Metselen en voegen 9. Rollagen in metselwerk Rollagen hebben geen dragende functie zoals dat bij lateien het geval is. Pas ze daarom als ontlastingsconstructie alleen toe bij openingen kleiner dan 80 cm. Je kunt de rollaag ook gebruiken om het verschil op te v angen als de bovenkant van een kozijn niet overeenkomt met de lagenmaat. Belast echter nooit de bovendorpel van een kozijn. Ook niet door een rollaag. Vervang de rollaag door een strek of hanekam wanneer de overspanning g roter is dan 80 cm of wanneer een grotere druk op het kozijn te verwachten is, zie [Fig 22]. Hoe je deze c onstructies maakt, wordt hier verder niet besproken. Verderop wordt het maken van een segmentboog uitvoerig besproken.
Rollagen en lateien boven kozijnen In wezen is de werkwijze bij rollagen boven kozijnen niet anders dan de werkwijze bij een rollaag op een h alfsteens tuinmuur. Bij een rollaag boven een kozijn ontbreekt t ijdens de uitvoering de ondersteuning van de onderliggende stenen en mag de bovendorpel van het kozijn niet worden belast. Ondersteun daarom tijdelijk de rollaag t ijdens de uitvoering. Plaats hiertoe een regel op gelijke hoogte met het vochtwerende materiaal (DPC- folie of lood) om te voorkomen dat de rollaag voorover zakt, zie [Fig 19]. Ondersteun de regel ter plaatse van de s tijlen - en bij brede kozijnen met extra tussenondersteuning - om doorzakken te voorkomen. Laat de ondersteuning door keeplatten niet uitsteken tegen het kozijn zodat het v ochtwerende materiaal minimaal 15 mm voor het kozijn kan uitsteken om later omgebogen en op lengte afgesneden te kunnen worden. Het metselwerk boven rollagen met een grotere lengte dan 80 cm moet gewapend worden om te voorkomen dat het kozijn belast wordt. Verwerk deze wapeningsmaterialen in de lintvoeg.
Metselen en voegen
Rollagen worden toegepast als muurafdekking op t uinmuren, als versierend element boven en onder k ozijnen maar ook als afscheiding tussen bijvoorbeeld het trasraam en het opgaand metselwerk in een gevel.
4a + 3v
2a + v
éénsteens rollaag
2a + v
halfsteens rollaag
[Fig 21] Rollagen en hun benamingen
d 7 koppenmaten + voeg 1 profiel
wiggen 1a
A
2
stempel of schroefstempel
klezoortje cm a n
a + b + 1v
a
1 extra voeg
o p
b
B
overspanning draad
[Fig 19] Rollaag
porringplankje
porringdraden
P porringpunt [Fig 22] Strek of hanekam
www.weberbeamix.nl
44