9 minute read

Advies vol ambitie: Adviesraad Economie Deerlijk

Jan Swyngedouw is voorzitter van de Adviesraad Lokale Economie (AED). 46 jaar lang was hij actief in de internationale, industriële verkoop van technische oplossingen. Sinds 3 maanden is hij op pensioen, maar die rust gebruikt hij om zich onder andere als vrijwilliger in te zetten. Hij vertelt ons in dit interview graag wat meer over de werking en meerwaarde van de AED.

Jan, jij bent actief in de Adviesraad Economie Deerlijk of kortweg AED. Vertel eens wat meer over hoe die adviesraad juist ontstaan is.

Jan: ‘Het begon met een groep Deerlijkse ondernemers die sporadisch samenkwam als er iets gaande was, bijvoorbeeld rond stakingen of een wijziging in opcentiemen. Een informele groep die de Deerlijkse ondernemers vertegenwoordigde. Later werd ons door het bestuur om input gevraagd voor de beleidsinsteek van 2007 - 2012. Er ontstond een werkgroep en nog wat later werd dan officieel de AED ingericht. Met deze adviesraad kwamen we voor het eerst samen in 2010.’

Wat doet zo’n adviesraad juist?

Jan: ‘Deze adviesraad buigt zich over thema’s die lokale economie aangaan. Digitalisering, toegankelijkheid, kernversterking, leegstand en arbeidsschaarste zijn maar enkele voorbeelden. Meestal worden er specifieke projecten op de agenda geplaatst. Dat zijn projecten waar wij onze mening over willen geven of waar het gemeentebestuur onze mening over wil horen. Op die manier ontstaat er een wisselwerking tussen beleid en ondernemers en pakken we samen opportuniteiten, uitdagingen en pijnpunten in onze gemeente aan. Afhankelijk van de workload en actualiteit komen we zo’n 3 tot 4 keer per jaar samen.’

Wie zetelt er in die adviesraad?

Jan: ‘Binnen deze adviesraad zijn diverse sectoren vertegenwoordigd. Dat zijn de sociale economie, landbouw, vrije beroepen, ondernemers, handelaars en horeca. Aansluitend zetelen er ook enkele deskundigen in en is er per politieke partij een (niet-stemgerechtigde) vertegenwoordiger aanwezig. Je kan uiteraard niet altijd van alle thema’s of projecten op de hoogte zijn. Net daarom zitten er deskundigen in onze adviesraad. Zij brengen ons de nodige kennis bij en geven een gedetailleerde toelichting wanneer nodig. Pas als we de nodige achtergrondinformatie kennen, buigen we ons als adviesraad over het onderwerp. Op die manier zorgen we ervoor dat we een onderbouwd en eensgezind advies kunnen uitbrengen.’

Zijn jullie het dan altijd eens over de onderwerpen die aan bod komen?

Jan: ‘We zijn het zeker niet altijd eens. En dat is ook volkomen normaal, gezien het brede spectrum van vertegenwoordigers die binnen deze raad zetelen. Maar hevig gaat het er zelden aan toe (lacht) . Iedereen krijgt telkens de kans om zijn of haar mening te delen, vooren tegenargumenten wegen we altijd tegen elkaar af en na de discussie bereiken we meestal ook een concensus. Sinds de stichting van de AED is het dan ook nog maar 1 keer voorgevallen dat we het niet eens kwamen over een bepaald onderwerp. Zo slecht doen we het dus niet, denk ik dan ( grijnst ).’

Jij bent voorzitter en moet een adviesraad in goeie banen leiden. Hoe doe je dat?

Jan: ‘Na een 7-tal jaar als voorzitter leer je wel omgaan met alle meningen en leer je, samen met de groep, in discussie gaan. Milderen en luisteren is vaak de beste oplossing voor iedereen. En ik krijg uiteraard ook hulp van Frieda Depamelaere. Als ondervoorzitster neemt zij de nodige notities die ze nadien in een verslag giet. Bij twijfel of discussie achteraf, kunnen we altijd terugvallen op het verslag.’

