Bruggeske 2007-4 december

Page 35

’t Bruggeske jaargang 39 – december 2007 – nummer 4.

Een rebel uit Kapellen in de wereld van de literatuur… Georges Eekhoud. Hoewel deze bekende auteur slechts 8 jaar in Kapellen woonde zullen wij toch in het kort de voornaamste feiten uit zijn leven en zijn loopbaan toelichten. In een brief uit 1909 lezen wij dat Georges Eekhoud, volgens zijn persoonlijke woorden, op 27 mei 1854 geboren werd op de Ossenmarkt in Antwerpen. In het stadsarchief van Antwerpen vonden wij echter een document waarin vermeld werd dat Georgius Joannes Henricus Eekhoud geboren werd op zaterdag 27 mei 1854 te 17u30 in het huis nummer 627 van de sectie 3 in Antwerpen, d.i. de Eiermarkt. De getuigen bij de aangifte van zijn geboorte waren Adolphe Petrus Josephus Genard en Guillielmus Van Beirs, stadsklerken. Zijn vader was Ferdinandus Franciscus Carolus Eekhoud, geboren te Antwerpen op 6 maart 1819 en overleden te Antwerpen op 10 juni 1865.

Vader Eekhoud huwde op 1 februari 1853 met Guillielmina Joanna Oedenkoven, geboren te Antwerpen op 16 december 1819 en overleden te Antwerpen op 1 mei 1860. In “Verzonnen Stad” schreef Jan Lampo dat de familie Eekhoud-Oedenkoven een respectabele maar verarmde familie was. Vooral zijn moeder was een gecultiveerde vrouw die haar zoon de liefde voor de literatuur en de muziek bijbracht. Bij het overlijden van zijn vader werd de oom Henri Oedenkoven, industrieel en oudburgemeester van Borgerhout aangesteld als voogd om de belangen te behartigen van de minderjarige Georges Eekhoud. Henri Oedenkoven was samen met zijn schoonbroer Adolphe Joseph de Roubaix stichter van ”den boegie”, de destijds zeer gekende kaarsenfabriek van Borgerhout. Door de talloze beroepsverplichtingen en ook door zijn politieke mandaten had Henri Oedenkoven weinig of geen tijd om zich bezig te houden met de jonge Georges Eekhoud. Om die reden stuurde hij hem, om hem voor te bereiden op het zakenleven, vanaf het jaar 1866 naar het pensionaat Breidenstein in Grenchen, Zwitserland. Behalve mathematica en wetenschappen leerde hij ook Duits, Engels en Italiaans. Er zijn aanwijzingen dat hij toen al als jongeling erotische vriendschappen had met medescholieren. Waarschijnlijk had de jonge Eekhoud een niet al te gelukkige jeugd doorgebracht bij zijn oom aan “den boegie”. In zijn werk “La Nouvelle Carthage” gaf hij een beschrijving van zijn leefomgeving: “De geur van de fabriek bleef in Laurents neus hangen. Vooral de stank van de gracht die langs het immense fabrieksterrein liep. Daar werden de vette bezinksels en giftige zuren geloosd die bij de raffinage van het kaarsvet vrijkwamen. De smerige uitwasemingen vermengden zich tot een vette, zalfachtige geur die Laurent tot in de gangen van het pensionaat achtervolgde, opdringerig als een vulgair deuntje dat hij niet uit zijn hoofd kon zetten.” Oedenkoven wist geen raad met zijn pupil en liet hem daarom meerderjarig verklaren, zodat Eekhoud de kleine erfenis van zijn vader kreeg. In plaats van een betrekking te 149


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.
Bruggeske 2007-4 december by Heemkring Hoghescote - Issuu