3 minute read

Flipje-tekenaar Arie van Vliet

FLIPJE-TEKENAAR

Arie van Vliet brengt de vrolijke fruitheld weer tot leven

Advertisement

Flipje, wie kent het vrolijke en fruitige stripfiguur uit Tiel niet? Toch raakte Flipje eind vorige eeuw langzaam in de vergetelheid, totdat striptekenaar Arie van Vliet daar verandering in bracht. Nu is Flipje weer helemaal terug. Met kaarten, stripalbums en zelfs een kerstbal.

Generaties groeiden op met de avonturen van het leuke fruitbaasje van jamfabriek De Betuwe in Tiel. Zo ook Arie van Vliet. Zijn oma verzamelde de boekjes over Flipje en die maakten indruk op Arie. “De boekjes hadden een bepaalde sfeer die me aansprak”, zegt Arie. Flipje bleef altijd in zijn hoofd sluimeren en toen hij in 2000 naar Tiel verhuisde, was hij benieuwd hoe het met zijn jeugdheld gesteld was. “Ik kwam erachter dat sinds jamfabriek De Betuwe in handen was van Hero, dat was in 1986, Flipje eigenlijk in de vergetelheid raakte. Hartstikke zonde, want het is zo’n bekend boegbeeld. Ik had eerder een aantal stedentrips gemaakt en besloot toenmalige stadspromotor Jan Beijer te benaderen of er interesse was voor een nieuwe strip met Flipje. Dat was er gelukkig, inmiddels heb ik vijf Flipjestrips getekend. En eind 2020 is er een vierkant boekje uitgekomen, Flipje in oude stijl.” Arie tekende en Mia Verbeelen, Alexandra van Steen en Fred Eggink schreven de verhalen. “Ik krijg de tekst en maak dan eerst een scenario, werk precies uit welke tekeningen op welke pagina komen te staan”, zegt Arie. “Dan ga ik schetsen en vervolgens teken ik steeds nauwkeuriger. Ik denk dat ik toch wel zo’n twintig uur bezig ben met een pagina voordat ik helemaal tevreden ben.”

Blozend en blond De Tielse fruitheld is door de jaren heen regelmatig veranderd. “Flipje verscheen in 1935 voor het eerst in stripvorm. Oorspronkelijk had hij een oranje kuif met groene blaadjes als handen. In de jaren zeventig zag Flipje er heel anders uit, blozend en blond. Ze noemden hem toen de ‘Willem-AlexanderFlipje’. In de laatste strips halverwege de jaren negentig was hij een stuk moderner geworden, evenals zijn stripvriendjes. De blaadjes waren bijvoorbeeld veranderd in witte handschoenen. Ik wilde Flipje weer in oorspronkelijke staat terugbrengen. Weer met oranje kuif en blaadjes als handen. Maar niet oubollig, gewoon een leuk karakter.” Het is overigens nog best lastig om Flipje te tekenen, volgens Arie. “Zijn lijf is een framboos en dus altijd bol. Het is een uitdaging om het figuurtje tot leven te brengen, bijvoorbeeld als hij op de fiets zit. Zijn lijf kan namelijk niet buigen.”

Flipposcoop Flipje is niet alleen in stripvorm te verkrijgen, je ziet hem op broodtrommels, mokken, onderzetters en een set kaarten die Arie onlangs nog tekende. In zijn Tielse studio is Flipje overal zichtbaar. Sinds hij bekend staat als dé Flipje-tekenaar, krijgt hij veel bijzondere spullen toegestuurd. Uit een kast haalt hij een boek met daarin oude filmstroken. Oorspronkelijk bedoeld voor de Flipposcoop. Een kartonnen huisbioscoop van voor de Tweede Wereldoorlog die je vroeger zelf in elkaar moest zetten. “Je kon filmstroken sparen met de avonturen van Flipje. Die stroken trok je door de Flipposcoop en zo had je je eigen film. Eigenlijk de voorloper op de rode viewmaster die veel mensen nog zullen kennen. Ik heb ook nog veel oude boekjes, toch ben ik geen verzamelaar. Want als ik daar aan begin, wil ik het liefst alles van Flipje hebben.”

Het ontstaan van Flipje

De Betuwe gaf al kleine kinderboekjes uit waarin de producten gepromoot werden. De directie van de jamfabriek vroeg in 1935 aan reclamebureau Van Alfen om een herkenbaar figuurtje te verzinnen. Philip van Alfen bedacht een mannetje met een dik frambozenlijf en armen en beentjes van rode bessen. Maar hoe moest het figuurtje gaan heten, niemand wist het. Totdat Van Alfen uitriep: “Desnoods noemen we hem Flip!” En zo is Flipje aan zijn naam gekomen.

This article is from: