
12 minute read
Een golf van troost
Pieter Deknudt stond 10 jaar geleden aan de wieg van Reveil, een organisatie die de Vlaamse rouwcultuur warmte inblaast. Ondertussen is Reveil een fenomeen in Vlaanderen en binnenkort misschien in het buitenland. Hij vertelt gepassioneerd hoe hij het overlijden van een vriend omzette in een positief verhaal.
Wat is Reveil eigenlijk?
Pieter: ‘Op 01 november, tussen 17.00 en 18.00 uur, zijn er troostconcerten op begraafplaatsen in ondertussen bijna 170 gemeenten. Dat is ongeveer 60 % van alle Vlaamse gemeenten. Dit jaar zijn er ook enkele buitenlandse deelnemers bij: Nederland, Spanje, Hongarije en Oekraïne.’
Onlangs reisde je zelfs naar de Verenigde Staten, hoorde ik?
Pieter: ‘Ik ben in LA naar de End Well Conference geweest, waar specialisten die met rouw en troost bezig zijn, samenkomen. De Amerikanen hadden een mailtje gestuurd om te vragen wat er allemaal aan de hand is in België. En of ik er even over wilde komen babbelen.’
Hoe komt het dat ze je uitnodigen tot in de VS?
Pieter: ‘Vlaanderen is wereldtop op het vlak van organisaties die rond troost werken. Er gebeurt hier zoveel moois. We brengen jaarlijks een tijdschrift uit en we hebben ook een brochure met een overzicht van alle troostorganisaties. Zo zie je dat er veel beweegt in deze sector. Ik denk bijvoorbeeld aan Missing You, een organisatie die met kinderen en jongeren werkt rond rouw. Er is een documentaire over hen gemaakt. De New York Times pikte dat op en het is viraal gegaan in de VS.’
Wat gebeurt er los van die troostconcerten?
Pieter: ‘We hebben jaarlijks een aantal troostgemeenten. Daar leggen we een jaartraject af. In het kort komt het erop neer dat we hun inwoners, verenigingen, kunstenaars enzovoort de vraag stellen hoe we van hun gemeente een warmere plaats kunnen maken. Dat mondt dan uit in een troostmarathonmaand in oktober, met allerlei troostacties: van een kampvuur door een jeugdbeweging tot een vereniging die een koffietafel op een begraafplaats zet waar je een babbel kan doen.’
Wevelgem is dit jaar de troosthoofdstad. Wat moeten we daaronder verstaan?
Pieter: ‘Dat is de stad die als uithangbord dient voor Reveil. In de troosthoofdstad organiseren we naast alles wat al aan bod komt ook nog troostproducties. Die boksen wij in elkaar. Het zijn vaak sociaal-artistieke, gekke ideeën die mensen samenbrengen en die ergens tonen dat het oké is om niet oké te zijn. Op 11 oktober kan iedereen die dat wil op de luchthaven van Moorsele een kaarsje komen aansteken, met de naam erbij van iemand die ze verloren hebben. We hebben dat vorig jaar ook gedaan op het strand van De Panne. Er stonden enkele duizenden kaarsen. Dat was echt zot. Ook het slotmoment, dat uitgezonden wordt op VRT Max, en waar toch 100.000 mensen naar kijken, vindt plaats in de troosthoofdstad. Lieve Blancquaert praat de boel aan elkaar en er treedt een vrij eclectische groep aan artiesten op. Dat klopt helemaal, omdat er in dood en rouw iets universeels zit. Dana Winner kan er perfect naast pakweg (Pieter merkt het T-shirt van de redacteur op) Amenra staan.’
Op die slotmomenten zijn er in het verleden al heel wat bekende namen gepasseerd. Hoe slagen jullie erin om die te strikken?
Pieter: ‘We hebben onder meer Selah Sue, Axelle Red, Bart Peeters en uiteraard Niels Destadsbader mogen verwelkomen. Maar ook meer alternatieve artiesten, zoals Marble Sounds of Johannes Genard. De reden waarom ze enthousiast zijn over Reveil, is omdat het plaatje helemaal klopt. De artiesten hebben vaak ook al iemand verloren. Met Zinger speel ik zelf in een band (ze wonnen onder meer de Nieuwe Lichting en speelden op Pukkelpop, red.) , dus ik heb wel ergens een netwerk in die wereld. Daardoor weet ik ook hoe artiesten graag ontvangen willen worden. Er komt natuurlijk ook wat pers op af en er is die live-uitzending. Dat helpt. Axelle Red zei achteraf in het VRT-journaal dat ze al haar hele leven had gewacht op iets als Reveil.’
Al die acties dienen wellicht ook een bepaald doel. Welk doel is dat?
Pieter: ‘Onze taak evolueert meer en meer naar het adviseren van gemeentes bij het uitwerken van een troostbeleid. In 95 % van de gemeenten vragen ze je aan het loket enkel en alleen de gegevens die ze nodig hebben als je een overlijden komt aangeven. En dat is het dan. Dat is toch hallucinant? We willen er dus voor zorgen dat elke gemeente in Vlaanderen binnen 5 à 10 jaar een troostbeleid heeft. Dat ze nagedacht hebben over hoe het beter kan.’
Hoe komt het dat we zo krampachtig omgaan met rouw?
Pieter: ‘Dat is min of meer de vraag die we proberen te beantwoorden tijdens onze nieuwe troosttour. We gaan in een caravan langs bij crematoria in alle provincies. In een Radio Gaga-achtige sfeer praten we bijvoorbeeld met muzikanten en rouwdeskundigen over wat er eigenlijk helpt tijdens een rouwproces. Hoe komt het dat we het zo fout aanpakken, dat we de weg niet vinden naar elkaar als we iemand verloren hebben, dat we zo er stuntelig op reageren? We wensen iemand veel sterkte toe of mompelen een innige deelneming en daarna weten we niet wat gezegd. Iemand die een dierbare verliest, verliest vaak ook meer dan de helft van zijn sociale netwerk. Dat is niet oké. Het heeft te maken met hoe onze cultuur niet gewapend is tegen kwetsbaarheid, wanneer de zaken niet meezitten. De kennis die we dankzij Reveil hebben opgedaan over de materie willen we inzetten om rouwprocessen beter te maken. Dat is de rode draad doorheen alles wat we doen.’
Hoe maak je een rouwproces beter?
Pieter: ‘Eigenlijk is het niet zo moeilijk. Je hebt nood aan een warme gemeenschap. Dat kan heel eenvoudig zijn, zoals een buur die je een kom warme soep komt brengen. Als je het gevoel hebt dat jouw netwerk ook een vangnet is, dan heeft dat een immense impact op jouw rouwproces. Daarnaast kunnen kunst en cultuur een enorme invloed hebben op het rouwproces. Een mooie tekst, een boek … Amenra is er het levende voorbeeld van. Zij maken machtig mooie muziek, die in essentie vaak over rouw gaat. Welke muziek je raakt is heel persoonlijk, maar het helpt. En daarnaast is erkenning van levensbelang. We hebben vaak de neiging om iemand die een dierbare verliest, te proberen fixen. Het komt wel goed, je kent dat wel. Neen, mijn vader is dood, het komt niet goed. Je moet dat niet verbloemen, zoiets kan je niet kan fixen. Omdat je iemand niet met enkele woorden kon repareren, ben je ontgoocheld. Daar houdt niemand een goed gevoel aan over en na een tijdje vervreemd je van elkaar. Het is beter om er gewoon te zijn voor iemand. Wil je erover praten? Top. Wil je er niet over praten? Ook goed.’
De klassieke fases die je moet doorlopen in een rouwproces kloppen dus niet?
Pieter: ‘Dat stappenplan met de ontkenning en aanvaarding enzovoort: dat is onzin. Zo krijg je mensen die 10 jaar geleden iemand verloren en die zich afvragen waarom ze nog altijd niet in de aanvaardingsfase zitten. Er zijn ondertussen heel wat nieuwe modellen gekomen die veel werkbaarder zijn en beter helpen. We zouden niet liever hebben dan dat we de mensen de juiste informatie kunnen geven, zodat we rouwprocessen kunnen verbeteren. Volg onze troosttour daarom zeker op onze sociale media. Dat is absoluut een aanrader.’
Reveil is misschien wel het meest succesvolle Deerlijkse exportproduct. Hoe is het 10 jaar geleden ontstaan?
Pieter: ‘Robbie Van Eeckhout was nog maar net gestorven. Hij was bassist bij Highway Jack. Na Robbie waren er nog 3 anderen uit de bende van Moeder Deerlijkse die plots overleden. Dat was een heel donkere periode in Deerlijk. Je voelde dat zelfs bij de slager en bakker. In een kleine gemeente als de onze, plots 4 jonge gasten die er op 6 maanden tijd niet meer zijn, dat was een dreigende wolk die boven Deerlijk hing. Ik voelde dat er angst was om dingen te organiseren of samen te komen rond Robbie. Maar ik had een nummer geschreven over hem en ik wilde dat spelen aan zijn graf. Niet al mijn vrienden waren voor het idee gewonnen. Muziek spelen op een kerkhof, dat doe je toch niet, dat is toch ongepast? Voor mij voelde het aan als het meest respectvolle dat ik voor mijn maat kon doen. Een liedje dat ik voor hem geschreven had, brengen aan zijn graf. En als het even kon er nog een pintje bij drinken, want Robbie was er zeker niet vies van. Ik kreeg toestemming van de gemeente om dat te doen. Daar stond ik dan, met knikkende knietjes, doodsbang voor slechte reacties. Maar vanaf het 1 e akkoord voelde het alsof er een soort magische rust over mij neerdaalde. Dat was zodanig verstillend en mooi. De puzzelstukjes vielen in elkaar. De fanfare speelde mee en de heemkring vertelde verhalen over de mensen die in hun graven lagen te rusten. Achteraf zeiden de mensen mij dat ik het niet bij deze ene keer mocht laten. Milo Pieters, een man uit Deerlijk, vroeg of hij in mijn team mocht komen. Zijn zoon Tom lag begraven op onze begraafplaats, maar hij voelde zich daar nooit goed. Het was 10 jaar geleden dat hij nog op het kerkhof was geweest. Na die eerste Reveil voelde hij het plots wel weer.’
Dat team is er gekomen. Hoe ziet het er tegenwoordig uit?
Pieter: ‘We zitten ondertussen met honderden organisatoren, die onze troostconcerten organiseren. Ons team vrijwilligers zet de mooiste producties op poten. We wonnen de Vlaamse Cultuurprijs en kregen een subsidie van de Vlaamse overheid. Ondertussen werken we met 2 man fulltime voor Reveil. Naast mij is er nog mijn collega Matthijs, die event manager is. We moeten soms echt op de toppen van onze tenen lopen. Maar we houden er zo’n machtig en zalig gevoel aan over. Ondertussen zijn we wel weer aan versterking toe. Gisteren ben ik bijvoorbeeld tot 04.00 uur ’s nachts aan het werk geweest.’
Hoe ga je om met dat fondsenwerven?
Pieter: ‘We werken gratis, dankzij de subsidie die we krijgen van de overheid. Maar alles wat we doen, moet wel break-even draaien. Dus je hebt centjes nodig. Geld en geldschieters zoeken, doe ik niet graag. Daarom zou ik superdankbaar zijn mocht iedereen uit zichzelf naar ons komen (lacht) . Ook de constante onzekerheid over de vraag of we nog een volgende editie zullen mogen organiseren, is niet eenvoudig om mee om te gaan. Eigenlijk ben je als organisatie vaker bezig met in leven blijven dan met echt te doen waar jouw missie voor staat. We financieren alles met een heel kluwen aan subsidies en partners en elk jaar vervalt er iets en hopen we dat er elders iets bijkomt. Het is een mix van een tiental verschillende bronnetjes waarmee we nipt die 2 loontjes kunnen betalen. Maar ik verdien met veel plezier een stuk minder dan toen ik nog lesgaf, omdat ik hier heel mijn ziel in kan steken.’
Je had het daarnet over jouw vrees voor negatieve reacties. Niet iedereen was de voorbije 10 jaar even positief, vermoed ik?
Pieter: ‘Het valt voor dat we bij een gemeente langsgaan en botsen op compleet onbegrip. Ze denken dat het een depressieve bedoening zal zijn. Dat is helemaal niet zo. Reveil gaat over warmte en sociale cohesie. Als we de kracht van gemeenschappen kunnen versterken, dan kunnen we samen zotte dingen realiseren. Dat is iets waar ik heel hard in geloof.’
Het is begonnen in Deerlijk. Hoe verloopt de samenwerking met onze gemeente 10 jaar later?
Pieter: ‘Deerlijk doet mee, dat is belangrijk. Het zou nog beter zijn, mocht Deerlijk ook eens het traject van een troostgemeente kunnen afleggen. Mijn vader en schoonvader zijn samen met nog enkele vrijwilligers de trekkers van Reveil in Deerlijk. De gemeente ondersteunt hen, vooral op logistiek vlak, met drukwerk en promotie. Daar zijn we heel dankbaar voor. Maar we kunnen nog verder groeien en mogen ambitieus zijn. Deerlijk was de eerste, maar onze gemeente is op vandaag geen koploper meer.’
Waarom moet Deerlijk investeren in een beter rouwbeleid?
Pieter: ‘Je kan het vergelijken tussen een maat die er is om te feesten en een vriend die er voor jou is in moeilijke tijden. Ik geloof er zeer sterk in dat je, als je er als gemeente bent voor jouw inwoners op moeilijke momenten, dat je dan heel veel waardevolle verbindingen creëert met hen. Zo kan je het welzijn van de Deerlijkenaren en hun tevredenheid over hun gemeente versterken. Dat is wat je bereikt als mensen voelen dat je er bent voor hen. Iedereen weet dat zoiets klopt, en toch gebeurt het niet. Dat veranderen, is voor mij een grote motivator. Daarom blijf ik er al mijn tijd en energie in steken.’
Wat brengt de toekomst?
Pieter: ‘In Vlaanderen werd er de voorbije 10 jaar heel hard gewerkt met zoveel prachtige troostorganisaties. Wij proberen al die partners samen te brengen, ze 1 stem te geven. De komende jaren moet onze focus daar liggen, vind ik. Dat soort organisaties bekender maken, ermee naar buiten komen. In ons hoofd klopt het dat iedere gemeente aan iemand die een overlijden komt melden, een boekje meegeeft met organisaties die rond rouw werken.’
En verder ook nog: Deerlijk binnen 10 jaar als troosthoofdstad?
Pieter: ‘Dat zou fantastisch zijn. Het moet zelfs geen 10 jaar meer duren. Het mag ook voor ons 15-jarig jubileum zijn. Ja, echt, dat zou mooi zijn.’



Troostend Deerlijk
Als gemeentebestuur zetten we volop in op een troostaanbod voor iedereen. Naast de activiteiten van organisaties zoals Reveil en Missing You, voorzien we bijvoorbeeld ook in een vaste troostplek en gratis gedichtenkaarten tijdens de maand november.
De troostplek in natuurgebied het Wijmelbroek kwam er kort na de coronacrisis. Vandaag is deze troostplek er voor iedereen die er nood aan heeft.
Kom jij tijdens de maand november langs in 1 van onze gemeentelijke gebouwen? Aan het onthaal kan je er gedichtenkaarten vinden. De gedichten, van de hand van Deerlijkenaren, kaderen in het thema rouw en zijn gratis mee te nemen. Om zelf troost uit te putten of om aan iemand te schenken die er nood aan heeft.