Zijn er zaken die al gerealiseerd werden dankzij jullie advies en waar je trots op bent?

Jan: ‘Zeker en vast. Zo was er vroeger geen vast aanspreekpunt binnen de gemeente als het over lokale economie ging. Dat resulteerde vaak in een gebrek aan duidelijke en transparante informatie en er was te weinig kans op inspraak. We deelden deze bezorgdheid met het gemeentebestuur en daar is, met de aanwerving van een city marketeer, dan ook verandering en vooruitgang in gekomen. Dit aanspreekpunt biedt het Deerlijks ondernemerschap de kans om te groeien, om in de kijker te staan, om geholpen te worden waar nodig. Je voelt dus wel dat er naar professionaliteit toe een grote stap vooruit is gezet.’

Zo’n aanspreekpunt voor lokale economie binnen de gemeente schept uiteraard mogelijkheden. Maar zijn er nog zaken die op de agenda van de AED staan voor de toekomst?

Jan: ‘Uiteraard willen we enerzijds de Deerlijkse economische activiteit bestendigen, om van onze gemeente een ondernemingsvriendelijke plaats te maken. Dat is een doel waar heel wat acties voor gebeurden. Denk maar aan het allereerste netwerkmoment voor ondernemers dat in oktober plaatsvond. Dat kan nog gebeuren in de toekomst.'

‘Daarnaast houden we ons vooral met actuele thema’s bezig. En daar zitten ook vaak gevoelige zaken tussen, zoals de uitbreiding van de industriële zoekzones. We onderzoeken met de volledige regio waar er nog ruimte is voor industriële activiteiten. Geen gemakkelijke materie als je denkt aan de vele aspecten die zo’n vraagstuk met zich meebrengt, zoals duurzaamheid, sociale economie, wonen, mobiliteit ...’

‘Dan spreken we nog niet over andere, algemene struikelblokken zoals verschillende visies, de impact op andere gebieden en de maatschappelijke gedachtegang die op vandaag leeft. Veel mensen denken vaak vooral aan hun eigen belang. Maar soms moeten we onze verwachtingen realistisch houden en het algemeen belang laten primeren om bepaalde dingen effectief te realiseren. Zulke materies vragen voldoende tijd, aandacht en expertise.’

Intussen is het gemeentebestuur bezig met een nieuwe beleidsinsteek voor 2026 - 2031. Welke adviezen gaf de AED daar voor economie?

Jan: ‘We formuleerden een heleboel aandachtspunten. Zo vinden we dat Deerlijk nieuwe ondernemers en in het bijzonder jonge starters moet blijven aantrekken. Onze gemeente moet ondernemers ook jaarlijks samenbrengen om verder te bouwen aan een netwerk. We zien ook graag acties om de leegloop van dorpskernen te beperken, door in te zetten op kernversterkende initiatieven. Het promoten van ‘lokaal kopen’, onder andere door middel van de Deerlijkbon, blijft eveneens belangrijk. Een duidelijk vestigingsbeleid ontwikkelen, waarbij rekening wordt gehouden met onder andere kernwinkelgebieden en alle industriële zoekzones, vinden we ook interessant. Het is ook nodig om de digitale dienstverlening verder uit te bouwen en ondersteuning te bieden aan zij die het nodig hebben.'

'Verder zien we Deerlijk ook graag bouwen aan een omgeving waar het aantrekkelijk ondernemen, werken en genieten is. Je moet hiervoor regionale samenwerkingen opzetten die een meerwaarde kunnen bieden. We vragen ons ook af wat de plannen zijn om de arbeidskrapte weg te werken. En dan is er nog een vraagstuk voor de toekomst: wat is de impact op lokale economie als we ooit (moeten) fusioneren met omliggende steden of gemeenten? Je leest het, zo’n beleidsinsteek gaat heel ruim en kaart heel wat thema’s aan. We zijn benieuwd naar wat er in de toekomst nog allemaal op ons af zal komen.’

