3 minute read

Victoria: De waakhond

Victoria van der Werff (23) is geboren Haarlemse en journalist. Als jongvolwassene deelt ze haar perspectief over kinderen en opvoeding.

Victoria

Advertisement

DE WAAKHOND VAN DE PAPIERCONTAINER

Vier lege blikjes, negen verpakkingen van mueslirepen en ontelbaar veel mondkapjes. Bij elke wandeling die ik maak tel ik voor ongeveer tien minuten hoeveel zwerfafval ik zie liggen. Daarna stop ik met tellen, want het is vaak niet bij te houden. Het irriteert mij mateloos hoeveel zwerfafval er verspreid ligt door onze mooie stad. Is het nu echt zo moeilijk om drie stappen verder te zetten en je colablikje in de prullenbak te gooien? Het is logisch om te denken dat wij mensen tegenwoordig meer doen om milieuvervuiling, en dus ook troep op straat, tegen te gaan. We willen graag ons steentje bijdragen om dit probleem op te lossen. Er zijn genoeg acties die laten zien dat we belang hebben bij een schonere omgeving. Denk aan opruimacties in grote steden of helpen bij het oplossen van het wereldwijde plastic soepprobleem. Wat houdt ons dan tegen om die drie extra stappen naar de prullenbak te zetten?

Schuldgevoel

Als kind maakte mijn moeder al snel duidelijk dat het uiterst onbeschoft was om je vuil zonder pardon op de grond te gooien. Mijn broertje en ik hebben daar altijd goed naar geluisterd. Ze leerde ons aan om troep in je jaszak te bewaren tot je een prullenbak tegenkwam. Kwam je die niet tegen? Dan moest je wachten tot je thuis was om het weg te gooien. Toen we ooit achter mijn moeder liepen keek mijn broertje mij met een grote grijns aan. “Kijk eens, mag niet, he?” fluisterde hij op zijn allerzachtst. Langzaam haalde hij de verpakking van de Liga-koek uit zijn zak en liet hem op het ritme van de wind wegwaaien. Het plezier maakte in korte tijd plaats voor een schuldgevoel. Snel rende hij achter de verpakking aan in de hoop het weer terug in zijn jaszak te stoppen. Mijn moeder draaide zich om en snapte als geen ander wat we aan het uitspoken waren. Het schuldgevoel dat wij beide ontwikkelden na de toespraak van mijn moeder was niet mals. We wisten het zeker: deze grap halen we niet nog een keer uit.

Natgeregend karton

Bij mij in de buurt lijken mensen niet zo’n last te hebben van dat schuldgevoel. Op elke hoek van de straat staat een container waar karton in kan worden weggegooid. Wanneer ik op zondag mijn papierbak leeg, kom ik dubbelop teleurgesteld thuis aan. Mijn papierbak kon ik niet legen en de hele straat ligt vol met natgeregend karton dat langzaam de vorm van papier-maché aan lijkt te nemen. Ook dit kan in mijn ogen worden gezien als een vorm van zwerfafval. Kan ik mijn karton niet kwijt? Dan neem ik het mee naar huis en probeer ik het morgen nog een keer.

Ik blijk niet de enige te zijn die zich ergert aan dit voorval in de buurt. Vorige week hoorde ik in de richting van de container een discussie ontstaan. Een oudere dame die op de hoek van de straat woont sprak een man aan die zonder pardon zijn enorme lading karton op de stoep gooide. Ik deed het raam van de woonkamer een klein stukje open om meer mee te kunnen krijgen van het tafereel dat zich afspeelde onder mijn raam. De dame vroeg hem in eerste instantie vriendelijk of hij zijn karton in de container wilde doen. Ze kreeg een mompelend antwoord terug waarmee de man haar uitlegde dat de container vol was. “Dan moet u misschien even kijken of de container in de volgende straat nog plek heeft”, adviseerde ze. Haar goedbedoelde advies viel niet goed en de man in kwestie deelde haar luidkeels mee dat hij het niet zag zitten om nog verder te lopen. Zoals wij allemaal zouden moeten doen, sprak de dame hem nogmaals toe. “Ik blijf hier staan tot uw karton is verdwenen. Gelukkig schijnt de zon en heb ik tijd.”

This article is from: