
10 minute read
Fusie Plus en Coop: wat zijn de gevolgen voor leveranciers?
Met de fusie tussen Plus en Coop, doet zich ook de vraag voor: welke huismerk- en versleveranciers gaan straks leveren aan die grotere Plus-formule? Die van Plus? Die van Coop? Allebei? En hoe gaat dan die selectie?
Advertisement
Door: Marieke Venbrux Foto’s: archief FoodPErsonality
Begin deze maand ging de eerste Coop-supermarkt open als Plus (in Heeg, zie ook blz. 16 e.v.). Daarmee is de kop eraf, zogezegd. In totaal gaan er ruim 300 Coop-supermarkten om naar Plus. Voor de ombouw is zo’n drie jaar uitgetrokken, dit jaar gaan er waarschijnlijk zo’n zeventig Coop-supermarkten om naar Plus, zo maakte Plus eerder bekend. Bij zo’n fusie en ombouwoperatie komt als vanzelf het nodige kijken. Om te beginnen de mededingingsautoriteit ACM, die bepaalde dat in twaalf marktgebieden supermarkten van een van de twee formules moesten verdwijnen – aan Plus en Coop zelf te bepalen welke. Verder is er natuurlijk de integratie zelf: andere buitenkant, andere binnenkant, andere huisstijl, andere logistiek, extra dc’s, ander assortiment, andere leveranciers... Ja, ander assortiment, andere leveranciers... hoe zit dat eigenlijk? Plus en Coop zijn beide lid van inkoopverband Superunie. Ze voeren ook beide het Superuniehuismerk G’woon. Maar Plus wel veel beperkter dan Coop; Plus hee behoorlijk wat artikelen onder het eigen Plus-merk. Coop hee ook producten onder het eigen Coop-merk – maar lang niet zoveel als Plus. Coop voert het Coop-merk bijvoorbeeld in brood en vlees & vleeswaren. Coop hee verder ook een ‘eigen broodmerk’: Molenbrood. Plus hee Korenlanders als broodmerk. Verder: de voorverpakte groente bij Coop dragen niet expliciet het Coop-huismerk, ze zijn merkloos, zogezegd, maar de panklare groenten van Coop worden geleverd door Heemskerk. Plus hee wel expliciet Plus op die panklare groente staan, voor die groente hee het Hessing als leverancier; althans: voor zover wij weten. De vraag is: wat gaat daar straks allemaal mee gebeuren? Zijn er huismerk- en versleveranciers die met de fusie van Plus en Coop straks hun afnemer kwijt zijn? En zijn dat dan vooral de huidige Coop-leveranciers, omdat Plus de formulenaam wordt en Plus de grotere formule is? Gaan die Plus-leveranciers dan nu op een grotere schaal produceren en leveren? Of gaat het anders: zijn er vers- en huismerkleveranciers die niet kunnen of willen opschalen, waardoor een andere vers- en of privatelabelleverancier toch ‘meekan’ als leverancier van die steeds grotere keten Plus? Of gaan inkopers, category managers etc. opnieuw gesprekken voeren met álle leveranciers van alle producten die Plus of Coop op de verpakking hebben staan? Zijn er wellicht veilingen waarbij leveranciers tegen elkaar ‘omlaag moeten bieden’? En in hoeverre spelen de gestegen kosten (van grondsto en, energie etc.) een rol: gaat Plus extra scherp op alle bedragen letten, omdat het assortiment een grotere sprong moet maken in een periode dat die prijzen de pan uitrijzen? Kortom, hoe gaat dit straks? Wat is het plan?
‘Wij horen niets’ Een Plus-ondernemer zei ons eerder daar niets over te weten. “Ik heb als ondernemer ook geen directe stem over de beslissing welke centrale leveranciers aanblijven en welke geschrapt worden. Daar kan category management van het servicekantoor mogelijk wel al een antwoord op geven.” Van een andere bekende Plus-ondernemer horen we iets soortgelijks. “Wij als afnemers horen hier niets over. Wat is het plan, wat wil Plus, wat willen de leveranciers? Wij hebben geen idee wat er speelt.” Die ondernemer zegt ook: “Retailorganisaties hebben geen houvast, geen manifest over de vraag hoe ze met leveranciers omgaan. Het is allemaal casuïstiek en opportuniteit. Die wel dit, deze dat niet.” Hij prijst in dit verband Lidl voor het feit dat het voor elk product twee leveranciers aanhoudt, om geen a ankelijkheid over en weer te hebben.
Wij hebben onze vragen – over wat er gaat gebeuren met de vers- en huismerkleveranciers van beide formules – voorgelegd aan zowel Plus als Coop; het zijn immers nog steeds twee verschillende formules. Uiteraard hebben zij onderling wel overleg, van de woordvoerders van beide formules krijgen we ook nagenoeg hetzelfde antwoord terug. “De voorbereidingen van de integratie zijn in volle gang. Zo ook voor het assortiment. Op dit moment ligt onze focus op het in stand houden van beide formules, met ieder een eigen assortiment. Als hier concrete ontwikkelen over zijn, zullen we je op de hoogte houden.” Dat klinkt wat paradoxaal: de voorbereidingen van de integratie zijn in volle gang, maar de focus ligt op het in stand houden van beide formules. “Er is natuurlijk wel een stip aan de horizon waarbij we de toekomstige mogelijkheden willen onderzoeken. Maar ondertussen blijven we gewoon ons eigen assortiment voeren”, aldus Jorieke van der Rest, woordvoerder van Coop. Aan Plus vroegen we nog wat er met het Molenbrood, Coops eigen broodmerk, gebeurd is bij Plus Gerritsma in Heeg, de Coop die als eerste omging naar Plus. “Plus Heeg verkoopt geen Molenbrood meer. De winkel verkoopt nu het broodassortiment ‘Korenlanders’”, aldus woordvoerster Felicity Nieman.
‘Twee leveranciers aanhouden’ We spraken ook met Carin van Leeuwen, partner bij IPLC, die retailers en fabrikanten adviseert over alles op het gebied van ‘private label’. Van Leeuwen werkte bovendien tussen 2012 en 2018 bij Jumbo, en dat was precies in de periode waarin Jumbo na de Super de Boer-formule ook C1000 en Emté overnam. Ook ondernemers van die formules kregen destijds te maken met assortimentsaanpassingen, veranderingen van leveranciers etc. Van Leeuwen: “Dat was een heel traject, waarbij zaken voor elke formule weer net iets anders gaan. Maar over het algemeen hebben leveranciers en retailers volumecontracten. Door een fusie stijgt het volume dat geproduceerd moet worden. Dan gaan leverancier en retailer opnieuw om de tafel: het volume kan niet zomaar opgehoogd worden binnen de bestaande volumecontracten. Leveranciers beoordelen of ze wel of geen uitbreiding van het volume kunnen en wil-

Links de agf-afdeling bij Plus Koot in Abcoude, de eerste Plus Briljant 2.0. Plus heeft veel (voorverpakte) versartikelen onder het eigen Plus-merk. Rechts: een koelmeubel met vlees bij Coop in het centrum van Tilburg. Het Coop-huismerk is kleiner dan het Plus-huismerk, maar binnen vlees- en vleeswaren best wel weer groot.
len en als ze dat wel willen, tegen welke condities dat hogere volume geleverd moet worden.” Wat de huidige situatie en daarmee het fusietraject tussen Plus en Coop echter wel echt uniek maakt, zijn de extreme kostenstijgingen en de grondsto enschaarste, aldus Van Leeuwen. “De machtsbalans tussen retailers en leveranciers is daardoor verschoven. Voorheen waren retailers de vragende en bepalende partij. Door het gebrek aan grondsto en en de gestegen kosten, is dat nu wel wat veranderd. Een veiling waarbij leveranciers ‘tegen elkaar omlaag bieden’, zoals jij eerder opperde, is daardoor nu niet aan de orde.” Voor retailers – en dus ook voor Plus en Coop – staat ‘security of supply’, leveringszekerheid, nu voorop. Van Leeuwen: “Voor Plus en Coop is het boven alles zaak om lege schappen te voorkomen. Daarom is het belangrijk om vooralsnog leveranciers van beide formules te behouden, als dat verschillende leveranciers zijn. In een ‘normale’ situatie zou het wellicht wat meer voor de hand hebben gelegen dat de leveranciers van Plus voortaan ook de leveranciers van de voormalige Coops worden, maar dat is nu zeker geen uitgemaakte zaak. Ook niet wat de leveranciers zelf betre : het is maar de vraag of zij straks per de nitie meer volume kunnen produceren.” Twee leveranciers behouden, voor hetzelfde product: riskeer je daarmee geen smaak- of kwaliteitsverschillen? Van Leeuwen: “Nee, daar zijn speci caties voor. Als het om een heel uniek product gaat, exclusief voor een bepaalde retailer ontwikkeld, dan kan het misschien lastig worden om er een tweede, alternatieve leverancier naast te zetten. Maar veel van de producten waar het om gaat zijn onderling vrij uitwisselbaar.” Eerder genoemde Plus-ondernemer ‘roemde’ als gezegd Lidl, omdat het altíjd twee leveranciers voor een product zou aanhouden. Zouden ook andere retailers dat niet veel vaker moeten doen? Van Leeuwen: “Lidl koopt Europees in. Dan is het makkelijker om meerdere leveranciers aan te houden, gezien het grote volume. Plus hee op dit moment te kleine volumes om voor elk product standaard twee leveranciers aan te houden. Maar nu, met de overname van Coop, in een tijd van grote schaarste en onzekerheid, kan dat dus juist wel eens noodzakelijk worden.” Los daarvan is de fusie voor Plus een kans om bijzondere Coop-producten of producten die het bij Coop-klanten heel goed doen, in de Plus-formule te gaan voeren. “Hiermee kan de huidige leverancier van dit product ook een rol hebben.”
Plus-merk in Coop? Wat volgens Van Leeuwen voor de privatelabel- en versleveranciers van Coop tijdens de ombouwperiode vooral cruciaal wordt, is de vraag: wat zijn straks de minimale volumes om nog te kunnen produceren voor een minimum aantal winkels? “De resterende Coop-winkels moeten gedurende het ombouwtraject voldoende bediend worden. En je wil straks liever niet langere tijd het Plus-huismerk in Coop-supermarkten hebben staan. Klanten snappen dat wellicht nog wel, de meeste weten dat Coop Plus gaat worden, maar zolang Coop bestaat, zal het het eigen Coop-label of anders de huismerken van Superunie willen handhaven.”
Daar denkt overigens niet iedereen zo over. Want we spraken ook Johan Jongman, Coop-ondernemer in Schoonebeek en sinds kort voorzitter van de franchisersvereniging van Coop. Jongman vindt het geen probleem als het Plus-merk nu al in zijn nog niet omgebouwde supermarkt komt te staan. “Voor ons als ondernemers is het belangrijkste dat de vakken goed gevuld blijven en dat onze klanten tevreden zijn. Ik denk dat het juist goed is als het Plus-assortiment snel ingeritst wordt. Het Coop-huismerk gaat toch verdwijnen, verpakkingsmateriaal wordt niet meer gemaakt, dat wordt straks wellicht een probleem, het dc van Coop gaat ook de Plus-winkels beleveren, het emmertje Plus raakt druppelsgewijs steeds voller….zet dat Plus-huismerk dan hier ook maar alvast in het schap. Bij vers, maar wat mij betre ook bij kw. Wij hebben nu bijvoorbeeld macaroni van G’woon, maar ik vind het ook prima als daar nu al Plus-macaroni komt te staan. Kijk, het samengaan van Plus en Coop is een fusie, geen overname. Er is geen sprake van een revolutie, maar van een evolutie. Dat betekent dat zaken geleidelijk gaan, en dat is ook goed. Je kan niet van de een op de andere dag het hele Coop-assortiment stopzetten en het volledige Plus-assortiment erin etsen. Bovendien kunnen klanten er zo ook alvast aan wennen. Ze zien Coop niet als de verliezer, maar Coop is wel iets dat a oopt en klanten willen bij de winnaar horen.” Of de vers- en huismerkleveranciers van Coop straks het huismerk van Plus gaan produceren/ leveren, of dat zij de (voormalige) Coop-ondernemers als klant (deels) kwijt zijn, daar weet Jongman net als de Plus-ondernemers nog niets van. “Dat onderwerp is bij ons nog niet aan bod geweest, er spelen eerst nog allerlei andere zaken. Wij bepalen op dat vlak ook niet het beleid. Maar ik heb het volste vertrouwen dat de category managers hun best voor ons doen. En zoals ik al zei: het gaat ons als ondernemers er vooral om dat de schappen gevuld blijven.” Volgens Van Leeuwen doet Plus er verstandig aan de integratie van het assortiment wel al te plannen. “Zolang beide formules bestaan, verdienen beide formules aandacht. Maar je kunt niet zeggen: we houden de formules en daarmee de assortimenten zo lang mogelijk in stand, dus ‘dat komt wel’. Je zit met je voorraad verpakkingsmaterialen, etiketten, het ombouwschema, dat alles moet je in goede banen leiden, dus die planning moet je hoe dan ook nu al wel leggen.” ■
Plus, Coop, G’woon & Superunie?
Volgens Carin van Leeuwen is het een interessante vraag ‘hoe Plus in de toekomst met het merk G’woon omgaat’. “Na de integratie met Coop heeft Plus ruim 10% marktaandeel. Als een formule groter wordt, gaat het doorgaans meer producten onder het eigen huismerk voeren. Betekent dat dat straks we geen Superunie-huismerken meer bij Plus zien staan? En als dat zo is: wat betekent dat dan voor Superunie? Want als er 10% uit het volume van Superunie gaat, ontstaat ook daar een ander evenwicht.”