156

Page 64

beelden herschreven worden. Aanvankelijk eerder expliciet, wanneer De Meyer ons opdraagt om ons een volledige absence in te beelden: een afwezigheid waarin er nog geen sprake is van gedachten of categorieën. Uit die leegte ontspruit het beeld van een landschap vol ongekende kleuren en elementen. De Meyer nodigt ons uit om dit landschap mee te ontdekken en af te tasten: het hout, de rotsen, de klei, de ongeziene kleuren. Maar het voorzichtige verkennen van die mentale ruimte wordt onderbroken door een knal – die niet hoor- of zichtbaar is, maar in de tekst opgeroepen wordt en zo ook onze verbeelding binnendringt. In die schijnbare oerknal wordt een gedeeld lichaam geboren dat zowel De Meyer als haar toeschouwers lijkt te omvatten: ‘You’re in a body now.’ Wat daarna volgt, is een heuse trip waarin De Meyer dit hernieuwde en collectieve lichaam door verschillende imaginaire landschappen en politiek gekleurde beelden voert. Een van de terugkerende thema’s in die talige reis is de zintuigelijke verhouding tussen dit gedeelde lichaam en zijn materiële ondergrond: de omschrijving van een tocht door een streek waarin alle richtingwijzers naar de aardbodem wijzen, vloeit over in een gebod om onze voeten in kabbelend valleiwater onder te dompelen en de presence van dit water af te tasten – om even later weer te ontaarden in het beeld van een lichaam dat in de aarde graaft en zich zo een weg baant naar een tijdperk waarin die aarde nog niet misbruikt werd door het westerse subject. Met deze uiteenlopende fragmenten nodigt De Meyer ons uit om onze positie in de materiële werkelijkheid via onze sensoriële verbeelding te ontdekken en te herscheppen: meermaals spoort ze haar toeschouwers aan om het geëvoceerde landschap aan te raken, ernaar te luisteren en zich open te stellen voor de levendige materialiteit die er aanwezig is. Zo ontstaat ook in New Skin de mogelijkheid tot een andere, meer verstrengelde verhouding tussen het humane subject en de materie die hem omringt. Die verbinding is misschien nog het meest voelbaar in de idee van de (weder)geboorte, een rode draad door de voorstelling. Niet alleen in de openingssequentie, maar ook later in de performance lijkt De Meyer haar positie als mens te (her)ontdekken en vraagt ze eenzelfde gewaarwording van haar toeschouwers. In een opmerkelijke passage wekt ze bijvoorbeeld het beeld op van een astronaut die via een navelstreng met de aarde verbonden is. Drijvend in de ruimte ziet hij niet alleen hoe alle elementen op en in die blauwe bol verknoopt zijn, maar realiseert hij zich ook dat hij wezenlijk van die aarde afhankelijk is: de aarde kan makkelijk zonder hem, maar hij kan nooit zonder haar. Met dat inzicht wordt de ruimtevaarder als een foetus weer in de wereld geworpen. De terugkerende verwijzingen naar geboorte, ontstaan en bestaan zouden we kunnen begrijpen als een niet-aflatende poging om de toeschouwer door middel van woorden te herpositioneren in de materiële werkelijkheid. Als een poging om ons via een liefdevolle verbeelding opnieuw in het heden binnen te brengen – een heden waarin wij wezenlijk verbonden zijn met de levendige materialiteit die ons omsluit. De taal functioneert op de lege scène van New Skin bijgevolg niet als een

62


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.