8 minute read

INSIDE

Next Article
INTRO

INTRO

Destelheide opent nieuwe slaapblok

Tijdens het laatste weekend van mei namen de eerste gasten hun intrek in de gloednieuwe slaapblok van Destelheide. Een bijzonder moment in de geschiedenis van ons verblijfscentrum. “Met de opening van het nieuwe gebouw is een grote stap gezet in de realisatie van het masterplan van Destelheide”, zegt directeur van Destelheide & Hanenbos Guy Uyttebroeck.

Advertisement

Waarom is die nieuwe slaapblok zo belangrijk voor Destelheide?

Guy Uyttebroeck: “De bouw van een nieuwe slaapblok met 25 gloednieuwe kamers voor 82 gasten vormt eigenlijk de basis van het masterplan voor Destelheide. De verouderde slaapkamers zijn al jaren een doorn in het oog. Dankzij de goede zorgen van ons technisch en onderhoudspersoneel zijn de slaapkamers nog altijd net en functioneel, maar hedendaags kan je ze al een tijd niet meer noemen. Vandaar dat we heel blij zijn dat we met de nieuwe slaapblok onze gasten nog beter in de watten kunnen leggen. Nu volgt de renovatie van de bestaande slaapblokken, zodat binnen afzienbare tijd alle slaapkamers van Destelheide weer aan de hedendaagse normen zullen voldoen, qua comfort en ook op energetisch vlak.”

Er is nu een extra slaapblok, maar de totale overnachtingscapaciteit verandert niet. Hoe komt dat?

Guy Uyttebroeck: “In de bestaande slaapblokken waren de kamers oorspronkelijk ontworpen voor drie personen. Maar omdat in de loop der jaren de vraag naar extra overnachtingscapaciteit zo fors steeg, zijn we geëvolueerd naar kamers met zes bedden en dat op dezelfde oppervlakte. Dat is niet meer van deze tijd. Daarom kozen we in de nieuwe slaapblok voor kamers voor 2 en 4 personen. Ook na de renovatie van de bestaande slaapblokken zullen de slaapkamers voor maximaal 4 personen zijn. Vandaar dat de totale overnachtingscapaciteit met de nieuwe slaapblok en het paviljoen dat in aanbouw is inbegrepen, dus ongeveer dezelfde blijft.”

Een masterplan is per definitie een werk van lange adem, en dus ook van verschillende voogdijministers. Hoe belangrijk is hun rol tot nog toe geweest?

Guy Uyttebroeck: “Cruciaal. Projecten als dit kan je eenvoudigweg niet realiseren als je niet de broodnodige steun krijgt. Ik kan daarom de huidige en de twee vorige Vlaamse ministers van Jeugd niet genoeg bedanken. Het was minister Pascal Smet die samen met zijn kabinet ons het zetje en de middelen gaf om een volledig masterplan uit te tekenen dat Destelheide klaarstoomt voor de toekomst. Nadien konden we rekenen op ministers Sven Gatz en Benjamin Dalle voor de financiering van onze ambitieuze plannen. Ook toen door corona en de oorlog in Oekraïne de bouwsector te maken kreeg met forse prijsstijgingen, deed huidig minister Dalle een belangrijke inspanning om ons project toch op de rails te houden.”

Hoe kijk je terug op het traject dat intussen is afgelegd?

Guy Uyttebroeck: “De samenwerking met de Vlaamse overheid, het Departement Cultuur, Jeugd en Media, en het Facilitair Bedrijf verloopt uitstekend en dat is eigenlijk al mijn hele loopbaan als directeur zo. Er is veel wederzijds respect en daardoor kunnen we samen dingen realiseren. De Vlaamse overheid is de eigenaar van onze centra. Wij hebben altijd ons uiterste best gedaan om deze infrastructuur goed te onderhouden en dat wordt duidelijk gewaardeerd. Het is fantastisch om te merken dat de Vlaamse overheid en de politieke wereld Destelheide en Hanenbos genegen zijn en dat men ook bereid is om te investeren. Investeren in onze centra betekent natuurlijk ook investeren in onze jeugd.”

Het Facilitair Bedrijf volgt in opdracht van de Vlaamse overheid de werven van de nieuwe slaapblok, het paviljoengebouw en de renovatie van de bestaande slaapblokken op. Nu de eerste grote kaap gerond is, spraken we met projectleider

Tom Van Haver.

Werven blijken vaak hobbelige parcours te hebben. Hoe verging het die van de nieuwe slaapblok?

Tom Van Haver: “Geloof het of niet maar alles is eigenlijk heel vlot verlopen (lacht). We hebben weinig problemen gekend. Ook de samenwerking met het team van Destelheide verliep zeer goed. Er was een fijne wisselwerking waarbij we mooi op dezelfde lijn zaten. We hebben ook het geluk gehad om met de firma De Brandt een aannemer te hebben die zeer professioneel te werk gaat. Dit soort projecten is hun corebusiness en dat is ook bij deze werf duidelijk gebleken. Een heel fijne samenwerking met alle partijen dus. Ik denk dat iedereen tevreden kan terugblikken.”

Er wordt intussen ook stevig doorgewerkt aan het nieuwe paviljoengebouw.

Tom Van Haver: “Ook dat schiet inderdaad goed op. Het plankenbeton gieten was hier echt een enorme uitdaging, want er is geen meter recht aan het paviljoengebouw. Nu wordt er volop gewerkt aan de binnenwanden. In de loop van volgend jaar moet ook dat nieuwe gebouw klaar zijn.”

Tot slot: wat vind je zelf van de nieuwe slaapblok?

Tom Van Haver: “Ik vind de inplanting in de bestaande site zeer geslaagd. De lijnen, structuren en het materiaal sluiten mooi aan op wat architect Paul Felix gebruikte voor de oorspronkelijke gebouwen. Het gebouw is duidelijk hedendaags, maar toch past het perfect in het plaatje. De zwevende trap heeft heel wat denkwerk gevergd, maar hij geeft de slaapblok echt iets extra’s. Ik ben zeer blij met het resultaat en ik denk dat we allemaal trots mogen zijn op wat hier gerealiseerd is.”

Maar je werk hier zit er nog niet op, want nu start de renovatie van de bestaande slaapblokken.

Tom Van Haver: “Dat klopt. We zijn intussen gestart met het strippen van de eerste bestaande slaapblok. Bedoeling is om de look van het interieur van het nieuwe gebouw door te trekken. Dat is niet zo simpel want je zit bij een renovatie natuurlijk in een heel andere context die een stuk complexer is. Maar ook hier zullen we werken met een aannemer die veel kennis van zaken heeft. Ik heb er alle vertrouwen in dat het goed komt.”

Op dinsdag 18 juli vindt er nog een officiële opening van de nieuwe slaapblok plaats samen met Vlaams minister van Brussel, Jeugd, Media en Armoedebestrijding Benjamin Dalle. Meer nieuws daarover volgt.

Expo ROES: vluchten uit de werkelijkheid

Tot wat voor knap artistiek werk een kunstenaarsresidentie in Destelheide kan leiden, bewijst onze nieuwe Grafixx-expo. Eva Lynen (25), Jeanne Ribbens (27) en Arthur Devisscher (26), drie jonge grafische kunstenaars met bakken talent, werkten voor deze tentoonstelling samen rond het thema ‘Roes’.

Grafixx, een organisatie van en voor grafische kunstenaars, resideerde intussen al vier keer in Destelheide. “Telkens stuurden we met Grafixx een aantal kunstenaars een tijdlang naar Destelheide om nieuw werk te creëren”, vertelt curator Eva Cardon (Ephameron) van Grafixx. “De keuze viel dit keer dus op Eva, Jeanne en Arthur, drie jonge talentvolle artiesten die we de kans wilden geven om twee weken lang bezig te kunnen zijn met enkel tekenen. Ze hebben alle drie een heel andere stijl, maar spontaneïteit loopt als een rode draad door hun werk. Ze hebben echt hun hart en ziel in de werken voor de expo gestoken. Als je ziet wat ze in die twee weken gepresteerd hebben, kan ik niet anders dan mijn hoed afnemen. Ik ben echt onder de indruk van het resultaat.”

Eva Lynen is actief als illustrator en beeldend kunstenaar. “Bij ons thuis in het gezin werd er altijd heel veel getekend. In plaats van ’s avonds tv te kijken in de zetel, tekenden samen we aan een grote tafel. Ik ben na de kunsthumaniora naar Sint-Lucas Brussel gegaan. Eerst om schilderkunst te studeren, maar uiteindelijk is het beeldverhaal geworden. Wat ik schilderde, ging ook toen al meer in de richting van het grafische. Dat heeft zich na mijn studententijd ook doorgezet. Ik probeer nog altijd vaak combinaties uit van tekenen en schilderen”, vertelt ze. “Als ik alleen maar schilder, ben ik toch nog altijd een tekenaar. En omgekeerd.” Kleur en compositie spelen een belangrijke rol in Eva’s werk. “Dat is ook wat haar werk zo bijzonder maakt”, vindt Jeanne Ribbens. “Eva durft echt kleur te gebruiken en dingen op een heel spontane manier op papier te zetten.”

Jeanne Ribbens

Jeanne Ribbens zelf experimenteert graag met druktechnieken. “Ik hou enorm van zeefdruk en risografie”, zegt ze. “In mijn tekeningen gebeurt vaak veel, alles loopt in mekaar over. Die druktechnieken geven me de mogelijkheid om die gelaagdheid in mijn werk te brengen. Vaak kies ik maar twee kleuren en werk met de verschillende tinten binnen dat kader. Anders ga ik alles overdenken en verlies ik mezelf daarin”, lacht ze. “Door mezelf dat kader op te leggen, ga ik creatief op zoek naar oplossingen. Dat is hoe het werkt voor mij.” Een heel andere manier van werken dan haar collega Eva Lynen dus. “Net dat fascineert me in haar werk”, vertelt Eva. “Jeannes tekeningen stralen ook echt vakmanschap uit. Je ziet gewoon meteen dat ze de technieken die ze gebruikt heel goed onder de knie heeft.”

“Eva, Jeanne en Arthur hebben echt hun hart en ziel in de werken voor de expo gestoken. Als je ziet wat ze in die twee weken gepresteerd hebben, kan ik niet anders dan mijn hoed afnemen.”

(curator Eva Cardon)

De residentie met z’n drieën in Destelheide was voor elk van hen een bijzondere ervaring. “We kenden mekaar niet of niet goed en toch klikte het heel snel”, blikt Eva Lynen terug. “Ik ben vaak alleen thuis aan het werk in mijn atelier. Het was echt een luxe om met twee mensen in eenzelfde ruimte te kunnen werken en hen als klankbord te hebben. Als een van ons wat vast zat, konden we samen naar oplossingen zoeken. Heel verrijkend.” Ook voor Jeanne was het heel anders dan anders. “Ik ben ervan overtuigd dat ik hier andere werken heb gemaakt dan die die ik zou alleen zou gemaakt hebben. Op de een of de andere manier voelde ik me vrijer. Als ik bijvoorbeeld zag hoe spontaan Eva te werk ging, heb ik zelf ook wat meer dingen durven loslaten in mijn manier van creëren.”

“Je ziet ook echt dat we mekaar geïnspireerd hebben”, vult Arthur aan. “Er zitten echt elementen van de anderen in mijn werk en vice versa. Mocht ik deze residentie alleen gedaan hebben, zou ik nooit zoveel tekeningen gemaakt hebben. Zien werken, doet dus werken”, lacht hij. Het thema ‘Roes’ en de vlucht uit de werkelijkheid waarrond de drie jonge artiesten werkten, komt terug in hun tekeningen.

Arthur Devisscher

Arthur Devisscher studeerde pas vorige zomer af aan SintLucas Gent en is wat je noemt een laatbloeier. “Ik tekende als kind wel veel. Op vakantie maakten we met het gezin samen strips. Maar nadien heb ik eigenlijk jarenlang niet getekend. Ik begon met studies psychologie maar dat bleek uiteindelijk toch niet mijn ding. Zo kwam ik op Sint-Lucas Gent terecht en daar herontdekte ik hoe graag ik teken. Ik vind het in tegenstelling tot Jeanne echt heerlijk om mezelf te verliezen in mijn wat ik doe. Als ik met kleurpotlood werk bijvoorbeeld, kan ik urenlang bezig zijn aan het tekenen en inkleuren van 1 klein vogeltje. Heerlijk vind ik dat.” “Arthur tekent echt werelden waarin je zoveel kan zien en lezen”, vindt Jeanne. “Je ontdekt telkens iets nieuws als je naar zijn tekeningen kijkt en er zit ook heel veel humor in wat hij maakt. Daar hou ik van.”

Maar het liep ook als een rode draad door de residentie zelf. “De residentie duurde een kleine twee weken en voelde ook ergens als een soort roes waarin we zaten”, vertelt Eva. “Tussendoor moest ik even naar huis en het voelde toen echt raar om ‘eruit’ te zijn. Die cocon waarin we met z’n drieën zaten, weg van alles en met volle focus op creëren, dat was echt zo fijn en inspirerend.” De expo ‘ROES’ met werk van Eva Lynen, Jeanne Ribbens en Arthur Devisscher is nog tot 31 juli te bezoeken in onze expohall. Meer info vind je op www.destelheide.be en www.grafixx.be.

Bekijk de Spotlight-video over de Grafixx-residentie van Eva, Jeanne en Arthur:

This article is from: