/Fed

Page 59

netinfrastructuur die rekening houdt met waarschijnlijke toekomstige behoeften van gebruikers, en die tegelijkertijd ook een optimale betrouwbaarheid van het net garandeert. Hiertoe doet de netbeheerder al het mogelijke om kritieke situaties in het net op te sporen. Dit zijn toestanden waar niet meer voldaan wordt aan een reeks technische ontwikkelingscriteria ten gevolge van een evolutie in één van de relevante parameters voor de ontwikkeling van het net, zoals het elektriciteitsverbruik of het productiepark. Deze kritieke situaties kunnen worden opgespoord met behulp van een modellering van het net op twee representatieve werkingspunten. Dit model wordt hierna beschreven.

3.2.1.1 Netmodellering Voor de modellering van het elektriciteitsnet wordt een beroep gedaan op meerdere berekeningsinstrumenten:  een loadflow-model;  een berekeningsmodel voor het kortsluitvermogen in elk knooppunt van het net32;  een model voor de statische en dynamische stabiliteit van het net 33;  een model voor de spanningsstabiliteit 34. De loadflowanalyses laten toe de verdeling van de stromen op het net te evalueren voor een of meer specifieke werkingspunten. Een werkingspunt wordt gekenmerkt door een bepaalde netconfiguratie, een beschikbaar productiepark, een bepaalde import- en transitsituatie en een zeker belastingsniveau voor elk lokaal verbruik. Voor de modellering van het elektriciteitstransmissienet is het nodig over volgende gegevens te beschikken:  de netelementen en de wijze waarop ze met elkaar verbonden zijn;  de productie-eenheden en invoer/uitvoer van elektriciteit;  de lokale verbruiken.

3.2.1.2 Technische criteria De werking van het transmissienet voor elektriciteit wordt gekenmerkt door verschillende parameters:  de grootheden van het verloop van de fluxen op het net, namelijk de stromen, het spanningsniveau in elk knooppunt van het net en de productie van de eenheden;  het kortsluitvermogen;  de stabiliteit van het net tegenover een spanningsinstorting;  de dynamische en statische stabiliteit. Voor iedere nettoestand zijn voor elk van deze parameters criteria (grenswaarden of aanvaardbare niveaus) vastgelegd. Een net beantwoordt aan de ontwikkelingscriteria als de berekende waarden voor alle parameters in alle loadflowsimulaties aan de vastgelegde criteria beantwoorden.

32 Het kortsluitvermogen is een theoretische waarde gelijk aan het product van de nominale spanning en de kortsluitstroom (de stroom die ontstaat bij een rechtstreekse aarding van de drie fasen). 33 De statische en dynamische stabiliteit van een net is de mate waarin dat net in staat is om de synchrone werking van de productie-eenheden te waarborgen, zowel bij lichte als zware storingen. 34 Met behulp van het model voor de spanningsstabiliteit kan worden nagegaan of de spanningsdalingen tussen knooppunten van het net, die het gevolg zijn van vermogensoverdrachten, zelfs bij een incident binnen aanvaardbare normen blijven.

15 september 2010

Federaal ontwikkelingsplan 2010 – 2020

59


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.