Kunnen Deerlijkenaren zich kandidaat stellen voor de AED of op een andere manier ideeën delen met jullie en het gemeentebestuur?

Jan: ‘Alle vertegenwoordigers en leden van de adviesraad werden na stemming tot officieel lid benoemd, volgens de voorwaarden en procedure van het gemeentelijk reglement. Nieuwe leden zijn deze legislatuur niet meer mogelijk, maar een Deerlijkenaar kan wel bij de adviesraad terecht om een economisch thema aan te kaarten. De adviesraad is wel geen platform om klachten en meldingen te capteren. Wel staan we open voor constructieve ideeën over lokale economie. Een onderwerp dat we geschikt vinden, kunnen we op de agenda van de adviesraad plaatsen. Wij zijn, zoals onze naam het al zegt, een adviesorgaan. Wij kunnen dus een advies geven aan het gemeentebestuur. Zij kunnen het meenemen of uitvoeren, maar dat is geen verplichting. Als het bestuur ons advies niet opvolgt, moeten ze het natuurlijk wel argumenteren. Zo ontstaat er een kritische maar participatieve vorm van samenwerken.’

Je bent sinds 3 maanden op rust. Wat doe je na het voorzitterschap van de AED nog in je vrije tijd?

Jan: ‘Ik doe tamelijk veel en graag aan vrijwilligerswerk. Zo geef ik lessen Nederlands en ben ik ook actief bij de Tettertafel van de gemeente. Aan die Tettertafel kunnen anderstaligen hun Nederlands oefenen. En sinds een paar weken ben ik ook vrijwillig aan de slag als chauffeur om mensen naar het dagverzorgingscentrum te voeren.’

Iets helemaal anders dan de industriële werkomgeving waar je 46 jaar in actief was, toch?

Jan: ‘Klopt (lacht). Maar dat vind ik niet erg. Ik doe dit vrijwilligerswerk vooral omdat ik ervan hou om in contact te staan met mensen. En hier en daar vragen die lessen Nederlands wat voorbereidend werk, dus houdt het mij voldoende actief bezig. Het is fijn als ik zo mijn steentje kan bijdragen.’

Het komt een aantal keer aan bod in dit interview: het in de kijker zetten van ons Deerlijks ondernemerschap. In dit infomagazine zetten we vanaf de volgende editie een lokale ondernemer in de kijker. Dat initiatief werd voorgelegd en goed bevonden op de AED. Hoe zal dat werken?

Jan: ‘De city marketeer kwam recent met het idee om onze ondernemers meer in de kijker te zetten. Heel wat ondernemingen zijn (nog) niet gekend bij onze inwoners en daar willen we verandering in brengen. Daarnaast kan je intussen bij heel wat van onze handels- en horecazaken terecht met de Deerlijkbon, maar ook daar is het lijstje vaak nog ongekend. Het wordt dus een thematisch katern waarbij we kennismaken met het gezicht achter 1 van de vele ondernemingen in onze gemeente. Op het einde van elk interview zullen we de ondernemer vragen om een volgende ondernemer aan te duiden. Zo hopen we om ‘den toer’ van Deerlijk te doen.’

Wie mogen we in het infomagazine van maart - april verwachten?

Jan: ‘Binnen onze adviesraad zijn er een aantal leden die hun eigen onderneming hebben. De city marketeer van de gemeente liet deze namen door een onschuldige, digitale loterij gaan. Hendrik Maebe van Wijnhuis Hendrik kwam daarbij uit de bus. Hij zal als 1e de spits afbijten in de volgende editie van dit infomagazine. We zijn benieuwd naar zijn verhaal, tips en wijze levenslessen voor andere ondernemers.’

This article is from: