8 minute read

Arnout Van den Bossche: 'Gun jezelf een zandbak’

Next Article
Fakbar

Fakbar

‘Gun jezelf een zandbak’

Humor voor en door ingenieurs: Alumni Ingenieurs en VTK organiseren Comedy Café met Arnout Van den Bossche

Advertisement

Humor die alumni en studenten verbindt. Dat was het recept voor het Comedy Café dat VTK organiseerde samen met Alumni Ingenieurs. Tijdens de voorstelling ‘Burn-out voor beginners’ maak je kennis met Arnouts verleden op de werkvloer waar hij naar eigen zeggen ‘meer komedie moest spelen dan op het podium’. Een luchtige manier om studenten te laten kennismaken met wat een ingenieur doet op de werkvloer. Of net niet doet. In dit interview gaan we op zoek naar de ingenieur in Arnout Van den Bossche.

SOFIE POLLIN EN JELLE DE BORGER

Wie is Arnout Van den Bossche?

Ik kom uit een dorpje in de Denderstreek en ben burgerlijk materiaalkundig ingenieur, afgestudeerd aan KU Leuven in 1997. Na verschillende jobs in grote bedrijven, bij de overheid en in een vzw heb ik dan toch de stap gewaagd om comedian te worden. Wat begon als een uit de hand gelopen hobby, waarvoor ik me een jaar via loopbaanonderbreking heb vrijgemaakt, is nu een carrière van twaalf jaar geworden. Dat is Arnout, in een notendop. Die ‘van PowerPoint’ of ‘van de ideale klant’: zo kennen de meesten me. Ik heb ook een paar filmpjes die viraal gaan. (Google ‘Arnout Van den Bossche PowerPoint’ en je vindt meteen de juiste filmpjes, n.v.d.r.) Je bent het gewoon shows te geven voor een groot publiek van soms wel vijfduizend toeschouwers. Voor ons was het beperkter, met 250 aanwezigen (1/3 student, 2/3 alumni). Maakt dat veel verschil?

Voor vijfduizend mensen optreden is maar één keer in die twaalf jaar gebeurd. Meestal speel ik voor zalen van 50 tot 250 toehoorders. En ja, natuurlijk is er een verschil. Naar zo’n groot project wordt toegewerkt met een heel team. In een zaal voor tweeduizend mensen speel je voor een publiek dat een ticket heeft betaald en weet waarvoor het komt. Soms sta ik voor vijftig of honderd mensen die niet weten wie ik ben en waarvoor ik ‘een verrassing’ ben. Voor zo’n publiek is het moeilijker optreden, want die moet ik nog voor mij winnen. Het stressniveau is natuurlijk veel hoger als je voor een paar duizend mensen staat.

Was jij iemand die altijd naar de les ging en veel uren in aula G hebt doorgebracht? In de eerste kandidatuur wel, maar daarna niet meer (lacht). Ik ging wel naar alle oefenzittingen. Enkel als er goed les werd gegeven was ik aanwezig. Enthousiast lesgeven is niet eenvoudig, zeker niet als het over moeilijke materie gaat. Ik blijf een ingenieur en voor mij is YouTube een paradijs! Je kunt daar alles op leren: tuinieren, een fiets herstellen, Linux programmeren, … Mijn leerproces vereist een probleemstelling. Dat probeer ik dan op te lossen: met Linux, hardware, programmeren, netwerktechnologie, … Zo kom je tot kennis die ook praktisch is. Als studenten zweverige theorie krijgen die ze niet kunnen plaatsen, waarom leren ze die dan?

Wie veel show verkoopt, maakt carrière. Dat frustreert. DS zaterdag 13 april 2019.

Nu is dat wel anders: in de cursus algebra begint elk hoofdstuk met een probleem.

Dat was bij ons nog niet het geval. Bij Analyse bekeken we Besselfuncties, dat woord ken ik nog van vroeger, maar ik begreep niet waarvoor die dienden. Of Laplace- of Fourier transformaties. Nu lees ik boeken over wiskunde om de origine hiervan te achterhalen, bijvoorbeeld waarom Fourier hiermee bezig was. Beter gekaderd wordt die leerstof veel boeiender.

