Foto: Archief MN
Door Gaby Schellekens, Senior pensioenjurist bij MN
>
Als pensioenjurist bij MN ligt de dagelijkse focus vooral op pensioenfondsen. Voor pensioenfondsen is het APF een institutioneel vraagstuk, niet een instrument om wijziging in de inhoud van de pensioenregeling te realiseren. Samengaan in een APF kan voor pensioenfondsen een oplossing zijn voor de hoge regeldruk op het terrein van goed pensioenfondsbestuur en het kan leiden tot beperking van de uitvoeringskosten. Deze behoefte bestaat op grote schaal, ook bij de verplichtgestelde bedrijfstakpensioenfondsen, waar de grootste groep Nederlanders pensioen opbouwt. Maar juist voor dit soort pensioenfondsen is het APF, en dus een consolidatiemogelijkheid met afgescheiden vermogens, niet toegankelijk. Misschien is dit echter niet onlogisch, omdat een combinatie van een APF met het instrument van verplichtstelling wel ingewikkeld is. Via de verplichtstelling wordt namelijk inbreuk gemaakt op de vrije marktwerking. Eind jaren ‘90 heeft het Europese Hof van Justitie dat toelaatbaar gevonden, als er maar geen sprake is van misbruik van de machtspositie en er iets (bijvoorbeeld solidariteit) tegenover staat. Er was toen sprake van een afgebakend domein, namelijk de bedrijfstak. Het is de vraag hoe de beoordeling uitpakt als een APF naast een regeling van een verplichtgestelde bedrijfstak ook andere pensioenregelingen zou uitvoeren, dus zonder dat er sprake is van een afgebakend domein. Bij verplichtgestelde bedrijfstakpensioenfondsen blijft nu echter wel de behoefte bestaan aan consolidatie mét afgescheiden vermogens, om een fusie, ondanks verschillen in dekkingsgraad en tussen de pensioenregelingen, mogelijk te maken. Misschien moeten we daarom toch nog eens kijken naar het (gesneuvelde) amendement van de Tweede Kamer?
Foto: Fotografie Geert de Jong | Cheeseworks
Door Peggy Wilson, bestuurslid Pensioenfonds PGB
>
Het APF is een oplossing voor ondernemingspensioenfondsen waarbij de toenemende kosten en wet- en regelgeving knellen en waarbij fusie of aansluiting bij een ander fonds niet mogelijk is door het verschil in dekkingsgraden. Ook biedt het een oplossing bij de consolidatieslag in de pensioenbranche. Verplichtgestelde bedrijfstakpensioenfondsen komen vooralsnog niet in aanmerking voor een APF. Het APF is niet zozeer opgezet om als vehikel voor DC te fungeren maar lijkt in de praktijk de overgang naar DC-regelingen te vergemakkelijken. Het APF is mogelijk een tussenoplossing naar DC (Defined Contribution) maar niet noodzakelijkerwijs. Pensioenfonds PGB kent nu meerdere verplichtstellingen voor verschillende sectoren. Het fonds kiest vooralsnog niet voor een APF - mocht dit in de toekomst mogelijk zijn - en heeft sinds begin 2016 een DC-regeling naast de DB-regeling. Voor beide regelingen geldt hetzelfde beleggingsbeleid, alhoewel de regelingen separaat van elkaar worden geadministreerd. Bij Pensioenfonds PGB is DC toekomstbestendig: werknemers hebben hun eigen pensioenpotje met geld binnen een collectief. Vanaf 10 jaar voor de pensioendatum worden vanuit het opgebouwde kapitaal weer aanspraken ingekocht in de DB-regeling. Deelnemers willen uiteindelijk zekerheid. Door de inkoop te spreiden over de laatste 10 jaar worden zij niet blootgesteld aan de risico’s van een eenmalig aankoopmoment. Het APF sec biedt geen definitieve oplossing voor het DB-verleden. Ook dan is de vraag wat er met de aanspraken moet gebeuren: overdragen naar de nieuwe (DC)-regeling of apart administreren? Dat zal bij veel fondsen nog op de bestuurstafel behandeld moeten worden.
NUMMER 3 / 2016
FINANCIAL INVESTIGATOR
41