Blauwalg rond Berkenwoude Komen we er nog van af? Tekst en foto’s (tenzij anders vermeld) Jaap Graveland, voorzitter Voor het vierde jaar op rij hadden we dit jaar vanaf het vroege voorjaar al last van blauwalg: vies water, het advies om er niet in te zwemmen en de tuin er niet mee te besproeien, maar kraan- of regenwater te gebruiken. Kortom, best een probleem. Er zijn trouwens meerdere soorten blauwalgen en het zíjn eigenlijk niet eens algen, maar bacteriën die bladgroen kunnen maken. Maar voor het probleem en de aanpak ervan is dat nauwelijks relevant. Ze bevatten blauwige kleurstof die vrijkomt bij het afsterven en het water soms helder blauw kleurt. De blauwalg is schadelijk doordat hij gifstoffen vormt, én omdat er zuurstofgebrek en daardoor vissterfte ontstaat als de algen in de loop van het voorjaar en de zomer afsterven. D
H
et probleem Blauwalgen vormen al meer dan 50 jaar een probleem in de Nederlandse wateren. Ze treden op door het hoge gehalte aan voedingsstoffen in het water, vooral stikstof en fosfaat. Die stoffen zijn voornamelijk afkomstig van landbouwpercelen (met landelijk een aandeel van ca. 80%) en riooloverstorten (vooral rond kernen). Hoge temperaturen dragen ook bij aan het probleem: de algen groeien harder en het afsterven gaat sneller. Door het uitbannen van fosfaten in wasmiddelen (weet u het nog?), de komst van waterzuiveringsinstallaties, maatregelen in de landbouw (minder mest uitrijden en wegblijven bij de slootranden), en door uitbaggeren van vervuilde bodems is het blauwalgprobleem verminderd. Maar niet weg. Plantenresten die afgebeten zijn door Amerikaanse rivierkreeften
Blauwalg in de sloot langs het Westeinde
W
aarom nu, en waarom rond Berkenwoude? Dit leidt tot vragen: waarom hebben we er juist de laatste jaren last van en waarom specifiek rond Berkenwoude? Tegenwoordig zijn op de site van HHSK veel gegevens over de waterkwaliteit te vinden. Je kunt er zien dat het gehalte aan voedingstoffen in het water de laatste jaren gelijk is gebleven. Dus daar is die blauwalgtoename niet aan toe te schrijven. De voedingsstoffen worden opgenomen door waterplanten en door algen. De waterplanten zijn dramatisch afgenomen in de Krimpenerwaard, zo is te zien in een grafiek op de site. De afname is minstens 80% in tien jaar. Ik kan het zelf alleen maar bevestigen: rond mijn huis aan het Westeinde, in de sloten ten noorden van Berkenwoude en richting Lekkerkerk heb ik pijlkruid, zwanenbloem, hoornblad, krabbenscheer enz. zien afnemen en op veel plekken zien verdwijnen. Eén oorzaak wordt veel genoemd: de toename van exotische rivierkreeften, met name de Amerikaanse rode rivierkrreeft. Elk voorjaar zie je de afgebeten plantendelen liggen. Helaas heeft HHSK geen
10
WAARDVOGEL | FEBRUARI 2022
gegevens over het voorkomen van kreeften vóór 2020, maar dat ze enorm zijn toegenomen is duidelijk. Het gevolg: al die voedingsstoffen zijn ter beschikking van de algen of kroos, dus die hebben vrij spel. De blauwalgen komen overigens in de hele Krimpenerwaard voor, niet alleen rond Berkenwoude. Maar waarom hebben we er hier meer last van dan elders? Volgens HHSK komt dat waarschijnlijk doordat er hier veel open water is, waar de wind vat op heeft. Daardoor zijn de groeiomstandigheden voor kroos niet goed en kan de blauwalg zich uitleven. Inderdaad is het beschut gelegen water in het Loetbos grotendeels bedekt met kroos, en vinden we nauwelijks kroos rond Berkenwoude. Het hoeft daarbij maar om subtiele verschillen te gaan, die er toe leiden dat bij ons blauwalgen een probleem vormen en elders veel minder.
Volop kroos in een sloot in het Loetbos