Een ingenieur is een probleemoplosser. Ik word pas getriggerd door een probleem. Mijn comedy act bekijk ik ook als een probleem. Als de eerste versie niet grappig is, moet ik dat oplossen en begin ik te puzzelen. Dat is hoe mijn brein werkt. Ik moet altijd eerst niet grappig zijn. Wie dus mijn eerste try-out ziet, heeft pech (grijnst).

Het verschil tussen comedy en pure wetenschap is dat er geen echte regels of basis voor bestaan. Het blijft ‘gut feeling’ en gokken waarom iets grappig is of niet.

Herkenbaarheid is ook belangrijk om de grap te kunnen snappen.

En geloofwaardigheid. Waarom geloven mensen mijn stukken over PowerPoint of over de ideale klant? Omdat ze weten dat ik dat meegemaakt heb, duizend keer zelfs. Dus herkenbaarheid, geloofwaardigheid en authenticiteit: dat geeft goede comedy.

Inspiratie voor de show haalde je uit het bedrijfsleven. Ik citeer een interview in De Standaard uit 2019: ‘Dezelfde shit, dezelfde collega’s, een andere titel. Ik heb dertien jaar in zo’n milieu gewerkt, elke dag frustraties gevoeld, maar besefte ook heel snel dat kantoorwerk weleens een bron van humor zou kunnen zijn.’ Was je job als ingenieur dan zo frustrerend? Op een of andere manier blijkbaar wel. Ik pas waarschijnlijk niet in bepaalde structuren en politieke spelletjes. Liever werk ik in een klein team met mensen die ik kan vertrouwen. Ik hou niet van die Amerikaanse systemen met mission statements en teambuilding waarvan je voelt dat het allemaal vals is. Als de leuze ‘perception is reality’ is, wil iedereen ‘perception’ creëren en niet ‘reality’. Als ingenieur had ik het daar moeilijk mee.

De periode na mijn ingenieursstudies was ook niet zo interessant. Veel bedrijven wilden verhuizen naar lageloonlanden. De interesse in technologie, social media, energie, milieu, duurzaamheid en vooruitgang is pas achteraf gekomen. Op dat moment moest het gewoon goedkoper en dat lag mij niet. Telecom vond ik wel boeiend omdat daar nog veel ontwikkeling gebeurde. Mocht ik nu afstuderen dan zou ik voor een start-up gaan werken. Ik denk dat een ingenieur pas echt rendeert wanneer hij iets kan veranderen en iets nieuws kan maken.

Heb je er al eens aan gedacht om aan Nerdland (https://nerdland.be/) mee te werken?

Lieven Scheire doet dat goed en Henk Rijckaert ook. Dat zijn meer makers dan ik. Een van mijn grote frustraties is dat ik niets echt kan (lacht). Ik heb elektronica en elektriciteitsleer gehad, maar geef mij een elektriciteitskast en ik weet niet waarnaar ik moet kijken. Als er geen YouTubefilmpje over bestaat, zit ik vast. Lieven Scheire vertrekt vanuit de fundamentele fysica. Ik vind dat boeiend, maar ik ga er mijn leven niet aan wijden. Ik vraag me dan af hoe we het inzicht dat we hebben, gaan gebruiken om iets op te lossen.

Hoe ga je voor de volgende shows inspiratie vinden, nu je zelf niet meer in het bedrijfsleven zit?

Ik zal moeten putten uit mijn eigen leven. Ik zal het in mijn shows nu meer hebben over de maatschappij en over mezelf: de dingen die ik meemaak. Ik ben op dit moment gescheiden en probeer te daten, daar zit ook humor in. Ik heb een show gemaakt over werken en nu een over relaties. Ik wou niet de comedian zijn die enkel over werken praat. Mijn shows moeten mee evolueren met mijn leven, maar de onderwerpen moeten tijdloos genoeg zijn om het boeiend te houden. Werken aan jezelf en zelfontplooiing, dat zijn tijdloze dingen.

Heb je zelf een burn-out gehad? Ik zat er niet ver vanaf. Gelukkig heb ik het op tijd gemerkt. Bij mij ging het eerder om een bore-out, dat krijg je van te veel te werken en onder je niveau. Je werkt wel hard, maar krijgt te weinig uitdaging. Als ingenieur kan je je tegenwoordig veel meer uitleven dan vroeger. Met grote thema’s zoals het energievraagstuk, waterbeheer, recyclage en afvalverwerking kan je mooie dingen realiseren.

Het duurde heel lang voor we deze avond konden organiseren, corona gooide constant roet in het eten. Hoe kijkt je terug op deze lange periode?

Met mijn optreden in de Lotto Arena had ik net een orgelpunt bereikt. Mijn agenda stond helemaal vol. Een pauze was welkom, maar hoefde niet zo lang te duren. Het was een heel moeilijke tijd voor me. Als er niets te beleven valt, is ook schrijven lastig. Mijn redding was mijn verbouwing. Ik werkte vier uur per dag,

heel gedoseerd. Het moeilijke binnen de culturele sector was de onzekerheid over de heropstart. De overheid had beter gezegd: ‘Je zal je job twee jaar niet kunnen uitvoeren, ga ergens anders werken.’

Wat had je zelf graag wat meer gezien in de opleiding? Heb je tips voor docenten of de opleiding?

Praktische dingen: opbouwen van het technische en het praktische naar het wetenschappelijke en het abstracte. Nu is dit omgekeerd. Neem nu het voorbeeld van zonnepanelen: hoe zorg je ervoor dat je droogkast enkel werkt wanneer je zonnepanelen genoeg opbrengen? En hoe ga je dat voorspellen? Welke apparatuur ga je daarvoor gebruiken? Dat is een heel concreet probleem maar je kunt er veel theorie bij geven. Je zou ook mensen uit de industrie een gastcollege kunnen laten geven. De link met de realiteit moet beter.

De klassieke fout van een ingenieur is dat hij denkt: ‘ik heb een goede uitvinding, de wereld zal aan mijn voeten liggen.’ Maar je hebt een heel palet van vaardigheden nodig: vaak ontbreekt het hen aan sales- of marketingskills. Ik vind de ingenieursvakken nu boeiender dan toen ik twintig jaar was, omdat ik nu beter de impact en het maatschappelijk belang ervan begrijp. Als een team ingenieurs een nieuw type batterij ontwikkelt, kan heel de wereld daarvan genieten! Jonge mensen beseffen dat niet meer, maar het belang van een ingenieur is onwaarschijnlijk. Probleemoplossend denken, je afvragen hoe iets beter kan: dat maakt of je ingenieur kan worden, niet alleen of je goed bent in wiskunde.

Arnout Van den Bossche Kun je tips geven aan pas afgestudeerde ingenieurs?

Zorg voor een zandbak! Een ingenieur moet blijven spelen in een zandbak. Ik ben nu bezig met zonnepanelen en Raspberry Pi, zo’n dingen moet je blijven doen. Zoek buddy’s op, blijf een nerd en wees er fier op, want jij gaat de oplossingen vinden voor morgen. Gun jezelf die zandbak. Blijven spelen, dat is belangrijk!

Voor zij die het optreden moesten missen. Wanneer kunnen we je nog aan het werk zien?

Mijn show loopt nog tot het einde van het jaar. Alles voor de zomer is uitverkocht, maar tussen oktober en december kun je me zien in Antwerpen, Brugge, Mechelen, Hasselt en Gent.

Check www.arnoutvandenbossche.be

‘De klassieke fout van een ingenieur is dat hij denkt: ‘ik heb een goede uitvinding, de wereld zal aan mijn voeten liggen.’ Maar je hebt een heel palet van vaardigheden nodig: vaak ontbreekt het hen aan sales- of marketingskills.’

This article is from: