Etc etc [gert scheerlinck]

Page 1

ETC. ETC. GERT SCHEERLINCK



GERT SCHEERLINCK

with contributions by Jorge Antonio Fernandez Torres Michaël Borremans Frederic Van Laere Claudine Hellweg Lien Lannoo Marc Vonck


2


3


PREFACE

Gert obtained his Higher Degree and Specialization in Painting and was initially intrigued by painting with matter, in particular the work of Antoni Tàpies and graduated with experimental work (painting treatment, addition of non-art materials, the choice of unusual carriers). A number of years and may more exhibitions later, Gert exchanged painting for assemblies, installations and found objects. Should Gert have continued painting, he would be the trompe l’oeil - painter of his own ideas. Must one proclaim an interesting object to still life to make then a painterly and pictorial translation of it? Not necessarily: one can focus on the objects themselves and see what is achieved by choosing them, isolating them and combining them, if only minimally. It takes guts and quite some courage but Gert has an excellent technical mastery in order not to do the first and play it safe. Is this anti-art? A denial of the values of pictorial art? On the contrary, it’s precisely because of painting Gert could make this artistic statement. It is appropriate to quote Kurt Schwitters: “Every artist should have the freedom to make painting with nothing but blotters, stated that he is at all able to make a painting.” It is true that a lot of his work have pictorial qualities, but there is more to it. His work is packed with - say - waste as raw material that is strongly poetic, sometimes surreal and humorous or socially critical. This can only be the result of an extraordinary imagination, “The capacity to create a different nature from the material that itself has provided.” as Emmanuel Kant describes it, or one can say the capacity to transform (in contemporary jargon). Let me conclude with a paraphrase of a statement by Jospeh Albers: (“If you have seen that each color changes by a changing environment, you will probably realize that you have learned something about life as well as the color”). “If you have seen how you can transform scrapped and discarded material, you have learned something about life as well as about art.”

Marc Vonck © Principle of the Academy

4


5


The disguise of objects. Jorge Antonio Fernandez Torres

Despite the developments in conceptual art and minimalism in the United States, it is Europe where the confrontation of political ideas and ways to think about the object develops within the art scene; with Arte Povera as a result. These artists consider the creation and subsequentevolution to be boundary. The material is not seen as a source in itself, the object does not take the form of an image, but is considered a living thing that participates in the drama of human existence. A creator such as Gert Scheerlinck doesn’t escape to a story like this. His gaze is not built on a binary polarization of boundaries between sculpture and installation, or the prosaic and the poetic. Gert’s interests are not manifest in his speeches nor do they leave evidence. There is something that is hidden and that navigates in the subterfuge of a script that we cannot decipher. It is not about juxtaposing different universal codes or creating a script from the material either, nor about tracing the influence of the previous origin of the object which we identified. Gert Scheerlinck is questioning the meaning of sculpture from the legitimacy that produces its placement in the public sphere or the art institution. Gert’s work has much in common with Latin American artists who embody this kind of work, we refer to Cildo Meireles and Gabriel Orozco. His work enters into that hybrid zone of the global and the local, where the artist opens a conversation between the territorial and the universal. When studying his work, it is interesting to see this fragile crossover between sculpture and installation in different works, in a language where the object acts like a performer who improvises his place in the scene. We are dealing with an artist who not only moves values that reach a symbolic dimension, but also challenge us at different angles, starting with very important values: industrialization, communication, awareness of ecological disasters on our planet, ... values that reveal themselves as micro dissections. Although the objects show their structure, they are reconstructed from the fragment. It is not essential to display the work, it is not important for Gert to show his beloved objects, it is about the visitors to find a possible story in what they see. It is for this reason that the approach to his work is not always easy to find. It is a quest in which the discovery of the detail discreetly points to the complexity of the syntax. Scheerlinck introduces a way of thinking about art that, although sometimes quite dark, takes into account the power of imagination. In my opinion, Gert brings a twist he approaches through his own symbolism, and this estrangement between the invention and what is projected as reality. The everyday world presents itself as a eulogy residing between the natural and the artificial, a confrontation biased by prosthetics that make us dependent. Scheerlinck creates this other place, that is neither commemorative nor apocalyptic, it is the small circle of common things. Each work being an image of life itself, in small and higher expectations, in dreams and nightmares, in determinations and sighs, ... There are many ways to unravel Gert’s work, his work exists across a variety of mediums in a world that questions objects, and is going into the obsession to preserve their autonomy which in turn, and at the same time, depends on the necessity of the post-autonomy that belongs to contemporary art.

Jorge Antonio Fernandez Torres © Art critic, curator and director of the Museo Nacional de Bellas Artes de Cuba

6


7


De verhinderde dingen. Frederik Van Laere

Bij wijze van verwelkoming krijgt u van mij een klein, maar zoet bedoeld verwijt: Uw verwachtingen zijn namelijk te hoog gespannen. U heeft beslist om een stuk van uw vrijdagavond te spenderen aan het bezoek van een tentoonstelling. Of u dat nu zint of niet, dat maakt van u een “meerwaardezoeker”. Onze tijd kenmerkt zich nu eenmaal door een taal, die alles kwantitatief uitdrukt, in termen van meer en minder. Meerwaardebezoeker dus… Dat wil zeggen dat u naar hier kwam om winst te maken. Ik laat beleefd in het midden of u dat inhoudelijk of in centen zag, maar ‘meer’ wil je zeker. ‘Meer’ op een theateravond, een lezing of een vernissage, betekent meestal dat u straks, na een babbel en een glas, verwacht om naar buiten te gaan met nieuwe inzichten. Over het werk van een kunstenaar die hier een keuze uit zijn productie laten zien. Dat is een genereuze geste van hem, en dat maakt van u een publiek. Zo’n publiek is doorgaans hongerig. Naar betekenis en decodering vooral, naar een zweem van comfort en gerustheid, zodat u straks de wagen in kunt met een soort bijsluiter, een uitleg, of op zijn minst een “ingang tot” of een kapstok waaraan u een gesprek kan ophangen. Wat mogen wij verwachten van een kunstwerk? Dat is een banale maar razend actuele vraag. Het lijkt er immers sterk op dat wij sinds kort steeds meer van kunstwerken verwachten. Niet in het minst als retour voor de moeite, de aandacht, de centen en de tijd die aan kunst gespendeerd worden. Want ook dat is eigen aan onze tijd: dat inspanningen moeten renderen en investeringen opbrengen. Voor een uitlegger is het handig als het kunstwerk door zijn figuratie een herkenbare boodschap, een moraal of een commentaar toetert. Met andere woorden; als het ding aan de muur zijn status van voorwerp onmiddellijk ontstijgt door talig of als symbool te verwijzen naar een gekende inhoud, een discours dat bij u en bij mij al eerder is ingesleten. Mijn taak zou er dan kunnen in bestaan om dat vreemde object aan de muur in een gekende piste te lokken. In de filosofie bestaat een heel ingewikkelde traditie van denkers die het enkel maar hebben over de mate waarin we onze wereld kunnen kennen of herkennen. Hoe we de dingen kunnen of moeten lezen. Hermeneutiek heet zoiets, genoemd naar Hermes, de bode van de goden, die boodschappen brengt over de dingen waar wij geen toegang tot krijgen. Kant geloofde zelfs niet dat je de dingen zelf kunt kennen. Heidegger en Gadamer hebben daar ook heel interessante zaken over gezegd: dat wij de wereld slechts kunnen waarnemen of begrijpen via een set aan tools die wij a priori meekregen of bij uitbreiding, met een begrippenset die wij zelf fabriceerden, die cultureel aan ons ter beschikking werd gesteld. Maw: met woorden en een kader die we geërfd hebben. Een ding laat zich niet zien, het openbaart zich. U moet het zien als een peuter met een houten blokkendoos waarin een vierkant, een rond en een stervormig gat zitten. Zo’n kind tast dan aarzelend of het zo’n voorwerp door de juiste openingen kan wurmen. Ik twijfel er niet aan: u bent vast wel wat gewend. U weet best wel een stilleven van een abstract materiewerk te onderscheiden. Gevorderden onder u kennen het verschil tussen pakweg een Cézanne en een Borremans. Enkelen kunnen daar, al dan niet gesterkt door een glas, zelfs een mooie boom over opzetten. Doorgaans krijgt u de vormpjes wel in het juiste gat van de kunsten. Ik onderschat u niet. Maar wat begint u wanneer een kunstwerk niet wezenlijk verschilt van de u omringende banaalste voorwerpen, die u dagelijks ter hand neemt of waarvoor u zelfs geen moeite meer doet om erover na te denken? Er zijn immers zo veel dingen, en we maken er steeds bij, aan een neurotisch tempo. Dan ontstaat plots een vervreemding en een zekere verweesdheid. Uw lichaamstaal liegt er niet om: velen van u zijn wat op de tast en oncomfortabel.

8


In deze ruimte hangen immers zaken die niet in de gebruikelijke sfeer van de kunsten thuishoren; een stuk schuimrubber, een lap roofing met twee gaten, een houten plank met een reeks ondiepe kuiltjes, enkele naast elkaar gevezen rubberen noppen. Gert Scheerlinck creëert als een strandjutter, hij isoleert gevonden voorwerpen, brengt ze binnen in een ruimte voor actuele kunst als deze, combineert hen in een geheel ander verband dan dat van gebruik of consumptie. Naakt en ontdaan van alle nuttigheid werpt de aanblik van een voorwerp ons terug op een heel basic, zintuiglijke, tactiele omgang met het ding. Omdat ons weinig anders rest dan kijken, doen we dat plots veel geconcentreerder, in de hoop ergens een eigenaardigheid of een reden te speuren, die de sleutel moet zijn van zijn keuze. Een roofingshingle hangt wat van de muur af, heeft onderaan een glanzende reep met wat letters van vermoedelijk een merk. Het ding ziet er gebruikt uit, wat ons doet vermoeden dat het ooit van een dak af kwam. Misschien werd het geprepareerd voor gebruik maar belandde het dan toch nog in een container als bouwpuin. Onderaan heeft iemand, wellicht zelfs niet de kunstenaar zelf, twee ellipsvormige gaten gesneden. Daar houdt het qua registratie zowat op. Op de tast met onze gekende blokkendoos maakt ons brein ineens overuren. Er is geen gat waarin deze zwarte gaten passen. Er is wel nog zoiets als associatie. Louter vormelijke: de twee gaten die misschien willen verwijzen naar de gaten in de muren van deze ruimte. Zou de titel van de expo, Inner circle, hem daartoe getriggerd hebben? Of; twee ellipsen als denkbeeldige afdruk van pantoffels misschien? Toegegeven; vergezocht, maar verleidelijk, omdat elke verwijzing naar menselijke aanwezigheid nu eenmaal sneller in ons opkomt dan een andere…Liet iemand hier een spoor na? Dan zijn we plots het domein van de loutere waarneming voorbij en staan we al midden in de projectie. Of hoe een simpel stuk bouwafval ineens naast tactiele, ook emotionele indrukken ontlokt. Een nuchtere, onderzoekende ziel, die al eens een dakdekker aan het werk zag, zal je vertellen dat je op een schuin zadeldakje, om ruimte te laten voor twee doorstekende kachelschouwtjes, ellipsjes moet uitsnijden in plaats van cirkels, zodat het geheel onder een welbepaalde hoek mooi zou aansluiten en niet gaat krullen. Kijk naar de kachelpijp die een vast ingrediënt is van deze ruimte, hoe die door het dak gaat en een ovaal snijdt… Arte povera is een te povere term. Eens je een voorwerp trakteert op wat meer dan gemiddelde aandacht, als je een beetje zintuiglijk, logisch of emotioneel investeert, doemt uit de armoede van dat gegeven ineens een onvermoed potentieel van interpretaties op. En nu die ijver toch op gang is, en zo je dat wenst, kan er heus nog wat meer bij: een reflectie over onze wegwerpcultuur, omgang met afval, verantwoordelijkheid over de toekomst van het milieu… U merkt het; het isoleren van een simpele vorm, hem daar zo zwijgend doen tollen voor onze ogen, brengt een stroom op gang, die uiteindelijk veel meer vertelt over ons, onze waarden, angsten en patronen, dan over de kunstenaar. Vergelijk het gerust met de beroemde testen van de psycholoog Hermann Rorschach; een onbestemde vlek zet je aan het mijmeren en wordt een canvas waarop je delen van je persoonlijkheid te kennen geeft. Of een mal, een vorm waarin wij als beschouwer uitgenodigd worden om een indruk in te leggen. Ik denk luidop aan de moules van Broodthaers, of de denkmallen van De Cock. Een ding zal uiteindelijk nooit samenvallen met één betekenis. Het is een beetje zoals het zwevend mozaïeksteentje van Gert, dat boven zijn schaduw cirkelt en er nooit één op één mee overeenstemt.

9


Een uitleg die sluit als het deksel op een pot bestaat in Gerts’ geval dus niet: er is hoogstens de warme tolerantie voor het spoor dat jij kiest, al dan niet beïnvloed door een kijker-spreker als ik. Het ding heeft soms een zetje nodig om tot interpreteren te triggeren. Zo hier en daar bouwt de kunstenaar subtiel maar bewust spanning in. Het voorwerp blijft niet enkel roerloos, het houdt ook de belofte van een gebeurtenis in. Langs daar sluipt de tijd in zijn werk binnen, zij het in de ingevroren vorm van iets dat staat te gebeuren. Een elastiek die onder spanning staat, een doos lucifers die balanceert op een twijg-achtige stok. In een hoek hangt weeral een cirkel. Van rubber dit keer. Wie de tijd neemt ontwaart een vol bandje in caoutchouc dat werd losgemaakt van een metalen karrenwieltje. Waar een mes door het rubber ging, zit een rechte snede. Het wiel en de as werden niet bewaard. Gert trok de cirkel open en stak in dat rubberen muiltje een houten latje dat ergens rondzwierf in het atelier. Het blijft daar tot dusver geklemd, tot iemand aan beide cirkelhelften zou trekken om het prijs te geven aan de zwaartekracht. Zoals in een U2-song; “an accident waiting to happen”. Vaal geel en vaal grijs verraden dat het stokje meermaals werd gebruikt als roerstaafje in een verfpot. U heeft ze vast ook wel liggen, dat soort latjes, ergens achterin een stalletje, tussen de werkspullen. U moet weten dat Gert ooit startte als schilder. Een caoutchouc wieltje en een mengstokje zijn voor mij een slimme herinnering aan de spankracht van schilderkunst: de belofte die een artistieke daad inhoudt; de suspens van de verfmenger in een simpele, kleine houdgreep. Recht daartegenover hangt zowaar een nog schilderkunstiger signaal; twee soorten mousse vormen een kleine, geaccidenteerde rechthoek. Anders dan Fontana, die van het doek een object maakte door erin te snijden, keert Gert de zaak om: het binnenste van een Ikea zetel wordt schilderij, de messteek werd hier een cilindervormige inkeping, waar wellicht ooit een veer of een dragend element in stak. Observeer met mij hoe netjes dat gat parallel loopt met de cirkelvormige uitsparingen in de muren van deze ruimte; afzonderlijk object, maar nooit los van de rest van de werkelijkheid: de inner circle van een tentoonstelling. Bedenk ook dat een Ikea product, een idioom van wereldwijde gelijkschakeling, plots een ziel en een identiteit krijgt. Banale dingen, hebben het ooit geschopt tot kunstwerk. Ergens vooraan vorige eeuw was dat, toen Picasso en Bracque kranten en de rieten zitting van een stoel in hun composities toelieten. Ongeveer op hetzelfde moment presenteerde Duchamps een fietswiel of een urinoir als ready-made. Le tout-fait; In het Frans bekt het beter. Oorlog en communisme: de wereld van idealen en verhalen lag aan diggelen. Het materiële, de verhandelbaarheid, de productie, de hoeveelheid en de verdeling werden een moderne obsessie. De dingen en niet langer de taal, werden ons alfabet. In onze honger naar een verhaal moeten we het vandaag met die dingen doen. Het is een kwestie van troost om ze als totems te zien van onze verlangens, onze vrees, onze liefde. Om ze op te laden met de schoonheid en poëzie die uiteindelijk van jezelf komt. Op deze kleine reis langs de dingen, langs de tederheid ervan, die gaandeweg alle omwegen van de waarneming, de associatie en de taal heeft genomen, en de goede wil om meer te voelen dan u wellicht ooit vermoedde, laat ik u achter bij dat voorwerp, wellicht een beetje hulpeloos en onthutst. U was nochtans vriendelijk verwittigd; uw verwachtingen waren wellicht te hoog.

Frederik Van Laere ©

10


Vesta, 2017 5 x 1 x 160 cm sculpture / matchbox, wooden stick 11


12


The Flag, 2017 250 x 12 cm sculpture / parasol mast, handkerchief 13


14


Julianne, 2018 11x 11 cm sculpture/ leather ball 15


16


Etc. Etc., 2017 25 x 3 x 1,5 cm sculpture / rubber studs 17


18


Camisole When I first saw this work, I insisted to know how the pink straps were attached to the metal bar. I didn’t immediately see the rod was loose and the straps could simply be pushed over. This work is one of great quality, a very inscrutable work. At the same time it is simple, erotic and beautiful. It tells a mysterious story. My absolute favorite of the solo-exhibition ‘Objects of Disguise’. Hans Könings

Camisole, 2017 15 x 60 x 6 cm sculpture / metal rod, camisole 19


20


The Tap, 2017 5 x 5 x 5 cm sculpture / iron wire 21


22


Rubber Band, 2017 10 x 5 x 5 cm sculpture / plastic shelf, rubber band 23


24


The Duck The duck was immediately my favorite. The evocation of a duck. The yellow as an association with a beak and the blue as a representation of the water. It's made of junk, stuff that people throws away. That makes it even more successful. It is a very beautiful piece. There are some very interesting works in his oeuvre, but I can only choose one as my favorite. MichaÍl Borremans, Artist

The Duck, 2014 30 x 20 x 6 cm sculpture / plastic bag, wood, tape, paint 25


26


The Balloon, 2016 variable dimension sculpture / water balloon, shelf, fishing line 27


28


The Cloud, 2017 30 x 10 x 2 cm (reversible) sculpture / scorer, wooden shelf 29


30


Pendulum, 2017 variable dimension sculpture / mosaic tile, fishing wire 31


32


Collar The work, assembled by found objects, evokes contradictory feelings and can be read in different ways. As a sculpture it is rich and powerful in meaning, but at the same time the individual materials used refer to Arte Povera. The image can be perceived as pure poetry, chock-full of nostalgia. The collar is carefully hung up on the arid branch and launches us back to our past childhood: playing in the woods, maybe ripping our outfits and arriving home with ragged clothes. What we see, could be a mere artefact of a happy history lived. Despite the minimal aesthetics, the piece also has a disturbing feel to it. It gives the impression something bad happened. A collar hanging of a branch with a patch of red suggests there is someone severely hurt and it could be self-inflicted. Lien Lannoo, Art Critic

Collar, 2016 70 x 10 x 50 cm sculpture / branch, collar, label 33


34


The Road, 2016 25 x 6 x 3,5 cm sculpture / toy car, marble tablet 35


36


Green Tiles, 2016 2x 50 x 60 cm painting / cd cases, plastic foil , paint 37


38


Untitled (filters), 2015 210 x 80 cm installation / industrial filters, wood, dust 39


40


FAIL Fail, a piece that owes much to Alberto Burri and Yves Klein goes beyond the horror of a Flaubert who, facing that white page, sets fire to the fabric and its frame. This act brings the industrial or artisanal production back to its most pristine state, which is a constant feature in Scheerlinck's work. Jorge A. F. Torres, director of the Museo Nacional de Bellas Artes de Cuba

FAIL, 2016 60 x 80 cm painting / canvas 41


42


PAR, 2016 variable dimensions installation / scouring pads, textile, branch 43


44


The Border, 2015 95 x 35 x 25 cm sculpture / polyether mattress 45


46


Slippers on Canvas, 2015 100 x 50 x 25 cm sculpture / slippers, canvas, , tape, metal 47


48


Murisales nigrum †It is a performative sculpture, the event urges us to participate in what is happening. Each element the visualization consists of, reinforces the certainty of the tragedy. Is it a simple news item or are we being questioned in connection with this assassination? Jorge A. F. Torres, director of the Museo Nacional de Bellas Artes de Cuba

Murisales Nigrum †, 2015 30 x 15 x 25 cm sculpture / balloon, feather, all-fix glue 49


50


Into The Void, 2015 70 x 90 cm sculpture / pitchfork, tube 51


52


The Gun, 2015 100 x 50 x 20 cm sculpture / branch, cord 53


54


The Net, 2015 45 x 25 x 15 cm sculpture / plastic 55


56


Breathe The accumulation of used filters in different shades of gray and with different textures send my thoughts in all directions. It reminds me of color ranges, to sample sheets. The display of this unwanted substance also talks about our need for a clean, perhaps sterile environment. You can think about this work as political as you want or as poetic as dramatic clouds that cause the wind.

Claudine Hellweg, director Kunst in Huis

Breathe, 2013 45 x 110 x 5 cm sculpture / filters 57


58


The Grid, 2015 30 x 40 x 6 cm sculpture / wood 59


60


The Shelf, 2016 60 x 60 cm sculpture / zinc, textile 61


62


Rubber Confetti, 2015 15 x 15 x 5 cm sculpture / plastic bag, rubber confetti, paper 63


64


Unravaled, 2013 variable dimensions sculpture, / textile, audio cord, clothespin 65


66


Blown Out, 2013 60 x 55 x 1,5 cm sculpture / cd cases, matches, backing paper, dirt 67


68


Seeking Understanding, 2016-2017 180 x 90 cm installation / chairs, balloons 69


70


Gert Scheerlinck, Sandpaper, 2015 Photo: Bruno De Vos Š ; Sofie Van De Velde Gallery Š private collection 71


Tussen nu en later.

Op zoek naar oorspronkelijkheid, naar vernieuwing en afwisseling. Naar nieuwe materialen, naar andere vormen ven steeds dezelfde dingen. Af en toe kleur: bruin, blauw, een waterig universum zonder vis en vrouw. Een gebroken spiegel, een gekleurd glas, een verpulverd strand. De beweging van het verrassende. Kenmerkend, de drive, de bevlogenheid, de zin om er iets van te maken, om te worden wie hij wil zijn, te netwerken, te bewegen in het web van de grote kunst. Met fotoboek en Facebook, met moderne media en webdesign, met wil en dank. Met de dynamiek van de mogelijkheid. Gert verwerkt de lente in zijn werk. Hij laat het zomeren en verwarmt de winter. Hij seizoen met visueel materiaal. Het aprilt in hem. Met zin voor het geheel, met oog voor detail. Met liefde en genegenheid. Met analyse en interpretatie. Met artistieke intimiteit. De seizoenen trillen in zijn hand. Als vluchtige rook. Signalen. Gert mijmert, denkt na en reflecteert. Hij praat bedachtzaam, hij wikt zijn woorden in de weegschaal van de kunst. Om te weten wat ze waard zijn, of ze belangrijk zijn of verdwijnen in de weelde van het nietszeggende. Gert trekt geen lijn. Hij kent enkel het vlak. en de ontmoeting van de vlakken. Hoe ze met elkaar praten, elkaar overtuigen van het tegendeel. Hoe ze ruziĂŤn om tot een ander geheel te komen. En dan mokkend zwijgen. Elkaar pijn doen en dan weer verwijten dat het niet anders kon. Zijn werk is fysiek. Het komt niet moeiteloos tot stand. Maar het staat er. Als een uitdagende provocatie. Niet geschikt voor de kleinheid van de keuken. Wel voor de grootsheid van een helverlichte galerij. Zijn werk is emotie en verstand. Een evenwicht. Tussen zijn en worden. Tussen nu en later.

Fons Vandergraesen, professor V.U.B.

72


73


Past events. 2018 CROSS-OVER (curated by Daan Rau & Siegrid Demyttenaere), ICC, Gent 2017 OBJECTS OF DISGUISE (solo), Twelve Twelve Gallery, Den Haag (NL) ART THE HAGUE, Art Fair (NL) INNER CIRCLE, Site 25, Ruiselede [re]PUBLIEK, Biennale Kunst & Zwalm, Zwalm WE OTHER, Biennale NON-OBJECTIVE ART, Grenoble (FR) 2016 TELL ME, WHAT DO YOU THINK?, Twelve Twelve Gallery, Den Haag (NL) STATIONSTRAAT, Valerie Traan Gallery, Antwerpen ARTIST TALK, Pedrami Gallery, Antwerpen ART AT HOME, Roomin' artfestival, Gent REMINISZENZ (duo), Galerie Martin van Blerk, Antwerpen MORE CANVAS PLEASE, Sofie Van de Velde Gallery, Antwerpen SALON DU PRINTEMPS, ZERP Gallery, Rotterdam (NL) RUST BELT - WATT, Gent 2015 KUNSTLICHT, Hof Van Chantraine, Oud-Turnhout BOZAR DE L'ABATTOIR, F. Michiels Foundation, Sambreville WAGENSCHOT, Handelsbeurs, Gent MONSTER, Oude Beurs, Antwerpen BOZAR DE L'ABATTOIR, Amara, Bergen (NL) BAZAAR, Loods12, Wetteren KUNST VOOR NEPAL, Vooruit, Gent CURIO.SEA.TY, Patrick Studios, Leeds (UK) TUMULT#3, Campo site, Gent 2014 FROM SEA TO YOU, Poca Gallery, Bizkaia (ES) KARFOUR, Jan Colle Gallery, Gent THESE THINGS, solo exhibition, ABK, Aalst UTOPIA, video project 'Perception' by M. Bachaus, Flux Factory, Long Island City, NY (USA) SKETCH-UP, Closed Art Gallery, Antwerpen ATELIER C, Museum M, Leuven OFF THE WALL, Terrace Gallery, Londen (UK) INTRODUCING, Closed Art Gallery, Antwerpen MAIL ART, Hang'Art Gallery, Grenoble (FR) 2013 IN STORE, Judy Straten Gallery, Horst (NL) NOW YOU SEE IT, NOW YOU DON’T, Terrace Gallery, Londen (UK) ICONEN & IDOLEN, ABK, Aalst CHEAP CHI POTATL, Bleek, Sint-Niklaa

74


75


GERT SCHEERLINCK STUDIO Poststraat 5b 9860 Balegem Belgium

PHONE +32 (0)488 570 999

MAIL

gert.scheerlinck@gmail.com

WEBSITE http://www.gertscheerlinck.com

© Gert Scheerlinck all images © the authors of the texts No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted in any form or by any means without the prior permission of the copyright holders and of the publisher All rights reserved ©

76


77


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.