiele Bescherming een stuk van het werk over. Zij bewaken de toegangswegen aan het begin van de Sportlaan en aan het Durmebad en zorgen ervoor dat enkel voertuigen en personen met een geldig doorgangsbewijs hun weg naar de festivallocatie vinden . Vaak verketterd, maar steeds met de glimlach staan deze modelmedewerkers sinds jaren ten dienste van een evenement dat ook hen zeer na aan het hart ligt. Naast de crew van de Civiele Bescherming zijn ook de hulpverleners van het Rode Kruis elke dag standby. Niet weg te denken op elk festival en steeds met de brancard binnen handbereik. Security: vorm hier uw samenstelling met de woorden ‘pracht’ en ‘mensen’!

127


40 jaar Lokerse Feesten

128


smeerteven Ze zijn zo lief mijnheer, de dames van de boterhammentent, die sinds het jaar 2005 de rammelende magen van de medewerkers weten te stillen met granengebak, beleg, koffie en warme soep. Do (Marie Claire Vermeirsch) medewerkster van bij de start, herinnert zich nog dat ze in 1976, samen met haar levenspartner Jan, thuis boterhammen met kop en kaas klaarmaakten die ze dan ’s avonds op de Oude Vismijn verkochten. De boterhammenverkoop op het plein ruimde er nadien plaats voor de allemansvriend onder de snacks: de hot-dog. Het idee om een boterhammentent buiten de publiekszone op het terrein neer te poten, werd door Dominique Vanhoegaerden –‘vaste smeerteef binnen het team’- de oren van de organisatoren ingefluisterd. Zij wist haar persoonlijke ervaringen met een dergelijk bestaand initiatief op het festival van Werchter zo smaakvol uitgesmeerd aan de man te brengen, dat de honger om ermee van start te gaan niet langer te stillen was. Samen met Mieke De Schepper als eerste verantwoordelijke en Ingrid Schelfout, smeerde Dominique de avond van 5 augustus 2005 de eerste sneden in dit nieuwe oord van rust en spijs. Zeker weten we het niet, maar het zou ons geenszins verwonderen mocht dit bij menigeen -net als bij Big Bill destijds-, de existentialistische vraag hebben ontlokt: neem ik er één met hesp of één met kaas! Inmiddels is dit ‘gesmeerde team’ -dat enkel uit dames bestaat- reeds uitgebreid tot een 8-tal medewerkers. Zij verzorgen afwisselend de shifts tijdens het tiendaagse evenement. Dagelijks worden er gemiddeld tussen de 35 en 40 broden verbruikt en haast evenveel liters soep. Minder zomerse temperaturen doen het soepverbruik zelfs pieken tot 45 liter. Het standaardbeleg van boterhammen, met of zonder boter, bestaat uit kaas, hesp en salami. Deze sympathieke smeerteven verzorgen de medewerkers ook regelmatig met smakelijke extraatjes zoals gekookte eitjes, droge worsten, broodjes smos, tomaat garnaal, fricandon,… De medewerkers ervaren de boterhammentent als een superuitvinding. Hier kunnen ze immers tussen 21u en 02u gratis de honger stillen en even rustig verpozen om daarna weer aan de slag te gaan. Vroeger gebeurde het vaak, dat wanneer je even tijd had om eten te halen, de etenskramen op het plein reeds uitverkocht waren. De dames ‘smeerteven’ verdienen dan ook een eretitel hen op het lijf geschreven: de moeders van de LF!

129


40 jaar Lokerse Feesten

130


sponsoring Gratis inkom kon enkel maar geboden worden indien sponsors voor financiële en logistieke ondersteuning wilden zorgen. De Stedelijke Feestcommissie, VVV-toerisme en de cafés van de Groentemarkt (Tivoli, Het Eeuwig Licht - het café van ‘De Fonne’ zaliger) werden in 1975 daartoe bereid gevonden. De Fonne was de eerste die een vrij substantieel bedrag schonk en zodoende de hoogte bepaalde van het bedrag dat de anderen gaven. In die beginjaren spijsde men de kassa voorts met de inkomsten van standgelden van pleinkramers, de eigen verkoop van stickers en T-shirts, en de subsidies van de stad, de jeugdraad en de jeugdhuizen T-Klub en Den Hert. Geloof het of niet, het begin van echte sponsoring is pas ontstaan naar aanleiding van een incident op een fuif in 1983, waarbij twee zetels en een deur werden beschadigd in het nieuwe cultureel centrum. De factuur die volgde was zo hallucinant dat de LF die weigerde te betalen. Zoals wel meer gebeurt, ontspinnen oplossingen voor kleine en grote problemen zich vaak aan de toog en in ruil voor een groot reclamepaneel op de Oude Vismijn werd de zaakvoerder van de Zeep –en Verffabriek bereid gevonden de schadeclaim te betalen. De jaren daarop bleven de Feesten van deze extra bron van inkomsten verzekerd en stilletjes aan kwamen er ook nieuwe sponsors bij zoals Elan Keukens, Janssens Cleaning en PC-Systems. De Lange Jerome (Jerome Van Doorslaer) was de drijvende kracht achter dit alles en haalde destijds met meubelen Heylen zelfs de allereerste sponsor van BF 100.000 binnen. Ook kledingzaak De Vuyst werd een grote sponsor en die financierde op de koop toe ook nog eens een eigen toog op het plein. Met drukkerij De Cuyper kreeg Jerome al van bij zijn eerste bezoek aan het bedrijf de sponsoring voor 3000 affiches en 50.000 foldertjes voor elkaar.

131


40 jaar Lokerse Feesten Ondertussen had ook Pitou (Jean-Pierre Rosseel) op de fameuze ‘biertrein’ die op vrijdagavond een pak Lokeraars van Brussel naar Gent bracht, een directeur leren kennen waardoor ook Lotto als sponsor kon worden gestrikt. Enkel wat vlaggen en spandoeken hangen en de deal was rond. Met Barco als sponsor kregen we in 1984 twee videoschermen op het plein waarop dat jaar de Olympische Spelen konden worden gevolgd maar tegelijk ook de optredens in beeld werden gebracht. Alain Batache was dan weer een heel apart sponsorgeval. Meer dan eens kwam die de Oude Vismijn op en zei die: “Geef ons hier allemaal een pintje”. Lange Jerome rekende uit en kwam voor de drie togen die elk een vat (200 pinten) aan BF 30 de pint zouden tappen, aan een bedrag van BF 18.000. Voor die prijs was men bereid om tussen twee optredens de ‘tournée générale’ van Batache vanop het podium aan te kondigen. “Goed” zei Batache, opende zijn portefeuille en betaalde. Zowat een half uur later kon iedereen op zijn kosten een pint drinken! Lotto, één van de traditionele geldschieters, haakt in 1985 in laatste instantie af als sponsor waardoor snel verse middelen dienden te worden gevonden. De caféuitbaters op de markt en het kerkplein en de foorreizigers van de plaatselijke kermis doen nu ook hun duit in het zakje. Er wordt een programmaboekje over de kermisweek gemaakt waarin de plaatselijke middenstand tegen betaling publiciteitsruimte krijgt. Hiervoor wordt beroep gedaan op de medewerkers binnen de organisatie die elk hun deel van de te bezoeken handelszaken voor hun rekening nemen. Uiteindelijk haken de meeste lokale grote sponsors af. De basisbedragen voor sponsoring worden voor hen immers veel te groot. Een belangrijke uitzondering hierop was Stella en Dranken Van Eetvelde. Op een bepaald moment probeerde Primus kost wat kost de LF binnen te halen. Dankzij een gezamenlijke inspanning van Stella en Van Eetvelde werd het contract met Stella behouden. De LF waren meteen ook een belangrijke sponsor rijker! Het belang van de sponsors stijgt en er wordt dan ook besloten sponsors en kandidaat sponsors beter in de watten te leggen. Zij worden als VIP uitgenodigd tijdens de Feestenweek. Alle vaste sponsors kregen in die tijd ook een nieuwjaar. Rond Kerst werden zij bezocht en kregen een fles drank met de beste wensen van de LF aangeboden! Tegelijk werden dan ook de contacten gelegd om de sponsoring voor het volgende jaar te hernieuwen. Het innen van de bijdragen van cafébazen en foorreizigers was destijds een kolfje naar de hand van de Lange Jerome en de Beeze (Patrick Berckmoes). Zij vertrokken rond 15 u. en bij elke klant werd een pintje gedronken. Op het einde van hun parcours werden ze, in een opperbeste stemming en met het geld op zak, opgehaald en terug veilig naar de thuishaven aan de Oude Vismijn geloodst. De caféuitbaters betaalden in die tijd BF 1000 per dag. De kunst bestond erin hen aan het verstand te brengen per pint BF 5 meer te vragen. Met die meeropbrengst was 132


immers hun bijdrage aan de LF al na één vat gerecupereerd. De rest was zuivere winst voor de zaak. Het moet gezegd, niet iedereen snapte de ‘toverformule’ en niet iedereen zag het zitten, maar zo werkte het wel! Wanneer die bijdrage in 1987 wordt verhoogd naar BF 20.000 voor de volledige duur van de LF, wordt het plots een stuk moeilijker om dat bedrag los te krijgen bij de cafés. De vriendschappelijke band tussen de Feesten en de cafés krijgt hiermee een lelijke knauw. L&M komt eind jaren tachtig, begin jaren negentig, als zware sponsor op het voorplan en zal dit tot eind jaren negentig ook blijven. In die periode worden de contacten en contracten met de sponsors door Luk De Roover (LDR) verzorgd. Ook Lee is ondertussen een megasponsor voor de LF. Zij kijken op geen maatje meer of minder en voorzien de medewerkers van jeansbroeken en -vesten, T-shirts, sweaters, … Wanneer L&M omwille van het verbod op tabaksreclame niet langer mag sponsoren, lukt het hen toch om nog gedurende twee jaar via een zijpoortje met Jeans als sponsor door te gaan. Lee haakt in die periode begrijpelijkerwijs af als ‘grote vis’, maar neemt na de L&M-periode toch opnieuw de draad op. In 1992 maken de sponsoring van Sporting Lokeren en de plaatselijke kledingzaak ‘De Vuyst’ duidelijk dat de impact van de LF ook buiten de stadsgrenzen steeds grotere vormen aanneemt. De organisatie wil nu nog grotere sponsors aantrekken om zo een financiële buffer te creëren voor mogelijks tegenvallende editieresultaten (inkomsten van eten en drank, slecht weer). In 2002 realiseert men deze doelstelling en dienen verschillende grote sponsors zich aan. Eén ervan is Kanaal 2, waardoor de Lokerse Feesten ook op televisie te zien zijn en dit zowel op VTM, Kanaal 2 als JIM tv.

133


40 jaar Lokerse Feesten Nieuw is ook het exclusieve Lokerse Feesten T-shirt met op de rug het volledige programma. Via de verschillende sponsorkanalen slaagt LDR erin om ook T-shirts voor de medewerkers binnen het sponsorpakket af te dingen. Zo krijgen de laatste jaren de grote sponsors de kans om zich een festivaldag lang via de T-shirts van de medewerkers, de programmaflyer, de website en het VIP-gebeuren extra in de picture te plaatsen. In 2012 wordt Peter Laureys verantwoordelijk voor alle sponsordeals. Hij beschikt over een mooie presentatietool die elk jaar opnieuw wordt aangepast en die na de editie van 2013 ook wordt aangevuld met een aftermovie. Op die manier stelt hij bij de prospecten de LF als product voor en probeert het hen ook zo te verkopen. Met de grote sponsors wordt in september al terug gestart in de vorm van een ‘debriefing’ en wordt geëvalueerd wat goed/niet goed was, wat beter kan en wat dient bijgestuurd. Het sponsorverhaal valt echter nooit stil en telkens opnieuw worden nieuwe terreinen verkend en geprobeerd om nieuwe commerciële partners over de streep te trekken. Kortom: een neverending story!

Anekdote: spacecake Als je ieder jaar de Lokerse Feesten organiseert, dan komt er een dag dat je dat voor de vijfentwintigste keer doet. Ja, 25 jaar Lokerse Feesten, dat moest volgens de medewerkers gevierd worden. Een grote verjaardagstaart was het eerste wat men kon verzinnen. Zoals bekend zijn Lokeraars altijd heel vindingrijk. Maar ja, zo redeneerde men, een gewone verjaardagstaart, dat is veel te simpel, er moet een speciale verjaardagstaart komen. Men pijnigde de hersens. Wat is een speciale verjaardagstaart? Na dagenlang gepeins opperde iemand het idee van een spacecake. Verdomme ja, een spacecake, dat we daar niet eerder aan gedacht hebben. Niet in de weg gezeten door enige kennis van zaken pleurde men een zak cannabis bij een halve kilo deeg, duwde men dat in de oven, en hup, twintig minuten later was de spacecake een feit. De gevolgen had men kunnen overzien. Alle medewerkers waren totaal het noorden kwijt, liepen tegen de muren en tegen de bomen, wisten niet meer van welke parochie ze waren, pisten tegen elkaars benen, trokken een zode uit de grond en aten die op, staken hun kop in een emmer bier, sloegen op mekaars bakkes, sprongen in de Durme, sprongen er weer uit, en probeerden op het podium te geraken om de optredende artiesten te beledigen. Dit jaar, bij de veertigste verjaardag van de Lokerse Feesten, zal men het bij een taart met alleen maar veel crême-fraiche houden. (tekst: Herman Brusselmans) 134


toiletten In den beginne waren er op de Oude Vismijn geen wc’s. De mannen gingen breeduit plassen tegen de haag van het jeugdhuis T-klub en de vrouwen dienden hun toevlucht te nemen tot de cafés in de buurt. In 1978 wordt voor het eerst gezorgd voor een sanitaire voorziening op het plein. De jaren daarop wordt die nood alsmaar groter. Begin jaren negentig wordt BEF 5 gevraagd voor een toiletbezoek. De uitbaatster - lees wc madamme van dienst - diende op dat moment, van de inkomsten de huur van de container en de aankoop van toiletartikelen zelf te bekostigen. De rest behield zij als verloning. In 2002 is de nood aan meer toiletvoorzieningen dermate groot, dat besloten wordt dit aantal te verdubbelen. De laatste jaren bevinden de sanitaire units zich links en rechts op het terrein, in de backstage- en in de vipzone. Elke toiletunit is uitgerust met wastafels die aangesloten zijn op leidingwater. De toiletten worden door de sanitaire crew op het plein continu gereinigd. Ook vooraan, zijwaarts ter hoogte van het podium, bevinden zich urinoirs om de grootste nood bij het mannelijk publiek tijdig op te vangen. Er wordt een ‘plaskaart’ ingevoerd, iets wat lijkt op een abonnement voor ongeremd plassen zonder telkens opnieuw te moeten betalen. In 2012 zijn de jonge twintigers het beu om te betalen voor een plasbeurt. Ze vinden het rondweg schandalig dat vrouwen vijftig cent moeten betalen, terwijl de mannenpistrons gewoonweg gratis blijven. Voor hen is er straks goed nieuws, want in navolging van andere grote festivals, worden alle saintaire stops vanaf de editie 2014 gratis. Hiervoor wordt beroep gedaan op verenigingen of organisaties die een mooi centje willen bijverdienen met het uitbaten van de toiletparken.

135


40 jaar Lokerse Feesten

136


VIP Begin jaren negentig concentreert het VIP-gebeuren zich eerder als een kleinschalige backstage aangelegenheid. De jaren daarvoor waren er reeds duidelijk signalen om sponsor gerelateerd hiervoor ruimte te creëren. Omwille van plaatsgebrek kan echter slechts één enkele container op het plein worden voorzien. De Lange Jerome (Jerome Van Doorslaer) zorgt voor de inkleding van deze mini-VIP. Met een kleine bestelwagen wordt meubilair van de Socioclub van Sporting Lokeren opgehaald en na de Feesten opnieuw teruggebracht. De Vips kunnen de optredens van heel dichtbij volgen. Opzij van het podium wordt voor hen een kleine ‘kijkzone’ gecreëerd. Van een echt VIP-event is pas sprake na de verhuis van de Oude Vismijn naar de Grote Kaai. Alles begon er met een bus van Coca-Cola die op de zijkant van het terrein stond. Daarna volgden twee containers die ter hoogte van het stedelijk zwembad werden neergezet en als een soort van ontvangstruimte door meubelen Heylen werden aangekleed. In die periode kregen de Vips nog zowat alles gratis aangeboden, zelfs sterke drank. Gemiddeld 50 tot 60 Vips komen er op dat moment dagelijks over de vloer. De VIP is kort nadien vrij snel gegroeid en dit tot ongekende proporties. Vanaf 2003 gaat de Vipruimte er plots compleet anders uitzien. Een VIP-tent hijst zich dan als een monumentaal dakappartement boven de cocktailbar en toog 1 en bestrijkt een oppervlakte van 300 vierkante meter. In 2006 bieden het Biznis- en Parkhotel in samenwerking met de LF een VIP-treatment aan om bij te watertanden. Een shuttledienst zorgt voor het vervoer naar de Grote Kaai. VIP-tickets en -abonnementen verkopen stilaan als warme broodjes en zijn meestal lang voor de start van de tiendaagse reeds de deur uit. Niet te verwonderen, want je hebt er een schitterende uitkijk op plein- en hoofdpodium, de hostessen bedienen je op je wenken, en alle dranken worden in glas geschonken. Door het wegvallen van het plein-café ‘de Plongeur’, wordt in 2012 de Vipruimte nog groter (40 x 10m) en komt er ook een 137


40 jaar Lokerse Feesten clubrestaurant dat bedoeld is om te loungen en te netwerken in een rustige en zomerse sfeer. Optredens kunnen er gevolgd worden op de led-tv’s. Deze fraaie tent met buitenterras wordt op de parking van de belastingdienst gebouwd en krijgt een rechtstreekse doorgang in de vorm van een metalen voetgangersbrug naar de VIP-tent. Voor € 130 word je culinair verwend en geniet je op een exclusieve manier van de optredens. Het concept slaat enorm aan en haast elke avond is al snel uitverkocht. Voor de culinaire hoogstandjes werken de LF samen met Taste!, een cateringbedrijf uit Temse. De shuttledienst heeft een primeur, want voor het eerst gebeurt het vervoer van de vips, van het Biznishotel naar de Grote Kaai en terug, helemaal elektrisch. Elke avond worden zo’n vierhonderd personen vervoerd. In 2013 krijgen de Clubbezoekers een apart terras op de VIP en krijgen ze op die manier ook de kans om vanop de eerste rij de optredens te volgen. Eens Vip altijd VIP!

138


2de podium Vanaf de tiende editie wordt de dinsdag, de (rust)dag waarop je als medewerker even gezellig een terrasje kon doen, ingenomen door de caféhouders van de Oude Vismijn en de Groentemarkt. Zij die zich geroepen voelen om hun muzikaal talent ten gehore te brengen, kunnen zich vanaf dan, en dit gedurende enkele jaren, op het extra podium vooraan de Oude Vismijn -en nadien ook op het podium op de Groentemarkt- voor eeuwig en altijd onsterfelijk maken. Pas op de Grote Kaai kan je voor het eerst spreken van een soort tweede podium. In 1995 wordt de vooroorlogse spiegeltent uitgebreid en kunnen elke avond de plaatselijke en/of getalenteerde jonge wolven er ‘acte de présence’ geven. Spelen dat jaar zowaar in spiegelbeeld: The Belgian Blues Band, The Serious Five, Circus Bulderdrang, R. Geeze & B. Gooze, Man Charade, Velver Spine, DAAU, S(h)ort of Jazz , Dill Brothers en de toenmalige band van LF presentator de Wiene (Erwin Huyghe): The Big Foreheads. Het jaar daarop worden opnieuw enkele kleinere groepen geprogrammeerd, die tijdens de pauzes op het grote podium, in de spiegeltent van jetje mogen geven: The Belgium Blues Band, Fu-rame, Nie Neute, Sheffield Wednesday, The Boon Docks, The Next Generation, Pink en Burnt Sienna. Het tweede-podium-verhaal is geen lang leven beschoren en dooft stilletjes als een kaarsje uit. Het is wachten tot 2013, wanneer de organisatoren de komst van de ‘Red Bull Elektropedia Room’ als volwaardig tweede podium aankondigen. Hier wordt het programma zoveel mogelijk afgestemd op dat van het hoofdpodium. Lander Merckpoel en Bert Reniers zijn hiervoor verantwoordelijk. Alle dance-genres passeren de revue: van dancehall en drum & bass over dubstep en techno tot house en minimal. Dit tweede podium in de nieuwe stedelijke fuifzaal vlak naast het festivalterrein, biedt onderkomen aan ongeveer 1200 fuifbeesten en heeft in zijn startjaar een DJ-line-up van 20u tot 01u. Op vrijdagen en zaterdagen wordt langer doorgefeest en dit tot 05u. 139




40 jaar Lokerse Feesten

affiche en flyer Geen Lokerse Feesten zonder affiche en dus wordt er vanaf het startjaar elk jaar gezorgd voor een affiche die het evenement aankondigt bij het grote publiek. De allereerste affiche is van de hand van Etienne Noppe. Het jaar daarop zorgt Jo Baetens, dochter uit een Lokerse kunst-minnende familie, voor het afficheontwerp. Samen met de affiche wordt ook een soort programmablad op A4-formaat gemaakt. De toen nog piepjonge tekenleraar Koen Verhasselt zorgt hier in 1976 voor en mag de affiche voor het jaar daarop ontwerpen. Om geld in het laatje te krijgen laat men datzelfde jaar ook een sticker (een afplakker) maken en opnieuw is Etienne Poppe hiervoor de grafische hand. In 1979 wordt een eerste maal een affichewedstijd uitgeschreven. Deze kent echter weinig bijval. De inzending van de uiteindelijke winnaar, de heer Verleyen, wordt gebruikt voor het ontwerp van de programmafolder. De affiche zelf wordt in opdracht van het comitĂŠ door Rik Annerel gemaakt. Een jaar later kent de wedstrijd plots meer succes. Uit meer dan twintig inzendingen wordt het ontwerp van Etienne Thienpont uit Lokeren tot affichebeeld verkozen. In 1981 is het prijzengeld t.b.v. BEF 2000 voor Pol De Beule. De folder dat jaar is van de hand van Mariane Matthys. Het jaar daarop is het prijzengeld voor de winnaar van de affichewedstrijd -Wim Keppens- al opgedreven tot BEF 6000 en heeft de organisatie voor de laureaat van de folderwedstrijd - Willy Linthout - BEF 2000 veil. Jaren later zou Willy de vaste tekenaar van de Urbanusstrips worden. De affiches en programmafolders die met de jaren ook buiten de stadsgrenzen het klankbord voor de LF gaan maken, volgen elkaar in stijl en schoonheid op. Vanaf 1997 treedt huisfotograaf Ryan Rombaut op het voorplan. Negen jaar lang zorgt hij voor in het oog springende, kleur- en ideeĂŤnrijke affichebeelden, die overal in Vlaanderen de LF nog steviger op de kaart zetten. In 2006 wijkt het nieuwe campagnebeeld van het traditionele af. Geen vaste fotograaf meer, weg blauwe achtergrond, weg modellen die flirten met muziek- en festivalgerelateerde zaken. Neen, twee meisjes liggen in het gras, het hoofd omringd door paardenbloemen. Schaterlachend, met de ogen dicht, genieten ze van de zon die hun huid streelt. De organisatoren geven zoals in het verleden opnieuw iedereen de kans om het promotiebeeld voor de komende editie te ontwerpen: een beeld dat in het oog springt en de uitstraling van de LF weergeeft. 142


In 2007 kiest de wedstrijdjury uit 62 inzendingen voor het beeld van Charlotte Bouckaert, een studente fotografie. De winnares ontvangt een cheque van 1000 euro en mag op een avond naar keuze artiesten fotograferen vanuit de frontstage. Samen met de affichebeelden evolueerde ook de programmafolder met de jaren van A4 naar een handiger pocketformaat, waarop uiteindelijk ook het affichebeeld verkleind op de cover zijn beslag krijgt. Deze programmaflyer ging met de jaren steeds meer bieden dan enkel een kurkdroge samenvatting van het programma. Vlotte pennen binnen de organisatie, beschrijven snedig en goochelend met songtitels of voor- en familienamen elke artiest. Een kleine bloemlezing ter illustratie: Over Hooverphonic: ‘Giep Giep Goera! 10 jaar Mad about you, Geike’ Over Arno (terug van lange tijd weggeweest op de LF): ‘Putain, Putain, vachement content qu’il revient.’ Over Koen Buyse (zanger Zornik): ‘Nooit makkelijk uit te leggen; een uitstekend rapport en toch een Buyse.’ Over de komst van de drie Idoolfinalisten op de kindernamiddag: ‘En… Esther, Dean Andrei uk bij?’ (refererend naar het gebroken Nederlands van de Wit-Rus Andrei) Het winnende beeld voor de promotiecampagne van de 34ste editie –een gemaskerde dame in Venetiaans korset met waaier in de hand- wordt ingestuurd door beroepsfotograaf Filip Naudts. Vanaf 2010 zien de affiches en de flyers er opnieuw iets anders uit dan de vorige jaren. Ontwerp en lay-out blijven vanaf dan volledig in eigen beheer.

143


40 jaar Lokerse Feesten

144


artiesten en programmatie De beginjaren In 1975, het startjaar van de LF, wordt bij de invulling van het programma vooropgesteld om er een vierdaags feest voor de Lokeraar van te maken. Een gevarieerd programma moet het worden, een muzikale mengelmoes waarin elke smaak aan bod komt. Er wordt besloten om geen inkomgeld te vragen. De happening mocht niet worden gekenschetst als festival. Naast jazz met Toots Thielemans en het Lokerse Guido Ros Sextet, staan pop met Mango, kleinkunst met Walter De Buck en de volkse deuntjes van accordeonist Georges op de affiche. Het jaar daarop gaan we al van vier naar zeven feestdagen en worden er grotere namen aangetrokken. Artistiek gezien is Wim De Craene één van de toppers. Het is echter Johan Verminnen die voor het absolute hoogtepunt zorgt. Ook opvallend: de passage van Tjens Couter, en meteen ook het allereerste optreden van Arno Hintjens op onze LF. In 1977 wordt het evenement uitgebreid tot acht dagen. Met een programmabudget van ongeveer BEF 250.000, wordt in Lokeren muzikale geschiedenis geschreven. Daar zorgen de Nederlandse folkformatie Bots, Kris De Bruyne en vooral Raymond van het Groenewoud voor. Party poopers bekogelen Eddy Wally met eieren en rijstpap en maken vroegtijdig een einde aan het optreden van ‘The Voice of America’ . De optredens van accordeonist Georges kennen veel bijval. De spontane feestvreugde die deze shows opwekken, overtuigen de organisatoren om bij elke podiumwissel het publiek te vermaken met de deuntjes van een accordeonist. De LF blijven ondertussen verder groeien. Naast veel Belgisch talent vinden steeds meer internationale groepen de weg naar de Kleine Kaai. In 1979 wordt het eerste lustrum gevierd. De Feesten zijn onderhand uitgegroeid tot een fenomeen in de streek en dat jaar komen er enkele toppers uit de vorige edities optreden: Vuile Mong en zijn Vieze Gasten, Raymond van het Groenewoud, Bots, Zjef Vanuytsel en Walter De Buck.

De jaren 80 Tijdens de editie van 1980 zijn er behalve publiekstrekker Johan Verminnen geen grote Vlaamse namen. De organisatoren willen met een programmabudget van BEF 550 000 minder bekende, maar wel steengoede acts in huis halen. De buitenlandse namen blijken

145


40 jaar Lokerse Feesten immers betaalbaar wanneer die daarnaast ook optreden in Gent of op het Sphinx-festival in Boechout. Belangrijk in 1981 is het feit dat de naam van Kleine Kaai in Oude Vismijn verandert, voor de rest blijft alles in het teken staan van gezelligheid en muziek. Om niet in het straatje van de festivals te belanden, blijven de organisatoren zweren bij gratis toegang. Wat betreft de muziekgenres, tekenen er zich drie grote lijnen af: minder folk, meer ‘afro’, meer ‘belgo’. De aanloop naar de negende editie in 1983 verloopt niet altijd even rooskleurig. Zo zegt de Schotse topband Aztec Camera af. Dat jaar staan er zo maar eventjes vijf Lokerse groepen geprogrammeerd, The Glitter Galvanaise Rok en Rol Band, Guilt, Tumor, Dwang en The Bleu Jazz Band. De hoogtepunten komen van Paulo Passionato & the Pennies from Heaven, de Kreuners en Blanc de Blanc. Muzikaal zal de tiende editie de geschiedenis ingaan door grootse prestaties van onder meer TC Matic, Jo Lemaire en Ernest Wright, de man die klassiekers van The Platters zingt. TC Matic zorgt voor de eerste overrompeling in het bestaan van de LF én voor de eerste crowdsurfers op het plein. We schrijven 1985. De vernieuwde en jonge bestuursploeg heeft een duidelijke visie: “De LF mogen hun gezelligheid niet verliezen in een ongewenste grootschaligheid. Wij willen een degelijk muzikaal aanbod dat echter geen festivalsfeer uitademt”. Muzikale hoogtepunten zijn alweer Raymond van het Groenewoud, Conny Vandenbos, Luc Van Acker, en Twee Belgen.

Anekdote: frietjes voor Toots Oudere muzikale gasten van de LF hebben de naam dat ze niet zomaar eten wat de pot van Marie-Jeanne, de geroutineerde kokkin van de Feesten, schaft. Jean Toots Tielemans verrast de medewerkers wanneer hij na het optreden op de eerste dag van de feestenweek, plots honger krijgt. De medewerkers vrezen het ergste. Toots heeft echter gewoon trek in een pak friet met pickles van ‘Het Brussels Gebak’ een bekend eetkraam op de Lokerse kermis. Een medewerker haalt met veel plezier de frieten en betaalt op de koop toe de rekening uit eigen zak. 146


artiesten en programmatie Op de tweede dag van de Feesten in 1986 maait een windhoos de oude vertrouwde stadskiosk plat en zorgt voor een ware ravage op de Oude Vismijn. Eén grote puinhoop is het en er wordt gevreesd voor het einde van deze 12de editie. De uit hun lood geslagen organisatoren worden echter door de artiesten zelf uit de nood geholpen. Het wordt één van de gezelligste avonden ooit: The Crew en Dana Gillespie spelend op een geïmproviseerd podium en een inderhaast bij een lokale hardrock-groep geleende installatie! Om een deel van de geleden schade te recupereren, wordt op dinsdag -de traditionele rustdag- een deel van het programma herhaald. The Crew, The Kids en de Senegalese band Super Diamono de Dakar, spelen de LF van de afgrond naar de poorten van de hemel. In 1987 wordt voor het eerst de rustdag doelbewust opgeheven. Het jaar voordien gebeurde dit nog om een deel van de geleden stormschade te recupereren. Ook de thema-avonden worden gebannen. De programmatie op woensdag –waarbij traditioneel werd gemikt op een ouder publiek- en op donderdag –meer gericht op het jonge volkjeworden even gevarieerd als de overige dagen. Uitschieters van deze editie zijn: Johan Verminnen, Maurane, Raymond, Boogie Boy, Lisbeth List en Ramses Shaffy en Pierre Rapsat. Op sommige dagen wordt op het plein het verzadigingspunt bereikt. In 1988 zijn de muzikale hoogtepunten Soulsister, Blaine L. Reiniger, Herman Brood, Isabelle Antena, The Blues Brothers (met Boogie Boy en Roland) en Bart Peeters & De Radio’s. Tegen 1989 zijn de LF in de loop der jaren uitgegroeid tot een spektakel voor de hele regio. Wederom slibt het plein dicht tijdens de optredens van Clouseau en Soulsister. Her en der rijst de vraag of er niet beter wordt uitgekeken naar een andere locatie. De Feesten hebben dat jaar te maken met niet minder dan 7 afzeggende artiesten waarvoor op het laatste moment nog vervangende acts dienen te worden gezocht. Groepen die er volop de sfeer in weten te brengen zijn Raymond, Bart Peeters, Roland, Dr. Feelgood, Clouseau, Soulsister, The Scene en Tröckener Kecks. Met The Juice of the Barley wordt een magistraal punt gezet achter de vijftiende editie.

De jaren 90 De artiesten worden alsmaar duurder en vooral de Belgische toppers laten zich rijkelijk betalen. De meest memorabele optredens dat jaar zijn die van The Scabs, The Flying Pickets, Guido Belcanto, Arno, De Nieuwe Snaar, De Kreuners, Toots Thielemans en Johan Verminnen. Met 15 van de 27 acts op de affiche van eigen bodem, is 1990 duidelijk een Belgisch jaar. Samensteller van de pauzemuziek is Bockie (Patrick De Bock). De succesformule toont in 1991 de andere kant van de medaille. De muzikale verrassingen blijven steeds meer uit. Opnieuw wordt gekozen voor minder populaire Belgische bands, zodat massa-overrompelingen zoals in het recent verleden, vermeden kunnen worden. Ook muzikaal talent uit veraf gelegen oorden krijgt een plaats in de line-up. 147


40 jaar Lokerse Feesten Resultaat: de feesten worden opnieuw die gezellige boel van weleer, met veel sfeer, veel drank en vooral veel muzikale ontdekkingen. De trend van de vorige editie wordt het jaar daarop deels doorgetrokken: nadruk op sfeer en daarom noodgedwongen niet te veel grote namen. Zij kosten immers heel veel geld en brengen een te grote massa op de been waardoor de gemoedelijke ambiance in het gedrang komt. Toch kan en mag niet worden uitgesloten dat kalibers-van-formaat naar de Oude Vismijn afzakken, zij het dan met mondjesmaat. Bij de concerten van Charles et les Lulus, Stef Bos en Frank Boeijen is het dan ook alweer een drukte van jewelste. De grote revelaties van deze editie zijn ongetwijfeld ‘The Bob Color’ en ‘Les Tambours du Bronx’. In het algemeen is er wat betreft programmatie minder nadruk komen te liggen op de rootsmuziek dan wel op muziek die bij de jongere generaties aanslaat. Daarvoor tekent voorzitter de Florre (Luc Foriers) helemaal in zijn eentje. Ook in ’93 wordt de muzikale weg die twee jaar eerder werd ingeslagen bevestigd. Gedaan met de immens populaire groepen die een te grote massa volk lokken. Uitzonderingen hierop: L.M. & Soulsister en Philippe Robrecht. Drie groepen per avond wordt de norm; de openingsavond niet meegerekend. De totale programmakost bedraagt dan al BEF 2,5 miljoen. Een grote verantwoordelijkheid rust op de schouders van de programmatoren Luc Foriers en Patrick De Bock. De editie van 1993 wordt overschaduwd door de dood van Koning Boudewijn. Elke avond wordt aan een groep of artiest gevraagd om een speciaal nummer te spelen en dat op te dragen aan de overleden vorst. Ook dit jaar kunnen de LF terug met recht en rede claimen dat ze als gezelligste festival van België nog steeds de naam ‘feesten’ waardig zijn. Na twintig jaar zijn de LF van een louter lokaal gebeuren van slechts enkele dagen lang, uitgegroeid tot een evenement met (inter)nationale allure. Al die tijd is met succes getracht om niet die typische festivalstempel opgeplakt te krijgen. Met spijt in het hart wordt de Oude Vismijn voor de editie van 1994 ingewisseld voor een nieuwe thuishaven aan de Grote Kaai. De jubileumaffiche wordt samengesteld uit verrassende nieuwkomers, notoire ambiancemakers en enkele grotere namen. Raymond van het Groenewoud, Roland en Johan Verminnen zijn onveranderd graag geziene gasten. De optredens van het trio, zonder wie de Lokerse Feesten niet zouden zijn wat ze finaal geworden zijn, blijven cruciaal. Ter gelegendheid van zijn 10de passage op de LF wordt Johan trouwens in de bloemetjes gezet. Op vrijdag wordt er immers een volledige avond rond de artiest en zijn muziek op touw gezet. De LSP-Band brengt een heleboel gasten mee uit ons eigen LF-verleden. De Lokerse Feestenfanfare ‘Goe Vals en uit de Moate’ brengt dat jaar ook een serenade aan het raam van Raymond van het Groenewoud. Raymond staat sprakeloos toe te kijken wanneer de valse notenfanfare hun versie van ‘Do the Chachacha’ aan de meester zelf opdraagt.

148


artiesten en programmatie Gedenkwaardige optredens komen die editie van Wigbert, Beverly Jo Scott, The Choice, Raymond van het Groenewoud, Ashbury Faith, Noordkaap, Rowen Hèze, Axel Red en Johan Verminnen zelf. De verhuis naar het nieuwe terrein aan de Grote Kaai is zonder brokken maken verlopen en blijkt al gauw een groot succes. Vanaf 1995 wordt er zowaar één dag langer gefeest. Met Studio Brussels’ Afrekeningsfuif’ als aftrap op vrijdag wordt de toon gezet voor een tiendaags gebeuren. Concerten van niveau dat jaar zijn oa : Tom Robinson Band, Elliot Murphy, Khadja Nin, The Fabulous Thunderbirds, Soulsister, Clement Peerens Explosition, Beverly Jo Scott en Doug Sahm. De grootse naam ooit staat in 1996 op het programma: John Cale. Hij brengt een concert waar dik 12 000 mensen uit alle windstreken ademloos van genieten. Er worden zomaar eventjes 11 groepen exclusief voor België naar Lokeren gehaald. De avond waarop louter dance staat geprogrammeerd, zorgt dankzij een aantal deejays en live shows voor een stampvol plein en een nooit eerder geziene kolkende massa op de Grote Kaai. Er gaat op de LF geen jaar voorbij of er zijn vernieuwingen en nieuwkomers te melden. Tijdens de 24ste editie in 1998 is dit niet anders. Met een ijzersterke affiche zorgen de nieuwe programmasamenstellers, de broertjes Geert en Peter Daeninck, voor een enorme publieke belangstelling, voor een ontzettend groot debiet aan bier- en ander drankenverbruik, en dus ook voor recordrecettes. Hot shots dat jaar zijn: Tom Barman met zijn gastoptreden bij Gorki, Luka Bloom, The Scene, Taj Mahal en The Wailers. In het gezegende jaar 1999 zijn de LF aan hun 25ste editie toe. Björn Again, Soulwax en Hooverphonic geven het zilveren jubileum dan extra glans.

Anekdote: Mister C vergeet dat hij veganist is Mister C, waarvan we wisten dat het onze eerste echte veganist ooit op het plein was, heeft er die avond, voor zijn optreden, al op zijn gemak eentje zitten roken. Goedgemutst is men ondertussen overal op het plein aan het rondgaan met spacecake en na zijn set laat ook mister C zich het goedje smaken. Een tijdje later weet de man gewoon niet meer van welke parochie hij is. Op het tafeltje waaraan hij zit, ligt een bierplateau met daarop een grote pot mosterd, de rest van de worstenbak van die avond er netjes rond gedrapeerd. Onze eerste echte veganist ooit eet er daar uiteindelijk 7 van op! 149


40 jaar Lokerse Feesten De jaren 2000 De muzikale klappers aan het begin van de nillies zijn zonder meer Kid Creole met zijn Coconuts, Laïs, Arid, Zap Mama, De Heideroosjes en Ken Ishii. De editie 2001 wordt op elk niveau een voltreffer van formaat. Nagenoeg alles wat op dat moment ‘hot’ is in België, is van de partij: Zita Swoon, Praga Khan, Das Pop, Arno, Soulwax, Hooverphonic. Voeg daar nog een aantal toppers uit het buitenland aan toe zoals Kelis, Maceo Parker, Frank Black, Rob De Nijs, the Bomfunk MC’s en Robert Plant, en je hebt een affiche om U tegen te zeggen. Feit is nu zeker: de LF zijn uitgegroeid van een regionaal evenement naar een nationaal festival. Voorzitter Cools citeert: “Elk jaar al zijn we gegroeid en elk jaar hebben wij onszelf verrast met een nog aantrekkelijker affiche. Maar wij moeten realistisch blijven. Mochten wij een groter terrein ter beschikking krijgen, kunnen we werken naar diversificatie. Als je bijvoorbeeld ziet hoe prachtig straat- en figurentheater kunnen zijn”. Vive La Fête geeft in 2002 het spreekwoordelijke startschot, voor wat toen nog de laatste editie op de Grote Kaai zou gaan heten. De komst van de Noord-Ierse band Therapy? zorgt de avond van 8 augustus voor een nooit gezien verkeersinfarct. Het jaar daarop vallen de mussen zowat van het dak in de omgeving van de Grote Kaai, zo heet is het!. Het fonkelnieuwe podium rijst trots ten hemel en kijkt uit op een volledig hertekend feestenplein. Met Nile Rodgers en Chic belandt Lokeren op haast een steenworp van zijn welgezinde weergoden: de discohemel! Willy DeVille weet van geen stoppen, maar moet uiteindelijk wel ophouden omwille van zijn pijnlijk overbelaste handen. Calexico tovert de Grote Kaai om tot een zweterige Mexicaanse haciënda. Hoogzwan-

Anekdote: heel verse koEIenmelk In 2001 dient de organisatie drie schapen te voorzien voor het concert van de Belgische formatie DAAU (Die Anarchistische Abendunterhaltung). De dieren worden in bruikleen aangeboden door een boer uit Daknam en met de tractor naar de Grote Kaai vervoerd. Twee dagen later krijgen de Feesten een artiest over de vloer die verse koeienmelk vraagt. Opnieuw wordt beroep gedaan op de behulpzame boer. Aangezien die reeds eerder de schapen had geleverd, ging die ervan uit dat hij ditmaal een koe naar de festivallocatie diende te voeren. En zo geschiedde! 150


artiesten en programmatie gere Anouk laat een vol en dolenthousiast plein de kracht van haar hete adem voelen en Killing Joke predikt – de decibelmeters dieprood- het einde van de wereld. Als eerste feestje van 2004 is er de overwinning in de categorie “Musical Event’ van de Zamu Awards. Verantwoordelijken voor een avondje terreinverzadiging tijdens onze jubilieumeditie zijn : Daan, Ultrasonic, Front 242 en 2 Many DJ’s. Sterretjes zien en zelf ook nog uitdelen doen we o.a. bij de optredens van: Simple Minds, Brian Wilson, Lamb, India Arie, Jools Holland en Paul Weller. De editie van 2005 telt gelukkig meer hoogtepunten dan plensbuien. Buiten categorie is zonder enige twijfel de twee en een half uur durende set van het reeds in voorverkoop uitverkochte concert van The Cure. Wie het optreden van Iggy & The Stooges miste, zag tegelijk het recept van de eeuwige en opstandige jeugd én één van de allerbeste concerten van 2005 aan zijn neus voorbijgaan. In 2006 zijn de toppers dan weer Texas, The Waterboys, Jackson Browne, Madness, Within Temptation, Jamiroquai, Ozark Henry, Praga Khan en Paul Weller. Nooit eerder dan in 2007 was de affiche zo divers en evenwichtig. Op het programma staan er namelijk een pak nieuwe wereldsterren naast een stel echte coryfeeën uit de jaren tachtig: Snoop Dogg, P!nk, Kelis, Suzanne Vega, The Pogues, The Pet Shop Boys, The Prodigy, Bryan Ferry,… The Prodigy, de Britse pioniers van de dancerock zorgen voor een ‘full house’, prediken voodoo en benutten voor hun enige concert in de Benelux de maximumcapaciteit van alle stroomgeneratoren. Op 8 augustus kleurt Lokeren P!nk en staan fans uit heel Europa reeds vanaf 9 uur ‘s ochtends in de rij voor een plaatsje op de eerste rij. De broers Wauters (Clouseau) trakteren voor de 7de keer in 18 jaar met ‘vonken en vuur’. Hooverphonic mag de kaarsjes van hun 10de verjaardagstaart uitblazen vanuit hun achtertuin. Prince Buster -69 en de peetvader van de ska- staat voor het eerst op een Belgisch podium en het verrassingsbezoek van Lou Reed tijdens de set van Garland Jeffreys mondt pleinweids uit in een ‘Hail Hail Rock’n Roll’! The Pogues van Shane McGowan zorgen, met hun eerste Belgisch concert in 17 jaar, voor het sluitstuk van deze 33ste editie. In 2009 wordt het programma-aanbod van de 35ste editie gekruid met de vaste basis­ ingrediënten van elke jaargang: een mix van groepen die jong en oud kunnen boeien, de sterkste groepen van eigen bodem en de niet te missen subtoppers van ver buiten de eigen grenzen. De passages van onder meer David Byrne, Anouk, The Scabs, Manic Street Preachers, Peter Doherty, Starsailor en Orbital blijven niet onopgemerkt en met Ultravox en Simple Minds op de affiche vliegen alle tickets reeds in voorverkoop de deur uit. De Lokerse Feesten: een eiland voor meerwaardezoekers!

151


40 jaar Lokerse Feesten Aan het openingsweekend van de 36ste editie in 2010 zit zowaar een zwart randje. Voor het eerst wordt gekozen voor een ongemeen rechttoe-rechtaan metal-/hardrockavond op zondag. Een schot in de roos en een feestje van formaat! Het wordt een jaargang met telkens een compleet ander programma dat oog heeft voor de hits van vandaag, die van vorig jaar en die van langer geleden. Pete Doherty vindt het hier héél gezellig en gaat zelfs een Hoegarden Rosé proeven in de tent backstage. Afsluiten doet Roxy Music in stijl en met allure ‘Til the Midnight Hour’. De editie van 2011 zal in de annalen geboekstaafd staan als een extra uitzonderlijke editie. De Europese award voor beste middelgroot festival wordt niet gewonnen en de feesten vinden uitzonderlijk vroeg plaats: 29 juli tot 7 augustus. De bouwwerken rond het festivalterrein zijn een belastende factor. Op een terrein, zowaar verzadigd van het veggie-aanbod, houden op 4 augustus meer dan 14.000 muziekliefhebbers de adem in voor het drukst besproken optreden van de hele festivalzomer: Morrissey. De 38ste editie van de LF vindt plaats in de vertrouwde biotoop op de Grote Kaai. Het door steeds met meer nieuwe appartementen omgeven festivalterrein, is de laatste jaren uitgegroeid tot het decor van een megapopfestijn waar zowel Belgische grootheden als internationale toppers, in vele genres, elkaar verdringen voor een plekje op de affiche. Grootste namen dit jaar zijn The Beach Boys, New Order, Marco Borsato, UB40, dEUS, Bryan Ferry (met gitaargod Johnny Marr), Orbital en The Specials. De avond van The Beach Boys kon u er zelfs met geen surfplank op wegens een dikke ‘sold out’! Het slotweekend met Marco Borsato doet de bezoekersteller het ROOD inslaan. De LF anno 2012: tien dagen lang ‘Good Vibrations’ en kippenvel per vierkante millimeter op de rug! In 2013 start het langste en meest complete stadsfestival van het land met tropische temperaturen. Hoogdagen voor de bezoekersteller noteren we voor de passages van Alice Cooper en Deep Purple en tijdens het volledige slotweekend. Met de ‘Red Bull Elektropedia Room’ wordt in de nieuwe stedelijke fuifzaal een second stage gelanceerd waar je tot 1 uur ’s nachts en op vrijdag en zaterdag zelfs tot het ochtendkrieken, baantjes kan trekken op de dansvloer. Ondanks het verstek van Beady Eye en Motörhead is dit alweer een grootse editie. De jubileumeditie van 2014 belooft memorabel te worden. Wat anders gezegd over het feit, dat na de bekendmaking van de allereerste naam, Neil Young & Crazy Horse, de tickets in een mum van tijd in voorverkoop al uitverkocht zijn?! Een zoveelste en allicht niet laatste primeur voor een festival pur sang en met een kloppend ‘Heart of gold’!

Hoe stel je een programma samen ? In de beginjaren was een programma maken niet zo ingewikkeld. Programmator De Prieze (Marc De Gryse) had maar 2 doelen: een gevarieerd programma samenstellen waar iedereen zijn gading in kon vinden en dit zo goedkoop mogelijk realiseren! Hij kon 152


artiesten en programmatie kiezen uit 3 lijsten: “de voor –niette-groepen”, “de bijna voor-niette-groepen” (die eerste 2 lijsten hadden vooral te maken met de catalogus van de dienst Volksontwikkeling van het Ministerie van Cultuur waaruit je als erkende organisatie kon kiezen en die je dan gesubsidieerd kon boeken) en als derde lijst, die van de te betalen artiesten. Die laatste lijst bestond uit heel wat namen die we zeker wel wilden maar waarvoor we niet de volle pot wilden betalen. In de Florre( Luc Foriers)-jaren komt er al meer speur- en onderhandelwerk bij kijken! De expertise die Luc samen met de werkgroep programmatie, daarna alleen en nog later met Bockie zal opbouwen, zal jarenlang de garantie blijven voor de schitterende affiches die de LF kenmerken!. De Bockieperiode (Patrick De Bock) is dan weer het toonbeeld van een zeer ver doorgedreven muziekpassie, gekoppeld aan het beter marchandeertalent van de man in kwestie. Honderden contacten “in het vuur houden” om ze op het juiste moment te kunnen gebruiken om net die groep die dan toevallig op tournee in Europa is te kunnen boeken, wordt afgewisseld met het zelf zoeken naar nog een aantal optredens om groepen speciaal naar België te laten komen en ze nog enkele Europese shows te kunnen aanbieden. Dat ze dan enkele nachten in België mogen overnachten is een extra troef om ze zo goedkoop mogelijk zelf te kunnen boeken. Wanneer Geert en Peter Daeninck dan uiteindelijk de programmaboot gaan besturen is dat in eerste instantie nog met de telefoon- en faxnummers uit het contactenboekje dat de voorbije 20 jaar zeer naarstig werd bijgehouden. Het is de eerste jaren dan ook een driftig over en weer getelefoneer tussen beide broers, aangezien ze niet allebei over een faxtoestel beschikken. Onder het motto, al doende leert men groeien beide broers in hun rol maar na enkele jaren zal Geert het wegens een moeilijke werk-LF-combinatie voor bekeken houden.

Anekdote: witte m&m’s De broertjes David en Stephen Dewaele hadden voor de grap en als testcase voor de organisatoren ‘witte M&M’s op hun rider gezet, wetende dat je die dingen toch enkel maar in Amerika kan verkrijgen. Artiesten worden op de LF als vanouds op hun wenken bediend, dus wordt Nikolas van Janez Detd die op dat moment in de States zit, ingeschakeld om die witte M&M’s mee te brengen. Bij de levering van het snoepgoed blijkt echter dat Nikolas zich schromelijk vergist heeft en witte Maltesers heeft meegebracht!

153


40 jaar Lokerse Feesten Vandaag kan je zeggen dat programmeren een continu proces is dat eigenlijk al begint meer dan een jaar voor de start van het tiendaagse festival. Het geheim van de topgroepen die we nu op ons podium krijgen, zit hem niet alleen in het feit dat we “het juiste bod” uitbrachten, maar het is ook en vooral omdat de LF zich jaar na jaar uitsloven om de groepen zo goed en zo professioneel mogelijk te onthalen. Dit zowel op als achter het podium! Het is met andere woorden een kwestie van continu werken aan het vertrouwen dat de grote organisatoren je schenken, om zo steeds grotere producties te kunnen boeken!

Arno aan het woord “Als enige artiest ben je erin geslaagd om hier elk decennium op de affiche te staan. Wat voel jij bij de LF, kijk je daar naar uit, is dat iets speciaals?” Arno: “Dat zijn 400 vragen om 1 antwoord op te geven. Wat ik me nog herinner van vroeger, van in de tijd van Tjens Couter: ik was een schoon meiske, met de geur van moedermelk. En er was toen een héél schoon meiske van Lokeren, van wie ik de naam nu niet ga zeggen. Aangezien ik lesbisch ben, zijn we dus blijven plakken. Als ik aan Lokeren denk, dan denk ik aan dat meiske. Ze was zo schoon! Waar zit ze nu? Dat vraag ik me af. Ik kwam hier net toe met de auto en ik kreeg een déjà vû. Ik realiseerde me niet dat ik hier al zoveel gespeeld had. Dat was nog vóór de euro, en vóór Cola Zero en vóór Bruce Willis!

154


artiesten en programmatie “Voor de rest: is er geen gevoel bij de LF, behalve de herinnering aan die madame?” Arno: “Is dat niet genoeg misschien? ’t Is ook een mens hé!” “Is er iets dat ons onderscheidt van andere festivals?” Arno: “Die douches! Ik heb mijn eigen douches! En alles is héél professioneel en toch compact. Maar dat meisje van Lokeren zeg!” “Dat is duidelijk onze rode draad die madam. Hoe zag ze eruit?” Arno: “Helemaal mijn grootmoeder! Schoon, maar een slecht karakter. Ik val altijd op vrouwen gelijk mijn grootmoeder. She’s a fucking bitch! Maar ze had kloten aan haar lijf. En dat meiske van Lokeren ook. She’s got balls! Maar wat ik nog vind van jullie festival is dat het geen formule is, maar een melting pot van een programma. Je vindt dat bijna niet meer, zo’n verscheidenheid. Ik ben open zoals een oude hoer! Lokeren is een oude hoer! Open zoals een oude hoer! Op de radio heb je dat ook, mensen die alleen maar in hun vakje kijken. Het conservatisme heeft “une érection comme la tour Eiffel”. We leven in een wereld die zot geworden is. Kijk nu naar dat geval met Daan. Knettergek! Er zit godverdomme meer rock ’n’ roll in een coiffeursalon. Lokeren is zo’n festival dat alle richtingen uitgaat, van techno naar blues en rock en zo en ik vind dat wel goed.” “Kan je stem dat aan, zo 5 optredens op een rij?” Arno: “Ik heb geen stem hé, ’t zijn de vogeltjes die zingen. Ik ben geen vogeltje, maar als je kan vogelen kan je vliegen, hé! Maar ik heb ook geen last van mijn fysiek hoor. Mijn sport is voorzanger zijn van mijn groep. Dat is mijn sport, op het podium staan, dat houdt mij in vorm! Ik heb geluk, ik word 65 jaar en ik voel mij goed.” “Dan mag je dus stilaan op pensioen?” Arno: “Ik ben al heel mijn leven op pensioen, ik heb nooit gewerkt in mijn leven. Ik maakte muziek om niet te moeten werken. Al die muzikanten die klagen, die moeten eens op fabriek gaan werken, of op zee, of in de mijnen. Anderhalf uur op het podium… de gebraden kiekens vliegen je in de mond. How zeg!” “Heb je nog een boodschap voor de LF?” Arno: “ Free your mind and the rest will follow! Je moet zorgen dat je niet wordt zoals alle andere festivals. Er is al genoeg van hetzelfde. Je eigen zijn is het makkelijkste. Als je iemand anders wil zijn, dat is werken. Blijf zoals jullie zijn. Allez, da peize kik, hé.”

155


40 jaar Lokerse Feesten

Johan Verminnen “Als we het hebben over artiesten die een belangrijke rol gespeeld hebben in het verhaal van 40 jaar LF, dan komen we als vanzelfsprekend uit bij jou, Johan.” J.V.: “Je hebt het nu over de ‘grote LF’? Mijn geschiedenis is natuurlijk verbonden met de Oude Vismijn, waar ik toch een aantal keer gespeeld heb en waar het nummer ‘Mooie dagen’ naar refereert. Maar ook aan de ‘grote LF’ heb ik een enorme herinnering, omdat er op een avond een volledig programma rond mij werd gebouwd.” (Tussen spelers en drinkers in ’94) “Ik heb enorm goeie herinneringen aan Lokeren, het heeft mij niet alleen een onsterfelijk lied opgeleverd, maar ook een aantal vriendschappen. En dan zeker de Moeze (Herman Van Moeseke), hij die aan de basis lag van de LF, dat blijft een zeer warme herinnering.” “Volg je de LF nu nog als ‘groter evenement’?” J.V.: “Natuurlijk volg ik dit nog. Ze zijn een geweldig festival geworden waar men je voor lage prijzen iets geeft wat je anders niet te zien krijgt. Ze zijn een hele goeie aanvulling van de grote festivals.” “Heb je behalve ‘de kramen en de lampions uit mooie dagen’ en de vriendschappen nog andere mooie herinneringen?” J.V.: “Hoe zal ik het samenvatten? Ik herinner mij de paardenworsten. De artiesten kregen een schotel met paardenworsten geserveerd, ‘de lichte warme maaltijd’. Ik vind dat geweldig.”(lacht smakelijk). “Hoe zie jij de LF verder evolueren?” J.V.: “Ik denk dat ze zoals alle festivals moeite zullen hebben om zich te blijven bevestigen. Dat heeft te maken met de prijzen die de grote artiesten vragen, iets wat volgens mij niet makkelijk is om het leefbaar, en voor het publiek betaalbaar te houden. Het is fantastisch, zoals jullie dat nu doen, maar voor elk festival dat niet meespeelt op het hoogste niveau, wordt het een enorm probleem voor de toekomst. De enige wolk die de vreugde en de zon kan bedekken.”

156


artiesten en programmatie “Kom je kijken naar Neil Young?” J.V.: “Dat is uit mijn jonge tijd, ik kocht al die platen, dat was echt mijn muziek. Maar ik zal geen plaats meer hebben zeker? Alles was in een mum van tijd uitverkocht. Weet je wat een belangrijk element is? Vroeger was er altijd de vergelijking tussen de Gentse Feesten en de kleinere LF, maar intussen hebben de LF Gent zowat overvleugeld. ’t Is eigenlijk ongelofelijk allemaal, maar het is natuurlijk ook niet meer te vergelijken, wat er in beide steden gebeurt. Zoals ik al zei: hoe kan men dat verder bestendigen in de toekomst?”

Alex Callier “Ik kom al van in mijn jeugd naar de LF, zowel op de Oude Vismijn als hier vind ik het altijd supergezellig. Ik hou eigenlijk niet van festivals. Ik heb er zelfs een bloedhekel aan. De enige festivals die ik leuk vind, zijn festivals als de LF: een programma met drie groepen per avond en dat 10 dagen lang. Hier telt echt de muziek en het is als artiest elke keer opnieuw een beleving en een verrassing om vast te stellen hoe goed het klinkt en in welke sfeer alles plaatsvindt. In 1998 zijn we hier beginnen spelen en hebben we zowat elke keer een vol plein getrokken. Om de één of andere bizarre reden spelen we droog tijdens het optreden en begint het telkens te gieten als we van het podium komen. Ik speel hier supergraag. We hebben met de jaren nogal wat hits bij elkaar geschreven, waardoor we die 15000 man ook wel telkens meekrijgen. Het is altijd ongelofelijk om zien hoe afgeladen vol dat plein staat. Het artiestendorp, de backstage –met één van de gezelligste festivalbars trouwens- en de ganse sfeer zijn gewoon super. Het gaat er hier in vergelijking met andere festivals wat losser aan toe -al moet het wel allemaal correct verlopen, daar niet van- maar de mensen zijn gewoon heel vriendelijk en de sfeer is uniek. Het eten is lekker en verzorgd en dat doet heel veel. Goed gesoigneerd worden, dat geeft gewoon betere optredens vind ik.”

157


40 jaar Lokerse Feesten

Nikolas Van Der Veken “Nu ik er over nadenk, vind ik het een grote eer dat ik deel uitmaak van 40 jaar LF. Da’s fuckin’ rock ‘n’ roll geschiedenis hier in Vlaanderen! And I’m part of it! Dat is toch fantastisch? Als je dat zou durven dromen als kleine jongen op je velo’ke in Grembergen, dan denk je: ‘dat kan toch niet!’ De LF zijn inderdaad iets speciaals en eigenlijk met niets anders te vergelijken. Als tiener heb ik mogen meemaken hoe dit festival gegroeid is. Ik ben zo voor een stukje mogen meegroeien. Er stonden toen nog veel tafels en stoeltjes voor het podium, dat kan je je vandaag niet meer voorstellen. Formidabele groepen heb ik hier zien optreden. Het toffe is nog steeds dat je hier zowel Deep Purple als Pitbull aan het werk kan zien. Dat vind je bijna nergens, laat staan 10 dagen aan een stuk. En met die artiesten dan ook nog eens een persoonlijke band creëren, dat is echt super. Met Janez Detd joegen we al een tijdje op een plaatsje op jullie affiche maar zonder succes. Toen ik hier dan eindelijk toch een eerste keer op het podium stond ben ik achteraf tot 5u blijven hangen. Dat was echt genieten tot de laatste seconde. Het mooiste en het meest echte moment was echter toen we diep in de shit zaten als band en een A-Festival zoals de Lokerse dan zegt tegen jou: ”Kleinen, we gaan er ons schouders ne keer mee onder zetten”. Dat neem je mee tot in je graf. We hebben na die toestand een mooie carrière gekend van nog zo’n 10 jaar en dat zou nooit gebeurd zijn zonder jullie steun en hulp. Hadden we hier dan geen 2de, nee geen 3de keer gestaan, dan hadden we nooit op Werchter gespeeld; dan hadden wij zoveel niet meer kunnen doen.” Elke keer als ik hier op de Kaai rondloop, betaal ik met plezier voor mijn pinten, omdat ik weet “I owe you forever!” Ik vind het leuk dat de mensen mij nog steeds kennen als ik hier rondloop en dat iedereen op de één of andere manier blij lijkt om mij te zien. Daar word ik ook weer vrolijk van! Moest ik ooit één festival in mijn hart laten tatoeëren, dan zou dat zeker de LF zijn!”

158


John Roan “Arsenal stond 7 keer op de affiche van de LF. Is dat een thuismatch voor iemand van Gent, of is dat gewoon een zoveelste optreden?” J.R.: “Een echte thuismatch kan je het niet noemen, omdat geen enkel lid van de band zijn wortels heeft in Lokeren, maar het voelt wel zo aan. Telkens we hier spelen, worden we als helden ontvangen. Het moment dat we het podium op moeten, hoor je aan het publiek hoeveel zin ze erin hebben. Voor ons is dat het teken om er 150% voor te gaan. De wisselwerking tussen de band en het publiek is hier zo sterk, dat het niet anders kan dan dat je een goede show neerzet.” “Je komt elk jaar langs, ook als je niet moet spelen. Vind je het hier dan zo plezant, of kom je louter voor de optredens?” J.R.: “De muziek primeert natuurlijk, maar het feit dat het bij jullie nog eens zo gezellig is, maakt het natuurlijk nog veel plezanter. Op een bepaalde manier voelt het bijna familiaal aan. Daarnaast heb ik ook veel respect voor de manier waarop Peter Daeninck zijn affiche elk jaar weer samenstelt. Door het festivalgegeven door een andere bril te bekijken, krijg je dat bijzondere waar de LF om bekend staan. Hier is geen sprake van eenheidsworst. Ik kan me voorstellen dat hij vaak risico’s moet nemen, maar ik ben ervan overtuigd dat hij daar ook voor beloond wordt. Ik hoop dat hij verder kan blijven werken op deze manier, zodat we als bezoeker toch net dat ietsje anders krijgen, elk jaar opnieuw.” “Welke speciale momenten op de LF zijn je bijgebleven?” J.R.: “Een topmoment voor mij was het optreden van Orbital in 2009. Het was al een tijdje geleden dat ik ze nog gezien had, maar ze hadden niets aan kracht en schoonheid verloren. Het was dan ook een setlist met veel oud werk, en dat werd enorm gesmaakt. Jammer van de driekwartsbroeken, maar het is hun vergeven. Wat me ook bijgebleven is: de avond waarop de spacecake rondging. Ik heb toen veel ongelovigen op wolkjes naar huis zien schuiven.”

159


40 jaar Lokerse Feesten

160


dj’s In 1995 wordt er zowaar een dag langer gefeest. Vanaf dan starten de Feesten op vrijdag met openluchtfuiven van Studio Brussel. De jaren nadien zorgen ook de dance-avonden, met DJ’s en live-acts, telkens voor een nooit geziene kolkende massa op de Grote Kaai. Om nog even in de cadans van toen te komen: Kitachi, Mr. C, CJ Bolland en Ken Ishii. Het feit dat techno-held van het eerste uur Derrick May in de editie van 1998 zijn platen ergens is kwijtgespeeld, noopt de organisatoren tot improviseren. DJ Jan Van Biesen wordt van stal gehaald. De andere acts op het programma zorgen voor een verlengde set en weten tot grote vreugde van het publiek ook enkele gastoptredens te verzorgen tijdens elkaars shows. Het jaar daarop zorgt het optreden van Kitachi en de ontmoeting met de bandleden na hun optreden voor de medewerkers van toog 5 voor een niet te wissen moment. Ook de leden van Discobar Galaxie werden met de jaren ‘gasten aan huis’ aan deze drankentent. Iets wat hen zelfs een ‘woord van dank’ opleverde op één van hun cd’s. In de editie van 2006 staat de openluchtfuif van Studio Brussel reeds voor de achtste keer op de openingsavond op de affiche. Iets wat producer Paul De Wijngaard volgende uitspraak ontlokt: “Dit is niet het zoveelste festival. Het is een festival dat nog met de hand wordt gemaakt.” Halfweg de jaren negentig besluiten de organisatoren om de livemuziek van het tweede podium te vervangen door korte DJ-sets. De pauzemuziek krijgt een eigen programmatie en het zijn vooral de StuBru- DJ’s die de dienst uitmaken. Bekende namen die in die periode het publiek laten dansen zijn o.a. Bart Vermandere, Nic De Dobbelaere, Erwin De Nul en Geert Hautekiet. Vanaf 2000 prijkt haast dagelijks een DJ als afsluiter op de line-up. Zo spelen de Gentse broertjes Dewaele in 2009 in de gedaante van 2 Many DJ’s reeds op de openingsavond ten dans. Een groot amalgaam aan DJ’s mag in de beginjaren van het nieuwe millennium op het grote podium achter de draaitafels postvatten: Bart Vermandere, Discobar Galaxy, Alex Callier, Tom Barman, Gerrit Kerremans, Goose, Buscemi, Zaki, Hermanos Inglesos, The Glimmers, Armand Van Helden, Dr. Lektroluv, Fatboy Slim, … De laatste jaren krijgen ook lokale DJ’s de kans om tijdens de pauzes, tussen de optredens op het hoofdpodium, het publiek op te warmen. Vanuit de DJ-booth boven de infostand sturen ze hun muzikale mix het plein op. Voor de 39ste editie van het festival brengt de komst van de ‘Red Bull Elektropedia Room’ extra ruimte voor dance- en DJ-acts.

161


40 jaar Lokerse Feesten Meest in het oog springende DJ is Dirk Stoops, die er van 1999 elke editie bij was en enkel in 2010 op de affiche ontbrak. Met 14 DJ-sets op zijn LF-repertoire, krijgt hij hier dan ook met recht en rede het woord:

Dirk Stoops “Dit moet –net zoals voor de LF zelf- ook voor mij een jubileumjaar worden. Als ik de line-up mag bevolken dan wordt dit mijn 15de DJ-show op de LF in 2014. Het is voor mij telkens een absolute thuismatch en elk jaar opnieuw hét hoogtepunt van mijn drukke festivalseizoen. Vanaf mijn allereerste DJ-set reeds, had ik het prettige gevoel dat het publiek hier komt voor straffe muziek en hard feesten. Dat is ook de reden waarom ik hen nu al jaren lang een warm hart toedraag. De sfeer op het plein is niet te evenaren en de ‘we-want-more’s blijven dagen na mijn set nog in de oren nazinderen. Zo’n enthousiast publiek geeft je een geweldige boost en wanneer ik een gaatje vind in mijn drukke agenda, dan pik ik zeker een avond mee. Een bezoekje aan toog 5 is nooit te versmaden. Tien dagen lang een steevast kwalitatief sterk en evenwichtig programma aan de festivalliefhebber kunnen voorschotelen -en dit al 40 jaar lang- is geen sinecure! Peter Daeninck slaagt daar nog steeds wonderwel in. Ik ben een onverzadigbare voetballiefhebber en supporter van de Rode Duivels én van Sporting Lokeren! De megafeesten op de bekerfinales in 2012 en 2014 zijn dan ook de (voorlopige) kersen op de taart. Onvergetelijk gewoon! De editie van 2005 was heel speciaal voor mij. Mijn moeder overleed drie dagen voor mijn show. Ik heb mijn set toen aan haar opgedragen. Nooit heb ik me sterker gevoeld op een podium dan toen. In 2008 draaide ik op de LF de kortste festivalset ooit! Ik moest het podium op na het optreden van ‘The Australian Pink Floyd Show’ en die mannen speelden zomaar eventjes drie kwartier langer dan voorzien. Er restten mij toen amper 12 minuten om de show te stelen!

Anekdote: paardenfilet voor dirk Al heel zijn carrière heeft Dirk Stoops de gewoonte om alvorens hij naar een event vertrekt thuis eerst 8 boterhammen met paardenfilet te eten. Toen hij in 2011 dan toch voor het eerst gebruik maakte van de artiestencatering, had de crew die avond voor een heus bord lekkere paardenfilet gezorgd! Hij wist dit zeer te appreciëren maar koos wijselijk voor het eten op de menukaart. Overheerlijk trouwens!” 162


kindernamiddagen Van bij het begin wil men feest houden voor ALLE Lokeraars, vanaf 1976 hebben de organisatoren dan ook oog voor de allerkleinsten waarvoor er een tekenwedstrijd wordt georganiseerd. De jaren daarop wordt vooral beroep gedaan op de Lokerse speelpleinwerking. Kinderen kunnen dan gedurende enkele namiddagen terecht op de Kleine Kaai. Het aanbod is gevarieerd en veelal thematisch verpakt. Massaspelen, kringspelen en prijzen voor de sportiefste, de meest strijdlustige en de ongelukkigste, kruiden het menu. In 1979, het ‘Jaar van het Kind’, gaat uiteraard extra aandacht naar de kindernamiddagen en wordt opnieuw een programma uitgewerkt dat bulkt van de animatie. In 1980 staat jeugdatelier Pierlewiet in voor de organisatie van het entertainment voor kinderen op het plein. De daaropvolgende jaren is de Lokerse speelpleinwerking terug van de partij, maar in 1986 verdwijnen zij gedurende enkele edities van het toneel. In 1994 nemen ze nog een laatste keer de draad op. Vanaf het jaar 2000 wordt door de organisatie gekozen voor één kindernamiddag met telkens een muzikale act op maat van de allerkleinsten en hun familie. Voor het optreden van de Ketnetband en K3 verzamelen zich al meteen ruim 5000 bezoekers voor het grote podium. In 2006 komen de kleine festivalgangertjes volop aan hun trekken tijdens het concert van X!INK, voor de gelegenheid vocaal bijgestaan door de frontman van Janez Detd, Nicolas van der Veken. Enkele andere artiesten die sinds 2000 de jonge garde in festivalstemming mochten brengen: Spring, de finalisten van Idool 2007 en Kapitein Winokio.

163


40 jaar Lokerse Feesten

164


presentatie Een avondvullend programma aan elkaar praten, niet iedereen is ervoor in de wieg gelegd. Het rijtje presentatoren dat door de jaren heen op de planken stond, is echter niet zo lang als men wel zou denken. De diversiteit aan presentatiewerk situeert zich telkens ergens binnen de grenzen van het ernstige en het ludieke. Er is echter één constante: het zijn al die tijd mannen die het voor het zeggen hebben! In de jaren zeventig vinden den Arra (Luc Dermulle) en Piet Van Avermaet -elk in hun eigen gekende stijl- de weg naar de microfoon en kabbelt de presentatie van luchtig Lokers naar informatief en verstaanbaar voor iedereen. Begin jaren tachtig komt ook Thuis-acteur Bart Van Avermaet ten tonele en zijn er enkele kleine presentatierollen weggelegd voor Peter Poppe, Kurt Rombout, Dimitri De Wilde en Geert Van Acker. In 1985 debuteert de Wiene (Erwin Huyghe). Voor de aankondiging van Conny Vandenbos krijgt hij assistentie van de plaatselijke fietsenmaker Gust Solusse (Gust Van Kerckhove).

Anekdote: het schaamhaar Eén van de vroegere presentatoren van de Lokerse feesten, een man die de belachelijke naam Wiene droeg, was één der losers die z’n sigaretten zelf rolde. Eigenlijk kan je beter dood zijn dan je hele leven zelf je sigaretten rollen. Maar goed, toen kwamen de grapjassen op de proppen en zoals men weet zijn grapjassen zeer te mijden volk. Wat waren ze immers van zin? Ze zouden de tabak van Wiene vermengen met schaamhaar. Wat was dát toch een fantastische grap. Als ik eraan denk plooi ik ongeveer dubbel. Maar goed, aan schaamhaar geraken was niet moeilijk. Een aantal kennissen van Wiene ging met de schaar in de broek en sneed een paar plukjes af. Er was één meisje dat een kaalgeschoren foef had en die sneed een paar plukjes van het haar tussen de kaken van haar gat. Lokerse vrouwen staan bekend om hun harige reet, dus dat was geen probleem. Enfin, het schaamhaar werd vermengd met de tabak van Wiene en die pafte een hele avond schaamhaar en gathaar. De stank van z’n sigaretten was te snijden, zeker omdat er tussen het gathaar nog een paar stukjes fecaliën waren achtergebleven. Pas toen hij een serieuze strontsmaak in z’n mond gewaar werd ontdekte Wiene de ware toedracht. Wat werd er toen hartelijk gelachen! (tekst: Herman Brusselmans-2004) 165


40 jaar Lokerse Feesten Het werk van de presentatoren wordt door de bestuursploeg nauwlettend gevolgd en geëvalueerd. Zo wordt er in het rapport van 1986 op gewezen dat de presentator meer info moet geven over de artiesten, moet oppassen met reclame maken voor niet sponsors en steeds bereikbaar moet zijn. In 1988 wordt Paul Schrijvers even als presentator binnengehaald. Wegens teveel ‘vermist’ wordt dit huwelijk al snel ontbonden. De Wiene zal de komende jaren de vaste presentator van dienst blijven. In 1992 wordt de Wiene, er binnen de organisatie om gekend dat hij artiesten en medewerkers graag een loer draait, zelf met een inventieve frats van zijn collega’s, flink in de maling genomen. Hij had op een avond afgesproken bij wijze van grap als een engel uit het dak van het podium neer te dalen, het publiek toe te spreken en de avond af te kondigen. Tot op de begane grond is de Wiene echter het eerste halfuur niet geraakt. Al die tijd liet men hem als een bengelende engel in de nok van het dak van het podium hangen. Halverwege de jaren negentig, bij de verhuis van de Oude Vismijn naar de Grote Kaai, wordt Ben(ny) Philips, de man met de opvallende en onafscheidelijke rode fez -Tommy Cooper achterna- al vlug de opvolger van De Wiene. De alles aan elkaar pratende presentator wordt in 2005 wegens hartproblemen noodgedwongen en tijdelijk vervangen door Nikolas Van der Veken (Janez Detd). De jaren daarop keert Ben terug naar zijn vertrouwde stek, en dit tot en met de editie van 2010. Hij wordt hiermee de presentator met het meeste aantal edities op zijn conto. In 2011 wordt StuBru-spring-in’tveld- Otto-Jan Ham de nieuwe presentator van dienst. In 2013 wordt hij bijgestaan door Stijn Van de Voorde en Bram Willems.

166


Anekdote: De rookmachine De Lokerse Feesten kennen onder hun medewerkers een paar vreemde figuren. Eigenlijk moet je per definitie een vreemd figuur zijn om aan de Lokerse Feesten te mogen meewerken. Eén van hen was de steeds terugkerende presentator, een man die de belachelijke naam Wiene droeg. Hij vond het telkens weer een goed idee om zich tijdens z’n presentatiewerk in alweer een nieuwe gedaante te vertonen. Zo wilde hij natuurlijk ook een keer als vrouw te voorschijn treden. Hij zat zich in z’n caravan op te maken, schmink aan z’n bakkes te smeren, z’n lippen te stiften en z’n haar in krullen te leggen met een elektrische krultang, terwijl hij inmiddels al een rok droeg en een beha met daarin aan beide kanten, bij wijze van tieten, een bol wc-papier. De andere medewerkers hadden de rookmachine erbij gehaald, die op het podium gebruikt wordt om de optredende artiest in een dichte mist te hullen, wat altijd stoer overkomt. Onder de deur van de caravan werd een boel rook gespoten. Wiene dacht dat z’n krultang te maken had gekregen met een kortsluiting en dat de boel in de fik zou vliegen. In paniek wilde hij de deur uitrennen, maar die deur was door z’n vrienden gebarricadeerd. Dus trapte hij met z’n naaldhakken het enige venster van de caravan aan stukken en sprong erdoorheen, waar hij met z’n klikken en klakken en halfverkleed als wijf in de modder belandde. Even later was z’n presentatie één van de meest memorabele uit de rijke geschiedenis. (tekst: Herman Brusselmans-2004) 167




40 jaar Lokerse Feesten

170


toegang De LF blijven gedurende vele jaren vasthouden aan het basisprincipe van gratis inkom. In het jaar ’90 wordt heel even overwogen om inkomgeld te vragen op de topavonden. Drieëntwintig edities lang slaagt de organisatie er in om haar nobel principe van gratis inkom verder te zetten. Tot in 1998 de regelgeving inzake BTW hen noopt tot het innen van inkomgelden. Het eerste jaar bedraagt het inkomgeld een symbolische BEF 20. Het jaar daarop wordt dit reeds verhoogd naar BEF 50 en kunnen trouwe bezoekers een sleutelhanger als abonnement aankopen. Kostprijs: BEF 200 kost. De LF zijn stilaan maar zeker een begrip in het festivalwereldje geworden en hoe belangrijker de namen op de affiche, hoe professioneler de infrastructuur op en rond het plein dat wordt. De inkomprijs wordt daarom in het jaar 2000 naar BEF 100 gebracht. Wie het jaar daarop naast een abonnement grijpt (BEF 500) en toch elke avond van de partij wil zijn, zal daar BEF 1300 voor moeten neertellen. Naast de dagtickets van BEF 100, betaal je op drie avonden, waarop telkens iets speciaals te beleven valt, BEF 200. Wie het terrein opkomt krijgt, bij wijze van herkenning als betalende bezoeker, een stempel op de hand. De intrede van de euro zou bij de vaste klant van de LF even de indruk kunnen hebben gewekt, dat de prijzen een stuk naar omlaag waren gebracht. Een snelle cijferaar – en zo waren we met velen in 2002- wist echter al snel uitkomst en begreep meteen dat de prijzen van zowel dagtickets ( € 5) als abonnementen (€ 20) een stuk de hoogte waren ingegaan. Wie in 2004, en dit ter gelegenheid van de dertigste editie, een abonnement (€ 50) wou kopen, moest de zaterdag van de voorverkoop al vroeg uit de veren. Meer dan 4000 exemplaren gingen er die dag van de hand. Avondtickets kostten dat jaar € 10, maar voor de avond met Simple Minds diende € 12 neergeteld. Het jaar daarop stijgt de abonnementsprijs met € 10, maar wordt de prijs van de dagtickets wel behouden. Uitzondering hierop is de komst van wereldband The Cure, waarvoor die avond € 25 uit de geldbeugel dient gehaald. Het jaar 2006 pakken de LF opnieuw uit met een primeur in de geschiedenis van het festival. Tickets kunnen dan immers in voorverkoop via de website worden aangekocht. Het jaar voordien had men dit ook reeds -bij wijze van experiment- voor de fans van Robert Smith & band uitgeprobeerd. En met succes. De groepen die de LF programmeren zijn niet meer te vergelijken met die van jaren geleden. De toevloed aan bezoekers uit eigen land, maar ook uit het buitenland, verantwoordt dan ook volkomen deze onlineverkoop. Vanaf nu beginnen de dagprijzen – afhankelijk van de programmatie - ook meer en meer te variëren. Een abonnement kost dat jaar € 65 en de prijzen van de dagtickets schommelen tussen de € 10 en € 20. Wie een dagticket via de website aankoopt, drukt zijn 171


40 jaar Lokerse Feesten ticket voorzien van een barcode af, laat dat inscannen aan één van de inkomkassa’s en ontvangt een toegangsbandje. In 2007 kost een abonnement € 80 en kan het naast het vertrouwde voorverkoopadres (bierhandel Van Eetvelde) ook aangekocht worden in enkele Fintro-kantoren in Lokeren en omgeving. Abonnees kunnen dan kiezen voor 10 toegangsbandjes op dag of voor één stoffen exemplaar waarmee ze tien dagen het plein op en af kunnen. In 2008 kunnen dagtickets ook worden aangekocht in zowat alle Mediamarktfilialen. De prijs van een abonnement blijft twee jaar na elkaar ongewijzigd en bedraagt € 85. Wie zich voor de editie van 2009 een abonnement aanschaft, maakt bovendien kans om een abonnement voor het leven te winnen! Om van bij de start van de tiendaagse, lange rijen aan de kassa’s te vermijden, kunnen abonnees er reeds daags voordien hun toegangsbandje afhalen. Nieuwigheid voor abonnementhouders in 2010: de keuze uit twee soorten abonnementen, ditmaal mét prijsverschil. Hiermee wil de organisatie het hoofd bieden aan het illegale circuit dat ontstaan was en waarbij dagbandjes uit het pakket aan woekerprijzen werden doorverkocht. Wie voor een abonnement kiest met 10 toegangsbandjes op dag, betaalt 145 euro. In het andere geval - één toegangsbandje voor de volledige duur van het festival - € 95. In 2012 wordt, enkele weken na de traditionele voorverkoopdag van abonnementen, nu ook 10-daagse combitickets genoemd- voor het eerst een onlineverkoop van die ‘hebbedingen’ aangeboden via de website. Hiervoor betaal je wel € 5 meer dan de prijs die je op de afhaalpunten voor het abonnement betaalt (€ 110). Een jaar later kost een ‘afhaal-combiticket’ € 120 en een ‘online-exemplaar’ € 130. Beiden garanderen ze de bezoeker de toegang tot het festivalterrein én de Red Bull Elektropedia Room, the second stage die op een boogscheut van het hoofdgebeuren gecreëerd werd. In de aanloop naar de jubileumeditie wordt de verkoop van 10-dagen-combitickets (€ 140) reeds van bij de aankondiging van de eerste naam online mogelijk gemaakt. In enkele dagen tijd raken alle dagtickets uitverkocht en gaan ook de combitickets als warme broodjes de deur uit. Een zoveelste primeur maakt hierdoor al snel zijn opwachting: het 9 dagen-combiticket.

172


Kaaiman, ons jubileumbier Naast een knaller van een jubileumaffiche, een fraaie jubileumpolo en dit jubileumboek, werd ook nog een eigen bier boven de doopvont gehouden dat de toepasselijke naam Kaaiman op zijn geboortekaartje meekreeg. Het is een amberkleurig brouwsel, op eik gerijpt, vrij bitter, niet te zwaar (alcoholgehalte 6,5째) en vooral vlot drinkbaar. Een Kaaiman serveer je in stijl in het fraaie Kaaimanglas waarop de naam van het bier en het logo van het festival prijken. De retro-geschenkbox is te koop bij dranken Van Eetvelde, Delhaize en Prik & Tik en bevat naast 4 flesjes Kaaiman ook een -glas. Iemand een rondje?

173


40 jaar Lokerse Feesten

174


fuif voor mensen met een verstandelijke beperking Volgens verschillende bronnen zijn Manneken Tom (Tom Haentjens) en huidig voorzitter Jan Cools, sinds 1994 de initiatiefnemers van de fuif voor mensen met een verstandelijke beperking. Dit doelgroepgebeuren begon met plaatjes draaien in de Spiegeltent en later in de Plongeur, maar evolueerde al snel tot een namiddagfuif. In 2000 is dit reeds uitgegroeid tot een kleine traditie voor zo’n 6 tot 700 danslustigen. Met tientallen bussen komen ze uit zowat alle hoeken van Vlaanderen om ongeremd te swingen op populaire deuntjes van toen en nu. Ook toeschouwers die dit feest al eerder of vaker meemaakten, krijgen telkens opnieuw kippenvel en een krop in de keel bij het zien van al dat complexloze enthousiasme. Zo vliegen de bezoekers er in het jaar 2008 al meteen vanaf de eerste beats in. DJ’s Tom De Wilde en Maarten Hillaert halen in een tijdsbestek van drie uren alle Vlaamse klassiekers en foute muziek uit de kast, terwijl hun vrienden Frederik Rousseau en Timothy Heyninck als Kronkel en Spronkel het publiek entertainen. Deze vier smaakmakers staan tijdens de feesten achter toog 4 en noemen deze fuif -het zijsprongetje in hun tiendaagsede meest uitputtende, maar tegelijk ook de meest plezante dag. Van niemand anders krijgen ze naar eigen zeggen zo’n immense waardering. Lokeren drukte deze bijzondere doelgroep dan ook als eerste groot festival tegen de boezem. Handjes schudden, dansen en knuffelen, het hoort er allemaal bij. Bij de eerste edities speelden de DJ’s nog op het grote podium. De afstand tot het publiek vormde echter een barrrière en dus verhuisde de DJ-booth naar het verhoogde kijkterras voor mensen met een handicap. Op deze manier creëerde men tegelijk meer interactie met het publiek en liet men alsnog ruimte voor wie niet wilde dansen en zich een namiddag lang de volksspelen te beurt wilde laten vallen. De variatie van de fuiven zit hem telkens in de in- en aankleding. Zo zijn de animatoren in het jaar 2011 getooid in westernpakjes en prijken op de playlist vaak dezelfde liedjes, gewoonweg omwille van het feit dat het publiek die graag wil horen. Nieuw in 2012 is het ‘confettikanon’. Bezoekers kunnen dertien spelletjes spelen en daarmee leuke kleine prijzen winnen. Zo is er ook de persoon van Eugéne Tura, die reeds meerdere jaren van de partij is en telkens nummers van Will Tura zingt in een speciaal ontworpen outfit. De laatste jaren wordt hij als een heuse VIP in de watten gelegd, met speciale artiestenvoorziening en eigen security op de koop toe. De man gaat volledig op in zijn performance en is met de jaren een gevestigde waarde en hoogtepunt van het jaar voor zijn publiek geworden. Andermaal kippenvel per strekkende meter gegarandeerd. 175


40 jaar Lokerse Feesten

176


Wat doen we al die andere maanden? Voor een groot aantal mensen stoppen de LF nooit. In de eerste plaats denken we dan aan het bestuur dat elke maand samenkomt om alles in elkaar te steken en nadien te evalueren. Maar we denken ook aan de programmator die nu al bezig is met 2015 en aan onze sponsormanager die voortdurend zijn contacten moet warmhouden om er een langdurige relatie mee op te bouwen. Daarnaast zijn er ook nog de verschillende werkgroepen die regelmatig afspreken om hun stukje LF voor te bereiden en te verbeteren. Mààr, eigenlijk organiseren we nog wel meer dan enkel het feestje dat 10 dagen duurt. Dit zijn dan wel activiteiten die exclusief voor de medewerkers bestaan. Het organiserend comité is bijna steeds een speciale werkgroep die opereert onder de illustere naam “Vrienden van het lachend glas”. Elk jaar rond eind januari is er de klassieke nieuwjaarsreceptie. Dit familiemoment bestaat zo goed als elk jaar uit een sneukeltocht door Lokeren en omgeving. Door de koude en de sneeuw wandelen we dan van de ene lekkere post naar de andere om uiteindelijk verkleumd maar tevreden, de dag uit te wuiven in een verwarmde zaal. Animatie en warm eten zijn daar altijd van de partij. En een pintje natuurlijk, of zelfs 2… De 4e vrijdag van april is traditiegetrouw het moment waarop we onze LF-quiz inrichten. Ploegen van 4 medewerkers en hun partners nemen het tegen elkaar op in een quiz die niet noodzakelijk door de slimste wordt gewonnen. De prijzen in natura en de ambiance zorgen steeds voor onvergetelijke avonden.

177


40 jaar Lokerse Feesten Naar aanleiding van ons jubileumjaar hebben we dit jaar een extra vroege start van de LF georganiseerd. Zo’n 1000 jeugdige feestvierders waren er op 3 mei om de allereerste editie van “LF Indoor” mee te maken. Topacts zoals Yellow Claw lieten de stedelijke feestzaal daveren. In juni is er elk jaar het minivoetbaltornooi der festivals waar we steeds aan deelnemen en dat we al een paar keer gewonnen en georganiseerd hebben. Het is nog maar van juni 2012 geleden dat we op de jeugdterreinen van Sporting Lokeren een vlekkeloze organisatie konden tonen. Eind juni, in de aanloop naar de feesten, is er de persconferentie voor de medewerkers. Deze vervangt de algemene vergadering van vroeger en wordt zoals steeds georganiseerd door de werkgroep “pers”. Alle medewerkers krijgen daar een échte uiteenzetting over de komende feesten, een “goodiebag” en de eerste affiches en folders. Dat de avond eindigt met een frisse pint en lekkere broodjes is geen onbelangrijk detail! Begin augustus hebben we geen tijd om iets anders dan de LF te organiseren…. Of het zou een wandeling, een wielerwedstrijd, een BBQ of een zwempartijtje onder medewerkers moeten zijn. September is al vele jaren pretparkmaand. De organisatie huurt een bus en de medewerkers betalen het groepstarief. Buggy’s, kleuters, knapzakken, fototoestellen en het vanzelfsprekende drinkgeld zijn de standaarduitrusting van de medewerker die mee gaat naar De Efteling, Walibi of andere Bobbejaanlanden.

178


Wat doen we al die andere maanden? Wanneer oktober op gang geschoten wordt, schieten ook de Vrienden van het lachend glas weer in actie. Het medewerkersfeestje dat meestal eind november plaatsvindt, moet immers voorbereid worden! Een feest met alles erop en eraan! Er is muziek, eten, drinken, straffe verhalen, mooie herinneringen. Kortom, een topfeest! Vandaag werken we meestal met de betere DJ’s maar in lang vervlogen tijden traden o.a. Roland en CPeX er nog op voor onze medewerkers. Tegenwoordig feesten we in de Jan Köllerzaal in het Daknamstadion. Eerdere feestlocaties waren o.a. de magazijnen van ALC, de hangar van Van Eetvelde, Het Magazijn, Den Dam, de Parochiezaal op de Heirbrug en zelfs The President, de feestzaal van het PB Motel. Jerome Van Doorslaer vertelt: De feesten waren voorbij en onze penningmeester Kurt Rombout en ikzelf trokken naar het PB-Motel om daar de hotelkosten van onze artiesten te gaan afrekenen. Na de betaling werd er aan de toog nog een beetje nagepraat over de voorbije feesten. Na een tijdje kwam ook het nog te organiseren medewerkersfeestje ter sprake. Patron Peter Beunen hoorde dat we nog op zoek waren naar een geschikte locatie om er met zo’n 200 man een feestje met drank en spijs te organiseren. Na een korte discussie met zijn vennoot kwam er het spontane aanbod om ons te trakteren op een feest voor 200 man in hun feestzaal. Zo geschiedde en feest werd er gevierd! Een greep uit nog andere activiteiten die de LF op hun palmares hebben: de talentenjacht die jarenlang werd georganiseerd en die de winnaar een plaatsje op de affiche opleverde, muzikale kroegentochten, de tentoonstelling in 1994 naar aanleiding van 20 jaar LF, een fietstocht van Doornik naar Lokeren, de Stormfuiven, de solidariteitsactie voor Janez Dedtd naar aanleiding van de diefstal van hun instrumenten, het indoor festival “Lokeren INN” dat plaats had in het cultureel centrum, acties voor MFL van Stubru, de solidariteitsactie met één van onze medewerkers Mahendran die het land zou worden uitgezet (wat gelukkig op de valreep niet doorgegaan is). We helpen tappen op Lokeren zingt, de recepties van de stad Lokeren en ook op vele andere feesten en wijkkermissen zijn we dikwijls een helpende hand.

179


2 Many DJs 2-Takt 4T4 en Tom Derie 50 Cent A Brand Abacush Abel Abra Moore Band Absynthe Minded Admiral Freebee Adrian Borland & The Citizens African Culture AIR Airbourne Akka AKS Alafia Alain Clark Alanis Morissette Alexis Korner Alfa Alfred Den Ouden Alfredo Gutierrez Ali Hassan Kuban Alice Cooper Amporo Cortez - Manolo Lopez Amy Macdonald An Pierlé & White Velvet An Triskell Andre Bialek Andy J. Forest Andy Sheppard Quintet Angie Stone Ann Peebles Anouk Anthrax Anvil Arbeid Adelt Arid Arlecchino Armand Van Helden Arno Arsenal Arthus Artisjok Ashbury Faith Asian Dub Foundation Aswad

‘02 ‘03 ‘04 ‘05 ‘09 ‘11 ‘92 ‘05 ‘06 ‘14 ‘06 ‘09 ‘84 ‘00 ‘96 ‘06 ‘10 ‘12 ‘03 ‘05 ‘10 ‘92 ‘85 ‘10 ‘11 ‘81 ‘12 ‘85 ‘09 ‘08 ‘80 ‘78 ‘77 ‘97 ‘93 ‘10 ‘13 ‘84 ‘14 ‘00 ‘06 ‘79 ‘78 ‘96 ‘89 ‘06 ‘96 ‘03 ‘09 ‘10 ‘13 ‘84 ‘99 ‘00 ‘02 ‘07 ‘10 ‘12 ‘79 ‘06 ‘90 ‘97 ‘99 ‘07 ‘13 ‘03 ‘05 ‘06 ‘08 ‘10 ‘11 ‘12 ‘14 ‘80 ‘76 ‘94 ‘03 ‘00

Atlantic Soul Machine Audio Bullys Automatic Buffalo + Camden Axelle Red Babyshambles Baloji Balthazar Bandulu Barbekjoekwintet Barrence Whitfield and the Savages Bart Peeters Bart Peeters & De Radio’s Bart Peeters en de Moeilijkheden Battlefield Band Bauhaus Beausoleil Belgian Asociality Belgisch Combo Benny Bottle and The Space Shuttles Beri Beri / Beri Beri & Dirk De Geest Betty Goes Green Big Band Freddy Couché Big Band Studio 10 Big Bill Krakkebaas en band Billy Bacon & The Forbidden Pigs Billy Bragg Bioric BJ Scott/Beverly Jo Scott Björn Again Black Slate Blaine L. Reininger Blanc de Blanc Blink 182 Bloem Blood & Fire Soundsystem featuring U Brown Blue Blot Blue Jazz Band Blue Murder Blunk Bob Catley & Band Bob Geldof Bob Margolin Band & Billy Boy Arnold Bomfunk MC’s Bonga Kwenda Boogie Boy Boothill Foottappers Bots Boudewijn de Groot

‘92 ‘07 ‘01 ‘94 ‘97 ‘04 ‘13 ‘10 ‘08 ‘11 ‘13 ‘98 ‘76 ‘87 ‘09 ‘11 ‘88 ‘89 ‘92 ‘97 ‘78 ‘06 ‘87 ‘95 ‘77 ‘88 ‘83 ‘98 ‘93 ‘86 ‘83 ‘77 ‘94 ‘02 ‘77 ‘91 ‘94 ‘95 ‘98 ‘99 ‘80 ‘85 ‘88 ‘83 ‘14 ‘97 ‘98 ‘89 ‘91 ‘83 ‘86 ‘06 ‘00 ‘00 ‘95 ‘01 ‘81 ‘87 ‘85 ‘77 ‘79 ‘02 ‘03

Wie speelde wanneer, het complete overzicht!


Bovick & Partners Brainpower Bram Vermeulen Brasero 7 Brenda Wootton Brendan Croker & The 5 O’Clock Shadows Brendan Croker & The Serious Offenders Brian Wilson Bruno Castelluci Bryan Ferry Buffalo Tom Bula Sangoma Burning Spear Buscemi Buscemi(Squadra Bossa ft Buscemi & Stanley Livingstoon) Buzzcocks C.J. Chenier Calexico Calvin Owens and the Blues Orchestra Calvin Russel Canto Libre Cassius Dex ‘n’ FX (Zdar & Boombass) Ceelo Green Channel Zero Charel Janssens & Co Flower Charles & the White Trash European Blues Connection Charles et les Lulus Chateau Migraine Chic ft Nile Rodgers Chow Chow Chris Daniels & The Kings featuring Sonny Landreth Cigar Store Indians Cindy’s Collection Cinérex DJ’s Clark Terry & trio Van Haverbeke/& The Bop Friends Claw Boys Claw Clement Peerens Explosition Clouseau Cobraz Coely Compact Disk Dummies Connie Vandenbos en kwartet Cranes Crary Creature With The Atom Brain Cromlech Customs Cypress Hill

‘82 ‘83 ‘03 ‘93 ‘99 ‘85 ‘80 ‘88 ‘93 ‘04 ‘75 ‘07 ‘12 ‘08 ‘83 ‘03 ‘02 ‘05 ‘03 ‘04 ‘06 ‘07 ‘08 ‘93 ‘03 ‘92 ‘92 ‘93 ‘82 ‘08 ‘13 ‘11 ‘14 ‘82 ‘98 ‘92 ‘85 ‘03 ‘85 ‘94 ‘96 ‘82 ‘00 ‘76 ‘78 ‘86 ‘95 ‘99 ‘89 ‘90 ‘97 ‘99 ‘02 ‘05 ‘07 ‘95 ‘13 ‘13 ‘85 ‘05 ‘86 ‘13 ‘81 ‘10 ‘11 ‘09

D.A.A.U. ‘01 Daan ‘99 ‘02 ‘04 ‘10 ‘13 Daan tripartite / Daan ‘simple’ ‘06 ‘11 Daisy’s Band ‘85 Damain ‘JR GONG’ Marley ‘12 Damenie & Band ‘92 Damien Rice ‘13 Dana Gillespie ‘86 ‘87 Daniel Lanois ‘08 Danzig w/Doyle ‘13 Das Pop ‘00 ‘01 ‘03 ‘08 ‘09 ‘11 Dave Alvin ‘94 Dave Angel ‘99 David Byrne ‘09 De Gigantjes ‘85 De Heideroosjes ‘00 ‘04 ‘07 De Jeugd van Tegenwoordig ‘09 De Kreuners ‘83 ‘90 ‘98 ‘03 De Krikskes ‘76 De La Soul ‘97 De Mens ‘96 ‘97 ‘99 ‘01 ‘03 ‘12 De Nieuwe Snaar ‘82 ‘90 De Parkingzingers ‘06 De Peter Van De Veire Love Show ft Gerrit K. ‘09 De Puta Madre ‘00 De Raggende Manne ‘96 Deep Purple ‘13 Def Real ‘96 Deka Koma ‘81 Der Polizei ‘80 ‘83 Derroll Adams ‘77 dEUS ‘12 Devine Townsend Project ‘14 Dick Dale ‘96 Die Anarchistische Abendunterhaltung ‘98 Digitalism ‘09 Dimmu Borgir ‘14 Dinosaur Jr ‘10 Dio Disciples ‘12 Dirk Blanchart / & The Groove Quartet ‘89 ‘90 Dirk Blanchart & The Mindsurfers ‘95 Dirk De Caluwé & Tars Lootens kwartet ‘85 Dirk de Caluwé en Mark Mathys Kwartet ‘79 Discobar Galaxie Discow Blowout ‘09 Discobar Galaxie met DJ’s Love Boat, Lars Capaldi & Boby Ewing ‘00 ‘01 ‘02 ‘03 ‘04 ‘05 ‘07 Discovery Big Band ‘94 Dizzee Rascal ‘10 DJ Alex Callier (Hooverphonic) ‘00

944 groepen, 40 edities.


DJ Bart Vermandere DJ Carl Craig DJ CJ Bolland DJ David Du Pré (Arid) DJ Dirk Stoops DJ Eppo Janssen (DJ) DJ Gerrit Kerremans DJ Groove Merchant (platiks soundsystem) DJ Hazard & MC Biggie DJ Hermanos Inglesos DJ Jan Van Biesen DJ Jef Van Eyck DJ Kristof Ysabie DJ Lefto / DJ Lefto vs Mig 1 DJ Mark Broom DJ Merdan Taplak DJ Mo & Benoelie DJ Mr C (The Shamen) DJ Papy Harder & Mon Colonel DJ Pierre DJ Robert Leiner DJ Saskia DJ Saucisse DJ Stephanie DJ The Glimmer Twins (Mo & Benoelie) DJ TLP DJ Tom Barman DJ Trish&Kash DJ Turbo Pascals (Tomas De Soete & Davy De Meyer) DJ Ultrasonic + live guests DJ Well Shaped Bushes (Bram Willems - StuBru) DJ Zaki Donavon Frankenreiter Donna Summer Dope D.O.D. Douce Ambiance Doug Sahm & The Last Real Texas Blues Band Down Dr. Alimantado and Miss Ica Black & The Experience Band Dr. Feelgood Dr. Lektroluv Dr.John Dream Theater Drunk Again Dry Livers Dubwiser(Dreadzone Soundsystem) Dwang Dzjem

‘00 ‘01 ‘02 ‘01 ‘97 ‘00 ‘03 ‘00 ‘01 ‘02 ‘03 ‘04 ‘05 ‘07 ‘08 ‘09 ‘11 ‘12 ‘13 ‘10 ‘11 ‘12 ‘02 ‘03 ‘04 ‘05 ‘06 ‘01 ‘14 ‘04 ‘05 ‘06 ‘07 ‘08 ‘10 ‘11 ‘98 ‘99 ‘00 ‘01 ‘02 ‘00 ‘01 ‘02 ‘00 ‘01 ‘97 ‘11 ‘98 ‘99 ‘13 ‘98 ‘96 ‘96 ‘07 ‘96 ‘03 ‘04 ‘14 ‘03 ‘00 ‘08 ‘03 ‘08 ‘04 ‘13 ‘09 ‘14 ‘77 ‘95 ‘97 ‘14 ‘91 ‘88 ‘89 ‘07 ‘09 ‘99 ‘11 ‘75 ‘93 ‘99 ‘83 ‘76

E. Verschueren Kwartet Earth Quake Roody & The Trembling Walls Echo & The Bunnymen Ed & Kim Ed Kooyman Eddy Lockjaw Davis Eddy Smets Eddy Wally & showorkest Eden El Fish & Jean-Marie Aerts El Kholoud El Tattoo Del Tigre Electric Ananas Elisa Waut Elliot Murphy/ E Murphy & Band Empire Of The Sun Engine Ensemble Tante Magda Enter Shikari Erik Van Neygen Erykah Badu Eskimo/Eskimo soundsystem Etienne De Crecy (live) Europe Evil Superstars Example Ex-drummer live Eyes on Brasil Fanfare ‘Elk zijn gedacht’ Far East Movement Fatboy Slim Fear Factory Felix Da Housecat Femi Anikulapo Kuti & The Positive Force Ferre Grignard en groep Ferry Devos Fifty Foot Combo Fischer Z Fish Flip Kowlier Flogging Molly Frank Black & The Catholics Frank Boeijen Frendz Front 242 Fun Lovin’ Criminals Gabby Gabriel Rios

‘82 ‘90 ‘02 ‘12 ‘07 ‘75 ‘75 ‘86 ‘77 ‘98 ‘98 ‘84 ‘00 ‘04 ‘83 ‘84 ‘87 ‘89 ‘91 ‘93 ‘95 ‘13 ‘78 ‘82 ‘13 ‘95 ‘11 ‘91 ‘02 ‘09 ‘04 ‘98 ‘14 ‘07 ‘91 ‘83 ‘13 ‘09 ‘14 ‘13 ‘08 ‘99 ‘78 ‘75 ‘04 ‘01 ‘96 ‘02 ‘04 ‘10 ‘06 ‘01 ‘92 ‘96 ‘99 ‘89 ‘04 ‘03 ‘06 ‘91 ‘05 ‘07 ‘11


Gaga Gang Of Four Garland Jeffreys Gé Reinders General Saint and Clint Eastwood Georges/Georges & Miel Gers Pardoel Ghetto Blaster Gil Scott-Heron Girls in Hawaï Glitter Galvanaise Rok en Rol Band/ Galvanaise Glitter Rok en Rol Band Goe Vals en Uit de Moate Gogol Bordello Golden Earring Goose Gorillaz Sound System Gorki/Gorki + Special Guest Gotthard Grace Jones Green Groovemania Gruppo Sportivo Guido Belcanto/ & Het orkest zijner dromen Guido Ros Sextet Guilt Gunther Neefs & The Special Request Band Guo Yue and Friends Habib Koite & Bamada Hallo Venray Hank Shizzoe & King Louie Hank Wangford Band Hans De Booy Harmonie Stedelijke Akademie Harvey & The Wallbangers Headphone Heather Nova Henk de Bruin Henk Van Montfoort show Herman Brood & his Wild Romance Herman De Bruycker Het Grote Gilbert Ensemble Het Kliekske Hickman and Berline Hidalgo High Chapparals Hindu Nights DJ’s/HN DJ’S ft Eppo Janssen Hooverphonic

‘78 ‘11 ‘10 ‘08 ‘09 ‘11 ‘12 ‘98 ‘02 ‘99 ‘08 ‘92 ‘94 ‘78 ‘85 ‘90 ‘92 ‘75 ‘83 ‘84 ‘97 ‘93 ‘96 ‘98 ‘92 ‘95 ‘86 ‘92 ‘88 ‘89 ‘87 ‘85 ‘08 ‘06 ‘79 ‘81 ‘88 ‘75 ‘84 ‘76 ‘86 ‘76 ‘80 ‘09 ‘10 ‘13 ‘99 ‘01 ‘04 ‘07 ‘11 ‘14

‘85 ‘10 ‘07 ‘93 ‘83 ‘75 ‘76 ‘76 ‘79 ‘12 ‘87 ‘89 ‘14 ‘76 ‘77 ‘82 ‘83

Hope Band met: Jean Bosco Safari, Paul Michiels, ‘96 Kris Wauters, Vincent Goeminne, Marc Kruithof ‘ Horace Parlan ‘75 Hothouse Flowers ‘00 ‘04 Hulk ‘05 Ian Mc Culloch ‘03 Idool ‘03/Idool ‘07 ‘03 ‘07 Iggy & The Stooges ‘05 ‘13 Ilse DeLange ‘99 In Flames ‘12 India.Arie ‘04 Intergalactic Lovers ‘12 ‘14 Interpol ‘11 Isabelle A ‘08 Isabelle Antena ‘88 J.M. Watts ‘97 Jablkon ‘91 Jaccamacca Joggers Band & The Flemish All Stars met: Bart Peeters, Ludo Mariman, Johan Verminnen, Walter Grootaers, Ivan Heylen, Allida Neslo, Jacques Pee, Simon, Paul ambach, Jacques Ros, Johnny the Clown, Jan De Smet, The King, Jean Rousseau en Firmin ‘84 Jack Walrath Kwintet ‘82 Jackson Brown and David Lindley ‘06 Jamie Lidell ‘11 Jamiroquai ‘06 Jan Akkerman + Pleasure Point/ Jan Akkerman Trio ‘81 ‘84 Jan De Bruyn & Band ‘90 Jan De Wilde & De Fanfare van Honger en Dorst ‘91 Janez Detd ‘00 ‘02 ‘03 ‘05 Jaques Raymond ‘83 Jasper Steverlinck ‘04 Jazzcircle / Jazz-Circle + Pietro Lacirignola ‘78 ‘81 Jean Bosco Safari ‘95 Jean Fanis ‘75 Jean Walter ‘83 Jegg Pap New Orleans Jazzband ‘77 Jessie J ‘14 Jimmy Cliff ‘05 Jimmy Frey ‘82 Jimmy Lafave & The Night Tribe ‘96 ‘97 JMX ft Tikiman ‘03 Jo Leemans ‘83 Jo Lemaire & Flouze/Jo Lemaire ‘81 ‘84 ‘91 ‘98 Jo-An Kelly ‘78 Joannes Kerkorrel ‘93 Joe Cocker ‘11 Joe Jackson Band ‘03 Johan Verminnen ‘76 ‘80 ‘90 Johan Verminnen & Raymond van het Groenewoud ‘78


Johan Verminnen & Roland Johan Verminnen & Tars Lootens/& groep John Cale & The Soldier String Quartet John Hammond John Lundstrom John Massis John Redbourn and friends John Wetton Band Johnny Baby Johnny Dover/JD Big Band/JD Sax Combination Johnny Marr Jools Holland and his rhythm & Blues Orchestra ft Gilson Lavis and Sam Brown & Ruby Turner Joost Zweegers Joseph Cotton Josephine Jovanotti Jr. Walker & The All Stars Juan De Marcos’Afro-Cuban all stars Juan Massondo & Dirk Van Esbroeck Juice of the Barley Junior Walker All Star Band & Eddie Floyd Junkhouse Kanda Bongo Man Kandahar Kane Karlekammeret Katrina & The Waves Kazzen en Ko KD’s Basement Party Kelis Ken Ishii (live) Kentucky and Chime Cloggers Ketnet Band/Ketnet Pop Live Kevin Coyne Khadja Nin Kid Creole & The Coconuts Kid Safari Killing Joke Kirsty MacColl Kiss My Jazz Kitachi Klaus Klang Kloot Per W Koenie Kollasuyu Nan Konteverkeerd (theaterkollektief: ) Kosheen

‘02 ‘98 ‘91 ‘02 ‘88 ‘01 ‘83 ‘86 ‘87 ‘89 ‘92 ‘96 ‘95 ‘90 ‘76 ‘05 ‘08 ‘91 ‘92 ‘97 ‘79 ‘91 ‘01 ‘07 ‘11 ‘00 ‘82 ‘00 ‘02 ‘09 ‘80 ‘92 ‘95 ‘00 ‘93 ‘03 ‘13 ‘00 ‘95 ‘96 ‘99 ‘87 ‘87 ‘97 ‘85 ‘79 ‘02 ‘07

‘83 ‘86 ‘87 ‘96 ‘88 ‘76 ‘79 ‘79 ‘98 ‘90 ‘75 ‘77 ‘78 ‘14 ‘04

Kraantje Pappie ‘12 Kremlin Cowboys ‘90 Krezip ‘04 Kris De Bruyne & groep/Kris De Bruyne ‘77 ‘93 K’s Choice ‘10 Kuruki ‘82 Kwartet Franco-Belge ‘80 Kyuss Lives! ‘11 La Cosa Nostra ‘85 La Esterella ‘85 La Fanfafonie ‘83 La Fille d’Ernest ‘89 La fille d’O ‘07 La Gran Mazana ‘91 La Lupa ‘91 La Maffia ‘89 La P’tite Fanfare ‘88 La Romanderie ‘80 Ladgo Bilo ‘79 Ladgo Bilo Ensemble ‘81 Lady Linn & Her Magnificent Seven ‘09 ‘11 ‘14 Laïs ‘00 ‘02 ‘04 Lamb ‘04 Laurel Aitken & The Preasure Tenants ‘90 Lavendel ‘75 Lavvi Ebbel ‘83 Lee Rocker ‘96 Lee Scratch Perry & The Robotiks featuring The Mad Professor ‘97 Leftfield ‘10 Leki ‘07 Lemon ‘03 L’entrepot du Congo ‘84 Leon Redbone ‘93 Les Gangsters d’Amour ‘88 Les Responsables ‘94 Les Tambours de Bronx ‘92 Les Truttes ‘03 Leyers, Michiels & Soulsister / L.M. & Soulsister ‘91 ‘93 L’Histoire D’Arno ‘01 Lia Linda en The Eddy House Band ‘86 Life Of Agony ‘10 Lloyd Cole ‘98 Los Cinco ‘78 Los Lobos ‘09 Los Rupay ‘78 Loudon Wainwright III ‘93 ‘99 Loup Garou ‘95 Lowpass ‘97


LSP Band met : Bea Van Der Maat, Walter Grootaers, Kurt Van Eeghem, Roland, Bart Peeters, ‘86 LSP Band met: Bart Peeters, Kurt Van Eeghem, Ludo Mariman, Dirk Blanchart, Jan De smet, Bea Van Der Maat ‘87 LSP Band met: Bea Van Der Maat, Kris Wauters, Loes Van Den Heuvel, Sofie, Lukas Vandertaelen, Ludo Mariman, Walter Grootaers, Paul Michiels, Philippe Robrecht, De Wiene ‘94 Luc De Vos / Gorki ‘99 Luc Van Acker & band/Luc Van Acker ‘85 ‘12 Ludo Mariman & The Exceptions ‘89 Luka Bloom ‘98 ‘00 Luke Slater ‘01 Luna Twist ‘82 Luther Tucker & Former Blues Band ‘82 M.I.A. ‘10 Maceo Parker ‘01 Machiavel ‘97 Machine Head ‘12 Macy Gray ‘08 Madness ‘06 Madou ‘81 Magnus ‘05 ‘07 ‘13 Makam Es Kolinda ‘82 Mandanga ‘82 Mango ‘75 ‘76 ‘76 ‘76 Manic Street Preachers ‘09 Marc Almond ‘00 Marco Borsato ‘12 Margriet Eshuis + Lucifer ‘78 Mark & Peter ‘76 Markus Van Den Bogaert ‘77 Martin Solveig (DJ) ‘10 Massada ‘79 Massive Attack ‘08 Massive Chandelier ‘92 Masterplan ‘06 Maurane ‘87 Mauro/Mauro Pawlowski & The Groomes ‘01 ‘04 Maxine Howard’s Rhythm ‘n Blues Explosion ‘87 Melee ‘08 Mellow ‘93 Mercury Rev ‘05 Metal Molly ‘00 Michael Franti & Spearhead ‘05 Mieke ‘84 Miles Kane ‘14 Milk Inc ‘08 Milkshake Banana Band ‘78 ‘82 Millionaire ‘02 ‘05 Milow ‘12 Ministry ‘12

Mish Mash Soundsystem (DJ) Mitch Woods & his Rockets Mix Master Mike (Beastie Boys DJ) Mo and Grazz Moiano Monster Magnet Monti Amundson Band Monza Morrissey Mötley Crüe Motörhead Murdock ft Jenna G & MC Carasel Mwenzo Africa Mylo (Live) Mystery N*E*R*D Nacht und Nebel NAS Natalia Natalie Imbruglia Neeka Neil Young & Crazy Horse Nemo Netsky Live Neven New Order New Orleans Train Jazz Band Nick Lowe Nicole Nid and Sancy Nimf Nits Noordkaap Norbert De Taeye North Mississippi Allstars Duo Novastar O.M.D. Omar & The Howlers Once More Orbital Original de ManzanilloB Orishas Orjazzme Orquestra Aragon Ossian Otis Grand & The Dance Kings Oumou Sangare Ozark Henry

‘10 ‘87 ‘11 ‘06 ‘01 ‘13 ‘93 ‘01 ‘05 ‘08 ‘11 ‘10 ‘14 ‘13 ‘88 ‘05 ‘95 ‘08 ‘84 ‘05 ‘07 ‘05 ‘02 ‘14 ‘95 ‘13 ‘97 ‘12 ‘76 ‘77 ‘85 ‘97 ‘83 ‘06 ‘09 ‘78 ‘00 ‘90 ‘94 ‘96 ‘88 ‘11 ‘04 ‘09 ‘14 ‘11 ‘03 ‘78 ‘09 ‘12 ‘95 ‘02 ‘78 ‘99 ‘80 ‘88 ‘91 ‘03 ‘06 ‘09 ‘11 ‘13


P!NK P.I.L. Panic Cell Paolo Nutini Papa Roach Parasite Park Café Partyharders vs Buffalo Beats (The Subs DJ set) Pascal Charpentier Pat Mears Patchwork Patricia Beyssens Kwartet Patti Smith and her band Paul Gallagher & Phil Smith Paul Michiels en the Big M’s Paul Penfield Paul Weller Paula Lockheart Trio Paulo Passionato & the Pennies from Heaven Pendulum dj set & Verse Perro Perry Rose Pet Shop Boys Peter Doherty Peter Hook / New Order (DJ set) Peter Van De Veire Love Show ft Gerrit K Philippe Robrecht & groep/Philippe Robrecht Philm ft Dave Lombardo Pierre Rapsat Pieter-Jan De Smet Pills(live) Piotto’s Pitbull Pitti Polak Plastiks Soundsystem Platters (The Golden Hits of The) Postmen Praga Khan Pride of Lions Primal Scream Primal Scream Present Screamadelica Live Prince Buster Prof Sarcos. Presentatie: Jean Monnet. Public Enemy Punaizenkombo Ralph Samantha & The Medicine Men Ramses Shaffy en Liesbeth List & trio Nico Van der Linden Ranking Joe en DJ Steve Barrow.

‘07 ‘12 ‘10 ‘11 ‘10 ‘75 ‘76 ‘78 ‘90 ‘10 ‘90 ‘93 ‘85 ‘86 ‘05 ‘14 ‘08 ‘98 ‘79 ‘04 ‘06 ‘10 ‘81 ‘83 ‘13 ‘84 ‘92 ‘07 ‘14 ‘09 ‘06 ‘08 ‘92 ‘93 ‘02 ‘13 ‘87 ‘90 ‘97 ‘00 ‘75 ‘13 ‘90 ‘02 ‘84 ‘00 ‘01 ‘03 ‘06 ‘05 ‘09 ‘13 ‘11 ‘07 ‘79 ‘10 ‘82 ‘91 ‘87 ‘98

Ray Barretto & The New World Spirit ‘94 Ray Davies & Band ‘09 Ray Gelato & Giants of Jive ‘89 Ray King band ‘79 Ray Lema & Bwana Zoulou Gang ‘90 Raymond van het Groenewoud ‘87 ‘94 ‘96 Raymond van het Groenewoud & Bien Servi ‘77 Raymond van het Groenewoud & de Straffe Mannen ‘98 Raymond van het Groenewoud & de Vlaamse Mustapha’s ‘89 ‘91 Raymond van het Groenewoud & groep ‘85 Raymond van het Groenewoud & Johan Verminnen ‘78 Raymond van het Groenewoud & the Centimeters ‘79 Red Roses Brassband ‘76 Regi ‘12 Richard Thompson ‘99 Rico Rodriguez & Band ‘94 Riders on the Storm ‘93 Right Said Fred ‘98 Riguelle-Hautekiet ‘01 Rizzle Kicks ‘13 Rob De Nijs ‘01 Rob Hoeke’s Boogie & Blues Band ‘90 Robert Plant & Strange Sensation / & The Band of Joy ‘01 ‘11 Robin Hood & the Swinging King Richard Band ‘87 Rocking Dopsie and the Cajun Twisters ‘80 Rockles(s) ‘79 Roger Chapman & The Shortlist ‘93 Roger Daltrey performs The Who’s Tommy ‘11 Roger Guérin-Michel Rocques Quintet ‘79 Roger Van Haverbeke ‘75 Roland ‘78 Roland & Friends met Raymond Van Het Groenewoud, ‘89 Kaz Lux, Jan De Bruyn Roland & his Blues Workshop ‘76 ‘77 Roland & His Blues Workshop & Louisiana Red - Harmonica King ‘84 Roland Gift(Fine Young Cannibals) ‘01 Roland ‘Witloof & Coconut’ ‘04 Ronnie en Johnny ‘84 Roomful of Blues ‘95 Rory Mc Leod & Kathryn Tickell ‘88 Rowen Hèze ‘92 ‘94 Roxy Music ‘10 Roy Ayers & Ubiquity ‘95 Roy Cape & The Kaiso All Stars ‘94 Röyksopp ‘12 Ruben Salas & his Salsa Orchestra ‘87 Rubie Turner ‘86 Rudy Frankel ‘75


Rue du Village Rufus Thomas Rum & vrienden Rye Rye Sabaton Sacy Perere Sadi Saian Supa Crew Samantha Sammy Rimmington Sananda Maitreya aka Terence Trent d’Arby Sarah Bettens Saxon Scala On The Rocks met special guest: Jasper Steverlinck Scan-X School is Cool Scissor Sisters Scooter Sean Paul Seasick Steve Selah Sue Sex Pistols Shameboy Sharon Jones & The Dap-Kings Sierra Maestra Simple Minds Sinead O’Connor Sioen Siouxsie Sir Wendy Sister Bliss (Faithless DJ set) Smoketown Strut Snoop Dogg/ aka Snoop Lion Soapstone Sofie & Celluloid Soja Sonic Youth Soulfly Soulsister Soulwax Sound of Stereo Spencer Bohren Sphil es Nokh a Mol Splendid (Volksbal met ) Spring Stage Fried Stampen en Dagen Starflam

‘80 ‘91 ‘82 ‘10 ‘13 ‘82 ‘75 ‘01 ‘84 ‘76 ‘03 ‘05 ‘12 ‘03 ‘96 ‘12 ‘11 ‘79 ‘81 ‘05 ‘14 ‘13 ‘10 ‘11 ‘12 ‘08 ‘07 ‘08 ‘11 ‘98 ‘04 ‘09 ‘08 ‘04 ‘05 ‘08 ‘87 ‘11 ‘82 ‘07 ‘13 ‘95 ‘81 ‘13 ‘08 ‘11 ‘88 ‘89 ‘95 ‘99 ‘12 ‘91 ‘90 ‘78 ‘04 ‘05 ‘08 ‘85 ‘77 ‘00 ‘02

Stars of Ska ‘00 Starsailor ‘05 ‘09 Status Quo ‘08 Stef Bos & band ‘92 Stella Marrs + trio Roger Van Haverbeke ‘77 Stereo MC’s ‘06 Stijn ‘07 Stijn Van De Voorde and Otto-Jan Ham ‘06 Stubru ‘96 ‘98 ‘05 ‘06 Stubru - Was het nu ‘70 ‘80 of ‘90 ‘00 ‘01 ‘02 ‘07 StuBru Dream Team ‘13 Stubru-fuif/met Dirk Stoops & Thomas De Soete/ ‘99 ‘03 ‘04 met Wim Oosterlinck, Nicholas & Eppo Janssen Suede ‘12 Sugar Hill Gang featuring Grand Master Melle Mel ‘98 Super Diamono de Dakar ‘86 ‘86 Superfunk(DJ Fafa Monteco) ‘01 Supergrass ‘08 Suzanne Vega ‘07 SX ‘13 ‘t Hof van Commerce ‘98 ‘03 ‘05 ‘06 ‘12 Tabu Ley Seigneur Rochereau and Africa International Orchestra ‘89 Taj Mahal & The Phantom Blues Band ‘98 Talisman ‘03 Taxi Pata Pata ‘88 TC Matic ‘84 TD-Blue ‘90 Teddy Morgan & The Sevilles ‘95 Televizor ‘89 Texas ‘06 ‘13 The Australian Pink Floyd Show ‘08 ‘12 The Avalanche ‘85 The B-52’s ‘13 The Balham Alligators ‘89 The Beach Boys ‘12 The Bet ‘81 The Big M’s ‘97 The Black Box Revelation ‘09 ‘10 ‘12 The Blazers ‘94 The Blind boys of Alabama ‘99 The Blue Jazzband ‘84 The Bluebirds ‘96 The Blues Band ‘90 The Blues Brothers (Boogie Boy & Roland) ‘88 The Bob Color ‘92 The Boogie Brothers ‘88 The Brand New Heavies ‘05 The Brandos ‘93


The Cambridge Buskers The Charlatans The Chart Birds (as heard on Rock Ahoy) The Choice The Chrome The Cramps The Cranberries The Crew The Cropdusters The Cure The Dandy Warhols The Datsuns The Decorators The Delaware Water Gap String Band The Electric Bluebirds The Fabulous Thunderbirds The Flying Dewaele Brothers / Fucking De Waele Brothers The Flying Pickets The Former Blues Band/& Guests The Fratellis The Fundamentals The Furious 5 The Game The Garnets The Garret Jazz Combo The Gigolos The Glimmers The Gourds The Happy The Heartbreaks The Hickey Underworld The Hillbilly Voodoo Trio The Hives The Horrors The Human League The Inmates The jack of Hearts The Kids The Klezmorin Thé Lau The Lemonheads The Levellers The Magic Numbers The Magician The Mick Clarke Band The Mint Juleps The Mood The Neon Judgement

‘78 ‘06 ‘12 ‘09 ‘94 ‘82 ‘06 ‘10 ‘86 ‘86 ‘88 ‘91 ‘05 ‘10 ‘11 ‘83 ‘79 ‘86 ‘95 ‘00 ‘01 ‘90 ‘80 ‘81 ‘13 ‘03 ‘06 ‘07 ‘77 ‘87 ‘85 ‘81 ‘05 ‘06 ‘08 ‘10 ‘97 ‘13 ‘11 ‘09 ‘93 ‘09 ‘10 ‘02 ‘10 ‘94 ‘91 ‘86 ‘96 ‘08 ‘86 ‘91 ‘02 ‘07 ‘03 ‘07 ‘12 ‘88 ‘89 ‘87 ‘98

The New Dixieland Gamblers The New York Dolls The Nile The Opposites The Orb The Oyster Band The Paladins The Paranoid Polaroids The Pasadena Roof Orchestra The Pebbles The PeeWee Ellis Assembly fut. Fred Wesley The Pogues The Presidents of the USA The Prodigy The Radio Kings The Ramblers The Rasmus The Real Hot-Dogs The Road Band The Roots The Sands The Scabs The Scene The Seatsniffers The Selecter & The beat The Sign + Al Fritsch / The Sign + Al Fritsch + danny Vaughn The Sisters of Mercy The Skatalites The Skyblasters The Slime Hunters The Sophisticrats The Sore Losers The Soul Sisters The Sound The Southern Kings The Specials The Storys The Stranglers The Subs The Sundogs The Terrible Tivoli Brass Band The Treble Spankers The ultimate 2 Tone Revue ft members of The Specials The Van Jets The Wailers The Walkabouts The Watchman The Waterboys

‘79 ‘08 ‘94 ‘10 ‘13 ‘02 ‘94 ‘00 ‘88 ‘86 ‘80 ‘02 ‘07 ‘06 ‘07 ‘96 ‘86 ‘96 ‘06 ‘84 ‘84 ‘12 ‘96 ‘89 ‘90 ‘08 ‘09 ‘89 ‘98 ‘00 ‘95 ‘97 ‘99 ‘00 ‘01 ‘04 ‘05 ‘10 ‘97 ‘02 ‘86 ‘88 ‘89 ‘87 ‘14 ‘87 ‘82 ‘94 ‘12 ‘08 ‘96 ‘09 ‘11 ‘12 ‘13 ‘92 ‘77 ‘96 ‘00 ‘07 ‘10 ‘98 ‘99 ‘14 ‘92 ‘93 ‘02 ‘06


The Westhinder Lighthouse ‘94 The Whisky Priests ‘93 The Witness ‘87 The Wodads ‘01 Theo & Bert Show met oa : Rocco Granata ‘80 Therapy? ‘02 ‘06 ‘10 Thin Lizzy ‘11 Think of One ‘06 Thione Seck & Le Raam Daan ‘89 Tijd van Toen show met: Ray Franky ‘79 Tim Vanhamel ‘08 Tinie Tempah ‘13 Tinsel Town ‘88 Tish Hinojosa ‘97 Tjens Couter ‘76 Tom Helsen ‘01 ‘07 Tom Robinson Band ‘95 ‘96 Tom Rush & The Westhinder Lighthouse ‘95 Tom Wolf ‘91 ‘93 Tommy Tucker + Al Jones Blues Band ‘80 Tony Bell ‘84 Toots Thielemans ‘75 ‘90 Toumani Diabate & Nianadi ‘89 Townes Van Zandt ‘93 Toy ‘81 Trambling Feet ‘82 Trash Radio ‘12 Trentemöller ‘12 Triggerfinger ‘05 ‘08 ‘11 ‘14 Trivium ‘13 Tröckener Kecks ‘86 ‘89 ‘92 Tumor ‘83 ‘84 Tussen Spelers en Drinkers met: Paul Michiels, Frank Vanderlinden, Stijn Meuris, Guy Swinnen, Sarah Beth, Katia Vandl, Jan Hautekiet, Rick De Leeuw, Johan Verminnen ‘94 Tuxedo’s ‘82 Twee Belgen ‘82 ‘85 Two of a Kind ‘86 UB40 ‘12 Ugly Kid Joe ‘13 Ultrasonic 7 ‘04 Ultravox ‘09 Valentine ft Terry Brock ‘09 Van Dik Hout ‘98 Vanilla Coke ‘01 Vasmalon ‘91 Vaughn+Mark Mangold ‘02 Vaya Con Dios ‘10 Velvet Spine ‘97

Venus ‘00 Venus In Flames & guests ‘04 Vermenton Plage ‘88 Vic Chesnutt & Band ‘94 Vinx and The Barkin’ Feet ‘92 Vive La fête ‘02 ‘03 ‘05 ‘09 Vizöntö ‘81 Voices Of Rock Radio ‘08 Volle Petrol met o.a. Johan Verminnen, Roland, Tars Lootens ‘81 Vrouwenkoor Kalinka ‘76 Vuile Mong & zijn Vieze Gasten ‘75 ‘76 ‘79 ‘80 Walter De Buck ‘75 ‘76 ‘79 Walter Verdin ‘80 Wannes Van De Velde en groep ‘77 ‘84 Waso ‘76 Well Shaped Bushes (DJ) ‘10 White Lies ‘13 Wigbert ‘91 ‘94 Will Tura ‘99 Willy DeVille & Band ‘03 Willy Sommers en orkest ‘84 Wim De Craene ‘76 ‘81 ‘89 Winawan ‘81 Within Temptation ‘06 ‘14 Wizards of Ooze ‘95 ‘99 Won Ton Ton ‘88 Worldstage ‘07 Wreckless Eric ‘90 Wu-Tang Clan ‘10 X!NK ‘06 X-Legged Sally ‘92 Yellowcard ‘13 Zachary Richard ‘85 Zakdoek ‘79 Zangeres Zonder Naam ‘78 Zap Mama ‘00 ‘04 Zion Train ‘97 Zita Swoon ‘01 ‘07 Zjef Van Uytsel en groep / Zjef Van Uytsel ‘77 ‘79 Zombie Nation Live ‘12 Zornik ‘02 ‘04 ‘06 ‘07


40 jaar Lokerse Feesten

Dit fantastisch boek kwam mede tot stand door volgende sympathieke partners:

190


Colofon Bert en Rudi danken alle mensen die op één of andere manier mee hebben bijgedragen tot het tot stand komen van dit jubileumboek. In de hoop niemand over het hoofd te hebben gezien zijn dit: Marc De Gryze, Jean-Pierre Rosseel, Patrick Berckmoes, Kurt Rombaut, Peter Aelterman, Peter Poppe, Bart Van Avermaet, Robert Verleyen, Ben Philips, Patrick De Bock, Marc Delbruyère, Do Vermeirsch, Dré Podevyn, Marc Zaman, Geert Van Laere, Timothy Heyninck, Geert De Schepper, Guido Schatteman, Anny Ingels, Herman Zaman, Wim Ketels, Erwin De Veirman, Jan Coppieters, Jan Cools, Luc Bonnaerens, Jerome Van Doorslaer, Annemie Vermeirsch, Herman Van Moeseke, Paul De Malssche, Patrick Smet, Peter Daeninck, Jo De Vreese, Cindy Gansbeke, Lieve Bogaert, Jürgen Steeman, Chris van De Poele, Chris Anthuenis, Marc Van Vaerenbergh, Peter Laureys, Bruno Van Eetvelde, Bart Nonneman, Pascal D’Hollander, Dominique Vanhoegaerden, Rony De Smet, Wouter Deley, Tom De Wilde, René Geirnaert, Beo Check One Two Van Haver, Chris Bastiaens, Alain De Wilde, Willy De Rijck, Chris Van Hoye, Jurgen Cardon, Geert Peeters, Katia Thienpondt, Geert Van Acker, Nico Van Campenhout, Joris & Peter Van Eetvelde, Marianne Audenaert, Marianne Alderweireldt, Dirk de Gucht, Leen De Leenheer, Lut Van Overloop, Frank Kelem, Werner Hillaert, Fanny Haghebaert, de bestuursploeg van de Lokerse Feesten, Alex Callier, Arno Hintjens, Johan Verminnen, John Roan, Dirk Stoops, Nikolas Van der Veken, Herman Brusselmans en bij uitbreiding al wie ooit mee heeft geholpen aan de Lokerse Feesten. Een heel speciaal woord van dank ook aan: • Luc Bonnaerens (Pixas) voor de hele fijne en vlotte samenwerking • onze madammen Sarah Cooman en Katrien De Coninck die meer dan een jaar ontzettend geduldig en begripvol zijn geweest. Dames, we zijn terug op aarde! ;-) • onze sponsors Ook een dikke merci aan volgende fotografen om hun werk ter beschikking te stellen: Sophie Baudewijns, Nicolas Lammens, Ryan Rombaut, Mieke Timmer, Geert Van De Velde, Ronny De Mulder, Daniël Michiels, Lucien De Schrijver, Paul De Malssche, Marianne Alderweireldt, Rudy Steeman, Frans De Backer, Lieselotte Cowie, Ilse Van Handenhove, Patrick Smet, Stiene Laureys, Bart Sallaerts, Christophe Abrassart, Luc Verstraeten en Chris Anthuenis. Opmaak: Luc Bonnaerens (Pixas) Druk: New Goff Uitgever: Lokerse Feesten vzw © 2014 - Alle rechten voorbehouden. Niets van deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. De uitgever heeft geprobeerd voor alle foto’s en afbeeldingen de wettelijke voorschriften inzake copyright toe te passen. Wie meent nog rechten te kunnen laten gelden wordt verzocht zich te richten tot de uitgever.

191



Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.