2 minute read

GRAFIEKEN MET DE BELANGRIJKSTE HYPOTHESES EN RESULTATEN

1. HISTORISCH EN VERWACHT JAARLIJKS ELEKTRICITEITSVERBRUIK IN BELGIË

2. DE OPKOMST VAN EV’S EN WARMTEPOMPEN: EERDER EN SNELLER

Amount of electric passenger cars (EV+PEVH) (thousands)

Equivalent amount of hydronic heat pumps (thousands)

Elektrificatie in combinatie met de versnelde ontwikkeling van koolstofarme elektronen is cruciaal om de samenleving te decarboniseren in de komende 10 tot 20 jaar. De elektrificatie versnelt in drie belangrijke sectoren: mobiliteit, verwarming en industrie. Dit blijkt uit de verwachte toename van de vraag naar elektriciteit in België in het komende decennium.

Dit fenomeen doet zich niet alleen in België voor. Ook in onze buurlanden neemt de vraag naar elektriciteit toe (zie kader hieronder).

▶ Meer informatie in hoofdstuk 3.3 van deze studie.

In addition to passenger cars, e-trucks, busses and vans are also accounted for (was not the case in AdeqFlex’21)

Recent sales (beginning of 2023) confirm the uptake and go beyond the value assumed for 2023 if extrapolated for the rest of the year.

+50% sales between 2021 and 2022 +80% sales expected in 2023

Sinds de publicatie van onze vorige studie hebben de federale overheid en de gewesten nieuwe doelstellingen vastgelegd voor elektrische voertuigen en warmtepompen. De opkomst van deze assets zal naar verwachting ongeveer twee jaar (EV’s) en tien jaar (warmtepompen) sneller gebeuren dan gepland. Dat zal een enorme impact hebben op de nationale consumptiepatronen, vooral als het verbruik niet efficiënt wordt beheerd.

In addition to hydronic HP, air-to-air HP sales and penetration has increased but they have a lower contribution to heating demand. Recent sales (beginning of 2023) confirm the uptake and go beyond the value assumed for 2023 if extrapolated for the rest of the year.

+ 60% sales between 2021 and 2022

+ 90% sales expected in 2023

In de mobiliteitssector wordt verwacht dat het fiscale beleid voor bedrijfswagens in België een grote impact zal hebben op de wijdverspreide opkomst van elektrische voertuigen in de komende jaren. Bovendien beperkt de elektrificatie van de transportsector zich niet tot personenwagens. Ook lichte bedrijfswagens (bestelwagens), vrachtwagens en bussen zullen elektrificeren.

▶ Meer informatie in hoofdstuk 3.3.3 en 3.3.4 van deze studie.

3. INFORMATIE VAN ELIA’S NETGEBRUIKERS BEVESTIGT DE VERSNELDE INDUSTRIËLE ELEKTRIFICATIE

4. FLEXIBILITEIT VAN NET GEËLEKTRIFICEERDE INDUSTRIËLE PROCESSEN KAN BIJ SCHAARSTE DE CAPACITEITSNOOD VOOR ADEQUACY STERK VERMINDEREN

Om ervoor te zorgen dat de industrie toegang krijgt tot grote hoeveelheden koolstofarme elektronen, moeten we een ongeziene uitbouw realiseren van on- en offshore infrastructuur (zowel voor productie, distributie als transmissie).

Veel industriële spelers in België zijn koplopers op het vlak van elektrificatie. Ze hebben pilootprojecten gelanceerd en investeren in het kader van hun decarbonisatie strategieën.

Powering Industry towards Net Zero’, de vorige Elia Group studie over de elektrificatie van de industrie, concludeerde dat het jaarlijkse industriële elektriciteitsverbruik in België tussen nu en 2030 aanzienlijk zou toenemen.

Er zijn signalen die erop wijzen dat deze voorspelling zal uitkomen: er werden concrete projecten aangekondigd en het aantal aanvragen voor aansluiting op het transmissienet neemt sterk toe.

Hoewel de industriële projecten zich al in een vergevorderd stadium bevinden, is het nog niet zeker dat ze allemaal voltooid zullen worden (of dat er geen projecten bijkomen). Het is duidelijk dat we deze onzekerheden moeten meenemen in onze besluitvorming over het energiesysteem. Het tijdig anticiperen op een versterkte netinfrastructuur om een hoge bevoorradingszekerheid te garanderen, is cruciaal om onze industrie in België te houden.

Om de Belgische industrie op grote schaal te elektrificeren, is een tijdige realisatie nodig van de projecten Ventilus’ en Boucle du Hainaut’. Beide zijn essentieel om de hernieuwbare energie van de windparken op zee naar het binnenland te brengen. Dit geldt vooral voor West-Vlaanderen en Henegouwen. De nieuwe verbindingen zullen de aangrenzende 150 kV-netten voeden. Zo kan bijkomende onthaalcapaciteit worden voorzien voor de elektrificatie van de industrie. Deze projecten garanderen dus dat de betrokken provincies economisch aantrekkelijk blijven.

▶ Meer informatie in het hoofdstuk 3.3.5. van deze studie.

Als de flexibiliteit van nieuwe geëlektrificeerde industriële processen efficiënt wordt ingezet, kan dit, vooral bij schaarste, aanzienlijke voordelen bieden voor het systeem. Daarom zouden er gesprekken opgestart moeten worden met alle betrokken partners om de impact, voordelen, barrières en operationele implementatie van een dergelijke aanpak te beoordelen.